This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013DC0298
COMMUNICATION FROM THE COMMISSION TO THE EUROPEAN PARLIAMENT, THE COUNCIL, THE EUROPEAN ECONOMIC AND SOCIAL COMMITTEE AND THE COMMITTEE OF THE REGIONS A EUROPEAN STRATEGY FOR MICRO- AND NANOELECTRONIC COMPONENTS AND SYSTEMS
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S EEN EUROPESE STRATEGIE VOOR MICRO- EN NANO-ELEKTRONISCHE ONDERDELEN EN SYSTEMEN
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S EEN EUROPESE STRATEGIE VOOR MICRO- EN NANO-ELEKTRONISCHE ONDERDELEN EN SYSTEMEN
/* COM/2013/0298 final */
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET COMITÉ VAN DE REGIO'S EEN EUROPESE STRATEGIE VOOR MICRO- EN NANO-ELEKTRONISCHE ONDERDELEN EN SYSTEMEN /* COM/2013/0298 final */
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET
EUROPEES PARLEMENT, DE RAAD, HET EUROPEES ECONOMISCH EN SOCIAAL COMITÉ EN HET
COMITÉ VAN DE REGIO'S EEN EUROPESE STRATEGIE VOOR MICRO- EN
NANO-ELEKTRONISCHE ONDERDELEN EN SYSTEMEN 1. Inleiding Micro- en nano-elektronische onderdelen en
systemen[1]
zijn niet alleen essentiële bouwstenen voor digitale producten en diensten, zij
bevorderen ook de innovatie en het concurrentievermogen in alle belangrijke
economische sectoren. Auto’s, vliegtuigen en treinen zijn vandaag veiliger,
zuiniger en comfortabeler dankzij hun elektronische onderdelen. Deze onderdelen
spelen een al even grote rol in belangrijke segmenten zoals medische en
gezondheidsapparatuur, huishoudtoestellen, energienetwerken en
beveiligingssystemen. Micro- en nano-elektronica zijn sleuteltechnologieën (ST)[2] en essentieel om economische
groei en banen te genereren in de Europese Unie (EU). Deze mededeling bevat een strategie om het
concurrentievermogen en de groeicapaciteit van de Europese micro- en
nano-elektronicasector te vergroten. Overeenkomstig de geactualiseerde
mededeling over het industriebeleid[3]
moet Europa zich immers blijven onderscheiden als ontwerper en producent van
dergelijke technologieën zodat de hele economie daarvan de vruchten kan dragen. De voorgestelde strategie bestaat uit
beleidsinstrumenten op regionaal, nationaal en EU-niveau en omvat niet alleen
financiële steun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (O&O&I), en
toegang tot kapitaaluitgaven (Capex), maar ook een verbetering en betere benutting
van de relevante regelgeving. De Europese troeven[4] en de regionale expertisecentra
krijgen in de strategie een belangrijke plaats toegemeten. De voorgestelde
acties zijn gericht op de hele waardeketen, van de productie van materialen en
apparatuur tot het ontwerp en de massaproductie van micro- en
nano-elektronische onderdelen en systemen. Omdat deze sector zo belangrijk is en de
stakeholders in de EU voor grote uitdagingen staan, zijn dringend doortastende
maatregelen nodig om de zwakke schakels in de Europese innovatie- en
waardeketens te versterken. De doelstellingen van de strategie omvatten: ·
het aantrekken en kanaliseren van investeringen ter
ondersteuning van een Europees stappenplan voor industrieel leiderschap op het
gebied van micro- en nano-elektronica; ·
het opzetten van een mechanisme op EU-niveau om de
steun voor O&O&I in micro- en nano-elektronica van de lidstaten, de EU
en de particuliere sector te combineren en gerichter te maken; ·
het nemen van maatregelen die het
concurrentievermogen van Europa bij een gelijk mondiaal speelveld voor
overheidssteun versterken, het ondernemerschap en de kleine en middelgrote
ondernemingen ondersteunen, en de vaardigheidskloof verkleinen. 2. Waarom zijn micro- en
nano-elektronica cruciaal voor Europa? 2.1. Een belangrijke sector met
een aanzienlijk groeipotentieel en een indrukwekkende economische voetafdruk Een aanzienlijk deel van de wereldeconomie
steunt op micro- en nano-elektronica. Het belang ervan zal nog toenemen
naarmate steeds meer producten en diensten worden gedigitaliseerd. De
onderstaande cijfers spreken in dit verband boekdelen. ·
In 2012 genereerde de sector een mondiale omzet van
230 miljard euro[5].
