Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31993D0442

93/442/EEG: BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 30 juni 1993 tot vaststelling van een supplement bij de aanvulling op het communautair bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de vijf nieuwe Länder van de Bondsrepubliek Duitsland en in Oost-Berlijn (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek)

PB L 205 van 17.8.1993, p. 26–27 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1993

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1993/442/oj

31993D0442

93/442/EEG: BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 30 juni 1993 tot vaststelling van een supplement bij de aanvulling op het communautair bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de vijf nieuwe Länder van de Bondsrepubliek Duitsland en in Oost-Berlijn (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek)

Publicatieblad Nr. L 205 van 17/08/1993 blz. 0026 - 0027


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 30 juni 1993 tot vaststelling van een supplement bij de aanvulling op het communautair bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de vijf nieuwe Laender van de Bondsrepubliek Duitsland en in Oost-Berlijn (Slechts de tekst in de Duitse taal is authentiek)

(93/442/EEG)DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 3575/90 van de Raad van 4 december 1990 inzake de bijstandsverlening van de Structuurfondsen op het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek (1), en met name op artikel 2, lid 4,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 866/90 van de Raad van 29 maart 1990 inzake de verbetering van de verwerking en de afzet van landbouwprodukten (2), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3577/90 (3), en met name op artikel 7, lid 2,

Overwegende dat de Commissie het communautair bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de vijf nieuwe Laender van de Bondsrepubliek Duitsland en in Oost-Berlijn heeft vastgesteld bij Beschikking 91/241/EEG (4);

Overwegende dat de Commissie de aanvulling op het communautair bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de vijf nieuwe Laender van de Bondsrepubliek Duitsland en in Oost-Berlijn heeft vastgesteld bij Beschikking 92/476/EEG (5);

Overwegende dat de Duitse Regering op 10 juni en 27 augustus 1992 bij de Commissie zes sectorplannen inzake de modernisering van de verwerking en de afzet van landbouwprodukten, als bedoeld in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 866/90, heeft ingediend;

Overwegende dat de door Duitsland ingediende plannen een beschrijving van de gekozen prioritaire zwaartepunten voor elke sector bevatten en gegevens over de bij de uitvoering van de plannen beoogde bijstand uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL), Afdeling Oriëntatie;

Overwegende dat het voor de omzetting van de Verordeningen (EEG) nr. 866/90 en (EEG) nr. 867/90 van de Raad (6) in de nieuwe regeling ingeschakelde Comité van toezicht op 15 september en 27 november 1992 tot wijzigingen in het financieringsplan van het communautair bestek heeft besloten;

Overwegende dat de uit de begroting van de Gemeenschap beschikbaar te stellen bijdrage moet worden herzien in het licht van de besluiten van het Comité van toezicht;

Overwegende dat de Commissie op grond van artikel 19 bis van Verordening (EEG) nr. 866/90 tot en met 31 december 1991 voor operationele programma's waarmee investeringen in de voormalige Duitse Democratische Republiek gemoeid zijn, overeenkomstig de selectiecriteria van artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 866/90 kon besluiten tot bijstandsverlening, zonder dat voor dit gebied van tevoren sectorplannen en communautaire bestekken als bedoeld in de artikelen 2 tot en met 7 van genoemde verordening behoefden te worden opgesteld;

Overwegende dat deze aanvulling op het communautair bestek in overleg met Duitsland is opgesteld in het kader van het partnerschap als bedoeld in artikel 4 van Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de Fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de cooerdinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (7);

Overwegende dat alle in de aanvulling opgenomen maatregelen in overeenstemming zijn met het bepaalde in Beschikking 90/342/EEG van de Commissie van 7 juni 1990 tot vaststelling van de selectiecriteria voor investeringen ter verbetering van de voorwaarden inzake verwerking en afzet van land- en bosbouwprodukten (8);

Overwegende dat de Commissie bereid is na te gaan of de andere communautaire leningsinstrumenten volgens de daarvoor geldende specifieke bepalingen in de financiering van dit bestek kunnen bijdragen;

Overwegende dat het besluit van de Commissie betreffende het communautair bestek overeenkomstig artikel 10, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de cooerdinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden Structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (9) als verklaring van intentie aan de Lid-Staat wordt toegezonden;

Overwegende dat krachtens artikel 20, leden 1 en 2, van Verordening (EEG) nr. 4253/88 de betalingsverplichtingen betreffende de bijdrage van de Structuurfondsen in de financiering van de onder het communautair bestek vallende bijstandsmaatregelen zullen worden aangegaan door de beschikkingen waarbij de Commissie de betrokken maatregelen zal goedkeuren;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité voor de landbouwstructuur en de plattelandsontwikkeling,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Dit supplement bij de aanvulling op het communautair bestek voor de structurele bijstandsverlening van de Gemeenschap in de vijf nieuwe Laender van Duitsland en in Oost-Berlijn in de periode van 1 januari 1991 tot en met 31 december 1993 wordt goedgekeurd.

De Commissie verklaart voornemens te zijn tot de uitvoering van dit communautair bestek bij te dragen volgens de in het bestek vervatte gedetailleerde bepalingen en in overeenstemming met de voorschriften en richtsnoeren die gelden voor de Structuurfondsen en de andere bestaande financieringsinstrumenten.

Artikel 2

Het supplement bij de aanvulling op het communautair bestek bevat de volgende essentiële gegevens:

a) de voor de gezamenlijke actie in aanmerking genomen prioritaire zwaartepunten in de sectoren:

1. Vlees

2. Destructiebedrijven en verwerking van slachtafvallen

3. Melk en zuivelprodukten

4. Slachtpluimvee

5. Graan

6. Groenten en fruit (verwerking en afzet)

7. Bloemen en sierplanten

8. Aardappelen;

b) een indicatief financieringsplan in constante prijzen van 1991 geïndexeerd voor het jaar 1993, waarin zijn vermeld de totale uitgaven, voor alle sectoren samen, van de voor de gezamenlijke actie van de Gemeenschap en Duitsland in aanmerking genomen prioritaire zwaartepunten, die voor de gehele periode 2 060 994 486 ecu bedragen, alsmede de uit de begroting van de Gemeenschap beschikbaar te stellen bijstand voor de afzonderlijke sectoren, namelijk:

(in ecu)

/* Tabellen: zie PB */

Voor het op grond van dit plan op te brengen nationale aandeel in de financiering, namelijk ongeveer 579 670 550 ecu voor de overheidssector en 1 172 529 912 ecu voor de particuliere sector, kan gedeeltelijk gebruik worden gemaakt van communautaire leningen via de Europese Investeringsbank en van andere leninginstrumenten.

Artikel 3

Deze verklaring van intentie is gericht tot de Bondsrepubliek Duitsland.

Gedaan te Brussel, 30 juni 1993.

Voor de Commissie

René STEICHEN

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 353 van 17. 12. 1990, blz. 19.

(2) PB nr. L 91 van 6. 4. 1990, blz. 1.

(3) PB nr. L 353 van 17. 12. 1990, blz. 23.

(4) PB nr. L 114 van 7. 5. 1991, blz. 30.

(5) PB nr. L 281 van 25. 9. 1992, blz. 57.

(6) PB nr. L 91 van 6. 4. 1990, blz. 7.

(7) PB nr. L 185 van 15. 7. 1988, blz. 9.

(8) PB nr. L 163 van 29. 6. 1990, blz. 71.

(9) PB nr. L 374 van 31. 12. 1988, blz. 1.

Top