Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 02012R0649-20220701

    Consolidated text: Verordening (EU) nr. 649/2012 van het Europees Parlement en de Raad van 4 juli 2012 betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen (herschikking) (Voor de EER relevante tekst)Voor de EER relevante tekst

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2012/649/2022-07-01

    02012R0649 — NL — 01.07.2022 — 006.001


    Onderstaande tekst dient louter ter informatie en is juridisch niet bindend. De EU-instellingen zijn niet aansprakelijk voor de inhoud. Alleen de besluiten die zijn gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (te raadplegen in EUR-Lex) zijn authentiek. Deze officiële versies zijn rechtstreeks toegankelijk via de links in dit document

    ►B

    VERORDENING (EU) Nr. 649/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

    van 4 juli 2012

    betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen

    (herschikking)

    (Voor de EER relevante tekst)

    (PB L 201 van 27.7.2012, blz. 60)

    Gewijzigd bij:

     

     

    Publicatieblad

      nr.

    blz.

    datum

     M1

    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) Nr. 1078/2014 VAN DE COMMISSIE van 7 augustus 2014

      L 297

    1

    15.10.2014

     M2

    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2015/2229 VAN DE COMMISSIE van 29 september 2015

      L 317

    13

    3.12.2015

     M3

    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2018/172 VAN DE COMMISSIE van 28 november 2017

      L 32

    6

    6.2.2018

     M4

    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/330 VAN DE COMMISSIE van 11 december 2018

      L 59

    1

    27.2.2019

     M5

    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2019/1701 van de Commissie van 23 juli 2019

      L 260

    1

    11.10.2019

     M6

    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2020/1068 VAN DE COMMISSIE van 15 mei 2020

      L 234

    1

    21.7.2020

    ►M7

    GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2022/643 VAN DE COMMISSIE van 10 februari 2022

      L 118

    14

    20.4.2022


    Gerectificeerd bij:

     C1

    Rectificatie, PB L 363, 18.12.2014, blz.  185 (nr. 1078/2014)




    ▼B

    VERORDENING (EU) Nr. 649/2012 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

    van 4 juli 2012

    betreffende de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen

    (herschikking)

    (Voor de EER relevante tekst)



    Artikel 1

    Doelstellingen

    1.  

    Deze verordening heeft de volgende doelstellingen:

    a) 

    uitvoering geven aan het Verdrag van Rotterdam inzake de procedure met betrekking tot voorafgaande geïnformeerde toestemming ten aanzien van bepaalde gevaarlijke chemische stoffen en pesticiden in de internationale handel (het „verdrag”);

    b) 

    gedeelde verantwoordelijkheid en gezamenlijke inspanningen bij de internationale activiteiten met gevaarlijke chemische stoffen bevorderen ter bescherming van de gezondheid van de mens en het milieu tegen mogelijke schade;

    c) 

    bijdragen aan een milieuverantwoord gebruik van deze gevaarlijke stoffen.

    De in de eerste alinea vermelde doelstellingen worden verwezenlijkt door de uitwisseling van informatie over de kenmerken van gevaarlijke chemische stoffen te vergemakkelijken, door een besluitvormingsproces binnen de Unie voor de in- en uitvoer vast te stellen en door de genomen beslissingen onder de partijen en andere landen te verspreiden.

    2.  
    Naast de in lid 1 vermelde doelstellingen moet deze verordening ervoor zorgen dat de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1272/2008 inzake indeling, etikettering en verpakking voor alle chemische stoffen gelden wanneer zij vanuit de lidstaten naar andere partijen of andere landen worden uitgevoerd, tenzij deze bepalingen strijdig zijn met specifieke voorschriften van die partijen of andere landen.

    Artikel 2

    Werkingssfeer

    1.  

    Deze verordening is van toepassing op:

    a) 

    bepaalde gevaarlijke chemische stoffen die zijn onderworpen aan de procedure van voorafgaande geïnformeerde toestemming uit hoofde van het verdrag (de „PIC-procedure”);

    b) 

    bepaalde gevaarlijke chemische stoffen die binnen de Unie of een lidstaat verboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn;

    c) 

    chemische stoffen bij uitvoer, voor zover het de indeling, de etikettering en de verpakking ervan betreft.

    2.  

    Deze verordening is niet van toepassing op:

    a) 

    verdovende middelen en psychotrope stoffen die vallen onder Verordening (EG) nr. 111/2005 van de Raad van 22 december 2004 houdende voorschriften voor het toezicht op de handel tussen de Gemeenschap en derde landen in drugsprecursoren ( 1 );

    b) 

    radioactief materiaal en radioactieve stoffen die vallen onder Richtlijn 96/29/Euratom van de Raad van 13 mei 1996 tot vaststelling van de basisnormen voor de bescherming van de gezondheid der bevolking en der werkers tegen de aan ioniserende straling verbonden gevaren ( 2 );

    c) 

    afvalstoffen die vallen onder Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende afvalstoffen ( 3 );

    d) 

    chemische wapens die vallen onder Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik ( 4 );

    e) 

    levensmiddelen en levensmiddelenadditieven die vallen onder Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn ( 5 );

    f) 

    diervoeders die vallen onder Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden ( 6 ), met inbegrip van additieven, hetzij verwerkt, gedeeltelijk verwerkt of onverwerkt, die bestemd zijn voor gebruik als orale voeding voor dieren;

    g) 

    genetisch gemodificeerde organismen die vallen onder Richtlijn 2001/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 maart 2001 inzake de doelbewuste introductie van genetisch gemodificeerde organismen in het milieu ( 7 );

    h) 

    behalve voor zover daarop artikel 3, punt 5, onder b), van deze verordening van toepassing is, farmaceutische specialiteiten of geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik die respectievelijk vallen onder Richtlijn 2001/83/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor menselijk gebruik ( 8 ) en Richtlijn 2001/82/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 november 2001 tot vaststelling van een communautair wetboek betreffende geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik ( 9 ).

    3.  
    Deze verordening is niet van toepassing op chemische stoffen die voor onderzoek of analyse worden uitgevoerd in hoeveelheden waarvan het onwaarschijnlijk is dat de gezondheid van de mens of het milieu daardoor nadelig wordt beïnvloed, en die in elk geval niet meer dan 10 kg per exporteur per invoerend land per kalenderjaar bedragen.

    Niettegenstaande de eerste alinea verkrijgen exporteurs van de daarin bedoelde chemische stoffen een bijzonder referentie-identificatienummer met gebruikmaking van de databank als bedoeld in artikel 6, lid 1, onder a), en vermelden zij dat referentie-identificatienummer in hun aangifte ten uitvoer.

    Artikel 3

    Definities

    Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

    1.

    „chemische stof” :

    een stof, als zodanig of in een mengsel, dan wel een mengsel, vervaardigd of uit de natuur gewonnen, waarin echter geen levende organismen zijn verwerkt, die tot een van de volgende categorieën behoort:

    a) 

    bestrijdingsmiddelen, met inbegrip van zeer gevaarlijke bestrijdingsmiddel-formuleringen;

    b) 

    industriële chemische stoffen;

    2.

    „stof” : een chemisch element en de verbindingen ervan zoals gedefinieerd in artikel 3, punt 1, van Verordening (EG) nr. 1907/2006;

    3.

    „mengsel” : een mengsel of een oplossing zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 8, van Verordening (EG) nr. 1272/2008;

    4.

    „artikel” : een eindproduct dat een chemische stof bevat waarvan het gebruik krachtens de wetgeving van de Unie in dat speciale product verboden of aan strenge beperkingen onderworpen is, voor zover dat product niet onder de punten 2 of 3 valt;

    5.

    „bestrijdingsmiddelen” :

    chemische stoffen in een van de twee volgende subcategorieën:

    a) 

    bestrijdingsmiddelen die worden gebruikt als gewasbeschermingsmiddelen die onder Verordening (EG) nr. 1107/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 21 oktober 2009 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen ( 10 ) vallen;

    b) 

    overige bestrijdingsmiddelen, zoals:

    i) 

    biociden in de zin van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden ( 11 ), en

    ii) 

    desinfecterende middelen, insecticiden en parasietenbestrijdingsmiddelen uit hoofde van de Richtlijnen 2001/82/EG en 2001/83/EG;

    6.

    „industriële chemische stoffen” :

    chemische stoffen in een van de twee volgende subcategorieën:

    a) 

    chemische stoffen voor beroepsmatig gebruik;

    b) 

    chemische stoffen voor gebruik door het publiek;

    7.

    „aan kennisgeving van uitvoer onderworpen chemische stof” : een chemische stof die in één of meer categorieën of subcategorieën binnen de Unie verboden of aan strenge beperkingen onderworpen is en elke aan de PIC-procedure onderworpen chemische stof, opgenomen in deel 1 van bijlage I;

    8.

    „voor PIC-kennisgeving in aanmerking komende chemische stof” : een chemische stof die in één of meer categorieën binnen de Unie of een lidstaat verboden of aan strenge beperkingen onderworpen is; chemische stoffen die in één of meer categorieën in de Unie verboden of aan strenge beperkingen onderworpen zijn, zijn in deel 2 van bijlage I, opgenomen;

    9.

    „aan de PIC-procedure onderworpen chemische stof” : een chemische stof die in bijlage III bij het verdrag en in deel 3 van bijlage I bij deze verordening is opgenomen;

    10.

    „verboden chemische stof” :

    a) 

    een chemische stof waarvan ter bescherming van de gezondheid van de mens of het milieu alle toepassingen in één of meer categorieën of subcategorieën op grond van definitieve regelgeving door de Unie zijn verboden, of

    b) 

    een chemische stof waarvoor de aanvraag voor toelating voor het eerste gebruik is afgewezen, die door de industrie in de Unie uit de handel is genomen of waarvoor de aanvraag in de loop van de kennisgevings-, registratie- of toelatingsprocedure is ingetrokken en waarvan kan worden aangetoond dat hij reden tot bezorgdheid voor de gezondheid van de mens of het milieu geeft;

    11.

    „aan strenge beperkingen onderworpen chemische stof” :

    a) 

    een chemische stof waarvan ter bescherming van de gezondheid van de mens of het milieu nagenoeg alle toepassingen in één of meer categorieën of subcategorieën op grond van definitieve regelgeving van de Unie zijn verboden, maar waarvan bepaalde specifieke toepassingen nog zijn toegestaan, of

    b) 

    een chemische stof waarvoor de aanvraag voor toelating voor nagenoeg alle toepassingen is afgewezen, die door de industrie voor nagenoeg alle toepassingen in de Unie uit de handel is genomen of waarvoor de aanvraag in de loop van de kennisgevings-, registratie- of toelatingsprocedure voor nagenoeg alle toepassingen is ingetrokken en waarvan kan worden aangetoond dat hij reden tot bezorgdheid voor de gezondheid van de mens of het milieu geeft;

    12.

    „chemische stof die in een lidstaat verboden of aan strenge beperkingen onderworpen is” : elke chemische stof die ingevolge definitieve nationale regelgeving van een lidstaat verboden of aan strenge beperkingen onderworpen is;

    13.

    „definitieve regelgeving” : een juridisch bindend besluit dat tot doel heeft een chemische stof te verbieden of aan strenge beperkingen te onderwerpen;

    14.

    „zeer gevaarlijke bestrijdingsmiddelformulering” : een voor gebruik als bestrijdingsmiddel geformuleerde chemische stof die ernstige gevolgen voor de gezondheid of het milieu heeft, die, na eenmalige of herhaalde blootstelling bij gebruik, op korte termijn kunnen worden geconstateerd;

    15.

    „douanegebied van de Unie” : het in artikel 3 van Verordening (EEG) nr. 2913/92 van 12 oktober 1992 tot vaststelling van het communautair douanewetboek ( 12 ) bedoelde grondgebied;

    16.

    „uitvoer” :

    a) 

    de definitieve of tijdelijke uitvoer van een chemische stof die aan de voorwaarden van artikel 28, lid 2, van het VWEU voldoet;

    b) 

    de wederuitvoer van een chemische stof die niet aan de voorwaarden van artikel 28, lid 2, van het VWEU voldoet en die onder een andere douaneregeling dan de regeling extern douanevervoer van de Unie voor het vervoer van goederen door het douanegebied van de Unie is geplaatst;

    17.

    „invoer” : het binnen het douanegebied van de Unie brengen van een chemische stof die onder een andere douaneregeling dan de regeling extern douanevervoer van de Unie voor het vervoer van goederen door het douanegebied van de Unie is geplaatst;

    18.

    „exporteur” :

    een van de volgende natuurlijke of rechtspersonen:

    a) 

    de persoon namens wie een aangifte ten uitvoer wordt gedaan, dat wil zeggen de persoon die op het tijdstip van de aangifte houder is van de overeenkomst met de geconsigneerde in een land dat partij is of in een ander land en de bevoegdheid heeft om te beslissen over verzending van de chemische stof uit het douanegebied van de Unie;

    b) 

    indien er geen uitvoerovereenkomst is gesloten of indien de houder van de overeenkomst niet in eigen naam handelt, de persoon die de bevoegdheid heeft om te beslissen over verzending van de chemische stof uit het douanegebied van de Unie;

    c) 

    indien het recht over de chemische stof te beschikken toekomt aan een persoon die blijkens de overeenkomst waarop de uitvoer is gebaseerd, buiten de Unie is gevestigd, de in de Unie gevestigde partij bij de overeenkomst;

    19.

    „importeur” : elke natuurlijke of rechtspersoon die op het tijdstip van invoer naar het douanegebied van de Unie de geconsigneerde voor de chemische stof is;

    20.

    „partij bij het verdrag” of „partij” : een staat of een regionale organisatie voor economische integratie die ermee heeft ingestemd door het verdrag te worden gebonden en waarvoor het verdrag in werking is getreden;

    21.

    „ander land” : elk land dat geen partij is;

    22.

    „het Agentschap” : het Europees Agentschap voor chemische stoffen opgericht bij Verordening (EG) nr. 1907/2006;

    23.

    „het secretariaat” : het verdragssecretariaat, tenzij deze verordening anders bepaalt.

    Artikel 4

    Aangewezen nationale instanties van de lidstaten

    Elke lidstaat wijst de instantie of instanties (de „aangewezen nationale instantie” of „aangewezen nationale instanties”) aan, die de bij deze verordening vereiste administratieve taken zullen vervullen, tenzij dat reeds voor de inwerkingtreding van deze verordening is gebeurd.

    De lidstaat stelt de Commissie uiterlijk op 17 november 2012 van die aanwijzing in kennis, tenzij deze informatie reeds voor de inwerkingtreding van deze verordening is verstrekt, en stelt de Commissie ook op de hoogte van eventuele wijzigingen ten aanzien van de aangewezen nationale instantie.

    Artikel 5

    Deelneming van de Unie aan het verdrag

    1.  
    Deelneming aan het verdrag is een gedeelde verantwoordelijkheid van de Commissie en de lidstaten, met name wat betreft technische bijstand, uitwisseling van informatie en geschillenbeslechting, en deelname aan ondersteunende organen en stemmingen.
    2.  
    De Commissie treedt op als gemeenschappelijke aangewezen instantie voor de administratieve functies van het verdrag in verband met de PIC-procedure namens alle aangewezen nationale instanties en in nauwe samenwerking en overleg met de aangewezen nationale instanties van de lidstaten.

    De Commissie is in het bijzonder verantwoordelijk voor:

    a) 

    de doorzending van kennisgevingen van uitvoer van de Unie aan partijen en andere landen overeenkomstig artikel 8;

    b) 

    de voorlegging aan het secretariaat van kennisgevingen van relevante definitieve regelgeving inzake chemische stoffen die in aanmerking komen voor PIC-kennisgeving overeenkomstig artikel 11;

    c) 

    de toezending van informatie over andere definitieve regelgeving inzake chemische stoffen die niet in aanmerking komen voor PIC-kennisgeving overeenkomstig artikel 12;

    d) 

    de ontvangst van algemene informatie van het secretariaat.

    Tevens verstrekt de Commissie aan het secretariaat reacties van de Unie inzake de invoer voor chemische stoffen die ingevolge artikel 13 onder de PIC-procedure vallen.

    Bovendien coördineert de Commissie de inbreng van de Unie op het gebied van alle technische zaken die verband houden met een van de volgende onderwerpen:

    a) 

    het verdrag;

    b) 

    de voorbereiding van de bij artikel 18, lid 1, van het verdrag ingestelde Conferentie van de partijen;

    c) 

    de bij artikel 18, lid 6, van het verdrag ingestelde Commissie ter beoordeling van chemische stoffen (de „Commissie ter beoordeling van chemische stoffen”);

    d) 

    andere ondersteunende organen van de Conferentie van de partijen.

    3.  
    De Commissie en de lidstaten ontplooien de nodige initiatieven om ervoor te zorgen dat de Unie afdoende wordt vertegenwoordigd in de verschillende organen die het verdrag uitvoeren.

    Artikel 6

    Taken van het Agentschap

    1.  

    Het Agentschap voert, naast de taken die het zijn toegewezen krachtens de artikelen 7, 8, 9, 10, 11, 13, 14, 15, 18, 19, 20, 21, 22 en 25 de volgende taken uit:

    a) 

    een databank over de in- en uitvoer van gevaarlijke chemische stoffen („de databank”) onderhouden, verder ontwikkelen en regelmatig bijwerken;

    b) 

    de databank ter beschikking van het publiek stellen op zijn website;

    c) 

    zo nodig, met de goedkeuring van de Commissie en na overleg met de lidstaten, bijstand en technische en wetenschappelijke richtsnoeren en hulpmiddelen verstrekken aan de industrie teneinde de doeltreffende toepassing van deze verordening te waarborgen;

    d) 

    met de goedkeuring van de Commissie, bijstand en technische en wetenschappelijke richtsnoeren en hulpmiddelen verstrekken aan de aangewezen nationale instanties van de lidstaten teneinde de doeltreffende toepassing van deze verordening te waarborgen;

    e) 

    op verzoek van deskundigen van de Commissie ter beoordeling van chemische stoffen van de lidstaten of van de Commissie, en binnen de beschikbare middelen een bijdrage leveren voor het opstellen van de in artikel 7 van het verdrag bedoelde leidraden voor besluiten en andere technische documenten met betrekking tot de uitvoering van het verdrag;

    f) 

    de Commissie op verzoek technische en wetenschappelijke input verlenen en haar bijstaan teneinde de doeltreffende uitvoering van de verordening te waarborgen;

    g) 

    de Commissie op verzoek technische en wetenschappelijke input verlenen en haar bijstaan bij het vervullen van haar rol als gemeenschappelijke aangewezen instantie van de Unie.

    2.  
    Het secretariaat van het Agentschap voert de taken uit die krachtens deze verordening aan het Agentschap zijn toegewezen.

    Artikel 7

    Aan kennisgeving van uitvoer onderworpen chemische stoffen, voor PIC-kennisgeving in aanmerking komende chemische stoffen en aan de PIC-procedure onderworpen chemische stoffen

    1.  
    De aan kennisgeving van uitvoer onderworpen chemische stoffen, de voor PIC-kennisgeving in aanmerking komende chemische stoffen en de aan de PIC-procedure onderworpen chemische stoffen worden vermeld in bijlage I.
    2.  
    De in bijlage I opgenomen chemische stoffen worden ingedeeld in één of meer van de drie groepen chemische stoffen welke zijn opgenomen in deel 1, 2 en 3 van die bijlage.