Wereldwijd vertegenwoordigen producten met micro- en nano-elektronische
onderdelen een waarde van ongeveer 1600 miljard euro. ·
Ondanks de recente financiële en economische crisis
is de wereldmarkt voor micro- en nano-elektronica sinds 2000 elk jaar met 5 %
gegroeid. Naar verwachting zullen deze groeipercentages ook de rest van het
decennium aanhouden. ·
De snelheid waarmee dit segment innoveert, ligt mee
aan de basis van de hoge groeicijfers in de hele digitale sector, die nu een
totale waarde heeft van 3 000 miljard euro wereldwijd[6]. ·
In Europa is de sector van de micro- en
nano-elektronica goed voor 200 000 directe en meer dan 1 000 000
indirecte banen[7] en de vraag naar opgeleid personeel blijft aanhouden. ·
De impact van micro- en nano-elektronica op de
wereldeconomie bedraagt naar schatting 10 % van het mondiale bbp[8]. 2.2. Sleuteltechnologie voor het
aanpakken van maatschappelijke uitdagingen Micro- en nano-elektronica leveren niet alleen
de rekenkracht in computers en mobiele apparatuur. Dergelijke elektronica wordt
vaak gebruikt voor sensoren en actuatoren[9] in slimme
meters en slimme netwerken die het energieverbruik verlagen, en in implantaten
en gesofisticeerde medische apparatuur die de zorgverlening en de begeleiding
van ouderen verbetert. Micro- en nano-elektronica worden ook gebruikt als
bouwstenen om de beveiliging, veiligheid en efficiëntie van volledige
vervoerssystemen te verbeteren en in systemen voor milieumetingen. Geen enkele maatschappelijke uitdaging kan
vandaag met succes worden aangepakt zonder elektronica. 3. Een veranderend industrieel
landschap voor micro- en nano-elektronica 3.1. Nieuwe kansen door
technologische vooruitgang De technologische ontwikkelingen en de
evolutie van de sector verlopen volgens twee grote sporen. Een eerste spoor
betreft de miniaturisering van onderdelen op nanoschaal volgens een door de
sector opgesteld internationaal stappenplanvoor technologische ontwikkeling[10]. Dit "meer Moore"-spoor
beoogt betere prestaties, lagere kosten en een lager energieverbruik[11]. Een tweede spoor is erop gericht de functies
van chips te diversifiëren door elementen op microschaal zoals
vermogenstransistors en elektromechanische schakelaars te integreren. Dat wordt
het "meer dan Moore"-spoor genoemd. Dit spoor ligt aan de
basis van innovaties in veel belangrijke vakgebieden zoals energie-efficiënte
gebouwen, slimme steden en slimme vervoerssystemen. Daarnaast wordt er gewerkt aan totaal nieuwe,
disruptieve technologieën en architecturen. Dat wordt vaak het "voorbij
CMOS"[12]-spoor
genoemd. Daarvoor is multidisciplinair onderzoek, een diepgaand begrip van de
natuur- en scheikunde en grote expertise op het gebied van engineering nodig. Om haar productiekosten te verlagen, vergroot
de sector ook stapsgewijs de fysieke dragers[13]
voor de productie van micro- en nano-elektronica. Dergelijke sprongen in
productienormen vergen enorme O&O&I-budgetten en kapitaaluitgaven. 3.2. Stijgende
O&O&I-kosten en meer O&O&I-concurrentie Met een verdere miniaturisering stijgen ook de
kosten van O&O&I en kapitaaluitgaven. De intensiteit van de
O&O&I in de micro- en nano-elektronicasector is gestegen van 11 %
in 2000 tot 17 % in 2009[14].
Deze tendens lijkt aan te houden. Dergelijke enorme investeringen zijn alleen
vol te houden bij hoge productievolumes. De sector is volop aan het consolideren. Het
zou goed kunnen dat binnenkort wereldwijd maar enkele en in Europa helemaal
geen spelers overblijven. Een fabrikant van halfgeleiders moet ongeveer 10 %
van de wereldmarkt in handen hebben, wil hij voldoende kunnen investeren om
gelijke tred houden met de technologische ontwikkelingen. Als gevolg daarvan vormen ondernemingen
wereldwijde allianties, zoals de in New York gevestigde IBM-alliantie voor de 300mm-wafertechnologie
of het Global 450 Consortium, dat zich richt op de transitie naar 450mm-wafers.
