Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31998R0262

    Verordening (EG) Nr. 262/98 van de Commissie van 30 januari 1998 tot vaststelling, voor het jaar 1998, van de uitvoeringsbepalingen voor de bij Verordening (EG) nr. 70/97 van de Raad vastgestelde invoerregeling met betrekking tot bepaalde producten van de rundvleessector

    PB L 25 van 31.1.1998, p. 50–57 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1998

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1998/262/oj

    31998R0262

    Verordening (EG) Nr. 262/98 van de Commissie van 30 januari 1998 tot vaststelling, voor het jaar 1998, van de uitvoeringsbepalingen voor de bij Verordening (EG) nr. 70/97 van de Raad vastgestelde invoerregeling met betrekking tot bepaalde producten van de rundvleessector

    Publicatieblad Nr. L 025 van 31/01/1998 blz. 0050 - 0057


    VERORDENING (EG) Nr. 262/98 VAN DE COMMISSIE van 30 januari 1998 tot vaststelling, voor het jaar 1998, van de uitvoeringsbepalingen voor de bij Verordening (EG) nr. 70/97 van de Raad vastgestelde invoerregeling met betrekking tot bepaalde producten van de rundvleessector

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 70/97 van de Raad van 20 december 1996 betreffende de invoer in de Gemeenschap van producten uit Bosnië-Herzegovina, Kroatië, de Federatieve Republiek Joegoslavië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en de invoer van wijn uit Slovenië (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2636/97 (2), en met name op artikel 10,

    Overwegende dat artikel 8 van Verordening (EG) nr. 70/97 voorziet in een jaarlijks tariefcontingent rundvlees van, voor 1998, 10 900 ton geslacht gewicht; dat de uitvoeringsbepalingen voor dit contingent moeten worden vastgesteld;

    Overwegende dat volgens het bepaalde in artikel 8, lid 3, van Verordening (EG) nr. 70/97 voor invoer in het kader van dit contingent een echtheidscertificaat moet worden overgelegd waarin wordt verklaard dat de goederen van oorsprong en afkomstig zijn uit het land van afgifte en dat zij beantwoorden aan de definitie in bijlage F bij vorengenoemde verordening; dat het model van deze certificaten moet worden vastgesteld, alsook de voorwaarden voor het gebruik daarvan;

    Overwegende dat moet worden bepaald dat de regeling wordt beheerd aan de hand van invoercertificaten; dat het daarom dienstig is de procedures voor de indiening van de aanvragen vast te stellen en te bepalen welke gegevens in de aanvragen en de certificaten moeten worden vermeld, eventueel in afwijking van sommige bepalingen van Verordening (EEG) nr. 3719/88 van de Commissie van 16 november 1988 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen inzake het stelsel van invoer-, uitvoer- en voorfixatiecertificaten voor landbouwproducten (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1404/97 (4), en van Verordening (EG) nr. 1445/95 van de Commissie van 26 juni 1995 houdende uitvoeringsbepalingen voor de invoer- en uitvoercertificatenregeling in de sector rundvlees en tot intrekking van Verordening (EEG) nr. 2377/80 (5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 260/98 (6);

    Overwegende dat het met het oog op een deugdelijk beheer van de invoer van de betrokken producten passend in te bepalen dat de invoercertificaten pas worden afgegeven na een verificatie, met name van de gegevens in de echtheidscertificaten;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor rundvlees,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    1. Voor de periode van 1 januari tot en met 31 december 1998 worden de volgende tariefcontingenten geopend:

    - 9 400 ton geslacht gewicht voor "baby beef" van oorsprong en van herkomst uit Kroatië,

    - 1 500 ton geslacht gewicht voor "baby beef" van oorsprong en van herkomst uit Bosnië-Herzegovina.

    De volgnummers van de twee in de eerste alinea genoemde contingenten zijn respectievelijk 09.4503 en 09.4504.

    Voor de afboeking op deze contingenten stemt 100 kg levend gewicht overeen met 50 kg geslacht gewicht.

    2. In het kader van de in lid 1 bedoelde contingenten bedraagt het douanerecht 20 % van het in het gemeenschappelijk douanetarief vastgestelde recht.

