Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31995D0409

95/409/EG: Beschikking van de Raad van 22 juni 1995 tot vaststelling, met betrekking tot salmonella, van de voorschriften voor de steekproefsgewijze microbiologische test van vers rund- en varkensvlees met als bestemming Finland en Zweden

PB L 243 van 11.10.1995, p. 21–24 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2005; opgeheven door 32005R1688

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1995/409/oj

31995D0409

95/409/EG: Beschikking van de Raad van 22 juni 1995 tot vaststelling, met betrekking tot salmonella, van de voorschriften voor de steekproefsgewijze microbiologische test van vers rund- en varkensvlees met als bestemming Finland en Zweden

Publicatieblad Nr. L 243 van 11/10/1995 blz. 0021 - 0024


BESCHIKKING VAN DE RAAD

van 22 juni 1995

tot vaststelling, met betrekking tot salmonella, van de voorschriften voor de steekproefsgewijze microbiologische test van vers rund- en varkensvlees met als bestemming Finland en Zweden

(95/409/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 64/433/EEG van de Raad van 26 juni 1964 betreffende de gezondheidsvoorschriften voor de produktie en het in de handel brengen van vers vlees (1), en inzonderheid op artikel 5, lid 3, onder a) en b),

Overwegende dat de Commissie de door Finland en Zweden voorgelegde operationele programma's inzake de controle op salmonella heeft goedgekeurd en dat die programma's specifieke maatregelen bevatten voor vers rund- en varkensvlees;

Overwegende dat het uitvoeren van de microbiologische tests door een inrichting deel uitmaakt van de aanvullende garanties die aan Finland en Zweden moeten worden geboden, en garanties biedt die gelijkwaardig zijn aan die welke voortvloeien uit het operationeel programma van Finland en Zweden, zoals erkend bij de relevante beschikkingen van de Commissie;

Overwegende dat Finland en Zweden voor de invoer van partijen uit derde landen ten minste even strenge voorwaarden moeten stellen als in de onderhavige beschikking zijn vastgesteld;

Overwegende dat met betrekking tot de toe te passen bemonsteringsmethoden een onderscheid moet worden gemaakt tussen karkassen en halve karkassen enerzijds en vierendelen, delen en kleinere stukken anderzijds;

Overwegende dat rekening moet worden gehouden met de internationale methoden voor steekproefsgewijze microbiologische tests;

Overwegende dat deze microbiologische tests niet vereist zijn voor vers vlees dat afkomstig is van een inrichting die onderworpen is aan een programma dat erkend is als gelijkwaardig aan het door Finland en Zweden uitgevoerde programma;

Overwegende dat de bepalingen van deze beschikking geen afbreuk doen aan de bepalingen die uit hoofde van artikel 5, lid 2, van Richtlijn 64/433/EEG kunnen worden aangenomen,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD:

Artikel 1

Uit hoofde van artikel 5, lid 3, onder a), van Richtlijn 64/433/EEG worden zendingen van vers rund- en varkensvlees met als bestemming Finland en Zweden aan de voorschriften van de artikelen 2, 3 en 4 onderworpen.

Artikel 2

Vers rund- en varkensvlees met als bestemming Finland en Zweden moet in de inrichting van oorsprong steekproefsgewijs op salmonella worden onderzocht aan de hand van de in artikel 5, lid 3, onder a), van Richtlijn 64/433/EEG bedoelde microbiologische tests. Deze microbiologische tests moeten overeenkomstig de bijlage worden uitgevoerd.

Artikel 3

Voor vers rund- en varkensvlees dat afkomstig is van een inrichting die onderworpen is aan een programma dat volgens de procedure van artikel 16 van Richtlijn 64/433/EEG is erkend als gelijkwaardig aan het door Finland en Zweden uitgevoerde programma, zijn de bij de onderhavige beschikking voorgeschreven microbiologische tests niet vereist.