In Europa is de ontwikkeling van de volgende generatie technologieën
geconcentreerd in toonaangevende onderzoekscentra zoals LETI[15], Fraunhofer[16] en Imec[17], die nauw samenwerken met
industriële spelers. Ook het onderzoek zelf mondialiseert. Met name Azië wordt
steeds belangrijker als bakermat voor octrooihouders en gekwalificeerde
arbeidskrachten. 3.3. Nieuwe
bedrijfs- en productiemodellen Het industriële landschap voor micro- en
nano-elektronica is volop in verandering: de voorbije vijftien jaar is een
groot deel van de massaproductie naar Azië verplaatst[18]. In 2011 kwam nog amper 10 %
van de wereldproductie uit Europa. Ondanks de troeven van de Amerikaanse
ondernemingen in deze branche vindt slechts 16 % van de productie in de VS
plaats. Omdat het opzetten van nieuwe
productievestigingen ("fabs") steeds duurder wordt, wegen
financiële steunmaatregelen van territoriale overheden zwaar door bij keuze van
de vestigingsplaats voor een nieuwe fabriek. Er moeten niet alleen
goedopgeleide werkkrachten aanwezig zijn, ook belastingvoordelen, grond,
goedkope energie en andere incentives spelen een belangrijke rol[19]. Een andere belangrijke tendens is de opkomst
van het "foundry"-bedrijfsmodel[20]. Foundries (letterlijk
gieterijen) hebben zich vooral in Azië sterk ontwikkeld en nemen vandaag
ongeveer 10 % van de wereldwijde productie van elektronische onderdelen
voor hun rekening. Tegelijkertijd groeit het aantal "fabless"
of fabriekloze ondernemingen[21],
die hun omzet uit de verkoop van chipontwerpen halen. Zonder productieapparaat
hebben dergelijke fabriekloze ondernemingen veel minder onkosten dan
producerende ondernemingen. In de toekomst kan een gegarandeerde toegang
tot productiecapaciteit echter problematisch worden, naarmate gieterijen hun
aanbod uitbreiden met eigen ontwerpen en prototypeontwikkeling en daarmee
inzicht in de eindproducten verwerven. Om dat risico zo klein mogelijk te
maken, houden sommige ondernemingen die zelf chips ontwerpen er eigen beperkte
productielijnen op na (het "fablite"-model). 3.4. Fabrikanten
van apparatuur bezitten cruciale schakels in de waardeketen Als de productieapparatuur niet verder
evolueert, valt het verdere miniaturiseringsproces en de uitbreiding van
chipstoepassingen stil. Fabrikanten van apparatuur zijn dus een cruciale
schakel in de waardeketen geworden. Dat blijkt ook uit hun prominente rol in
internationale technologie-allianties. 4. De sterke en zwakke punten
van Europa 4.1. Industrie geconcentreerd rond
expertisecentra en uitgestrektere distributiekanalen in heel Europa Net als elders in de wereld is de Europese
micro- en nano-elektronicasector geconcentreerd rond grote regionale productie-
en designcentra. In de regio's rond Dresden (DE), Grenoble (FR) en
Eindhoven-Leuven (NL-BE) liggen drie belangrijke onderzoeks- en
productiecentra, die zich steeds meer specialiseren in een van de drie gebieden
van "meer Moore", "meer dan Moore" en apparatuur en
materialen. Bovendien is in de regio Dublin (IE) een grote Europese fabriek
voor microprocessoren gevestigd en is Cambridge (UK) de thuisbasis voor de
belangrijkste ontwerper van zuinige microprocessoren, die in de meeste mobiele
apparatuur en tablet-pc's van vandaag zijn terug te vinden. Die clustervorming en regionale specialisatie
zijn cruciaal voor de verdere ontwikkeling van de sector. Dit systeem steunt
echter op een uitgestrekte toeleveringsketen in heel Europa. Daartoe behoren
ook relatief kleine, maar zeer innovatieve en gespecialiseerde clusters zoals
de regio’s van Graz en Wenen (AT), Milaan en Catania (IT) en Helsinki (FI). Europa telt drie grote binnenlandse micro- en
nano-elektronicaondernemingen, die in 2012 de achtste (STMicroelectronics),
tiende (Infineon) en twaalfde (NXP) plaats op de mondiale verkoopcijferlijst
bekleedden. Europa kan ook rekenen op investeringen van enkele belangrijke
overzeese ondernemingen (bv. GlobalFoundries en Intel). Gunstig voor de micro-
en nano-elektronicaproductie in Europa is ook de erg concurrerende en
uitgebreide waardeketen en ecosysteem van ondernemingen, waartoe ook veel
kleine en middelgrote ondernemingen behoren. De belangrijkste productievestigingen
zijn ingebed in de eerder aangehaalde regionale clusters. 4.2. Toonaangevend op cruciale
verticale markten, vrijwel afwezig in een aantal grote segmenten Europa heeft weinig aandeel in de productie
van onderdelen voor computers en consumentenelektronica, die een groot deel van
de totale markt vertegenwoordigen. Europa domineert wel de markt van de
elektronica voor de automobielindustrie (ca. 50 % van de wereldproductie),
energietoepassingen (ca. 40 %) en industriële automatisering (ca. 35 %).
