Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 22023D0143

    Besluit Nr.°1/2022 van het Comité vervoer over land Gemeenschap/Zwitserland van 21 december 2022 tot wijziging van bijlage 1 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake het goederen- en personenvervoer per spoor en over de weg en van besluit nr. 2/2019 van het Comité [2023/143]

    C/2022/9367

    PB L 19 van 20.1.2023, p. 144–149 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2023/143/oj

    20.1.2023   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 19/144


    BESLUIT Nr.°1/2022 VAN HET COMITÉ VERVOER OVER LAND GEMEENSCHAP/ZWITSERLAND

    van 21 december 2022

    tot wijziging van bijlage 1 bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake het goederen- en personenvervoer per spoor en over de weg en van besluit nr. 2/2019 van het Comité [2023/143]

    HET COMITÉ,

    Gezien de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat van 21 juni 1999 inzake het goederen- en personenvervoer per spoor en over de weg (1) (hierna “de overeenkomst” genoemd), en met name artikel 52, lid 4,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Volgens artikel 51, lid 2, van de overeenkomst zorgt het Comité vervoer over land Gemeenschap/Zwitserland (hierna het “Gemengd Comité” genoemd) voor het toezicht op en de tenuitvoerlegging van de bepalingen van deze overeenkomst en past het de in de artikelen 52 en 55 bedoelde aanpassings- en herzieningsbepalingen toe.

    (2)

    Volgens artikel 52, lid 4, van de overeenkomst beslist het Gemengd Comité onder meer bijlage 1 te herzien om, voor zover nodig, op basis van wederkerigheid de betreffende wetswijzigingen daarin te verwerken of besluit het tot andere maatregelen ter waarborging van de goede werking van deze overeenkomst.

    (3)

    Bij Besluit nr. 2/2019 van 13 december 2019 (2) heeft het Gemengd Comité enerzijds bijlage 1 bij de overeenkomst herzien om die bijlage aan te vullen met de materiële bepalingen van de Richtlijnen (EU) 2016/797 (3) en (EU) 2016/798 (4) van het Europees Parlement en de Raad, en anderzijds overgangsbepalingen vastgesteld om een vlot spoorverkeer tussen Zwitserland en de Europese Unie te behouden. De overgangsbepalingen van de artikelen 2, 3, 4 en 5 van besluit nr. 2/2019 waren aanvankelijk van toepassing tot en met 31 december 2020. Bij Besluit nr. 2/2020 (5) van 11 december 2020 heeft het Gemengd Comité de looptijd daarvan verlengd tot 31 december 2021. Bij besluit nr. 2/2021 (6) zijn de overgangsbepalingen andermaal verlengd tot en met 31 december 2022.

    (4)

    Bij Besluit nr. 2/2021 van 17 december 2021 is de datum waarop bepaalde in bijlage 1 bij de overeenkomst genoemde Zwitserse nationale voorschriften, die mogelijk onverenigbaar zijn met de TSI’s, moeten worden herzien met het oog op de opheffing, de wijziging of het behoud daarvan, uitgesteld tot 31 december 2022. Gezien de huidige stand van zaken moet die datum voor de nationale regels die nog niet zijn herzien worden uitgesteld tot 31 december 2023.

    (5)

    In afwachting van de vaststelling van de definitieve bepalingen ter vervanging van de huidige overgangsregeling moet de toepassingstermijn van de artikelen 2, 3, 4 en 5 van Besluit nr. 2/2019 worden verlengd tot en met 31 december 2023 om een vlot spoorverkeer tussen Zwitserland en de Europese Unie te behouden.

    (6)

    Bij Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 (7) zijn de uniforme regels van de Europese Overeenkomst van 30 september 1957 betreffende het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (ADR), het Reglement betreffende het internationale spoorwegvervoer van gevaarlijke goederen (RID) en de Europese Overeenkomst inzake het internationale vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren (ADN) uitgebreid tot binnenlands vervoer. Op grond van artikel 6, leden 2 en 3, van Richtlijn 2008/68/EG kunnen de lidstaten voor het vervoer van kleine hoeveelheden gevaarlijke goederen op hun grondgebied of voor plaatselijk vervoer afwijkingen van de bijlagen bij de ADR en het RID vragen. Zwitserland heeft een lijst van afwijkingen opgesteld. Die afwijkingen zijn vermeld in bijlage 1 bij de overeenkomst. Ze zijn eind 2016 verlengd en verstrijken op 1 januari 2023. Op 29 september 2022 heeft Zwitserland om een nieuwe verlenging verzocht. Op grond van artikel 6, lid 4, van Richtlijn 2008/68/EG kunnen afwijkingen met maximaal zes jaar worden verlengd. Het is derhalve passend die afwijkingen te verlengen tot en met 1 januari 2029. Voorts moeten de in bijlage 1 bij de overeenkomst vermelde nationale referenties van de afwijkingen die sinds de laatste verlenging zijn gewijzigd, worden gerectificeerd,

