Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31993R3665

    Verordening (EG) nr. 3665/93 van de Commissie van 21 december 1993 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2454/93 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek

    PB L 335 van 31.12.1993, p. 1–26 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/04/2016; stilzwijgende opheffing door 32016R0481

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1993/3665/oj

    31993R3665

    Verordening (EG) nr. 3665/93 van de Commissie van 21 december 1993 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2454/93 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek

    Publicatieblad Nr. L 335 van 31/12/1993 blz. 0001 - 0026
    Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 2 Deel 11 blz. 0011
    Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 2 Deel 11 blz. 0011


    VERORDENING (EG) Nr. 3665/93 VAN DE COMMISSIE van 21 december 1993 tot wijziging van Verordening (EEG) nr. 2454/93 houdende vaststelling van enkele bepalingen ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad tot vaststelling van het communautair douanewetboek

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 2913/92 van de Raad van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek (1), inzonderheid op artikel 249,

    Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 2454/93 van de Commissie (2) enkele bepalingen zijn vastgesteld ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2913/92;

    Overwegende dat ten aanzien van respectievelijk bepaalde onderverdelingen van de GN-posten 0408, 2208, 2710 en de aanduiding van bepaalde, met de afgifte van certificaten belaste instanties wijzigingen hebben plaatsgevonden;

    Overwegende dat het dienstig is de maximumbedragen die gelden voor zendingen waarvoor APR- of EUR 2-formulieren kunnen worden opgesteld, die in het handelsverkeer met de Republieken Bosnië-Herzegovina, Kroatië, Slovenië en met het grondgebied van de voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië, alsmede met de bezette gebieden worden gebruikt, op elkaar af te stemmen

    Overwegende dat de uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst tussen de Gemeenschap en de Republiek Slovenië een aanpassing van de artikelen 120 tot en met 140 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 noodzakelijk maakt;

    Overwegende dat de artikelen 222, 223 en 224 van Verordening (EEG) nr. 2454/93 bepalingen behelzen voor het geval aangifte wordt gedaan met gebruikmaking van systemen voor automatische gegevensverwerking; dat het nodig is gebleken deze bepalingen nader te preciseren; dat dient te worden bepaald dat alle andere douaneformaliteiten eveneens met gebruikmaking van systemen voor automatische gegevensverwerking kunnen worden vervuld; dat de toepassing van deze bijzondere regels echter dient te worden beperkt tot die gevallen waarin uitsluitend de met gebruikmaking van systemen voor automatische gegevensverwerking vervulde formaliteit de gewenste rechtsgevolgen heeft;

    Overwegende dat het voorkomt dat goederen, die zich met name in een vrije zone of in een vrij entrepôt of in tijdelijke opslag bevinden of die onder een opschortende regeling geplaatst zijn, bij vergissing in de plaats van andere goederen worden aangegeven voor een douaneregeling waaruit de verplichting tot betaling van rechten bij invoer voortvloeit; dat dient te worden bepaald dat op bepaalde voorwaarden de aangifte voor laatstbedoelde regeling ongeldig kan worden gemaakt;

    Overwegende dat het noodzakelijk is de bepalingen voor de toepassing van communautaire maatregelen die een controle op het gebruik en/of de bestemming van goederen met zich brengen, aan de ontwikkelingen in administratieve methoden aan te passen; dat het, in verband met de afschaffing van controles en formaliteiten aan de binnengrenzen, dienstig is de administratieve controles ter bestemming verder te versoepelen;

    Overwegende dat het om reden van douanetoezicht noodzakelijk is de bepalingen betreffende het gebruik van een vrachtbrief CIM of een overdrachtsformulier TR op elkaar af te stemmen door te voorzien in het douanevisum op exemplaar nr. 1 van het overdrachtsformulier TR.

    Overwegende dat is gebleken dat de Lid-Staten uiteenlopende regels toepassen betreffende de douanesituatie van goederen die aan de Schatkist zijn afgestaan of die door de bevoegde autoriteiten in beslag zijn genomen of verbeurd verklaard; dat, zolang deze goederen niet in het vrije verkeer zijn gebracht, een douaneschuld ten aanzien daarvan zou kunnen ontstaan; dat dientengevolge communautaire voorschriften dienen te worden vastgesteld waardoor wordt gewaarborgd dat deze goederen niet in het economisch verkeer van de Gemeenschap terechtkomen vooraleer de rechten bij invoer worden voldaan;

    Overwegende dat de lijst van vakken van de aangifte die moeten worden ingevuld bij plaatsing onder het stelsel van douane-entrepots dient te worden aangevuld ter harmonisering en vereenvoudiging van de controles, door de douaneautoriteiten, van de aangiften tot plaatsing onder het stelsel van douane-entrepots;

    Overwegende dat het dienstig is de specifieke bepalingen betreffende zekerheidstelling aan te passen, gelet op de verhoogde frauderisico's voor bepaalde soorten goederen, teneinde deze bepalingen dwingender te maken.

    Overwegende dat het aanbeveling verdient in Verordening (EEG) nr. 2454/93 de bepalingen in te lassen waarbij de wetgeving die vóór het van toepassing worden van voormelde verordening gold, werd gewijzigd;

    Overwegende dat bepaalde fouten en weglatingen die zich bij de omzetting van de vigerende wetgeving in de toepassingsbepalingen van het wetboek hebben voorgedaan, dienen te worden verbeterd;

    Overwegende dat de in deze verordening beoogde maatregelen overeenstemmen met het advies van het Comité douanewetboek,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verordening (EEG) nr. 2454/93 wordt als volgt gewijzigd:

    1. Het volgende wordt ingevoegd:

    "Artikel 1 bis

    Voor de toepassing van de artikelen 16 tot en met 34 en 291 tot en met 308 worden de landen van de Benelux Economische Unie als één enkele Lid-Staat aangemerkt.".

    2. Aan deel I, titel 1, wordt het volgende hoofdstuk toegevoegd:

    "HOOFDSTUK 3

    Systemen voor automatische gegevensverwerking

    Artikel 4

    bis

    1. De douaneautoriteiten kunnen toestaan dat op door hen te bepalen voorwaarden en te stellen regels en met inachtneming van de beginselen van de douanewetgeving, formaliteiten met behulp van systemen voor automatische gegevensverwerking worden vervuld.

    Wordt verstaan onder:

    - automatische gegevensverwerking:

    a) het uitwisselen van genormaliseerde EDI-berichten met de douaneautoriteiten;

    b) het in de systemen voor automatische gegevensverwerking van de douane invoeren van de gegevens die voor het vervullen van de betrokken formaliteiten noodzakelijk zijn;

    - EDI (Electronic Data Interchange): de toezending van gestructureerde gegevens volgens overeengekomen berichtnormen, langs elektronische weg, van het ene systeem voor automatische gegevensverwerking naar het andere;

    - genormaliseerd bericht: een vooraf vastgestelde en aanvaarde structuur voor de elektronische toezending van gegevens.

    2. Toestemming om formaliteiten met behulp van systemen voor automatische gegevensverwerking te vervullen kan slechts worden verleend wanneer met name maatregelen voor controle van de bron en voor de bescherming van gegevens tegen ongeoorloofde toegang, verlies, wijziging of vernietiging zijn genomen.

    Artikel 4

    ter

    Wanneer de formaliteiten worden vervuld met behulp van systemen voor automatische gegevensverwerking stellen de douaneautoriteiten vast door welke techniek, die eventueel op het gebruik van codes berust, de handtekening wordt vervangen.".

    3. In de tabel van artikel 16 wordt volgnummer 1 met de daarbij horende tekst door die in bijlage 1 vervangen.

    4. Artikel 26 wordt als volgt gewijzigd:

    - De tabel wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage 2.

    - In lid 3 wordt de tweede volzin geschrapt.

    - Het volgende lid wordt ingevoegd:

    "3 bis. Bedoeld certificaat mag voor de in volgnummer 6 van de hiernavolgende tabel bedoelde tabakssoorten, wanneer verschillende soorten in eenzelfde onmiddellijke verpakking worden aangeboden, niet worden afgegeven noch aanvaard.".

    5. Artikel 41 wordt als volgt gewijzigd:

    - Het volgende lid wordt ingevoegd:

    "1. Accessoires, vervangingsonderdelen en gereedschappen die samen met materieel, machines, apparaten of voertuigen worden geleverd en die deel uitmaken van de normale uitrusting daarvan, worden geacht dezelfde oorsprong te hebben als het betrokken materieel, de betrokken machines, apparaten of voertuigen.".

    - De bestaande tekst wordt lid 2.

    6. In artikel 115 lid 1, wordt het bedrag "2 820 ecu" vervangen door dat van "3 000 ecu".

    7. In artikel 117, lid 1, worden de bedragen "200 ecu" en "565 ecu" vervangen door "215 ecu", respectievelijk "600 ecu".

    8. In artikel 120 wordt de volgende alinea toegevoegd:

    "Voor de Republiek Slovenië is het bepaalde in de eerste alinea en in de artikelen 121 tot en met 140 slechts van toepassing op de produkten die in bijlage I bij het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal zijn opgenomen.".

    9. In artikel 183, lid 4, worden de woorden "in lid 2" vervangen door de woorden "in de leden 1 en 2".

    10. Artikel 188 vervalt.

    11. In artikel 199 wordt de bestaande tekst lid 1 en worden de volgende leden toegevoegd:

    "2. Wanneer de aangever gebruik maakt van systemen voor automatische gegevensverwerking voor het opstellen van zijn douaneaangifte, kunnen de douaneautoriteiten bepalen dat de met de hand geschreven handtekening wordt vervangen door een andere identificatietechniek die eventueel op het gebruik van codes berust. Deze vereenvoudiging wordt slechts toegestaan wanneer de door de douaneautoriteiten vastgestelde technische en administratieve voorwaarden zijn vervuld.

