EUROPESE COMMISSIE
Brussel, 22.3.2016
COM(2016) 146 final
BIJLAGEN
bij het voorstel voor een
BESLUIT VAN DE RAAD
betreffende de sluiting van een partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie en de regering van de Cookeilanden en van het protocol voor de tenuitvoerlegging daarvan
BIJLAGEN
bij het voorstel voor een
BESLUIT VAN DE RAAD
betreffende de sluiting van een partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie en de regering van de Cookeilanden en van het protocol voor de tenuitvoerlegging daarvan
BIJLAGE I
PARTNERSCHAPSOVEREENKOMST INZAKE DUURZAME VISSERIJ
tussen de Europese Unie en de regering van de Cookeilanden
DE EUROPESE UNIE, hierna "de Unie" genoemd, en
DE REGERING VAN DE COOKEILANDEN, hierna "de Cookeilanden" genoemd,
beide hierna "de partijen" genoemd,
GEZIEN de nauwe werkrelatie tussen de Unie en de Cookeilanden, met name in het kader van de overeenkomst van Cotonou, en hun wederzijdse verlangen deze relatie te versterken,
GEZIEN de wens van de twee partijen om de verantwoorde exploitatie van de visbestanden via samenwerking te bevorderen,
GELET OP het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982 (UNCLOS) en de Overeenkomst over de toepassing van de bepalingen van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 10 december 1982 wat betreft de instandhouding en het beheer van de grensoverschrijdende en de over grote afstanden trekkende visbestanden,
ERKENNEND dat de Cookeilanden hun soevereiniteitsrechten of jurisdictie overeenkomstig het Zeerechtverdrag van de Verenigde Naties uitoefenen in een zone die zich uitstrekt tot 200 zeemijl vanaf de basislijn,
VASTBESLOTEN de besluiten en aanbevelingen van de bevoegde regionale visserijorganisaties waarvan de partijen lid zijn, toe te passen,
ZICH BEWUST van het belang van de beginselen die zijn vastgelegd in de in 1995 tijdens de conferentie van de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) vastgestelde Gedragscode voor een verantwoorde visserij,
VASTBERADEN om in hun beider belang samen te werken aan de invoering van een verantwoorde visserij ter waarborging van de instandhouding op lange termijn en de duurzame exploitatie van de mariene levende rijkdommen,
ERVAN OVERTUIGD dat deze samenwerking de vorm moet aannemen van initiatieven en maatregelen die, ongeacht of zij door beide partijen samen of door een partij afzonderlijk worden genomen, elkaar aanvullen, coherent zijn met de beleidslijnen en op synergetische wijze worden uitgevoerd,
VOORNEMENS ZIJNDE om, met het oog op die samenwerking, een dialoog aan te gaan om het maatschappelijk middenveld te betrekken bij de uitvoering van het visserijbeleid van de Cookeilanden,
VERLANGENDE voorwaarden vast te stellen voor de visserijactiviteiten van de Unievaartuigen in de visserijwateren van de Cookeilanden en voor de steun van de Unie voor een verantwoorde visserij in die wateren,
VASTBERADEN te streven naar een nauwere economische samenwerking in de visserijsector en de daarmee verwante sectoren door de samenwerking tussen de bedrijven van beide partijen te bevorderen,
KOMEN HET VOLGENDE OVEREEN:
Artikel 1 - Definities
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:
(a)"autoriteiten van de Cookeilanden": het Ministerie voor Mariene Hulpbronnen van de Cookeilanden;
(b)"autoriteiten van de Unie": de Europese Commissie;
(c)"vissen": i) het opsporen, vangen of oogsten van vis, ii) het ondernemen van pogingen om vis op te sporen, te vangen of te oogsten, iii) iedere andere activiteit die naar redelijkerwijs mag worden verwacht, leidt tot het opsporen, vangen of oogsten van vis, iv) het plaatsen van, zoeken naar of recupereren van apparatuur ter vergroting van de visconcentratie of aanverwante apparatuur, waaronder radiobakens, v) alle handelingen op zee ter ondersteuning of voorbereiding van de in dit punt beschreven activiteiten, of vi) het gebruik van een vliegtuig in verband met de in dit punt beschreven activiteiten;
(d)"vissersvaartuig": elk vaartuig, schip of ander tuig dat voor de commerciële visserij of aanverwante activiteiten wordt gebruikt, is uitgerust om daarvoor te worden gebruikt of van een type is dat normaal daarvoor wordt gebruikt;
(e)"Unievaartuig": vissersvaartuig dat de vlag van een lidstaat van de Unie voert en in de Unie is geregistreerd;
(f)"visserijwateren van de Cookeilanden": de wateren waarover de Cookeilanden soevereine rechten of jurisdictie over visserijaangelegenheden hebben;
(g)"vangstgebieden van de Cookeilanden": het deel van de visserijwateren van de Cookeilanden waar de Cookeilanden Unievaartuigen toestaan visserijactiviteiten te verrichten, zoals beschreven in het aan deze overeenkomst gehechte protocol en de bijlage daarbij;
(h)"reder": de persoon die juridisch verantwoordelijk is voor een vissersvaartuig, de werking ervan controleert en de leiding erover heeft;
(i)"abnormale omstandigheden": andere omstandigheden dan natuurverschijnselen die aan de redelijke controle van een van de partijen ontsnappen en de uitoefening van de visserijactiviteiten in de vangstgebieden van de Cookeilanden verhinderen.
Artikel 2 - Toepassingsgebied
Bij deze overeenkomst worden de beginselen, regels en procedures vastgesteld met betrekking tot:
(a)de voorwaarden waaronder de Unievaartuigen visserijactiviteiten in de vangstgebieden van de Cookeilanden mogen uitoefenen;
(b)de economische, financiële, technische en wetenschappelijke samenwerking in de visserijsector die erop gericht is de verantwoorde visserij in de visserijwateren van de Cookeilanden te bevorderen met het oog op de instandhouding en duurzame exploitatie van de visbestanden en de ontwikkeling van de visserijsector van de Cookeilanden;
(c)de samenwerking wat de beheers, controle en bewakingsmaatregelen voor het toezicht op de visserij in de visserijwateren van de Cookeilanden betreft, die tot doel heeft te garanderen dat de bovengenoemde regels en voorwaarden in acht worden genomen en dat de maatregelen voor de instandhouding van de visbestanden en het beheer van de visserijactiviteiten doeltreffend zijn, met name voor de bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij.
Artikel 3 - Beginselen en doelstellingen waarop de uitvoering van deze overeenkomst gebaseerd is
1.De partijen verbinden zich ertoe om in de wateren van de Cookeilanden een verantwoorde visserij, als bedoeld in de FAO-gedragscode voor een verantwoorde visserij, te bevorderen op basis van het non-discriminatiebeginsel.
2.De autoriteiten van de Cookeilanden verbinden zich ertoe om aan andere buitenlandse vloten die in de vangstgebieden van de Cookeilanden actief zijn, dezelfde kenmerken hebben en op dezelfde soorten vissen als die waarop deze overeenkomst betrekking heeft, geen gunstiger voorwaarden toe te kennen dan in deze overeenkomst zijn vastgelegd.
3.Met het oog op transparantie verbinden de Cookeilanden zich ertoe om elke overeenkomst waarbij aan buitenlandse vloten toestemming wordt verleend om in de onder de jurisdictie van de Cookeilanden vallende wateren te vissen, publiek te maken. De gemengde commissie zal de desbetreffende informatie over de vangstcapaciteit in de wateren van de Cookeilanden beoordelen.
4.De partijen verbinden zich ertoe deze overeenkomst ten uitvoer te leggen overeenkomstig artikel 9 van de overeenkomst van Cotonou betreffende de mensenrechten, de democratische beginselen en de rechtsstaat en volgens de procedure van de artikelen 8 en 96 van die overeenkomst.
5.De partijen verbinden zich ertoe erop toe te zien dat deze overeenkomst wordt uitgevoerd volgens de beginselen van goed economisch en sociaal bestuur, rekening houdend met de toestand van de visbestanden.
6.De verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) over de fundamentele beginselen en rechten op het werk is volledig van toepassing op alle zeelieden die worden aangemonsterd op Unievaartuigen, met name wat betreft de vrijheid van vereniging, het recht op collectieve onderhandeling van werknemers en de bestrijding van discriminatie in arbeid en beroep.
7.De partijen raadplegen elkaar voordat zij een besluit nemen dat van invloed kan zijn op de activiteiten van de Unievaartuigen in het kader van deze overeenkomst.
Artikel 4 — Toegang van Unievaartuigen tot de vangstgebieden van de Cookeilanden
1.De Unievaartuigen mogen slechts in de vangstgebieden van de Cookeilanden vissen als zij in het bezit zijn van een vismachtiging die op grond van deze overeenkomst is afgegeven. Visserijactiviteiten buiten het kader van deze overeenkomst zijn verboden.
2.De autoriteiten van de Cookeilanden geven, behalve de vismachtigingen op grond van deze overeenkomst, geen andere vismachtigingen aan Unievaartuigen af. De afgifte van vismachtigingen aan Unievaartuigen buiten het kader van deze overeenkomst, met name in de vorm van particuliere vergunningen, is verboden.
3.De procedure voor het verkrijgen van een vismachtiging voor een vaartuig, de geldende rechten en de wijze van betaling door de reder zijn vermeld in de bijlage bij het protocol.
Artikel 5 - Financiële tegenprestatie
1.De Unie betaalt de Cookeilanden overeenkomstig de in het protocol en de bijlage bij deze overeenkomst vastgestelde voorwaarden een financiële tegenprestatie om:
a)een deel van de kosten voor de toegang van de Unievaartuigen tot de vangstgebieden en de visbestanden van de Cookeilanden — maar niet de toegangskosten die voor rekening van de reders zijn — te vergoeden;
b)de capaciteit van de Cookeilanden om een duurzaam visserijbeleid te ontwikkelen, via sectorale steun te versterken.
2.De in lid 1, onder b), bedoelde financiële tegenprestatie in de vorm van sectorale steun:
a)staat los van de betalingen voor de toegangskosten als bedoeld in lid 1, onder a),
b)is afhankelijk van de verwezenlijking van de doelstellingen van de sectorale steun voor de Cookeilanden overeenkomstig het protocol en de jaarlijkse en meerjarige programmering voor de uitvoering daarvan.