Europa doet het ook goed bij het ontwerpen van elektronica voor mobiele
telecommunicatie. Europese ondernemingen, waaronder een groot
aantal kleine en middelgrote ondernemingen, zijn wereldleiders op het gebied
van intelligente microsystemen zoals implantaten en sensortechnologieën. Hoewel
dat momenteel nichemarkten zijn, kennen deze segmenten een hoge groei
(gewoonlijk meer dan 10 % per jaar). Een andere troef is het Europese
leiderschap op de snelgroeiende markt van de energiebesparende onderdelen. 4.3. Onbetwist Europese
leiderschap op het gebied van materialen en uitrusting Europa heeft een aantal van de belangrijkste
leveranciers van apparatuur en materialen zoals ASML en SOITEC, die een
aanzienlijk deel van de wereldmarkt in handen hebben. Deze ondernemingen werken
met tal van leveranciers in heel Europa, onder wie veel kleine en middelgrote
ondernemingen. Deze Europese leveranciers van apparatuur en materialen
beheersen vaak als enigen zeer geavanceerde technologieën, variërend van optica
en lasers tot fijnmechanica en scheikunde. Zij zijn belangrijk voor de
vooruitgang in de micro- en nano-elektronica en hun rol wordt algemeen erkend.
Dat blijkt bijvoorbeeld uit de recente strategische investering van grote
halfgeleiderondernemingen in ASML[22].
4.4. Ondernemingen in de EU
investeren relatief weinig Hoewel de Europese bedrijven in absolute
cijfers relatief veel investeren (enkele miljarden euro’s), verzinken deze
bedragen in het niets in vergelijking met de investeringen elders in de wereld.
Europa blijft echter aantrekkelijk voor ondernemingen omdat ze meer dan 20 %
van de wereldconsumptie voor haar rekening neemt. Toekomstige investeringen in
de elektronicaproductie in Europa zijn echter niet gegarandeerd. De
concurrentie van andere regio’s in de wereld is immers groot. Overheidsinvesteringen in O&O&I en
beleidsmaatregelen voor het aantrekken van particuliere investeringen zijn in
de EU nog steeds erg gefragmenteerd, ondanks de vooruitgang van de afgelopen
vijf jaar. Dat staat in sterk contrast met het feit dat de Europese
O&O&I op het gebied van micro- en nano-elektronica van internationale
topklasse en zeer aantrekkelijk voor internationale spelers is. 5. De Europese inspanningen tot
dusver 5.1. Regionale
en nationale versterking van expertiseclusters Zeker de afgelopen vijftien jaar zijn er op
regionaal niveau enorme inspanningen geleverd om in dit segment industrie- en
technologieclusters op te zetten. De meest succesvolle clusters zijn het
resultaat van consequent aangehouden langetermijnstrategieën die gebaseerd zijn
op een combinatie van beleidsmaatregelen zoals belastingprikkels, investeringen
in O&O&I in publieke laboratoria, intensieve samenwerking tussen de
industrie en de academische wereld, infrastructuur van wereldklasse, kritische
dekking van de waardeketen en een dynamisch ondernemingsklimaat. Ook de
beschikbaarheid van deskundigheid en vaardigheden is van groot belang. Met de uitdagingen die op ons afkomen, zoals
de stijgende O&O&I-kosten, de scherpe internationale concurrentie en de
erosie van enkele belangrijke schakels in de waardeketen in Europa (bv. het
stadium waarin onderdelen in systemen worden geplaatst), is nauwere
samenwerking binnen waardeketens en met ecosystemen voor innovatie op EU-niveau
een must. 5.2. Meer
en beter gecoördineerde O&O&I-investeringen op EU-niveau O&O&I-investeringen in micro- en
nano-elektronica maken van bij het begin deel uit van de programma’s van de
Europese Unie voor onderzoek en ontwikkeling. Het programma Eureka heeft ook
een grote onderzoekscluster voor micro- en nano-elektronica[23]. Nadat de EU-steun voor O&O&I in de
sector tien jaar stagneerde[24],
steeg ze vanaf 2011 geleidelijk met ongeveer 20 % per jaar tot een budget in 2013
van meer dan 200 miljoen euro. Met het oog op gerichtere
O&O&I-inspanningen en het bereiken van een kritische massa hebben de
Europese Commissie, de lidstaten en particuliere belanghebbenden in 2008 een
publiek-particulier partnerschap opgezet in de vorm van de gemeenschappelijke
onderneming Eniac[25].
Tegen eind 2013 zullen zowel de publieke als de particuliere partners in Eniac
meer dan twee miljard euro in O&O&I hebben geïnvesteerd, bovenop de
ongeveer één miljard euro die in het kader van het zevende kaderprogramma in
micro- en nano-elektronica werd geïnvesteerd. 5.3. Technologische
doorbraken, maar ontbrekende schakels in de innovatieketen De EU richt haar O&O&I-inspanningen op
de volgende twee generaties technologieën[26].
