This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32006B0763
Final adoption of amending budget No 3 of the European Union for the financial year 2006
Definitieve vaststelling van gewijzigde begroting nr. 3 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006
Definitieve vaststelling van gewijzigde begroting nr. 3 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006
PB L 323 van 22/11/2006, p. 1–41
(ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2006
22.11.2006 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 323/1 |
DEFINITIEVE VASTSTELLING
van gewijzigde begroting nr. 3 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006
(2006/763/EG, Euratom)
DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 272, lid 4, derde alinea,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, inzonderheid op artikel 177,
Gelet op Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (1), inzonderheid op de artikelen 37 en 38,
Gezien de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006 die definitief werd vastgesteld op 15 december 2005 (2),
Gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure (3),
Gezien het voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 4 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006, ingediend door de Commissie op 16 juni 2006,
Gezien het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 4, opgesteld door de Raad op 17 juli 2006,
Gelet op artikel 69 en bijlage IV van zijn Reglement,
Onder verwijzing naar zijn resolutie van 27 september 2006,
Overwegende dat de procedure van artikel 272 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en artikel 177 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie aldus is afgerond,
CONSTATEERT:
Enig artikel
Gewijzigde begroting nr. 3 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2006 is definitief vastgesteld.
Gedaan in Straatsburg, 27 september 2006.
De voorzitter
J. BORRELL FONTELLES
(1) PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.
(3) PB C 172 van 18.6.1999, blz. 1. Overeenkomst laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2005/708/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 269 van 14.10.2005, blz. 24).
DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 3 VAN DE EUROPESE UNIE VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2006
INHOUD
ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN
A. Financiering van de algemene begroting
B. Algemene staat van ontvangsten per begrotingsonderdeel
A. INLEIDING EN FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING
Kredieten die gedurende het begrotingsjaar 2006 moeten worden gedekt overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen
UITGAVEN
Omschrijving |
Begroting 2006 (1) |
Begroting 2005 (2) |
Verschil (in %) |
1. Landbouw |
50 991 020 000 |
48 464 850 000 |
+5,21 |
2. Structurele maatregelen |
35 639 599 237 |
32 396 027 704 |
+10,01 |
3. Intern beleid |
8 904 016 732 |
8 016 662 269 |
+11,07 |
4. Extern beleid |
5 369 049 920 |
5 476 162 603 |
–1,96 |
5. Administratie |
6 656 369 817 |
6 292 367 368 |
+5,78 |
6. Reserves |
458 000 000 |
446 000 000 |
+2,69 |
7. Pretoetredingsstrategie |
2 984 409 038 |
3 286 990 000 |
–9,21 |
8. Compensaties |
1 073 500 332 |
1 304 988 996 |
–17,74 |
Totaal uitgaven (3) |
112 075 965 076 |
105 684 048 940 |
+6,05 |
ONTVANGSTEN
Omschrijving |
Begroting 2006 (4) |
Begroting 2005 (5) |
Verschil (in %) |
Diverse ontvangsten (titels 4 t/m 9) |
1 297 689 094 |
1 585 916 305 |
–18,17 |
Overschot van het vorige begrotingsjaar (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 0) |
2 410 079 591 |
2 736 707 563 |
–11,94 |
Overschot aan eigen middelen als gevolg van een overschrijving uit hoofdstukken van het EOGFL, afdeling Garantie (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 1) |
p.m. |
p.m. |
|
Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 2) |
92 730 000 |
525 961 402 |
–82,37 |
Saldi aan BTW- en aan BNP/BNI-middelen uit vorige begrotingsjaren (hoofdstukken 3 1 en 3 2) |
p.m. |
2 451 315 772 |
|
Totaal van de ontvangsten van de titels 3 t/m 9 |
3 800 498 685 |
7 299 901 042 |
–47,94 |
Nettobedrag van de douanerechten, de landbouwrechten en de heffingen en bijdragen „suiker” (hoofdstukken 1 0, 1 1 en 1 2) |
14 788 900 000 |
13 944 000 000 |
+6,06 |
BTW-middelen tegen uniform percentage (tabellen 1 en 2, hoofdstuk 1 3) |
17 200 276 121 |
15 556 051 275 |
+10,57 |
Nog te financieren uit de aanvullendemiddelenbron (BNI-middelen, tabellen 3 en 4, hoofdstuk 1 4) |
76 286 290 270 |
68 884 096 623 |
+10,75 |
Uit de eigen middelen zoals bedoeld in artikel 2 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (6) te dekken kredieten |
108 275 466 391 |
98 384 147 898 |
+10,05 |
Totaal ontvangsten (7) |
112 075 965 076 |
105 684 048 940 |
+6,05 |
TABEL 1
Berekening van de aftopping van de uniforme BTW-grondslagen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom
Lidstaat |
1 % van de niet-afgetopte BTW-grondslag |
1 % van het bruto nationaal inkomen |
Aftoppings-percentage (in %) |
1 % van het bruto nationaal inkomen (BNI) × aftoppingspercentage |
1 % van de afgetopte BTW-grondslag (8) |
Lidstaten met afgetopte BTW-grondslag |
|
(1) |
(2) |
(4) |
(5) |
(6) |
(7) |
België |
1 323 413 000 |
3 127 339 000 |
50 |
1 563 669 500 |
1 323 413 000 |
|
Tsjechische Republiek |
620 907 000 |
1 011 317 000 |
50 |
505 658 500 |
505 658 500 |
Tsjechië |
Denemarken |
858 809 000 |
2 164 083 000 |
50 |
1 082 041 500 |
858 809 000 |
|
Duitsland |
9 768 554 000 |
22 662 761 000 |
50 |
11 331 380 500 |
9 768 554 000 |
|
Estland |
63 350 000 |
111 599 000 |
50 |
55 799 500 |
55 799 500 |
Estland |
Griekenland |
1 066 060 000 |
1 899 989 000 |
50 |
949 994 500 |
949 994 500 |
Griekenland |
Spanje |
5 825 910 000 |
9 462 332 000 |
50 |
4 731 166 000 |
4 731 166 000 |
Spanje |
Frankrijk |
8 572 707 000 |
17 718 064 000 |
50 |
8 859 032 000 |
8 572 707 000 |
|
Ierland |
836 118 000 |
1 449 570 000 |
50 |
724 785 000 |
724 785 000 |
Ierland |
Italië |
5 611 159 000 |
14 206 297 000 |
50 |
7 103 148 500 |
5 611 159 000 |
|
Cyprus |
110 523 000 |
139 397 000 |
50 |
69 698 500 |
69 698 500 |
Cyprus |
Letland |
67 114 000 |
146 498 000 |
50 |
73 249 000 |
67 114 000 |
|
Litouwen |
92 678 000 |
224 020 000 |
50 |
112 010 000 |
92 678 000 |
|
Luxemburg |
144 891 000 |
242 757 000 |
50 |
121 378 500 |
121 378 500 |
Luxemburg |
Hongarije |
375 340 000 |
855 773 000 |
50 |
427 886 500 |
375 340 000 |
|
Malta |
37 906 000 |
45 840 000 |
50 |
22 920 000 |
22 920 000 |
Malta |
Nederland |
2 481 403 000 |
5 145 428 000 |
50 |
2 572 714 000 |
2 481 403 000 |
|
Oostenrijk |
1 098 912 000 |
2 523 588 000 |
50 |
1 261 794 000 |
1 098 912 000 |
|
Polen |
1 223 948 000 |
2 510 795 000 |
50 |
1 255 397 500 |
1 223 948 000 |
|
Portugal |
914 655 000 |
1 481 601 000 |
50 |
740 800 500 |
740 800 500 |
Portugal |
Slovenië |
151 423 000 |
286 122 000 |
50 |
143 061 000 |
143 061 000 |
Slovenië |
Slowakije |
159 089 000 |
412 763 000 |
50 |
206 381 500 |
159 089 000 |
|
Finland |
712 233 000 |
1 626 814 000 |
50 |
813 407 000 |
712 233 000 |
|
Zweden |
1 274 161 000 |
2 970 465 000 |
50 |
1 485 232 500 |
1 274 161 000 |
|
Verenigd Koninkrijk |
9 373 896 000 |
18 835 332 000 |
50 |
9 417 666 000 |
9 373 896 000 |
|
Totaal |
52 765 159 000 |
111 260 544 000 |
|
55 630 272 000 |
51 058 678 000 |
|
Berekening van het uniforme afroepingspercentage van de BTW—middelen (artikel 2, lid 4, van Besluit 2000/597/EG, Euratom)
Uniform percentage (%) = maximaal afroepingspercentage – bevroren percentage |
||
|
||
|
||
1. Berekening van het theoretische aandeel van de landen waarvan de financiële last beperkt is |
||
Overeenkomstig artikel 5, lid 1, van Besluit 2000/597/EG, Euratom, is de financiële bijdrage van Duitsland (D), Nederland (NL), Oostenrijk (A) en Zweden (S) beperkt tot een kwart van hun normale bijdrage. |
||
Formule voor een lidstaat waarvan de financiële last beperkt is, bijvoorbeeld Duitsland |
||
Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = [afgetopte BTW-grondslag van Duitsland / (afgetopte BTW-grondslag van de Europese Unie – afgetopte BTW-grondslag Verenigd Koninkrijk)] × 1/4 × correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk. |
||
Voorbeeld in cijfers: Duitsland |
||
Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = 9 768 554 000 / (51 058 678 000 – 9 373 896 000) × 1/4 × 4 838 879 797 = 283 489 899 |
||
2. Berekening van het bevroren percentage |
||
Bevroren percentage = [correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk – theoretische BTW-bijdragen (DE + NL + A + S)] / [afgetopte BTW-grondslag van de Europese Unie – afgetopte BTW-grondslagen (Verenigd Koninkrijk + DE + NL + A + S)] |
||
Bevroren percentage = 4 838 879 797 – (283 489 899 + 72 011 957 + 31 891 153 + 36 976 995)] / [51 058 678 000 – (9 373 896 000 + 9 768 554 000 + 2 481 403 000 + 1 098 912 000 + 1 274 161 000)] |