3.De door de Unie toegekende financiële tegenprestatie wordt elk jaar betaald overeenkomstig het protocol:
a)het bedrag van de in lid 1, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie kan door de gemengde commissie worden herzien naar aanleiding van:
(1)een verlaging van de vangstmogelijkheden voor de Unievaartuigen met het oog op het beheer van de betrokken bestanden, wanneer zulks op basis van het beste beschikbare wetenschappelijke advies nodig wordt geacht voor de instandhouding en de duurzame exploitatie van de bestanden, of
(2) een verhoging van de vangstmogelijkheden voor de Unievaartuigen wanneer zulks, gezien de toestand van de betrokken bestanden, volgens het beste beschikbare wetenschappelijke advies mogelijk is;
b)het bedrag van de in lid 1, onder b), bedoelde financiële tegenprestatie kan worden herzien als gevolg van een herevaluatie van de voorwaarden voor de financiële steun voor de uitvoering van een sectoraal visserijbeleid op de Cookeilanden, voor zover dit gerechtvaardigd is op grond van de door de gemengde commissie geconstateerde specifieke resultaten van de jaarlijkse en meerjarige programmering;
c)de financiële tegenprestatie kan worden geschorst als gevolg van de toepassing van de artikelen 13 en 14.
Artikel 6 - Gemengde commissie
1.Er wordt een gemengde commissie van adequate vertegenwoordigers van de Unie en de Cookeilanden opgericht. Deze commissie is verantwoordelijk voor de monitoring van de toepassing van deze overeenkomst en kan wijzigingen in het protocol, de bijlage en de aanhangsels vaststellen.
2.De gemengde commissie heeft met name de volgende monitoringtaken:
a)monitoring van de uitvoering, interpretatie en toepassing van deze overeenkomst en met name de vaststelling van de in artikel 5, lid 2, bedoelde jaarlijkse en meerjarige programmering en de evaluatie van de uitvoering daarvan;
b)optreden als contactorgaan voor vraagstukken van gemeenschappelijk belang op visserijgebied;
c)fungeren als forum voor de minnelijke schikking van geschillen over de interpretatie of toepassing van de overeenkomst.
3.Wat besluitvorming betreft, heeft de gemengde commissie tot taak wijzigingen in het protocol, de bijlage en de aanhangsels bij deze overeenkomst vast te stellen die verband houden met:
a)de herziening van het niveau van de vangstmogelijkheden en, bijgevolg, van de betrokken financiële tegenprestatie;
b)de procedures voor de sectorale steun;
c)de technische voorwaarden en modaliteiten waaronder de Unievaartuigen hun visserijactiviteiten verrichten.
4.De gemengde commissie oefent haar functies uit in overeenstemming met de doelstellingen van deze overeenkomst en met de regels van de betrokken regionale visserijorganisaties en neemt daarbij de resultaten van het in artikel 8 bedoelde wetenschappelijke overleg in acht.
5.De gemengde commissie komt minstens eenmaal per jaar bijeen, afwisselend op de Cookeilanden en in de Unie, of zoals anders bepaald door de beide partijen, en wordt voorgezeten door de partij die de vergadering organiseert. Op verzoek van een van beide partijen belegt de gemengde commissie een buitengewone vergadering. De besluiten worden met consensus genomen en worden bij de goedgekeurde notulen van de vergadering gevoegd. Zij treden in werking op de datum waarop de partijen elkaar ervan in kennis stellen dat de procedures voor de vaststelling ervan zijn afgerond.
6.De gemengde commissie kan een eigen reglement van orde vaststellen.
Artikel 7 - Bevordering van de samenwerking tussen de economische actoren en in het maatschappelijk middenveld
1.De partijen bevorderen economische, wetenschappelijke en technische samenwerking in de visserijsector en de daarmee verwante sectoren. Met name plegen zij onderling overleg om de verschillende maatregelen die in dit verband kunnen worden genomen, te vergemakkelijken en te bevorderen.
2.De partijen verbinden zich ertoe de uitwisseling van informatie over vistechnieken, vistuig, conserveringsmethoden en procedés voor de industriële verwerking van visserijproducten te bevorderen.
3.De partijen spannen zich zo nodig in om, door de aanmoediging van het scheppen van een voor ondernemingen en investeerders gunstig klimaat, de voorwaarden te creëren die de betrekkingen tussen hun bedrijven op technisch, economisch en commercieel gebied bevorderen.
4.De partijen stimuleren zo nodig de oprichting van op hun wederzijdse belang gerichte joint ventures die de wetgeving van de Cookeilanden en van de Unie stelselmatig in acht nemen.
Artikel 8 - Wetenschappelijke samenwerking
1.Tijdens de looptijd van deze overeenkomst streven de Unie en de Cookeilanden naar samenwerking bij de monitoring van de ontwikkeling van de visbestanden in de wateren van de Cookeilanden.
2.De partijen verbinden zich ertoe om elkaar zo nodig in het kader van een gemengde wetenschappelijke werkgroep of van de betrokken regionale en internationale organisaties te raadplegen met het oog op een beter beheer en een betere instandhouding van de mariene levende rijkdommen van de westelijke en centrale Stille Oceaan, en om samen te werken ten behoeve van het wetenschappelijk onderzoek ter zake.
Artikel 9 - Samenwerking op het gebied van monitoring, controle en bewaking en op het gebied van bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij
De partijen verbinden zich ertoe om, met het oog op een verantwoorde en duurzame visserij, samen te werken om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te bestrijden.
Artikel 10 - Toepassingsgebied
Deze overeenkomst is van toepassing, enerzijds, op het grondgebied waar het Verdrag betreffende de Europese Unie van toepassing is, onder de in dat Verdrag gestelde voorwaarden, en, anderzijds, op de Cookeilanden.
Artikel 11 - Toepasselijk recht
1.De Unievaartuigen die in de vangstgebieden van de Cookeilanden actief zijn, moeten voldoen aan de toepasselijke wet- en regelgeving van de Cookeilanden, tenzij in de overeenkomst anders is bepaald. De autoriteiten van de Cookeilanden leggen de autoriteiten van de Unie de toepasselijke wet- en regelgeving voor.
2.De Cookeilanden verbinden zich ertoe al het nodige te doen voor de doeltreffende toepassing van de in deze overeenkomst opgenomen bepalingen inzake monitoring, controle en bewaking van de visserij. De Unievaartuigen werken samen met de autoriteiten van de Cookeilanden die voor de uitvoering van die monitoring, controle en bewaking bevoegd zijn.
3.De Unie verbindt zich ertoe al het nodige te doen om ervoor te zorgen dat haar vaartuigen deze overeenkomst en de wetgeving inzake de uitoefening van de visserij in de visserijwateren van de Cookeilanden in acht nemen.
4.De partijen raadplegen elkaar voordat zij een besluit nemen dat van invloed kan zijn op de activiteiten van de Unievaartuigen in het kader van deze overeenkomst. Beide partijen stellen elkaar in kennis van alle wijzigingen in hun visserijbeleid of wetgeving die van invloed kunnen zijn op de activiteiten van Unievaartuigen in het kader van deze overeenkomst. Eventuele wijzigingen van de wetgeving of nieuwe wetgeving van de Cookeilanden met gevolgen voor de activiteiten van de Unievaartuigen zijn ten aanzien van de Unievaartuigen afdwingbaar met ingang van de 60e dag na de dag waarop de autoriteiten van de Unie de kennisgeving van de Cookeilanden hebben ontvangen.
Artikel 12 - Looptijd
Deze overeenkomst is geldig voor een periode van acht jaar, te rekenen vanaf de datum waarop zij voorlopig van toepassing wordt. Zij wordt stilzwijgend verlengd voor telkens een periode van acht jaar, tenzij zij overeenkomstig artikel 14 wordt opgezegd.
Artikel 13 – Schorsing
1.De toepassing van deze overeenkomst kan op initiatief van elk van beide partijen worden geschorst in de volgende omstandigheden:
(a)abnormale omstandigheden die de uitoefening van visserijactiviteiten in de vangstgebieden van de Cookeilanden verhinderen; of
(b)als er tussen de partijen een geschil ontstaat over de interpretatie of de toepassing van deze overeenkomst; of
(c)als een van de partijen deze overeenkomst, en met name artikel 3, lid 4, met betrekking tot de eerbiediging van de mensenrechten, niet naleeft; of
(d)als de beleidsrichtsnoeren die tot de sluiting van deze overeenkomst hebben geleid, ingrijpend worden gewijzigd en een van beide partijen naar aanleiding daarvan een verzoek tot wijziging indient.
2.De schorsing van de toepassing van de overeenkomst wordt door de belanghebbende partij schriftelijk aan de andere partij meegedeeld en treedt drie maanden na ontvangst van die kennisgeving in werking. Door deze kennisgeving te versturen wordt het overleg tussen de partijen geopend, waarbij het de bedoeling is binnen drie maanden een minnelijke oplossing voor hun geschil te vinden.
3.Als het geschil niet in der minne wordt opgelost en er een schorsing wordt toegepast, blijven de partijen met elkaar overleg plegen om tot een schikking voor hun geschil te komen. Wanneer zij tot een dergelijke schikking komen, wordt de uitvoering van de overeenkomst hervat en wordt het bedrag van de in artikel 5 bedoelde financiële tegenprestatie evenredig en pro rata temporis verlaagd afhankelijk van de duur van de schorsing, tenzij anders bepaald.
Artikel 14 - Opzegging
1.Deze overeenkomst kan door een van de partijen worden opgezegd, met name in de volgende omstandigheden:
(a)abnormale omstandigheden,
(b)een verslechtering van de betrokken visbestanden,
(c)wanneer de aan de Unievaartuigen toegestane vangstmogelijkheden slechts in beperkte mate worden benut, of
(d)wanneer de door de partijen aangegane verbintenissen op het gebied van de bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij niet worden nagekomen.
2.De opzegging van de overeenkomst wordt door de betrokken belanghebbende partij schriftelijk aan de andere partij meegedeeld en treedt zes maanden na ontvangst van die kennisgeving in werking, tenzij de partijen in onderlinge overeenstemming besluiten die termijn te verlengen.
3.Vanaf het tijdstip van de kennisgeving van de opzegging plegen de partijen met elkaar overleg om binnen zes maanden tot een minnelijke schikking van hun geschil te komen.
4.De in artikel 5 bedoelde financiële tegenprestatie wordt evenredig en pro rata temporis verlaagd voor het jaar waarin de opzegging in werking treedt.
Artikel 15 – Protocol en bijlage
Het protocol, de bijlage en de aanhangsels vormen een integrerend deel van deze overeenkomst.
Artikel 16 - Voorlopige toepassing
Deze overeenkomst wordt, zodra zij door de partijen wordt ondertekend, voorlopig van toepassing alvorens in werking te treden.
Artikel 17 – Inwerkingtreding
Deze overeenkomst is opgesteld in de Bulgaarse, de Spaanse, de Tsjechische, de Deense, de Duitse, de Estse, de Griekse, de Engelse, de Franse, de Ierse, de Kroatische, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de Hongaarse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Slowaakse, de Sloveense, de Finse en de Zweedse taal, waarbij alle teksten gelijkelijk authentiek zijn.
Zij treedt in werking wanneer de partijen elkaar ervan in kennis hebben gesteld dat de vereiste procedures zijn afgerond.