Dankzij deze programma’s is de sector mee met de nieuwste ontwikkelingen in de
miniaturisering. Bovendien heeft ze via deze programma's geavanceerde
intelligente systemen ontwikkeld die momenteel bijvoorbeeld in auto's en
medische toepassingen worden gebruikt. Met haar O&O&I-programma's heeft de EU
tot nog toe vooral de beginfasen van het innovatieproces gesteund, met name het
valideren van de technologieën tot op laboratoriumniveau[27]. De bedoeling was om de
volgende stappen dichter bij het eindproduct over te laten aan het
bedrijfsleven zelf, aangezien die aanzienlijke investeringen vergen. Dat heeft
geleid tot duidelijke lacunes in de innovatieketen. Om doeltreffend te zijn en
de zogenaamde "vallei des doods" te overleven, zal de steun voor
onderzoek en innovatie in dit segment moeten inspelen op de behoeften van de
hele innovatieketen en niet mogen worden toegespitst op één onderneming, regio
of lidstaat. De gemeenschappelijke onderneming Eniac vroeg
onlangs fabricageproefopstellingen die specifiek op die latere stadia van
technologische maturiteit waren afgestemd. De grote belangstelling van
particuliere stakeholders en overheden om deze proefopstellingen te
ondersteunen, bewijst hun strategische belang. 6. De
te varen koers – een Europese industriële strategie De voorgestelde strategie is geënt op het
Europese initiatief inzake sleuteltechnologieën en het Horizon 2020[28]-voorstel voor onderzoek,
ontwikkeling en innovatie. De nadruk ligt echter op oplossingen voor de
specifieke uitdagingen in de micro- en nano-elektronicasector. 6.1. Doelstelling:
het aandeel van de EU in het mondiale aanbod opnieuw vergroten Europa mag haar vaardigheden om micro- en
nano-elektronica te ontwerpen en te fabriceren niet verliezen. Anders komen
grote delen van de waardeketens van belangrijke industriële sectoren onder druk
en mist Europa de technologieën die nodig zijn om de maatschappelijke
uitdagingen te kunnen aanpakken. Gezien de talloze kansen die in het verschiet
liggen en de uitdagingen waarmee de sector kampt, is het cruciaal dat alle
relevante publieke inspanningen in heel Europa nu worden verhoogd en
gecoördineerd. Een industriële strategie moet opnieuw zorgen voor groei en
bewerkstelligen dat het productieniveau van de EU over tien jaar dichter
aanleunt bij haar aandeel in het mondiale bbp. Dat omvat de volgende specifieke
doelstellingen: ·
bewerkstelligen dat de voor het concurrentievermogen
van Europese sleutelindustrieën onmisbare micro- en nano-elektronica
beschikbaar zijn; ·
zorgen voor meer investeringen in geavanceerde
productiecapaciteit in Europa en een beter industrieel concurrentievermogen in
de hele waardeketen, van ontwerp tot productie; ·
handhaven van de leidende positie als
leverancier van uitrusting en materialen en in segmenten als "meer dan
Moore" en energie-efficiënte onderdelen; ·
leiderschap opbouwen in het ontwerp van chips op
snelgroeiende markten, meer bepaald in het ontwerp van complexe onderdelen. 6.2. De
troeven van Europa uitspelen en haar toonaangevende clusters benutten en
versterken Op het gebied van micro- en nano-elektronica
kan Europa bogen op een uitstekende academische onderzoeksgemeenschap en industrieel
leiderschap op verticale markten. In haar geheel genomen is Europa bovendien
industrieel en technologisch vertegenwoordigd in elke schakel van de
waardeketen, van apparatuur, materialen, fabricage tot ontwerp, en beschikt zij
over een sterke verwerkende industrie. Wanneer Europa deze troeven uitspeelt en de
nodige middelen vrijmaakt, kan zij een belangrijke speler in de micro- en
nano-elektronicasector worden. Om voldoende middelen te genereren, moeten de
acties op regionaal, nationaal en Europees niveau op elkaar worden afgestemd.
Dat schept vertrouwen en stimuleert de vernieuwing en groei van de
productiecapaciteit in Europa. In de eerste plaats moet de expertise van de
onderzoeks- en technologische organisaties (RTO's) met meer infrastructuur en
personeel worden versterkt en uitgebreid. Deze organisaties moeten
"aantrekkingspolen" voor de talentvolle ingenieurs en onderzoekers
van de sector zijn en het hart vormen van ecosystemen om particuliere
investeringen in productie- en ontwerpactiviteiten aan te trekken.