    De douaneautoriteiten kunnen eveneens bepalen dat aangiften die met behulp van systemen voor automatische gegevensverwerking van de douane worden opgesteld, in plaats van de handmatige of mechanische plaatsing van het stempel van het douanekantoor en van de handtekening van de bevoegde ambtenaar, rechtstreeks door deze systemen worden gewaarmerkt.

    3. De douaneautoriteiten kunnen, op door hen te bepalen voorwaarden en te stellen nadere regels, toestaan dat bepaalde in bijlage 37 bedoelde vermeldingen van de schriftelijke aangifte worden vervangen door de elektronische toezending van die vermeldingen aan het daartoe aangewezen douanekantoor, in voorkomend geval in gecodeerde vorm.".

    12. In artikel 205 wordt lid 4 geschrapt.

    13. In deel I, titel VIII, wordt hoofdstuk 2 vervangen door de volgende tekst:

    "HOOFDSTUK 2

    Douaneaangifte met behulp van systemen voor automatische gegevensverwerking

    Artikel 222

    1. Wanneer de douaneaangifte met behulp van systemen voor automatische gegevensverwerking wordt ingediend, worden de in bijlage 37 bedoelde gegevens voor de schriftelijke aangifte vervangen door de toezending aan het daartoe aangewezen douanekantoor, met het oog op de verwerking ervan per computer, van gegevens in een gecodeerde dan wel in een andere door de douaneautoriteiten vastgestelde vorm, welke gegevens dienen overeen te stemmen met die welke voor een schriftelijke aangifte worden vereist.

    2. Een met behulp van EDI opgestelde douaneaangifte wordt geacht te zijn ingediend op het tijdstip waarop het EDI-bericht door de douaneautoriteiten wordt ontvangen.

    De aanvaarding van een met behulp van EDI ingediende douaneaangifte wordt de aangever medegedeeld door middel van een antwoordbericht, waarin tenminste de identificatie van het ontvangen bericht en/of het registratienummer van de douaneaangifte, alsmede de datum van aanvaarding zijn vermeld.

    3. Wanneer een douaneaangifte met behulp van EDI wordt gedaan, bepalen de douaneautoriteiten op welke wijze het bepaalde in artikel 247 wordt toegepast.

    4. Wanneer een douaneaangifte met behulp van EDI wordt gedaan, wordt de vrijgave van de goederen aan de aangever meegedeeld, waarbij ten minste de identificatie van de aangifte en de datum van vrijgave worden vermeld.

    5. Wanneer de gegevens van de douaneaangifte in de systemen voor automatische gegevensverwerking van de douane worden ingevoerd, zijn de bepalingen van de leden 2, 3 en 4 van overeenkomstige toepassing.

    Artikel 223

    Wanneer met het oog op de vervulling van andere formaliteiten een exemplaar van de douaneaangifte op papier moet worden gesteld, wordt dit exemplaar, op verzoek van de aangever, door het betrokken douanekantoor, of wel overeenkomstig artikel 199, lid 2, tweede alinea, opgesteld en geviseerd.

    Artikel 224

    De douaneautoriteiten kunnen, op door hen te bepalen voorwaarden en te stellen nadere regels toestaan dat de bescheiden die nodig zijn om goederen onder een douaneregeling te plaatsen, langs elektronische weg worden opgesteld en toegezonden.".

    14. In artikel 229, lid 1, onder a), worden de eerste twee streepjes vervangen door de volgende tekst:

    "- dieren bestemd voor het gebruik als bedoeld onder de punten 12 en 13 van bijlage 93 bis en materiaal dat aan de bij artikel 685, lid 2, onder b), gestelde voorwaarden voldoet,

    - verpakkingsmiddelen als bedoeld in artikel 679, wanneer die gevuld worden ingevoerd en niet uit te wissen en niet te verwijderen merken dragen van een buiten het douanegebied van de Gemeenschap gevestigde persoon,".

    15. In artikel 251 wordt het volgende punt ingevoegd:

    "1 bis. Wanneer is vastgesteld dat de goederen in de plaats van andere goederen bij vergissing zijn aangegeven voor een douaneregeling waaruit de verplichting tot betaling van de rechten bij invoer voortvloeit, maken de douaneautoriteiten de aangifte ongeldig indien het verzoek daartoe wordt ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de datum van aanvaarding van de aangifte, voor zover:

    - de oorspronkelijk aangegeven goederen:

    i) niet zijn gebruikt op een andere wijze dan toegestaan in de voorafgaande situatie ervan, en

    ii) weer in de voorafgaande situatie worden gebracht,

    en voor zover

    - de goederen die in werkelijkheid voor de aanvankelijk beoogde douaneregeling hadden moeten worden aangegeven:

    i) op het ogenblik van indiening van de oorspronkelijke aangifte bij hetzelfde douanekantoor hadden kunnen worden aangeboden, en

    ii) voor dezelfde douaneregeling die aanvankelijk was beoogd, zijn aangegeven.

    De douaneautoriteiten kunnen in naar behoren gerechtvaardigde uitzonderlijke gevallen toestaan dat de vorengenoemde termijn wordt overschreden.".

    16. Artikel 252 wordt vervangen door de volgende tekst:

    "Artikel 252

    Wanneer de douaneautoriteiten tot de verkoop van communautaire goederen overeenkomstig artikel 75, onder b), van het wetboek overgaan, gebeurt deze verkoop volgens de in de Lid-Staten geldende procedures.".

    17. In deel I, titel IX, wordt in de titel van hoofdstuk 1 het woord "Definities" vervangen door de woorden "Algemene bepalingen".

    18. Het volgende artikel wordt ingevoegd:

    "Artikel 253 bis

    Wanneer een vereenvoudigde procedure met automatische gegevensverwerking wordt toegepast of de douaneaangifte met behulp van een systeem voor automatische gegevensverwerking wordt opgesteld, zijn artikel 199, leden 2 en 3, en de artikelen 222, 223 en 224 van overeenkomstige toepassing.".

    19. Artikel 269, lid 3, wordt door de volgende tekst vervangen:

    "3. De procedure van lid 1 is niet van toepassing op entrepots van het type F en evenmin bij de plaatsing onder het stelsel van de in de artikelen 529 tot en met 534 bedoelde communautaire landbouwgoederen in alle soorten entrepots.

    4. De procedure van lid 1, tweede streepje, is van toepassing op entrepots van het type B, met dien verstande dat het niet mogelijk is een handelsdocument te gebruiken. Wanneer het administratieve document niet alle in bijlage 37, titel I, punt B, lid 2, onder f), aa), bedoelde gegevens bevat, dienen deze te worden vermeld op het verzoek tot plaatsing onder de regeling dat bij het document is gevoegd.".

    20. In artikel 272 wordt lid 2 gelezen:

    "2. Artikel 269, lid 3, en artikel 270 zijn van overeenkomstige toepassing.".

    21. In artikel 275 wordt lid 1 vervangen door de volgende tekst:

    "1. De aangiften tot plaatsing onder een economische douaneregeling met uitzondering van de regeling passieve veredeling en het stelsel van douane-entrepots, die op verzoek van de aangever door het kantoor van plaatsing kunnen worden aanvaard hoewel hierin sommige van de in bijlage 37 bedoelde gegevens ontbreken of sommige van de in artikel 220 bedoelde documenten niet zijn bijgevoegd, dienen tenminste de in de vakken 14, 21, 31, 37, 40 en 54 van het enig document bedoelde gegevens te bevatten, alsmede in vak 44 de verwijzing naar de vergunning of, bij toepassing van artikel 556, lid 1, tweede alinea, de verwijzing naar de aanvraag.".

    22. In artikel 291 wordt lid 4 de tweede alinea van lid 3.

    23. In artikel 411 wordt lid 1 gelezen:

    "1. Wanneer de ontheffing van de verplichting om de aangifte voor communautair douanevervoer op het kantoor van vertrek over te leggen betrekking heeft op goederen die zijn bestemd om, overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 413 tot en met 442, onder geleide van een vrachtbrief CIM of een overdrachtsformulier TR te worden verzonden, zien de douaneautoriteiten erop toe dat het teken "T1" of "T2", al naar gelang van het geval, op de exemplaren nr. 1, nr. 2 en nr. 3 van de vrachtbrief CIM, of op de exemplaren nr. 1, nr. 2, nr. 3A en nr. 3B van het overdrachtsformulier TR wordt aangebracht.".

    24. In artikel 434 worden de leden 2, 3 en 4 vervangen door de volgende tekst:

    "2. Het kantoor van vertrek brengt in het voor de douane bestemde vak van de exemplaren nr. 1, nr. 2, nr. 3A en nr. 3B van het overdrachtsformulier TR, op duidelijk zichtbare wijze:

    - het teken "T1" aan, indien de goederen met toepassing van de regeling extern communautair douanevervoer worden vervoerd;

    - het teken "T2", "T2ES" of "T2PT" aan, al naar gelang van het geval, indien de goederen met toepassing van de regeling intern communautair douanevervoer worden vervoerd, overeenkomstig artikel 165 van het wetboek en artikel 311, onder b).

    Het teken "T2", "T2ES" of "T2PT" wordt door middel van het stempel van het kantoor van vertrek gewaarmerkt.

    3. Wanneer een overdrachtsformulier TR zowel betrekking heeft op containers welke goederen bevatten die met toepassing van de regeling extern communautair douanevervoer als op die, welke goederen bevatten die met toepassing van de regeling intern communautair douanevervoer worden vervoerd, overeenkomstig artikel 165 van het wetboek en artikel 311, onder b), maakt het kantoor van vertrek, in het voor de douane bestemde vak van de exemplaren nr. 1, nr. 2, nr. 3A en nr. 3B van het overdrachtsformulier TR afzonderlijk melding van de containers, al naar gelang van het soort goederen dat deze bevatten en brengt het naast de vermelding van de betrokken containers het teken "T1", "T2", "T2ES" of "T2PT" aan.