||
Bevroren percentage = 0,163127272501441 % |
||
Uniform percentage: |
||
0,5 % – 0,163127272501441 % = 0,336872727498559 % |
TABEL 2
Verdeling van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (BTW) overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 3)
Lidstaat |
1 % van de afgetopte BTW-grondslag |
Maximaal BTW-afroepingspercentage (in %) |
Uniform percentage van de eigen middelen „BTW” (in %) |
Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage |
|
(1) |
(2) |
(3) |
(4) = (1) × (3) |
België |
1 323 413 000 |
0,50 |
0,336872727 |
445 821 747 |
Tsjechische Republiek |
505 658 500 |
0,50 |
0,336872727 |
170 342 558 |
Denemarken |
858 809 000 |
0,50 |
0,336872727 |
289 309 330 |
Duitsland |
9 768 554 000 |
0,50 |
0,336872727 |
3 290 759 430 |
Estland |
55 799 500 |
0,50 |
0,336872727 |
18 797 330 |
Griekenland |
949 994 500 |
0,50 |
0,336872727 |
320 027 238 |
Spanje |
4 731 166 000 |
0,50 |
0,336872727 |
1 593 800 795 |
Frankrijk |
8 572 707 000 |
0,50 |
0,336872727 |
2 887 911 189 |
Ierland |
724 785 000 |
0,50 |
0,336872727 |
244 160 300 |
Italië |
5 611 159 000 |
0,50 |
0,336872727 |
1 890 246 437 |
Cyprus |
69 698 500 |
0,50 |
0,336872727 |
23 479 524 |
Letland |
67 114 000 |
0,50 |
0,336872727 |
22 608 876 |
Litouwen |
92 678 000 |
0,50 |
0,336872727 |
31 220 691 |
Luxemburg |
121 378 500 |
0,50 |
0,336872727 |
40 889 106 |
Hongarije |
375 340 000 |
0,50 |
0,336872727 |
126 441 810 |
Malta |
22 920 000 |
0,50 |
0,336872727 |
7 721 123 |
Nederland |
2 481 403 000 |
0,50 |
0,336872727 |
835 916 997 |
Oostenrijk |
1 098 912 000 |
0,50 |
0,336872727 |
370 193 483 |
Polen |
1 223 948 000 |
0,50 |
0,336872727 |
412 314 701 |
Portugal |
740 800 500 |
0,50 |
0,336872727 |
249 555 485 |
Slovenië |
143 061 000 |
0,50 |
0,336872727 |
48 193 349 |
Slowakije |
159 089 000 |
0,50 |
0,336872727 |
53 592 745 |
Finland |
712 233 000 |
0,50 |
0,336872727 |
239 931 873 |
Zweden |
1 274 161 000 |
0,50 |
0,336872727 |
429 230 091 |
Verenigd Koninkrijk |
9 373 896 000 |
0,50 |
0,336872727 |
3 157 809 913 |
Totaal |
51 058 678 000 |
|
|
17 200 276 121 |
TABEL 3
Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 4)
Lidstaat |
1 % van het bruto nationaal inkomen |
Uniform percentage van de eigen middelen „aanvullende grondslag” |
Eigen middelen „aanvullende grondslag” tegen uniform percentage |
|
(1) |
(2) |
(3) = (1) × (2) |
België |
3 127 339 000 |
|
2 144 273 991 |
Tsjechische Republiek |
1 011 317 000 |
|
693 414 030 |
Denemarken |
2 164 083 000 |
|
1 483 813 201 |
Duitsland |
22 662 761 000 |
|
15 538 823 576 |
Estland |
111 599 000 |
|
76 518 354 |
Griekenland |
1 899 989 000 |
|
1 302 735 967 |
Spanje |
9 462 332 000 |
|
6 487 890 313 |
Frankrijk |
17 718 064 000 |
|
12 148 469 931 |
Ierland |
1 449 570 000 |
|
993 904 162 |
Italië |
14 206 297 000 |
|
9 740 611 160 |
Cyprus |
139 397 000 |
|
95 578 177 |
Letland |
146 498 000 |
0,6856545 (9) |
100 447 010 |
Litouwen |
224 020 000 |
|
153 600 316 |
Luxemburg |
242 757 000 |
|
166 447 424 |
Hongarije |
855 773 000 |
|
586 764 590 |
Malta |
45 840 000 |
|
31 430 401 |
Nederland |
5 145 428 000 |
|
3 527 985 752 |
Oostenrijk |
2 523 588 000 |
|
1 730 309 414 |
Polen |
2 510 795 000 |
|
1 721 537 836 |
Portugal |
1 481 601 000 |
|
1 015 866 361 |
Slovenië |
286 122 000 |
|
196 180 831 |
Slowakije |
412 763 000 |
|
283 012 799 |
Finland |
1 626 814 000 |
|
1 115 432 305 |
Zweden |
2 970 465 000 |
|
2 036 712 630 |
Verenigd Koninkrijk |
18 835 332 000 |
|
12 914 529 739 |
Totaal |
111 260 544 000 |
|
76 286 290 270 |
TABEL 4
Eigen middelen op basis van het BNI — Financiering van de reserves (artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom) (hoofdstuk 1 4)
Lidstaat |
Reserve voor leningen en garantie van leningen |
Reserve voor spoedhulp |
Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves |
Eigen middelen „BNI” tegen uniform percentage |
|
(1) |
(2) |
(3) |
(4) = (1) + (2) + (3) |
België |
6 436 789 |
6 436 789 |
2 131 400 413 |
2 144 273 991 |
Tsjechische Republiek |
2 081 525 |
2 081 525 |
689 250 980 |
693 414 030 |
Denemarken |
4 454 185 |
4 454 185 |
1 474 904 831 |
1 483 813 201 |
Duitsland |
46 645 220 |
46 645 220 |
15 445 533 136 |
15 538 823 576 |
Estland |
229 697 |
229 697 |
76 058 960 |
76 518 354 |
Griekenland |
3 910 618 |
3 910 618 |
1 294 914 731 |
1 302 735 967 |
Spanje |
19 475 673 |
19 475 673 |
6 448 938 967 |
6 487 890 313 |
Frankrijk |
36 467 884 |
36 467 884 |
12 075 534 163 |
12 148 469 931 |
Ierland |
2 983 551 |
2 983 551 |
987 937 060 |
993 904 162 |
Italië |
29 239 854 |
29 239 854 |
9 682 131 452 |
9 740 611 160 |
Cyprus |
286 911 |
286 911 |
95 004 355 |
95 578 177 |
Letland |
301 527 |
301 527 |
99 843 956 |
100 447 010 |
Litouwen |
461 085 |
461 085 |
152 678 146 |
153 600 316 |
Luxemburg |
499 650 |
499 650 |
165 448 124 |
166 447 424 |
Hongarije |
1 761 379 |
1 761 379 |
583 241 832 |
586 764 590 |
Malta |
94 349 |
94 349 |
31 241 703 |
31 430 401 |
Nederland |
10 590 484 |
10 590 484 |
3 506 804 784 |
3 527 985 752 |
Oostenrijk |
5 194 129 |
5 194 129 |
1 719 921 156 |
1 730 309 414 |
Polen |
5 167 798 |
5 167 798 |
1 711 202 240 |
1 721 537 836 |
Portugal |
3 049 478 |
3 049 478 |
1 009 767 405 |
1 015 866 361 |
Slovenië |
588 905 |
588 905 |
195 003 021 |
196 180 831 |
Slowakije |
849 562 |
849 562 |
281 313 675 |
283 012 799 |
Finland |
3 348 360 |
3 348 360 |
1 108 735 585 |
1 115 432 305 |
Zweden |
6 113 906 |
6 113 906 |
2 024 484 818 |
2 036 712 630 |
Verenigd Koninkrijk |
38 767 481 |
38 767 481 |
12 836 994 777 |
12 914 529 739 |
Totaal |
229 000 000 |
229 000 000 |
75 828 290 270 |
76 286 290 270 |
Percentage van de 1 % BNI |
0,0021 |
0,0021 |
0,6815 |
0,6857 |
TABEL 5.1
Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2005 overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 5)
Omschrijving |
Coëfficiënt (10) |
Bedrag |
1. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in het totaal van de niet-afgetopte BTW-grondslagen |
17,7700 |
|
2. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in het totaal van de voor pretoetredingsuitgaven gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven |
9,1146 |
|
3. (1) – (2) |
8,6554 |
|
4. Totale toegerekende uitgaven |
|
95 942 473 817 |
5. Pretoetredingsuitgaven (PTU) (11) |
|
1 781 065 467 |
6. Voor PTU gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven = (4) – (5) |
|
94 161 408 350 |
7. Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66 |
|
5 379 028 461 |
8. Voordeel van het Verenigd Koninkrijk (12) |
|
534 582 959 |
9. Basiscompensatie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8) |
|
4 844 445 502 |
10. Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen (13) |
|
5 565 705 |
11. Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10) |
|
4 838 879 797 |
TABEL 5.2
Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2002 overeenkomstig artikel 4 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 3 5)
Omschrijving |
Coëfficiënt (14) |
Bedrag |
1. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in het totaal van de niet-afgetopte BTW-grondslagen |
19,1843 |
|
2. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in het totaal van de voor pretoetredingsuitgaven gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven |
7,5464 |
|
3. (1) – (2) |
11,6379 |
|
4. Totale toegerekende uitgaven |
|
77 768 930 560 |
5. Pretoetredingsuitgaven (PTU) (15) |
|
|
6. Voor PTU gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven = (4) – (5) |
|
77 768 930 560 |
7. Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66 |
|
5 973 420 121 |
8. Voordeel van het Verenigd Koninkrijk (16) |
|
292 486 596 |
9. Basiscompensatie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8) |
|
5 680 933 525 |
10. Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen (17) |
|
67 788 076 |
11. Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10) |
|
5 613 145 449 |
Noot:
Het verschil van 124 427 632 EUR tussen het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2002 (5 613 145 449 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van die correctie (5 488 717 817 EUR, zie GB 4/2003) wordt gefinancierd in het kader van hoofdstuk 3 5 van de GB 3/2006. Dit is het zogeheten „directe effect” van de Britse correctie. Een aanvullende correctie in verband met het „indirecte effect” van de Britse correctie op het uniforme afroepingspercentage van de eigen middelen uit de BTW wordt eveneens gefinancierd in het kader van hoofdstuk 3 5 van de GB 3/2006. Dit indirecte effect komt overeen met een daling van 9 998 501 EUR voor het Verenigd Koninkrijk, waardoor het totale bedrag voor het Verenigd Koninkrijk in hoofdstuk 3 5 van de GB 3/2006 uitkomt op een stijging van 114 429 130 EUR.