    BESLUIT:

    Artikel 1

    1.   Bijlage 1, deel 4, bij de overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    De datum “31 december 2022”, waarop de verenigbaarheid van de volgende Zwitserse voorschriften met de overeenkomstige technische specificaties van inzake interoperabiliteit van de Unie moet worden beoordeeld, wordt vervangen door “31 december 2023” voor de volgende bepalingen:

    a)

    in verband met Verordening (EU) nr. 1302/2014 van de Commissie van 18 november 2014 betreffende een technische specificatie inzake interoperabiliteit van het subsysteem rollend materieel — locomotieven en reizigerstreinen van het spoorwegsysteem in de Europese Unie (8):

    CH-TSI LOC&PAS-009 (versie 1.0 van juni 2015),

    CH-TSI LOC&PAS-019 (versie 2.0 van juni 2019),

    CH-TSI LOC&PAS-020 (versie 2.0 van juni 2019),

    CH-TSI LOC&PAS-025 (versie 2.0 van juni 2019),

    CH-TSI LOC&PAS-027 (versie 2.0 van juni 2019),

    CH-TSI LOC&PAS-031 (versie 2.1 van november 2020),

    CH-TSI LOC&PAS-035 (versie 2.1 van november 2020),

    CH-TSI LOC&PAS-036 (versie 2.0 van juni 2019);

    b)

    in verband met Verordening (EU) 2016/919 van de Commissie van 27 mei 2016 betreffende de technische specificatie inzake interoperabiliteit van de subsystemen besturing en seingeving van het spoorwegsysteem in de Europese Unie (9):

    CH-TSI CCS-006 (versie 2.1 van november 2020),

    CH-TSI CCS-019 (versie 3.0 van november 2020),

    CH-TSI CCS-026 (versie 2.1 van november 2020),

    CH-TSI CCS-032 (versie 2.1 van november 2020),

    CH-TSI CCS-033 (versie 1.1 van november 2020),

    CH-TSI CCS-038 (versie 1.1 van november 2020),

    CH-CSM-RA-001 (versie 1.0 van juni 2019).

    2)

    De verwijzingen naar de volgende Zwitserse nationale voorschriften worden als volgt geschrapt:

    a)

    in verband met de Zwitserse nationale voorschriften met betrekking tot Verordening (EU) nr. 1302/2014 van de Commissie wordt de volgende regel geschrapt:

    “—

    CH-TSI LOC&PAS-037: (versie 1.0 van juni 2019): ETCS-bedrijfsrem (regel die mogelijkerwijs niet verenigbaar is met Verordening (EU) nr. 1302/2014 en die voor 31 december 2021 opnieuw moet worden onderzocht).”;

    b)

    in verband met de Zwitserse nationale voorschriften met betrekking tot Verordening (EU) 2016/919 van de Commissie worden de volgende regels geschrapt:

    “—

    CH-TSI CCS-035 (versie 1.0 van juni 2019): op de DMI weer te geven teksten (regel die mogelijkerwijs niet verenigbaar is met Verordening (EU) 2016/919 en die voor 31 december 2022 opnieuw moet worden onderzocht);”

    en

    “—

    CH-CSM-RA-002 (versie 1.0 van juni 2019): eisen voor snelheden van meer dan 200 km/h (regel die mogelijkerwijs niet verenigbaar is met Verordening (EU) 2016/919 en die voor 31 december 2022 opnieuw moet worden onderzocht).”.

    2.   De tekst van bijlage 1, deel 3 “Technische normen”, titel “Vervoer van gevaarlijke goederen”, bij de Overeenkomst inzake het vervoer van gevaarlijke goederen wordt vervangen door de tekst in de bijlage.

    Artikel 2

    Besluit nr. 2/2019 van het Gemengd Comité van 13 december 2019 wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    Artikel 6, lid 3, wordt vervangen door:

    “3.   Bijlage 1 bevat de lijst van de toepasselijke nationale voorschriften en specifieke gevallen die mogelijk onverenigbaar zijn met het EU-recht. Indien op 31 december 2023 nog geen overeenstemming met het recht van de Unie is vastgesteld, mogen die nationale voorschriften en specifieke gevallen niet langer worden toegepast, tenzij het Gemengd Comité anders beslist.”

