EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31996D0090

96/90/EG: Beschikking van de Raad van 22 januari 1996 houdende verlenging van de geldigheidsduur van Beschikking 82/530/EEG waarbij het Verenigd Koninkrijk wordt gemachtigd de autoriteiten van het eiland Man toe te staan een stelsel van bijzondere invoervergunningen toe te passen voor schapevlees en rundvlees

PB L 21 van 27.1.1996, p. 67–68 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2000

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1996/90/oj

31996D0090

96/90/EG: Beschikking van de Raad van 22 januari 1996 houdende verlenging van de geldigheidsduur van Beschikking 82/530/EEG waarbij het Verenigd Koninkrijk wordt gemachtigd de autoriteiten van het eiland Man toe te staan een stelsel van bijzondere invoervergunningen toe te passen voor schapevlees en rundvlees

Publicatieblad Nr. L 021 van 27/01/1996 blz. 0067 - 0068


BESCHIKKING VAN DE RAAD van 22 januari 1996 houdende verlenging van de geldigheidsduur van Beschikking 82/530/EEG waarbij het Verenigd Koninkrijk wordt gemachtigd de autoriteiten van het eiland Man toe te staan een stelsel van bijzondere invoervergunningen toe te passen voor schapevlees en rundvlees (96/90/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Protocol nr. 3 bij de Toetredingsakte van 1972, inzonderheid op artikel 1, lid 2, en artikel 5, tweede alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende dat de communautaire voorschriften inzake de handel met derde landen in landbouwprodukten die onder een gemeenschappelijke marktordening vallen, voor het eiland Man gelden op grond van artikel 1, lid 2, van Protocol nr. 3 bij de Toetredingsakte van 1972 en op grond van Verordening (EEG) nr. 706/73 van de Raad van 12 maart 1973 betreffende de communautaire regeling voor de Kanaal-eilanden en het eiland Man inzake het handelsverkeer in landbouwprodukten (1);

Overwegende dat de veeteelt op het eiland Man van oudsher wordt bedreven en er een centrale rol vervult in de landbouw;

Overwegende dat het eiland Man, vóór de instelling van de gemeenschappelijke marktordening voor schape- en geitevlees in de Gemeenschap, als onderdeel van zijn eigen marktordening bepaalde regelingen tot beheersing van de invoer van schapevlees op het eiland toepaste, teneinde aan de behoefte van de handel te voldoen zonder zijn eigen schapenhouderij en indirect zijn rundveehouderij en zijn steunregeling voor de landbouw te verstoren;

Overwegende dat het Verenigd Koninkrijk bij Beschikking 82/530/EEG (2), werd gemachtigd de regering van het eiland Man toe te staan om een stelsel van bijzondere invoervergunningen toe te passen voor schapevlees en rundvlees van oorsprong uit derde landen en uit de Lid-Staten, onverminderd de maatregelen inzake de handel met derde landen die zijn vervat in Verordening (EEG) nr. 805/68 van de Raad van 27 juni 1968 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector rundvlees (3), en Verordening (EG) nr. 3013/89 van de Raad van 25 september 1989 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector schape- en geitevlees (4), dat deze machtiging is verleend voor een periode die afloopt op 31 januari 1996;

Overwegende dat de Gemeenschap zich, krachtens de Overeenkomst inzake de landbouw die voortvloeit uit de multilaterale handelsbesprekingen in het kader van de Uruguay-Ronde (5), ertoe heeft verbonden de bijzondere handelsovereenkomsten met derde landen inzake de invoer van produkten uit de schape- en rundsector te vervangen door een systeem van tariefquota; dat dit systeem ook geldt voor het eiland Man, met inachtneming van de bepalingen betreffende de relatie tussen het eiland en de Gemeenschap;

Overwegende dat het, op grond van de ervaring die bij de toepassing van Beschikking 82/530/EEG is opgedaan, wenselijk is de periode waarin de regeling inzake bijzondere invoervergunningen van toepassing is verder te verlengen, met de mogelijkheid om de situatie opnieuw te bezien voordat die periode is afgelopen en onverminderd de internationale verplichtingen van de Gemeenschap;

Overwegende dat artikel 2 van Beschikking 82/530/EEG bijgevolg moet worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Artikel 2 van Beschikking 82/530/EEG wordt vervangen door:

"Artikel 2

Deze beschikking is van toepassing tot en met 31 december 2000.

De Commissie dient vóór 1 juli 2000 bij de Raad een verslag in over de toepassing van deze regeling, eventueel vergezeld van voorstellen inzake handhaving of wijziging van deze beschikking.".

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot het Verenigd Koninkrijk.

Gedaan te Brussel, 22 januari 1996.

Voor de Raad

De Voorzitter

W. LUCCHETTI

(1) PB nr. L 68 van 15. 3. 1973, blz. 1.

(2) PB nr. L 234 van 9. 8. 1982, blz. 7. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 92/153/EEG (PB nr. L 65 van 11. 3. 1992, blz. 33).

(3) PB nr. L 148 van 28. 6. 1968, blz. 24. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 424/95 (PB nr. L 45 van 1. 3. 1995, blz. 2).

(4) PB nr. L 289 van 7. 10. 1989, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1265/95 (PB nr. L 123 van 3. 6. 1995, blz. 1).

(5) PB nr. L 336 van 23. 12. 1994, blz. 22.

Top