    4. Wanneer, in het in lid 3 bedoelde geval, van lijsten van grote containers gebruik wordt gemaakt, worden per categorie container afzonderlijke lijsten opgesteld. De containers worden in het voor de douane bestemde vak van de exemplaren nr. 1, nr. 2, nr. 3A en nr. 3B van het overdrachtsformulier TR aangeduid met het volgnummer, respectievelijk de volgnummers van deze lijsten. Het teken "T1", "T2", "T2ES" of "T2PT" wordt, al naar gelang de categorie containers waarop het betrekking heeft, naast het volgnummer, respectievelijk de volgnummers van de lijsten aangebracht.".

    25. Aan artikel 482, lid 4, wordt de volgende alinea toegevoegd:

    "De bevoegde autoriteit van de Lid-Staat van bestemming kan echter besluiten dat de goederen rechtstreeks bij de geadresseerde worden afgeleverd onder de door het bevoegde kantoor van bestemming gestelde voorwaarden zodat dit kantoor bij of na aankomst van de goederen de noodzakelijke controles kan verrichten.".

    26. In artikel 524 wordt lid 1 gelezen:

    "1. Voor zover zulks geen afbreuk doet aan de regelmatigheid van de verrichtingen, staat het controlekantoor toe dat communautaire en niet-communautaire goederen in dezelfde opslaginrichting worden opgeslagen.".

    27. Artikel 529 wordt als volgt gewijzigd:

    - De bestaande tekst wordt lid 1 en de woorden "met uitzondering van de artikelen 522 en 524" worden vervangen door de woorden "met uitzondering van artikel 522".

    - Het volgende lid wordt toegevoegd:

    "2. Onverminderd bijzondere bepalingen in het kader van de landbouwwetgeving, kunnen goederen met prefinanciering alleen dan met andere communautaire of niet-communautaire goederen uit hoofde van artikel 524, lid 1, in dezelfde opslaginrichting worden opgeslagen wanneer op elk moment de identiteit en de douanestatus van de goederen kunnen worden vastgesteld.".

    28. In artikel 534, lid 2, worden de woorden "en met name het in Verordening (EEG) nr. 3719/88 bedoelde uitvoer- of voorfixatiecertificaat" geschrapt.

    29. Artikel 546 wordt gelezen:

    "Artikel 546

    Artikel 544, lid 2, en artikel 545, leden 2 en 4, doen geen afbreuk aan de toepassing van de artikelen 121, 122, 135 en 136 van het wetboek met betrekking tot de rechten en heffingen van toepassing op onder de regeling actieve veredeling of behandeling onder douanetoezicht geplaatste goederen of produkten.".

    30. Artikel 552, lid 1, onder f), wordt als volgt gewijzigd:

    - Punt i) wordt gelezen:

    "i) zich in deze periode in het douanegebied van de Gemeenschap bevoorraadt met in de Gemeenschap vervaardigde goederen die in de zin van punt b) vergelijkbaar zijn met de invoergoederen, en zulks voor 80 % van zijn totale behoeften voor deze in de veredelingsprodukten opgenomen goederen.

    De toepassing van deze bepaling is afhankelijk gesteld van de voorwaarde dat de aanvrager van de vergunning de douaneautoriteiten bewijsstukken voorlegt aan de hand waarvan deze zich ervan kunnen vergewissen, dat de vooruitzichten voor de bevoorrading met in de Gemeenschap vervaardigde goederen redelijkerwijze kunnen worden gerealiseerd. Deze bewijsstukken, die als bijlage bij de aanvraag om een vergunning worden gevoegd, bestaan bij voorbeeld uit afschriften van handels- of administratieve bescheiden die betrekking hebben op de bevoorrading in een voorgaande indicatieve periode of op bestellingen of bevoorradingsvooruitzichten met betrekking tot de in aamerking genomen periode.

    Onverminderd artikel 87, lid 2, van het wetboek kunnen de douaneautoriteiten aan het einde van de betrokken periode controleren of genoemd percentage in acht is genomen (code 7001).".

    - Het volgende punt wordt toegevoegd:

    "vi) satellieten of satelliet-onderdelen bouwt (code 7006).".

    31. Artikel 553, lid 2, eerste alinea, wordt gelezen:

    "2. Wanneer de douaneautoriteiten van oordeel zijn dat aan de economische voorwaarden in andere dan de in artikel 552 genoemde gevallen is voldaan, wordt een vergunning met een geldigheid van ten hoogste negen maanden verleend.".

    32. Artikel 564, lid 2, wordt gelezen:

    "2. Wanneer voor de in artikel 560, lid 2, bedoelde landbouwprodukten een maandelijkse globalisatie is toegestaan, verstrijken de termijnen uiterlijk op de laatste dag van de derde maand volgende op die waarop de globalisatie betrekking heeft.".

    33. Artikel 569, lid 1, wordt gelezen:

    "1. Onverminderd lid 2 en artikel 570, lid 1, kan slechts van het equivalentieverkeer gebruik worden gemaakt indien de equivalente goederen in dezelfde, uit acht cijfers bestaande onderverdeling van de gecombineerde nomenclatuur worden ingedeeld, en dezelfde handelskwaliteit en dezelfde technische kenmerken bezitten als de invoergoederen.".

    34. Artikel 572 wordt gelezen:

    "Artikel 572

    1. Het gebruik van het systeem van voorafgaande uitvoer is niet mogelijk voor vergunningen die worden afgegeven op grond van een of meer van de economische voorwaarden die met de codes 6201, 6202, 6301, 6302, 6303, 7004, 7005 en 7006 worden aangeduid en voor zover de aanvrager niet in staat is aan te tonen dat de aan dit systeem verbonden voordelen uitsluitend aan de vergunninghouder toekomen.

    2. Wanneer in het kader van het systeem inzake schorsing voorafgaande uitvoer geschiedt, zijn de artikelen 569 en 570 en artikel 571, leden 2 en 3, van overeenkomstige toepassing.

    3. Bij voorafgaande uitvoer vindt de in artikel 115, lid 3, van het wetboek bedoelde wijziging van douanesituatie plaats:

    - voor uitgevoerde veredelingsprodukten, op het tijdstip dat de aangifte ten uitvoer wordt aanvaard en voor zover de invoergoederen onder de regeling worden geplaatst;

    - voor invoergoederen en equivalente goederen, op het tijdstip dat de voor de regeling aangegeven invoergoederen worden vrijgegeven.".

    35. Aan artikel 577, lid 2, wordt het volgende punt toegevoegd:

    "e) de levering, in de vorm van veredelingsprodukten, van goederen voor de bouw van satellieten en de daarbij behorende gronduitrusting, bestemd voor in het douanegebied van de Gemeenschap gevestigde lanceerinstallaties. Het gelijkstellen van deze gronduitrusting met een uitvoer is eerst definitief op het ogenblik dat deze uitrusting een nieuwe toegestane douanebestemming heeft gekregen met uitzondering van het in het vrije verkeer brengen.".

    36. In artikel 580 worden de leden 1, 2 en 3 vervangen door de volgende tekst:

    "1. Het in het vrije verkeer brengen van goederen in ongewijzigde staat of van hoofdveredelingsprodukten is mogelijk wanneer de belanghebbende verklaart dat hij aan deze goederen of produkten geen douanebestemming kan geven als gevolg waarvan zij niet aan rechten bij invoer zouden worden onderworpen, op voorwaarde dat compenserende interesten overeenkomstig artikel 589, lid 1, worden betaald.

    2. De douaneautoriteiten kunnen een vergunning verlenen voor het globaliseren van het in het vrije verkeer brengen, wanneer dit niet strijdig is met andere communautaire voorschriften inzake het in het vrije verkeer brengen.

    3. Wanneer overeenkomstig lid 2 een vergunning voor het globaliseren van het in het vrije verkeer brengen is verleend, kunnen de invoergoederen in de Gemeenschap in de vorm van veredelingsprodukten of in de vorm van goederen in ongewijzigde staat in de handel worden gebracht, voordat de formaliteiten voor het in het vrije verkeer brengen zijn vervuld.

    De aldus in de handel gebrachte goederen worden enkel voor de toepassing van lid 4 niet als goederen die een douanebestemming hebben gevolgd, beschouwd.".

    37. Het volgende artikel wordt ingevoegd:

    "Artikel 585 bis

    1. Voor de invoergoederen waarvoor, op het tijdstip van de aanvaarding van de aangifte tot plaatsing onder de regeling, in verband met de bijzondere bestemming van die goederen een gunstige tariefregeling gold, dienen de overeenkomstig artikel 121, lid 1, van het wetboek te heffen rechten bij invoer te worden berekend door uit te gaan van het tarief dat met deze bestemming overeenkomt, voor zover de voorwaarden voor het toekennen van deze gunstige tariefregeling zijn vervuld, zonder dat voor deze regeling een vergunning behoeft te worden verleend.

    2. De bepalingen van lid 1 zijn slechts van toepassing voor zover de goederen de voor het verlenen van de gunstige tariefregeling noodzakelijke bijzondere bestemming hebben gevolgd vóór het verstrijken van de termijn die hiervoor wordt vastgesteld in de communautaire bepalingen die de voorwaarden vastleggen waaraan de goederen moeten voldoen om voor deze regeling in aanmerking te komen. Deze termijn gaat in op het tijdstip waarop de aangifte tot plaatsing onder de regeling wordt aanvaard. De termijn kan door de douaneautoriteiten worden verlengd, indien de goederen als gevolg van toevallige omstandigheden of wegens overmacht of wegens aan het produktieproces van deze goederen inherente technische vereisten deze bijzondere bestemming niet hebben verkregen.".

    38. Artikel 587, lid 1, wordt gelezen:

    "1. Wanneer veredelingsprodukten in het vrije verkeer worden gebracht en het bedrag van de douaneschuld wordt bepaald aan de hand van de speciale heffingsgrondslagen ten aanzien van de invoergoederen, als bedoeld in artikel 122 van het wetboek, hebben de in de vakken 15, 16, 34, 41 en 42 van de aangifte te vermelden gegevens betrekking op de invoergoederen.".

