This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32011L0076R(01)
Rectificatie van Richtlijn 2011/76/EU van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2011 tot wijziging van Richtlijn 1999/62/EG betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen (Publicatieblad van de Europese Unie L 269 van 14 oktober 2011)
Rectificatie van Richtlijn 2011/76/EU van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2011 tot wijziging van Richtlijn 1999/62/EG betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen (Publicatieblad van de Europese Unie L 269 van 14 oktober 2011)
ST/13127/2021/INIT
OJ L 420, 25.11.2021, p. 132–132
(NL)
ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/2011/76/corrigendum/2021-11-25/oj
25.11.2021 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 420/132 |
Rectificatie van Richtlijn 2011/76/EU van het Europees Parlement en de Raad van 27 september 2011 tot wijziging van Richtlijn 1999/62/EG betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen
( Publicatieblad van de Europese Unie L 269 van 14 oktober 2011 )
Bladzijde 9, artikel 1, punt 4): het vervangen artikel 9, lid 2, eerste alinea, aanhef:
in plaats van:
“2. De lidstaten bepalen hoe de inkomsten uit hoofde van deze richtlijn worden gebruikt. Om de ontwikkeling van het gehele verkeerswegennet mogelijk te maken, moeten de inkomsten uit infrastructuur- en externekostenheffingen, of het financiële waarde-equivalent van deze inkomsten, worden aangewend ten voordele van de vervoerssector en tot optimalisering van het gehele vervoersysteem. Met name moeten de inkomsten uit externekostenheffingen, of het financiële waarde-equivalent van deze inkomsten, worden aangewend voor de verduurzaming van het vervoer, hetgeen een of meer van de volgende punten omvat:”,
lezen:
“2. De lidstaten bepalen hoe de inkomsten uit hoofde van deze richtlijn worden gebruikt. Om de ontwikkeling van het gehele verkeerswegennet mogelijk te maken, zouden de inkomsten uit infrastructuur- en externekostenheffingen, of het financiële waarde-equivalent van die inkomsten, moeten worden aangewend ten voordele van de vervoerssector en tot optimalisering van het gehele vervoersysteem. Met name zouden de inkomsten uit externekostenheffingen, of het financiële waarde-equivalent van die inkomsten, moeten worden aangewend voor de verduurzaming van het vervoer, hetgeen een of meer van de volgende punten omvat:”.