BIJLAGE II
Protocol voor de tenuitvoerlegging van de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie en de regering van de Cookeilanden
Artikel 1 - Geldigheidsduur en vangstmogelijkheden
1. De bij artikel 4 van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij toegekende vangstmogelijkheden worden voor een periode van vier jaar vanaf de datum waarop het protocol voorlopig van toepassing wordt, vastgesteld op:
vier (4) vaartuigen voor de tonijnvisserij met de ringzegen waarmee wordt gevist op sterk migrerende soorten als opgenomen in bijlage 1 bij het Zeerechtverdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee van 1982.
2. Lid 1 is van toepassing onverminderd de artikelen 5 en 6 van dit protocol.
3. Op grond van artikel 4 van de overeenkomst mogen Unievaartuigen slechts visserijactiviteiten in de vangstgebieden van de Cookeilanden uitoefenen als zij in het bezit zijn van een vismachtiging die op grond van dit protocol overeenkomstig de bijlage is afgegeven.
Artikel 2 - Financiële tegenprestatie - Betalingswijze
1.De in artikel 5 van de overeenkomst bedoelde totale financiële tegenprestatie wordt, voor de in artikel 1 bepaalde periode, vastgesteld op twee miljoen achthonderdzeventigduizend (2 870 000) EUR voor de hele duur van dit protocol.
2. Deze totale financiële tegenprestatie omvat twee van elkaar losstaande onderdelen:
(a)een jaarlijks bedrag voor de toegang tot de vangstgebieden van de Cookeilanden ten belope van driehonderdvijfentachtigduizend (385 000) EUR voor het eerste en het tweede jaar en driehonderdvijftigduizend (350 000) EUR voor het derde en het vierde jaar, wat overeenkomt met een referentiehoeveelheid van 7 000 ton per jaar, en
(b)een specifiek jaarlijks bedrag van driehonderdvijftigduizend (350 000) EUR voor de ondersteuning en tenuitvoerlegging van het sectorale visserijbeleid van de Cookeilanden.
3.Lid 1 is van toepassing onverminderd de artikelen 3, 5 en 6 van dit protocol.
4. Voor het eerste jaar betaalt de Unie de in lid 2, onder a), bedoelde bedragen uiterlijk negentig (90) dagen na het begin van de voorlopige toepassing van dit protocol, en voor de volgende jaren uiterlijk op de verjaardag van de voorlopige toepassing van dit protocol.
5. De autoriteiten van de Cookeilanden monitoren de ontwikkeling van de visserijactiviteiten van de Unievaartuigen met het oog op een adequaat beheer van de voor de Unie beschikbare vangstmogelijkheden, rekening houdend met de toestand van het visbestand en de desbetreffende instandhoudings- en beheersmaatregelen.
(a)Wanneer de gemelde vangsten van de Unievaartuigen in de vangstgebieden van de Cookeilanden in totaal 80 % van de referentietonnage bereiken, stellen de Cookeilanden de autoriteiten van de Unie daarvan in kennis. Na ontvangst van deze kennisgeving stellen de autoriteiten van de Unie op hun beurt de lidstaten daarvan onmiddellijk in kennis.
(b)Zodra het niveau van 80 % van de referentietonnage is bereikt, monitoren de Cookeilanden dagelijks de omvang van de vangsten van de Unievaartuigen en zodra de referentietonnage wordt bereikt, stellen zij de autoriteiten van de Unie daarvan onmiddellijk in kennis. Na ontvangst van de kennisgeving van de Cookeilanden stellen de autoriteiten van de Unie op hun beurt ook de lidstaten daarvan onmiddellijk in kennis.
(c)Wanneer de vangsten van de Unievaartuigen 80 % van de referentietonnage hebben bereikt, plegen de partijen onmiddellijk overleg met elkaar en analyseren zij de relatie tussen de vangsten van de Unievaartuigen en de in de nationale wetgeving van de Cookeilanden vastgestelde visserijbeperkingen om ervoor te zorgen dat die wetgeving wordt nageleefd. In het kader van dit overleg kan de gemengde commissie de Unievaartuigen een extra vangsttonnage toestaan.
(d)Vanaf de datum van de kennisgeving door de Cookeilanden aan de Unie dat de referentietonnage is bereikt, wordt het eenheidstarief dat de reders betalen, voor vangsten boven de referentiehoeveelheid van zevenduizend (7 000) ton met 80 % van het eenheidstarief voor het betrokken jaar verhoogd tot het einde van de looptijd van de jaarlijkse vismachtigingen. Het aandeel van de Unie blijft ongewijzigd. De Unie mag jaarlijks niet meer betalen dan het dubbele van het in artikel 2, lid 2, onder a), vermelde bedrag. Indien de Unievaartuigen meer vangen dan de hoeveelheid die met het dubbele van het totaalbedrag van de jaarlijkse betaling van de Unie overeenstemt, wordt het voor de extra hoeveelheid verschuldigde bedrag het jaar daarop betaald.
6. De beslissing over de bestemming van de in artikel 2, lid 2, onder a), gespecificeerde financiële tegenprestatie valt onder de exclusieve bevoegdheid van de autoriteiten van de Cookeilanden.
7. Elk onderdeel van de in lid 2 bedoelde financiële tegenprestatie wordt overgemaakt op een aangewezen bankrekening van de regering van de Cookeilanden. De in lid 2, onder b), bedoelde financiële tegenprestatie wordt ter beschikking gesteld van de bevoegde entiteit die de sectorale steun voor de visserij ten uitvoer legt. De autoriteiten van de Cookeilanden verstrekken de autoriteiten van de Unie tijdig de gegevens over de bankrekening, alsook informatie over de betrokken begrotingslijn in het nationale begrotingsrecht. De gegevens over de bankrekening moeten ten minste bestaan uit: de naam van de begunstigde entiteit, de naam en het adres van de houder van de bankrekening, de naam van de bank, de SWIFT-code en het IBAN-nummer.
Artikel 3 - Sectorale steun
1. De gemengde commissie stelt uiterlijk 120 dagen na de datum waarop het protocol voorlopig van toepassing wordt, een meerjarig sectoraal programma, met toepassingsbepalingen, vast waarin de volgende elementen zijn opgenomen:
(a)de op meerjarige en jaarbasis vastgestelde richtsnoeren voor de bestemming van het in artikel 2, lid 2, onder b), genoemde specifieke bedrag van de financiële tegenprestatie;
(b)de jaarlijkse en meerjarige doelstellingen die na verloop van tijd moeten zijn bereikt, teneinde het bestuurskader vast te stellen, met o.m. de ontwikkeling en instandhouding van de vereiste wetenschappelijke en onderzoeksinstellingen, de overlegprocessen met de belangengroepen te bevorderen en de monitoring, controle en bewakingscapaciteit en andere capaciteitsopbouwende elementen te versterken met als doel de Cookeilanden te helpen hun nationale beleid inzake duurzame visserij verder te versterken. Bij de doelstellingen wordt rekening gehouden met de door de Cookeilanden in hun nationale beleidslijnen opgenomen prioriteiten die betrekking hebben op of gevolgen hebben voor de bevordering van een verantwoorde en duurzame visserij, waaronder de beschermde mariene gebieden;
(c)de criteria en de procedures, met inbegrip van, indien van toepassing, begrotingsindicatoren en financiële indicatoren, voor de beoordeling van de resultaten die elk jaar worden bereikt.
2.Voorstellen tot wijziging van het meerjarige sectorale programma worden door de gemengde commissie goedgekeurd.
3.Als een van de partijen een buitengewone vergadering van de gemengde commissie wenst, stuurt zij daartoe ten minste 14 dagen vóór de datum van de voorgestelde vergadering een schriftelijk verzoek.
4.Elk jaar gaan de twee partijen in het kader van de gemengde commissie na of bij de uitvoering van het goedgekeurde meerjarige sectorale programma bepaalde specifieke resultaten zijn behaald.
(a)De Cookeilanden leggen elk jaar een voortgangsverslag over de met de sectorale steun uitgevoerde acties en de daarmee bereikte resultaten voor, dat door de gemengde commissie wordt onderzocht. Vóór het verstrijken van dit protocol stellen de Cookeilanden ook een eindverslag op. Zo nodig kunnen de partijen de tenuitvoerlegging van de sectorale steun ook na afloop van het protocol blijven monitoren.
(b)Het specifieke bedrag van de in artikel 2, lid 2, onder b), bedoelde financiële tegenprestatie wordt betaald in tranches. De tranche voor het eerste jaar van het protocol wordt betaald op basis van de behoeften die als onderdeel van de goedgekeurde programmering zijn vastgesteld. De tranches voor de volgende jaren van de toepassing worden betaald op basis van de behoeften die als onderdeel van de goedgekeurde programmering zijn vastgesteld, en op basis van een analyse van de resultaten die bij de uitvoering van de sectorale steun zijn bereikt. De tranches worden uiterlijk 45 dagen na het besluit van de gemengde commissie betaald.
5.De Unie behoudt zich het recht voor om de betaling van de in artikel 2, lid 2, onder b), vastgestelde specifieke financiële tegenprestatie geheel of gedeeltelijk te herzien en/of te schorsen:
(a)
wanneer uit een evaluatie door de gemengde commissie blijkt dat de bereikte resultaten sterk van de programmering afwijken;
(b)
wanneer die financiële tegenprestatie niet is benut als bepaald door de gemengde commissie.
6.De betaling van de financiële tegenprestatie wordt na overleg tussen de partijen en goedkeuring door de gemengde commissie hervat wanneer dit gerechtvaardigd is op basis van de resultaten van de uitvoering van de goedgekeurde programmering als bedoeld in lid 1. De in artikel 2, lid 2, onder b), vastgestelde specifieke financiële tegenprestatie kan evenwel slechts worden betaald tot uiterlijk zes (6) maanden na het verstrijken van het protocol.
7.Zo nodig kunnen de Cookeilanden elk jaar een extra bedrag, afkomstig van het in artikel 2, lid 2, onder a), bedoelde bedrag, aan de in artikel 2, lid 2, onder b), bedoelde financiële tegenprestatie toewijzen voor de tenuitvoerlegging van het meerjarige programma. Deze toewijzing wordt uiterlijk twee (2) maanden na de verjaardag van de start van de voorlopige toepassing van dit protocol aan de Unie meegedeeld.
8.De partijen verbinden zich ertoe zichtbaarheid te geven aan de met sectorale steun uitgevoerde maatregelen.
Artikel 4 - Wetenschappelijke samenwerking voor een verantwoorde visserij
1.Gedurende de looptijd van dit protocol werken de partijen, die de soevereiniteit van de Cookeilanden over hun eigen visbestanden erkennen, samen om de toestand van de visbestanden in de visserijwateren van de Cookeilanden te monitoren.