TABEL 5.3
Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2004 overeenkomstig artikel 4 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 3 6)
Omschrijving |
Coëfficiënt (18) |
Bedrag |
1. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in het totaal van de niet-afgetopte BTW-grondslagen |
18,6437 |
|
2. Aandeel van het Verenigd Koninkrijk (in %) in het totaal van de voor pretoetredingsuitgaven gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven |
7,9665 |
|
3. (1) – (2) |
10,6772 |
|
4. Totale toegerekende uitgaven |
|
92 157 248 765 |
5. Pretoetredingsuitgaven (PTU) (19) |
|
1 741 475 677 |
6. Voor PTU gecorrigeerde totale toegerekende uitgaven = (4) – (5) |
|
90 415 773 088 |
7. Oorspronkelijk bedrag van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (3) × (6) × 0,66 |
|
6 371 527 835 |
8. Voordeel van het Verenigd Koninkrijk (20) |
|
944 363 904 |
9. Basiscompensatie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8) |
|
5 427 163 931 |
10. Uitzonderlijke meevallers aan traditionele eigen middelen (21) |
|
1 815 861 |
11. Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (9) – (10) |
|
5 425 348 070 |
Noot:
Het verschil van 239 664 390 EUR tussen het aangepaste bedrag van de Britse correctie voor 2004 (5 425 348 070 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van die correctie (5 185 683 679 EUR, zie GB 5/2005) wordt gefinancierd in het kader van hoofdstuk 3 6 van de GB 3/2006. Dit is het zogeheten „directe effect” van de Britse correctie. Een aanvullende correctie in verband met het „indirecte effect” van de Britse correctie op het uniforme afroepingspercentage van de eigen middelen uit de BTW wordt eveneens gefinancierd in het kader van hoofdstuk 3 6 van de GB 3/2006. Dit indirecte effect komt overeen met een stijging van 14 680 207 EUR voor het Verenigd Koninkrijk, waardoor het totale bedrag voor het Verenigd Koninkrijk in hoofdstuk 3 6 van de GB 3/2006 uitkomt op een stijging van 254 334 597 EUR.
TABEL 6
Berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op – 4 838 879 797 EUR (hoofdstuk 1 5)
Lidstaat |
Aandelen in de BNI-grondslagen |
Aandelen zonder het Verenigd Koninkrijk |
Aandelen zonder Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk |
3/4 van het aandeel van Duitsland, Nederland, Oostenrijk en Zweden in kolom (2) |
Kolom (4) verdeeld volgens de sleutel van kolom (3) |
Financieringssleutel |
Op de correctie toegepaste financieringssleutel |
|
(1) |
(2) |
(3) |
(4) |
(5) |
(6) = (2) + (4) + (5) |
(7) |
België |
2,81 |
3,38 |
5,29 |
|
1,43 |
4,81 |
232 898 823 |
Tsjechische Republiek |
0,91 |
1,09 |
1,71 |
|
0,46 |
1,56 |
75 314 681 |
Denemarken |
1,95 |
2,34 |
3,66 |
|
0,99 |
3,33 |
161 163 335 |
Duitsland |
20,37 |
24,52 |
0,00 |
–18,39 |
0,00 |
6,13 |
296 624 626 |
Estland |
0,10 |
0,12 |
0,19 |
|
0,05 |
0,17 |
8 310 988 |
Griekenland |
1,71 |
2,06 |
3,21 |
|
0,87 |
2,92 |
141 495 758 |
Spanje |
8,50 |
10,24 |
16,00 |
|
4,33 |
14,56 |
704 677 677 |
Frankrijk |
15,92 |
19,17 |
29,97 |
|
8,10 |
27,27 |
1 319 497 580 |
Ierland |
1,30 |
1,57 |
2,45 |
|
0,66 |
2,23 |
107 952 207 |
Italië |
12,77 |
15,37 |
24,03 |
|
6,49 |
21,86 |
1 057 969 681 |
Cyprus |
0,13 |
0,15 |
0,24 |
|
0,06 |
0,21 |
10 381 157 |
Letland |
0,13 |
0,16 |
0,25 |
|
0,07 |
0,23 % |
10 909 982 |
Litouwen |
0,20 |
0,24 |
0,38 |
|
0,10 |
0,34 |
16 683 191 |
Luxemburg |
0,22 |
0,26 |
0,41 |
|
0,11 % |
0,37 |
18 078 571 |
Hongarije |
0,77 |
0,93 |
1,45 |
|
0,39 |
1,32 |
63 731 026 |
Malta |
0,04 |
0,05 % |
0,08 |
|
0,02 |
0,07 |
3 413 791 |
Nederland |
4,62 |
5,57 |
0,00 |
–4,18 |
0,00 |
1,39 |
67 346 634 |
Oostenrijk |
2,27 |
2,73 |
0,00 |
–2,05 |
0,00 |
0,68 |
33 030 325 |
Polen |
2,26 |
2,72 |
4,25 |
|
1,15 |
3,86 |
186 983 630 |
Portugal |
1,33 |
1,60 |
2,51 |
|
0,68 |
2,28 |
110 337 616 |
Slovenië |
0,26 |
0,31 |
0,48 |
|
0,13 |
0,44 |
21 308 044 |
Slowakije |
0,37 |
0,45 |
0,70 |
|
0,19 |
0,64 |
30 739 238 |
Finland |
1,46 |
1,76 |
2,75 |
|
0,74 |
2,50 |
121 151 901 |
Zweden |
2,67 |
3,21 |
0,00 |
–2,41 |
0,00 |
0,80 |
38 879 335 |
Verenigd Koninkrijk |
16,93 |
0,00 |
0,00 |
|
0,00 |
0,00 |
0 |
Totaal |
100,00 |
100,00 |
100,00 |
–27,02 |
27,02 |
100,00 |
4 838 879 797 |
De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.
