EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32005R0031

Verordening (EG, Euratom) nr. 31/2005 van de Raad van 20 december 2004 houdende aanpassing met ingang van 1 juli 2004 van de bezoldigingen en de pensioenen van de ambtenaren en de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen, alsmede van de aanpassingscoëfficiënten welke van toepassing zijn op deze bezoldigingen en pensioenen

PB L 8 van 12.1.2005, p. 1–6 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
PB L 159M van 13.6.2006, p. 10–15 (MT)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2005/31/oj

12.1.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 8/1


VERORDENING (EG, EURATOM) Nr. 31/2005 VAN DE RAAD

van 20 december 2004

houdende aanpassing met ingang van 1 juli 2004 van de bezoldigingen en de pensioenen van de ambtenaren en de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen, alsmede van de aanpassingscoëfficiënten welke van toepassing zijn op deze bezoldigingen en pensioenen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op het Protocol betreffende de voorrechten en immuniteiten van de Europese Gemeenschappen, inzonderheid op artikel 13,

Gelet op het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen, vastgesteld bij Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 (1), en laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, EGKS, Euratom) nr. 723/2004 (2), en met name op de artikelen 63, 64, 65 en 82 van het statuut en de bijlagen VII, XI en XIII bij dat statuut, alsmede op artikel 20, eerste alinea, en artikel 64 en artikel 92 van de regeling,

Gezien het voorstel van de Commissie,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Met ingang van 1 juli 2004 wordt in artikel 63, tweede alinea, van het statuut „1 juli 2003” vervangen door „1 juli 2004”.

Artikel 2

Met ingang van 1 juli 2004 wordt in artikel 66 van het statuut, de tabel van de maandelijkse basissalarissen vervangen door de volgende tabel:

1.7.2004

Salaristrap

Rang

1

2

3

4

5

16

14 926,62

15 553,86

16 207,45

 

 

15

13 192,64

13 747,01

14 324,68

14 723,21

14 926,62

14

11 660,09

12 150,06

12 660,62

13 012,86

13 192,64

13

10 305,57

10 738,63

11 189,88

11 501,20

11 660,09

12

9 108,40

9 491,15

9 889,98

10 165,14

10 305,57

11

8 050,31

8 388,59

8 741,09

8 984,28

9 108,40

10

7 115,13

7 414,12

7 725,67

7 940,61

8 050,31

9

6 288,58

6 552,84

6 828,20

7 018,17

7 115,13

8

5 558,06

5 791,62

6 034,99

6 202,89

6 288,58

7

4 912,40

5 118,82

5 333,92

5 482,32

5 558,06

6

4 341,74

4 524,18

4 714,29

4 845,45

4 912,40

5

3 837,37

3 998,62

4 166,65

4 282,57

4 341,74

4

3 391,59

3 534,11

3 682,62

3 785,08

3 837,37

3

2 997,60

3 123,57

3 254,82

3 345,38

3 391,59

2

2 649,38

2 760,71

2 876,72

2 956,75

2 997,60

1

2 341,61

2 440,01

2 542,54

2 613,28

2 649,38

Artikel 3

Met ingang van 1 juli 2004 worden de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 64 van het statuut van toepassing zijn op de bezoldiging van de ambtenaren en de andere personeelsleden vastgesteld zoals aangegeven in kolom 2 van de onderstaande tabel;

Met ingang van 1 januari 2005 worden de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 17, lid 3, van bijlage VII bij het statuut van toepassing zijn op de overmakingen van de ambtenaren en de andere personeelsleden vastgesteld zoals aangegeven in kolom 3 van de onderstaande tabel;

Met ingang van 1 juli 2004 worden de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 20, lid 2, van bijlage XIII bij het statuut van toepassing zijn op de pensioenen vastgesteld zoals aangegeven in kolom 4 van de onderstaande tabel;

Met ingang van 1 mei 2005 worden de aanpassingscoëfficiënten die op grond van artikel 20, lid 2, van bijlage XIII bij het statuut van toepassing zijn op de pensioenen vastgesteld zoals aangegeven in kolom 5 van de onderstaande tabel:

Land/Plaats

Bezoldiging

1.7.2004

Overmaking

1.1.2005

Pensioen

1.7.2004

Pensioen

1.5.2005

Tsjechië

87,1

74,8

100,0

100,0

Denemarken

136,7

131,6

135,7

134,7

Duitsland

101,2

102,0

101,4

101,5

Bonn

96,2

 

 

 

Karlsruhe

95,4

 

 

 

München

107,3

 