    De in deel 1 van bijlage I opgenomen chemische stoffen zijn onderworpen aan de procedure voor kennisgeving van uitvoer, zoals vastgesteld in artikel 8, waarbij gedetailleerde informatie wordt vermeld over de identiteit van de stof, de aan beperkingen onderworpen gebruikscategorie en/of -subcategorie, het type beperking en, indien van toepassing, aanvullende informatie over met name ontheffingen van de vereisten voor kennisgeving van uitvoer.

    De in deel 2 van bijlage I opgenomen chemische stoffen zijn niet alleen onderworpen aan de procedure voor kennisgeving van uitvoer uit hoofde van artikel 8, maar komen ook in aanmerking voor de procedure voor PIC-kennisgeving, zoals vastgesteld in artikel 11, waarbij gedetailleerde informatie wordt vermeld over de identiteit van de stof en de gebruikscategorie.

    De in deel 3 van bijlage I opgenomen chemische stoffen zijn onderworpen aan de PIC-procedure, waarbij de gebruikscategorie wordt vermeld en indien van toepassing aanvullende informatie over met name vereisten voor de kennisgeving van uitvoer.

    3.  
    De in bijlage I opgenomen lijsten worden via de databank ter beschikking van het publiek gesteld.

    Artikel 8

    Aan partijen en andere landen toegezonden kennisgevingen van uitvoer

    1.  
    Wanneer het gaat om stoffen die in deel 1 van bijlage I zijn opgenomen of mengsels die deze stoffen bevatten in een concentratie die aanleiding geeft tot verplichtingen inzake kenmerking uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1272/2008, ongeacht de aanwezigheid van andere stoffen, zijn de leden 2 tot en met 8 van dit artikel van toepassing, ongeacht het voorgenomen gebruik van de chemische stof door de invoerende partij of het invoerende andere land.
    2.  
    Wanneer een in lid 1 bedoelde chemische stof voor het eerst op of na de datum waarop deze verordening erop van toepassing wordt, door een exporteur uit de Unie naar een partij of ander land zal worden uitgevoerd, stelt de exporteur de aangewezen nationale instantie van de lidstaat waarin hij is gevestigd (de „lidstaat van de exporteur”), uiterlijk 35 dagen voor de verwachte datum van uitvoer, van die uitvoer in kennis. Vervolgens stelt de exporteur die aangewezen nationale instantie uiterlijk 35 dagen vóór de uitvoer in kennis van de eerste uitvoer van de chemische stof in elk kalenderjaar. De kennisgevingen moeten voldoen aan de voorschriften van bijlage II en moeten aan de Commissie en aan de lidstaten ter beschikking worden gesteld via de databank.

    De aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur controleert of de informatie overeenstemt met bijlage II en zendt de kennisgeving, als deze volledig is, binnen 25 dagen voor de verwachte datum van uitvoer door aan het Agentschap.

    Het Agentschap geeft, namens de Commissie, de kennisgeving door aan de aangewezen nationale instantie van de invoerende partij of de bevoegde instantie van het invoerende andere land en neemt de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat zij niet later dan 15 dagen vóór de eerste voorgenomen uitvoer van de chemische stof en daarna niet later dan 15 dagen vóór de eerste uitvoer in elk hierop volgend kalenderjaar een kennisgeving van uitvoer ontvangen.

    Het Agentschap registreert elke kennisgeving van uitvoer en kent er een referentie-identificatienummer aan toe in de databank. Het Agentschap stelt via de databank ook een bijgewerkte lijst van de betrokken chemische stoffen en de invoerende partijen en andere landen voor elk kalenderjaar ter beschikking van het publiek en, indien nodig, de nationale aangewezen instanties van de lidstaten.

    3.  
    Indien het Agentschap niet binnen 30 dagen na verzending van de eerste kennisgeving van uitvoer na opneming van de betrokken chemische stof in deel 1 van bijlage I een ontvangstbevestiging van de invoerende partij of het invoerende andere land heeft ontvangen, zendt het, namens de Commissie, een tweede kennisgeving. Het Agentschap doet namens de Commissie wat redelijkerwijs kan worden verwacht om ervoor te zorgen dat de aangewezen nationale instantie van de invoerende partij of de bevoegde instantie van het invoerende andere land de tweede kennisgeving ontvangt.
    4.  
    Een nieuwe kennisgeving van uitvoer wordt overeenkomstig lid 2 gedaan voor uitvoer die plaatsvindt na de inwerkingtreding van de wijzigingen van de wetgeving van de Unie betreffende het in de handel brengen, het gebruik of het kenmerken van de betrokken stoffen of wanneer de samenstelling van het betrokken mengsel is veranderd zodat de etikettering van dat mengsel een wijziging ondergaat. De nieuwe kennisgeving moet voldoen aan de informatievoorschriften van bijlage II en een vermelding bevatten dat het gaat om een herziening van een eerdere kennisgeving.
    5.  
    Wanneer de uitvoer van een chemische stof geschiedt in verband met een noodsituatie waarin uitstel gevaarlijk kan zijn voor de volksgezondheid of het milieu in de invoerende partij of het invoerende andere land, kan de aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur naar aanleiding van een met redenen omkleed verzoek daartoe van de exporteur of de invoerende partij of het invoerende andere land, in overleg met de Commissie, die daarbij wordt bijgestaan door het Agentschap, vrijelijk beslissen een gehele of gedeeltelijke ontheffing van de in de leden 2, 3 en 4 omschreven verplichtingen te verlenen. De beslissing over een dergelijk verzoek wordt geacht in overleg met de Commissie tot stand te zijn gekomen als de Commissie binnen tien dagen nadat de aangewezen nationale instantie van de lidstaat de bijzonderheden van het verzoek heeft gezonden, geen afwijkend antwoord heeft gegeven.
    6.  

    Onverminderd de in artikel 19, lid 2, omschreven verplichtingen, komen de in de leden 2, 3 en 4 van dit artikel omschreven verplichtingen te vervallen wanneer aan alle volgende voorwaarden wordt voldaan:

    a) 

    de chemische stof is een aan de PIC-procedure onderworpen chemische stof geworden,

    b) 

    het invoerende land is partij bij het verdrag en heeft het secretariaat overeenkomstig artikel 10, lid 2, van het verdrag geantwoord of het de invoer van de chemische stof al dan niet toestaat, en

    c) 

    de Commissie is door het secretariaat op de hoogte gesteld van het antwoord en heeft deze informatie naar de lidstaten en het Agentschap doorgezonden.

    Niettegenstaande de eerste alinea van dit lid, vervallen de in de leden 2, 3 en 4 van dit artikel omschreven verplichtingen niet wanneer een invoerend land partij bij het verdrag is en expliciet continuering van de kennisgeving van uitvoer door uitvoerende partijen vereist, bijvoorbeeld door middel van zijn besluit over de invoer of anderszins.

    Onverminderd de in artikel 19, lid 2, omschreven verplichtingen, komen de in de leden 2, 3 en 4 van dit artikel omschreven verplichtingen te vervallen wanneer aan beide volgende voorwaarden wordt voldaan:

    a) 

    de aangewezen nationale instantie van de invoerende partij of de betrokken instantie van het invoerende andere land heeft afgezien van de verplichting om vóór de uitvoer van de chemische stof daarvan in kennis te worden gesteld, en

    b) 

    de Commissie heeft de informatie van het secretariaat of van de aangewezen nationale instantie van de invoerende partij of de betrokken instantie van het invoerende andere land ontvangen en doorgezonden naar de lidstaten en het Agentschap, dat het via de databank ter beschikking heeft gesteld.

    7.  
    De Commissie, de betrokken aangewezen nationale instanties van de lidstaten, het Agentschap en de exporteurs verstrekken de invoerende partijen en andere landen op verzoek beschikbare aanvullende informatie over de uitgevoerde chemische stoffen.
    8.  
    De lidstaten kunnen op transparante wijze regelingen invoeren die de exporteur verplichten tot het betalen van een administratieve vergoeding voor elke ingediende kennisgeving van uitvoer en voor elk verzoek om uitdrukkelijke toestemming, welke in overeenstemming is met de kosten die zij maken bij de uitvoering van de in de leden 2 en 4 van dit artikel en in artikel 14, leden 6 en 7, beschreven procedures.

    Artikel 9

    Van de partijen en van andere landen ontvangen kennisgevingen van uitvoer

    1.  
    Door het Agentschap van de aangewezen nationale instanties van partijen of de bevoegde instanties van andere landen ontvangen kennisgevingen betreffende de uitvoer naar de Unie van een chemische stof waarvan de vervaardiging, de toepassing, de hantering, het verbruik, het vervoer of de verkoop krachtens de wetgeving van die partij of dat andere land verboden dan wel aan strenge beperkingen onderworpen zijn, worden binnen 15 dagen vanaf de ontvangst door het Agentschap van de kennisgeving via de databank ter beschikking gesteld.

    Het Agentschap bevestigt, namens de Commissie, de ontvangst van de eerste kennisgeving van uitvoer welke van iedere partij of ander land voor elke chemische stof is ontvangen.

    De aangewezen nationale instantie van de lidstaat die de invoer ontvangt, ontvangt binnen tien dagen vanaf de ontvangst ervan een afschrift van een door het Agentschap ontvangen kennisgeving met alle beschikbare informatie. De andere lidstaten kunnen desgevraagd afschriften ontvangen.

    2.  
    Indien de Commissie of de aangewezen nationale instanties van de lidstaten direct of indirect van de aangewezen nationale instanties van de partijen of de betrokken instanties van andere landen kennisgevingen van uitvoer ontvangen, doen zij die kennisgevingen met alle beschikbare informatie onverwijld aan het Agentschap toekomen.

    Artikel 10

    Informatie betreffende de invoer en uitvoer van chemische stoffen

    1.  

    Elke exporteur van een of meer:

    a) 

    stoffen die in bijlage I zijn opgenomen, en/of

    b) 

    mengsels die dergelijke stoffen bevatten in een concentratie die aanleiding geeft tot verplichtingen inzake kenmerking uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1272/2008, ongeacht de aanwezigheid van andere stoffen, en/of

    c) 

    artikelen die stoffen in niet verder omgezette vorm bevatten welke in bijlage I, deel 2 of deel 3, zijn vermeld of mengsels die dergelijke stoffen bevatten in een concentratie die aanleiding geeft tot verplichtingen inzake kenmerking uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1272/2008, ongeacht de aanwezigheid van andere stoffen,

    stelt de aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur in het eerste kwartaal van elk jaar in kennis van de hoeveelheid van de chemische stof, als zodanig of als mengsel of in artikelen, die in het voorgaande jaar naar elke partij of ander land is vervoerd. Deze informatie gaat vergezeld van een lijst van de namen en adressen van elke natuurlijke of rechtspersoon die de chemische stof invoert in een partij of een ander land waarheen vervoer in dezelfde tijdsperiode heeft plaatsgevonden. In deze informatie wordt de uitvoer overeenkomstig artikel 14, lid 7, afzonderlijk vermeld.

    Elke importeur binnen de Unie verschaft gelijkwaardige informatie voor de in de Unie ingevoerde hoeveelheden.

    2.  
    Op verzoek van de Commissie, bijgestaan door het Agentschap, of de aangewezen nationale instantie van zijn lidstaat verstrekt de exporteur of importeur alle aanvullende informatie over chemische stoffen die ter uitvoering van deze verordening nodig is.
    3.  
    Elke lidstaat verstrekt het Agentschap elk jaar de geaggregeerde informatie overeenkomstig bijlage III. Het Agentschap vat deze informatie op het niveau van de Unie samen en stelt de niet-vertrouwelijke informatie via de databank ter beschikking aan het publiek.

    Artikel 11

    Kennisgeving van verboden of aan strenge beperkingen onderworpen chemische stoffen uit hoofde van het verdrag

    1.  
    De Commissie stelt het secretariaat schriftelijk in kennis van chemische stoffen die opgesomd zijn in deel 2 van bijlage I en die voor PIC-kennisgeving in aanmerking komen.
    2.  
    Wanneer meer chemische stoffen aan deel 2 van bijlage I worden toegevoegd ingevolge de tweede alinea van artikel 23, lid 2, stelt de Commissie het secretariaat van deze chemische stoffen in kennis. Die PIC-kennisgeving wordt zo spoedig mogelijk na de vaststelling van de desbetreffende definitieve regelgeving op het niveau van de Unie waarbij de chemische stof wordt verboden of aan strenge beperkingen wordt onderworpen, ingediend en wel uiterlijk 90 dagen na de datum waarop de definitieve regelgeving van toepassing moet worden.
    3.  
    De PIC-kennisgeving bevat alle overeenkomstig bijlage IV vereiste relevante informatie.
    4.  
    Bij het vaststellen van de prioriteiten voor kennisgevingen houdt de Commissie rekening met het feit of de chemische stof al dan niet reeds in deel 3 van bijlage I is opgenomen, met de mate waarin aan de in bijlage IV vermelde informatievereisten kan worden voldaan, alsmede met de ernst van de aan de chemische stof verbonden risico's, vooral voor ontwikkelingslanden.

    Wanneer een chemische stof voor PIC-kennisgeving in aanmerking komt, maar de informatie niet toereikend is om aan de vereisten van bijlage IV te voldoen, verstrekken geïdentificeerde exporteurs of importeurs op verzoek van de Commissie, binnen 60 dagen na het verzoek, alle relevante informatie waarover zij beschikken, met inbegrip van die van andere nationale of internationale regelingen voor toezicht op chemische stoffen.

    5.  
    De Commissie brengt het secretariaat schriftelijk op de hoogte wanneer krachtens lid 1 of lid 2 aangemelde definitieve regelgeving wordt gewijzigd, en wel zo spoedig mogelijk na de vaststelling van de nieuwe definitieve regelgeving, doch uiterlijk 60 dagen na de datum waarop deze regelgeving van toepassing moet worden.

    De kennisgeving bevat alle relevante informatie die niet beschikbaar was op het moment dat de oorspronkelijke kennisgeving krachtens lid 1 of lid 2 werd gedaan.

    6.  
    Op verzoek van een partij of van het secretariaat verstrekt de Commissie, voor zover dat in haar vermogen ligt, aanvullende informatie over de chemische stof of over de definitieve regelgeving.

    Waar nodig assisteren de lidstaten en het Agentschap de Commissie op haar verzoek bij het inwinnen van de informatie.

    7.  
    De Commissie zendt de informatie die zij van het secretariaat ontvangt over chemische stoffen die andere partijen als verboden of aan strenge beperkingen onderworpen hebben aangemeld, onmiddellijk door aan de lidstaten en het Agentschap.

    Indien van toepassing beoordeelt de Commissie, in nauwe samenwerking met de lidstaten en het Agentschap, de noodzaak om maatregelen op het niveau van de Unie voor te stellen om onaanvaardbare risico's voor de gezondheid van de mens en het milieu binnen de Unie te voorkomen.

    8.  

    Wanneer een lidstaat in overeenstemming met de relevante wetgeving van de Unie definitieve nationale regelgeving vaststelt om een chemische stof te verbieden of aan strenge beperkingen te onderwerpen, verstrekt deze de Commissie de relevante informatie ter zake. De Commissie stelt deze informatie beschikbaar aan de lidstaten. Binnen vier weken na het beschikbaar stellen van die informatie kunnen de lidstaten aan de Commissie en de lidstaat die nationale definitieve regelgeving heeft aangemeld opmerkingen over een mogelijke PIC-kennisgeving toezenden, met inbegrip van met name relevante informatie over hun nationale regelgevingssituatie inzake die chemische stof. Na behandeling van de opmerkingen deelt de indienende lidstaat de Commissie mee of laatstgenoemde:

    a) 

    overeenkomstig dit artikel een PIC-kennisgeving dient te doen aan het secretariaat, of

    b) 

    overeenkomstig artikel 12 de informatie aan het secretariaat dient te verstrekken.

    Artikel 12

    Aan het secretariaat te verstrekken informatie over verboden of aan strenge beperkingen onderworpen chemische stoffen die niet voor PIC-kennisgeving in aanmerking komen

    In geval van chemische stoffen die alleen in deel 1 van bijlage I worden vermeld of naar aanleiding van een mededeling van een lidstaat ingevolge artikel 11, lid 8, onder b), verstrekt de Commissie het secretariaat informatie over de desbetreffende definitieve regelgeving, zodat de informatie onder de andere partijen bij het verdrag kan worden verspreid.

    Artikel 13

    Verplichtingen met betrekking tot de invoer van chemische stoffen

    1.  
    De Commissie zendt een van het secretariaat ontvangen leidraad voor een besluit onmiddellijk door naar de lidstaten en het Agentschap.

    De Commissie stelt door middel van een uitvoeringshandeling een invoerbesluit vast, dat de vorm heeft van een definitieve of voorlopige reactie namens de Unie inzake de toekomstige invoer van de betrokken chemische stof. Die uitvoeringshandeling wordt overeenkomstig de in artikel 27, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgesteld. De Commissie deelt het besluit zo spoedig mogelijk mee aan het secretariaat en in elk geval uiterlijk negen maanden na de datum van verzending van de leidraad voor een besluit door het secretariaat.

    Wanneer een chemische stof op grond van wetgeving van de Unie aan bijkomende of gewijzigde beperkingen wordt onderworpen, stelt de Commissie door middel van een uitvoeringshandeling een herzien invoerbesluit vast. Die uitvoeringshandeling wordt overeenkomstig de in artikel 27, lid 2, bedoelde raadplegingsprocedure vastgesteld. De Commissie deelt het herziene invoerbesluit aan het secretariaat mee.

    2.  
    Wanneer een chemische stof door een of meer lidstaten verboden of aan strenge beperkingen onderworpen is, houdt de Commissie op schriftelijk verzoek van de betrokken lidstaten bij haar invoerbesluit rekening met die informatie.
    3.  
    Het in lid 1 bedoelde invoerbesluit betreft de voor de chemische stof in de leidraad voor een besluit vermelde categorie of categorieën.
    4.  
    Wanneer de Commissie haar invoerbesluit aan het secretariaat meedeelt, geeft zij een beschrijving van de wettelijke of bestuursrechtelijke maatregel waarop het is gebaseerd.
    5.  
    Iedere aangewezen nationale instantie van de lidstaten stelt de krachtens lid 1 tot stand gekomen invoerbesluiten overeenkomstig haar wettelijke of bestuursrechtelijke maatregelen beschikbaar aan de belanghebbenden in haar rechtsgebied. Het Agentschap stelt de overeenkomstig lid 1 genomen invoerbesluiten via de databank ter beschikking van het publiek.
    6.  
    In voorkomende gevallen beoordeelt de Commissie, in nauwe samenwerking met de lidstaten en het Agentschap en rekening houdend met de in de leidraad voor een besluit vervatte informatie, de noodzaak om maatregelen op het niveau van de Unie voor te stellen om onaanvaardbare risico's voor de gezondheid van de mens en het milieu binnen de Unie te voorkomen.