2.Zo nodig werken de partijen ook samen om relevante statistische, biologische, instandhoudings- en milieu-informatie die van invloed is op de activiteiten van de Unievaartuigen in de visserijwateren van de Cookeilanden, uit te wisselen met het oog op het beheer en de instandhouding van de mariene levende rijkdommen.
3.De partijen verbinden zich ertoe de samenwerking op het gebied van de instandhouding en het verantwoord visserijbeheer in de Commissie voor de visserij in de westelijke en centrale Stille Oceaan (WCPFC) en alle andere betrokken subregionale, regionale en internationale organisatie te bevorderen, en de gemengde commissie kan maatregelen nemen met het oog op een duurzaam beheer van de visbestanden van de Cookeilanden.
Artikel 5 - Herziening, door de gemengde commissie, van de vangstmogelijkheden en de technische maatregelen
1.De gemengde commissie kan de in artikel 1 bedoelde vangstmogelijkheden herbeoordelen en tot herziening daarvan besluiten voor zover de resoluties en instandhoudings- en beheersmaatregelen van de WCPFC de stelling ondersteunen dat die aanpassing het duurzame beheer van tonijn en tonijnachtigen in de westelijke en centrale Stille Oceaan ten goede zal komen, waarbij wordt opgemerkt dat de partijen bijzonder belang hebben bij het beheer van het bestand van grootoogtonijn.
2.In dat geval wordt de in artikel 2, lid 2, onder a), bedoelde financiële tegenprestatie evenredig en pro rata temporis aangepast. De Unie mag jaarlijks evenwel niet meer betalen dan het dubbele van het in artikel 2, lid 2, onder a), vermelde bedrag.
3.Zo nodig kan de gemengde commissie ook de technische bepalingen van het protocol en de bijlage daarbij onderzoeken en besluiten die in onderlinge overeenstemming aan te passen.
Artikel 6 - Nieuwe vangstmogelijkheden en experimentele visserij
1.Indien de Unievaartuigen belangstelling krijgen voor visserijactiviteiten waarin niet is voorzien in artikel 1 van dit protocol, plegen de partijen in het kader van de gemengde commissie onderling overleg voordat voor dergelijke activiteiten machtiging kan worden gegeven, en stellen zij indien nodig de voorwaarden voor die visserijactiviteiten vast, waarbij zij de overeenkomstige wijzigingen aanbrengen in dit protocol en de bijlage daarbij.
2.Op verzoek van een van beide partijen bepaalt de gemengde commissie per geval de soort, de voorwaarden en andere relevante parameters.
3.De Unievaartuigen doen aan experimentele visserij volgens de parameters die door de gemengde commissie worden vastgesteld, desgevallend in een administratieve regeling. Machtigingen voor experimentele visserij worden toegekend voor ten hoogste zes maanden, afhankelijk van de toestand van het bestand.
4.Als de partijen van oordeel zijn dat de experimentele visserij positieve resultaten heeft opgeleverd, kennen de autoriteiten van de Cookeilanden de Unie tot aan het verstrijken van dit protocol een aandeel in de vangstmogelijkheden voor de nieuwe soort toe dat in verhouding staat tot de bijdrage van de Unievaartuigen aan de experimentele visserij. In dat geval wordt de in artikel 2, lid 2, onder a), van dit protocol bedoelde financiële tegenprestatie dienovereenkomstig verhoogd. De door de reders te betalen rechten en andere voorwaarden die in de bijlage zijn vastgesteld, worden dienovereenkomstig gewijzigd. De gemengde commissie brengt de overeenkomstige wijzigingen aan in dit protocol en de bijlage daarbij.
Artikel 7 – Schorsing
1.Dit protocol, inclusief de betaling van de in artikel 2, lid 2, onder a) en b), bedoelde financiële tegenprestatie, kan op initiatief van elk van beide partijen worden geschorst in de gevallen en onder de voorwaarden die in artikel 13 van de overeenkomst zijn vastgesteld.
2.Onverminderd artikel 3 kan de betaling van de financiële tegenprestatie worden hervat zodra de aan de in artikel 13 van de overeenkomst genoemde omstandigheden voorafgaande situatie is hersteld of een regeling is getroffen overeenkomstig de overeenkomst.
Artikel 8 – Opzegging
Dit protocol kan op initiatief van elk van beide partijen worden opgezegd in de gevallen en onder de voorwaarden die in artikel 14 van de overeenkomst zijn vastgesteld.
Artikel 9 - Vertrouwelijkheid
1.De Cookeilanden beschermen de vertrouwelijkheid en de veiligheid van de commercieel gevoelige gegevens over de visserijactiviteiten van de Unie in de visserijwateren van de Cookeilanden op een wijze die minstens even strikt is als de normen die de WCPFC-commissie in haar informatiebeveiligingsbeleid voor het WCPFC-secretariaat heeft vastgesteld.
2.Beide partijen zien erop toe dat, overeenkomstig de regels en procedures van de WCPFC voor de bescherming van, de toegang tot en de verspreiding van door de WCPFC verzamelde gegevens, alleen tot het publieke domein behorende geaggregeerde gegevens over de visserijactiviteiten van de Unievaartuigen in de visserijwateren van de Cookeilanden worden verspreid. Gegevens die op grond van afdeling 4.1 van die regels en procedures van de WCPFC worden omschreven als niet tot het publieke domein behorend en gegevens die op een andere wijze als vertrouwelijk kunnen worden beschouwd, worden uitsluitend voor de toepassing van de overeenkomst gebruikt.
Artikel 10 - Elektronische gegevensuitwisseling
1.De Cookeilanden en de Unie verbinden zich ertoe de nodige systemen in te voeren voor de elektronische uitwisseling van alle met de tenuitvoerlegging van de overeenkomst en het protocol verband houdende gegevens en documenten. De elektronische vorm van een document wordt op elk moment als gelijkwaardig aan de papieren versie beschouwd.
2.Elke partij stelt de andere partij onverwijld in kennis van iedere storing van een computersysteem die een dergelijke uitwisseling verhindert. In die omstandigheden worden de met de uitvoering van de overeenkomst en het protocol verband houdende gegevens en documenten automatisch vervangen door de papieren versie ervan overeenkomstig de in de bijlage vastgestelde bepalingen.
Artikel 11 - Verplichtingen na het verstrijken of de opzegging van het protocol
Na het verstrijken van het protocol of na de opzegging ervan overeenkomstig artikel 14 van de overeenkomst blijven de reders van de Unie aansprakelijk voor elke schending van de overeenkomst, het protocol of de wetten van de Cookeilanden die vóór het verstrijken of de opzegging van het protocol is begaan, en voor de visrechten of andere verschuldigde bedragen die bij het verstrijken of de opzegging van het protocol niet zijn betaald.
Artikel 12 - Voorlopige toepassing
Dit protocol wordt, zodra het door de partijen wordt ondertekend, voorlopig van toepassing alvorens in werking te treden.
Artikel 13 - Inwerkingtreding
Dit protocol treedt in werking wanneer de partijen elkaar ervan in kennis hebben gesteld dat de vereiste procedures zijn afgerond.
BIJLAGE
VOORWAARDEN VOOR DE UITOEFENING VAN VISSERIJACTIVITEITEN DOOR DE UNIEVAARTUIGEN IN HET KADER VAN HET PROTOCOL TOT VASTSTELLING VAN DE VANGSTMOGELIJKHEDEN EN DE FINANCIËLE TEGENPRESTATIE WAARIN IS VOORZIEN BIJ DE PARTNERSCHAPSOVEREENKOMST INZAKE DUURZAME VISSERIJ TUSSEN DE EUROPESE UNIE EN DE COOKEILANDEN
Hoofdstuk I – Algemene bepalingen
Afdeling 1
Definities
1.Onder "bevoegde autoriteit" wordt verstaan:
(a)voor de Europese Unie (hierna "de Unie" genoemd): de Europese Commissie;
(b)voor de Cookeilanden: het Ministerie voor Mariene Hulpbronnen.
De contactgegevens van de bevoegde autoriteiten zijn opgenomen in aanhangsel 1.
2.Onder "vismachtiging" wordt verstaan: een geldig recht of vergunning om volgens de in deze bijlage vastgestelde voorwaarden in de aangegeven vangstgebieden met behulp van specifiek vistuig visserijactiviteiten te verrichten met betrekking tot specifieke soorten.
3.Onder "delegatie" wordt verstaan: de delegatie van de Unie in Suva, Fiji.
4.Onder "overmacht" wordt verstaan: het verlies of de langdurige immobilisatie van een vaartuig wegens een ernstige technische storing.
Afdeling 2
Vangstgebieden
1.De Unievaartuigen die in het bezit zijn van een vismachtiging die de Cookeilanden in het kader van de overeenkomst hebben afgegeven, mogen visserijactiviteiten verrichten in de vangstgebieden van de Cookeilanden, d.w.z. de visserijwateren van de Cookeilanden met uitzondering van de beschermde of verboden gebieden. De Cookeilanden delen de Unie vóór het begin van de voorlopige toepassing van de overeenkomst de coördinaten mee van de visserijwateren van de Cookeilanden, van de beschermde gebieden en van de gesloten vangstgebieden.
2.Overeenkomstig artikel 11 van de overeenkomst delen de Cookeilanden de Unie alle eventuele wijzigingen van de genoemde gebieden mee.
Afdeling 3
Gemachtigde van het vaartuig
Alle Unievaartuigen waarvoor een vismachtiging wordt aangevraagd, kunnen worden vertegenwoordigd door een gemachtigde (onderneming of particulier) die op de Cookeilanden is gevestigd en van wie de gegevens naar behoren aan de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden zijn meegedeeld.
Afdeling 4
In aanmerking komende Unievaartuigen
Een Unievaartuig komt slechts voor een vismachtiging in aanmerking als voor de reder, de kapitein en het vaartuig zelf geen verbod tot uitoefening van de visserij in de visserijwateren van de Cookeilanden geldt. De Unievaartuigen moeten in overeenstemming zijn met de wettelijke bepalingen van de Cookeilanden en moeten in het verleden bij hun visserijactiviteiten in de wateren van de Cookeilanden alle verplichtingen in het kader van de met de Unie gesloten visserijovereenkomsten zijn nagekomen. Voorts moeten zij aan de toepasselijke wetgeving van de Unie betreffende vismachtigingen voldoen, moeten zij zijn opgenomen in het WCPFC-register van vissersvaartuigen en in het register van het Forum Fisheries Agency (FFA) van vaartuigen die in goede staat zijn, en mogen zij niet voorkomen op de lijst van IOO-vaartuigen van een regionale organisatie voor visserijbeheer.