Complementaire specialisatie en een nauwere samenwerking tussen de
belangrijkste onderzoeks- en technologieorganisaties zijn cruciaal voor een
optimaal rendement en optimale kwaliteit overeenkomstig de strategie voor
slimme specialisatie[29]
van de EU. Om elektronica nog beter ingang te doen vinden
in alle industrietakken en de door multidisciplinair werk ontstane kansen te
benutten, is nauwere grens- en sectoroverschrijdende samenwerking nodig, onder
meer met verwerkende bedrijfssectoren. 6.3. Onconventionele
gebieden ontginnen en kleine en middelgrote ondernemingen helpen groeien Kleine en middelgrote ondernemingen spelen een
sleutelrol in opkomende segmenten zoals plastic en organische elektronica,
slimme geïntegreerde systemen en meer algemeen als ontwerpers. Daarom moeten
kleine en middelgrote ondernemingen beter in de waardeketens worden
geïntegreerd en moeten ze toegang krijgen tot geavanceerde technologieën en
O&O&I-infrastructuur. Er moet steun gaan naar expertisecentra die micro-
en nano-elektronica in tal van producten en diensten helpen te integreren om
innovatie in de hele economie en met name in niet-technologische kleine en
middelgrote ondernemingen een krachtige impuls te geven. Partnerschappen op EU-schaal tussen
verwerkende bedrijven, overheden en (kleine en grote) leveranciers van micro-
en nano-elektronica zullen de toegang vergemakkelijken tot nieuwe snelgroeiende
segmenten zoals elektrische voertuigen, energie-efficiënte gebouwen, slimme
steden en allerlei mobiele webdiensten. 7. Maatregelen 7.1. Een Europees strategisch
stappenplan voor investeringen Het is de bedoeling meer publieke en
particuliere investeringen aan te trekken en te kanaliseren zodat het door de
sector op te stellen stappenplan voor leiderschap kan worden uitgevoerd. De publieke en particuliere investeringen
moeten afgestemd zijn op de grootte van de uitdaging. Het doel is om de totale
publieke en particuliere investeringen in O&O&I op regionaal, nationaal
en EU-niveau op te trekken tot meer dan 1,5 miljard euro per jaar, wat
voor zeven jaar een totaalbudget van meer dan 10 miljard euro
vertegenwoordigt. Daartoe zal de Commissie het overleg met de
belanghebbenden voortzetten. Voorts zal zij een groep van toonaangevende
elektronicafabrikanten (Electronics Leaders Group) samenstellen om een Europees
industrieel strategisch stappenplan te ontwikkelen en te helpen invoeren. Dat
stappenplan moet de Europese troeven uitspelen en drie elkaar aanvullende
routes uitstippelen: ·
de ontwikkeling van het "meer dan
Moore"-technologiespoor voor waferdiameters van 200 en 300 mm.
Dit moet Europa in staat stellen haar leiderschap[30] op een markt van ongeveer 60 miljard
euro en met een jaarlijkse groei van 13 % te consolideren en uit te
breiden. Dat zal op zijn beurt leiden tot nieuwe hoogwaardige banen, met name
in kleine en middelgrote ondernemingen; ·
verdere vooruitgang op het gebied van "meer
Moore"-technologieën voor de ultieme miniaturisering op 300mm-wafers.
Met die investering moet Europa gaandeweg haar productie op deze markt van meer
dan 200 miljard euro kunnen verhogen[31];
·
de ontwikkeling van een nieuwe
productietechnologie op 450mm-wafers. In een eerste stadium zullen
investeringen de fabrikanten van apparatuur en materialen in Europa ten goede
komen. Zij behoren momenteel tot de wereldtop op deze
markt van ongeveer 40 miljard euro per jaar. De investering zal de hele
sector voor een periode van vijf tot tien jaar een duidelijk
concurrentievoordeel opleveren. Het stappenplan moet uiterlijk eind 2013 vorm
krijgen als een pakket concrete acties om met name de Europese
expertiseclusters op het gebied van productie en ontwerp (zie punt 4.1) te
versterken en de hele waardeketen ontvankelijk te maken voor partnerschappen en
allianties. De inspanningen van de publieke sector, de Europese Commissie, de
lidstaten en regionale overheden zullen bestaan uit: ·
de ondersteuning van O&O&I in de vorm van
institutionele financiering of subsidies voor op het stappenplan gebaseerde
acties. Gerichte en gecoördineerde acties[32]
moeten daarbij voldoende kritische massa en maximaal rendement garanderen; ·
de ontwikkeling van een geavanceerde productie- en
testinfrastructuur samen met het bedrijfsleven en ter ondersteuning van
innovatie om de ontbrekende schakels in de innovatieketen aan te vullen en de afstand
tussen de ontwerpfase en de commercialisering te overbruggen; ·
een gemakkelijkere toegang tot financiering in de
vorm van leningen en participaties, met name via regionale fondsen en de
innovatieve instrumenten van de Europese Investeringsbank (EIB). In dit verband