    Artikel 14

    Verplichtingen met betrekking tot de uitvoer van chemische stoffen anders dan de kennisgeving van uitvoer

    1.  
    De Commissie zendt de lidstaten, het Agentschap en de Europese industriefederaties onverwijld de informatie die zij van het secretariaat ontvangt over aan de PIC-procedure onderworpen chemische stoffen en de besluiten van invoerende partijen betreffende de voorwaarden van toepassing op de invoer van deze chemische stoffen, zulks in de vorm van circulaires of anderszins. Zij stelt de lidstaten en het Agentschap ook onverwijld in kennis van informatie over gevallen waarin een reactie overeenkomstig artikel 10, lid 2, van het verdrag is uitgebleven. Het Agentschap kent aan elk invoerbesluit een referentie-identificatienummer toe en houdt alle informatie betreffende dergelijke besluiten beschikbaar voor het publiek via de databank en verstrekt eenieder op verzoek die informatie.
    2.  
    De Commissie kent aan iedere in bijlage I opgenomen chemische stof een code in de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie toe. Deze codes worden waar nodig herzien in het licht van wijzigingen van de nomenclatuur van het geharmoniseerde systeem van de Werelddouaneorganisatie of in de gecombineerde nomenclatuur van de Europese Unie voor de betrokken chemische stoffen.
    3.  
    Elke lidstaat deelt de overeenkomstig lid 1 door de Commissie toegezonden informatie en besluiten mee aan de belanghebbenden in haar rechtsgebied.
    4.  
    Exporteurs voldoen uiterlijk zes maanden nadat het secretariaat de Commissie overeenkomstig lid 1 voor het eerst van besluiten in elke reactie inzake de invoer op de hoogte brengt, aan die besluiten.
    5.  
    De Commissie, bijgestaan door het Agentschap, en de lidstaten geven de invoerende partijen op verzoek en waar nodig advies en hulp bij het verkrijgen van nadere informatie die nodig is voor de voorbereiding van een reactie betreffende de invoer van een bepaalde chemische stof bij het secretariaat.
    6.  

    Stoffen die in deel 2 of 3 van bijlage I zijn opgenomen of mengsels die deze stoffen bevatten in een concentratie die aanleiding geeft tot verplichtingen inzake kenmerking uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1272/2008, ongeacht de aanwezigheid van andere stoffen mogen, ongeacht het voorgenomen gebruik van de chemische stof in de invoerende partij of het invoerende andere land, niet worden uitgevoerd tenzij aan een van de volgende voorwaarden wordt voldaan:

    a) 

    de exporteur heeft via de aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur, in overleg met de Commissie, bijgestaan door het Agentschap, en de aangewezen nationale instantie van de invoerende partij of een bevoegde instantie in een invoerend ander land, om uitdrukkelijke toestemming voor de invoer gevraagd en deze verkregen;

    b) 

    in het geval van chemische stoffen die in deel 3 van bijlage I zijn opgenomen, blijkt uit de meest recente overeenkomstig lid 1 door het secretariaat uitgegeven circulaire dat de invoerende partij toestemming voor invoer heeft gegeven.

    Voor chemische stoffen die in deel 2 van bijlage I zijn opgenomen en naar OESO-landen worden uitgevoerd, kan de aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur, op verzoek van de exporteur, in overleg met de Commissie en per geval beslissen dat er geen uitdrukkelijke toestemming nodig is als voor de chemische stof ten tijde van de invoer naar het betrokken OESO-land een vergunning, registratie of toelating is verleend in dat OESO-land.

    Wanneer er overeenkomstig punt a) van de eerste alinea om uitdrukkelijke toestemming is gevraagd, zendt het Agentschap, als het niet binnen 30 dagen een reactie op het verzoek heeft ontvangen, een herinnering namens de Commissie, tenzij de Commissie of de aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur een reactie heeft ontvangen en deze aan het Agentschap heeft doorgestuurd. Indien van toepassing kan het Agentschap, als er binnen nog eens 30 dagen nog steeds geen reactie is ontvangen, indien nodig nogmaals herinneringen zenden.

    7.  

    De aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur kan, in het geval van in delen 2 en 3 van bijlage I vermelde chemische stoffen, in overleg met de Commissie, die wordt bijgestaan door het Agentschap, per geval en behoudens de tweede alinea, beslissen dat de uitvoer doorgang kan vinden, mits er geen bewijsmateriaal uit officiële bronnen is dat door de invoerende partij of het invoerende andere land definitieve regelgeving is vastgesteld om het gebruik van de chemische stof te verbieden of aan strenge beperkingen te onderwerpen en mits er na alle redelijkerwijs te verwachten pogingen geen reactie op een verzoek om uitdrukkelijke toestemming overeenkomstig lid 6, onder a), is ontvangen binnen 60 dagen en als aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:

    a) 

    er is bewijsmateriaal van officiële bronnen in de invoerende partij of het invoerende andere land dat er voor de chemische stof een vergunning, registratie of toelating is verleend, of

    b) 

    het in de kennisgeving van uitvoer genoemde voorgenomen gebruik, dat door de natuurlijke of rechtspersoon die de chemische stof in een partij of ander land invoert, schriftelijk is bevestigd, valt niet onder een categorie waarvoor de chemische stof is opgenomen in deel 2 of 3 van bijlage I, en er is bewijsmateriaal van officiële bronnen dat de chemische stof in de laatste vijf jaar in de invoerende partij of het betrokken invoerende andere land is gebruikt of ingevoerd.

    Voor chemische stoffen die in deel 3 van bijlage I zijn opgenomen geldt dat de uitvoer die gegrond is op het voldoen aan de voorwaarde in punt b) geen doorgang vindt als de chemische stof overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008 is ingedeeld als kankerverwekkende stof, categorie 1A of 1B, of als mutagene stof, categorie 1A of 1B, dan wel als stof die toxisch zijn voor de voortplanting, categorie 1A of 1B, of als de chemische stof voldoet aan de criteria van bijlage XIII van Verordening (EG) nr. 1907/2006 ter identificatie van persistente, bioaccumulerende en toxische of zeer persistente en sterk bioaccumulerende stoffen.

    Als een besluit wordt genomen over de uitvoer van in deel 3 van bijlage I vermelde chemische stoffen, neemt de aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur in overleg met de Commissie, die wordt bijgestaan door het Agentschap, de mogelijke gevolgen voor de volksgezondheid of het milieu van het gebruik van de chemische stof door de invoerende partij of het andere land in aanmerking en legt de relevante documentatie over aan het Agentschap die deze via de databank ter beschikking stelt.

    8.  

    De geldigheid van elke overeenkomstig lid 6, onder a), verkregen uitdrukkelijke toestemming of van de beslissing overeenkomstig lid 7 dat de uitvoer doorgang vindt zonder uitdrukkelijke toestemming is afhankelijk van de volgende periodieke toetsing door de Commissie in overleg met de betrokken lidstaten:

    a) 

    voor elke overeenkomstig lid 6, onder a), verkregen uitdrukkelijke toestemming wordt aan het eind van het derde kalenderjaar na de verlening van de toestemming een nieuwe uitdrukkelijke toestemming verlangd, tenzij in de voorwaarden van die toestemming anders wordt bepaald;

    b) 

    tenzij inmiddels een reactie op een verzoek is ontvangen, is elke beslissing overeenkomstig lid 7 dat de uitvoer doorgang vindt zonder uitdrukkelijke toestemming geldig gedurende een periode van ten hoogste twaalf maanden en wordt na het verstrijken van deze periode een uitdrukkelijke toestemming verlangd.

    In de onder a) van de eerste alinea bedoelde gevallen mag de uitvoer echter in afwachting van een reactie op een nieuw verzoek om uitdrukkelijke toestemming na het verstrijken van de desbetreffende periode nog eens twaalf maanden worden voortgezet.

    9.  
    Het Agentschap registreert alle verzoeken om uitdrukkelijke toestemming, ontvangen reacties en beslissingen dat de uitvoer doorgang vindt zonder uitdrukkelijke toestemming, met inbegrip van de in lid 7, derde alinea, bedoelde documentatie, in de databank. Elke verkregen uitdrukkelijke toestemming of beslissing dat de uitvoer doorgang vindt zonder uitdrukkelijke toestemming krijgt een referentie-identificatienummer en wordt vermeld met alle relevante informatie over eventuele gestelde voorwaarden, zoals geldigheidsdata. De niet-vertrouwelijke informatie wordt via de databank ter beschikking gesteld van het publiek.
    10.  
    Een chemische stof mag niet op een later tijdstip dan zes maanden vóór zijn uiterste gebruiksdatum — zo deze expliciet wordt aangegeven, dan wel van de productiedatum kan worden afgeleid — worden uitgevoerd, tenzij de intrinsieke eigenschappen van de chemische stof dit onuitvoerbaar maken. Met name in het geval van bestrijdingsmiddelen zorgen de exporteurs ervoor dat omvang en verpakking van houders zijn geoptimaliseerd om aldus het risico van het ontstaan van verouderde voorraden tot een minimum te beperken.
    11.  
    Bij de uitvoer van bestrijdingsmiddelen zien de exporteurs erop toe dat het etiket specifieke informatie bevat over opslagomstandigheden en de stabiliteit bij opslag in de klimaatsomstandigheden van de invoerende partij of het invoerende andere land. Bovendien zien zij erop toe dat de uitgevoerde bestrijdingsmiddelen voldoen aan de desbetreffende zuiverheidsspecificatie van de wetgeving van de Unie.

    Artikel 15

    Uitvoer van bepaalde chemische stoffen en artikelen

    1.  

    Artikelen worden onderworpen aan de procedure voor kennisgeving van uitvoer van artikel 8 indien zij een van de volgende stoffen of mengsels bevatten:

    a) 

    in deel 2 of 3 van bijlage I vermelde stoffen in niet verder omgezette vorm;

    b) 

    mengsels die dergelijke stoffen bevatten in een concentratie die aanleiding geeft tot verplichtingen inzake kenmerking uit hoofde van Verordening (EG) nr. 1272/2008, ongeacht de aanwezigheid van andere stoffen.

    2.  
    Chemische stoffen en artikelen waarvan het gebruik in de Unie voor de bescherming van de gezondheid van de mens of het milieu is verboden, zoals vermeld in bijlage V, mogen niet worden uitgevoerd.

    Artikel 16

    Informatie over douanevervoer

    1.  
    De partijen bij het verdrag die informatie over het douanevervoer van aan de PIC-procedure onderworpen chemische stoffen verlangen, alsook de door de partijen bij het verdrag via het secretariaat gevraagde informatie, zijn vermeld in bijlage VI.
    2.  
    Indien een in deel 3 van bijlage I genoemde chemische stof wordt vervoerd over het grondgebied van een in bijlage VI vermelde partij bij het verdrag, verstrekt de exporteur voor zover mogelijk de aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur, uiterlijk 30 dagen voordat het eerste douanevervoer plaatsvindt en uiterlijk acht dagen vóór elk volgend douanevervoer, de overeenkomstig bijlage VI door de partij bij het verdrag verlangde informatie.
    3.  
    De aangewezen nationale instantie van de lidstaat van de exporteur zendt de krachtens lid 2 van de exporteur ontvangen informatie met eventueel beschikbare aanvullende informatie door naar de Commissie en een kopie ervan naar het Agentschap.
    4.  
    De Commissie zendt de krachtens lid 3 ontvangen informatie met eventueel beschikbare aanvullende informatie uiterlijk 15 dagen voorafgaand aan het eerste en vóór elk volgend douanevervoer door naar de aangewezen nationale instanties van partijen bij het verdrag die om deze informatie hebben verzocht.

    Artikel 17

    Bij uitgevoerde chemische stoffen te voegen informatie

    1.  
    Voor uitvoer bestemde chemische stoffen zijn onderworpen aan de bepalingen inzake het verpakken en kenmerken die in of krachtens Verordening (EG) nr. 1107/2009, Richtlijn 98/8/EG en Verordening (EG) nr. 1272/2008, of andere relevante wetgeving van de Unie zijn vastgesteld.

    De eerste alinea is van toepassing tenzij deze bepalingen strijdig zijn met een specifiek voorschrift van de invoerende partijen of andere landen.

    2.  
    Wanneer zulks relevant is, worden de uiterste gebruiksdatum en de productiedatum van de in lid 1 bedoelde of in bijlage I opgenomen chemische stoffen op het etiket aangegeven en wordt deze uiterste gebruiksdatum indien nodig voor verschillende klimaatzones vermeld.
    3.  
    De in lid 1 bedoelde chemische stoffen gaan bij uitvoer vergezeld van een veiligheidsinformatieblad overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1907/2006. De exporteur zendt dit veiligheidsinformatieblad toe aan elke natuurlijke of rechtspersoon die een chemische stof invoert in een partij of ander land.
    4.  
    De gegevens op het etiket en het veiligheidsinformatieblad worden voor zover praktisch uitvoerbaar vermeld in de officiële talen of één of meer van de hoofdtalen van het land van bestemming of van het gebied waar de chemische stof naar verwachting zal worden gebruikt.

    Artikel 18

    Verplichtingen van de autoriteiten van de lidstaten inzake het toezicht op in- en uitvoer

    1.  
    Elke lidstaat wijst autoriteiten, zoals douaneautoriteiten, aan die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op de in- en uitvoer van de in bijlage I opgenomen chemische stoffen, tenzij hij dit al voor de inwerkingtreding van de verordening heeft gedaan.

    De Commissie, bijgestaan door het Agentschap, en de lidstaten zien er op doelgerichte en gecoördineerde wijze op toe dat de exporteurs deze verordening naleven.

    2.  
    Het bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 ingestelde Forum voor de uitwisseling van handhavingsinformatie wordt gebruikt voor de coördinatie van een netwerk van de autoriteiten van de lidstaten die belast zijn met de handhaving van deze verordening.
    3.  
    Elke lidstaat vermeldt in zijn krachtens artikel 22, lid 1, vereiste periodieke verslagen over de werking van de procedures bijzonderheden betreffende de werkzaamheden van zijn autoriteiten ter zake.

    Artikel 19

    Verdere verplichtingen van exporteurs

    1.  
    Exporteurs van chemische stoffen die onder de verplichtingen van artikel 8, leden 2 en 4, vallen, vermelden de toepasselijke referentie-identificatienummers in hun aangifte ten uitvoer (vak 44 van het enig document of van een corresponderend onderdeel van een elektronische uitvoeraangifte) zoals bedoeld in artikel 161, lid 5, van Verordening (EEG) nr. 2913/92.
    2.  
    Exporteurs van chemische stoffen die krachtens artikel 8, lid 5, zijn ontheven van de verplichtingen van de leden 2 en 4 van dat artikel of van chemische stoffen waarvoor deze verplichtingen overeenkomstig artikel 8, lid 6, zijn komen te vervallen, verschaffen zich een bijzonder referentie-identificatienummer door gebruikmaking van de databank en vermelden dat referentie-identificatienummer in hun aangifte ten uitvoer.
    3.  
    Op verzoek van het Agentschap gebruiken exporteurs de databank voor het indienen van de informatie die nodig is om aan hun verplichtingen uit hoofde van deze verordening te voldoen.

    Artikel 20

    Uitwisseling van informatie

    1.  
    De Commissie, die wordt bijgestaan door het Agentschap, en de lidstaten vergemakkelijken waar mogelijk het verstrekken van wetenschappelijke, technische, economische en juridische informatie over de chemische stoffen die onder deze verordening vallen, met inbegrip van toxicologische, ecotoxicologische en veiligheidsinformatie.

    De Commissie zorgt, waar nodig met de steun van de lidstaten en het Agentschap, voor het volgende:

    a) 

    het verstrekken van voor het publiek beschikbare informatie over regelgeving die relevant is voor de doelstellingen van het verdrag;

    b) 

    het rechtstreeks of via het secretariaat verstrekken van informatie aan partijen en andere landen over regelgeving die één of meer toepassingen van een chemische stof aan aanzienlijke beperkingen onderwerpt.

    2.  
    De Commissie, de lidstaten en het Agentschap beschermen vertrouwelijke informatie die zij van een partij of een ander land hebben ontvangen, zoals onderling is overeengekomen.
    3.  

    Wat de overdracht van informatie uit hoofde van deze verordening betreft, wordt ten minste de volgende informatie onverminderd Richtlijn 2003/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2003 inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie ( 13 ) niet als vertrouwelijk aangemerkt:

    a) 

    de in bijlage II en bijlage IV vermelde informatie;

    b) 

    de informatie in het in artikel 17, lid 3, bedoelde veiligheidsinformatieblad;

    c) 

    de uiterste gebruiksdatum van een chemische stof;

    d) 

    de productiedatum van een chemische stof;

    e) 

    informatie over voorzorgsmaatregelen, met inbegrip van de gevarencategorie, de aard van het risico en de relevante veiligheidsaanbevelingen;

    f) 

    de beknopte resultaten van toxicologische en ecotoxicologische proeven;

    g) 

    informatie over behandeling van een verpakking nadat chemische stoffen zijn verwijderd.

    4.  
    Het Agentschap stelt om de twee jaar een overzicht van de overgedragen informatie op.

    Artikel 21

    Technische bijstand

    De Commissie, de aangewezen nationale instanties van de lidstaten en het Agentschap werken, daarbij met name de behoeften van ontwikkelingslanden en landen met een overgangseconomie in aanmerking nemend, samen om de verlening van technische bijstand te bevorderen, onder meer in de vorm van opleiding, voor de ontwikkeling van de infrastructuur, de capaciteiten en de deskundigheid die nodig zijn voor een goed beheer van chemische stoffen gedurende de gehele levenscyclus.

    Om deze landen in staat te stellen het verdrag uit te voeren, wordt technische bijstand met name bevorderd door het verstrekken van technische informatie over chemische stoffen, het bevorderen van de uitwisseling van deskundigen, het verlenen van steun voor het oprichten of in stand houden van aangewezen nationale instanties en het verschaffen van technische deskundigheid voor de identificatie van gevaarlijke bestrijdingsmiddelformuleringen en voor het opstellen van kennisgevingen aan het secretariaat.

    De Commissie en de lidstaten nemen actief deel aan internationale activiteiten met betrekking tot activiteitsopbouw op het gebied van het beheer van chemische stoffen, door informatie te verstrekken over de projecten die zij ter verbetering van het beheer van chemische stoffen in ontwikkelingslanden en landen met een overgangseconomie steunen of financieren. De Commissie en de lidstaten overwegen ook de ondersteuning van niet-gouvernementele organisaties.

    Artikel 22

    Toezicht en rapportage

    1.  
    De lidstaten en het Agentschap zenden de Commissie om de drie jaar informatie over de werking van de krachtens deze verordening ingevoerde procedures, indien passend met inbegrip van informatie over douanetoezicht, inbreuken, sancties en herstelmaatregelen. De Commissie stelt een uitvoeringshandeling vast, waarbij vooraf een gemeenschappelijk rapportageformulier wordt vastgelegd. Die uitvoeringshandeling wordt vastgesteld overeenkomstig de in artikel 27, lid 2, genoemde raadplegingsprocedure.
    2.  
    De Commissie stelt om de drie jaar een verslag op over de uitvoering van de in deze verordening geregelde taken waarvoor zij verantwoordelijk is, en neemt dit op in een samenvattend verslag met de uit hoofde van lid 1 door de lidstaten en het Agentschap verstrekte informatie. Een samenvatting van het verslag wordt aan het Europees Parlement en aan de Raad toegezonden en wordt op internet gepubliceerd.
    3.  
    Bij de informatie die krachtens de leden 1 en 2 wordt verstrekt, vervullen de Commissie, de lidstaten en het Agentschap de desbetreffende verplichtingen om het vertrouwelijke karakter en het eigendomsrecht van gegevens te beschermen.

    Artikel 23

    Bijwerking van de bijlagen

    1.  
    De lijst van chemische stoffen in bijlage I wordt door de Commissie op basis van de ontwikkelingen op het gebied van het recht van de Unie en van het verdrag ten minste jaarlijks opnieuw beoordeeld.
    2.  
    Om te bepalen of definitieve regelgeving op het niveau van de Unie een verbod of een strenge beperking inhoudt, wordt het effect van die maatregel op het niveau van de subcategorieën binnen de categorieën „bestrijdingsmiddelen” en „industriële chemische stoffen” beoordeeld. Indien het gebruik van een chemische stof op grond van de definitieve regelgeving in een van de subcategorieën verboden of aan strenge beperkingen onderworpen wordt, wordt deze stof in deel 1 van bijlage I opgenomen.