TABEL 7
Overzicht van de financiering van de algemene begroting per soort eigen middelen en per lidstaat
Lidstaat |
Nettolandbouwrechten (75 %) |
Nettoheffingen en -bijdragen „suiker” en „isoglucose” (75 %) |
Nettodouanerechten (75 %) |
Totaal netto traditionele eigen middelen (75 %) |
Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage |
Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves |
Eigen middelen „BNI”, reserves |
Correctie voor het Verenigd Koninkrijk 2005 |
Correctie voor het Verenigd Koninkrijk 2002+2004 |
Totaal van de eigen middelen (22) |
Aandeel in het financieringstotaal (%) |
|
(1) |
(2) |
(3) |
(4) = (1) + (2) + (3) |
(5) |
(6) |
(7) |
(8) |
(9) |
(10) = (4) + (5) + (6) + (7) + (8) + (9) |
(11) |
België |
6 900 000 |
8 500 000 |
1 444 700 000 |
1 460 100 000 |
445 821 747 |
2 131 400 413 |
12 873 578 |
232 898 823 |
16 252 677 |
4 299 347 238 |
3,97 |
Tsjechische Republiek |
3 500 000 |
2 500 000 |
151 700 000 |
157 700 000 |
170 342 558 |
689 250 980 |
4 163 050 |
75 314 681 |
3 110 407 |
1 099 881 676 |
1,02 |
Denemarken |
20 300 000 |
4 400 000 |
266 300 000 |
291 000 000 |
289 309 330 |
1 474 904 831 |
8 908 370 |
161 163 335 |
7 571 331 |
2 232 857 197 |
2,06 |
Duitsland |
125 700 000 |
36 000 000 |
2 613 100 000 |
2 774 800 000 |
3 290 759 430 |
15 445 533 136 |
93 290 440 |
296 624 626 |
83 909 745 |
21 984 917 377 |
20,30 |
Estland |
400 000 |
0 |
19 800 000 |
20 200 000 |
18 797 330 |
76 058 960 |
459 394 |
8 310 988 |
888 155 |
124 714 827 |
0,12 |
Griekenland |
5 200 000 |
2 300 000 |
202 500 000 |
210 000 000 |
320 027 238 |
1 294 914 731 |
7 821 236 |
141 495 758 |
7 471 673 |
1 981 730 636 |
1,83 |
Spanje |
36 400 000 |
5 900 000 |
1 295 800 000 |
1 338 100 000 |
1 593 800 795 |
6 448 938 967 |
38 951 346 |
704 677 677 |
100 629 011 |
10 225 097 796 |
9,44 |
Frankrijk |
59 200 000 |
35 600 000 |
1 130 900 000 |
1 225 700 000 |
2 887 911 189 |
12 075 534 163 |
72 935 768 |
1 319 497 580 |
100 572 825 |
17 682 151 525 |
16,33 |
Ierland |
300 000 |
1 400 000 |
209 600 000 |
211 300 000 |
244 160 300 |
987 937 060 |
5 967 102 |
107 952 207 |
12 710 188 |
1 570 026 857 |
1,45 |
Italië |
57 000 000 |
13 800 000 |
1 437 500 000 |
1 508 300 000 |
1 890 246 437 |
9 682 131 452 |
58 479 708 |
1 057 969 681 |
–51 626 461 |
14 145 500 817 |
13,06 |
Cyprus |
2 900 000 |
0 |
34 000 000 |
36 900 000 |
23 479 524 |
95 004 355 |
573 822 |
10 381 157 |
342 735 |
166 681 593 |
0,15 |
Letland |
700 000 |
300 000 |
26 000 000 |
27 000 000 |
22 608 876 |
99 843 956 |
603 054 |
10 909 982 |
717 885 |
161 683 753 |
0,15 |
Litouwen |
1 300 000 |
500 000 |
40 800 000 |
42 600 000 |
31 220 691 |
152 678 146 |
922 170 |
16 683 191 |
4 726 384 |
248 830 582 |
0,23 % |
Luxemburg |
200 000 |
0 |
17 200 000 |
17 400 000 |
40 889 106 |
165 448 124 |
999 300 |
18 078 571 |
818 049 |
243 633 150 |
0,23 % |
Hongarije |
2 600 000 |
2 200 000 |
114 400 000 |
119 200 000 |
126 441 810 |
583 241 832 |
3 522 758 |
63 731 026 |
55 755 |
896 193 181 |
0,83 |
Malta |
900 000 |
0 |
10 700 000 |
11 600 000 |
7 721 123 |
31 241 703 |
188 698 |
3 413 791 |
33 192 |
54 198 507 |
0,05 |
Nederland |
142 900 000 |
8 900 000 |
1 403 000 000 |
1 554 800 000 |
835 916 997 |
3 506 804 784 |
21 180 968 |
67 346 634 |
35 477 742 |
6 021 527 125 |
5,56 |
Oostenrijk |
2 500 000 |
3 700 000 |
179 100 000 |
185 300 000 |
370 193 483 |
1 719 921 156 |
10 388 258 |
33 030 325 |
38 345 022 |
2 357 178 244 |
2,18 |
Polen |
21 700 000 |
10 400 000 |
218 800 000 |
250 900 000 |
412 314 701 |
1 711 202 240 |
10 335 596 |
186 983 630 |
10 597 556 |
2 582 333 723 |
2,38 |
Portugal |
11 000 000 |
500 000 |
99 200 000 |
110 700 000 |
249 555 485 |
1 009 767 405 |
6 098 956 |
110 337 616 |
14 492 947 |
1 500 952 409 |
1,39 |
Slovenië |
100 000 |
300 000 |
33 500 000 |
33 900 000 |
48 193 349 |
195 003 021 |
1 177 810 |
21 308 044 |
120 693 |
299 702 917 |
0,28 |
Slowakije |
800 000 |
1 500 000 |
47 400 000 |
49 700 000 |
53 592 745 |
281 313 675 |
1 699 124 |
30 739 238 |
2 154 896 |
419 199 678 |
0,39 |
Finland |
3 600 000 |
1 100 000 |
118 700 000 |
123 400 000 |
239 931 873 |
1 108 735 585 |
6 696 720 |
121 151 901 |
–9 499 469 |
1 590 416 610 |
1,47 |
Zweden |
9 600 000 |
2 600 000 |
377 100 000 |
389 300 000 |
429 230 091 |
2 024 484 818 |
12 227 812 |
38 879 335 |
–11 099 211 |
2 883 022 845 |
2,66 |
Verenigd Koninkrijk |
247 700 000 |
8 200 000 |
2 383 100 000 |
2 639 000 000 |
3 157 809 913 |
12 836 994 777 |
77 534 962 |
–4 838 879 797 |
– 368 773 727 |
13 503 686 128 |
12,47 |
Totaal |
763 400 000 |
150 600 000 |
13 874 900 000 |
14 788 900 000 |
17 200 276 121 |
75 828 290 270 |
458 000 000 |
0 |
0 |
108 275 466 391 |
100,00 |
B. ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN PER BEGROTINGSONDERDEEL
ONTVANGSTEN
TITEL 1
EIGEN MIDDELEN
Titel Hoofdstuk |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
1 0 |
DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM) |
763 500 000 |
– 100 000 |
763 400 000 |
1 1 |
BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM) |
556 200 000 |
– 405 600 000 |
150 600 000 |
1 2 |
DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
12 905 400 000 |
969 500 000 |
13 874 900 000 |
1 3 |
EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
15 884 321 797 |
1 315 954 324 |
17 200 276 121 |
1 4 |
EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
78 258 774 594 |
–1 972 484 324 |
76 286 290 270 |
1 5 |
CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN |
0 |
0 |
0 |
|
Titel 1 — Totaal |
108 368 196 391 |
–92 730 000 |
108 275 466 391 |
HOOFDSTUK 1 0 —
DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
1 0 |
||||
DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM) |
||||
1 0 0 |
||||
Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom) |
||||
1 0 0 0 |
Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom) |
763 500 000 |
– 100 000 |
763 400 000 |
|
Artikel 1 0 0 — Subtotaal |
763 500 000 |
– 100 000 |
763 400 000 |
|
Hoofdstuk 1 0 — Totaal |
763 500 000 |
– 100 000 |
763 400 000 |
1 0 0
Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)
1 0 0 0
Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
763 500 000 |
– 100 000 |
763 400 000 |
Toelichting
Het betreft hier rechten die worden geïnd bij invoer uit derde landen van onder een gemeenschappelijke marktordening vallende landbouwproducten. Deze landbouwrechten dienen ter compensatie van het verschil tussen de wereldmarktprijzen en de prijzen die binnen de Gemeenschap gelden.
Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).
Rechtsgronden
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), en met name artikel 2, lid 1, onder a).
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
10 800 000 |
–3 900 000 |
6 900 000 |
Tsjechische Republiek |
2 600 000 |
900 000 |
3 500 000 |
Denemarken |
15 800 000 |
4 500 000 |
20 300 000 |
Duitsland |
115 500 000 |
10 200 000 |
125 700 000 |
Estland |
400 000 |
— |
400 000 |
Griekenland |
7 300 000 |
–2 100 000 |
5 200 000 |
Spanje |
38 000 000 |
–1 600 000 |
36 400 000 |
Frankrijk |
58 900 000 |
300 000 |
59 200 000 |
Ierland |
400 000 |
– 100 000 |
300 000 |
Italië |
58 900 000 |
–1 900 000 |
57 000 000 |
Cyprus |
1 900 000 |
1 000 000 |
2 900 000 |
Letland |
400 000 |
300 000 |
700 000 |
Litouwen |
1 300 000 |
— |
1 300 000 |
Luxemburg |
100 000 |
100 000 |
200 000 |
Hongarije |
3 200 000 |
– 600 000 |
2 600 000 |
Malta |
1 200 000 |
– 300 000 |
900 000 |
Nederland |
170 000 000 |
–27 100 000 |
142 900 000 |
Oostenrijk |
4 000 000 |
–1 500 000 |
2 500 000 |
Polen |
20 900 000 |
800 000 |
21 700 000 |
Portugal |
19 900 000 |
–8 900 000 |
11 000 000 |
Slovenië |
100 000 |
— |
100 000 |
Slowakije |
600 000 |
200 000 |
800 000 |
Finland |
3 000 000 |
600 000 |
3 600 000 |
Zweden |
8 700 000 |
900 000 |
9 600 000 |
Verenigd Koninkrijk |
219 600 000 |
28 100 000 |
247 700 000 |
Totaal van post 1 0 0 0 |
763 500 000 |
– 100 000 |
763 400 000 |
HOOFDSTUK 1 1 —
BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
1 1 |
||||
BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM) |
||||
1 1 0 |
Productieheffingen op suiker |
547 100 000 |
– 398 750 000 |
148 350 000 |
|
Artikel 1 1 0 — Subtotaal |
547 100 000 |
– 398 750 000 |
148 350 000 |
1 1 1 |
Bijdragen in verband met de opslag van suiker |
p.m. |
|
p.m. |
|
Artikel 1 1 1 — Subtotaal |
p.m. |
|
p.m. |
1 1 2 |
Productieheffingen op isoglucose |
6 700 000 |
–5 575 000 |
1 125 000 |
|
Artikel 1 1 2 — Subtotaal |
6 700 000 |
–5 575 000 |
1 125 000 |
1 1 3 |
Heffingen op de niet-uitgevoerde productie van C-suiker, C-isoglucose en C-inulinestroop |
p.m. |
|
p.m. |
|
Artikel 1 1 3 — Subtotaal |
p.m. |
|
p.m. |
1 1 4 |
Heffingen op C-suiker en C-isoglucose voor vervanging |
p.m. |
|
p.m. |
|
Artikel 1 1 4 — Subtotaal |
p.m. |
|
p.m. |
1 1 5 |
Productieheffing op inulinestroop |
2 400 000 |
–1 275 000 |
1 125 000 |
|
Artikel 1 1 5 — Subtotaal |
2 400 000 |
–1 275 000 |
1 125 000 |
1 1 6 |
Aanvullende heffing zoals bedoeld in Verordening (EEG) nr. 1107/88 |
p.m. |
|
p.m. |
|
Artikel 1 1 6 — Subtotaal |
p.m. |
|
p.m. |
|
Hoofdstuk 1 1 — Totaal |
556 200 000 |
– 405 600 000 |
150 600 000 |
1 1 0
Productieheffingen op suiker
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
547 100 000 |
– 398 750 000 |
148 350 000 |
Toelichting
De gemeenschappelijke ordening van de markten in de sector suiker houdt in dat de suikerfabrikanten heffingen op de basisproductie van B-suiker betalen ter dekking van de uitgaven voor steun aan de markt.