Hoofdstuk II - Beheer van vismachtigingen
Afdeling 1
Geldigheidsduur van de vismachtiging
1.De vismachtiging die op grond van dit protocol wordt afgegeven, is geldig voor een periode van twaalf maanden en kan worden verlengd. Met het oog op de bepaling van het begin van de geldigheidsduur wordt onder "jaarlijkse periode" verstaan:
(a)voor het jaar waarin het protocol voorlopig van toepassing wordt, de periode tussen de datum waarop het protocol voorlopig van toepassing wordt en 31 december van datzelfde jaar;
(b)vervolgens elk volledig kalenderjaar;
(c)voor het jaar waarin het protocol verstrijkt, de periode tussen 1 januari en de datum waarop het protocol verstrijkt.
2.Voor de eerste en de laatste jaarlijkse periode wordt de door de reders op grond van afdeling 5, punt 2, verschuldigde betaling pro rata temporis berekend.
Afdeling 2
Aanvraag van een vismachtiging
1.Alleen in aanmerking komende Unievaartuigen, als omschreven in hoofdstuk I, afdeling 4, van deze bijlage, kunnen een vismachtiging krijgen.
2.Ten minste twintig werkdagen vóór het begin van de in afdeling 1 van dit hoofdstuk omschreven jaarlijkse geldigheidsperiode van de vismachtiging dient de bevoegde autoriteit van de Unie bij de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden, met kopie aan de delegatie, een elektronische aanvraag voor een vismachtiging in voor elk vaartuig dat wenst te vissen op grond van de partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij tussen de Europese Unie en de regering van de Cookeilanden (hierna "de overeenkomst" genoemd).
3.Als vóór het begin van de jaarlijkse geldigheidsperiode geen aanvraag voor een vismachtiging is ingediend, kan de reder dit nog uiterlijk twintig werkdagen vóór de gewenste aanvang van de visserijactiviteiten doen. In die gevallen is de vismachtiging slechts geldig tot het einde van de jaarlijkse periode waarin zij is aangevraagd. De reders betalen de voor de volledige geldigheidsduur van de vismachtiging verschuldigde vooraf te betalen rechten.
4.Voor elke eerste vismachtigingsaanvraag en elke aanvraag naar aanleiding van een grote technische wijziging aan het betrokken vaartuig dient de Unie de aanvraag per e-mail bij de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden in met gebruikmaking van het formulier volgens het model in aanhangsel 2; deze aanvraag gaat vergezeld van de volgende documenten:
(a)het bewijs van de voorafbetaling van de rechten voor de geldigheidsduur van de vismachtiging;
(b)recente digitale kleurenfoto’s (met datumvermelding, ten hoogste twaalf maanden oud) met een resolutie van 72 dpi, 1400 x 1050 pixels, waarop het zijaanzicht van het vaartuig staat afgebeeld, met de naam van het vaartuig in Latijns basisalfabet volgens ISO;
(c)een kopie van het veiligheidsuitrustingscertificaat van het vaartuig;
(d)een kopie van het registratiecertificaat van het vaartuig;
(e)een kopie van het controlecertificaat voor scheepshygiëne;
(f)een kopie van het certificaat van inschrijving in het FFA-register van vaartuigen die in goede staat zijn;
(g)een opslagschema.
5.Voor de verlenging van de vismachtiging voor vaartuigen waarvan de technische kenmerken niet zijn gewijzigd, gaat de aanvraag tot verlenging slechts vergezeld van het bewijs van voorafbetaling van de rechten, van het op dat ogenblik geldende certificaat van inschrijving in het FFA-register van vaartuigen die in goede staat zijn, en van kopieën van alle in punt 4, onder c), d) en e), vermelde, verlengde certificaten.
6.De vooraf te betalen rechten worden betaald op een door de autoriteiten van de Cookeilanden opgegeven bankrekening. De aan bankoverschrijvingen verbonden kosten zijn voor rekening van de reders.
7.De betalingen omvatten alle nationale en lokale belastingen, met uitzondering van havenbelastingen en kosten voor dienstverlening.
8.Als de aanvraag onvolledig is of anderszins niet voldoet aan de voorwaarden van de bovenstaande punten 4, 5, 6 of 7, stellen de autoriteiten van de Cookeilanden de bevoegde autoriteit van de Unie, met kopie aan de delegatie, binnen zeven werkdagen na ontvangst van de elektronische aanvraag in kennis van de redenen waarom de aanvraag moet worden aangemerkt als onvolledig of anderszins niet beantwoordend aan de voorwaarden van de punten 4, 5, 6 of 7.
Afdeling 3
Afgifte van de vismachtiging
1.De Cookeilanden geven de vismachtiging af binnen 15 werkdagen na ontvangst van de volledige, per e-mail ingediende aanvraag.
2.De bevoegde autoriteit van de Cookeilanden zendt de vismachtiging onmiddellijk elektronisch toe aan de reder en aan de bevoegde autoriteit van de Unie, met kopie aan de delegatie. Tegelijk wordt de reder een vismachtiging op papier toegezonden.
3.Op het ogenblik van de afgifte van de vismachtiging neemt de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden het vaartuig op in de lijst van de Unievaartuigen die in de vangstgebieden van de Cookeilanden mogen vissen. Deze lijst wordt ter beschikking gesteld van alle betrokken monitoring, controle en bewakingsentiteiten van de Cookeilanden en aan de bevoegde autoriteit van de Unie, met kopie aan de delegatie.
4.De vismachtiging in elektronische vorm wordt bij de eerste gelegenheid door een papieren versie vervangen.
5.Een vismachtiging wordt afgegeven voor een specifiek vaartuig en is niet overdraagbaar, behalve in gevallen van overmacht, zoals omschreven in afdeling 4 hieronder.
6.De vismachtiging (in elektronische vorm of, indien beschikbaar, op papier) moet te allen tijde aan boord van het vaartuig worden gehouden.
Afdeling 4
Overdracht van de vismachtiging
1.Indien overmacht is aangetoond, kan de vismachtiging van een vaartuig op verzoek van de Unie voor de resterende geldigheidsduur worden overgedragen aan een ander in aanmerking komend vaartuig met soortgelijke kenmerken, zonder dat hiervoor een nieuwe voorafbetaling hoeft te worden verricht.
2.Als de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden de overdracht toestaat, bezorgt de reder van het eerste vaartuig of de gemachtigde van dat vaartuig de vismachtiging terug aan de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden en brengt hij de autoriteit van de Unie en de delegatie daarvan op de hoogte.
3.De nieuwe vismachtiging treedt in werking op de dag waarop de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden de vismachtiging van het door overmacht getroffen vaartuig ontvangt. De terugbezorgde vismachtiging wordt als geannuleerd beschouwd. De autoriteit van de Cookeilanden stelt de autoriteit van de Unie en de delegatie in kennis van de overdracht van de vismachtiging.
Afdeling 5
Voorwaarden betreffende de vismachtiging – visrechten en voorafbetalingen
1.De door de reders te betalen visrechten worden berekend op basis van het volgende tarief per ton gevangen vis:
(a)voor het eerste jaar van toepassing van het protocol vijfenvijftig (55) EUR per ton;
(b)voor het tweede jaar van toepassing van het protocol vijfenzestig (65) EUR per ton;
(c)voor de volgende jaren van toepassing van het protocol zeventig (70) EUR per ton.
2.De vismachtigingen worden afgegeven zodra de reders de Cookeilanden de volgende bedragen hebben betaald:
(a)een jaarlijks vooraf te betalen visrecht:
i)
voor het eerste jaar van toepassing van het protocol bedraagt de voorafbetaling tweeëntwintigduizend (22 000) EUR, hetgeen overeenstemt met vijfenvijftig (55) EUR per ton voor vierhonderd (400) ton tonijn en tonijnachtigen die in de vangstgebieden van de Cookeilanden worden gevangen,
ii)
voor het tweede jaar van toepassing van het protocol bedraagt de voorafbetaling zesentwintigduizend (26 000) EUR, hetgeen overeenstemt met vijfenzestig (65) EUR per ton voor vierhonderd (400) ton tonijn en tonijnachtigen die in de vangstgebieden van de Cookeilanden worden gevangen,
iii)
voor de volgende jaren van toepassing van het protocol bedraagt de voorafbetaling achtentwintigduizend (28 000) EUR, hetgeen overeenstemt met zeventig (70) EUR per ton voor vierhonderd (400) ton tonijn en tonijnachtigen die in de vangstgebieden van de Cookeilanden worden gevangen;
(b)een bijzondere jaarlijkse bijdrage voor de vismachtiging ten bedrage van achtendertigduizend vijfhonderd (38 500) EUR per Unievaartuig.
Onder "het eerste jaar van toepassing van het protocol" wordt verstaan de periode tussen de datum waarop het protocol voorlopig van toepassing wordt en 31 december van dat jaar. Het laatste jaar is de periode tussen 1 januari en de verjaardag van de voorlopige toepassing. Voor het eerste en het laatste jaar wordt de bijdrage van de reders pro rata temporis berekend.
Afdeling 6
Eindafrekening van de visrechten
1.De afrekening van de rechten die voor het voorgaande kalenderjaar verschuldigd zijn, wordt door de autoriteit van de Cookeilanden opgemaakt aan de hand van de door de Unievaartuigen ingediende vangstaangiften.
2.De afrekening wordt vóór 31 maart van het lopende jaar aan de autoriteit van de Unie toegezonden, met kopie aan de delegatie. De autoriteit van de Unie stuurt ze vóór 15 april gelijktijdig door naar de reders en naar de nationale autoriteiten van de betrokken lidstaten.
3.Reders die de afrekening van de autoriteit van de Cookeilanden betwisten, kunnen de autoriteit van de Unie verzoeken zich te wenden tot de wetenschappelijke instituten die bevoegd zijn om vangstgegevens te verifiëren, zoals het Institut de recherche pour le développement (IRD), het Instituto Español de Oceanografía (IEO) en het Instituto de Investigação das Pescas e do Mar (Ipimar), en overleggen daarna met de autoriteit van de Cookeilanden om de definitieve eindafrekening vóór 31 mei van het lopende jaar vast te stellen; zij houden de autoriteit van de Unie en de delegatie van dat overleg op de hoogte. De afrekening van de autoriteit van de Cookeilanden wordt geacht definitief te zijn indien de reders tegen die datum geen opmerkingen kenbaar hebben gemaakt. Wanneer het bedrag van de eindafrekening kleiner is dan de in afdeling 5, punt 2, bedoelde voorafbetaling, kan de reder het verschil niet terugvorderen.
Hoofdstuk III – Monitoring
Afdeling 1
Vangstregistratie en -aangifte
1.De Unievaartuigen die op grond van de overeenkomst in de vangstgebieden van de Cookeilanden mogen vissen, delen tot op het ogenblik waarop beide partijen een systeem voor de elektronische aangifte van vangsten, hierna "ERS" genoemd, zullen hebben ingevoerd, hun vangsten aan de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden mee overeenkomstig de onderstaande bepalingen.