    39. Aan artikel 589, lid 2, wordt het volgende streepje toegevoegd:

    "- bij het ontstaan van een douaneschuld tengevolge van het in het vrije verkeer brengen van goederen waarom werd verzocht onder de omstandigheden waarin bij artikel 128, lid 4, van het wetboek is voorzien, voorzover de invoerrechten voor de betrokken produkten nog niet werkelijk werden terugbetaald of kwijtgescholden.".

    40. Artikel 591, lid 2, wordt gelezen:

    "2. De toerekening wordt uitgevoerd volgens de in de artikelen 592, 593 en 594 aangegeven methodes of met behulp van elke andere rekenmethode die dezelfde resultaten oplevert, op basis van de rekenvoorbeelden in bijlage 80.".

    41. Aan artikel 601 worden de volgende leden toegevoegd:

    "4. Voor bepaalde goederenstromen in het kader van de regeling driehoeksverkeer kunnen op verzoek van ondernemingen die voldoende hoeveelheden uitvoeren met toepassing van de regeling voorafgaande uitvoer, vereenvoudigde procedures worden vastgesteld.

    Deze procedure wordt door de vergunninghouder aangevraagd bij de douaneautoriteiten van de Lid-Staat van de vergunningafgifte.

    Deze afwijking biedt de mogelijkheid een aantal uitvoerverrichtingen van veredelingsprodukten in het kader van het systeem voorafgaande uitvoer over een bepaalde periode te globaliseren ten einde een inlichtingenblad INF 5 te kunnen afgeven waarop de in die periode uitgevoerde hoeveelheden zijn getotaliseerd.

    5. De aanvraag dient vergezeld te gaan van alle, voor het onderzoek ervan nodige documenten en bewijsstukken. Uit deze documenten en bewijsstukken dient met name de frequentie van de uitvoerverrichtingen te blijken, alsmede de wijze waarop de beoogde procedures zullen worden afgewikkeld en de gegevens aan de hand waarvan kan worden nagegaan of de equivalente goederen aan de gestelde voorwaarden voldoen.

    6. Wanneer de douaneautoriteiten over alle noodzakelijke elementen beschikken, doen zij de aanvraag, vergezeld van hun advies, aan de Commissie toekomen.

    Onmiddellijk na ontvangst van deze aanvraag brengt de Commissie de daarin vervatte elementen ter kennis van de Lid-Staten.

    De Commissie besluit overeenkomstig de procedure van het Comité of en op welke voorwaarden een vergunning kan worden verleend. Tevens geeft zij aan welke controlemaatregelen dienen te worden toegepast om een goed verloop van de verrichtingen in het kader van de regeling equivalentieverkeer te waarborgen.".

    42. Artikel 616 wordt gelezen:

    "Artikel 616

    1. Wanneer onder de regeling actieve veredeling, systeem inzake schorsing, geplaatste produkten of goederen binnen het douanegebied van de Gemeenschap worden overgebracht, geschiedt het vervoer van die produkten of goederen hetzij overeenkomstig de bepalingen inzake extern douanevervoer, hetzij overeenkomstig de in lid 3 en in de artikelen 617 tot en met 623 bedoelde procedures voor de overdracht.

    2. Het afgegeven document voor extern douanevervoer of het als zodanig geldende document dient een van de in artikel 610 genoemde vermeldingen te bevatten.

    3. Indien het gebruik van de procedures voor de overdracht van goederen wordt toegestaan, wordt dit in de vergunning vermeld. Deze procedures treden in de plaats van die voor het verkeer van goederen waarin de regeling extern douanevervoer voorziet. In het geval van overdracht van produkten of goederen van de ene naar een andere vergunninghouder, dient in beide betrokken vergunningen in die overdrachtprocedures te zijn voorzien.

    Deze procedures mogen slechts worden toegestaan indien de vergunninghouder de in artikel 556, lid 3, bedoelde administratie actieve veredeling voert of laat voeren.".

    43. Aan artikel 621, lid 1, wordt het volgende punt toegevoegd:

    "d) de in artikel 619 bedoelde formaliteiten worden vereenvoudigd, op voorwaarde dat het toegepaste systeem de waarborg biedt dat de gegevens worden overgedragen op een wijze die identiek is met de bepalingen in bijlage 83, alsmede dat deze formaliteiten worden vervuld door middel van een handels- of administratief document.".

    44. Artikel 624 wordt gelezen:

    "Artikel 624

    De procedures voor het in het vrije verkeer brengen van goederen volgens het terugbetalingssysteem zijn van toepassing op invoergoederen, daarbij inbegrepen in het kader van het equivalentieverkeer zonder voorafgaande uitvoer. In dit laatste geval betreft het een in het vrije verkeer brengen zonder heffing van rechten bij invoer.".

    45. Artikel 634, lid 2, wordt gelezen:

    "2. De toerekening wordt uitgevoerd volgens de in de artikelen 635, 636 en 637 aangegeven methodes of met behulp van elke andere methode die dezelfde resultaten oplevert, op basis van de rekenvoorbeelden in bijlage 80.".

    46. Artikel 640, lid 2, wordt gelezen:

    "2. Wanneer bij het vervullen van de formaliteiten voor het in het vrije verkeer brengen volgens het terugbetalingssysteem en de uitvoer vereenvoudigde procedures zijn toegepast, zijn de in lid 1, onder f) en j), bedoelde aangiften of documenten die welke in artikel 76, lid 2, van het wetboek zijn voorzien.".

    47. Artikel 645 wordt gelezen:

    "Artikel 645

    Wanneer de bij de actieve veredeling, terugbetalingssysteem, verkregen veredelingsprodukten met toepassing van de regeling extern communautair douanevervoer (op grond waarvan een verzoek om terugbetaling kan worden ingediend) naar een ander douanekantoor worden verzonden en voor deze produkten een nieuwe vergunning tot actieve veredeling wordt aangevraagd, maken de douaneautoriteiten die bevoegd zijn deze nieuwe vergunning te verlenen, gebruik van het in artikel 611 bedoelde inlichtingenblad INF 1 ten einde het bedrag van de eventuele rechten bij invoer of van de eventuele douaneschuld vast te stellen.".

    48. Artikel 646, lid 2, wordt gelezen:

    "2. Het in lid 1 bedoelde inlichtingenblad INF 7 wordt gebruikt wanneer de veredelingsprodukten die bij de actieve veredeling in het kader van het terugbetalingssysteem zijn verkregen, zonder dat een verzoek tot terugbetaling wordt ingediend, worden overgebracht naar een niet in de vergunning vermeld kantoor van aanzuivering en aldaar, in de vorm van goederen in ongewijzigde staat of na toegestane veredeling, een van de douanebestemmingen volgen die terugbetaling of kwijtschelding overeenkomstig artikel 128, lid 1, van het wetboek mogelijk maken. Het douanekantoor waar de goederen of produkten een van deze bestemmingen krijgen, geeft op verzoek van de belanghebbende het inlichtingenblad INF 7 af.".

    49. Artikel 647, lid 1, wordt gelezen:

    "1. Het inlichtingenblad INF 7 wordt door de belanghebbende samen met de douaneaangifte voor de gevraagde bestemming overgelegd.".

    50. Artikel 648, lid 1, punt a), wordt gelezen:

    "a) de in bijlage 85 vermelde inlichtingen voor elke vergunning, wanneer de waarde van de invoergoederen per veredelaar en per kalenderjaar de in artikel 552, lid 1, onder a), v), vastgestelde grenzen overschrijdt; deze inlichtingen behoeven niet te worden verstrekt wanneer de vergunning tot actieve veredeling op grond van een of meer van de economische voorwaarden die met de codes 6106, 6107, 6201, 6202, 6301, 6302, 6303, 7004, 7005 en 7006 worden aangeduid, is verleend.

    Deze inlichtingen worden eveneens verstrekt bij een nieuw onderzoek van de economische voorwaarden van een vergunning van onbepaalde duur, en bij latere wijzigingen van reeds meegedeelde gegevens betreffende verleende vergunningen.

    Voor de in artikel 560, lid 2, bedoelde produkten worden de inlichtingen evenwel voor elke verleende vergunning medegedeeld, ongeacht de waarde van deze produkten en ongeacht de ter identificatie van de economische voorwaarden gebruikte code.".

    51. Artikel 674 wordt gelezen:

    "Artikel 674

    1. Gebruikmaking van de regeling tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van rechten bij invoer wordt toegestaan voor:

    a) opvoedkundig en wetenschappelijk materiaal;

    b) reserveonderdelen en toebehoren voor dit materiaal;

    c) gereedschap dat speciaal voor onderhoud, controle, afstelling of reparatie van dit materiaal is ontworpen.

    2. Onder "opvoedkundig materiaal" wordt verstaan, al het materiaal dat uitsluitend voor onderwijs of beroepsopleiding is bestemd, zoals bij voorbeeld modellen, instrumenten, apparaten en machines.

    In bijlage 91 is de lijst opgenomen van goederen die als opvoedkundig materiaal zijn te beschouwen. In bijlage 91 bis is een lijst opgenomen van voorbeelden van andere goederen die voor opvoedkundige, wetenschappelijke of culturele doeleinden worden ingevoerd.

    3. Onder "wetenschappelijk materiaal" wordt verstaan, materiaal dat uitsluitend voor wetenschappelijk onderzoek of onderwijs is bestemd zoals bij voorbeeld modellen, instrumenten, apparaten en machines.

    4. De in lid 1 bedoelde regeling tijdelijke invoer wordt toegestaan mits het opvoedkundig en wetenschappelijk materiaal, de reserveonderdelen, het toebehoren en het gereedschap:

    a) door erkende instellingen worden ingevoerd en onder toezicht en verantwoordelijkheid van die instellingen worden gebruikt;

    b) zonder winstoogmerk worden gebruikt;

    c) gelet op de bestemming ervan, in redelijke hoeveelheden worden ingevoerd;

    d) zolang zij zich binnen het douanegebied van de Gemeenschap bevinden, eigendom blijven van een daarbuiten gevestigde persoon.