Artikel 4

De Raad die een besluit neemt op een voorstel van de Commissie, opgesteld in het licht van een verslag dat is gebaseerd op het resultaat van de door Finland en Zweden uitgevoerde operationele programma's en de ervaringen die zijn opgedaan bij de toepassing van de onderhavige beschikking, beziet deze beschikking vóór 1 juli 1998 opnieuw.

Artikel 5

Deze beschikking is van toepassing met ingang van 1 juli 1995.

Artikel 6

Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten.

Gedaan te Brussel, 22 juni 1995.

Voor de Raad

De Voorzitter

Ph. VASSEUR

(1) PB nr. 121 van 29. 7. 1964, blz. 2012/64. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Besluit 95/1/EG, Euratom, EGKS (PB nr. L 1 van 1. 1. 1995, blz. 1).

BIJLAGE

DEEL A BEMONSTERINGSMETHODE

1. Karkassen en halve karkassen en vierendelen die in het slachthuis van oorsprong verkregen zijn ("swab-techniek")

Op de plaatsen die het sterkst aan verontreiniging zijn blootgesteld worden aan de oppervlakte met wattenstaafjes (swabs) monsters genomen. Met deze swab-techniek worden ook monsters genomen op alle snijvlakken. Karkassen van runderen worden op ten minste drie plaatsen bemonsterd (poot, flank en nek); karkassen van varkens worden op ten minste twee plaatsen bemonsterd (poot en brisket).

Om kruisverontreiniging te voorkomen moeten de monsters worden genomen zonder dat het vlees voor het overige wordt aangeraakt en moeten steriele swabs en mallen worden gebruikt.

De in de eerste alinea beschreven bemonsteringsplaatsen (20 cm x 20 cm) worden afgestreken met twee steriele wattenstaafjes. Het eerste straafje wordt bevochtigt met steriel peptonwater en met het staafje wordt verschillende keren stevig over de bemonsteringsplaats gewreven. Het tweede wattenstaafje wordt droog gebruikt en daarmee wordt eveneens de bemonsteringsplaats afgestreken. De wattenstaafjes worden vervolgens in 100 ml gebufferd peptonwater geplaatst.

Elk monster wordt naar behoren gemerkt en geïdentificeerd.

2. Vierendelen en delen die afkomstig zijn van een andere inrichting dan het slachthuis van oorsprong van het karkas, de delen en kleinere stukken ("destructieve methode")

Stukjes weefsel worden verkregen door een steriele kurkboor in het vlees te duwen of door met steriele instrumenten een stukje weefsel van ongeveer 25 cm² af te snijden. De monsters worden aseptisch overgebracht in een monsterrecipiënt of in een plastic dilutiezakje en worden gehomogeniseerd (met een Stomachter of een Blender). Monsters bevroren vlees blijven bevroren tijdens het vervoer naar het laboratorium. Monsters van gekoeld vlees worden niet bevroren maar blijven gekoeld. Aparte monsters uit dezelfde zending mogen worden samengevoegd.

Elk monster wordt naar behoren gemerkt en geïdentificeerd.

DEEL B AANTAL TE NEMEN MONSTERS

1. Karkassen, halve karkassen, in maximaal drie stukken gesneden halve karkassen en vierendelen zoals bedoeld in deel A, punt 1

Het aantal stuks (karkassen of halve karkassen) in een zending waarvan aselect aparte monsters moeten worden genomen, bedraagt:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

2. Vierendelen, delen en kleinere stukken zoals bedoeld in deel A, punt 2

Het aantal verpakkingseenheden in de zending waarvan aselect aparte monsters moeten worden genomen, bedraagt:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

Naar gelang van het gewicht van de verpakkingseenheden kan het aantal te bemonsteren verpakkingseenheden worden verminderd door de volgende coëfficiënten toe te passen:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

DEEL C MICROBIOLOGISCHE METHODE VOOR HET ONDERZOEK VAN DE MONSTERS

Het microbiologische onderzoek van de monsters op Salmonella moet worden verricht volgens de standaardmethode van de Internationale Organisatie voor normalisatie, ISO 6579: 1993. De Raad kan echter op voorstel van de Commissie per geval andere methoden toestaan die gelijkwaardige garanties bieden.

Top