De in artikel 15 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 bedoelde maximalisering van de bijdragen kan echter ten gevolge hebben dat zij het te verwachten totale verlies wegens het bestaan van een exportabel overschot dat berekend wordt overeenkomstig het bepaalde in de leden 1 en 2 van dat artikel, niet volledig dekken. In dit geval moet de in artikel 1 1 6 van dit hoofdstuk bedoelde aanvullende heffing overeenkomstig het bepaalde in artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 door de suikerfabrikanten worden betaald.
Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
30 600 000 |
–23 000 000 |
7 600 000 |
Tsjechische Republiek |
6 500 000 |
–4 000 000 |
2 500 000 |
Denemarken |
19 100 000 |
–14 700 000 |
4 400 000 |
Duitsland |
159 300 000 |
– 123 375 000 |
35 925 000 |
Estland |
— |
— |
— |
Griekenland |
3 900 000 |
–1 600 000 |
2 300 000 |
Spanje |
15 800 000 |
–10 125 000 |
5 675 000 |
Frankrijk |
152 400 000 |
– 116 950 000 |
35 450 000 |
Ierland |
4 700 000 |
–3 300 000 |
1 400 000 |
Italië |
20 800 000 |
–7 075 000 |
13 725 000 |
Cyprus |
— |
— |
— |
Letland |
600 000 |
– 300 000 |
300 000 |
Litouwen |
1 000 000 |
– 500 000 |
500 000 |
Luxemburg |
— |
— |
— |
Hongarije |
4 100 000 |
–2 200 000 |
1 900 000 |
Malta |
— |
— |
— |
Nederland |
36 600 000 |
–28 000 000 |
8 600 000 |
Oostenrijk |
15 200 000 |
–11 500 000 |
3 700 000 |
Polen |
30 300 000 |
–19 975 000 |
10 325 000 |
Portugal |
1 700 000 |
–1 200 000 |
500 000 |
Slovenië |
500 000 |
– 200 000 |
300 000 |
Slowakije |
4 700 000 |
–3 275 000 |
1 425 000 |
Finland |
3 400 000 |
–2 300 000 |
1 100 000 |
Zweden |
8 800 000 |
–6 200 000 |
2 600 000 |
Verenigd Koninkrijk |
27 100 000 |
–18 975 000 |
8 125 000 |
Totaal van artikel 1 1 0 |
547 100 000 |
– 398 750 000 |
148 350 000 |
1 1 2
Productieheffingen op isoglucose
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
6 700 000 |
–5 575 000 |
1 125 000 |
Toelichting
Overeenkomstig de gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker betalen de isoglucosebedrijven heffingen op de basisproductie van B-suiker teneinde de uitgaven voor marktondersteuning te dekken.
De in artikel 15 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 bedoelde maximalisering van de bijdragen kan echter ten gevolge hebben dat zij het te verwachten totale verlies wegens het bestaan van een exportabel overschot dat berekend wordt overeenkomstig het bepaalde in de leden 1 en 2 van dat artikel, niet volledig dekken. In dit geval moet de in artikel 1 1 6 van dit hoofdstuk bedoelde aanvullende heffing overeenkomstig het bepaalde in artikel 16 van Verordening (EG) nr. 1260/2001 door de isoglucosebedrijven worden betaald.
Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
1 400 000 |
–1 250 000 |
150 000 |
Tsjechische Republiek |
— |
— |
— |
Denemarken |
— |
— |
— |
Duitsland |
600 000 |
– 525 000 |
75 000 |
Estland |
— |
— |
— |
Griekenland |
200 000 |
– 200 000 |
p.m. |
Spanje |
800 000 |
– 575 000 |
225 000 |
Frankrijk |
400 000 |
– 325 000 |
75 000 |
Ierland |
— |
— |
— |
Italië |
300 000 |
– 225 000 |
75 000 |
Cyprus |
— |
— |
— |
Letland |
— |
— |
— |
Litouwen |
— |
— |
— |
Luxemburg |
— |
— |
— |
Hongarije |
1 200 000 |
– 900 000 |
300 000 |
Malta |
— |
— |
— |
Nederland |
200 000 |
– 200 000 |
p.m. |
Oostenrijk |
— |
— |
— |
Polen |
200 000 |
– 125 000 |
75 000 |
Portugal |
200 000 |
– 200 000 |
p.m. |
Slovenië |
— |
— |
— |
Slowakije |
500 000 |
– 425 000 |
75 000 |
Finland |
200 000 |
– 200 000 |
p.m. |
Zweden |
— |
— |
— |
Verenigd Koninkrijk |
500 000 |
– 425 000 |
75 000 |
Totaal van artikel 1 1 2 |
6 700 000 |
–5 575 000 |
1 125 000 |
1 1 5
Productieheffing op inulinestroop
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
2 400 000 |
–1 275 000 |
1 125 000 |
Toelichting
Aangezien de bestaande productieregeling voor suiker wordt verlengd voor het lopende verkoopseizoen, moet een overeenkomstige regeling gelden voor de productie van inulinestroop, om te voorkomen dat dit product, als rechtstreeks vervangingsproduct van isoglucose en vloeibare suiker, de markt zou verstoren, waardoor alleen de producenten van suiker en isoglucose vanwege de overschotsituatie voor nog zwaardere lasten zouden komen te staan in verband met de uitvoer.
De gemeenschappelijke ordening van de markten in de sector suiker houdt in dat de producenten van inulinestroop heffingen op de productie van B-suiker betalen, alsmede de aanvullende heffing wanneer deze noodzakelijk is, ter dekking van de uitgaven voor steun aan de markt.
Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).
Rechtsgronden
Verordening (EG) nr. 1260/2001 van de Raad van 19 juni 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector suiker (PB L 178 van 30.6.2001, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 39/2004 van de Commissie (PB L 6 van 10.1.2004, blz. 16).
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
1 600 000 |
– 850 000 |
750 000 |
Tsjechische Republiek |
— |
— |
— |
Denemarken |
— |
— |
— |
Duitsland |
— |
— |
— |
Estland |
— |
— |
— |
Griekenland |
— |
— |
— |
Spanje |
— |
— |
— |
Frankrijk |
200 000 |
– 125 000 |
75 000 |
Ierland |
— |
— |
— |
Italië |
— |
— |
— |
Cyprus |
— |
— |
— |
Letland |
— |
— |
— |
Litouwen |
— |
— |
— |
Luxemburg |
— |
— |
— |
Hongarije |
— |
— |
— |
Malta |
— |
— |
— |
Nederland |
600 000 |
– 300 000 |
300 000 |
Oostenrijk |
— |
— |
— |
Polen |
— |
— |
— |
Portugal |
— |
— |
— |
Slovenië |
— |
— |
— |
Slowakije |
— |
— |
— |
Finland |
— |
— |
— |
Zweden |
— |
— |
— |
Verenigd Koninkrijk |
— |
— |
— |
Totaal van artikel 1 1 5 |
2 400 000 |
–1 275 000 |
1 125 000 |
HOOFDSTUK 1 2 —
DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
1 2 |
||||
DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER b), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
||||
1 2 0 |
Douanerechten en overige rechten zoals bedoeld in artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2000/597/EG, Euratom |
12 905 400 000 |
969 500 000 |
13 874 900 000 |
|
Artikel 1 2 0 — Subtotaal |
12 905 400 000 |
969 500 000 |
13 874 900 000 |
|
Hoofdstuk 1 2 — Totaal |
12 905 400 000 |
969 500 000 |
13 874 900 000 |
1 2 0
Douanerechten en overige rechten zoals bedoeld in artikel 2, lid 1, onder b), van Besluit 2000/597/EG, Euratom
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
12 905 400 000 |
969 500 000 |
13 874 900 000 |
Toelichting
De aanwending van de douanerechten als eigen middelen voor de financiering van de gemeenschappelijke uitgaven vloeit logischerwijs voort uit het feit dat er binnen de Gemeenschap vrij verkeer van goederen bestaat.
Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).
Rechtsgronden
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), en met name artikel 2, lid 1, onder a).
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
1 441 900 000 |
2 800 000 |
1 444 700 000 |
Tsjechische Republiek |
158 800 000 |
–7 100 000 |
151 700 000 |
Denemarken |
226 400 000 |
39 900 000 |
266 300 000 |
Duitsland |
2 517 300 000 |
95 800 000 |
2 613 100 000 |
Estland |
16 900 000 |
2 900 000 |
19 800 000 |
Griekenland |
191 300 000 |
11 200 000 |
202 500 000 |
Spanje |
1 101 900 000 |
193 900 000 |
1 295 800 000 |
Frankrijk |
1 027 300 000 |
103 600 000 |
1 130 900 000 |
Ierland |
149 900 000 |
59 700 000 |
209 600 000 |
Italië |
1 333 100 000 |
104 400 000 |
1 437 500 000 |
Cyprus |
38 200 000 |
–4 200 000 |
34 000 000 |
Letland |
19 700 000 |
6 300 000 |
26 000 000 |
Litouwen |
32 000 000 |
8 800 000 |
40 800 000 |
Luxemburg |
13 800 000 |
3 400 000 |
17 200 000 |
Hongarije |
130 400 000 |
–16 000 000 |
114 400 000 |
Malta |
9 000 000 |
1 700 000 |
10 700 000 |
Nederland |
1 209 300 000 |
193 700 000 |
1 403 000 000 |
Oostenrijk |
186 100 000 |
–7 000 000 |
179 100 000 |
Polen |
217 900 000 |
900 000 |
218 800 000 |
Portugal |
93 900 000 |
5 300 000 |
99 200 000 |
Slovenië |
31 100 000 |
2 400 000 |
33 500 000 |
Slowakije |
46 800 000 |
600 000 |
47 400 000 |
Finland |
100 200 000 |
18 500 000 |
118 700 000 |
Zweden |
313 700 000 |
63 400 000 |
377 100 000 |
Verenigd Koninkrijk |
2 298 500 000 |
84 600 000 |
2 383 100 000 |
Artikel 1 2 0 — Totaal |
12 905 400 000 |
969 500 000 |
13 874 900 000 |
HOOFDSTUK 1 3 —
EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
1 3 |
||||
EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER c), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
||||
1 3 0 |
Eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom |
15 884 321 797 |
1 315 954 324 |
17 200 276 121 |
|
Artikel 1 3 0 — Subtotaal |
15 884 321 797 |
1 315 954 324 |
17 200 276 121 |
|
Hoofdstuk 1 3 — Totaal |
15 884 321 797 |
1 315 954 324 |
17 200 276 121 |
1 3 0
Eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
15 884 321 797 |
1 315 954 324 |
17 200 276 121 |
Toelichting
Het voor alle lidstaten geldende uniforme percentage dat wordt toegepast op de BTW-grondslag die op uniforme wijze is vastgesteld volgens communautaire voorschriften, bedraagt 0,3369 %. Aldus is rekening gehouden met de afgetopte BTW-grondslagen en met de compensatieregeling ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk.
Rechtsgronden
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), en met name artikel 2, lid 1, onder a).
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
405 521 510 |
40 300 237 |
445 821 747 |
Tsjechische Republiek |
153 958 679 |
16 383 879 |
170 342 558 |
Denemarken |
253 752 598 |
35 556 732 |
289 309 330 |
Duitsland |
3 033 122 558 |
257 636 872 |
3 290 759 430 |
Estland |
15 251 761 |
3 545 569 |
18 797 330 |
Griekenland |
293 094 419 |
26 932 819 |
320 027 238 |
Spanje |
1 393 296 470 |
200 504 325 |
1 593 800 795 |
Frankrijk |
2 590 795 331 |
297 115 858 |
2 887 911 189 |
Ierland |
219 245 440 |
24 914 860 |
244 160 300 |
Italië |
1 961 508 487 |
–71 262 050 |
1 890 246 437 |
Cyprus |
21 018 043 |
2 461 481 |
23 479 524 |
Letland |
17 783 998 |
4 824 878 |
22 608 876 |
Litouwen |
32 519 191 |
–1 298 500 |
31 220 691 |
Luxemburg |
39 685 065 |
1 204 041 |
40 889 106 |
Hongarije |
125 093 071 |
1 348 739 |
126 441 810 |
Malta |
7 094 069 |
627 054 |
7 721 123 |
Nederland |
730 414 741 |
105 502 256 |
835 916 997 |
Oostenrijk |
335 565 053 |
34 628 430 |
370 193 483 |
Polen |
371 142 179 |
41 172 522 |
412 314 701 |
Portugal |
221 150 923 |
28 404 562 |
249 555 485 |
Slovenië |
45 334 198 |
2 859 151 |
48 193 349 |
Slowakije |
51 185 130 |
2 407 615 |
53 592 745 |
Finland |
216 537 712 |
23 394 161 |
239 931 873 |
Zweden |
392 596 472 |
36 633 619 |
429 230 091 |
Verenigd Koninkrijk |
2 957 654 699 |
200 155 214 |
3 157 809 913 |
Artikel 1 3 0 — Totaal |
15 884 321 797 |
1 315 954 324 |
17 200 276 121 |
HOOFDSTUK 1 4 —
EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
1 4 |
||||
EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER d), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM |
||||
1 4 0 |
||||
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom |
||||
1 4 0 0 |
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom |
77 800 774 594 |
–1 972 484 324 |
75 828 290 270 |
1 4 0 2 |
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor verstrekte leningen en de garantie voor verstrekte leningen |
229 000 000 |
0 |
229 000 000 |
1 4 0 3 |
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor noodhulp |
229 000 000 |
0 |
229 000 000 |
|
Artikel 1 4 0 — Subtotaal |
78 258 774 594 |
–1 972 484 324 |
76 286 290 270 |
|
Hoofdstuk 1 4 — Totaal |
78 258 774 594 |
–1 972 484 324 |
76 286 290 270 |
1 4 0
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom
1 4 0 0
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
77 800 774 594 |
–1 972 484 324 |
75 828 290 270 |
Toelichting
Het voor het begrotingsjaar op het bruto nationaal inkomen van de lidstaten toe te passen uniforme percentage, exclusief de reserve voor leninggaranties en de reserve voor spoedhulp, bedraagt 0,6815 %.
Rechtsgronden
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), en met name artikel 2, lid 1, onder a).
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
2 195 871 185 |
–64 470 772 |
2 131 400 413 |
Tsjechische Republiek |
698 181 668 |
–8 930 688 |
689 250 980 |
Denemarken |
1 473 066 601 |
1 838 230 |
1 474 904 831 |
Duitsland |
16 007 961 284 |
– 562 428 148 |
15 445 533 136 |
Estland |
69 164 663 |
6 894 297 |
76 058 960 |
Griekenland |
1 329 143 328 |
–34 228 597 |
1 294 914 731 |
Spanje |
6 318 409 993 |
130 528 974 |
6 448 938 967 |
Frankrijk |
12 360 315 727 |
– 284 781 564 |
12 075 534 163 |
Ierland |
994 248 250 |
–6 311 190 |
987 937 060 |
Italië |
10 143 986 035 |
– 461 854 583 |
9 682 131 452 |
Cyprus |
95 313 964 |
– 309 609 |
95 004 355 |
Letland |
91 189 559 |
8 654 397 |
99 843 956 |
Litouwen |
147 470 106 |
5 208 040 |
152 678 146 |
Luxemburg |
179 966 374 |
–14 518 250 |
165 448 124 |
Hongarije |
636 168 923 |
–52 927 091 |
583 241 832 |
Malta |
32 170 638 |
– 928 935 |
31 241 703 |
Nederland |
3 414 269 646 |
92 535 138 |
3 506 804 784 |
Oostenrijk |
1 740 352 178 |
–20 431 022 |
1 719 921 156 |
Polen |
1 683 079 303 |
28 122 937 |
1 711 202 240 |
Portugal |
1 002 889 359 |
6 878 046 |
1 009 767 405 |
Slovenië |
205 584 424 |
–10 581 403 |
195 003 021 |
Slowakije |
276 504 256 |
4 809 419 |
281 313 675 |
Finland |
1 132 376 163 |
–23 640 578 |
1 108 735 585 |
Zweden |
2 160 529 168 |
– 136 044 350 |
2 024 484 818 |
Verenigd Koninkrijk |
13 412 561 799 |
– 575 567 022 |
12 836 994 777 |
Totaal van post 1 4 0 0 |
77 800 774 594 |
–1 972 484 324 |
75 828 290 270 |
1 4 0 2
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor verstrekte leningen en de garantie voor verstrekte leningen
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
229 000 000 |
0 |
229 000 000 |
Rechtsgronden
Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2273/2004 (PB L 396 van 31.12.2004, blz. 28).
Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2000/597/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2028/2004 (PB L 352 van 27.11.2004, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline (PB L 244 van 29.9.2000, blz. 27).
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), en met name artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6.
Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), en met name de artikelen 26 en 45.
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
6 463 361 |
–26 572 |
6 436 789 |
Tsjechische Republiek |
2 055 039 |
26 486 |
2 081 525 |
Denemarken |
4 335 847 |
118 338 |
4 454 185 |
Duitsland |
47 118 080 |
– 472 860 |
46 645 220 |
Estland |
203 580 |
26 117 |
229 697 |
Griekenland |
3 912 221 |
–1 603 |
3 910 618 |
Spanje |
18 597 705 |
877 968 |
19 475 673 |
Frankrijk |
36 381 544 |
86 340 |
36 467 884 |
Ierland |
2 926 486 |
57 065 |
2 983 551 |
Italië |
29 857 965 |
– 618 111 |
29 239 854 |
Cyprus |
280 549 |
6 362 |
286 911 |
Letland |
268 409 |
33 118 |
301 527 |
Litouwen |
434 066 |
27 019 |
461 085 |
Luxemburg |
529 716 |
–30 066 |
499 650 |
Hongarije |
1 872 509 |
– 111 130 |
1 761 379 |
Malta |
94 692 |
– 343 |
94 349 |
Nederland |
10 049 614 |
540 870 |
10 590 484 |
Oostenrijk |
5 122 579 |
71 550 |
5 194 129 |
Polen |
4 954 002 |
213 796 |
5 167 798 |
Portugal |
2 951 920 |
97 558 |
3 049 478 |
Slovenië |
605 120 |
–16 215 |
588 905 |
Slowakije |
813 867 |
35 695 |
849 562 |
Finland |
3 333 053 |
15 307 |
3 348 360 |
Zweden |
6 359 335 |
– 245 429 |
6 113 906 |
Verenigd Koninkrijk |
39 478 741 |
– 711 260 |
38 767 481 |
Totaal van post 1 4 0 2 |
229 000 000 |
0 |
229 000 000 |
1 4 0 3
Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor noodhulp
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
229 000 000 |
0 |
229 000 000 |
Toelichting
Wanneer de Commissie van oordeel is dat een beroep op deze reserve dient te worden gedaan, roept zij ten spoedigste een tripartiete vergadering bijeen teneinde de instemming van de twee takken van de begrotingsautoriteit te verkrijgen betreffende de noodzaak van het beroep op de reserve en het vereiste bedrag. De reserve wordt beschikbaar gesteld door middel van overschrijvingen naar de betrokken begrotingsonderdelen.
Rechtsgronden
Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 2000/597/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2028/2004 (PB L 352 van 27.11.2004, blz. 1).
Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline (PB L 244 van 29.9.2000, blz. 27).
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), en met name artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6.
Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), en met name de artikelen 26 en 45.
Referentiebesluiten
Conclusies van de Europese Raad van Edinburgh van 11 en 12 december 1992 tot instelling van een reserve voor spoedhulp.
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
6 463 361 |
–26 572 |
6 436 789 |
Tsjechische Republiek |
2 055 039 |
26 486 |
2 081 525 |
Denemarken |
4 335 847 |
118 338 |
4 454 185 |
Duitsland |
47 118 080 |
– 472 860 |
46 645 220 |
Estland |
203 580 |
26 117 |
229 697 |
Griekenland |
3 912 221 |
–1 603 |
3 910 618 |
Spanje |
18 597 705 |
877 968 |
19 475 673 |
Frankrijk |
36 381 544 |
86 340 |
36 467 884 |
Ierland |
2 926 486 |
57 065 |
2 983 551 |
Italië |
29 857 965 |
– 618 111 |
29 239 854 |
Cyprus |
280 549 |
6 362 |
286 911 |
Letland |
268 409 |
33 118 |
301 527 |
Litouwen |
434 066 |
27 019 |
461 085 |
Luxemburg |
529 716 |
–30 066 |
499 650 |
Hongarije |
1 872 509 |
– 111 130 |
1 761 379 |
Malta |
94 692 |
– 343 |
94 349 |
Nederland |
10 049 614 |
540 870 |
10 590 484 |
Oostenrijk |
5 122 579 |
71 550 |
5 194 129 |
Polen |
4 954 002 |
213 796 |
5 167 798 |
Portugal |
2 951 920 |
97 558 |
3 049 478 |
Slovenië |
605 120 |
–16 215 |
588 905 |
Slowakije |
813 867 |
35 695 |
849 562 |
Finland |
3 333 053 |
15 307 |
3 348 360 |
Zweden |
6 359 335 |
– 245 429 |
6 113 906 |
Verenigd Koninkrijk |
39 478 741 |
– 711 260 |
38 767 481 |
Totaal van post 1 4 0 3 |
229 000 000 |
0 |
229 000 000 |
HOOFDSTUK 1 5 —
CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
1 5 |
||||
CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN |
||||
1 5 0 |
Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden welke aan het Verenigd Koninkrijk wordt toegekend overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 4 en 5 van Besluit 2000/597/EG, Euratom |
0 |
0 |
0 |
|
Artikel 1 5 0 — Subtotaal |
0 |
0 |
0 |
|
Hoofdstuk 1 5 — Totaal |
0 |
0 |
0 |
1 5 0
Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden welke aan het Verenigd Koninkrijk wordt toegekend overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 4 en 5 van Besluit 2000/597/EG, Euratom
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
0 |
0 |
0 |
Rechtsgronden
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), en met name de artikelen 4 en 5.
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
276 481 607 |
–43 582 784 |
232 898 823 |
Tsjechische Republiek |
87 907 884 |
–12 593 203 |
75 314 681 |
Denemarken |
185 473 457 |
–24 310 122 |
161 163 335 |
Duitsland |
353 367 227 |
–56 742 601 |
296 624 626 |
Estland |
8 708 506 |
– 397 518 |
8 310 988 |
Griekenland |
167 352 113 |
–25 856 355 |
141 495 758 |
Spanje |
795 549 465 |
–90 871 788 |
704 677 677 |
Frankrijk |
1 556 284 347 |
– 236 786 767 |
1 319 497 580 |
Ierland |
125 185 555 |
–17 233 348 |
107 952 207 |
Italië |
1 277 226 814 |
– 219 257 133 |
1 057 969 681 |
Cyprus |
12 000 958 |
–1 619 801 |
10 381 157 |
Letland |
11 481 655 |
– 571 673 |
10 909 982 |
Litouwen |
18 567 925 |
–1 884 734 |
16 683 191 |
Luxemburg |
22 659 522 |
–4 580 951 |
18 078 571 |
Hongarije |
80 099 874 |
–16 368 848 |
63 731 026 |
Malta |
4 050 597 |
– 636 806 |
3 413 791 |
Nederland |
75 368 185 |
–8 021 551 |
67 346 634 |
Oostenrijk |
38 417 348 |
–5 387 023 |
33 030 325 |
Polen |
211 916 106 |
–24 932 476 |
186 983 630 |
Portugal |
126 273 555 |
–15 935 939 |
110 337 616 |
Slovenië |
25 885 085 |
–4 577 041 |
21 308 044 |
Slowakije |
34 814 584 |
–4 075 346 |
30 739 238 |
Finland |
142 577 207 |
–21 425 306 |
121 151 901 |
Zweden |
47 692 531 |
–8 813 196 |
38 879 335 |
Verenigd Koninkrijk |
–5 685 342 107 |
846 462 310 |
–4 838 879 797 |
Artikel 1 5 0 — Totaal |
0 |
0 |
0 |
TITEL 3
OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN
Titel Hoofdstuk |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
3 0 |
OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR |
2 410 079 591 |
92 730 000 |
2 502 809 591 |
3 1 |
SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN EN VAN FINANCIËLE BIJDRAGEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5, 6 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000 |
p.m. |
|
p.m. |
3 2 |
SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNP/BNI-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 7, 8 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000 |
p.m. |
|
p.m. |
3 3 |
RESTITUTIES AAN DE LIDSTATEN |
p.m. |
|
p.m. |
3 4 |
AANPASSING IN VERBAND MET DE NIET-DEELNEMING VAN BEPAALDE LIDSTATEN AAN HET COMMUNAUTAIRE BELEID INZAKE JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN |
p.m. |
|
p.m. |
3 5 |
RESULTAAT VAN DE DEFINITIEVE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK |
p.m. |
0 |
0 |
3 6 |
RESULTAAT VAN DE TUSSENTIJDSE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK |
|
0 |
0 |
|
Titel 3 — Totaal |
2 410 079 591 |
92 730 000 |
2 502 809 591 |
HOOFDSTUK 3 0 —
OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
3 0 |
||||
OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR |
||||
3 0 0 |
Overschot van het vorige begrotingsjaar |
2 410 079 591 |
|
2 410 079 591 |
|
Artikel 3 0 0 — Subtotaal |
2 410 079 591 |
|
2 410 079 591 |
3 0 1 |
Overschot aan eigen middelen door een overschrijving uit hoofdstukken van het EOGFL, afdeling Garantie |
p.m. |
|
p.m. |
|
Artikel 3 0 1 — Subtotaal |
p.m. |
|
p.m. |
3 0 2 |
Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds |
p.m. |
92 730 000 |
92 730 000 |
|
Artikel 3 0 2 — Subtotaal |
p.m. |
92 730 000 |
92 730 000 |
|
Hoofdstuk 3 0 — Totaal |
2 410 079 591 |
92 730 000 |
2 502 809 591 |
3 0 2
Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
p.m. |
92 730 000 |
92 730 000 |
Toelichting
Dit artikel dient ter opname, overeenkomstig het bepaalde in artikel 15 van Verordening (EG) nr. 2040/2000 en in artikel 3 van Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94, van de eventuele overschotten in het Garantiefonds die uitgaan boven het streefbedrag van het fonds, wanneer eenmaal dit streefbedrag is bereikt.
