Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31977R1358

    Verordening (EEG) nr. 1358/77 van de Raad van 20 juni 1977 houdende de algemene voorschriften inzake verevening van de opslagkosten in de sector suiker en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 750/68

    PB L 156 van 25.6.1977, p. 4–6 (DA, DE, EN, FR, IT, NL)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (EL, ES, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/06/2001; opgeheven door 32001R1260

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1977/1358/oj

    31977R1358

    Verordening (EEG) nr. 1358/77 van de Raad van 20 juni 1977 houdende de algemene voorschriften inzake verevening van de opslagkosten in de sector suiker en houdende intrekking van Verordening (EEG) nr. 750/68

    Publicatieblad Nr. L 156 van 25/06/1977 blz. 0004 - 0006
    Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 9 blz. 0011
    Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 18 blz. 0161
    Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 9 blz. 0011
    Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 12 blz. 0209
    Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 12 blz. 0209


    ++++

    VERORDENING ( EEG ) Nr . 1358/77 VAN DE RAAD

    van 20 juni 1977

    houdende de algemene voorschriften inzake verevening van de opslagkosten in de sector suiker en houdende intrekking van Verordening ( EEG ) nr . 750/68

    DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

    Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 3330/74 van de Raad van 19 december 1974 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker ( 1 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1110/77 ( 2 ) , inzonderheid op artikel 8 , lid 2 , sub a ) ,

    Gezien het voorstel van de Commissie ,

    Overwegende dat Verordening ( EEG ) nr . 750/68 van de Raad van 18 juni 1968 houdende de algemene voorschriften inzake verevening van de opslagkosten in de sector suiker ( 3 ) , laatstelijk gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 152/71 ( 4 ) , in het verlenen herhaaldelijk is gewijzigd ; dat daarenboven vanaf het verkoopseizoen voor suiker 1977/1978 deze regels moeten worden uitgebreid tot het geval van de preferentiele suiker ; dat derhalve deze algemene regels moeten worden aangepast en aangevuld ;

    Overwegende dat in artikel 8 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 3330/74 de forfaitaire terugbetaling van de opslagkosten voor sommige soorten suiker wordt voorgeschreven ;

    Overwegende dat de financiële middelen voor deze forfaitaire terugbetaling worden verkregen door bijdragen en dat derhalve voor de vaststelling van de bedragen van deze bijdragen moet worden uitgegaan van het beginsel dat de bedragen van de terugbetalingen gelijk moeten zijn aan de bedragen der ontvangen bijdragen ;

    Overwegende dat de terugbetalingsregeling alleen geldt voor , enerzijds , suiker verkregen uit in de Gemeenschap geoogste suikerbieten of suikerriet en , anderzijds , voor preferentiële suiker ; dat toezicht op de naleving van deze regel noodzakelijk is ;

    Overwegende dat het interventiebureau over het algemeen de suiker waarvoor interventies hebben plaatsgevonden moet opslaan en dus voor terugbetaling in aanmerking komt ; dat echter wegens de bijzondere situatie van het interventiebureau de periode waarvoor een terugbetaling wordt toegekend , dient te worden beperkt ;

    Overwegende dat de terugbetaling niet ongecontroleerd kan plaatsvinden en dat het dus noodzakelijk is , de opslagplaatsen te doen erkennen ; dat om deze reden moet worden bepaald dat de terugbetaling normaal wordt verricht door de Lid-Staat waar de suiker is opgeslagen ;

    Overwegende dat een wijze van berekening van de terugbetalingen dient te worden vastgesteld op basis van perioden waarvoor de ontwikkeling van de voorraden kan worden geregistreerd ;

    Overwegende dat de bijzondere situatie van suiker die zich aan het begin van een maand op transport bevindt , speciale maatregelen kan vergen ; dat deze maatregelen op dezelfde wijze dienen te worden vastgesteld als de regels die noodzakelijk zijn voor de tenuitvoerlegging van deze verordening , namelijk volgens de procedure van artikel 36 van Verordening ( EEG ) nr . 3330/74 ;