2.De Unievaartuigen die in de vangstgebieden van de Cookeilanden mogen vissen, vullen voor elke dag waarop zij in de vangstgebieden van de Cookeilanden aanwezig zijn, een bladzijde van het visserijlogboek in volgens het model in aanhangsel 3. Indien er geen vangst is of het vaartuig alleen op doorvaart is, wordt het formulier toch ingevuld. Het formulier wordt leesbaar ingevuld en door de kapitein van het vaartuig of zijn vertegenwoordiger ondertekend.
3.Zolang de Unievaartuigen zich in de vangstgebieden van de Cookeilanden bevinden, sturen zij de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden om de zeven dagen een samenvatting van het in punt 2 bedoelde visserijlogboek aan de hand van template 3 van aanhangsel 4.
4.Wat de indiening van de in punt 2 bedoelde bladzijden van het visserijlogboek betreft, geldt voor de Unievaartuigen het volgende:
(a)wanneer zij een haven van binnenkomst op de Cookeilanden aandoen (Avarua, Avatui, Arutanga, Tuanganui, Omoka, Tauhunu, Tukao of Yato), leggen zij de betrokken autoriteit van de Cookeilanden binnen vijf (5) dagen na aankomst of in elk geval vóór hun vertrek uit de haven, indien dit eerder plaatsvindt, het ingevulde formulier over. De autoriteit van de Cookeilanden geeft een schriftelijke ontvangstbevestiging af;
(b)wanneer zij de vangstgebieden van de Cookeilanden verlaten zonder vooraf een haven van binnenkomst op de Cookeilanden aan te doen, sturen zij binnen vijftien (15) werkdagen na het verlaten van de vangstgebieden van de Cookeilanden als volgt kopieën van de logboekbladzijden op:
i)
hetzij via e-mail, naar het e-mailadres van de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden;
ii)
hetzij per fax, naar het door de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden opgegeven nummer.
Het origineel van elk visserijlogboek wordt binnen zeven (7) werkdagen toegestuurd nadat voor het eerst na het verlaten van de vangstgebieden van de Cookeilanden een haven is aangedaan.
5.Tegelijk moeten binnen hetzelfde tijdsbestek als bepaald in punt 4 kopieën van deze visserijlogboekbladzijden aan de in hoofdstuk II, afdeling 6, punt 3, bedoelde wetenschappelijke instituten worden toegezonden.
6.De woorden "vangstgebieden van de Cookeilanden" worden op de genoemde logboekbladzijden aangebracht met betrekking tot de perioden waarin het vaartuig zich in de vangstgebieden van de Cookeilanden bevindt.
7.De twee partijen streven ernaar een ERS voor de visserijactiviteiten van de Unievaartuigen in de vangstgebieden van de Cookeilanden in te voeren, onder voorbehoud van een gezamenlijk akkoord over richtsnoeren voor het beheer en de invoering van een ERS.
8.Zodra het elektronische systeem voor vangstaangiften is ingevoerd, vervangt dat systeem volledig de vangstregistratiebepalingen van de punten 2 tot en 4, behalve als er zich technische problemen of storingen voordoen; in dat geval worden de vangstaangiften overeenkomstig de punten 2 tot en met 4 gedaan.
Afdeling 2
Communicatie over het binnenvaren en het verlaten van de visserijwateren van de Cookeilanden
1.Onverminderd de verplichtingen van afdeling 1 van dit hoofdstuk stellen de Unievaartuigen die op grond van de overeenkomst mogen vissen, de autoriteit van de Cookeilanden ten minste 24 uur van tevoren in kennis van hun voornemen om de vangstgebieden van de Cookeilanden binnen te varen of te verlaten.
2.Bij het melden van het binnenvaren of het buitenvaren geven zij ook de aan boord gehouden vangsten (hoeveelheden en soorten) door. De vaartuigen delen ook de positie mee die zij naar verwachting op het vermoedelijke tijdstip van binnenvaren of buitenvaren zullen innemen. Deze meldingen, waarvoor wordt gebruikgemaakt van de modellen in aanhangsel 4 (templates 1 en 2), worden per fax of e-mail gestuurd naar de in die templates vermelde contactadressen.
3.Unievaartuigen die niet overeenkomstig punt 2 van deze afdeling vooraf hebben gemeld dat zij zouden binnenvaren en op de uitoefening van visserijactiviteiten worden betrapt, worden beschouwd als vaartuigen zonder vismachtiging. Dit wordt bestraft met de in hoofdstuk V bedoelde sancties.
Afdeling 3
Aanlanding
1.De aangewezen havens voor aanlandingsactiviteiten op de Cookeilanden zijn de havens van Avatui en Omoka.
2.De Unievaartuigen die in het bezit zijn van een vismachtiging van de Cookeilanden en vangsten in de aangewezen havens van de Cookeilanden wensen aan te landen, stellen de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden ten minste 72 uur van tevoren in kennis van:
(a)de aanlandingshaven;
(b)de naam en de internationale radioroepnaam van het aanlandende vissersvaartuig;
(c)de datum en het tijdstip van aanlanding;
(d)de hoeveelheid in kg, afgerond op de dichtstbijzijnde 100 kg, per aan te landen soort;
(e)de aanbiedingsvorm van de producten.
3.De vaartuigen dienen hun aanlandingsaangifte uiterlijk 48 uur na de voltooiing van de aanlanding of in elk geval vóór het vertrek van het vaartuig uit de haven indien dit eerder plaatsvindt, bij de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden in.
Afdeling 4
Overlading
1.De Unievaartuigen die in het bezit zijn van een vismachtiging van de Cookeilanden en vangsten in de visserijwateren van de Cookeilanden wensen over te laden, doen dat enkel in de aangewezen havens van de Cookeilanden die in hoofdstuk III, afdeling 1, punt 4, onder a), zijn vermeld. Overlading op zee buiten de havens is verboden en overtredingen worden bestraft met de sancties waarin het recht van de Cookeilanden voorziet.
2.De reder of de gemachtigde van het vaartuig stelt de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden ten minste 72 uur van tevoren in kennis van:
(a)de overladingshaven waar de activiteit zal plaatsvinden;
(b)de naam en de internationale radioroepnaam van het overladende vissersvaartuig;
(c)de naam en de internationale radioroepnaam van het ontvangende vissersvaartuig;
(d)de datum en het tijdstip van overlading;
(e)de hoeveelheid in kg, afgerond op de dichtstbijzijnde 100 kg, per over te laden soort;
(f)de aanbiedingsvorm van de producten.
3.De vaartuigen dienen hun overladingsaangifte uiterlijk 48 uur na de voltooiing van de overlading of in elk geval vóór het vertrek van het overladende vaartuig uit de haven indien dit eerder plaatsvindt, bij de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden in.
Afdeling 5
Satellietvolgsysteem voor vissersvaartuigen (VMS)
Onverminderd de bevoegdheid van de vlaggenstaat en de verplichtingen van de Unievaartuigen ten aanzien van het centrum voor visserijmonitoring van hun vlaggenstaat, voldoet elk Unievaartuig aan de eisen van het satellietvolgsysteem voor vissersvaartuigen van het FFA (VMS van het FFA) die momenteel voor de vangstgebieden van de Cookeilanden gelden.
Afdeling 6
Waarnemers
1.De Unievaartuigen die in het bezit zijn van een vismachtiging van de Cookeilanden, zorgen ervoor dat er, zolang zij in de vangstgebieden van de Cookeilanden actief zijn, waarnemers aanwezig zijn overeenkomstig de desbetreffende instandhoudings- en beheersmaatregelen van de WCPFC en de toepasselijke wetgeving van de Cookeilanden.
2.De Unievaartuigen hebben een gemachtigde waarnemer van het regionaal waarnemersprogramma van de WCPFC aan boord of een waarnemer van de IATTC die is gemachtigd bij het tussen de WCPFC en de IATTC overeengekomen memorandum van overeenstemming betreffende wederzijdse goedkeuring van waarnemers.
Hoofdstuk IV - Controle
1.De Unievaartuigen voldoen aan de toepasselijke bepalingen van de nationale wetgeving van de Cookeilanden inzake visserijactiviteiten en aan de instandhoudings- en beheersmaatregelen van de WCPFC.
2.Controleprocedures
(a)De kapiteins van de Unievaartuigen die in de vangstgebieden van de Cookeilanden vissen, verlenen medewerking aan iedere met de inspectie en controle van de visserij belaste gemachtigde ambtenaar van de Cookeilanden die zich als zodanig identificeert.
(b)Onverminderd de bepalingen van de nationale wetgeving van de Cookeilanden gebeurt de inscheping op zodanige wijze dat het inspectieplatform en de inspecteurs kunnen worden geïdentificeerd als gemachtigde ambtenaren van de Cookeilanden.
(c)De Cookeilanden stellen de lijst van alle inspectieplatforms die voor inspecties op zee worden ingezet, ter beschikking van de bevoegde autoriteit van de Unie. Deze lijst bevat onder meer:
i)
de namen van de patrouillevaartuigen;
ii)
nadere gegevens over de patrouillevaartuigen;
iii)
foto's van de patrouillevaartuigen.
(d)De Cookeilanden kunnen, op verzoek van de Unie of van een door haar aangewezen instantie, toestaan dat inspecteurs van de Unie de activiteiten van de Unievaartuigen, met inbegrip van overladingen, observeren tijdens controles aan wal.
(e)Zodra een inspectie is afgerond en het inspectieverslag door de inspecteur is ondertekend, wordt dat verslag ter ondertekening voorgelegd aan de kapitein, die er desgewenst opmerkingen op kan aanbrengen. Deze ondertekening heeft geen consequenties voor de rechten van de partijen in het kader van procedures die verband houden met ten laste gelegde overtredingen. Voordat de inspecteur van boord gaat, wordt aan de kapitein van het vaartuig een kopie van het inspectieverslag overhandigd.
(f)De inspecteurs mogen niet langer aan boord blijven dan voor het uitvoeren van hun taken nodig is.
3.De kapiteins van de Unievaartuigen die hun vangsten in een haven op de Cookeilanden aanlanden of overladen, staan toe dat die activiteiten door gemachtigde ambtenaren van de Cookeilanden worden geïnspecteerd en verlenen hun medewerking aan die inspectie.
4.Wanneer de bepalingen van dit hoofdstuk niet worden nageleefd, behoudt de autoriteit van de Cookeilanden zich het recht voor om de vismachtiging van het vaartuig dat in overtreding is, te schorsen totdat de formaliteiten zijn vervuld, en om de sanctie toe te passen waarin de wetgeving van de Cookeilanden voorziet. De vlaggenlidstaat en de bevoegde autoriteit van de Unie worden daarvan onverwijld in kennis gesteld.
Hoofdstuk V- Handhaving
1.Sancties
(a)Bij niet-naleving van een van de bepalingen van de bovenstaande hoofdstukken, van de door de betrokken regionale organisaties voor visserijbeheer vastgestelde instandhoudings- en beheersmaatregelen of van het nationale recht van de Cookeilanden worden de sancties opgelegd die in het nationale recht van de Cookeilanden zijn vastgesteld.