heeft de Europese Commissie in februari 2013 met de EIB een memorandum van
overeenstemming afgesloten waarin sleuteltechnologieën worden beschouwd als
investeringsprioriteiten. De Commissie zal voor de sector de weg effenen
om in de hele waardeketen samenwerkingsverbanden aan te gaan en het stappenplan
te ontwikkelen en regelmatig te actualiseren. De lidstaten, regionale overheden
en de Europese Commissie zullen het stappenplan individueel en/of collectief
steunen, onder meer via een gemeenschappelijk technologie-initiatief (GTI) en
Eureka. Dat is de beste garantie voor een optimaal gebruik van regionale
structuurfondsen, onder meer door een slimme specialisatie bij de doelclusters
en het gebruik van de financiële instrumenten van de Europese structurele
investeringsfondsen (ESI-fondsen)[33]. De sector zal de ontwerp- en
productieactiviteiten in Europa handhaven en uitbreiden en het stappenplan
regelmatig actualiseren met de hulp van de RTO's en de academische wereld zodat
ze mee evolueert met de markt en de technologie. 7.2. Het gezamenlijke
technologie-initiatief: een driepartijenmodel voor grootschalige projecten De Europese Commissie zal op grond van artikel
187 VWEU een gezamenlijk technologie-initiatief[34]voorstellen dat op
projectniveau middelen combineert ter ondersteuning van grensoverschrijdende
O&O&I-samenwerking tussen ondernemingen en onderzoekers. Het voorstel
voor een verordening van de Raad tot oprichting van een gemeenschappelijke
onderneming moet de twee bestaande gemeenschappelijke ondernemingen inzake
ingebedde computersystemen (Artemis) en nano-elektronica (Eniac) vervangen, die
in het kader van het zevende kaderprogramma zijn opgericht. Het nieuwe
gezamenlijke technologie-initiatief zal overeenkomstig de doelstelling "leiderschap
op het gebied van ontsluitende en industriële technologieën" van Horizon 2020
toegespitst zijn op drie onderling verbonden gebieden: ·
ontwerptechnologieën, productieprocessen en
-integratie, en apparatuur en materialen voor micro- en nano-elektronica; ·
processen, methoden, instrumenten en platforms,
referentieontwerpen en architecturen voor ingebouwde/cyberfysieke systemen; ·
multidisciplinaire benaderingen voor slimme
systemen. ·
De ervaringen met de huidige GTI's[35] indachtig zal het nieuwe GTI
een eenvoudigere financieringsstructuur krijgen. Steun zal vooral gaan naar
kapitaalintensieve acties[36]
zoals proefopstellingen of grootschalige demonstraties met een hoger niveau van
technologische paraatheid (tot en met niveau 8 in bovenstaand voorbeeld). Het
financieringsmodel met drie partijen (Europese Commissie, lidstaten en
bedrijfsleven) dat hiervoor nodig is, moet helpen om relevante
investeringsstrategieën in heel Europa op elkaar af te stemmen. De uitvoering
ervan zal gebaseerd zijn op de beginselen van Horizon 2020 en in
overeenstemming zijn met het transversale ST-werkprogramma om de
kruisbestuiving tussen de verschillende ST's te vergroten. Steun voor het GTI zal worden aangevuld met
EU-financiering voor technologische O&O-activiteiten en voor innovatieve
acties die met name op kleine en middelgrote ondernemingen gericht zijn.
Hieronder vallen O&O&I-inspanningen in nieuwe toepassingsgebieden van
de micro- en nano-elektronica (zie punt 6.3), met inbegrip van O&O&I
waarbij verschillende sleuteltechnologieën zoals geavanceerde materialen,
industriële biotechnologie, fotonica, nanotechnologie en geavanceerde
productiesystemen worden gecombineerd[37]. In het kader van het nieuwe GTI zal de
Commissie ook nagaan hoe zij de goedkeuringsprocedures voor overheidssteun kan
vereenvoudigen en versnellen, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een
project van gezamenlijk Europees belang op grond van VWEU, artikel 107, lid 3,
onder b). 7.3. Horizontale
concurrentiebevorderende maatregelen uitbreiden en ondersteunen De toegang tot hooggeschoolde ingenieurs en
technici enerzijds en hoogopgeleide afgestudeerden anderzijds is essentieel om
particuliere investeringen in elektronica aan te kunnen trekken. Net als de
hele ICT-sector heeft de micro- en nano-elektronica te lijden onder het
groeiende tekort aan geschikte arbeidskrachten en de slechte afstemming van het
aanbod op de vraag naar vaardigheden. De Commissie zal digitale vaardigheden
voor de industrie blijven stimuleren via het evaardighedeninitiatief en heeft
onlangs de "Grote coalitie voor ICT-vaardigheden en banen" in het
leven geroepen. Voor micro- en nano-elektronica is het cruciaal dat de branche
jongeren in een vroeg onderwijsstadium warm weet te maken. Ter aanvulling van
de inspanningen en relevante initiatieven op regionaal en nationaal niveau zal
de Commissie mee blijven investeren in Horizon 2020-projecten om opleidingen en