    3. In het kader van de in lid 1 bedoelde contingenten kunnen uitsluitend de in bijlage F van Verordening (EG) nr. 70/97 bedoelde levende dieren en aanbiedingsvormen van vlees van de volgende GN-codes worden ingevoerd:

    - ex 0102 90 51, ex 0102 90 59, ex 0102 90 71 en ex 0102 90 79,

    - ex 0201 10 00 en ex 0201 20 20,

    - ex 0201 20 30,

    - ex 0201 20 50.

    Artikel 2

    1. Om de in artikel 1 bedoelde hoeveelheden te mogen invoeren moet bij het in het vrije verkeer brengen een invoercertificaat worden overgelegd overeenkomstig de volgende bepalingen:

    a) op de certificaataanvraag en het certificaat wordt in vak 8 het land van oorsprong vermeld; het certificaat verplicht tot invoer uit dat land;

    b) in vak 20 van de certificaataanvraag en het certificaat wordt één van de volgende vermeldingen aangebracht:

    - [«Baby beef» (Reglamento (CE) n° 262/98)]

    - (»Baby beef« (forordning (EF) nr. 262/98))

    - ("Baby beef" (Verordnung (EG) Nr. 262/98))

    - [«Baby beef» (Êáíïíéóìüò (ÅÊ) áñéè. 262/98)]

    - ('Baby beef` (Regulation (EC) No 262/98))

    - [«Baby beef» (règlement (CE) n° 262/98)]

    - [«Baby beef» (regolamento (CE) n. 262/98)]

    - ("Baby beef" (Verordening (EG) nr. 262/98))

    - [«Baby beef» (Regulamento (CE) nº 262/98)]

    - ("Baby beef" (asetus (EY) N:o 262/98))

    - ("Baby beef" (förordning (EG) nr 262/98));

    c) het originele, overeenkomstig de bepalingen van artikel 3 en artikel 4 opgestelde echtheidscertificaat en een afschrift ervan worden aan de bevoegde autoriteit overgelegd op het ogenblik dat het eerste invoercertificaat in verband met dit echtheidscertificaat wordt aangevraagd.

    Het originele echtheidscertificaat wordt door vorengenoemde autoriteit bewaard;

    d) binnen de grenzen van de in het echtheidscertificaat vermelde hoeveelheid, kan dit certificaat voor de afgifte van verschillende invoercertificaten worden gebruikt. In een dergelijk geval wordt het echtheidscertificaat door de bevoegde autoriteit telkens voor de opgenomen hoeveelheid geviseerd;

    e) de bevoegde autoriteit mag het invoercertificaat pas afgeven na zich ervan te hebben vergewist dat alle gegevens in het echtheidscertificaat overeenstemmen met de van de Commissie in de desbetreffende wekelijkse mededelingen ontvangen informatie. Bij overeenstemming wordt het certificaat onmiddellijk afgegeven.

    2. In afwijking van het bepaalde in lid 1, onder c), kan de bevoegde autoriteit, in uitzonderlijke gevallen en op een naar behoren gemotiveerd verzoek van de aanvrager, een invoercertificaat afgeven op basis van het betrokken echtheidscertificaat voordat de gegevens van de Commissie zijn ontvangen. In dat geval bedraagt de zekerheid in verband met de invoercertificaten voor levende dieren 25 ECU en voor vlees 50 ECU per 100 kg nettogewicht. Wanneer de gegevens met betrekking tot het certificaat zijn ontvangen, vervangen de lidstaten deze zekerheid door de in artikel 5, lid 1, bedoelde zekerheid.

    Artikel 3

    1. Het in artikel 2 bedoelde echtheidscertificaat wordt, overeenkomstig het model voor het betrokken land in bijlage I of II, opgesteld in de vorm van een origineel met twee afschriften, die worden gedrukt en ingevuld in één van de officiële talen van de Europese Gemeenschap; bovendien mogen ze worden gedrukt en ingevuld in de officiële taal of één van de officiële talen van het land van uitvoer.

    De bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de aanvraag voor het invoercertificaat wordt ingediend, mogen een vertaling van het certificaat eisen.