    5. Opvoedkundig en wetenschappelijk materiaal kan voor een periode van twaalf maanden onder de regeling tijdelijke invoer worden geplaatst.".

    52. Artikel 675 vervalt.

    53. Artikel 680 wordt als volgt gewijzigd:

    - De bestaande tekst wordt lid 1 en de punten c) en f) worden respectievelijk als volgt gelezen:

    "c) speciale gereedschappen en instrumenten die een in het douanegebied van de Gemeenschap gevestigde persoon gratis ter beschikking worden gesteld om te worden gebruikt bij de vervaardiging van in hun geheel uit te voeren goederen, voor zover deze speciale gereedschappen en instrumenten eigendom blijven van een buiten het douanegebied van de Gemeenschap gevestigde persoon;";

    "f) monsters of stalen, met andere woorden goederen die representatief zijn voor een bepaalde groep reeds vervaardigde produkten of die als model dienen voor te vervaardigen goederen, met uitzondering van identieke goederen die in zodanige hoeveelheden door eenzelfde persoon worden ingevoerd of aan eenzelfde geadresseerde worden verzonden dat zij, in totaal, volgens de normale handelsgebruiken niet meer als monsters en stalen kunnen worden beschouwd.".

    - Het volgende lid wordt toegevoegd:

    "2. Gebruikmaking van de in lid 1 bedoelde regeling tijdelijke invoer wordt toegestaan:

    a) indien de onder a), b), c) en f) van genoemd lid bedoelde goederen aan een buiten het douanegebied van de Gemeenschap gevestigde persoon toebehoren;

    b) indien de onder f) van genoemd lid bedoelde monsters en stalen uitsluitend worden ingevoerd om binnen het douanegebied van de Gemeenschap te worden vertoond of gedemonstreerd met het oog op de verwerving van orders voor soortgelijke goederen die in dit gebied zullen worden ingevoerd. Zij mogen niet verkocht noch voor het normale gebruik ervan worden aangewend, behalve voor demonstratiedoeleinden, noch, zolang zij zich binnen het douanegebied van de Gemeenschap bevinden, op enigerlei andere wijze worden gebruikt.".

    54. In artikel 684 worden de leden 2 en 3 vervangen door de volgende tekst:

    "2. Wordt verstaan onder:

    a) "reiziger", iedere persoon bedoeld in artikel 236, punt A, onder 1);

    b) "persoonlijke bezittingen", alle nieuwe of gebruikte artikelen die een reiziger redelijkerwijs tijdens de reis voor persoonlijk gebruik nodig kan hebben, rekening houdend met de omstandigheden waaronder deze reis plaatsvindt, met uitsluiting van goederen die voor commerciële doeleinden worden ingevoerd;

    c) "goederen voor sportdoeleinden", sportartikelen en ander materiaal die door reizigers tijdens sportwedstrijden of -demonstraties of tijdens trainingen die binnen het douanegebied van de Gemeenschap plaatsvinden, worden gebruikt.

    3. De wederuitvoer van persoonlijke goederen dient ten laatste te geschieden op het tijdstip waarop degene die deze goederen heeft ingevoerd, het douanegebied van de Gemeenschap verlaat.

    Voor sportdoeleinden ingevoerde goederen kunnen voor een periode van twaalf maanden onder de regeling tijdelijke invoer worden geplaatst.

    4. Een lijst van voorbeelden van deze goederen is opgenomen in bijlage 92.".

    55. Het volgende artikel wordt ingevoegd:

    "Artikel 684 bis

    1. Gebruikmaking van de regeling tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van rechten bij invoer wordt toegestaan voor toeristisch reclamemateriaal.

    2. Onder "toeristisch reclamemateriaal" wordt verstaan, al het materiaal dat ten doel heeft het publiek ertoe over te halen een vreemd land te bezoeken en met name aldaar deel te nemen aan bijeenkomsten of evenementen van culturele, religieuze, toeristische, sportieve of professionele aard.

    3. Een lijst van voorbeelden van dit materiaal is opgenomen in bijlage 93.".

    56. Artikel 685 wordt gelezen:

    "Artikel 685

    1. Gebruikmaking van de regeling tijdelijke invoer met volledige vrijstelling van rechten bij invoer wordt toegestaan voor materiaal en levende dieren van elke soort die voor de in bijlage 93 bis genoemde doeleinden worden ingevoerd.

    2. Gebruikmaking van de in lid 1 bedoelde regeling tijdelijke invoer wordt toegestaan op voorwaarde:

    a) dat de dieren toebehoren aan een buiten het douanegebied van de Gemeenschap gevestigde persoon;

    b) dat het materiaal toebehoort aan een inwoner van een aan het douanegebied van de Gemeenschap grenzend grensgebied;

    c) dat het materiaal en de trekdieren door een inwoner van een aan het douanegebied van de Gemeenschap grenzend grensgebied worden ingevoerd voor de exploitatie van onroerende goederen binnen het douanegebied van de Gemeenschap, welke exploitatie de uitvoering van landbouw- en van bosbouwwerkzaamheden, zoals het verslepen of vervoeren van hout, alsook van werkzaamheden in de viskwekerij omvat.

    3. Onder "grensgebied" wordt verstaan, onverminderd de overeenkomsten ter zake, een gebied, waarvan de breedte, vanaf de grens in rechte lijn gemeten, maximaal 15 kilometer bedraagt. Gemeenten die gedeeltelijk binnen het grensgebied zijn gelegen, worden tot dat gebied gerekend onder voorbehoud van de afwijkingen waarin ter zake kan zijn voorzien.".

    57. Aan artikel 689 wordt het volgende lid toegevoegd:

    "3. Goederen die op grond van dit artikel onder de regeling zijn geplaatst, dienen, na afloop van de periode tijdens welke zij zich onder die regeling bevonden, een nieuwe douanebestemming te krijgen of onder de regeling tijdelijke invoer te worden geplaatst met gedeeltelijke vrijstelling van rechten bij invoer.

    Voor de eventuele vaststelling van het bedrag aan rechten dat in het kader van de gedeeltelijke vrijstelling is verschuldigd, wordt de datum in aanmerking genomen waarop de goederen op grond van lid 1 onder de regeling tijdelijke invoer zijn geplaatst.".

    58. Artikel 694, lid 1, wordt gelezen:

    "1. Bij het verlenen van de vergunning stellen de daartoe aangewezen douaneautoriteiten de termijn vast waarbinnen de invoergoederen een douanebestemming moeten hebben gekregen, rekening houdend, enerzijds, met de termijnen die bij artikel 140, lid 2, van het wetboek en bij de artikelen 674, 675, 679, 681, 682 en 684 zijn voorgeschreven en, anderzijds, met de tijd die nodig is om het doel van de tijdelijke invoer te verwezenlijken.".

    59. Artikel 698 wordt gelezen:

    "Artikel 698

    1. De regeling wordt, zonder schriftelijke aanvraag of vergunning, toegestaan voor de in artikel 684 bedoelde persoonlijke bezittingen en goederen voor sportdoeleinden.

    In dit geval wordt de in artikel 233 bedoelde handeling als een aanvraag tot tijdelijke invoer beschouwd en het niet-optreden van de douaneautoriteiten als een vergunning.

    2. Lid 1 is niet van toepassing op persoonlijke bezittingen indien de douaneautoriteiten dit uitdrukkelijk eisen en wanneer het om een belangrijk bedrag aan rechten bij invoer en andere heffingen gaat.".

    60. Artikel 699, lid 3, wordt gelezen:

    "3. Bij toepassing van artikel 697 geschiedt de overlegging van het carnet ATA met het oog op de plaatsing van goederen onder de regeling tijdelijke invoer bij een ter zake bevoegd kantoor van binnenkomst. Het kantoor van binnenkomst vervult dan de functie van kantoor van plaatsing.

    Wanneer evenwel:

    a) het ter zake bevoegde kantoor van binnenkomst niet in staat is na te gaan of aan alle voorwaarden voor het gebruik van de regeling tijdelijke invoer is voldaan, of

    b) het kantoor van binnenkomst niet bevoegd is de functie van kantoor van plaatsing te vervullen.

    staat dit kantoor toe dat de goederen worden vervoerd onder dekking van het als douanevervoerdocument dienst doende carnet ATA van het kantoor van bestemming dat in staat is na te gaan of aan deze voorwaarde is voldaan.".

    61. Artikel 700 wordt gelezen:

    "Artikel 700

    1. Overeenkomstig artikel 88 van het wetboek is de plaatsing onder de regeling tijdelijke invoer afhankelijk van het stellen van een zekerheid.

    2. In afwijking van lid 1 zijn in bijlage 97 de gevallen vermeld waarin geen zekerheid kan worden geëist om goederen onder de regeling tijdelijke invoer te plaatsen.".

    62. Het volgende artikel wordt ingevoegd:

    "Artikel 700 bis

    1. Bij toepassing van artikel 691, lid 2, onder b), en van artikel 692, lid 2, wordt bij het douanekantoor dat de vergunning tot plaatsing onder de regeling heeft verleend, de zekerheid met het oog op de betaling van de douaneschuld en van eventuele andere heffingen gesteld.

    2. Wanneer de vergunning op grond van artikel 692 wordt afgegeven, met gebruikmaking van de in artikel 713 bedoelde vereenvoudigde procedures en de goederen bestemd zijn in verscheidene Lid-Staten te worden gebruikt, worden deze door het subject van de regeling aan de douane medegedeeld.

    3. De zekerheid wordt vrijgegeven door het douanekantoor dat de vergunning heeft verleend, zodra het douanekantoor dat het in artikel 715, lid 3, bedoelde inlichtingenblad oorspronkelijk heeft afgetekend, de door het kantoor van aanzuivering afgetekende kopie van dit inlichtingenblad ontvangt onder de voorwaarden van artikel 716, lid 2. Dit inlichtingenblad gaat, naar gelang van het geval, vergezeld van:

    - exemplaar 3 van de aangifte tot wederuitvoer:

    - een kopie van het document waarmee de goederen een andere douanebestemming hebben gekregen of een ander document waaruit blijkt dat de goederen een andere douanebestemming hebben gekregen.".

