Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 22007D0007

    Besluit van het Gemengd Comité van de EER nr. 7/2007 van 27 april 2007 tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-Overeenkomst

    PB L 209 van 9.8.2007, p. 13–14 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (HR)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2007/7(2)/oj

    9.8.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 209/13


    BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER

    Nr. 7/2007

    van 27 april 2007

    tot wijziging van bijlage II (Technische voorschriften, normen, keuring en certificatie) bij de EER-Overeenkomst

    HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,

    Gelet op de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, gewijzigd bij het Protocol tot aanpassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte, hierna „de Overeenkomst” genoemd, en met name op artikel 98,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Bijlage II bij de Overeenkomst is gewijzigd bij Besluit nr. 147/2006 van het Gemengd Comité van de EER van 8 december 2006 (1).

    (2)

    Richtlijn 2006/59/EG van de Commissie van 28 juni 2006 tot wijziging van de bijlagen bij de Richtlijnen 76/895/EEG, 86/362/EEG, 86/363/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen voor carbaryl, deltamethrin, endosulfan, fenitrothion, methidathion en oxamyl (2) moet in de Overeenkomst worden opgenomen.

    (3)

    Richtlijn 2006/60/EG van de Commissie van 7 juli 2006 tot wijziging van de bijlagen bij Richtlijn 90/642/EEG van de Raad wat betreft de maximumgehalten aan residuen van trifloxystrobin, thiabendazool, abamectine, benomyl, carbendazim, Thiofanaat-methyl, myclobutanil, glyfosaat, trimethylsulfonium, fenpropimorf en chloormequat (3) moet in de Overeenkomst worden opgenomen.

    (4)

    Richtlijn 2006/61/EG van de Commissie van 7 juli 2006 tot wijziging van de bijlagen bij de Richtlijnen 86/362/EEG, 86/363/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen voor atrazine, azinfos-ethyl, cyfluthrin, ethefon, fenthion, methamidofos, methomyl, paraquat en triazofos (4) dient in de Overeenkomst te worden opgenomen,

    (5)

    Richtlijn 2006/62/EG van de Commissie van 12 juli 2006 tot wijziging van de bijlagen bij de Richtlijnen 76/895/EEG, 86/362/EEG, 86/363/EEG en 90/642/EEG van de Raad wat betreft maximumgehalten aan residuen voor desmedifam, fenmedifam en chloorfenvinfos (5) moet in de Overeenkomst worden opgenomen.

    BESLUIT:

    Artikel 1

    Hoofdstuk XII van bijlage II bij de Overeenkomst wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    In punt 13 (Richtlijn 76/895/EEG van de Raad), punt 38 (Richtlijn 86/362/EEG van de Raad), punt 39 (Richtlijn 86/363/EEG van de Raad) en punt 54 (Richtlijn 90/642/EEG van de Raad) worden de volgende streepjes toegevoegd:

    „—

    32006 L 0059: Richtlijn 2006/59/EG van de Commissie van 28 juni 2006 (PB L 175 van 29.6.2006, blz. 61),

    32006 L 0062: Richtlijn 2006/62/EG van de Commissie van 12 juli 2006 (PB L 206 van 27.7.2006, blz. 27).”.

    2)

    In punt 38 (Richtlijn 86/362/EEG van de Raad), punt 39 (Richtlijn 86/363/EEG van de Raad) en punt 54 (Richtlijn 90/642/EEG van de Raad) wordt het volgende streepje toegevoegd:

    „—

    32006 L 0061: Richtlijn 2006/61/EG van de Commissie van 7 juli 2006 (PB L 206 van 27.7.2006, blz. 12).”.

    3)

    In punt 54 (Richtlijn 90/642/EEG van de Raad) wordt het volgende streepje toegevoegd:

    „—

    32006 L 0060: Richtlijn 2006/60/EG van de Commissie van 7 juli 2006 (PB L 206 van 27.7.2006, blz. 1).”.

    Artikel 2

    De in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie bekend te maken teksten in de IJslandse en de Noorse taal van de Richtlijnen 2006/59/EG, 2006/60/EG, 2006/61/EG en 2006/62/EG zijn authentiek.

    Artikel 3

    Dit besluit treedt in werking op 28 april 2007, op voorwaarde dat alle in artikel 103, lid 1, van de Overeenkomst bedoelde kennisgevingen aan het Gemengd Comité van de EER hebben plaatsgevonden (6).

    Artikel 4

    Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te Brussel, 27 april 2007.

    Voor het Gemengd Comité van de EER

    De voorzitter

    Alan SEATTER


    (1)  PB L 89 van 29.3.2007, blz. 17.

    (2)  PB L 175 van 29.6.2006, blz. 61.

    (3)  PB L 206 van 27.7.2006, blz. 1.

    (4)  PB L 206 van 27.7.2006, blz. 12.

    (5)  PB L 206 van 27.7.2006, blz. 27.

    (6)  Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.


    Top