 

 

Estland

79,5

76,1

100,0

100,0

Griekenland

93,5

92,5

100,0

100,0

Spanje

100,6

95,5

100,0

100,0

Frankrijk

120,2

106,9

117,5

114,9

Ierland

122,3

115,6

121,0

119,6

Italië

109,8

106,0

109,0

108,3

Varese

100,6

 

 

 

Cyprus

90,4

94,0

100,0

100,0

Letland

77,9

74,5

100,0

100,0

Litouwen

78,6

75,2

100,0

100,0

Hongarije

88,3

70,8

100,0

100,0

Malta

89,9

83,8

100,0

100,0

Nederland

110,5

103,6

109,1

107,7

Oostenrijk

108,0

108,0

108,0

108,0

Polen

72,0

65,0

100,0

100,0

Portugal

91,8

91,4

100,0

100,0

Slovenië

84,4

81,3

100,0

100,0

Slowakije

90,9

79,5

100,0

100,0

Finland

119,4

114,4

118,4

117,4

Zweden

117,4

111,0

116,1

114,8

Ver. Koninkrijk

142,7

116,5

137,5

132,2

Culham

115,4

 

 

 

Artikel 4

Met ingang van 1 juli 2004 bedraagt de toelage bij ouderschapsverlof zoals bedoeld in artikel 42 bis van het statuut 804,36 EUR, en die voor alleenstaande ouders 1 072,48 EUR.

Artikel 5

Met ingang van 1 juli 2004 bedraagt het basisbedrag van de kostwinnerstoelage zoals bedoeld in artikel 1, lid 1, van bijlage VII bij het statuut 150,44 EUR.

Met ingang van 1 juli 2004 bedraagt de kindertoelage zoals bedoeld in artikel 2, lid 1, van bijlage VII bij het statuut 328,73 EUR.

Met ingang van 1 juli 2004 bedraagt de schooltoelage zoals bedoeld in artikel 3, lid 1, van bijlage VII bij het statuut 223,05 EUR.

Met ingang van 1 juli 2004 bedraagt de schooltoelage zoals bedoeld in artikel 3, lid 2, van bijlage VII bij het statuut 80,30 EUR.

Met ingang van 1 juli 2004 bedraagt het minimumbedrag van de ontheemdingstoelage zoals bedoeld in artikel 69 van het statuut en in artikel 4, lid 1, tweede alinea van bijlage VII bij het statuut 445,88 EUR.

Artikel 6

Met ingang van 1 januari 2005 wordt de kilometervergoeding zoals bedoeld in artikel 8 van bijlage VII bij het statuut als volgt aangepast:

0 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen

0 en 200 km

0,3343 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen

201 en 1 000 km

0,5572 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen

1 001 en 2 000 km

0,3343 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen

2 001 en 3 000 km

0,1114 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen

3 001 en 4 000 km

0,0536 EUR per km voor het gedeelte van de afstand tussen

4 001 en 10 000 km

0 EUR per km voor het gedeelte van de afstand dat hoger ligt dan:

10 000 km.

Aan deze vergoeding wordt een forfaitair supplement toegevoegd van:

167,16 EUR als de afstand per spoor tussen de standplaats en de plaats van herkomst tussen 725 km en 1 450 km bedraagt,

334,31 EUR als de afstand per spoor tussen de standplaats en de plaats van herkomst 1 450 km of meer bedraagt.

Artikel 7

Met ingang van 1 juli 2004 bedraagt de dagvergoeding zoals bedoeld in artikel 10, lid 1, van bijlage VII bij het statuut:

34,55 EUR voor de ambtenaar die recht heeft op de kostwinnerstoelage,

27,86 EUR voor de ambtenaar die geen recht heeft op de kostwinnerstoelage.

Artikel 8

Met ingang van 1 juli 2004 wordt het minimumbedrag voor de inrichtingsvergoeding zoals bedoeld in artikel 24, lid 3, van de regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op:

983,69 EUR voor het personeelslid dat recht heeft op de kostwinnerstoelage,

584,90 EUR voor het personeelslid dat geen recht heeft op de kostwinnerstoelage.

Artikel 9

Met ingang van 1 juli 2004 wordt het minimumbedrag voor de werkloosheidsuitkering zoals bedoeld in artikel 28 bis, lid 3, tweede alinea, van de regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op 1 179,72 EUR, en het maximumbedrag op 2 359,44 EUR en wordt het vaste bedrag dat moet worden afgetrokken, vastgesteld op 1 072,48 EUR.

