EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31999R0948

Verordening (EG) nr. 948/1999 van de Commissie van 5 mei 1999 inzake de stopzetting van de visserij op blauwe wijting door vissersvaartuigen die de vlag voeren van een lidstaat, met uitzondering van Duitsland en Spanje

PB L 118 van 6.5.1999, p. 8–8 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1999

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1999/948/oj

31999R0948

Verordening (EG) nr. 948/1999 van de Commissie van 5 mei 1999 inzake de stopzetting van de visserij op blauwe wijting door vissersvaartuigen die de vlag voeren van een lidstaat, met uitzondering van Duitsland en Spanje

Publicatieblad Nr. L 118 van 06/05/1999 blz. 0008 - 0008


VERORDENING (EG) Nr. 948/1999 VAN DE COMMISSIE

van 5 mei 1999

inzake de stopzetting van de visserij op blauwe wijting door vissersvaartuigen die de vlag voeren van een lidstaat, met uitzondering van Duitsland en Spanje

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad van 12 oktober 1993 tot invoering van een controleregeling voor het gemeenschappelijk visserijbeleid(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2846/98(2), en met name op artikel 21, lid 3,

(1) Overwegende dat in Verordening (EG) nr. 48/1999 van de Raad van 18 december 1998 inzake de vaststelling van de voor 1999 geldende totaal toegestane vangsten voor bepaalde visbestanden of groepen visbestanden, alsmede bepaalde bij de visserij in acht te nemen voorschriften(3), quota zijn vastgesteld voor blauwe wijting voor 1999;

(2) Overwegende dat de Commissie, om te garanderen dat de bepalingen inzake de kwantitatieve beperking van de vangsten van een bestand waarvoor een quotum geldt, in acht worden genomen, de datum moet vaststellen waarop de vangsten van de vaartuigen die de vlag van een lidstaat voeren, geacht worden het toegewezen quotum te hebben bereikt;

(3) Overwegende dat volgens de aan de Commissie meegedeelde gegevens, de vangsten van blauwe wijting in de wateren van de ICES-gebieden Vb (EG-zone), VI, VII, door vaartuigen die de vlag voeren van een lidstaat, met uitzondering van Duitsland en Spanje, of die in een lidstaat, met uitzondering van Duitsland en Spanje, zijn geregistreerd, het aan de lidstaten, met uitzondering van Duitsland en Spanje, voor 1999 toegewezen quotum hebben bereikt;

(4) Overwegende dat de vangsten van blauwe wijting in de wateren van de ICES-gebieden Vb (EG-zone), VI, VII, door vaartuigen die de vlag van Duitsland of Spanje voeren of die in Duitsland of Spanje zijn geregistreerd, de forfaitaire hoeveelheid die is toegekend aan Portugal en die volledig is overgedragen aan Duitsland of de forfaitaire hoeveelheid die is toegekend aan Spanje, niet hebben bereikt,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De hoeveelheden blauwe wijting die in de wateren van de ICES-sectoren Vb (EG-zone), VI en VII zijn gevangen door vaartuigen die de vlag voeren van een lidstaat, met uitzondering van Duitsland en Spanje, of die in een lidstaat zijn geregistreerd, met uitzondering van Duitsland en Spanje, worden geacht het aan de lidstaten, met uitzondering van Duitsland en Spanje, voor 1999 toegewezen quotum te hebben bereikt.

De visserij op blauwe wijting in de wateren van de ICES-sectoren Vb (EG-zone), VI en VII door vaartuigen die de vlag van een lidstaat voeren, met uitzondering van Duitsland en Spanje, of die in een lidstaat, met uitzondering van Duitsland en Spanje, zijn geregistreerd, alsmede het aan boord houden, het overladen en het lossen van vis uit dit bestand door de betrokken vaartuigen, zijn na de datum van inwerkingtreding van deze verordening verboden.

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 5 mei 1999.

Voor de Commissie

Emma BONINO

Lid van de Commissie

(1) PB L 261 van 20.10.1993, blz. 1.

(2) PB L 358 van 31.12.1998, blz. 5.

(3) PB L 13 van 18.1.1999, blz. 1.

Top