    63. Het volgende artikel wordt ingevoegd:

    "Artikel 710 bis

    Indien goederen in een andere Lid-Staat dan die waar zij onder de regeling zijn geplaatst, in het vrije verkeer worden gebracht, gaat de Lid-Staat waar de goederen in het vrije verkeer worden gebracht over tot de heffing van de rechten bij invoer, zoals op het in artikel 715, lid 3, genoemde inlichtingenblad INF 6 is vermeld en overeenkomstig de daarop aangegeven wijze.".

    64. Aan artikel 712 wordt het volgende lid toegevoegd:

    "3. In afwijking van lid 1 mogen onder de regeling tijdelijke invoer geplaatste goederen die van een carnet ATA vergezeld gaan binnen het douanegebied van de Gemeenschap zonder het vervullen van douaneformaliteiten worden vervoerd tot de regeling wordt aangezuiverd. Artikel 452 is van overeenkomstige toepassing.".

    65. In deel II, titel II, hoofdstuk 5, wordt aan afdeling 2 de volgende onderafdeling toegevoegd:

    "Onderafdeling 9

    Verlenging van de geldigheidsduur van carnets ATA

    Artikel 716 bis

    1. Wanneer wordt verwacht dat de tijdelijke invoer langer zal duren dan de geldigheidsduur van het carnet ATA, daar de houder ervan niet in staat is de goederen weder uit te voeren, kan de instantie die dit carnet heeft afgegeven, een vervangend carnet afgeven. Het oorspronkelijke carnet wordt door de houder aan de instantie van afgifte teruggezonden.

    2. Het vervangende carnet wordt aangeboden bij het bevoegde douanekantoor van de plaats waar de goederen zich bevinden. Dit kantoor verricht dan de volgende formaliteiten:

    a) het zuivert het oorspronkelijke carnet door de wederuitvoerstrook onverwijld aan het oorspronkelijke douanekantoor van tijdelijke invoer te zenden;

    b) het neemt het vervangende carnet in ontvangst en behoudt de invoerstrook na daarop de in het oorspronkelijke carnet genoemde wederuitvoertermijn te hebben vermeld, de eventuele verlenging daarvan, alsmede het nummer van het oorspronkelijke carnet.

    3. Bij de aanzuivering van de regeling tijdelijke invoer vervult het kantoor van wederuitvoer de in artikel 706, lid 3, omschreven formaliteiten door de wederuitvoerstrook van het vangende carnet onverwijld aan het douanekantoor dat het vervangende carnet in ontvangst heeft genomen, terug te zenden.

    4. De instantie van afgifte is verantwoordelijk voor de afgifte van een vervangend carnet. Indien de geldigheidsduur van een carnet ATA verloopt, terwijl de houder ervan niet in staat is de goederen weder uit te voeren en de instantie van afgifte weigert een vervangend carnet af te geven, eisen de douaneautoriteiten dat de in de artikelen 691 tot en met 702 omschreven douaneformaliteiten worden vervuld.".

    66. Artikel 719, lid 10, punt b), wordt gelezen:

    "b) kan een voertuig voor particulier gebruik dat onder de regeling tijdelijke invoer is geplaatst, door een binnen het douanegebied van de Gemeenschap gevestigde natuurlijk persoon ook incidenteel worden gebruikt, wanneer deze handelt voor rekening en in opdracht van het subject van de regeling die zich binnen dit gebied bevindt.".

    67. Artikel 747, lid 1, punt b), wordt gelezen:

    "b) de lijst van douanekantoren die zijn aangewezen om overeenkomstig de artikelen 695, 696, 697 en 699 aangiften tot plaatsing onder de regeling te aanvaarden.".

    68. In deel IV, titel II, hoofdstuk 3, wordt de titel gelezen:

    "HOOFDSTUK 3

    Goederen die zich in een bijzondere situatie bevinden".

    69. Het volgende artikel wordt ingevoegd:

    "Artikel 867 bis

    1. Niet-communautaire goederen die aan de Schatkist zijn afgestaan, in beslag zijn genomen of verbeurd verklaard, worden geacht onder het stelsel van douane-entrepots te zijn geplaatst.

    2. De in lid 1 bedoelde goederen kunnen door de douaneautoriteiten slechts worden verkocht onder de voorwaarde dat de koper onverwijld de formaliteiten verricht om aan deze goederen een douanebestemming te geven.

    Wanneer de verkoop plaats heeft tegen een prijs met inbegrip van de rechten bij invoer, wordt deze verkoop gelijkgesteld met een aangifte voor het vrije verkeer, waarbij de douaneautoriteiten zelf de rechten berekenen en boeken.

    In die gevallen gebeurt deze verkoop volgens de in de Lid-Staten geldende procedures.

    3. Ingeval de overheid besluit over de in lid 1 bedoelde goederen anders dan ten behoeve van een verkoop te beschikken, verricht zij onverwijld de formaliteiten om aan deze goederen een van de in artikel 4, punt 15, onder a) tot en met d), van het wetboek bedoelde douanebestemmingen te geven.".

    70. Bijlage 6 bis, opgenomen in bijlage 3, wordt ingevoegd.

    71. Bijlage 37 wordt overeenkomstig bijlage 4 gewijzigd.

    72. Bijlage 38 wordt overeenkomstig bijlage 5 gewijzigd.

    73. De eerste bladzijde van bijlage 39 wordt vervangen door de tekst in bijlage 6.

    74. Bijlage 52 wordt vervangen door de tekst in bijlage 7.

    75. Bijlage 63 wordt vervangen door de tekst in bijlage 8.

    76. Bijlage 56 wordt vervangen door de tekst in bijlage 9.

    77. In bijlage 67/B wordt de tweede bladzijde van de bijlage, betreffende de economische voorwaarden, vervangen door de tekst in bijlage 10.

    78. In bijlage 77 wordt volgnummer 128 vervangen door de tekst in bijlage 11.

    79. In bijlage 79 wordt volgnummer 45 bis, opgenomen in bijlage 12, ingevoegd.

    80. De bijlagen 91 bis en 93 bis, opgenomen in bijlage 13, respectievelijk bijlage 14, worden ingevoegd.

    Artikel 2

    De volgende verordeningen worden ingetrokken:

    - Verordening (EEG) nr. 2955/85 van de Raad van 22 oktober 1985 houdende afwijking voor de landen van de Associatie van landen van Zuidoost-Azie, voor de landen van de gemeenschappelijke markt van Midden-Amerika en voor de landen die de Overeenkomst van Cartagena hebben ondertekend (Andesgroep), van Verordening (EEG) nr. 3749/83 betreffende de definitie van het begrip "produkten van oorsprong" voor de toepassing van de door de Europese Economische Gemeenschap voor bepaalde produkten uit ontwikkelingslanden verleende tariefpreferenties (3).

    - Verordening (EEG) nr. 1592/93 van de Commissie van 22 juni 1993 tot vaststelling van de voorwaarden waaraan wodka, van de GN-codes 2208 90 31 en 2208 90 53, bij invoer in de Gemeenschap moet voldoen om in aanmerking te komen voor de gunstige tariefregeling als voorzien in de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Zweden betreffende de handel in gedistilleerd (4).

    Artikel 3

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 1994.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 21 december 1993.

    Voor de Commissie

    Christiane SCRIVENER

    Lid van de Commissie

    (1) PB nr. L 302 van 19. 10. 1992, blz. 1.(2) PB nr. L 253 van 11. 10. 1993, blz. 1.(3) PB nr. L 285 van 25. 10. 1985, blz. 4.(4) PB nr. L 153 van 25. 6. 1993, blz. 11.

    BIJLAGE 1

    "" ASSV="9" ID="1">1 > ASSV="2" ID="2">0408 > ID="3">Vogeleieren uit de schaal en eigeel, vers, gedroogd, gestoomd of in water gekookt, in een bepaalde vorm gebracht, bevroren of op andere wijze verduurzaamd, ook indien met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen: -eigeel: > ID="4">Terpentijnolie Lavendelolie Rozemarijnolie Betulaolie > ID="5">500 100 150 100 "> ID="2">0408 11 > ID="3">--gedroogd: > ID="4">Vismeel bedoeld bij onderverdeling 2301 20 00 van de gecombineerde nomenclatuur, dat een karakteristieke geur bezit en een gehalte, berekend op het gewicht van de droge stof, van: - 62,5 % ruwe protiden (proteïnen) - 6 % ruwe lipiden (vetten) > ID="5">5 000 "> ID="2">0408 11 20 > ID="3">---ongeschikt voor menselijke consumptie "> ID="2">0408 19 > ID="3">--ander: "> ID="2">0408 19 20 > ID="3">---ongeschikt voor menselijke consumptie "> ID="3">-andere: "> ID="2">0408 91 > ID="3">--gedroogd: "> ID="2">0408 91 20 > ID="3">---ongeschikt voor menselijke consumptie "> ID="2">0408 99 > ID="3">--andere: "> ID="2">0408 99 20 > ID="3">---ongeschikt voor menselijke consumptie" ">

    BIJLAGE 2

    De tabel van artikel 26 wordt als volgt gewijzigd:

    1. In volgnummer 2, kolommen 6 en 7, wordt de tekst "Oesterreichische Hartkaese Export GmbH" vervangen door:

    "Agrarmarkt Austria (AMA)" - "Wenen"

    2. Het volgnummer 5 wordt vervangen door het hiernavolgende volgnummer 5 (zie de volgende bladzijde).

    3. Volgnummer 6, kolommen 6 en 7, wordt als volgt gewijzigd:

    De tekst "Carteira de Comercio Exterior do Banco do Brasil" - "Rio de Janeiro", behorend bij land van uitvoer "Brazilië" wordt vervangen door:

    - Secretaria do Comérico Exterior, Rio de Janeiro;

    - Federaçao das Indústrias do Rio Grande do Sul, Porto Alegre;

    - Federaçao das Indústrias do Estado do Paraná, Curitiba;

    - Federaçao das Indústrias do Estado de Santa Catarina, Florianópolis.