    .

    2)

    In artikel 8 wordt de tweede paragraaf vervangen door:

    “De artikelen 2, 3, 4 en 5 zijn van toepassing tot en met 31 december 2023.”.

    Artikel 3

    Dit besluit treedt in werking op de datum van de vaststelling ervan.

    Gedaan te Bern, 21 december 2022.

    Voor de Zwitserse Bondsstaat

    De voorzitter

    Peter FÜGLISTALER

    Voor de Europese Unie

    Het hoofd van delegatie van de Europese Unie

    Kristian SCHMIDT


    (1)  PB L 114 van 30.4.2002, blz. 91.

    (2)  Besluit nr. 2/2019 van het Comité vervoer over land Gemeenschap/Zwitserland van 13 december 2019 betreffende overgangsmaatregelen voor het behoud van een vlot spoorverkeer tussen Zwitserland en de Europese Unie (PB L 13 van 17.1.2020, blz. 43).

    (3)  Richtlijn (EU) 2016/797 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 betreffende de interoperabiliteit van het spoorwegsysteem in de Europese Unie (PB L 138 van 26.5.2016, blz. 44).

    (4)  Richtlijn (EU) 2016/798 van het Europees Parlement en de Raad van 11 mei 2016 inzake veiligheid op het spoor (PB L 138 van 26.5.2016, blz. 102).

    (5)  Besluit nr. 2/2020 van het Comité vervoer over land Gemeenschap/Zwitserland van 11 december 2020 tot wijziging van bijlage 1 bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake het goederen- en personenvervoer per spoor en over de weg, en van Besluit nr. 2/2019 van het Comité vervoer over land Gemeenschap/Zwitserland betreffende overgangsmaatregelen voor het behoud van een vlot spoorverkeer tussen Zwitserland en de Europese Unie (PB L 15 van 18.1.2021, blz. 34).

    (6)  Besluit nr. 2/2021 van het Comité vervoer over land Gemeenschap/Zwitserland van 17 december 2021 tot wijziging van bijlage 1 bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat inzake het goederen- en personenvervoer per spoor en over de weg, en van Besluit nr. 2/2019 van het Comité vervoer over land Gemeenschap/Zwitserland betreffende overgangsmaatregelen voor het behoud van een vlot spoorverkeer tussen Zwitserland en de Europese Unie (PB L 46 van 25.2.2022, blz. 125).

    (7)  PB L 260 van 30.9.2008, blz. 13.

    (8)  PB L 356 van 12.12.2014, blz. 228.

    (9)  PB L 158 van 15.6.2016, blz. 1.


    BIJLAGE

    Vervoer van gevaarlijke goederen

    Richtlijn (EU) 2022/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende uniforme procedures voor de controle op het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (codificatie) (PB L 274 van 24.10.2022, blz. 1).

    Richtlijn 2008/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 september 2008 betreffende het vervoer van gevaarlijke goederen over land (PB L 260 van 30.9.2008, blz. 13), laatstelijk gewijzigd bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/1095 van de Commissie van 29 juni 2022 (PB L 176 van 1.7.2022, blz. 33).

    Met het oog op de toepassing van deze overeenkomst gelden de volgende afwijkingen van Richtlijn 2008/68/EG in Zwitserland:

    1.    Wegvervoer

    Afwijkingen voor Zwitserland krachtens artikel 6, lid 2, punt a), van Richtlijn 2008/68/EG betreffende het binnenlands vervoer van gevaarlijke goederen

    RO-a-CH-1

    Betreft: vervoer van dieselbrandstof en stookolie met UN-nummer 1202 in tankcontainers.

    Verwijzing naar bijlage I, deel I.1, bij de richtlijn: punten 1.1.3.6 en 6.8.

    Inhoud van de bijlage bij de richtlijn: afwijkingen met betrekking tot de vervoerde hoeveelheden per vervoerseenheid, voorschriften voor de constructie van tanks.

    Inhoud van de nationale wetgeving: tankcontainers met een capaciteit van hoogstens 1210 l voor het vervoer van stookolie of dieselbrandstof met UN-nummer 1202 die niet overeenkomstig punt 6.8 maar overeenkomstig de nationale wetgeving zijn vervaardigd, komen in aanmerking voor de afwijkingen in punt 1.1.3.6 ADR.