Rechtsgronden
Verordening (EG, Euratom) nr. 2728/94 van de Raad van 31 oktober 1994 tot instelling van een Garantiefonds (PB L 293 van 12.11.1994, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2273/2004 (PB L 396 van 31.12.2004, blz. 28).
Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline (PB L 244 van 29.9.2000, blz. 27).
Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), en met name artikel 7.
Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), en met name artikel 4, lid 3.
HOOFDSTUK 3 5 —
RESULTAAT VAN DE DEFINITIEVE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
3 5 |
||||
RESULTAAT VAN DE DEFINITIEVE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK |
||||
3 5 0 |
||||
Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van de begrotingsjaren vanaf 2000 |
||||
3 5 0 0 |
Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van het begrotingsjaar 2000 |
— |
|
— |
3 5 0 1 |
Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van het begrotingsjaar 2001 |
|
|
|
3 5 0 2 |
Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van het begrotingsjaar 2002 |
p.m. |
0 |
0 |
|
Artikel 3 5 0 — Subtotaal |
p.m. |
0 |
0 |
|
Hoofdstuk 3 5 — Totaal |
p.m. |
0 |
0 |
3 5 0
Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van de begrotingsjaren vanaf 2000
3 5 0 2
Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van het begrotingsjaar 2002
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
p.m. |
0 |
0 |
Toelichting
Nieuwe post
Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van het begrotingsjaar 2002.
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
p.m. |
11 155 649 |
11 155 649 |
Tsjechische Republiek |
— |
— |
— |
Denemarken |
p.m. |
2 073 346 |
2 073 346 |
Duitsland |
p.m. |
82 380 532 |
82 380 532 |
Estland |
— |
— |
— |
Griekenland |
p.m. |
5 391 985 |
5 391 985 |
Spanje |
p.m. |
54 405 942 |
54 405 942 |
Frankrijk |
p.m. |
70 341 489 |
70 341 489 |
Ierland |
p.m. |
7 696 530 |
7 696 530 |
Italië |
p.m. |
– 180 319 676 |
– 180 319 676 |
Cyprus |
— |
— |
— |
Letland |
— |
— |
— |
Litouwen |
— |
— |
— |
Luxemburg |
p.m. |
1 585 064 |
1 585 064 |
Hongarije |
— |
— |
— |
Malta |
— |
— |
— |
Nederland |
p.m. |
26 630 560 |
26 630 560 |
Oostenrijk |
p.m. |
38 174 612 |
38 174 612 |
Polen |
— |
— |
— |
Portugal |
p.m. |
6 760 365 |
6 760 365 |
Slovenië |
— |
— |
— |
Slowakije |
— |
— |
— |
Finland |
p.m. |
–11 440 067 |
–11 440 067 |
Zweden |
p.m. |
– 407 201 |
– 407 201 |
Verenigd Koninkrijk |
p.m. |
– 114 429 130 |
– 114 429 130 |
Totaal van post 3 5 0 2 |
p.m. |
0 |
0 |
HOOFDSTUK 3 6 —
RESULTAAT VAN DE TUSSENTIJDSE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK
Titel Hoofdstuk Artikel Post |
Omschrijving |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
3 6 |
||||
RESULTAAT VAN DE TUSSENTIJDSE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK |
||||
3 6 0 |
||||
Resultaat van de tussentijdse berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van de begrotingsjaren vanaf 2000 |
||||
3 6 0 4 |
Resultaat van de tussentijdse berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van het begrotingsjaar 2004 |
|
0 |
0 |
|
Artikel 3 6 0 — Subtotaal |
|
0 |
0 |
|
Hoofdstuk 3 6 — Totaal |
|
0 |
0 |
Toelichting
Nieuw hoofdstuk
3 6 0
Resultaat van de tussentijdse berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van de begrotingsjaren vanaf 2000
Toelichting
Nieuw artikel
3 6 0 4
Resultaat van de tussentijdse berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van het begrotingsjaar 2004
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
|
0 |
0 |
Toelichting
Nieuwe post
Resultaat van de tussentijdse berekening van de financiering van de correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten gunste van het Verenigd Koninkrijk uit hoofde van het begrotingsjaar 2004.
Lidstaat |
Begroting 2006 |
Gewijzigde begroting nr. 3 |
Nieuw bedrag |
België |
|
5 097 028 |
5 097 028 |
Tsjechische Republiek |
|
3 110 407 |
3 110 407 |
Denemarken |
|
5 497 985 |
5 497 985 |
Duitsland |
|
1 529 213 |
1 529 213 |
Estland |
|
888 155 |
888 155 |
Griekenland |
|
2 079 688 |
2 079 688 |
Spanje |
|
46 223 069 |
46 223 069 |
Frankrijk |
|
30 231 336 |
30 231 336 |
Ierland |
|
5 013 658 |
5 013 658 |
Italië |
|
128 693 215 |
128 693 215 |
Cyprus |
|
342 735 |
342 735 |
Letland |
|
717 885 |
717 885 |
Litouwen |
|
4 726 384 |
4 726 384 |
Luxemburg |
|
– 767 015 |
– 767 015 |
Hongarije |
|
55 755 |
55 755 |
Malta |
|
33 192 |
33 192 |
Nederland |
|
8 847 182 |
8 847 182 |
Oostenrijk |
|
170 410 |
170 410 |
Polen |
|
10 597 556 |
10 597 556 |
Portugal |
|
7 732 582 |
7 732 582 |
Slovenië |
|
120 693 |
120 693 |
Slowakije |
|
2 154 896 |
2 154 896 |
Slowakije |
|
1 940 598 |
1 940 598 |
Zweden |
|
–10 692 010 |
–10 692 010 |
Verenigd Koninkrijk |
|
– 254 344 597 |
– 254 344 597 |
Totaal van post 3 6 0 4 |
|
0 |
0 |
(1) Inclusief gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 3/2006.
(2) De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2005 (PB L 60 van 8.3.2005, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 8 voor 2005.
(3) Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.
(4) Inclusief gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 3/2006.
(5) De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2005 (PB L 60 van 8.3.2005, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 8 voor 2005.
(6) De eigen middelen voor de begroting 2006 zijn vastgesteld op basis van de begrotingsramingen die tijdens de 136e vergadering van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen van 19 mei 2006 werden goedgekeurd.
(7) Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.
(8) De betrokken grondslag is niet hoger dan 50 % van het BNI.
(9) Berekening van het percentage: (76 286 290 270) / (111 260 544 000) = 0,685654478464531 %.
(10) Afgeronde percentages.
(11) De pretoetredingsuitgaven (PTU) zijn uit kredieten van 2003, gecorrigeerd op basis van de BBP-deflator van de Europese Unie voor 2004, gefinancierde betalingen aan de tien nieuwe (op 1 mei 2004 toegetreden) lidstaten. Dit bedrag wordt afgetrokken van de totale toegerekende uitgaven, zodat de uitgaven die vóór de uitbreiding niet werden gecompenseerd, dat ook na de uitbreiding niet worden.
(12) Het „Britse voordeel” bestaat uit het gecombineerde effect van het overstappen op afgetopte BTW en het invoeren van de BNP/BNI-eigenmiddelenbron.
(13) Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 25 % sinds 1 januari 2001 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.
(14) Afgeronde percentages.
(15) Wat de Britse correctie voor 2002 betreft, zijn de pretoetredingsuitgavan (PTU) nihil.
(16) Het „Britse voordeel” bestaat uit het gecombineerde effect van het overstappen op afgetopte BTW en het invoeren van de BNP/BNI-eigenmiddelenbron.
(17) Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 25 % sinds 1 januari 2001 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.
(18) Afgeronde percentages.
(19) Het bedrag van de pretoetredingsuitgaven (PTU) komt overeen met de betalingen aan de 10 nieuwe lidstaten (die op 1 mei 2004 tot de EU toetraden) gefinancierd met kredieten van 2003. Dit bedrag wordt afgetrokken van het totale bedrag aan toegerekende uitgaven om ervoor te zorgen dat uitgaven die vóór de uitbreiding niet verminderen, ook na de uitbreiding even hoog blijven.
(20) Het „Britse voordeel” bestaat uit het gecombineerde effect van het overstappen op afgetopte BTW en het invoeren van de BNP/BNI-eigenmiddelenbron.
(21) Deze uitzonderlijke meevallers komen overeen met het nettovoordeel dat het Verenigd Koninkrijk ondervindt van de verhoging — van 10 naar 25 % sinds 1 januari 2001 — van het percentage van de traditionele eigen middelen dat de lidstaten als inningskosten inhouden.
(22) Totaal van de eigen middelen in procent van het BNI: (108 275 466 391) / (11 126 054 400 000) = 0,97 %; maximum van de eigen middelen in procent van het BNI: 1,24 %.