Artikel 10

Met ingang van 1 juli 2004 wordt de in artikel 63 van de regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden opgenomen tabel van de maandelijkse basissalarissen vervangen door de hiernavolgende tabel:

1.7.2004

 

Klasse

Categorie

Groep

1

2

3

4

A

I

6 012,49

6 757,25

7 502,01

8 246,77

II

4 363,77

4 788,99

5 214,21

5 639,43

III

3 667,06

3 830,41

3 993,76

4 157,11

B

IV

3 522,70

3 867,56

4 212,42

4 557,28

V

2 767,02

2 949,42

3 131,82

3 314,22

C

VI

2 631,63

2 786,56

2 941,49

3 096,42

VII

2 355,40

2 435,55

2 515,70

2 595,85

D

VIII

2 128,92

2 254,30

2 379,68

2 505,06

IX

2 050,23

2 078,79

2 107,35

2 135,91

Artikel 11

Met ingang van 1 juli 2004 wordt de in artikel 93 van de regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden opgenomen tabel van de maandelijkse basissalarissen vervangen door de hiernavolgende tabel:

Functie-groep

1.7.2004

Salaristrap

Rang

1

2

3

4

5

6

7

IV

18

5 145,58

5 252,59

5 361,82

5 473,32

5 587,15

5 703,33

5 821,94

17

4 547,80

4 642,37

4 738,91

4 837,46

4 938,06

5 040,75

5 145,58

16

4 019,46

4 103,05

4 188,37

4 275,48

4 364,39

4 455,15

4 547,80

15

3 552,50

3 626,38

3 701,79

3 778,78

3 857,36

3 937,57

4 019,46

14

3 139,79

3 205,09

3 271,74

3 339,78

3 409,23

3 480,13

3 552,50

13

2 775,03

2 832,74

2 891,65

2 951,78

3 013,17

3 075,83

3 139,79

III

12

3 552,45

3 626,32

3 701,73

3 778,70

3 857,28

3 937,49

4 019,37

11

3 139,77

3 205,06

3 271,71

3 339,74

3 409,19

3 480,08

3 552,45

10

2 775,03

2 832,73

2 891,64

2 951,77

3 013,15

3 075,81

3 139,77

9

2 452,66

2 503,66

2 555,72

2 608,87

2 663,12

2 718,50

2 775,03

8

2 167,74

2 212,82

2 258,83

2 305,80

2 353,75

2 402,70

2 452,66

II

7

2 452,60

2 503,61

2 555,68

2 608,84

2 663,10

2 718,49

2 775,03

6

2 167,62

2 212,71

2 258,73

2 305,71

2 353,67

2 402,62

2 452,60

5

1 915,77

1 955,61

1 996,29

2 037,81

2 080,19

2 123,46

2 167,62

4

1 693,17

1 728,39

1 764,34

1 801,03

1 838,49

1 876,73

1 915,77

I

3

2 085,85

2 129,14

2 173,33

2 218,43

2 264,47

2 311,47

2 359,44

2

1 843,98

1 882,25

1 921,31

1 961,19

2 001,89

2 043,44

2 085,85

1

1 630,16

1 663,99

1 698,53

1 733,78

1 769,76

1 806,49

1 843,98

Artikel 12

Met ingang van 1 juli 2004 wordt het minimumbedrag voor de inrichtingsvergoeding zoals bedoeld in artikel 94 van de regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op:

739,90 EUR voor het personeelslid dat recht heeft op de kostwinnerstoelage,

438,67 EUR voor het personeelslid dat geen recht heeft op de kostwinnerstoelage.

Artikel 13

Met ingang van 1 juli 2004 wordt het minimumbedrag voor de werkloosheidsuitkering zoals bedoeld in artikel 96, lid 3, tweede alinea, van de regeling die van toepassing is op de andere personeelsleden vastgesteld op 884,79 EUR en het maximumbedrag op 1 769,58 EUR en wordt het vaste bedrag dat moet worden afgetrokken, vastgesteld op 804,36 EUR.

Artikel 14

Met ingang van 1 juli 2004 worden de toeslagen voor continu- of ploegendienst zoals bedoeld in artikel 1 van Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 300/76 (3) vastgesteld op 337,16 EUR, 508,90 EUR, 556,42 EUR en 758,58 EUR.

Artikel 15

Met ingang van 1 juli 2004 wordt op de in artikel 4 van Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 (4) genoemde bedragen een coëfficiënt toegepast van 4,867097.