    De tekst "Office of Korean Monopoly Corporation", behorend bij land van uitvoer "Zuid-Korea" wordt vervangen door: "Korea Tobacco and Ginseng Corporation" - "Taejon".

    "" ASSV="3" ID="1">5 > ASSV="3" ID="2">2208 90 > ID="3">-andere: "> ID="3">--wodka met een alcohol-volumegehalte van niet meer dan 45,4 % vol, pruimebrandewijn, perebrandewijn en kersebrandewijn, in verpakkingen inhoudende: > ID="4">6 > ID="5">Finland > ID="6">ALKO Limited > ID="7">Salmisaarenranta 7 00100 Helsinki 10 "> ID="3">---niet meer dan 2 l: "> ASSV="4" ID="2">2208 90 31 > ID="3">----wodka --andere gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol bevatten, in verpakkingen inhoudende: ---niet meer dan 2 l: > ID="4">6 bis > ID="5">Zweden > ID="6">V & S Vin & Sprit AB > ID="7">Formansvagen, 19 AArstadal 117 43 Stockholm "> ID="3">----andere: "> ID="3">-----gedistilleerde dranken: "> ID="3">------andere: "> ID="2">2208 90 58 > ID="3">-------andere" ">

    BIJLAGE 3

    "BIJLAGE 6 bis

    BIJLAGE 4

    Bijlage 37 wordt als volgt gewijzigd:

    1. In titel I wordt punt B als volgt gewijzigd:

    a) In lid 1, vierde streepje, worden de getallen "40" en "44" ingevoegd.

    b) In lid 2, onder f), worden de getallen "8", "35", "40" en "44" ingevoegd onder aa) en bb), en de getallen "8", "35" en "40" in de tweede alinea.

    2. In titel II wordt punt A als volgt gewijzigd:

    a) In punt 35 wordt de eerste alinea vervangen door de volgende tekst:

    "Dit vak moet verplicht worden ingevuld bij toepassing van de regeling communautair douanevervoer, wanneer het stelsel van douane-entrepots door wederuitvoer wordt aangezuiverd en wanneer het formulier wordt gebruikt om het communautaire karakter van de goederen aan te tonen; in de andere gevallen kunnen de Lid-Staten bepalen dat dit vak niet behoeft te worden ingevuld.".

    b) Aan punt 40 wordt de volgende alinea toegevoegd:

    "Dit vak moet verplicht worden ingevuld wanneer het stelsel van douane-entrepots wordt aangezuiverd door de wederuitvoer van goederen die in een entrepot van het type B waren opgeslagen; verwijzing naar de aangifte tot plaatsing onder het stelsel van douane-entrepots.".

    c) Aan punt 44 wordt de volgende alinea toegevoegd:

    "Wanneer de aangifte tot wederuitvoer ter aanzuivering van het stelsel van douane-entrepots bij een ander douanekantoor dan het controlekantoor wordt ingediend, vermelding van de volledige naam en het volledige adres van het controlekantoor.".

    3. In titel lI wordt punt C als volgt gewijzigd:

    a) In punt 8 wordt de tweede alinea vervangen door de volgende tekst:

    "Bij plaatsing onder het stelsel van douane-entrepots in een particulier entrepot (type C, D of E), vermelding van de naam en het volledige adres van de entreposeur indien deze niet de aangever is.".

    b) Aan punt 35 wordt de volgende alinea toegevoegd:

    "Dit vak moet verplicht worden ingevuld bij plaatsing onder het stelsel van douane-entrepots.".

    c) Aan punt 40 wordt de volgende alinea toegevoegd:

    "Dit vak moet verplicht worden ingevuld bij plaatsing onder het stelsel van douane-entrepots en wanneer het formulier wordt gebruikt om het communautaire karakter van de goederen aan te tonen.".

    d) Aan punt 44 wordt de volgende alinea toegevoegd:

    "Wanneer een aangifte tot plaatsing onder het stelsel van douane-entrepots bij een ander douanekantoor dan het controlekantoor wordt ingediend, vermelding van de naam en het volledige adres van het controlekantoor.".

    BIJLAGE 5

    Bijlage 38 wordt als volgt gewijzigd:

    Aan de tekst van de rubriek "Vak 1 - Aangifte - Eerste deelvak - COM" wordt het volgende streepje toegevoegd:

    "- Aangifte van communautaire goederen in het kader van het handelsverkeer tussen gedeelten van het douanegebied van de Gemeenschap waar de bepalingen van Richtlijn 77/388/EEG van toepassing zijn en gedeelten van dit douanegebied waar deze bepalingen niet van toepassing zijn, of in het kader van het handelsverkeer tussen gedeelten van dit douanegebied waar deze bepalingen niet van toepassing zijn.".

    BIJLAGE 6

    "BIJLAGE 39

    LIJST VAN AARDOLIEPRODUKTEN WAAROP DE VOORWAARDEN TEN EINDE VOOR EEN GUNSTIGE TARIEFBEHANDELING IN AANMERKING TE KOMEN WEGENS DE BIJZONDERE BESTEMMING ERVAN VAN TOEPASSING ZIJN

    "" ID="1">ex Hoofdstuk 27: "Diversen" > ID="2">Bepaalde produkten bedoeld bij de aanvullende aantekeningen (gecombineerde nomenclatuur) 4, onder n), en 5 "> ID="1">2707 > ID="2">Olie en andere produkten, verkregen bij het distilleren van hoge-temperatuur-steenkoolteer; soortgelijke produkten waarin het gewicht van de aromatische bestanddelen dat van de niet-aromatische overtreft: "> ID="1">2707 10 > ID="2">-benzol: "> ID="1">2707 10 90 > ID="2">--bestemd voor ander gebruik "> ID="1">2707 20 > ID="2">-toluol: "> ID="1">2707 20 90 > ID="2">--bestemd voor ander gebruik "> ID="1">2707 30 > ID="2">-xylol: "> ID="1">2707 30 90 > ID="2">--bestemd voor ander gebruik "> ASSV="2" ID="1">2707 50 > ID="2">-andere mengels van aromatische koolwaterstoffen die, distillatieverliezen inbegrepen, voor 65 % of meer van hun volume overdistilleren bij 250 °C of lager, bepaald volgens de methode ASTM D 86: "> ID="2">--bestemd voor ander gebruik: "> ID="1">2707 50 91 > ID="2">---solventnafta "> ASSV="2" ID="1">2707 50 99 > ID="2">---andere "> ID="2">-andere: "> ID="1">2707 99 > ID="2">--andere: "> ID="2">---andere: "> ID="1">2707 99 91 > ID="2">----bestemd voor de vervaardiging van produkten bedoeld bij post 2803 "> ASSV="2" ID="1">2710 > ID="2">Aardolie en olie uit bitumineuze mineralen, andere dan ruwe; preparaten die 70 of meer gewichtspercenten aardolie of olie uit bitumineuze mineralen bevatten en waarvan het karakter door deze olie wordt bepaald, elders genoemd noch elders onder begrepen: "> ID="2">-lichte oliën: "> ID="1">2710 00 11 > ID="2">--bestemd om een aangewezen behandeling te ondergaan "> ASSV="2" ID="1">2710 00 15 > ID="2">--bestemd om chemisch te worden verwerkt volgens een andere werkwijze dan een aangewezen behandeling bedoeld bij onderverdeling 2710 00 11 "> ID="2">-halfzware oliën: "> ID="1">2710 00 41 > ID="2">--bestemd om een aangewezen behandeling te ondergaan "> ASSV="3" ID="1">2710 00 45 > ID="2">--bestemd om chemisch te worden verwerkt volgens een andere werkwijze dan een aangewezen behandeling bedoeld bij onderverdeling 2710 00 41 "> ID="2">-zware oliën: "> ID="2">--gasolie: "> ID="1">2710 00 61 > ID="2">---bestemd om een aangewezen behandeling te ondergaan "> ASSV="2" ID="1">2710 00 65 > ID="2">---bestemd om chemisch te worden verwerkt volgens een andere werkwijze dan een aangewezen behandeling bedoeld bij onderverdeling 2710 00 61 "> ID="2">--stookolie: "> ID="1">2710 00 71 > ID="2">---bestemd om een aangewezen behandeling te ondergaan "> ASSV="2" ID="1">2710 00 72 > ID="2">---bestemd om chemisch te worden verwerkt volgens een andere werkwijze dan een aangewezen behandeling bedoeld bij onderverdeling 2710 00 71 "> ID="2">--smeerolie en andere oliën: "> ID="1">2710 00 81 > ID="2">---bestemd om een aangewezen behandeling te ondergaan "> ID="1">2710 00 83 > ID="2">---bestemd om chemisch te worden verwerkt volgens een andere werkwijze dan een aangewezen behandeling bedoeld bij onderverdeling 2710 00 81 "> ID="1">2710 00 85 > ID="2">---bestemd om te worden ge- of vermengd als omschreven in aanvullende aantekening 6 (gecombineerde nomenclatuur) op dit hoofdstuk "> ID="1">2711 > ID="2">Aardgas en andere gasvormige koolwaterstoffen: "> ID="2">-vloeibaar gemaakt:" ">

    BIJLAGE 7

    "BIJLAGE 52

    LIJST VAN GOEDEREN WAARVAN HET VERVOER AANLEIDING KAN GEVEN TOT EEN VERHOGING VAN DE ZEKERHEIDSTELLING VOOR EEN VAST BEDRAG