    Om te bepalen of definitieve regelgeving op het niveau van de Unie een verbod of een strenge beperking betreft, zodat de betrokken chemische stof voor PIC-kennisgeving in aanmerking komt overeenkomstig artikel 11, wordt het effect van die maatregel op het niveau van de categorieën „bestrijdingsmiddelen” en „industriële chemische stoffen” beoordeeld. Indien een chemische stof op grond van de definitieve regelgeving in één of meer van de categorieën verboden of aan strenge beperkingen onderworpen wordt, wordt deze stof ook in deel 2 van bijlage I opgenomen.

    3.  
    Het besluit over de opneming van chemische stoffen in bijlage I of over een eventuele wijziging van de vermelding van die stoffen wordt zonder onnodige vertraging genomen.
    4.  

    Om deze verordening aan te passen aan de technische vooruitgang is de Commissie bevoegd overeenkomstig artikel 26 gedelegeerde handelingen vast te stellen inzake de volgende maatregelen:

    a) 

    toevoeging van een chemische stof aan deel 1 of 2 van bijlage I overeenkomstig lid 2 van dit artikel, op grond van een definitieve regelgevingsmaatregel op het niveau van de Unie en andere wijzigingen van bijlage I, met inbegrip van wijzigingen van bestaande vermeldingen;

    b) 

    toevoeging van een onder Verordening (EG) nr. 850/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende persistente organische verontreinigende stoffen ( 14 ) vallende chemische stof aan deel 1 van bijlage V;

    c) 

    toevoeging van een chemische stof waarvoor reeds een exportverbod van de Unie geldt in deel 2 van bijlage V;

    d) 

    wijzigingen van bestaande vermeldingen in bijlage V;

    e) 

    wijzigingen van de bijlagen II, III, IV en VI.

    Artikel 24

    Begroting van het Agentschap

    1.  

    In het kader van deze verordening omvatten de ontvangsten van het Agentschap:

    a) 

    een subsidie van de Unie, die in de algemene begroting van de Unie (afdeling Commissie) wordt opgenomen;

    b) 

    een eventuele vrijwillige bijdrage van de lidstaten.

    2.  
    Ontvangsten en uitgaven met betrekking tot activiteiten in het kader van deze verordening en die met betrekking tot activiteiten in het kader van andere verordeningen worden afzonderlijk vermeld in verschillende afdelingen in de begroting van het Agentschap.

    Het Agentschap gebruikt zijn in lid 1 bedoelde inkomsten voor de uitvoering van zijn taken uit hoofde van deze verordening.

    3.  
    De Commissie onderzoekt of het passend is dat het Agentschap een vergoeding vraagt voor diensten die aan exporteurs worden verleend binnen vijf jaar vanaf 1 maart 2014 en dient indien nodig een voorstel in die zin in.

    Artikel 25

    Formulieren en software voor de indiening van informatie bij het Agentschap

    Het Agentschap ontwikkelt formulieren en softwarepakketten, die het op zijn website gratis beschikbaar stelt, voor de indiening van informatie bij het Agentschap. De lidstaten en andere onder deze verordening vallende partijen gebruiken die formulieren en pakketten voor de indiening van informatie bij het Agentschap in het kader van deze verordening.

    Artikel 26

    Uitoefening van de bevoegdheidsdelegatie

    1.  
    De bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen, wordt aan de Commissie toegekend onder de in dit artikel neergelegde voorwaarden.
    2.  
    De in artikel 23, lid 4, bedoelde bevoegdheid om gedelegeerde handelingen vast te stellen wordt aan de Commissie verleend voor een periode van vijf jaar vanaf 1 maart 2014. De Commissie stelt uiterlijk negen maanden voor het einde van de periode van vijf jaar een verslag over de bevoegdheidsdelegatie op. De bevoegdheidsdelegatie wordt stilzwijgend verlengd met termijnen van dezelfde duur, tenzij het Europees Parlement of de Raad zich uiterlijk drie maanden voor het verstrijken van elke termijn tegen die verlenging verzet.
    3.  
    De in artikel 23, lid 4, bedoelde bevoegdheidsdelegatie kan te allen tijde door het Europees Parlement of de Raad worden ingetrokken. Het besluit tot intrekking beëindigt de delegatie van de in dat besluit genoemde bevoegdheid. Het wordt van kracht op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie of op een daarin genoemde latere datum. Het laat de geldigheid van de reeds van kracht zijnde gedelegeerde handelingen onverlet.
    4.  
    Zodra de Commissie een gedelegeerde handeling vaststelt, stelt zij het Europees Parlement en de Raad daarvan gelijktijdig in kennis.
    5.  
    Een overeenkomstig artikel 23, lid 4, vastgestelde gedelegeerde handeling treedt alleen in werking indien het Europees Parlement noch de Raad binnen een termijn van twee maanden na de kennisgeving van de handeling aan het Europees Parlement en de Raad daartegen bezwaar heeft gemaakt, of indien zowel het Europees Parlement als de Raad vóór het verstrijken van de termijn van twee maanden de Commissie hebben medegedeeld dat zij daartegen geen bezwaar zullen maken. Die termijn wordt op initiatief van het Europees Parlement of de Raad met twee maanden verlengd.

    Artikel 27

    Comitéprocedure

    1.  
    De Commissie wordt bijgestaan door het bij artikel 133 van Verordening (EG) nr. 1907/2006 ingestelde comité. Dat comité is een comité in de zin van Verordening (EU) nr. 182/2011.
    2.  
    Wanneer naar dit lid wordt verwezen, is artikel 4 van Verordening (EU) nr. 182/2011 van toepassing.

    Artikel 28

    Sancties

    De lidstaten stellen de regels vast voor de sancties die van toepassing zijn op inbreuken op de bepalingen van deze verordening en nemen alle nodige maatregelen om te waarborgen dat deze bepalingen op de juiste wijze ten uitvoer worden gelegd. De sancties moeten doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn. Al zij dit niet reeds vóór de inwerkingtreding van deze verordening hebben gedaan, stellen de lidstaten de Commissie uiterlijk op 1 maart 2014 in kennis van deze bepalingen en stellen zij haar onverwijld in kennis van eventuele latere wijzigingen daarvan.

    Artikel 29

    Overgangsperiode betreffende de indeling, etikettering en verpakking van chemische stoffen

    Verwijzingen in deze verordening naar Verordening (EG) nr. 1272/2008 gelden in voorkomend geval als verwijzingen naar de Uniewetgeving die van toepassing is krachtens artikel 61 van die verordening, met inachtneming van de daarin vastgestelde termijnen.

    Artikel 30

    Intrekking

    Verordening (EG) nr. 689/2008 wordt ingetrokken met ingang van 1 maart 2014.

    Verwijzingen naar Verordening (EG) nr. 689/2008 gelden als verwijzingen naar deze verordening en worden gelezen volgens de in bijlage VII opgenomen concordantietabel.

    Artikel 31

    Inwerkingtreding

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Zij is van toepassing met ingang van 1 maart 2014.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    ▼M7




    BIJLAGE I

    LIJST VAN CHEMISCHE STOFFEN

    (als bedoeld in artikel 7)

    DEEL 1

    Lijst van chemische stoffen die aan de procedure van kennisgeving van uitvoer zijn onderworpen

    (als bedoeld in artikel 8)

    Er zij op gewezen dat de in artikel 8, leden 2, 3 en 4, opgenomen verplichtingen ten aanzien van de kennisgeving van uitvoer niet van toepassing zijn op chemische stoffen die in dit deel van de bijlage zijn vermeld en aan de PIC-procedure zijn onderworpen, mits is voldaan aan de voorwaarden die in artikel 8, lid 6, punten b) en c), zijn vastgesteld. Deze chemische stoffen, die in de lijst hieronder worden aangeduid met het teken #, zijn gemakshalve ook in deel 3 van deze bijlage opgenomen.

    Ook moet worden opgemerkt dat chemische stoffen die in dit deel van de bijlage zijn vermeld en vanwege de aard van de definitieve regelgeving van de Unie in aanmerking komen voor PIC-kennisgeving, ook in deel 2 van deze bijlage zijn opgenomen. Deze chemische stoffen worden in de lijst hieronder aangeduid met het teken +.



    Chemische stof

    CAS-nr.

    EG-nr.

    GN-code (*3)

    Subcategorie (*1)

    Gebruiksbeperking (*2)

    Landen waarvoor geen kennisgeving vereist is

    1,1-Dichlooretheen

    75-35-4

    200-864-0

    ex 2903 29 00

    i(2)

    sb

     

    1,1,1-Trichloorethaan

    71-55-6

    200-756-3

    ex 2903 19 00

    i(2)

    v

     

    1,1,2-Trichloorethaan

    79-00-5

    201-166-9

    ex 2903 19 00

    i(2)

    sb

     

    1,1,1,2-Tetrachloorethaan

    630-20-6

    211-135-1

    ex 2903 19 00

    i(2)

    sb

     

    1,1,2,2-Tetrachloorethaan

    79-34-5

    201-197-8

    ex 2903 19 00

    i(2)

    sb

     

    1,2-Dibroomethaan (ethyleendibromide) ()

    106-93-4

    203-444-5

    ex 2903 62 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    1,2-Dichloorethaan (ethyleendichloride) ()

    107-06-2

    203-458-1

    ex 2903 15 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    i(2)

    v

    1,3-Dichloorpropeen (1) ()

    542-75-6

    208-826-5

    ex 2903 29 00

    p(1)

    v

     

    1,3-Dichloorpropeen (cis) ((Z)-1,3-dichloorpropeen)

    10061-01-5

    233-195-8

    ex 2903 29 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    2-Aminobutaan

    13952-84-6

    237-732-7

    ex 2921 19 99

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    2-Naftylamine en de zouten daarvan ()

    91-59-8

    553-00-4

    612-52-2

    en andere

    202-080-4

    209-030-0

    210-313-6

    en andere

    ex 2921 45 00

    i(1)-i(2)

    v–v

     

    2-Naftyloxyazijnzuur ()

    120-23-0

    204-380-0

    ex 2918 99 90

    p(1)

    v

     

    2,4-Dinitrotolueen (2,4-DNT) ()

    121-14-2

    204-450-0

    ex 2904 20 00

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    2,4,5-T en de zouten en esters daarvan ()

    93-76-5

    en andere

    202-273-3

    en andere

    ex 2918 91 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Dec-3-een-2-on ()

    10519-33-2

    234-059-0

    ex 2914 19 90

    p(1)

    v

     

    4-Aminobifenyl (p-bifenylamine) en de zouten daarvan ()

    92-67-1

    2113-61-3

    en andere

    202-177-1

    en andere

    ex 2921 49 00

    i(1)-i(2)

    v–v

     

    4-Nitrobifenyl ()

    92-93-3

    202-204-7

    ex 2904 20 00

    i(1)-i(2)

    v–v

     

    4,4'-Diaminodifenylmethaan (MDA) ()

    101-77-9

    202-974-4

    ex 2921 59 90

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    5-Tert-butyl-2,4,6-trinitro-m-xyleen ()

    81-15-2

    201-329-4

    ex 2904 20 00

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    Acefaat ()

    30560-19-1

    250-241-2

    ex 2930 90 98

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Acetochloor ()

    34256-82-1

    251-899-3

    ex 2924 29 70

    p(1)

    v

     

    Acifluorfen

    50594-66-6

    256-634-5

    ex 2918 99 90

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Alachloor ()

    15972-60-8

    240-110-8

    ex 2924 25 00

    p(1)

    v

     

    Aldicarb ()

    116-06-3

    204-123-2

    ex 2930 80 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Ametryn

    834-12-8

    212-634-7

    ex 2933 69 80

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Amitraz ()

    33089-61-1

    251-375-4

    ex 2925 29 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Amitrol ()

    61-82-5

    200-521-5

    ex 2933 99 80

    p(1)

    v

     

    Antrachinon ()

    84-65-1

    201-549-0

    ex 2914 61 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Arseenverbindingen

     

     

     

    p(2)

    sb

     

    Asbestvezels ():

    1332-21-4

    en andere

     

    ex 2524 90 00

     

     

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Actinoliet ()

    77536-66-4

     

    ex 2524 90 00

    i

    v

     

    Anthofylliet ()

    77536-67-5

     

    ex 2524 90 00

    i

    v

     

    Amosiet ()

    12172-73-5

     

    ex 2524 90 00

    i

    v

     

    Crocidoliet ()

    12001-28-4

     

    ex 2524 10 00

    i

    v

     

    Tremoliet ()

    77536-68-6

     

    ex 2524 90 00

    i

    v

     

    Chrysotiel ()

    12001-29-5, 132207-32-0

     

    ex 2524 90 00

    i

    v

     

    Asulam ()

    3337-71-1

    2302-17-2

    222-077-1

    218-953-8

    ex 2935 90 90

    p(1)

    v

     

    Atrazine ()

    1912-24-9

    217-617-8

    ex 2933 69 10

    p(1)

    v

     

    Azinfos-ethyl ()

    2642-71-9

    220-147-6

    ex 2933 99 80

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Azinfos-methyl ()

    86-50-0

    201-676-1

    ex 2933 92 00

    p(1)

    v

     

    Azocyclotin ()

    41083-11-8

    255-209-1

    ex 2933 99 80

    p(1)

    v

     

    Benalaxyl ()

    71626-11-4

    275-728-7

    ex 2924 29 70

    p(1)

    v

     

    Benfuracarb ()

    82560-54-1

     

    ex 2932 99 00

    p(1)

    v

     

    Bensultap

    17606-31-4

     

    ex 2930 90 98

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Benzeen (2)

    71-43-2

    200-753-7

    ex 2902 20 00

    ex 2707 10 00

    i(2)

    sb

     

    Benzeen als bestanddeel van andere stoffen in een concentratie van 0,1 gewichtsprocent of meer (2)

     

     

    ex 2707 10 00

    i(2)

    sb

     

    Benzidine en de zouten daarvan ()

    Benzidinederivaten ()

    92-87-5

    36341-27-2

    en andere

    202-199-1

    252-984-8

    en andere

    ex 2921 59 90

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    i(2)

    v

     

    Benzylbutylftalaat ()

    85-68-7

    201-622-7

    ex 2917 34 00

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    Bèta-cyfluthrin ()

    1820573-27-0

     

    ex 2926 90 70

    p(1)

    v

     

    Bèta-cypermethrin ()

    65731-84-2

    265-898-0

    ex 2926 90 70

    p(1)

    v

     

    Bifenthrin ()

    82657-04-3

     

    ex 2916 20 00

    p(1)-p(2)

    v-sb

     

    Binapacryl ()

    485-31-4

    207-612-9

    ex 2916 16 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    i(2)

    v

    Bis(pentabroomfenyl)ether ()

    1163-19-5

    214-604-9

    ex 2909 30 38

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    Bitertanol ()

    55179-31-2

    259-513-5

    ex 2933 99 80

    p(1)

    v

     

    Bromoxynil ()

    1689-84-5

    3861-41-4

    56634-95-8

    1689-99-2

    216-882-7

    223-374-9

    260-300-4

    216-885-3

    ex 2926 90 70

    p(1)

    v

     

    Butralin ()

    33629-47-9

    251-607-4

    ex 2921 49 00

    p(1)

    v

     

    Cadmium en cadmiumverbindingen ()

    7440-43-9

    en andere

    231-152-8

    en andere

    ex  81 12

    en andere

    i(1)-i(2)

    sb-sb

     

    Cadusafos ()

    95465-99-9

     

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Calciferol

    50-14-6

    200-014-9

    ex 2936 29 00

    p(1)

    v

     

    Captafol ()

    2425-06-1

    219-363-3

    ex 2930 80 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Carbaryl ()

    63-25-2

    200-555-0

    ex 2924 29 70

    p(1)-p(2)

    v-v

     

    Carbendazim

    10605-21-7

    234-232-0

    ex 2933 99 80

    p(1)

    v

     

    Carbofuran ()

    1563-66-2

    216-353-0

    ex 2932 99 00

    p(1)

    v

     

    Tetrachloorkoolstof

    56-23-5

    200-262-8

    ex 2903 14 00

    i(2)

    v

     

    Carbosulfan ()

    55285-14-8

    259-565-9

    ex 2932 99 00

    p(1)

    v

     

    Cartap

    15263-53-3

     

    ex 2930 20 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Chinomethionaat

    2439-01-2

    219-455-3

    ex 2934 99 90

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Chloraat ()

    7775-09-9

    10137-74-3

    7783-92-8

    en andere

    231-887-4

    233-378-2

    232-034-9

    en andere

    ex 2829 11 00

    ex 2829 19 00

    ex 2843 29 00

    p(1)

    v

     

    Chloordimeform ()

    6164-98-3

    228-200-5

    ex 2925 21 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Chloorfenapyr ()

    122453-73-0

     

    ex 2933 99 80

    p(1)

    v

     

    Chloorfenvinfos

    470-90-6

    207-432-0

    ex 2919 90 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Chloormefos

    24934-91-6

    246-538-1

    ex 2930 90 98

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Chloorbenzilaat ()

    510-15-6

    208-110-2

    ex 2918 18 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Chloroform

    67-66-3

    200-663-8

    ex 2903 13 00

    i(2)

    v

     

    Chloorpicrine ()

    76-06-2

    200-930-9

    ex 2904 91 00

    p(1)

    v

     

    Chloorthalonil ()

    1897-45-6

    217-588-1

    ex 2926 90 70

    p(1)

    v

     

    Chloorprofam ()

    101-21-3

    202-925-7

    ex 2924 29 70

    p(1)

    v

     

    Chloorpyrifos ()

    2921-88-2

    220-864-4

    ex 2933 39 99

    p(1)

    v

     

    Chloorpyrifos-methyl ()

    5598-13-0

    227-011-5

    ex 2933 39 99

    p(1)

    v

     

    Chloorthal-dimethyl ()

    1861-32-1

    217-464-7

    ex 2917 39 95

    p(1)

    v

     

    Chlozolinaat ()

    84332-86-5

    282-714-4

    ex 2934 99 90

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Cholecalciferol

    67-97-0

    200-673-2

    ex 2936 29 00

    p(1)

    v

     

    Cinidon-ethyl ()

    142891-20-1

     

    ex 2925 19 95

    p(1)

    v

     

    Clothianidine ()

    210880-92-5

    433-460-1

    ex 2934 10 00

    p(1)

    v

     

    Cumafuryl

    117-52-2

    204-195-5

    ex 2932 20 90

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Creosoot en aan creosoot verwante stoffen

    8001-58-9

    232-287-5

    ex 2707 91 00

    ex 3807 00 90

     

     

     

    61789-28-4

    263-047-8

    ex 2707 91 00

     

     

     

    84650-04-4

    283-484-8

    ex 2707 40 00

    ex 2707 50 00

     

     

     

    90640-84-9

    292-605-3

    ex 2707 91 00

     

     

     

    65996-91-0

    266-026-1

    ex 3807 00 90

    ex 2707 99 19

    i(2)

    v

     

    90640-80-5

    292-602-7

    ex 2707 99 20

     

     

     

    65996-85-2

    266-019-3

    ex 2707 99 80

     

     

     

    8021-39-4

    232-419-1

    ex 3807 00 90

     

     

     