    Overwegende dat de terugbetaling een vergoeding voor de noodzakelijke opslagkosten is ; dat derhalve bij de vaststelling van het bedrag van de terugbetaling rekening moet worden gehouden met de belangrijkste elementen van de opslagkosten ;

    Overwegende dat bij de afzet van de suiker een doeltreffende controle op de produktie kan plaatsvinden ; dat het wenselijk is de bijdrage in het stadium van de produktie te heffen op het moment van de afzet ;

    Overwegende dat het wenselijk is te bepalen dat deze heffing voor de suiker ingevoerd op preferentiële voorwaarden en als zodanig afgezet , op het ogenblik van invoer , en voor de andere preferentiële suiker op het moment van raffinage plaatsvindt ;

    Overwegende dat het juiste bedrag van de bijdragen slechts na enige tijd kan worden vastgesteld , zodat deze bedragen van de bijdragen worden gebaseerd op ramingen , die later moeten worden gecorrigeerd op grond van de gegevens van de voorafgaande verkoopseizoenen ,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

    Artikel 1

    De terugbetaling van de opslagkosten voor de in artikel 8 , lid 1 , eerste en tweede alinea , van Verordening ( EEG ) nr . 3330/74 bedoelde suiker en stropen wordt binnen een vast te stellen termijn verricht , in principe door de Lid-Staat op het grondgebied waarvan deze produkten zijn opgeslagen .

    Artikel 2

    1 . Terugbetaling wordt toegekend aan :

    a ) elke suikerfabrikant die over een basisquotum beschikt ,

    b ) elke suikerraffinadeur ,

    c ) elke fabrikant van poedersuiker , klontjes en kandijsuiker , die erkend is door de Lid-Staat op het grondgebied waarvan zijn bedrijf is gevestigd ,

    d ) elke gespecialiseerde suikerhandelaar die erkend is door de Lid-Staat op het grondgebied waarvan zijn bedrijf is gevestigd ,

    e ) elk interventiebureau ,

    mits zij eigenaar zijn van de suiker of , in voorkomend geval , de stropen die aan het begin van de in artikel 4 , lid 2 , bedoelde periode zijn opgeslagen .

    2 . De erkenning als bedoeld in lid 1 vindt plaats onder vast te stellen voorwaarden .

    3 . Voor suiker die tengevolge van interventiemaatregelen door een interventiebureau is opgeslagen , vindt terugbetaling echter slechts plaats over een vast te stellen maximumperiode .

    Artikel 3

    1 . Terugbetaling vindt plaats :

    - voor niet-gedenatureerde witte en ruwe suiker en voor bepaalde stropen , geproduceerd binnen het maximumquotum ,

    - voor alle ingevoerde preferentiële en niet-gedenatureerde witte suiker die daarvan wordt vervaardigd ,

    opgeslagen in een opslagplaats die erkend is door de Lid-Staat waar zij gelegen is .

    De erkenning vindt plaats onder vast te stellen voorwaarden .

    2 . In bijzondere omstandigheden kunnen , overeenkomstig de in artikel 36 van Verordening ( EEG ) nr . 3330/74 voorgeschreven procedure , speciale maatregelen worden genomen voor suiker die zich aan het begin van de in artikel 4 , lid 2 , bedoelde periode op transport bevindt .

    Artikel 4

    1 . Het bedrag van de terugbetaling wordt berekend op basis van maandelijkse overzichten van de opgeslagen hoeveelheden .

    2 . De voor een maand in aanmerking te nemen hoeveelheid is gelijk aan het rekenkundig gemiddelde van de hoeveelheden die bij het begin en aan het einde van de betrokken maand zijn opgeslagen .

    3 . Voor de berekening van de terugbetaling , worden de ruwe suiker en de stropen herleid tot witte suiker op basis van het rendement of het suikergehalte . De terugbetaling van de opslagkosten voor stropen kan tot een vast te stellen periode worden beperkt .

    Artikel 5

    Het bedrag van de terugbetaling wordt per maand en per gewichtseenheid vastgesteld op basis van de financieringskosten , de verzekeringskosten en de specifieke opslagkosten .