    "" ID="1">ex 0102 > ID="2">Levende runderen, andere dan fokdieren van zuiver ras > ID="3">4 000 kg "> ID="1">ex 0103 > ID="2">Levende varkens, andere dan fokdieren van zuiver ras > ID="3">5 000 kg "> ID="1">ex 0104 > ID="2">Levende schapen of geiten, andere dan fokdieren van zuiver ras > ID="3">6 000 kg "> ID="1">0201 > ID="2">Vlees van runderen, vers of gekoeld > ID="3">2 000 kg "> ID="1">0202 > ID="2">Vlees van runderen, bevroren > ID="3">3 000 kg "> ID="1">0203 > ID="2">Vlees van varkens, vers, gekoeld of bevroren > ID="3">4 000 kg "> ID="1">0204 > ID="2">Vlees van schapen of geiten, vers, gekoeld of bevroren > ID="3">3 000 kg "> ID="1">ex 0210 > ID="2">Vlees van runderen, gezouten, gepekeld, gedroogd of gerookt > ID="3">3 000 kg "> ID="1">0402 > ID="2">Melk en room, ingedikt of met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen > ID="3">5 000 kg "> ID="1">0405 > ID="2">Boter en ander melkvet > ID="3">3 000 kg "> ID="1">0406 > ID="2">Kaas en wrongel > ID="3">3 500 kg "> ID="1">ex 0901 > ID="2">Koffie, ongebrand, cafeïnevrije koffie daaronder begrepen > ID="3">3 000 kg "> ID="1">ex 0901 > ID="2">Koffie, gebrand, cafeïnevrije koffie daaronder begrepen > ID="3">2 000 kg "> ID="1">1001 > ID="2">Tarwe (graan) en mengkoren > ID="3">900 kg "> ID="1">1002 > ID="2">Rogge > ID="3">1 000 kg "> ID="1">1003 > ID="2">Gerst > ID="3">1 000 kg "> ID="1">1004 > ID="2">Haver > ID="3">850 kg "> ID="1">ex 1601 > ID="2">Worst van alle soorten, van vlees, van slachtafvallen of van bloed, van varkens (huisdieren) > ID="3">4 000 kg "> ID="1">ex 1602 > ID="2">Andere bereidingen en conserven, van vlees, van slachtafvallen of van bloed, van varkens (huisdieren) > ID="3">4 000 kg "> ID="1">ex 1602 > ID="2">Andere bereidingen en conserven, van vlees, van slachtafvallen of van bloed, van runderen > ID="3">3 000 kg "> ID="1">ex 2101 > ID="2">Extracten, essences en concentraten van koffie > ID="3">1 000 kg "> ID="1">ex 2106 > ID="2">Produkten voor menselijke consumptie, elders genoemd noch elders onder begrepen, met een gehalte aan van melk afkomstige vetstoffen van 18 of meer gewichtspercenten > ID="3">3 000 kg "> ID="1">2204 > ID="2">Wijn van verse druiven, wijn waaraan alcohol is toegevoegd daaronder begrepen; druivemost, andere dan bedoeld bij 2009 > ID="3">15 hl "> ID="1">2205 > ID="2">Vermout en andere wijn van verse druiven, bereid met aromatische planten of met aromatische stoffen > ID="3">15 hl "> ID="1">ex 2207 > ID="2">Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van 80 % vol of meer > ID="3">3 hl "> ID="1">ex 2208 > ID="2">Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van minder dan 80 % vol > ID="3">3 hl "> ID="1">ex 2208 > ID="2">Gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol bevatten > ID="3">5 hl "> ID="1">ex 2402 > ID="2">Sigaretten > ID="3">70 000 stuks "> ID="1">ex 2402 > ID="2">Cigarillo's > ID="3">60 000 stuks "> ID="1">ex 2402 > ID="2">Sigaren > ID="3">25 000 stuks "> ID="1">ex 2403 > ID="2">Rooktabak > ID="3">100 kg "> ID="1">ex 2710 > ID="2">Lichte en halfzware aardoliën en gasolie > ID="3">200 hl "> ID="1">3303 > ID="2">Parfums en toiletwater > ID="3">5 hl" ">

    BIJLAGE 8

    "BIJLAGE 53

    LIJST VAN GOEDEREN WELKE AANLEIDING KAN GEVEN TOT VERHOGING VAN HET BEDRAG VAN DE DOORLOPENDE ZEKERHEID

    ex 0102 Levende runderen, andere dan fokdieren van zuiver ras

    ex 0103 Levende varkens, andere dan fokdieren van zuiver ras

    ex 0104 Levende schapen en geiten, andere dan fokdieren van zuiver ras

    0201 Vlees van runderen, vers of gekoeld

    0202 Vlees van runderen bevroren

    0203 Vlees van varkens, vers, gekoeld of bevroren

    0204 Vlees van schapen of geiten, vers, gekoeld of bevroren

    0402 Melk en room, ingedikt of met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen

    0405 Boter en ander melkvet

    0406 Kaas en wrongel

    1001 Tarwe en mengkoren

    1002 Rogge

    1003 Gerst

    1004 Haver

    ex 2207 Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van 80 % vol of meer

    ex 2208 Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van minder dan 80 % vol

    ex 2208 Gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol bevatten

    ex 2402 Sigaretten

    ex 2402 Cigarillo's

    ex 2402 Sigaren

    ex 2403 Rooktabak"

    BIJLAGE 9

    "BIJLAGE 56

    LIJST VAN GOEDEREN DIE VERHOOGDE RISICO'S MEEBRENGEN EN WAAROP DE VRIJSTELLING VAN ZEKERHEIDSTELLING NIET VAN TOEPASSING IS

    ex 0102 Levende runderen, andere dan fokdieren van zuiver ras

    ex 0103 Levende varkens, andere dan fokdieren van zuiver ras

    ex 0104 Levende schapen en geiten, andere dan fokdieren van zuiver ras

    0201 Vlees van runderen, vers of gekoeld

    0202 Vlees van runderen, bevroren

    0203 Vlees van varkens, vers, gekoeld of bevroren

    0204 Vlees van schapen of geiten, vers, gekoeld of bevroren

    0402 Melk en room, ingedikt of met toegevoegde suiker of andere zoetstoffen

    0405 Boter en ander melkvet

    0406 Kaas en wrongel

    ex 0901 Koffie, ongebrand, cafeïnevrije koffie daaronder begrepen

    ex 0901 Koffie, gebrand, cafeïnevrije koffie daaronder begrepen

    1001 Tarwe en mengkoren

    1002 Rogge

    1003 Gerst

    1004 Haver

    ex 2101 Extracten, essences en concentraten van koffie

    2203 Bier van mout

    2204 Wijn van verse druiven, wijn waaraan alcohol is toegevoegd daaronder begrepen; druivemost, andere dan bedoeld bij 2009

    2205 Vermout en andere wijn van verse druiven, bereid met aromatische planten of met aromatische stoffen

    ex 2207 Andere gegiste dranken (bij voorbeeld appelwijn, perewijn, honigdrank); mengsels van gegiste dranken en mengsels van gegiste dranken met alcoholvrije dranken, elders genoemd noch elders onder begrepen

    ex 2207 Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van 80 % vol of meer

    ex 2208 Ethylalcohol, niet gedenatureerd, met een alcohol-volumegehalte van minder dan 80 % vol

    ex 2208 Gedistilleerde dranken, likeuren en andere dranken die gedistilleerde alcohol bevatten

    ex 2402 Sigaretten

    ex 2402 Cigarillo's

    ex 2402 Sigaren

    ex 2403 Rooktabak

    ex 2710 Lichte aardoliën, halfzware aardoliën en gasolie

    2711 Aardgas en andere gasvormige koolwaterstoffen"

    BIJLAGE 10

    BIJLAGE 11

    In bijlage 77 wordt volgnummer 128 vervangen door de volgende tekst:

    "" ASSV="2" ID="1">1509 10 10 > ASSV="2" ID="2">Olijfolie, niet behandeld > ASSV="2" ID="3">128 > ID="4">ex 1509 90 00 > ID="5">a) Olijfolie, geraffineerd > ID="6">98,00 "> ID="4">ex 1519 19 90 > ID="5">b) Bij raffinage verkregen acid-oils (15) > ID="6""" ID="1">1510 00 10 > ID="2">Olijfolie niet behandeld > ASSV="3" ID="3">128 bis > ID="4">ex 1510 00 90 > ID="5">a) Olijfolie, geraffineerd > ID="6">95,00 "> ID="4">ex 1522 00 39 > ID="5">b) Stearine > ID="6">3,00 "> ID="4">ex 1519 19 90 > ID="5">c) Bij raffinage verkregen acid-oils (15)" > ID="6"""

    BIJLAGE 12

    In bijlage 79 wordt volgend volgnummer ingevoegd:

    "" ID="1">45 bis > ID="2">ex 1522 00 39 > ID="3">Stearine > ID="4">Raffinage van de in hoofdstuk 15 vermelde vetten en oliën" ">

    BIJLAGE 13

    "BIJLAGE 91 bis

    ANDERE GOEDEREN DIE VOOR OPVOEDKUNDIGE, WETENSCHAPPELIJKE OF CULTURELE DOELEINDEN WORDEN INGEVOERD

    VOORBEELDEN

    Goederen zoals

    1. Kostuums en decorstukken die kosteloos worden uitgeleend aan toneelverenigingen of theaters.

    2. Bladmuziek die kosteloos wordt uitgeleend aan muziektheaters of orkesten."

    BIJLAGE 14

    "BIJLAGE 93 bis

    Dieren

    Voorbeelden

    1. Dressuur

    2. Africhten

    3. Fokken

    4. Beslaan of wegen

    5. Veterinaire behandeling

    6. Keuring (bij voorbeeld met het oog op aankoop)

    7. Deelneming aan shows, tentoonstellingen, concours, wedstrijden of demonstraties

    8. Vermaak (cirusdieren, enz.)

    9. Toeristische reizen (met inbegrip van huisdieren van reizigers)

    10. Uitoefening van een functie (politiehonden of -paarden; speurhonden, blindegeleidehonden, enz.)

    11. Reddingsoperaties

    12. Weiden of verweiden

    13. Werk als trek-, rij- of lastdier

    14. Medische doeleinden (het leveren van slangengif, enz.)"

    Top