    122384-78-5

    310-191-5

    ex 3807 00 90

     

     

     

    Crimidine

    535-89-7

    208-622-6

    ex 2933 59 95

    p(1)

    v

     

    Cyaanamide

    420-04-2

    206-992-3

    ex 2853 90 90

    p(1)

    v

     

    Cyanazine

    21725-46-2

    244-544-9

    ex 2933 69 80

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Cybutryne ()

    28159-98-0

    248-872-3

    ex 2933 69 80

    p(2)

    v

     

    Cyclanilide ()

    113136-77-9

    419-150-7

    ex 2924 29 70

    p(1)

    v

     

    Cyfluthrin

    68359-37-5

    269-855-7

    ex 2926 90 70

    p(1)

    v

     

    Cyhalothrin

    68085-85-8

    268-450-2

    ex 2926 90 70

    p(1)

    v

     

    Cyhexatin ()

    13121-70-5

    236-049-1

    ex 2931 90 00

    p(1)

    v

     

    DBB (di-μ-oxo-di-N-butylstanniohydroxyboraan/dioxastannaboretaan-4-ol)

    75113-37-0

    401-040-5

    ex 2931 90 00

    i(1)

    v

     

    Desmedifam ()

    13684-56-5

    237-198-5

    ex 2924 29 70

    p(1)

    v

     

    Diarseenpentaoxide ()

    1303-28-2

    215-116-9

    ex 2811 29 90

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    Diazinon ()

    333-41-5

    206-373-8

    ex 2933 59 10

    p(1)

    v

     

    Dibutyltinverbindingen

    683-18-1

    77-58-7

    1067-33-0

    en andere

    211-670-0

    201-039-8

    213-928-8

    en andere

    ex 2931 90 00

    i(2)

    sb

     

    Dichlobenil ()

    1194-65-6

    214-787-5

    ex 2926 90 70

    p(1)

    v

     

    Dichloran ()

    99-30-9

    202-746-4

    ex 2921 42 00

    p(1)

    v

     

    Dichloorvos ()

    62-73-7

    200-547-7

    ex 2919 90 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Didecyldimethylammoniumchloride

    7173-51-5

    230-525-2

    ex 2923 90 00

    p(1)

    v

     

    Diisobutylftalaat ()

    84-69-5

    201-553-2

    ex 2917 34 00

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    Dimethenamid ()

    87674-68-8

     

    ex 2934 99 90

    p(1)

    v

     

    Dimethoaat ()

    60-51-5

    200-480-3

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Diniconazool-M ()

    83657-18-5

     

    ex 2933 99 80

    p(1)

    v

     

    Dinitro-ortho-kresol (DNOC) en de zouten daarvan (zoals het ammonium-, het kalium- en het natriumzout) ()

    534-52-1

    208-601-1

    ex 2908 92 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    2980-64-5

    221-037-0

    5787-96-2

     

    2312-76-7

    219-007-7

    Dinobuton

    973-21-7

    213-546-1

    ex 2920 90 10

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Dinoseb en de zouten en esters daarvan ()

    88-85-7

    en andere

    201-861-7

    en andere

    ex 2908 91 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    ex 2915 36 00

    i(2)

    v

    Dinoterb ()

    1420-07-1

    215-813-8

    ex 2908 99 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Dioctyltinverbindingen

    3542-36-7

    870-08-6

    16091-18-2

    en andere

    222-583-2

    212-791-1

    240-253-6

    en andere

    ex 2931 90 00

    i(2)

    sb

     

    Difenylamine ()

    122-39-4

    204-539-4

    ex 2921 44 00

    p(1)

    v

     

    Diquat, met inbegrip van diquatdibromide ()

    2764-72-9

    85-00-7

    220-433-0

    201-579-4

    ex 2933 99 80

    p(1)

    v

     

    DPX KE 459 (flupyrsulforon-methyl) ()

    150315-10-9

    144740-54-5

     

    ex 2935 90 90

    p(1)

    v

     

    Stuifpoeder-formuleringen die een combinatie bevatten van:

     

     

    ex 3808 99 90

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    7 % of meer benomyl,

    17804-35-2

    241-775-7

    ex 2933 99 80

     

     

     

    10 % of meer carbofuran en

    1563-66-2

    216-353-0

    ex 2932 99 00

     

     

     

    15 % of meer thiram ()

    137-26-8

    205-286-2

    ex 2930 30 00

     

     

     

    Empenthrin ()

    54406-48-3

    259-154-4

    ex 2916 20 00

    p(2)

    v

     

    Epoxiconazool ()

    135319-73-2

    406-850-2

    ex 2934 99 90

    p(1)

    v

     

    Ethalfluraline ()

    55283-68-6

    259-564-3

    ex 2921 43 00

    p(1)

    v

     

    Ethion

    563-12-2

    209-242-3

    ex 2930 90 98

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Ethoprofos ()

    13194-48-4

    236-152-1

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Ethoxysulfuron ()

    126801-58-9

     

    ex 2933 59 95

    p(1)

    v

     

    Ethoxychine ()

    91-53-2

    202-075-7

    ex 2933 49 90

    p(1)

    v

     

    Ethyleenoxide (oxiraan) ()

    75-21-8

    200-849-9

    ex 2910 10 00

    p(1)

    v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Fenamidone ()

    161326-34-7

     

    ex 2933 29 90

    p(1)

    v

     

    Fenarimol ()

    60168-88-9

    262-095-7

    ex 2933 59 95

    p(1)

    v

     

    Fenamifos ()

    22224-92-6

    244-848-1

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Fenbutatinoxide ()

    13356-08-6

    236-407-7

    ex 2931 90 00

    p(1)

    v

     

    Fenitrothion ()

    122-14-5

    204-524-2

    ex 2920 19 00

    p(1)

    v

     

    Fenpropathrin

    39515-41-8

    254-485-0

    ex 2926 90 70

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Fenthion ()

    55-38-9

    200-231-9

    ex 2930 90 98

    p(1)

    sb

     

    Fentinacetaat ()

    900-95-8

    212-984-0

    ex 2931 90 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Fentinhydroxide ()

    76-87-9

    200-990-6

    ex 2931 90 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Fenvaleraat

    51630-58-1

    257-326-3

    ex 2926 90 70

    p(1)

    v

     

    Ferbam ()

    14484-64-1

    238-484-2

    ex 2930 20 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Fipronil ()

    120068-37-3

    424-610-5

    ex 2933 19 90

    p(1)

    v

     

    Flufenoxuron ()

    101463-69-8

    417-680-3

    ex 2924 21 00

    p(1)-p(2)

    v-sb

     

    Fluoraceetamide ()

    640-19-7

    211-363-1

    ex 2924 12 00

    p(1)

    v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Flurenol

    467-69-6

    207-397-1

    ex 2918 19 98

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Flurprimidol ()

    56425-91-3

     

    ex 2933 59 95

    p(1)

    v

     

    Flurtamone ()

    96525-23-4

     

    ex 2932 19 00

    p(1)

    v

     

    Furathiocarb

    65907-30-4

    265-974-3

    ex 2932 99 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Glufosinaat, met inbegrip van glufosinaat-ammonium ()

    51276-47-2

    77182-82-2

    257-102-5

    278-636-5

    ex 2931 49 90

    p(1)

    v

     

    Guazatine ()

    108173-90-6

    115044-19-4

    236-855-3

    ex 3808 99 90

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Hexachloorethaan

    67-72-1

    200-666-4

    ex 2903 19 00

    i(1)

    sb

     

    Hexazinon ()

    51235-04-2

    257-074-4

    ex 2933 69 80

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Imidacloprid

    138261-41-3

    428-040-8

    ex 2933 39 99

    p(1)

    sb

     

    Iminoctadine

    13516-27-3

    236-855-3

    ex 2925 29 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Indolylazijnzuur ()

    87-51-4

    201-748-2

    ex 2933 99 80

    p(1)

    v

     

    Iprodion ()

    36734-19-7

    253-178-9

    ex 2933 21 00

    p(1)

    v

     

    Isoproturon ()

    34123-59-6

    251-835-4

    ex 2924 21 00

    p(1)

    v

     

    Isoxathion

    18854-01-8

    242-624-8

    ex 2934 99 90

    p(1)

    v

     

    Lood en loodverbindingen

    7439-92-1

    598-63-0

    1319-46-6

    7446-14-2

    7784-40-9

    7758-97-6

    1344-37-2

    25808-74-6

    13424-46-9

    301-04-2

    7446-27-7

    15245-44-0

    en andere

    231-100-4

    209-943-4

    215-290-6

    231-198-9

    232-064-2

    231-846-0

    215-693-7

    247-278-1

    236-542-1

    206-104-4

    231-205-5

    239-290-0

    en andere

    ex 7801 10 00 , ex 7804 20 00

    ex 2836 99 17

    ex 3206 49 70

    ex 2833 29 60

    ex 2842 90 80

    ex 2841 50 00

    ex 3206 20 00

    ex 2826 90 80

    ex 2850 00 60

    ex 2915 29 00

    ex 2835 29 90 , ex 3206 49 70

    ex 2908 99 00

    i(2)

    sb

     

    Linuron ()

    330-55-2

    206-356-5

    ex 2928 00 90

    p(1)

    v

     

    Malathion

    121-75-5

    204-497-7

    ex 2930 90 98

    p(2)

    v

     

    Maleïnehydrazide en de zouten daarvan, met uitzondering van de choline-, kalium- en natriumzouten

    5716-15-4

    42489-17-8

    36518-59-9

    65445-74-1

    51137-11-2

    en andere

    227-213-3

    255-849-1

    253-082-7

    265-780-9

    en andere

    ex 2933 99 80

    p(1)

    v

     

    Mancozeb ()

    8018-01-7

     

    ex 3808 92 30

    p(1)

    v

     

    Maneb ()

    12427-38-2

    235-654-8

    ex 3824 99 93

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Mecoprop ()

    7085-19-0

    93-65-2

    230-386-8

    202-264-4

    ex 2918 99 90

    p(1)

    v

     

    Kwik ()

    7439-97-6

    231-106-7

    ex 2805 40

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    Kwikverbindingen, inclusief anorganische kwikverbindingen, alkylkwikverbindingen, alkyloxyalkyl- en arylkwikverbindingen behalve de in bijlage V opgesomde kwikverbindingen ()

    62-38-4,

    26545-49-3

    en andere

    200-532-5,

    247-783-7

    en andere

    ex 2852 10 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Methamidofos ()

    10265-92-6

    233-606-0

    ex 2930 80 00

    p(1)

    v

     

    Methidathion

    950-37-8

    213-449-4

    ex 2934 99 90

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Methiocarb ()

    2032-65-7

    217-991-2

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Methomyl ()

    16752-77-5

    240-815-0

    ex 2930 90 98

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Methylbromide ()

    74-83-9

    200-813-2

    ex 2903 61 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Methylparathion () ()

    298-00-0

    206-050-1

    ex 2920 11 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Metoxuron

    19937-59-8

    243-433-2

    ex 2924 21 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Monocrotofos ()

    6923-22-4

    230-042-7

    ex 2924 12 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Monolinuron

    1746-81-2

    217-129-5

    ex 2928 00 90

    p(1)

    v

     

    Monomethyldibroomdifenylmethaan

    Handelsnaam: DBBT ()

    99688-47-8

    402-210-1

    ex 2903 99 80

    i(1)

    v

     

    Monomethyldichloordifenylmethaan

    Handelsnaam: Ugilec 121 of Ugilec 21 ()

     

    400-140-6

    ex 2903 99 80

    i(1)-i(2)

    v–v

     

    Monomethyltetrachloordifenylmethaan

    Handelsnaam: Ugilec 141 ()

    76253-60-6

    278-404-3

    ex 2903 99 80

    i(1)-i(2)

    v–v

     

    Monuron

    150-68-5

    205-766-1

    ex 2924 21 00

    p(1)

    v

     

    Naled ()

    300-76-5

    206-098-3

    ex 2919 90 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Nicotine ()

    54-11-5

    200-193-3

    ex 2939 79 10

    p(1)

    v

     

    Nitrofeen ()

    1836-75-5

    217-406-0

    ex 2909 30 90

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Nonylfenolen C6H4(OH)C9H19 ()

    25154-52-3 (fenol, nonyl-),

    246-672-0

    ex 2907 13 00

    i(1)-i(2)

    sb-sb

     

    84852-15-3 (fenol, 4- nonyl-, vertakt),

    284-325-5

    ex 2907 13 00

     

     

     

    11066-49-2 (isononylfenol),

    234-284-4

    ex 2907 13 00

     

     

     

    90481-04-2, (fenol, nonyl-, vertakt),

    291-844-0

    ex 2907 13 00

     

     

     

    104-40-5(p-nonylfenol)

    en andere

    203-199-4

    en andere

    ex 2907 13 00

     

     

     

    Nonylfenolethoxylaten (C2H4O)nC15H24()

    9016-45-9

    26027-38-3

    68412-54-4

    37205-87-1

    127087-87-0

    en andere

     

    ex 3402 42 00

    ex 3907 29 11

    ex 3824 99 92

    i(1)-i(2)

    sb-sb

     

    p(1)-p(2)

    v–v

    Octabroomdifenylether in handelskwaliteit, met inbegrip van

    — hexabroomdifenylether

    — heptabroomdifenylether ()

    36483-60-0

    68928-80-3

    253-058-6

    273-031-2

    ex 3824 88 00

    ex 2909 30 38

    i(1)-i(2)

    v–v

     

    Omethoaat

    1113-02-6

    214-197-8

    ex 2930 90 98

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Orthosulfamuron ()

    213464-77-8

     

    ex 2933 59 95

    p(1)

    v

     

    Oxadiargyl ()

    39807-15-3

    254-637-6

    ex 2934 99 90

    p(1)

    v

     

    Oxasulfuron ()

    144651-06-9

     

    ex 2935 90 90

    p(1)

    v

     

    Oxydemeton-methyl ()

    301-12-2

    206-110-7

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Paraquat ()

    4685-14-7

    1910-42-5

    2074-50-2

    225-141-7

    217-615-7

    218-196-3

    ex 2933 39 99

    p(1)

    v

     

    Parathion ()

    56-38-2

    200-271-7

    ex 2920 11 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Pebulaat

    1114-71-2

    214-215-4

    ex 2930 20 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Pentabroomdifenylether in handelskwaliteit, met inbegrip van

    — tetrabroomdifenylether

    — pentabroomdifenylether ()

    40088-47-9

    32534-81-9

    254-787-2

    251-084-2

    ex 2909 30 31

    ex 2909 30 38

    ex 3824 88 00

    i(1)-i(2)

    v–v

     

    Pentachloorethaan

    76-01-7

    200-925-1

    ex 2903 19 00

    i(2)

    sb

     

    Pentachloorfenol en de zouten en esters daarvan ()

    87-86-5

    en andere

    201-778-6

    en andere

    ex 2908 11 00

    en andere

    p(1)-p(2)

    v-sb

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Perfluoroctaanzuur (PFOA), zouten daarvan en aanverwante verbindingen ()

    335-67-1

    en andere

    206-397-9

    en andere

    ex 2915 90 70

    en andere

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    Perfluoroctaansulfonaten

    (PFOS) C8F17SO2X

    (X = OH, metaalzout (O-M+), halogenide, amide en andere derivaten, met inbegrip van polymeren) ()()

    1763-23-1

    2795-39-3

    70225-14-8

    56773-42-3

    4151-50-2

    57589-85-2

    68081-83-4

    en andere

    217-179-8

    220-527-1

    274-460-8

    260-375-3

    223-980-3

    260-837-4

    268-357-7

    en andere

    ex 2904 31 00

    ex 2904 34 00

    ex 2922 16 00

    ex 2923 30 00

    ex 2935 20 00

    ex 2924 29 70

    ex 3824 99 92

    i(1)

    sb

     

    Permethrin

    52645-53-1

    258-067-9

    ex 2916 20 00

    p(1)

    v

     

    Foraat ()

    298-02-2

    206-052-2

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Fosalon ()

    2310-17-0

    218-996-2

    ex 2934 99 90

    p(1)

    v

     

    Fosfamidon (oplosbare vloeibare formuleringen van de stof met meer dan 1 000  g werkzame stof/l) ()

    13171-21-6 (mengsel, (E)- en (Z)-isomeren)

    23783-98-4 ((Z)-isomeer)

    297-99-4 ((E)-isomeer)

    236-116-5

    ex 2924 12 00

    ex 3808 59 00

    p(1)-p(2)

    v–v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Picoxystrobin ()

    117428-22-5

     

    ex 2933 39 99

    p(1)

    v

     

    Polybroombifenylen (PBB’s) behalve hexabroombifenyl ()

    13654-09-6,

    27858-07-7

    en andere

    237-137-2,

    248-696-7

    en andere

    ex 2903 99 80

    i(1)

    sb

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Polychloorterfenylen (PCT’s) ()

    61788-33-8

    262-968-2

    ex 2903 99 80

    i(1)

    v

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Procymidon ()

    32809-16-8

    251-233-1

    ex 2925 19 95

    p(1)

    v

     

    Propachloor ()

    1918-16-7

    217-638-2

    ex 2924 29 70

    p(1)

    v

     

    Propanil ()

    709-98-8

    211-914-6

    ex 2924 29 70

    p(1)

    v

     

    Profam

    122-42-9

    204-542-0

    ex 2924 29 70

    p(1)

    v

     

    Propargiet ()

    2312-35-8

    219-006-1

    ex 2920 90 70

    p(1)

    v

     

    Propiconazool

    60207-90-1

    262-104-4

    ex 2934 99 90

    p(1)

    v

     

    Propineb ()

    12071-83-9

    9016-72-2

    235-134-0

    ex 2930 20 00

    p(1)

    v

     

    Propisochloor ()

    86763-47-5

     

    ex 2924 29 70

    p(1)

    v

     

    Pymetrozine ()

    123312-89-0

     

    ex 2933 69 80

    p(1)

    v

     

    Pyrazofos ()

    13457-18-6

    236-656-1

    ex 2933 59 95

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Quinoxyfen ()

    124495-18-7

     

    ex 2933 49 90

    p(1)

    v

     

    Quintozeen ()

    82-68-8

    201-435-0

    ex 2904 99 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Rotenon ()

    83-79-4

    201-501-9

    ex 2932 99 00

    p(1)

    v

     

    Scilliroside

    507-60-8

    208-077-4

    ex 2938 90 90

    p(1)

    v

     

    Simazine ()

    122-34-9

    204-535-2

    ex 2933 69 10

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Strychnine

    57-24-9

    200-319-7

    ex 2939 79 90

    p(1)

    v

     

    Tecnazeen ()

    117-18-0

    204-178-2

    ex 2904 99 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Tepraloxydim ()

    149979-41-9

     

    ex 2932 99 00

    ex 3808 93 27

    p(1)

    v

     

    Terbufos

    13071-79-9

    235-963-8

    ex 2930 90 98

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Tetraethyllood ()

    78-00-2

    201-075-4

    ex 2931 10 00

    i(1)

    sb

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Tetramethyllood ()

    75-74-1

    200-897-0

    ex 2931 10 00

    i(1)

    sb

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Thalliumsulfaat

    7446-18-6

    231-201-3

    ex 2833 29 80

    p(1)

    v

     

    Thiacloprid ()

    111988-49-9

     

    ex 2934 10 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Thiamethoxam ()

    153719-23-4

    428-650-4

    ex 2934 10 00

    p(1)

    v

     

    Thiobencarb ()

    28249-77-6

    248-924-5

    ex 2930 20 00

    p(1)

    v

     