(b)De vlaggenlidstaat en de bevoegde autoriteit van de Unie worden onmiddellijk en volledig in kennis gesteld van de sancties en van alle dienstige inlichtingen daaromtrent.
(c)Indien de sanctie bestaat in een schorsing of intrekking van een vismachtiging, kan de bevoegde autoriteit van de Unie voor het resterende deel van de periode waarvoor die machtiging was toegekend, een andere vismachtiging die anders geldig zou zijn geweest, aanvragen voor een vaartuig van een andere reder.
2.Aanhouding en opbrenging van vissersvaartuigen
(a)De Cookeilanden stellen de Unie en de vlaggenlidstaat onmiddellijk in kennis van de aanhouding en/of opbrenging van een vissersvaartuig dat in het bezit is van een in het kader van de overeenkomst afgegeven vismachtiging.
(b)De Cookeilanden sturen de Unie en de vlaggenlidstaat binnen twaalf (12) uur een kopie van het inspectieverslag, waarin de omstandigheden en de redenen van de aanhouding en/of opbrenging zijn vermeld.
3.Procedure voor de uitwisseling van informatie bij aanhouding en/of opbrenging
(a)Met inachtneming van de termijnen en de gerechtelijke procedures voor aanhouding en/of opbrenging die in het nationale recht van de Cookeilanden zijn vastgelegd, wordt na ontvangst van de hierboven bedoelde informatie een overlegvergadering tussen vertegenwoordigers van de Unie en de Cookeilanden gehouden, eventueel in aanwezigheid van een vertegenwoordiger van de betrokken lidstaat.
(b)Tijdens deze vergadering verstrekken de partijen elkaar alle relevante documenten of inlichtingen die de feiten kunnen helpen ophelderen. De reder of diens gemachtigde wordt in kennis gesteld van de resultaten van de vergadering en van de maatregelen die uit de aanhouding en/of opbrenging van het vaartuig voortvloeien.
4.Afwikkeling van de aanhouding en/of opbrenging
(a)Er wordt gepoogd de vermoedelijke overtreding via een minnelijke schikking af te handelen. Deze procedure moet uiterlijk drie (3) werkdagen na de aanhouding en/of opbrenging zijn afgewikkeld, conform de nationale wetgeving van de Cookeilanden.
(b)In het geval van een minnelijke schikking wordt het te betalen bedrag bepaald onder verwijzing naar de nationale wetgeving van de Cookeilanden. Indien een minnelijke schikking niet mogelijk blijkt, wordt een gerechtelijke procedure opgestart.
(c)Zodra de uit de minnelijke schikking voortvloeiende verplichtingen zijn vervuld of de gerechtelijke borgtocht is betaald, wordt het vaartuig vrijgegeven en de kapitein vrijgesproken.
5.De autoriteit van de Unie en de delegatie worden op de hoogte gehouden van het verloop van de ingeleide procedures en van de opgelegde sancties.
Hoofdstuk VI — Samenwerking bij de bestrijding van IOO-visserij
1.Om de monitoring van de visserij en de bestrijding van de IOO-visserij aan te scherpen, spannen de kapiteins van de Unievaartuigen zich in om de aanwezigheid van andere vissersvaartuigen in de visserijwateren van de Cookeilanden te melden.
2.Wanneer de kapitein van een Unievaartuig een vissersvaartuig ziet dat activiteiten verricht die mogelijk IOO-visserijactiviteiten zijn, verzamelt hij zo veel mogelijk informatie over dat vaartuig en zijn activiteiten op het moment van de waarneming. De waarnemingsverslagen worden onverwijld toegezonden aan de bevoegde autoriteit van de Cookeilanden, met kopie aan het centrum voor visserijmonitoring van de vlaggenlidstaat.
3.De autoriteit van de Cookeilanden legt de Unie zo spoedig mogelijk elk waarnemingsverslag voor waarover zij beschikt met betrekking tot vissersvaartuigen die activiteiten verrichten die mogelijk IOO-visserijactiviteiten in de visserijwateren van de Cookeilanden zijn.
Aanhangsels van deze bijlage
Aanhangsel 1 – Contactgegevens van de bevoegde autoriteiten
Aanhangsel 2 – Aanvraagformulier voor een vismachtiging
Aanhangsel 3 – Bladzijde visserijlogboek
Aanhangsel 4 – Templates met modellen voor meldingen
Aanhangsel 1
Contactgegevens van de bevoegde autoriteiten
Contactgegevens van de EU
1. Autoriteiten van de Unie
Adres:
Mare B3 – Bilaterale overeenkomsten en controle op de visserij in internationale wateren
Jozef II-straat 79, 1/79
1049 Brussel
E-mail:
mare-b3@ec.europa.eu
Telefoon:
(+32) 229 69 493
Faxnummer:
(+32) 229 514 33
2. Vergunningverlenende eenheid van de Unie
Adres:
D4 - Eenheid geïntegreerd beheer van de visserijgegevens
Jozef II-straat 99
B-1049 Brussel
E-mail:
mare-licences@ec.europa.eu
Telefoon:
(+32) 229 91 262
3. Centrum voor visserijmonitoring (CVM) van Spanje
Adres:
Centro de Seguimiento Pesquero
Sección Sistema Localización Buques
Subdirección General de Control e Inspección - Secretaria General de Pesca
C/ Velazquez 147, planta baja. Madrid
Telefoon:
(+34) 913 471 559
E-mail:
csp@magrama.es
Contactgegevens van de Cookeilanden
1. Voor visserij bevoegde autoriteit
Adres:
Ministry of Marine Resources
Avarua, PO Box 85, Rarotonga
Cook Islands
E-mail:
rar@mmr.gov.ck
Telefoon:
(+682) 29 730
Faxnummer:
(+682) 29 721
2. Vergunningverlenende autoriteit
Adres:
Ministry of Marine Resources
Avarua, PO Box 85, Rarotonga
Cook Islands
E-mail:
licensing@mmr.gov.ck
Telefoon:
(+682) 29 730
Faxnummer:
(+682) 29 721
3. Centrum voor visserijmonitoring (CVM)
Adres:
Ministry of Marine Resources
Avarua, PO Box 85, Rarotonga
Cook Islands
E-mail:
a.jones@mmr.gov.ck
Telefoon:
(+682) 29 730
Faxnummer:
(+682) 29 721
4. Contactpunt voor de Cookeilanden
Naam:
Ben Ponia, Secretaris voor Mariene Hulpbronnen
E-mail:
b.ponia@mmr.gov.ck
Mobiele tel.:
(+682) 555 24
Aanhangsel 2
FORMULIER A
REGERING VAN DE COOKEILANDEN
Marine Resources Act 2005
(Besluit 2005 over de mariene hulpbronnen)
Aanvraag voor een vergunning voor een vissersvaartuig
(Marine Resources (Licensing) Regulations 2012 - Regulation 4) (Verordeningen 2012 over de mariene hulpbronnen (vergunningen) - Verordening 4)
Instructies
* Vink, indien van toepassing, de vakjes duidelijk aan ☑
*
Beantwoord alle vragen op dit formulier door de tekstvelden in te vullen of het juiste antwoord aan te kruisen.
*
Onderstreep de familienaam.
*
Onder "adres" wordt het volledige postadres verstaan.
*
Gebruik het metrieke stelsel voor alle eenheden; gelieve, als u andere eenheden gebruikt, die aan te geven.
1.
Vergunning voor een vissersvaartuig van de Cookeilanden
Vergunning voor een vissersvaartuig van een ander land
(of vergunning voor een lokaal vissersvaartuig /
vissersvaartuig dat eigendom is van Cookeilanden)
(of vergunning voor een gecharterd vissersvaartuig)
2.Vaartuiginformatie
Naam van het vaartuig:
|
|
|
Land van registratie (vlag):
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Internationale radioroepnaam:
|
|
|
Registratienummer vlaggenstaat:
|
|
Eerdere gegevens van het vaartuig (indien van toepassing)
Vorige naam van het vaartuig:
|
|
|
Laatste land van registratie (vlag):
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Laatste internationale radioroepnaam:
|
|
|
|
Laatste registratienummer vlaggenstaat:
|
|
|
|
|
|
|
|
Jaar van wijziging:
|
|
|
|
|
|
Vaartuigspecificaties
Brutoregistertonnage (BRT):
|
|
|
|
Lengte over alles:
|
|
|
|
|
|
|
|
Land waarin het vaartuig is gebouwd:
|
|
Bouwjaar:
|
|
|
|
|
|
|
|
Materiaal van de romp:
|
|
|
|
|
|
|
Aluminium
|
|
Glasvezel
|
|
Staal
|
|
Hout
|
|
Overige (toelichten)
|
|
|
|
|
|
|
|
Motormerk/model:
|
|
Totaal motorvermogen:
|
|
|
|
|
|
|
|
Totale inhoud brandstoftank:
|
|
Nominale snelheid (in knopen):
|
|
|
|
|
|
|
|
Totale opslagcapaciteit:
|
|
|
Reguliere bemanning:
|
|
|
|
|
|
|
|
Bewaarmethoden:
|
|
|
|
|
|
|
Pekel
|
|
Invriezen/luchtkoeling (buizen)
|
|
IJs
|
|
Gekoeld zeewater
|
Waarschuwing: het afleggen van een onjuiste, onvolledige of misleidende verklaring is een overtreding waarop een geldboete staat. Indien de verstrekte informatie onjuist, onvolledig of misleidend is, wordt geen vergunning afgegeven of kan een op basis van deze aanvraag afgegeven vergunning worden geannuleerd.
|
Type vaartuig
|
Vaartuig met enkele ringzegen
|
|
Vaartuig voor de beugvisserij
|
|
Visvervoerschip
|
Vaartuig voor de ringzegenvisserij in groep:
|
|
Vaartuig voor de hengelvisserij
|
|
Overige (toelichten)
|
|
Moederschip
|
|
Trawler
|
|
|
|
Vangstvaartuig
|
|
Vaartuig voor de sleeplijnvisserij
|
|
|
|
Verkenningsvaartuig
|
|
Vaartuig voor de bodemvisserij/diepzeevisserij
|
|
|
Bevrachter / exploitant / eigenaar / kapitein van het vaartuig
Bevrachter/exploitant:
|
|
|
Eigenaar:
|
|
|
Naam
|
|
|
Naam
|
|
Adres
|
|
|
Adres
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Kapitein:
|
|
|
Vismeester:
|
|
|
Naam
|
|
|
Naam
|
|
Adres
|
|
|
Adres
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ja
|
|
Nee
|
1.
|
Loopt tegen de eigenaar of de bevrachter een procedure op grond van het faillissementsrecht van een rechtsgebied? Zo ja, geef nadere informatie (op een afzonderlijk blad).
