Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62018CA0817

Rechtssache C-817/18 P: Urteil des Gerichtshofs (Zweite Kammer) vom 3. September 2020 — Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland u. a./Europäische Kommission u. a. (Rechtsmittel – Staatliche Beihilfen – Beihilferegelung für den subventionierten Erwerb oder die unentgeltliche Zurverfügungstellung von Naturgebieten – Vorprüfungsverfahren – Beschluss, mit dem die Beihilfe für mit dem Binnenmarkt vereinbar erklärt wird – Nichtigkeitsklage – Zulässigkeit – Verordnung [EG] Nr. 659/1999 – Art. 1 Buchst. h – Begriff „Beteiligte“ – Wettbewerbsverhältnis – Begriff „ernsthafte Schwierigkeiten“ – Dienst von allgemeinem wirtschaftlichem Interesse – Nebentätigkeiten – Konnexität)

ABl. C 378 vom 9.11.2020, p. 5–6 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

9.11.2020   

DE

Amtsblatt der Europäischen Union

C 378/5


Urteil des Gerichtshofs (Zweite Kammer) vom 3. September 2020 — Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland u. a./Europäische Kommission u. a.

(Rechtssache C-817/18 P) (1)

(Rechtsmittel - Staatliche Beihilfen - Beihilferegelung für den subventionierten Erwerb oder die unentgeltliche Zurverfügungstellung von Naturgebieten - Vorprüfungsverfahren - Beschluss, mit dem die Beihilfe für mit dem Binnenmarkt vereinbar erklärt wird - Nichtigkeitsklage - Zulässigkeit - Verordnung [EG] Nr. 659/1999 - Art. 1 Buchst. h - Begriff „Beteiligte“ - Wettbewerbsverhältnis - Begriff „ernsthafte Schwierigkeiten“ - Dienst von allgemeinem wirtschaftlichem Interesse - Nebentätigkeiten - Konnexität)

(2020/C 378/06)

Verfahrenssprache: Niederländisch

Parteien

Rechtsmittelführerinnen: Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland, Stichting Het Groninger Landschap, Vereniging It Fryske Gea, Stichting Het Drentse Landschap, Stichting Het Overijssels Landschap, Stichting Het Geldersch Landschap, Stichting Flevo-Landschap, Stichting Het Utrechts Landschap, Stichting Landschap Noord-Holland, Stichting Het Zuid-Hollands Landschap, Stichting Het Zeeuwse Landschap, Stichting Het Noordbrabants Landschap, Stichting Het Limburgs Landschap (Prozessbevollmächtigte: P. H. L. M. Kuypers und M. de Wit, advocaten)

Andere Parteien des Verfahrens: Europäische Kommission (Prozessbevollmächtigte: S. Noë und P. J. Loewenthal

Vereniging Gelijkberechtiging Grondbezitters, Exploitatiemaatschappij De Berghaaf BV, Stichting Het Nationale Park De Hoge Veluwe, BV Landgoed Den Alerdinck II, Landgoed Ampsen BV, Pallandt van Keppel Stichting, Landgoed Kasteel Keppel BV, Baron van Lynden, Stichting het Lijndensche Fonds voor Kerk en Zending, Landgoed Welna BV, BV Landgoed „Huis te Maarn“, Vicariestichting De Vijf Capellarijen/Ambachtsheerlijkheid Kloetinge, Maatschappij tot Exploitatie van het Landgoed Tongeren onder Epe BV, Landgoed Anderstein NV, Landgoed Bekspring BV, Landgoed Nijenhuis en Westerflier BV, Landgoed Caprera BV, Landgoed Schapenduinen BV, Stichting Schapenduinen, Landgoed de Noetselenberg BV (Prozessbevollmächtigte: D. Gillet, T. Ruys, P. Wytinck und A. A. Al Khatib, advocaten)

Streithelfer zur Unterstützung des Rechtsmittelführerinnen: Königreich der Niederlande (Prozessbevollmächtigte: M. K. Bulterman und L. Noort)

Tenor

1.

Das Rechtsmittel wird zurückgewiesen.

2.

Die Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland, die Stichting Het Groninger Landschap, die Vereniging It Fryske Gea, die Stichting Het Drentse Landschap, die Stichting Het Overijssels Landschap, die Stichting Het Geldersch Landschap, die Stichting Flevo-Landschap, die Stichting Het Utrechts Landschap, die Stichting Landschap Noord-Holland, die Stichting Het Zuid-Hollands Landschap, die Stichting Het Zeeuwse Landschap, die Stichting Het Noordbrabants Landschap und die Stichting Het Limburgs Landschap tragen die Kosten.

3.

Die Europäische Kommission und das Königreich der Niederlande tragen ihre eigenen Kosten.


(1)  ABl. C 82 vom 4.3.2019.


Top