    Thiocyclam

    31895-22-4

    250-859-2

    ex 2934 99 90

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Thiodicarb ()

    59669-26-0

    261-848-7

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Thiofanaat-methyl ()

    23564-05-8

    245-740-7

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Thiram ()

    137-26-8

    205-286-2

    ex 2930 30 00

    p(1)-p(2)

    v-sb

     

    Tolylfluanide ()

    731-27-1

    211-986-9

    ex 2930 90 98

    p(1)

    v

     

    Triasulfuron ()

    82097-50-5

     

    ex 2935 90 90

    p(1)

    v

     

    Triazofos

    24017-47-8

    245-986-5

    ex 2933 99 80

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Alle tributyltinverbindingen, inclusief: ()

     

     

    ex 2931 20 00

    p(2)

    i(1)-i(2)

    v

    sb-sb

     

    Tributyltinoxide

    56-35-9

    200-268-0

     

    Tributyltinfluoride

    1983-10-4

    217-847-9

     

    Tributyltinmethacrylaat

    2155-70-6

    218-452-4

     

    Tributyltinbenzoaat

    4342-36-3

    224-399-8

     

    Tributyltinchloride

    1461-22-9

    215-958-7

     

    Tributyltinlinoleaat

    24124-25-2

    246-024-7

     

    Tributyltinnaftenaat

    85409-17-2

    287-083-9

     

     

    en andere

    en andere

     

     

     

     

    Trichloorfon ()

    52-68-6

    200-149-3

    ex 2931 54 00

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Trichloorbenzeen

    120-82-1

    204-428-0

    ex 2903 99 80

    i(2)

    sb

     

    Triclosan ()

    3380-34-5

    222-182-2

    ex 2909 50 00

    p(2)

    v

     

    Tricyclazool ()

    41814-78-2

    255-559-5

    ex 2934 99 90

    p(1)

    v

     

    Tridemorf

    24602-86-6

    246-347-3

    ex 2934 99 90

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Triflumuron

    64628-44-0

    264-980-3

    ex 2924 21 00

    p(2)

    v

     

    Trifluralin ()

    1582-09-8

    216-428-8

    ex 2921 43 00

    p(1)

    v

     

    Triorganotinverbindingen met uitzondering van tributyltinverbindingen ()

     

     

    ex 2931 90 00 en andere

    p(2)

    sb

     

    i(2)

    sb

     

    Tris(2-chloorethyl)fosfaat ()

    115-96-8

    204-118-5

    ex 2919 90 00

    i(1)-i(2)

    sb-v

     

    Tris (2,3-dibroompropyl)fosfaat ()

    126-72-7

    204-799-9

    ex 2919 10 00

    i(1)

    sb

    Zie de PIC-circulaire op www.pic.int/

    Trisaziridinylfosfineoxide (1,1',1"-fosforyltriaziridine)

    545-55-1

    208-892-5

    ex 2933 99 80

    i(1)

    sb

     

    Vamidothion

    2275-23-2

    218-894-8

    ex 2930 90 98

    p(1)-p(2)

    v–v

     

    Vinclozolin ()

    50471-44-8

    256-599-6

    ex 2934 99 90

    p(1)

    v

     

    Warfarine

    81-81-2

    201-377-6

    ex 2932 20 90

    p(1)

    v

     

    Zineb

    12122-67-7

    235-180-1

    ex 3824 99 93

    ex 3808 92 30

    p(1)

    v

     

    (*1)   

    Subcategorie: p(1) — bestrijdingsmiddel in de groep gewasbeschermingsmiddelen, p(2) — andere bestrijdingsmiddelen met inbegrip van biociden, i(1) — industriële chemische stof voor beroepsmatig gebruik, en i(2) — industriële chemische stof voor gebruik door het publiek.

    (*2)   

    Gebruiksbeperking krachtens de wetgeving van de Unie (voor de betrokken subcategorie(en)): sb — strenge beperking, v — verbod.

    (*3)   

    Vermelding van “ex” vóór een code betekent dat ook andere dan de in de kolom “Chemische stof” genoemde chemische stoffen onder die onderverdeling kunnen vallen.

    (1)   

    (1) Deze vermelding heeft geen effect op de bestaande vermelding voor cis-1,3-dichloorpropeen (CAS-nr. 10061-01-5).

    (2)   

    (2) Met uitzondering van motorbrandstoffen die onder Richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 1998 betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof en tot wijziging van Richtlijn 93/12/EEG van de Raad (PB L 350 van 28.12.1998, blz. 58) vallen.

    (3)   

    (#) Chemische stof die geheel of gedeeltelijk onder de PIC-procedure valt.

    (4)   

    (+) Voor PIC-kennisgeving in aanmerking komende chemische stof.

    CAS-nummer = registratienummer van de Chemical Abstract Service.

    DEEL 2

    Lijst van chemische stoffen die voor PIC-kennisgeving in aanmerking komen

    (als bedoeld in artikel 11)

    Deze lijst bevat chemische stoffen die voor PIC-kennisgeving in aanmerking komen. Er zijn geen chemische stoffen opgenomen die al aan de PIC-procedure zijn onderworpen; deze worden in deel 3 van deze bijlage vermeld.



    Chemische stof

    CAS-nr.

    EG-nr.

    GN-code (*3)

    Categorie (*1)

    Gebruiksbeperking (*2)

    1,3-Dichloorpropeen

    542-75-6

    208-826-5

    ex 2903 29 00

    p

    v

    2-Naftylamine (2-aminonaftaleen) en de zouten daarvan

    91-59-8,

    553-00-4,

    612-52-2

    en andere

    202-080-4,

    209-030-0,

    210-313-6

    en andere

    ex 2921 45 00

    i

    v

    2-Naftyloxyazijnzuur

    120-23-0

    204-380-0

    ex 2918 99 90

    p

    v

    2,4-Dinitrotolueen (2,4-DNT)

    121-14-2

    204-450-0

    ex 2904 20 00

    i

    sb

    Dec-3-een-2-on

    10519-33-2

    234-059-0

    ex 2914 19 90

    p

    v

    4-Aminobifenyl (p-bifenylamine) en de zouten daarvan

    92-67-1

    2113-61-3

    en andere

    202-177-1

    en andere

    ex 2921 49 00

    i

    v

    4-Nitrobifenyl

    92-92-3

    202-204-7

    ex 2904 20 00

    i

    v

    4,4'-Diaminodifenylmethaan (MDA)

    101-77-9

    202-974-4

    ex 2921 59 90

    i

    sb

    5-Tert-butyl-2,4,6-trinitro-m-xyleen

    81-15-2

    201-329-4

    ex 2904 20 00

    i

    sb

    Acefaat

    30560-19-1

    250-241-2

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Acetochloor

    34256-82-1

    251-899-3

    ex 2924 29 70

    p

    v

    Amitraz

    33089-61-1

    251-375-4

    ex 2925 29 00

    p

    v

    Amitrol

    61-82-5

    200-521-5

    ex 2933 99 80

    p

    v

    Antrachinon

    84-65-1

    201-549-0

    ex 2914 61 00

    p

    v

    Asbestvezels: Chrysotiel

    12001-29-5

    132207-32-0

     

    ex 2524 90 00

    i

    v

    Asulam

    3337-71-1

    2302-17-2

    222-077-1

    218-953-8

    ex 2935 90 90

    p

    v

    Atrazine

    1912-24-9

    217-617-8

    ex 2933 69 10

    p

    v

    Azinfos-ethyl

    2642-71-9

    220-147-6

    ex 2933 99 80

    p

    v

    Azocyclotin

    41083-11-8

    255-209-1

    ex 2933 99 80

    p

    v

    Benalaxyl

    71626-11-4

    275-728-7

    ex 2924 29 70

    p

    v

    Benfuracarb

    82560-54-1

     

    ex 2932 99 00

    p

    v

    Benzidine en de zouten daarvan

    Benzidinederivaten

    92-87-5

    36341-27-2

    en andere

    202-199-1

    252-984-8

    en andere

    ex 2921 59 90

    i

    sb

    Benzylbutylftalaat

    85-68-7

    201-622-7

    ex 2917 34 00

    i

    sb

    Bèta-cyfluthrin

    1820573-27-0

     

    ex 2926 90 70

    p

    v

    Bèta-cypermethrin

    65731-84-2

    265-898-0

    ex 2926 90 70

    p

    v

    Bifentrin

    82657-04-3

     

    ex 2916 20 00

    p

    sb

    Bis(pentabroomfenyl)ether

    1163-19-5

    214-604-9

    ex 2909 30 38

    i

    sb

    Bitertanol

    55179-31-2

    259-513-5

    ex 2933 99 80

    p

    v

    Bromoxynil

    1689-84-5

    3861-41-4

    56634-95-8

    1689-99-2

    216-882-7

    223-374-9

    260-300-4

    216-885-3

    ex 2926 90 70

    p

    v

    Butralin

    33629-47-9

    251-607-4

    ex 2921 49 00

    p

    v

    Cadmium en cadmiumverbindingen

    7440-43-9

    en andere

    231-152-8

    en andere

    ex  81 12

    en andere

    i

    sb

    Cadusafos

    95465-99-9

     

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Carbaryl

    63-25-2

    200-555-0

    ex 2924 29 70

    p

    v

    Carbosulfan

    55285-14-8

    259-565-9

    ex 2932 99 00

    p

    v

    Chloraat

    7775-09-9

    10137-74-3

    7783-92-8

    en andere

    231-887-4

    233-378-2

    232-034-9

    en andere

    ex 2829 11 00

    ex 2829 19 00

    ex 2843 29 00

    p

    v

    Chloorfenapyr

    122453-73-0

     

    ex 2933 99 80

    p

    sb

    Chloorpicrine

    76-06-2

    200-930-9

    ex 2904 91 00

    p

    v

    Chloorthalonil

    1897-45-6

    217-588-1

    ex 2926 90 70

    p

    v

    Chloorprofam

    101-21-3

    202-925-7

    ex 2924 29 70

    p

    v

    Chloorpyrifos

    2921-88-2

    220-864-4

    ex 2933 39 99

    p

    v

    Chloorpyrifos-methyl

    5598-13-0

    227-011-5

    ex 2933 39 99

    p

    v

    Chloorthal-dimethyl

    1861-32-1

    217-464-7

    ex 2917 39 95

    p

    v

    Chlozolinaat

    84332-86-5

    282-714-4

    ex 2934 99 90

    p

    v

    Cinidon-ethyl

    142891-20-1

     

    ex 2925 19 95

    p

    v

    Clothianidine

    210880-92-5

    433-460-1

    ex 2934 10 00

    p

    sb

    Cybutryne

    28159-98-0

    248-872-3

    ex 2933 69 80

    p

    v

    Cyclanilide

    113136-77-9

    419-150-7

    ex 2924 29 70

    p

    v

    Cyhexatin

    13121-70-5

    236-049-1

    ex 2931 90 00

    p

    v

    Desmedifam

    13684-56-5

    237-198-5

    ex 2924 29 70

    p

    v

    Diarseenpentaoxide

    1303-28-2

    215-116-9

    ex 2811 29 90

    i

    sb

    Diazinon

    333-41-5

    206-373-8

    ex 2933 59 10

    p

    sb

    Dichlobenil

    1194-65-6

    214-787-5

    ex 2926 90 70

    p

    v

    Dichloran

    99-30-9

    202-746-4

    ex 2921 42 00

    p

    v

    Dichloorvos

    62-73-7

    200-547-7

    ex 2919 90 00

    p

    v

    Diisobutylftalaat

    84-69-5

    201-553-2

    ex 2917 34 00

    i

    sb

    Dimethenamid

    87674-68-8

     

    ex 2934 99 90

    p

    v

    Dimethoaat

    60-51-5

    200-480-3

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Diniconazool-M

    83657-18-5

     

    ex 2933 99 80

    p

    v

    Dinoterb

    1420-07-1

    215-813-8

    ex 2908 99 00

    p

    v

    Difenylamine

    122-39-4

    204-539-4

    ex 2921 44 00

    p

    v

    Diquat, met inbegrip van diquatdibromide

    2764-72-9

    85-00-7

    220-433-0

    201-579-4

    ex 2933 99 80

    p

    v

    DPX KE 459 (flupyrsulforon-methyl)

    150315-10-9

    144740-54-5

     

    ex 2935 90 90

    p

    v

    Empenthrin

    54406-48-3

    259-154-4

    ex 2916 20 00

    p

    v

    Epoxiconazool

    135319-73-2

    406-850-2

    ex 2934 99 90

    p

    v

    Ethalfluralin

    55283-68-6

    259-564-3

    ex 2921 43 00

    p

    v

    Ethoprofos

    13194-48-4

    236-152-1

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Ethoxysulfuron

    126801-58-9

     

    ex 2933 59 95

    p

    v

    Ethoxychine

    91-53-2

    202-075-7

    ex 2933 49 90

    p

    v

    Fenamidone

    161326-34-7

     

    ex 2933 29 90

    p

    v

    Fenarimol

    60168-88-9

    262-095-7

    ex 2933 59 95

    p

    v

    Fenamifos

    22224-92-6

    244-848-1

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Fenbutatinoxide

    13356-08-6

    236-407-7

    ex 2931 90 00

    p

    v

    Fenitrothion

    122-14-5

    204-524-2

    ex 2920 19 00

    p

    sb

    Fenthion

    55-38-9

    200-231-9

    ex 2930 90 98

    p

    sb

    Fentinacetaat

    900-95-8

    212-984-0

    ex 2931 90 00

    p

    v

    Fentinhydroxide

    76-87-9

    200-990-6

    ex 2931 90 00

    p

    v

    Ferbam

    14484-64-1

    238-484-2

    ex 2930 20 00

    p

    v

    Fipronil

    120068-37-3

    424-610-5

    ex 2933 19 90

    p

    sb

    Flufenoxuron

    101463-69-8

    417-680-3

    ex 2924 21 00

    p

    sb

    Flurprimidol

    56425-91-3

     

    ex 2933 59 95

    p

    v

    Flurtamone

    96525-23-4

     

    ex 2932 19 00

    p

    v

    Glufosinaat, met inbegrip van glufosinaat-ammonium

    51276-47-2

    77182-82-2

    257-102-5

    278-636-5

    ex 2931 49 90

    p

    v

    Guazatine

    108173-90-6

    115044-19-4

    236-855-3

    ex 3808 99 90

    p

    v

    Hexazinon

    51235-04-2

    257-074-4

    ex 2933 69 80

    p

    v

    Indolylazijnzuur

    87-51-4

    201-748-2

    ex 2933 99 80

    p

    v

    Iprodion

    36734-19-7

    253-178-9

    ex 2933 21 00

    p

    v

    Isoproturon

    34123-59-6

    251-835-4

    ex 2924 21 00

    p

    sb

    Linuron

    330-55-2

    206-356-5

    ex 2928 00 90

    p

    v

    Mancozeb

    8018-01-7

     

    ex 3808 92 30

    p

    v

    Maneb

    12427-38-2

    235-654-8

    ex 3824 99 93

    p

    v

    Mecoprop

    7085-19-0

    93-65-2

    230-386-8

    202-264-4

    ex 2918 99 90

    p

    v

    Kwik

    7439-97-6

    231-106-7

    ex 2805 40

    i

    sb

    Methiocarb

    2032-65-7

    217-991-2

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Methomyl

    16752-77-5

    240-815-0

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Methylbromide

    74-83-9

    200-813-2

    ex 2903 61 00

    p

    v

    Methylparathion ()

    298-00-0

    206-050-1

    ex 2920 11 00

    p

    v

    Monomethyldibroomdifenylmethaan

    Handelsnaam: DBBT

    99688-47-8

    401-210-1

    ex 2903 99 80

    i

    v

    Monomethyldichloordifenylmethaan

    Handelsnaam: Ugilec 121 of Ugilec 21

    400-140-6

    ex 2903 99 80

    i

    v

    Monomethyltetrachloordifenylmethaan

    Handelsnaam: Ugilec 141

    76253-60-6

    278-404-3

    ex 2903 99 80

    i

    v

    Naled

    300-76-5

    206-098-3

    ex 2919 90 00

    p

    v

    Nicotine

    54-11-5

    200-193-3

    ex 2939 79 10

    p

    v

    Nitrofeen

    1836-75-5

    217-406-0

    ex 2909 30 90

    p

    v

    Nonylfenolen C6H4(OH)C9H19

    25154-52-3 (fenol, nonyl-),

    246-672-0

    ex 2907 13 00

    i

    sb

    84852-15-3 (fenol, 4- nonyl-, vertakt),

    284-325-5

    11066-49-2 (isononylfenol),

    234-284-4

    90481-04-2, (fenol, nonyl-, vertakt),

    291-844-0

    104-40-5(p-nonylfenol)

    en andere

    203-199-4

    en andere

    Nonylfenolethoxylaten (C2H4O)nC15H24O

    9016-45-9

    26027-38-3

    68412-54-4

    37205-87-1

    127087-87-0

    en andere

     

    ex 3402 42 00

    ex 3907 29 11

    ex 3824 99 92

    i

    sb

    p

    v

    Orthosulfamuron

    213464-77-8

     

    ex 2933 59 95

    p

    v

    Oxadiargyl

    39807-15-3

    254-637-6

    ex 2934 99 90

    p

    v

    Oxasulfuron

    144651-06-9

     

    ex 2935 90 90

    p

    v

    Oxydemeton-methyl

    301-12-2

    206-110-7

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Paraquat

    4685-14-7

    1910-42-5

    2074-50-2

    225-141-7

    217-615-7

    218-196-3

    ex 2933 39 99

    p

    v

    Perfluoroctaanzuur (PFOA), zouten daarvan en aanverwante verbindingen

    335-67-1

    en andere

    206-397-9

    en andere

    2915 90 70

    en andere

    i

    sb

    Derivaten van perfluoroctaansulfonaten (met inbegrip van polymeren), met uitzondering van

    Perfluoroctaansulfonzuur, perfluoroctaansulfonaten, perfluoroctaansulfonamiden, perfluoroctaansulfonylverbindingen

    57589-85-2

    68081-83-4

    en andere

    260-837-4

    268-357-7

    en andere

    ex 2924 29 70

    ex 3824 99 92

    i

    sb

    Fosalon

    2310-17-0

    218-996-2

    ex 2934 99 90

    p

    v

    Picoxystrobin

    117428-22-5

     

    ex 2933 39 99

    p

    v

    Procymidon

    32809-16-8

    251-233-1

    ex 2925 19 95

    p

    v

    Propachloor

    1918-16-7

    217-638-2

    ex 2924 29 70

    p

    v

    Propanil

    709-98-8

    211-914-6

    ex 2924 29 70

    p

    v

    Propargiet

    2312-35-8

    219-006-1

    ex 2920 90 70

    p

    v

    Propineb

    12071-83-9

    9016-72-2

    235-134-0

    ex 2930 20 00

    p

    v

    Propisochloor

    86763-47-5

     

    ex 2924 29 70

    p

    v

    Pymetrozine

    123312-89-0

     

    ex 2933 69 80

    p

    v

    Pyrazofos

    13457-18-6

    236-656-1

    ex 2933 59 95

    p

    v

    Quinoxyfen

    124495-18-7

     

    ex 2933 49 90

    p

    v

    Quintozeen

    82-68-8

    201-435-0

    ex 2904 99 00

    p

    v

    Rotenon

    83-79-4

    201-501-9

    ex 2932 99 00

    p

    sb

    Simazine

    122-34-9

    204-535-2

    ex 2933 69 10

    p

    v

    Tecnazeen

    117-18-0

    204-178-2

    ex 2904 99 00

    p

    v

    Tepraloxydim

    149979-41-9

     

    ex 2932 99 00

    ex 3808 93 27

    p

    v

    Thiacloprid

    111988-49-9

     

    ex 2934 10 00

    p

    v

    Thiamethoxam

    153719-23-4

    428-650-4

    ex 2934 10 00

    p

    sb

    Thiobencarb

    28249-77-6

    248-924-5

    ex 2930 20 00

    p

    v

    Thiodicarb

    59669-26-0

    261-848-7

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Thiofanaat-methyl

    23564-05-8

    245-740-7

    ex 2930 90 98

    p

    v

    Thiram

    137-26-8

    205-286-2

    ex 2930 30 00

    p

    sb

    Tolylfluanide

    731-27-1

    211-986-9

    ex 2930 90 98

    p

    sb

    Triasulfuron

    82097-50-5

     

    ex 2935 90 90

    p

    v

    Triclosan

    3380-34-5

    222-182-2

    ex 2909 50 00

    p

    v

    Tricyclazool

    41814-78-2

    255-559-5

    ex 2934 99 90

    p

    v

    Trifluralin

    1582-09-8

    216-428-8

    ex 2921 43 00

    p

    v

    Triorganotinverbindingen met uitzondering van tributyltinverbindingen

     

     

    ex 2931 90 00 en andere

    p

    sb

    Tris(2-chloorethyl)fosfaat

    115-96-8

    204-118-5

    ex 2919 90 00

    i

    sb

    Vinclozolin

    50471-44-8

    256-599-6

    ex 2934 99 90

    p

    v

    (*1)   

    Categorie: p = bestrijdingsmiddel, i = industriële chemische stof.