    Referentie van de nationale wetgeving: aanhangsel 1, punten 1.6.14.4, 4.8 en 6.14 van de verordening van 29 november 2002 inzake het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (SDR; RS 741.621).

    Vervaldatum: 1 januari 2029.

    RO-a-CH-2

    Betreft: vrijstelling van het voorschrift om een vervoersdocument bij zich te hebben voor bepaalde hoeveelheden gevaarlijke goederen als gedefinieerd onder 1.1.3.6.

    Verwijzing naar bijlage I, deel I.1, bij de richtlijn: punten 1.1.3.6 en 5.4.1.

    Inhoud van de bijlage bij de richtlijn: verplichting om een vervoersdocument te hebben.

    Inhoud van de nationale wetgeving: de in punt 5.4.1 gestelde verplichting om een vervoersdocument bij te hebben geldt niet voor het vervoer van ongereinigde lege houders van categorie 4, met uitzondering van categorie UN 3509, en volle of lege gascilinders voor ademhalingsapparatuur voor noodhulpdiensten of voor duikapparatuur, in hoeveelheden die de grenswaarden van punt 1.1.3.6 niet overschrijden.

    Referentie van de nationale wetgeving: aanhangsel 1, punt 8.1.2.1, a), van de verordening van 29 november 2002 inzake het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (SDR; RS 741.621).

    Vervaldatum: 1 januari 2029.

    RO-a-CH-3

    Betreft: vervoer van ongereinigde lege tanks door bedrijven die diensten verlenen aan faciliteiten voor de opslag van vloeistoffen die gevaarlijk zijn voor water.

    Verwijzing naar bijlage I, deel I.1, bij de richtlijn: punten 6.5, 6.8, 8.2 en 9.

    Inhoud van de bijlage bij de richtlijn: vervaardiging, uitrusting en inspectie van tanks en voertuigen; bestuurdersopleiding.

    Inhoud van de nationale wetgeving: voertuigen en ongereinigde lege tanks/houders die worden gebruikt door bedrijven die diensten verlenen aan faciliteiten voor de opslag van vloeistoffen die gevaarlijk zijn voor water en die bestemd zijn om vloeistoffen op te vangen terwijl stationaire tanks worden onderhouden, vallen niet onder de in de ADR vastgestelde regels inzake vervaardiging, uitrusting en inspectie, noch onder de regels inzake etikettering en identificatie aan de hand van oranje borden. Ze vallen onder bijzondere etiketterings- en identificatieregels, en de bestuurder van het voertuig hoeft de in 8.2 beschreven opleiding niet te hebben gevolgd.

    Referentie van de nationale wetgeving: aanhangsel 1, punt 1.1.3.6.6, van de verordening van 29 november 2002 inzake het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (SDR; RS 741.621).

    Vervaldatum: 1 januari 2029.

    Afwijkingen voor Zwitserland krachtens artikel 6, lid 2, punt b), i), van Richtlijn 2008/68/EG.

    RO-bi-CH-1

    Betreft: vervoer van huishoudelijk afval dat gevaarlijke goederen bevat naar afvalverwijderingsinstallaties.

    Verwijzing naar bijlage I, deel I.1, bij de richtlijn: punten 2, 4.1.10, 5.2 en 5.4.

    Inhoud van de bijlage bij de richtlijn: classificatie, gecombineerde verpakking, markering en etikettering, documentatie.

    Inhoud van de nationale wetgeving: de regels hebben onder meer betrekking op de vereenvoudigde classificatie van huishoudelijk afval dat (huishoudelijke) gevaarlijke goederen bevat door een deskundige die erkend is door de bevoegde autoriteit, op het gebruik van aangepaste houders en op bestuurdersopleidingen. Huishoudelijk afval dat niet door de deskundige kan worden geclassificeerd, mag in kleine hoeveelheden, die per pakket en per vervoerseenheid zijn geïdentificeerd, worden vervoerd naar een behandelingsinstallatie.

    Referentie van de nationale wetgeving: aanhangsel 1, punt 1.1.3.11, van de verordening van 29 november 2002 inzake het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (SDR; RS 741.621).

    Toelichting: deze regels mogen alleen worden toegepast op het vervoer van huishoudelijk afval dat gevaarlijke goederen bevat tussen openbare behandelingsvestigingen en afvalverwijderingsinstallaties.

    Vervaldatum: 1 januari 2029.

    RO-bi-CH-2

    Betreft: terugvervoer van vuurwerk.

    Verwijzing naar bijlage I, deel I.1, bij de richtlijn: punten 2.1.2 en 5.4.