Artikel 16

Met ingang van 1 juli 2004 wordt de tabel in artikel 8 van bijlage XIII bij het statuut vervangen door de hiernavolgende tabel:

1.7.2004

Salaristrap

Rang

1

2

3

4

5

6

7

8

16

14 926,62

15 553,86

16 207,45

16 207,45

16 207,45

16 207,45

 

 

15

13 192,64

13 747,01

14 324,68

14 723,21

14 926,62

15 553,86

 

 

14

11 660,09

12 150,06

12 660,62

13 012,86

13 192,64

13 747,01

14 324,68

14 926,62

13

10 305,57

10 738,63

11 189,88

11 501,20

11 660,09

 

 

 

12

9 108,40

9 491,15

9 889,98

10 165,14

10 305,57

10 738,63

11 189,88

11 660,09

11

8 050,31

8 388,59

8 741,09

8 984,28

9 108,40

9 491,15

9 889,98

10 305,57

10

7 115,13

7 414,12

7 725,67

7 940,61

8 050,31

8 388,59

8 741,09

9 108,40

9

6 288,58

6 552,84

6 828,20

7 018,17

7 115,13

 

 

 

8

5 558,06

5 791,62

6 034,99

6 202,89

6 288,58

6 552,84

6 828,20

7 115,13

7

4 912,40

5 118,82

5 333,92

5 482,32

5 558,06

5 791,62

6 034,99

6 288,58

6

4 341,74

4 524,18

4 714,29

4 845,45

4 912,40

5 118,82

5 333,92

5 558,06

5

3 837,37

3 998,62

4 166,65

4 282,57

4 341,74

4 524,18

4 714,29

4 912,40

4

3 391,59

3 534,11

3 682,62

3 785,08

3 837,37

3 998,62

4 166,65

4 341,74

3

2 997,60

3 123,57

3 254,82

3 345,38

3 391,59

3 534,11

3 682,62

3 837,37

2

2 649,38

2 760,71

2 876,72

2 956,75

2 997,60

3 123,57

3 254,82

3 391,59

1

2 341,61

2 440,01

2 542,54

2 613,28

2 649,38

 

 

 

Artikel 17

Met ingang van 1 juli 2004 worden de bedragen van de kindertoelage zoals bedoeld in artikel 14 van bijlage XIII bij het statuut als volgt vastgesteld:

 

1.7.2004-31.12.2004: 262,79

 

1.1.2005-31.12.2005: 275,97

 

1.1.2006-31.12.2006: 289,16

 

1.1.2007-31.12.2007: 302,35

 

1.1.2008-31.12.2008: 315,53.

Artikel 18

Met ingang van 1 juli 2004 worden de bedragen van de schooltoelage zoals bedoeld in artikel 15 van bijlage XIII bij het statuut als volgt vastgesteld:

 

1.7.2004-31.8.2005: 16,06

 

1.9.2005-31.8.2006: 32,12

 

1.9.2006-31.8.2007: 48,17

 

1.9.2007-31.8.2008: 64,24.

Artikel 19

Met ingang van 1 juli 2004 wordt, voor de toepassing van artikel 18 van bijlage XIII bij het statuut, de vaste vergoeding zoals genoemd in artikel 4 bis van bijlage VII bij het statuut dat vóór 1 mei 2004 van kracht was, vastgesteld op:

116,32 EUR per maand voor ambtenaren in de rangen C4 en C5,

178,34 EUR per maand voor ambtenaren in de rangen C1, C2 en C3.

Artikel 20

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 20 december 2004.

Voor de Raad

De voorzitter

P. VAN GEEL


(1)  PB L 56 van 4.3.1968, blz. 1.

(2)  PB L 124 van 27.4.2004, blz. 1.

(3)  Verordening (EGKS, EEG, Euratom) nr. 300/76 van de Raad van 9 februari 1976 tot vaststelling van de categorieën van begunstigden, de voorwaarden voor toekenning en de hoogte van de toeslagen die kunnen worden toegekend aan ambtenaren die hun werkzaamheden verrichten in het kader van een continu- of ploegendienst (PB L 38 van 13.2.1976, blz. 1). Verordening aangevuld bij Verordening (Euratom, EGKS, EEG) nr. 1307/87 (PB L 124 van 13.5.1987, blz. 6).

(4)  Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 260/68 van de Raad van 29 februari 1968 tot vaststelling van de voorwaarden en de wijze van heffing van de belasting ten bate van de Europese Gemeenschappen (PB L 56 van 4.3.1968, blz. 8). Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 1750/2002 (PB L 264 van 2.10.2002, blz. 15).


Top