    (*2)   

    Gebruiksbeperking krachtens de wetgeving van de Unie (voor de betrokken categorie(ën): sb — strenge beperking, v — verbod.

    (*3)   

    Vermelding van “ex” vóór een code betekent dat ook andere dan de in de kolom “Chemische stof” genoemde chemische stoffen onder die onderverdeling kunnen vallen.

    (1)   

    (#) Chemische stof die geheel of gedeeltelijk onder de PIC-procedure valt.

    CAS-nummer = registratienummer van de Chemical Abstract Service.

    DEEL 3

    Lijst van chemische stoffen die onder de PIC-procedure vallen

    (als bedoeld in de artikelen 13 en 14)

    (De vermelde categorieën zijn dezelfde als die in het verdrag.)



    Chemische stof

    Relevant(e) CAS-nummer(s)

    HS-code

    Zuivere stof (*2)

    HS-code

    Mengsels die een dergelijke stof bevatten (*2)

    Categorie

    2,4,5-T en de zouten en esters daarvan

    93-76-5 ()

    ex 2918.91

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Alachloor

    15972-60-8

    ex 2924.25

    ex 3808.93

    Bestrijdingsmiddel

    Aldicarb

    116-06-3

    ex 2930.80

    ex 3808.91

    Bestrijdingsmiddel

    Aldrin (*1)

    309-00-2

    ex 2903.82

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Azinfos-methyl

    86-50-0

    ex 2933.92

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Binapacryl

    485-31-4

    ex 2916.16

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Captafol

    2425-06-1

    ex 2930.80

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Carbofuran

    1563-66-2

    ex 2932.99

    ex 3808.91

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Chloordaan (*1)

    57-74-9

    ex 2903.82

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Chloordimeform

    6164-98-3

    ex 2925.21

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Chloorbenzilaat

    510-15-6

    ex 2918.18

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    DDT (*1)

    50-29-3

    ex 2903.92

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Dieldrin (*1)

    60-57-1

    ex 2910.40

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Dinitro-ortho-kresol (DNOC) en de zouten daarvan (zoals het ammonium-, het kalium- en het natriumzout)

    534-52-1

    2980-64-5

    5787-96-2

    2312-76-7

    ex 2908.92

    ex 3808.91

    ex 3808.92

    ex 3808.93

    Bestrijdingsmiddel

    Dinoseb en de zouten en esters daarvan

    88-85-7 ()

    ex 2908.91

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    1,2-Dibroomethaan (EDB)

    106-93-4

    ex 2903.62

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Endosulfan (*1)

    115-29-7

    ex 2920.30

    ex 3808.91

    Bestrijdingsmiddel

    Ethyleendichloride (1,2-dichloorethaan)

    107-06-2

    ex 2903.15

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Ethyleenoxide

    75-21-8

    ex 2910.10

    ex 3808.59

    ex 3824.81

    Bestrijdingsmiddel

    Fluoraceetamide

    640-19-7

    ex 2924.12

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    HCH (mengsel van isomeren) (*1)

    608-73-1

    ex 2903.81

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Heptachloor (*1)

    76-44-8

    ex 2903.82

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Hexabroomcyclododecaan (*1)

    25637-99-4, 3194-55-6, 134237-50-6, 134237-51-7, 134237-52-8 en andere

    ex 2903.89

     

    Industrieel

    Hexachloorbenzeen (*1)

    118-74-1

    ex 2903.92

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Lindaan (*1)

    58-89-9

    ex 2903.81

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Kwikverbindingen, met inbegrip van anorganische kwikverbindingen, alkylkwikverbindingen en alkyloxyalkyl- en arylkwikverbindingen

    10112-91-1 21908-53-2 en andere

    Zie ook: www.pic.int/

    ex 2852.10

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Methamidofos

    10265-92-6

    ex 2930.80

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Monocrotofos

    6923-22-4

    ex 2924.12

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Octabroomdifenylether in handelskwaliteit, met inbegrip van

     

    ex 3824.88

    ex 2909.30

    ex 3824.88

    Industrieel

    — hexabroomdifenylether (*1)

    36483-60-0

     

    — heptabroomdifenylether (*1)

    68928-80-3

     

    Parathion

    56-38-2

    ex 2920.11

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Pentabroomdifenylether in handelskwaliteit, met inbegrip van

     

    ex 2909.30

    ex 3824.88

    Industrieel

    — tetrabroomdifenylether (*1)

    40088-47-9

    — pentabroomdifenylether (*1)

    32534-81-9

    Pentachloorfenol en de zouten en esters daarvan (*1)

    87-86-5 ()

    ex 2908.11

    ex 3808.59

    ex 3808.91

    ex 3808.92

    ex 3808.93

    ex 3808.94

    ex 3808.99

    Bestrijdingsmiddel

    Perfluoroctaansulfonzuur, perfluoroctaansulfonaten, perfluoroctaansulfonamiden, perfluoroctaansulfonyl-verbindingen (*1)

    1763-23-1

    2795-39-3

    29457-72-5

    29081-56-9

    70225-14-8

    56773-42-3

    251099-16-8

    4151-50-2

    31506-32-8

    1691-99-2

    24448-09-7

    307-35-7

    en andere

    ex 2904.31

    ex 2904.34

    ex 2904.33

    ex 2904.32

    ex 2922.16

    ex 2923.30

    ex 2923.40

    ex 2935.20

    ex 2935.10

    ex 2935.30

    ex 2935.40

    ex 2904.36

    ex 3824.87

    Industrieel

    Foraat

    298-02-2

    ex 2930.90

    ex 3808.91

    Bestrijdingsmiddel

    Toxafeen (*1)

    8001-35-2

    ex 3808.59

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Stuifpoeder-formuleringen die een combinatie bevatten van:

     

     

    ex 3808.92

    Zeer gevaarlijke bestrijdingsmiddelformulering

    7 % of meer benomyl,

    17804-35-2

    ex 2933.99

    10 % of meer carbofuran en

    1563-66-2

    ex 2932.99

    15 % of meer thiram

    137-26-8

    ex 2930.30

    Methylparathion (emulgeerbare concentraten (EC) met 19,5 % of meer werkzame stof en poeders met 1,5 % of meer werkzame stof)

    298-00-0

    ex 2920.11

    ex 3808.59

    Zeer gevaarlijke bestrijdingsmiddelformulering

    Fosfamidon (oplosbare vloeibare formuleringen van de stof met meer dan 1 000 g werkzame stof/l)

    13171-21-6 (mengsel, (E)- en (Z)-isomeren)

    23783-98-4 ((Z)-isomeer)

    297-99-4 ((E)-isomeer)

    ex 2924.12

    ex 3808.59

    Zeer gevaarlijke bestrijdingsmiddelformulering

    Asbestvezels:

     

    ex 2524.10

    ex 6811.40

    Industrieel

    ex 2524.90

    ex 6812.80

    Actinoliet

    77536-66-4

    ex 2524.90

    ex 6812.99

    Anthofylliet

    77536-67-5

    ex 2524.90

    ex 6812.99

    Amosiet

    12172-73-5

    ex 2524.90

    ex 6812.99

    Crocidoliet

    12001-28-4

    ex 2524.10

    ex 6812.91

    Tremoliet

    77536-68-6

    ex 2524.90

    ex 6813.20

    Polybroombifenylen (PBB’s)

     

     

     

    Industrieel

    — (hexa-) (*1)

    36355-01-8

    ex 2903.94

    ex 3824.82

     

    — (octa-)

    27858-07-7

    ex 2903.99

     

     

    — (deca-)

    13654-09-6

    ex 2903.99

     

     

    Polychloorbifenylen (PCB’s) (*1)

    1336-36-3

    ex 2903.99

    ex 3824.82

    Industrieel

    Polychloorterfenylen (PCT’s)

    61788-33-8

    ex 2903.99

    ex 3824.82

    Industrieel

    Gechloreerde paraffines met een korte keten (*1)

    85535-84-8

    ex 3824.99

     

    Industrieel

    Tetraethyllood

    78-00-2

    ex 2931.10

    ex 3811.11

    Industrieel

    Tetramethyllood

    75-74-1

    ex 2931.10

    ex 3811.11

    Industrieel

    Alle tributyltinverbindingen, inclusief:

     

    ex 2931.20

    ex 3808.59

    Bestrijdingsmiddel

    Industrieel

    Tributyltinoxide

    56-35-9

    ex 2931.20

    ex 3808.59

     

    Tributyltinfluoride

    1983-10-4

    ex 2931.20

    ex 3808.92

    Tributyltinmethacrylaat

    2155-70-6

    ex 2931.20

     

    Tributyltinbenzoaat

    4342-36-3

    ex 2931.20

     

    Tributyltinchloride

    1461-22-9

    ex 2931.20

     

    Tributyltinlinoleaat

    24124-25-2

    ex 2931.20

     

    Tributyltinnaftenaat

    85409-17-2

    ex 2931.20

     

    Trichloorfon

    52-68-6

    ex 2931.54

    ex 3808.91

    Bestrijdingsmiddel

    Tris (2,3-dibroompropyl)fosfaat

    126-72-7

    ex 2919.10

    ex 3824.83

    Industrieel

    (*1)   

    Voor deze stoffen geldt een uitvoerverbod overeenkomstig artikel 15, lid 2, en bijlage V bij deze verordening.

    (*2)   

    Vermelding van “ex” vóór een code betekent dat ook andere dan de in de kolom “Chemische stof” genoemde chemische stoffen onder die onderverdeling kunnen vallen.

    (1)   

    (#) Alleen de CAS-nummers van de oorspronkelijke verbindingen zijn vermeld.

    ▼B




    BIJLAGE II

    KENNISGEVING VAN UITVOER

    De volgende informatie is vereist krachtens artikel 8:

    1. 

    De identiteit van de uit te voeren stof:

    a) 

    de naam volgens de nomenclatuur van de International Union of Pure and Applied Chemistry;

    b) 

    andere benamingen (zoals de ISO-naam, gangbare namen, handelsnamen en afkortingen);

    c) 

    het nummer van de Europese inventaris van bestaande chemische handelsstoffen (Einecs-nummer) en het nummer van de Chemical Abstracts Service (CAS-nummer);

    d) 

    het CUS-nummer (volgens de Europese douanelijst van chemische stoffen) en de code van de gecombineerde nomenclatuur;

    e) 

    de voornaamste verontreinigingen van de stof, indien deze met name relevant zijn.

    2. 

    De identiteit van het uit te voeren mengsel:

    a) 

    de handelsnaam en/of omschrijving van het mengsel;

    b) 

    voor elk van de in bijlage I opgenomen stoffen het percentage en de bij punt 1 bedoelde gegevens;

    c) 

    het CUS-nummer (volgens de Europese douanelijst van chemische stoffen) en de code van de gecombineerde nomenclatuur.

    3. 

    Identiteit van het uit te voeren artikel:

    a) 

    de handelsnaam en/of omschrijving van het artikel;

    b) 

    voor elk van de in bijlage I opgenomen stoffen het percentage en de bij punt 1 bedoelde gegevens.

    4. 

    Informatie over de uitvoer:

    a) 

    het land van bestemming;

    b) 

    het land van herkomst;

    c) 

    de verwachte datum van eerste uitvoer dit jaar;

    d) 

    de geraamde hoeveelheid van de chemische stof die dit jaar naar het betrokken land zal worden uitgevoerd;

    e) 

    het voorgenomen gebruik in het land van bestemming, indien bekend, met informatie over de categorie(ën) uit hoofde van het verdrag waaronder het gebruik valt;

    f) 

    de naam, het adres en andere relevante gegevens van de invoerende natuurlijke of rechtspersoon;

    g) 

    de naam, het adres en andere relevante gegevens van de exporteur.

    5. 

    Aangewezen nationale instanties:

    a) 

    de naam, het adres, het telefoon- en telexnummer, het fax of het e-mailadres van de aangewezen instantie in de Unie, waar nadere inlichtingen kunnen worden ingewonnen;

    b) 

    de naam, het adres, het telefoon- en telexnummer, het fax of het e-mailadres van de aangewezen instantie in het invoerende land.

    6. 

    Informatie over te nemen voorzorgsmaatregelen, met inbegrip van de gevaren- en risicocategorie en veiligheidsaanbevelingen.

    7. 

    Een overzicht van de fysisch-chemische, toxicologische en ecotoxicologische eigenschappen.

    8. 

    Toepassing van de chemische stof in de Unie:

    a) 

    toepassingen, categorie(ën) in het kader van het verdrag en subcategorie(ën) van de Unie waarvoor beperkende maatregelen (verbod of strenge beperking) gelden;

    b) 

    toepassingen waarvoor de chemische stof niet aan strenge beperkingen onderworpen of verboden is (gebruikscategorieën en -subcategorieën zoals gedefinieerd in bijlage I bij de verordening);

    c) 

    een raming van de hoeveelheden van de chemische stof die worden geproduceerd, ingevoerd, uitgevoerd en gebruikt, indien beschikbaar.

    9. 

    Informatie over voorzorgsmaatregelen ter vermindering van de blootstelling aan en emissie van de chemische stof.

    10. 

    Een overzicht van de beperkende voorschriften en de redenen daarvoor.

    11. 

    Een overzicht van de in bijlage IV, punt 2, onder a), c) en d), gespecificeerde informatie.

    12. 

    Aanvullende informatie die door de uitvoerende partij wordt verstrekt omdat deze van belang wordt geacht, of nadere informatie, zoals gespecificeerd in bijlage IV, op verzoek van de invoerende partij.




    BIJLAGE III

    Door de aangewezen nationale instanties van de lidstaten krachtens artikel 10 aan de Commissie te verstrekken informatie

    1. Een overzicht van de hoeveelheden onder bijlage I vallende chemische stoffen (in de vorm van stoffen, mengsels en artikelen) die tijdens het voorgaande jaar zijn uitgevoerd:

    a) 

    het jaar waarin uitvoer plaatsvond;

    b) 

    een tabel met een overzicht van hoeveelheden uitgevoerde chemische stoffen (in de vorm van stoffen, mengsels en artikelen), zoals hieronder is aangegeven.



    Chemische stof

    Invoerend land

    Hoeveelheid van de stof

     

     

     

     

     

     

     

     

     

    2. Een lijst van natuurlijke of rechtspersonen die chemische stoffen invoeren in een Partij of ander land



    Chemische stof

    Invoerend land

    Invoerende persoon

    Adres en andere relevante gegevens van de invoerende persoon

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     

     




    BIJLAGE IV

    Kennisgeving van een verboden of aan strenge beperkingen onderworpen chemische stof aan het secretariaat van het verdrag

    VEREISTE INFORMATIE VOOR KENNISGEVINGEN KRACHTENS ARTIKEL 11

    De kennisgeving omvat:

    1. 

    eigenschappen, identificatie en toepassingen:

    a) 

    de gangbare naam;

    b) 

    de chemische naam volgens een internationaal erkende nomenclatuur (bijvoorbeeld van de International Union of Pure and Applied Chemistry (IUPAC)), indien beschikbaar;

    c) 

    de handelsnamen en namen van mengsels;

    d) 

    codenummers: het nummer van de Chemical Abstracts Service (CAS), de douanecode van het geharmoniseerde systeem en andere nummers;

    e) 

    informatie over de indeling in een gevarencategorie indien voor de chemische stof eisen inzake de indeling gelden;

    f) 

    de toepassing(en) van de chemische stof:

    — 
    in de Unie,
    — 
    elders (voor zover bekend);
    g) 

    de fysisch-chemische, toxicologische en ecotoxicologische eigenschappen;

    2. 

    definitieve regelgeving:

    a) 

    specifieke informatie over de definitieve regelgeving:

    i) 

    een samenvatting van de definitieve regelgeving;

    ii) 

    de referentie van het regelgevingsdocument;

    iii) 

    de datum van inwerkingtreding van de definitieve regelgeving;

    iv) 

    een vermelding of de definitieve regelgeving al dan niet op basis van een evaluatie van de risico's of gevaren is vastgesteld en, zo ja, informatie over deze evaluatie met een referentie van de betrokken documentatie;

    v) 

    redenen voor de definitieve regelgeving die verband houden met de gezondheid van de mens, met inbegrip van de gezondheid van consumenten en werknemers, of het milieu;

    vi) 

    een overzicht van de gevaren en risico's van de chemische stof voor de gezondheid van de mens, met inbegrip van de gezondheid van consumenten en werknemers, of het milieu en de verwachte effecten van de definitieve regelgeving;

    b) 

    de categorie(ën) waarvoor de definitieve regelgeving is vastgesteld en per categorie:

    i) 

    de op grond van de definitieve regelgeving verboden toepassing(en);

    ii) 

    de nog niet verboden toepassing(en);

    iii) 

    een raming van de hoeveelheden van de chemische stof die worden geproduceerd, ingevoerd, uitgevoerd en gebruikt, indien beschikbaar;

    c) 

    een indicatie, voor zover mogelijk, of de definitieve regelgeving ook voor andere staten en regio's van nut kan zijn;

    d) 

    overige relevante informatie zoals:

    i) 

    een beoordeling van de sociaaleconomische effecten van de definitieve regelgeving;

    ii) 

    informatie over alternatieven en de risico's daarvan, indien beschikbaar, zoals:

    — 
    strategieën voor geïntegreerde plaagbestrijding;
    — 
    industriële methoden en processen, waaronder schonere technologie.

    ▼M7




    BIJLAGE V

    Chemische stoffen en artikelen waarvoor een uitvoerverbod geldt

    (als bedoeld in artikel 15)

    DEEL 1

    Persistente organische verontreinigende stoffen zoals opgesomd in de bijlagen A en B bij het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen ( 15 ) overeenkomstig de daarin vervatte bepalingen.



    Beschrijving van chemische stof/artikel waarvoor een uitvoerverbod geldt

    Eventuele nadere bijzonderheden (bv. naam van de chemische stof, EG-nummer, CAS-nummer enz.)