    Artikel 6

    1 . De te heffen bijdrage als bedoeld in artikel 8 , lid 1 , derde alinea , sub a ) , van Verordening ( EEG ) nr . 3330/74 , wordt op zodanige wijze vastgesteld dat voor een bepaald verkoopseizoen voor suiker het verwachte totaalbedrag van de bijdragen gelijk is aan het verwachte totaalbedrag van de in artikel 8 , lid 1 , eerste alinea , van dezelfde verordening bedoelde terugbetalingen .

    2 . Wanneer voor een verkoopseizoen het totaalbedrag van de ontvangen bijdragen niet gelijk is aan het totaalbedrag van de verrichte terugbetalingen , wordt het verschil overgeboekt naar een volgend verkoopseizoen .

    3 . Het bedrag van de bijdrage per gewichtseenheid wordt als volgt berekend : het totaalbedrag van de verwachte terugbetalingen voor het betrokken verkoopseizoen wordt verhoogd , respectievelijk verminderd met de in lid 2 bedoelde overgeboekte bedragen . De uitkomst wordt gedeeld door de hoeveelheid suiker die naar verwachting tijdens dit verkoopseizoen zal worden afgezet en die binnen de maximumquota is geproduceerd .

    4 . De Lid-Staat int de bijdrage van elke suikerfabrikant voor de hoeveelheden witte of ruwe suiker , en de in artikel 8 , lid 1 , derde alinea , sub a ) , van Verordening ( EEG ) nr . 3330/74 bedoelde stropen , die binnen zijn maximumquota zijn geproduceerd en afgezet . De bijdrage wordt evenwel niet geïnd wanneer de witte of ruwe suiker wordt aangekocht door een interventiebureau .

    Artikel 7

    1 . De te heffen bijdrage als bedoeld in artikel 8 , lid 1 , derde alinea , sub b ) en c ) , van Verordening ( EEG ) nr . 3330/74 wordt op zodanige wijze vastgesteld dat voor een bepaald verkoopseizoen voor suiker het verwachte totaalbedrag van de bijdragen gelijk is aan het verwachte totaalbedrag van de in artikel 8 , lid 1 , tweede alinea , van dezelfde verordening bedoelde terugbetalingen .

    2 . Wanneer voor een verkoopseizoen het totaalbedrag van de ontvangen bijdragen niet gelijk is aan het totaalbedrag van de verrichte terugbetalingen , wordt het verschil overgeboekt naar een volgend verkoopseizoen .

    3 . Het bedrag van de bijdrage per gewichtseenheid wordt als volgt berekend : het totaalbedrag van de verwachte terugbetalingen voor het betrokken verkoopseizoen wordt verhoogd , respectievelijk verminderd met de in lid 2 bedoelde overgeboekte bedragen . De uitkomst wordt gedeeld door de hoeveelheden preferentiële suiker die naar verwachting zullen worden ingevoerd en als zodanig afgezet of geraffineerd , tijdens deze zelfde periode .

    4 . De Lid-Staat int de bijdrage

    - van elke importeur van preferentiële suiker , welke suiker als zodanig wordt afgezet ;

    - van elke raffinadeur van ingevoerde preferentiële suiker .

    Artikel 8

    Verordening ( EEG ) nr . 750/68 wordt ingetrokken op 30 juni 1977 .

    Artikel 9

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

    Zij is van toepassing met ingang van 1 juli 1977 .

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

    Gedaan te Luxemburg , 20 juni 1977 .

    Voor de Raad

    De Voorzitter

    J . SILKIN

    ( 1 ) PB nr . L 359 van 31 . 12 . 1974 , blz . 1 .

    ( 2 ) PB nr . L 134 van 28 . 5 . 1977 , blz . 1 .

    ( 3 ) PB nr . L 137 van 21 . 6 . 1968 , blz . 4 .

    ( 4 ) PB nr . L 22 van 28 . 1 . 1971 , blz . 1 .

    Top