    2. Het origineel en de twee afschriften worden met de schrijfmachine of met de hand ingevuld. Worden ze met de hand ingevuld, dan moet dit met zwarte inkt en in drukletters geschieden.

    3. Het certificaat meet 210 bij 297 millimeter. Het te gebruiken papier weegt minstens 40 g per m2. De kleur van het origineel is wit, die van het eerste afschrift rose en die van het tweede afschrift geel.

    4. Elk certificaat draagt een individueel volgnummer, gevolgd door de naam van het land van afgifte.

    Op de afschriften moeten hetzelfde nummer en dezelfde landnaam voorkomen als op het origineel.

    5. Het certificaat is alleen geldig wanneer het naar behoren is geviseerd door een instantie van afgifte die in de lijst van bijlage III voorkomt.

    6. Het certificaat is naar behoren geviseerd wanneer plaats en datum van afgifte zijn vermeld, het stempel van de instantie van afgifte is aangebracht en het ondertekend is door de daartoe gemachtigde persoon of personen.

    Artikel 4

    1. Een instantie van afgifte kan alleen in de in bijlage III opgenomen lijst voorkomen als:

    a) zij als zodanig is erkend door het land van uitvoer;

    b) zij zich ertoe verbindt de in de certificaten vermelde gegevens te verifiëren;

    c) zij zich ertoe verbindt ten minste wekelijks de Commissie de informatie te verstrekken die nodig is voor de verificatie van de in de echtheidscertificaten vermelde gegevens, met name het certificaatnummer, de exporteur, de geadresseerde, het land van bestemming, het product (levende dieren/vlees), het nettogewicht en de datum van ondertekening.

    2. De lijst wordt herzien wanneer niet meer aan de in lid 1, onder a), vermelde voorwaarden is voldaan of wanneer een instantie van afgifte één van de door haar aangegane verplichtingen niet nakomt.

    Artikel 5

    1. De zekerheid in verband met de invoercertificaten bedraagt per 100 kg nettogewicht 5 ECU voor levende dieren en 12 ECU voor vlees. Deze zekerheid wordt gesteld bij de afgifte van de certificaten.

    2. De geldigheidsduur van de echtheids- en invoercertificaten bedraagt drie maanden en gaat in op de respectieve data van afgifte. De geldigheidsduur ervan verstrijkt hoe dan ook op 31 december 1998.

    Artikel 6

    1. De bepalingen van Verordening (EEG) nr. 3719/88 en van Verordening (EG) nr. 1445/95 zijn van toepassing mits ook de bepalingen van deze verordening worden nageleefd.

    2. Onverminderd artikel 8, lid 4, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 wordt het volle invoerrecht dat is vastgesteld in het gemeenschappelijk douanetarief (GDT), geïnd voor de hoeveelheden waarmee de in het certificaat vermelde hoeveelheid wordt overschreden.

    Artikel 7

    De autoriteiten van de Republieken Bosnië-Herzegovina en Kroatië verstrekken de Commissie van de Europese Gemeenschappen specimens van de afdrukken van de stempels die door hun instanties van afgifte worden gebruikt, alsook de namen en de handtekeningen van de voor het ondertekenen van de echtheidscertificaten gemachtigde personen. De Commissie geeft deze informatie door aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaten.

    Artikel 8

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 januari 1998.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 30 januari 1998.

    Voor de Commissie

    Franz FISCHLER

    Lid van de Commissie

    (1) PB L 16 van 18. 1. 1997, blz. 1.

    (2) PB L 356 van 31. 12. 1997, blz. 16.

    (3) PB L 331 van 2. 12. 1988, blz. 1.

    (4) PB L 194 van 23. 7. 1997, blz. 5.

    (5) PB L 143 van 27. 6. 1995, blz. 35.

    (6) Zie bladzijde 42 van dit Publicatieblad.

    BIJLAGE I

    >BEGIN VAN DE GRAFIEK>

    >EIND VAN DE GRAFIEK>

    BIJLAGE II

    >BEGIN VAN DE GRAFIEK>

    >EIND VAN DE GRAFIEK>

    BIJLAGE III

    Instanties van afgifte:

    - Republiek Kroatië: "Euroinspekt", Zagreb, Kroatië;

    - Republiek Bosnië-Herzegovina:

    Top