     

    Aldrin

    EG-nr. 206-215-8

    CAS-nr. 309-00-2

    GN-code ex 2903 82 00

     

    Chloordaan

    EG-nr. 200-349-0

    CAS-nr. 57-74-9

    GN-code ex 2903 82 00

     

    Chloordecon

    EG-nr. 205-601-3

    CAS-nr. 143-50-0

    GN-code ex 2914 71 00

     

    Dicofol

    EG-nr. 204-082-0

    CAS-nr. 115-32-2

    GN-code ex 2906 29 00

     

    Dieldrin

    EG-nr. 200-484-5

    CAS-nr. 60-57-1

    GN-code ex 2910 40 00

     

    DDT (1,1,1-trichloor-2,2-bis(p-chloorfenyl)ethaan

    EG-nr. 200-024-3

    CAS-nr. 50-29-3

    GN-code ex 2903 92 00

     

    Endosulfan

    EG-nr. 204-079-4

    CAS-nr. 115-29-7

    GN-code 2920 30 00

     

    Endrin

    EG-nr. 200-775-7

    CAS-nr. 72-20-8

    GN-code ex 2910 50 00

     

    Heptabroomdifenylether C12H3Br7O

    EG-nr. 273-031-2

    CAS-nr. 68928-80-3 en andere

    GN-code ex 2909 30 38

     

    Heptachloor

    EG-nr. 200-962-3

    CAS-nr. 76-44-8

    GN-code ex 2903 82 00

     

    Hexabroombifenyl

    EG-nr. 252-994-2

    CAS-nr. 36355-01-8

    GN-code ex 2903 94 00

     

    Hexabroomcyclododecaan

    EG-nr. 247-148-4, 221-695-9

    CAS-nr. 25637-99-4, 3194-55-6, 134237-50-6, 134237-51-7, 134237-52-8 en andere

    GN-code ex 2903 89 80

     

    Heptabroomdifenylether C12H4Br6O

    EG-nr. 253-058-6

    CAS-nr. 36483-60-0 en andere

    GN-code ex 2909 30 38

     

    Hexachloorbenzeen

    EG-nr. 204-273-9

    CAS-nr. 118-74-1

    GN-code ex 2903 92 00

     

    Hexachloorbutadieen

    EG-nr. 201-765-5

    CAS-nr. 87-68-3

    GN-code ex 2903 29 00

     

    Hexachloorcyclohexanen, inclusief lindaan

    EG-nr. 200-401-2, 206-270-8, 206-271-3, 210-168-9

    CAS-nr. 58-89-9, 319-84-6, 319-85-7, 608-73-1

    GN-code ex 2903 81 00

     

    Mirex

    EG-nr. 219-196-6

    CAS-nr. 2385-85-5

    GN-code ex 2903 83 00

     

    Pentabroomdifenylether C12H5Br5O

    EG-nr. 251-084-2 en andere

    CAS-nr. 32534-81-9 en andere

    GN-code ex 2909 30 31

     

    Pentachloorbenzeen

    EG-nr. 210-172-0

    CAS-nr. 608-93-5

    GN-code ex 2903 93 00

     

    Pentachloorfenol en de zouten en esters daarvan

    EG-nr. 201-778-6 en andere

    CAS-nr. 87-86-5 en andere

    GN-codes ex 2908 11 00 , ex 2908 19 00 en andere

    Het uitvoerverbod geldt alleen voor brandblusschuim dat PFOA, zouten daarvan en aanverwante verbindingen bevat of kan bevatten.

    Perfluoroctaanzuur (PFOA), zouten daarvan en aanverwante verbindingen

    EG-nr. 206-397-9 en andere

    CAS-nr. 335-67-1 en andere

    GN-code ex 2915 90 70 en andere

    Het uitvoerverbod geldt niet wanneer PFOS, zouten daarvan en perfluoroctaansulfonylfluoride worden gebruikt als nevelonderdrukker voor niet-decoratieve hardverchroming met chroom (VI) in systemen met gesloten cyclus.

    Perfluoroctaansulfonzuur (PFOS), zouten daarvan en perfluoroctaansulfonylfluoride

    EG-nr. 217-179-8, 220-527-1, 274-460-8, 260-375-3 en andere

    CAS-nr. 1763-23-1, 2795-39-3, 70225-14-8, 56773-42-3 en andere

    GN-codes 2904 31 00 , 2904 34 00 , 2922 16 00 , 2923 30 00 en andere

     

    Polychloorbifenylen (PCB’s)

    EG-nr. 215-648-1 en andere

    CAS-nr. 1336-36-3 en andere

    GN-code ex 2903 99 80

     

    Polychloornaftalenen

    EG-nr. 274-864-4

    CAS-nr. 70776-03-3 en andere

    GN-code ex 3824 99 92

     

    Gechloreerde paraffines met een korte keten

    EG-nr. 287-476-5

    CAS-nr. 85535-84-8

    GN-code ex 3824 99 92

     

    Tetrabroomdifenylether C12H6Br4O

    EG-nr. 254-787-2 en andere

    CAS-nr. 40088-47-9 en andere

    GN-code ex 2909 30 38

    Het uitvoerverbod is alleen van toepassing op artikelen waarvan de som van de concentratie tetra-, penta-, hexa-, hepta- en decabroomdifenylether 500 mg/kg of meer bedraagt.

    In afwijking van de eerste alinea zijn artikelen met een concentratie van 500 mg/kg of meer als gevolg van een hogere concentratie decabroomdifenylether van het uitvoerverbod vrijgesteld mits de aanwezigheid van decabroomdifenylether in overeenstemming is met Verordening (EU) 2019/1021 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende persistente organische verontreinigende stoffen (PB L 169 van 25.6.2019, blz. 45).

    Tetrabroomdifenylether

    EG-nr. 254-787-2 en andere

    CAS-nr. 40088-47-9 en andere

    GN-code ex 2909 30 38

    Pentabroomdifenylether

    EG-nr. 251-084-2 en andere

    CAS-nr. 32534-81-9 en andere

    GN-code ex 2909 30 31

    Hexabroomdifenylether

    EG-nr. 253-058-6 en andere

    CAS-nr. 36483-60-0 en andere

    GN-code ex 2909 30 38

    Heptabroomdifenylether

    EG-nr. 273-031-2 en andere

    CAS-nr. 68928-80-3 en andere

    GN-code ex 2909 30 38

    Decabroomdifenylether

    EG-nr. 214-604-9 en andere

    CAS-nr. 1163-19-5 en andere

    GN-code ex 2909 30 38

     

    Toxafeen

    EG-nr. 232-283-3

    CAS-nr. 8001-35-2

    GN-code ex 3808 59 00

    DEEL 2

    Andere chemische stoffen dan persistente organische verontreinigende stoffen zoals opgesomd in de bijlagen A en B bij het Verdrag van Stockholm inzake persistente organische verontreinigende stoffen overeenkomstig de daarin vervatte bepalingen.



    Nr.

    Beschrijving van chemische stof(fen)/artikel(en) waarvoor een uitvoerverbod geldt (*1)

    Eventuele nadere bijzonderheden (bv. naam van de chemische stof, EG-nummer, CAS-nummer enz.)

    1

    Kwikhoudende cosmetische zeep

    GN-codes ex 3401 11 00 , ex 3401 19 00 , ex 3401 20 10 , ex 3401 20 90 , ex 3401 30 00

    2

    Metallisch kwik en andere kwikverbindingen en -mengsels met andere stoffen, met inbegrip van kwiklegeringen met een kwikconcentratie van minstens 95 % gewichtsprocent

    CAS-nr. 7439-97-6

    EG-nr. 231-106-7

    GN-code ex 2805 40

    3

    De volgende kwikverbindingen behalve wanneer zij voor onderzoek op laboratoriumschaal of laboratoriumanalyse worden uitgevoerd:

    — cinnabererts;

    — kwik(I)chloride (Cl2Hg2);

    — kwik(II)oxide (HgO);

    — kwiksulfide (HgS);

    — kwik(II)sulfaat (HgSO4);

    — kwik(II)nitraat (Hg(NO3)2).

    CAS-nr. 10112-91-1, 21908-53-2, 1344-48-5, 7783-35-9, 10045-94-0

    EG-nr. 233-307-5, 244-654-7, 215-696-3, 231-992-5, 233-152-3

    GN-codes ex 2852 10 00 , ex 2617 90 00

    4

    Alle verbindingen en mengsels van metallisch kwik met andere stoffen, met inbegrip van kwiklegeringen, die niet onder vermelding 2 vallen en alle kwikverbindingen die niet onder vermelding 3 vallen, wanneer de uitvoer van dat mengsel of die verbinding de regeneratie van metallisch kwik ten doel heeft

    Met inbegrip van:

    kwik(I)sulfaat (Hg2SO4, CAS-nr. 7783-36-0), kwik(II)thiocyanaat (Hg(SCN)2, CAS-nr. 592-85-8), kwik(I)jodide (Hg2I2, CAS-nr. 15385-57-6)

    GN-code ex 2852 10 00

    5

    Compacte fluorescentielampen (CFL) voor algemene verlichtingsdoeleinden:

    a)  CFL.i ≤ 30 W met een kwikgehalte van meer dan 2,5 mg per lamp;

    b)  CFL.ni ≤ 30 W met een kwikgehalte van meer dan 3,5 mg per lamp.

     

    6

    De volgende lineaire fluorescentielampen voor algemene verlichtingsdoeleinden:

    a)  triband-fosfor < 60 W met een kwikgehalte van meer dan 5 mg per lamp;

    b)  halofosfaat-fosfor ≤ 40 W met een kwikgehalte van meer dan 10 mg per lamp.

     

    7

    Hogedruk-kwikdamplampen voor algemene verlichtingsdoeleinden.

     

    8

    De volgende kwikhoudende fluorescentielampen met koude kathode en fluorescentielampen met externe elektrode voor elektronische beeldschermen:

    a)  kort (lengte ≤ 500 mm) met een kwikgehalte van meer dan 3,5 mg per lamp;

    b)  gemiddeld (lengte > 500 mm en ≤ 1 500  mm) met een kwikgehalte van meer dan 5 mg per lamp;

    c)  lang (lengte > 1 500  mm) met een kwikgehalte van meer dan 13 mg per lamp.

     

    9

    Batterijen of accu’s die meer dan 0,0005 gewichtsprocent kwik bevatten.

     

    10

    Schakelaars en relais, uitgezonderd meetbruggen met zeer hoge precisiecapaciteit en verliesfactor-meetbruggen en hoogfrequentie-RF-schakelaars en -relais in meet- en regelapparatuur met een kwikgehalte van ten hoogste 20 mg per brug, schakelaar of relais.

     

    11

    Cosmetica die kwik en kwikverbindingen bevatten, met uitzondering van de speciale gevallen die onder nummer 16 en 17 zijn opgenomen in bijlage V bij Verordening (EG) nr. 1223/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2009 betreffende cosmetische producten (PB L 342 van 22.12.2009, blz. 59).

     

    12

    Pesticiden, biociden en topische antiseptica waaraan opzettelijk kwik of een kwikverbinding is toegevoegd.

     

    13

    De volgende niet-elektronische meetinstrumenten waaraan opzettelijk kwik of een kwikverbinding is toegevoegd:

    a)  barometers;

    b)  hygrometers;

    c)  manometers;

    d)  thermometers en andere niet-elektrische thermometrische toepassingen;

    e)  sfygmomanometers;

    f)  rekstrookjes voor gebruik bij plethysmografen;

    g)  kwikhoudende pyknometers;

    h)  kwikhoudende meetinrichtingen voor het bepalen van het verwekingspunt.

    Deze vermelding heeft geen betrekking op de volgende meetinstrumenten:

    — niet-elektronische meetinstrumenten die zijn geïnstalleerd in omvangrijke apparatuur of die worden gebruikt voor zeer nauwkeurige metingen wanneer er geen geschikte kwikvrij alternatief is;

    — meetinstrumenten die op 3 oktober 2007 meer dan 50 jaar oud zijn;

    — meetinstrumenten die om culturele en historische redenen op openbare tentoonstellingen worden geëxposeerd.

     

    (*1)   

    Het uitvoerverbod is niet van toepassing op de volgende kwikhoudende producten:

    a)  producten die essentieel zijn voor civiele bescherming en militaire toepassingen;

    b)  producten voor onderzoek, voor het ijken van instrumenten of voor gebruik als referentiestandaard;

    c)  schakelaars en relais, fluorescentielampen met koude kathode (CCFL) en fluorescentielampen met externe elektrode (EEFL) voor elektronische beeldschermen en meetinstrumenten, wanneer zij worden gebruikt om een onderdeel van grotere apparatuur te vervangen en op voorwaarde dat er voor dat onderdeel geen haalbaar kwikvrij alternatief beschikbaar is, overeenkomstig Richtlijn 2000/53/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 september 2000 betreffende autowrakken (PB L 269 van 21.10.2000, blz. 34) en Richtlijn 2011/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 betreffende beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in elektrische en elektronische apparatuur (PB L 174 van 1.7.2011, blz. 88).

    ▼B




    BIJLAGE VI



    Lijst van de partijen bij het verdrag die informatie vereisen over het douanevervoer van chemische stoffen die onder de PIC-procedure vallen

    (bedoeld in artikel 16)

    Land

    Vereiste informatie

     

     

     

     




    BIJLAGE VII

    Concordantietabel



    Verordening (EG) nr. 689/2008

    Deze verordening

    Artikel 1

    Artikel 1, lid 1

    1, lid 1

    Artikel 1, lid 2

    1, lid 2

    Artikel 2

    Artikel 2, lid 1

    2, lid 1

    Artikel 2, lid 2

    2, lid 2

    2, lid 3

    Artikel 3

    Artikel 3

    Artikel 4

    Artikel 4

    Artikel 5

    Artikel 5, lid 1

    5, lid 1

    Artikel 5, lid 2

    5, lid 2

    Artikel 5, lid 3

    5, lid 3

    Artikel 6

    6, lid 1

    6, lid 2

    Artikel 7

    Artikel 6, lid 1

    7, lid 1

    Artikel 6, lid 2

    7, lid 2

    Artikel 6, lid 3

    7, lid 3

    Artikel 8

    Artikel 7, lid 1

    8, lid 1

    Artikel 7, lid 2

    8, lid 2

    Artikel 7, lid 3

    8, lid 3

    Artikel 7, lid 4

    8, lid 4

    Artikel 7, lid 5

    8, lid 5

    Artikel 7, lid 6

    8, lid 6

    Artikel 7, lid 7

    8, lid 7

    Artikel 7, lid 8

    8, lid 8

    Artikel 9

    Artikel 8, lid 1

    9, lid 1

    Artikel 8, lid 2

    9, lid 2

    Artikel 10

    Artikel 9, lid 1

    10, lid 1

    Artikel 9, lid 2

    10, lid 2

    Artikel 9, lid 3

    10, lid 3

    Artikel 11

    Artikel 10, lid 1

    11, lid 1

    Artikel 10, lid 2

    11, lid 2

    Artikel 10, lid 3

    11, lid 3

    Artikel 10, lid 4

    11, lid 4

    Artikel 10, lid 5

    11, lid 5

    Artikel 10, lid 6

    11, lid 6

    Artikel 10, lid 7

    11, lid 7

    Artikel 10, lid 8

    11, lid 8

    Artikel 11

    Artikel 12

    Artikel 13

    Artikel 12, lid 1

    13, lid 1

    Artikel 12, lid 2

    13, lid 2

    Artikel 12, lid 3

    13, lid 3

    Artikel 12, lid 4

    13, lid 4

    Artikel 12, lid 5

    13, lid 5

    Artikel 12, lid 6

    13, lid 6

    Artikel 14

    Artikel 13, lid 1

    14, lid 1

    Artikel 13, lid 2

    14, lid 2

    Artikel 13, lid 3

    14, lid 3

    Artikel 13, lid 4

    14, lid 4

    Artikel 13, lid 5

    14, lid 5

    Artikel 13, lid 6

    14, lid 6

    Artikel 13, lid 7

    14, lid 7

    Artikel 13, lid 8

    14, lid 8

    Artikel 13, lid 9

    14, lid 9

    Artikel 13, lid 10

    14, lid 10

    Artikel 13, lid 11

    14, lid 11

    Artikel 15

    Artikel 14, lid 1

    15, lid 1

    Artikel 14, lid 2

    15, lid 2

    Artikel 16

    Artikel 15, lid 1

    16, lid 1

    Artikel 15, lid 2

    16, lid 2

    Artikel 15, lid 3

    16, lid 3

    Artikel 15, lid 4

    16, lid 4

    Artikel 17

    Artikel 16, lid 1

    17, lid 1

    Artikel 16, lid 2

    17, lid 2

    Artikel 16, lid 3

    17, lid 3

    Artikel 16, lid 4

    17, lid 4

    Artikel 18

    Artikel 17, lid 1

    18, lid 1

    18, lid 2

    Artikel 17, lid 1

    18, lid 3

    Artikel 19

    Artikel 17, lid 2

    19, lid 1

    19, lid 2

    19, lid 3

    Artikel 20

    Artikel 19, lid 1

    20, lid 1

    Artikel 19, lid 2

    20, lid 2

    Artikel 19, lid 3

    20, lid 3

    Artikel 19, lid 3

    20, lid 4

    Artikel 20

    Artikel 21

    Artikel 22

    Artikel 21, lid 1

    22, lid 1

    Artikel 21, lid 2

    22, lid 2

    Artikel 21, lid 3

    22, lid 3

    Artikel 23

    Artikel 22, lid 1

    23, lid 1

    Artikel 22, lid 2

    23, lid 2

    Artikel 22, lid 3

    23, lid 3

    Artikel 22, lid 4

    23, lid 4

    Artikel 24

    24, lid 1

    24, lid 2

    24, lid 3

    Artikel 25

    Artikel 26

    26, lid 1

    26, lid 2

    26, lid 3

    26, lid 4

    26, lid 5

    Artikel 27

    Artikel 24, lid 1

    27, lid 1

    Artikel 24, lid 2

    27, lid 2

    Artikel 18

    Artikel 28

    Artikel 29

    Artikel 25

    Artikel 30

    Artikel 26

    Artikel 31

    Bijlage I

    Bijlage I

    Bijlage II

    Bijlage II

    Bijlage III

    Bijlage III

    Bijlage IV

    Bijlage IV

    Bijlage V

    Bijlage V

    Bijlage VI

    Bijlage VI



    ( 1 ) PB L 22 van 26.1.2005, blz. 1.

    ( 2 ) PB L 159 van 29.6.1996, blz. 1.

    ( 3 ) PB L 312 van 22.11.2008, blz. 3.

    ( 4 ) PB L 134 van 29.5.2009, blz. 1.

    ( 5 ) PB L 165 van 30.4.2004, blz. 1.

    ( 6 ) PB L 31 van 1.2.2002, blz. 1.

    ( 7 ) PB L 106 van 17.4.2001, blz. 1.

    ( 8 ) PB L 311 van 28.11.2001, blz. 67.

    ( 9 ) PB L 311 van 28.11.2001, blz. 1.

    ( 10 ) PB L 309 van 24.11.2009, blz. 1.

    ( 11 ) PB L 123 van 24.4.1998, blz. 1.

    ( 12 ) PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.

    ( 13 ) PB L 41 van 14.2.2003, blz. 26.

    ( 14 ) PB L 158 van 30.4.2004, blz. 7.

    ( 15 ) PB L 209 van 31.7.2006, blz. 3.

    Top