|
|
|
|
|
|
Ja
|
|
Nee
|
2.
|
Was het vaartuig ooit betrokken bij een inbreuk tegen de "Marine Resources Act"? Zo ja, geef nadere informatie (op een afzonderlijk blad).
|
|
|
|
|
|
Ja
|
|
Nee
|
3.
|
Beschikt het vaartuig over visvergunningen die elders in de regio gelden? Zo ja, vermeld het (de) vergunningverlenende land(en) en het (de) nummer(s) van de vergunning(en).
|
|
|
|
|
Land
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Vergunning nr.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
4.
|
Geef, zoals hieronder aangegeven, informatie over eventuele joint ventures of andere contractuele regelingen met de regering van de Cookeilanden of onderdanen daarvan die verband houden met de voorgenomen visserijactiviteiten:
|
|
a) de ondernemingen geven gezamenlijk of afzonderlijk een verklaring af met alle op de vaartuigen van de ondernemingen betrekking hebbende bijzonderheden van de tussen de ondernemingen opgerichte joint venture (bijzonderheden bijvoegen);
|
|
b) de ondernemingen leggen de Minister voor Mariene Hulpbronnen een ondernemingsplan voor met alle bijzonderheden over de voorgenomen visserij-, uitvoer- en afzetactiviteiten van de ondernemingen, inclusief een kostenraming en financiële overzichten (bijzonderheden bijvoegen).
|
|
|
Ja
|
|
Nee
|
5.
|
Is er momenteel een toegangsovereenkomst van kracht tussen de regering van de Cookeilanden en de regering van de vlaggenstaat van het vaartuig waarvoor deze aanvraag wordt ingediend, of een toegangsovereenkomst met een vereniging die buitenlandse eigenaars of bevrachters van vissersvaartuigen vertegenwoordigt en waarvan de eigenaar of de bevrachter van het vaartuig lid is?
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Gegevens over de Automatic Location Communicator (ALC) van Inmarsat voor vaartuigen
|
Ja
|
|
Nee
|
Is er aan boord van het vaartuig een ALC geïnstalleerd van een door het FFA erkend VMS-type? Zo ja, verstrek de onderstaande gegevens.
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Nummer van de mobiele Inmarsat-eenheid:
|
|
Naam van de installateur:
|
|
|
|
|
|
|
|
Serienummer van de Inmarsat-eenheid:
|
|
Contactgegevens:
|
|
|
|
|
|
|
|
Merk/model:
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Softwareversie:
|
|
|
|
Waarschuwing: het afleggen van een onjuiste, onvolledige of misleidende verklaring is een overtreding waarop een geldboete staat. Indien de verstrekte informatie onjuist, onvolledig of misleidend is, wordt geen vergunning afgegeven of kan een op basis van deze aanvraag afgegeven vergunning worden geannuleerd.
|
Gegevens van de aanvrager
Naam:
|
|
Vink het juiste vakje aan.
|
Gemachtigd agent
|
|
|
|
|
|
|
|
Adres:
|
|
Bevrachter/exploitant:
|
|
|
|
|
|
|
|
Eigenaar
|
|
|
|
|
|
|
|
Tel.:
|
|
Fax:
|
|
|
|
|
|
|
|
E-mail:
|
|
Verklaring van de aanvrager
Hierbij verzoek ik om een visvergunning voor ............................................................... (vissersvaartuig van de Cookeilanden / buitenlands vissersvaartuig), als hierboven beschreven. Ik verklaar dat de bovenstaande gegevens waarheidsgetrouw, volledig en correct zijn. Ik weet dat ik de Secretaris voor Mariene Hulpbronnen onmiddellijk binnen zeven (7) dagen in kennis moet stellen van alle wijzigingen in de gegevens op dit formulier en dat, als ik dit niet doe, ik gerechtelijk kan worden vervolgd.
3.Checklist bijlagen
Voeg de volgende documenten bij uw aanvraag:
Certificaat van inschrijving in het scheepsregister van de Cookeilanden
Certificaat van inschrijving in het FFA-register
Rompbevrachtingsovereenkomst/bevrachtingsovereenkomst voor de visserij
Recente foto's (ten hoogste zes maanden oud) van het vaartuig en van de identificatie- en merktekens (foto's van bakboord- en stuurboordzijde van het hele schip en van de achtersteven)
Gecertificeerde schematische plannen en opslagplannen (ook bekend als General Arrangements Plan)
Bemanningslijst met nadere gegevens over de bemanning
Kopieën van eventuele andere visvergunningen/-machtigingen die in een andere zone geldig zijn
Deze aanvraag moet, samen met het voorgeschreven aanvraagrecht, worden gestuurd aan de secretaris van het Ministerie voor Mariene Hulpbronnen op het onderstaande adres.
The Secretary
Ministry of Marine Resources
P.O. Box 85
Avarua
Cook Islands
|
|
Telefoon: (682) 28721
Fax: (682) 29721
|
Waarschuwing: het afleggen van een onjuiste, onvolledige of misleidende verklaring is een overtreding waarop een geldboete staat. Indien de verstrekte informatie onjuist, onvolledig of misleidend is, wordt geen vergunning afgegeven of kan een op basis van deze aanvraag afgegeven vergunning worden geannuleerd.
|
Aanhangsel 3
Aanhangsel 4
Templates met modellen voor meldingen
1.Melding bij het binnenvaren (COE)
Inhoud
|
Transmissie
|
Bestemming van het bericht
|
|
Actiecode
|
COE
|
Naam van het vaartuig
|
|
IRCS
|
|
Positie bij het binnenvaren
|
Breedtegraad/lengtegraad
|
Datum en tijdstip (UTC) van binnenvaren
|
DD/MM/JJJJ – UU:MM
|
Hoeveelheid vis aan boord per soort (in mt):
|
|
Geelvintonijn (YFT)
|
(mt)
|
Grootoogtonijn (BET)
|
(mt)
|
Gestreepte tonijn (SKJ)
|
(mt)
|
Andere (geef aan welke)
|
(mt)
|
2.Melding bij het buitenvaren (COX)
Inhoud
|
Transmissie
|
Bestemming van het bericht
|
|
Actiecode
|
COX
|
Naam van het vaartuig
|
|
IRCS
|
|
Positie bij het buitenvaren
|
Breedtegraad/lengtegraad
|
Datum en tijdstip (UTC) van buitenvaren
|
DD/MM/JJJJ – UU:MM
|
Hoeveelheid vis aan boord per soort (in mt):
|
|
Geelvintonijn (YFT)
|
(mt)
|
Grootoogtonijn (BET)
|
(mt)
|
Gestreepte tonijn (SKJ)
|
(mt)
|
Andere (geef aan welke)
|
(mt)
|
3.Vangstmelding (CAT) zodra het vaartuig zich in de vangstgebieden in de wateren van de Cookeilanden bevindt
Inhoud
|
Transmissie
|
Bestemming van het bericht
|
|
Actiecode
|
CAT
|
Naam van het vaartuig
|
|
IRCS
|
|
Datum en tijdstip (UTC) van de melding
|
DD/MM/JJJJ – UU:MM
|
Hoeveelheid vis aan boord per soort (in mt):
|
|
Geelvintonijn (YFT)
|
(mt)
|
Grootoogtonijn (BET)
|
(mt)
|
Gestreepte tonijn (SKJ)
|
(mt)
|
Andere (geef aan welke)
|
(mt)
|
Aantal trekken sinds laatste melding
|
|
4.Alle meldingen worden aan de bevoegde autoriteit toegezonden per:
a.e-mail:
a.jones@mmr.gov.ck
b.fax: (+682) 29721
BIJLAGE III
Reikwijdte van de verleende bevoegdheden en procedure voor de vaststelling van het Uniestandpunt in de gemengde commissie
(1)De Commissie is gemachtigd om met de regering van de Cookeilanden te onderhandelen en, waar passend en indien is voldaan aan punt 3 van deze bijlage, over te gaan tot de goedkeuring van wijzigingen van het protocol die betrekking hebben op de volgende aspecten:
(a)herziening van de vangstmogelijkheden overeenkomstig de artikelen 5 en 6 van het protocol;
(b)besluitvorming over de nadere bijzonderheden van de sectorale steun overeenkomstig artikel 3 van het protocol;
(c)de technische bepalingen van het protocol en de bijlage daarbij die onder de bevoegdheid van de gemengde commissie vallen overeenkomstig artikel 6, lid 3, van het protocol.
(2)In de gemengde commissie die bij de overeenkomst is opgericht:
(a)handelt de Unie in overeenstemming met de doelstellingen die zij in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid nastreeft;
(b)voegt de Unie zich naar de conclusies van de Raad van 19 maart 2012 over de mededeling inzake de externe dimensie van het gemeenschappelijk visserijbeleid;
(c)ijvert de Unie voor standpunten die in overeenstemming zijn met de desbetreffende voorschriften van de regionale organisaties voor visserijbeheer en die passen in de context van gezamenlijk beheer door de kuststaten.
(3)Als er in een vergadering van de gemengde commissie een besluit moet worden genomen over wijzigingen van het protocol als bedoeld in punt 1, wordt het nodige gedaan om ervoor te zorgen dat het namens de Unie in te nemen standpunt rekening houdt met de meest recente statistische, biologische en andere relevante informatie die aan de Commissie is toegezonden.
Daartoe zenden de diensten van de Commissie op basis van die gegevens, en lang genoeg vóór de betrokken vergadering van de gemengde commissie, een document met de nadere bijzonderheden van het voorgestelde standpunt van de Unie ter bespreking en goedkeuring toe aan de Raad of zijn voorbereidende instanties.
Met betrekking tot de in punt 1, onder a), bedoelde aspecten is voor de goedkeuring van het beoogde Uniestandpunt door de Raad een gekwalificeerde meerderheid van stemmen vereist. In de andere gevallen wordt het beoogde Uniestandpunt in het voorbereidende document geacht te zijn goedgekeurd, tenzij een blokkerende minderheid van lidstaten daartegen bezwaar maakt tijdens een vergadering van de voorbereidende instantie van de Raad of binnen twintig dagen na ontvangst van het voorbereidende document, naargelang welk tijdstip het vroegste is. Indien bezwaren worden gemaakt, wordt de zaak aan de Raad voorgelegd.
Indien tijdens latere vergaderingen, ook ter plaatse, geen overeenstemming kan worden bereikt over het verwerken van nieuwe elementen in het namens de Unie in te nemen standpunt, wordt de zaak voorgelegd aan de Raad of zijn voorbereidende instanties.
De Commissie wordt verzocht te gelegener tijd stappen te ondernemen die noodzakelijk zijn voor de follow-up van het besluit van de gemengde commissie, met inbegrip van, waar passend, de bekendmaking van het betrokken besluit in het Publicatieblad van de Europese Unie, en de indiening van voorstellen die nodig zijn voor de uitvoering van dat besluit.