    Inhoud van de bijlage bij de richtlijn: classificatie en documentatie.

    Inhoud van de nationale wetgeving: om het terugvervoer van vuurwerk met UN-nummers 0335, 0336 en 0337 van detailhandelaars naar leveranciers te vergemakkelijken, is voorzien in vrijstellingen van de vermelding van het nettogewicht en de productclassificatie in het vervoersdocument.

    Referentie van de nationale wetgeving: aanhangsel 1, punt 1.1.3.12, van de verordening van 29 november 2002 inzake het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (SDR; RS 741.621).

    Toelichting: een gedetailleerde controle van de exacte inhoud van elk niet-verkocht product in elke verpakking is praktisch onmogelijk voor producten die voor de detailhandel zijn bestemd.

    Vervaldatum: 1 januari 2029.

    RO-bi-CH-3

    Betreft: ADR-opleidingscertificaat voor reizen die worden ondernomen om defecte voertuigen te vervoeren, herstellingen uit te voeren, tankvoertuigen en tanks te inspecteren, en reizen met tankvoertuigen door deskundigen die verantwoordelijk zijn voor de inspectie van het voertuig in kwestie.

    Verwijzing naar bijlage I, deel I.1, bij de richtlijn: punt 8.2.1

    Inhoud van de bijlage bij de richtlijn: bestuurders moeten een opleiding volgen.

    Inhoud van de nationale wetgeving: ADR-opleiding en certificaten zijn niet vereist voor reizen die worden ondernomen om defecte voertuigen te vervoeren of voor testritten na herstellingen, voor reizen met tankvoertuigen teneinde het tankvoertuig/de tank te inspecteren en voor reizen door deskundigen die verantwoordelijk zijn voor de inspectie van tankvoertuigen.

    Referentie van de nationale wetgeving: aanhangsel 1, punt 8.2.1, van de verordening van 29 november 2002 inzake het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (SDR; RS 741.621).

    Toelichting: in sommige gevallen bevatten defecte voertuigen of voertuigen die worden hersteld en tankvoertuigen die worden voorbereid op een technische inspectie of worden gecontroleerd, op het ogenblik van de inspectie nog steeds gevaarlijke goederen.

    De onder 1.3 en 8.2.3 vermelde eisen blijven van toepassing.

    Vervaldatum: 1 januari 2029.

    2.    Spoorvervoer

    Afwijkingen voor Zwitserland krachtens artikel 6, lid 2, punt a), van Richtlijn 2008/68/EG.

    RA-a-CH-1

    Betreft: vervoer van dieselbrandstof met UN-nummer 1202 in tankcontainers.

    Verwijzing naar bijlage II, deel II.1, bij de richtlijn: punt 6.8

    Inhoud van de bijlage bij de richtlijn: regels met betrekking tot de constructie van tanks.

    Inhoud van de nationale wetgeving: tankcontainers voor werven die niet overeenkomstig punt 6.8 maar overeenkomstig de nationale wetgeving zijn vervaardigd, mogen worden gebruikt voor het vervoer van dieselbrandstof van UN-nummer 1202.

    Referentie van de nationale wetgeving: bijlage 2.1 bij de verordening van 31 oktober 2012 inzake het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor en kabelspoor (RSD; RS 742.412) en aanhangsel 1, hoofdstukken 1.6, 4.8 en 6.14, van de verordening van 29 november 2002 inzake het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg (SDR; RS 741.621).

    Vervaldatum: 1 januari 2029.

    RA-a-CH-2

    Betreft: vervoersdocument.

    Verwijzing naar bijlage II, deel II.1, bij de richtlijn: punt 5.4.1.1.1.

    Inhoud van de bijlage bij de richtlijn: algemene informatie die in het vervoersdocument moet worden vermeld.

    Inhoud van de nationale wetgeving: het gebruik van een collectieve benaming in het vervoersdocument is toegestaan als bij dat vervoersdocument een lijst is gevoegd met de bovenvermelde informatie.

    Referentie van de nationale wetgeving: bijlage 2.1 bij de verordening van 31 oktober 2012 inzake het vervoer van gevaarlijke goederen per spoor en kabelspoor (RSD; RS 742.412).

    Vervaldatum: 1 januari 2029.

    Richtlijn 2010/35/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 juni 2010 betreffende vervoerbare drukapparatuur en houdende intrekking van Richtlijnen 76/767/EEG, 84/525/EEG, 84/526/EEG, 84/527/EEG en 1999/36/EG van de Raad (PB L 165 van 30.6.2010, blz. 1).


    Top