lesmateriaal over de nieuwste technologieën in de micro- en nano-elektronica te
ontwikkelen en te verspreiden, en voorlichtingscampagnes voor jonge ondernemers
blijven steunen. Bovendien ontwikkelt de Europese Commissie
momenteel een "EU-vaardighedenpanorama" (EU Skills Panorama) met
geactualiseerde prognoses over het vaardighedenaanbod en de
arbeidsmarktbehoeften tot 2020. Dat vaardighedenpanorama moet de
standaardclassificatie van vaardigheden, competenties en beroepen (ESCO) als
interface tussen de arbeidsmarkt en de onderwijs- en opleidingswereld meer
zichtbaarheid geven en mobiliteit ondersteunen. In overleg met RTO's, universiteiten en nationale
en regionale overheden zal de Commissie trachten gemeenschappelijke
faciliteiten en diensten voor tests en vroegtijdige experimenten met micro- en
nano-elektronicatechnologieën op te stellen voor startende bedrijven, kleine en
middelgrote ondernemingen en gebruikers in heel Europa. Voorts moeten overheidsopdrachten voor op
micro- en nano-elektronica gebaseerde innovaties zoals medische of
beveiligingsapparatuur de omstandigheden voor relevante marktontwikkelingen
verbeteren. 7.4. Internationale dimensie De Europese Commissie zal aansturen op
internationale samenwerking inzake micro- en nano-elektronica, zeker wanneer
dat voor alle partijen voordelen oplevert, zoals bij de ontwikkeling van
internationale technologische stappenplannen, benchmarks, normen, gezondheids-
en veiligheidsvoorschriften met betrekking tot nanomaterialen[38], en de voorbereiding van de
overgang naar 450mm-wafers of geavanceerd onderzoek op het "voorbij
CMOS"-spoor. De Europese Commissie zal blijven ijveren voor
een transparanter en gelijk mondiaal speelveld tijdens internationale
multilaterale en bilaterale fora door handels- en marktverstoringen te beperken
en de branche te ondersteunen bij sectorale handelsonderhandelingen en bij
relevante discussiepunten die internationaal overleg behoeven zoals het
probleem van de zogeheten patenttrollen (non-practicing entities – NPE's). 8. Conclusies Naar analogie met haar inspanningen in
strategische sectoren zoals de lucht- en ruimtevaart moet Europa ook voor de
micro- en nano-elektronica een ambitieuze industriële strategie uitstippelen.
Deze mededeling bevat een dergelijke strategie op basis van een Europees
stappenplan voor de sector, waarbij slimme regionale specialisatie wordt
ondersteund en nauwe samenwerking in de waarde- en innovatieketens wordt
bevorderd. De relevante regionale, nationale en
EU-middelen moeten op elkaar worden afgestemd om de kritische massa te bereiken
die nodig is om investeringen en internationaal toptalent aan te trekken. Het
beschikbare geld zal op de meest prominente Europese clusters worden
geconcentreerd. Dankzij de verdere ontwikkeling ervan zal de hele Europese
bedrijfswereld de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van micro- en
nano-elektronica kunnen benutten. Het bijgevoegde actieplan bevat alle concrete
stappen. BIJLAGE || Belangrijkste acties || Door || Wanneer 1 || De dialoog met de belanghebbenden voortzetten; een Electronics Leaders Group samenstellen om een strategisch stappenplan voor de Europese elektronicasector te ontwikkelen en uit te voeren || Europese Commissie, sector || Uiterlijk eind 2013 || Bevorderen van slimme specialisatie, het gebruik van financiële instrumenten in het kader van de Europese structurele investeringsfondsen (ESI-fondsen) en Horizon 2020 || Europese Commissie, lidstaten || In uitvoering – versterking nodig || In het kader van het memorandum van overeenstemming met de EIB over sleuteltechnologieën (KET's) de middelen ter bevordering van kapitaalinvesteringen in Europese productiecapaciteit promoten || Europese Investeringsbank, sector || 1e kwartaal 2014 2 || Verordening van de Raad goedkeuren en het nieuwe driepartijen-GTI starten || Europese Commissie, lidstaten, sector || Begin 2014 || Binnen het GTI nagaan hoe steunmaatregelen eenvoudiger en sneller kunnen worden goedgekeurd, onder meer via een project van gezamenlijk Europees belang op grond van VWEU, artikel 107, lid 3, onder b) || Europese Commissie, lidstaten, sector || 3e kwartaal 2013 3 || Continu overleggen met de belangrijkste organisaties voor onderzoek en technologie (RTO's), de regio’s en de lidstaten om het ecosysteem voor micro- en nano-elektronica op Europees niveau te versterken || Europese Commissie, lidstaten, regio's, RTO's || In uitvoering – versterking nodig || In het kader van Horizon 2020 gemeenschappelijke infrastructuur voor tests en vroegtijdige experimenten beschikbaar stellen voor startende bedrijven, kleine en middelgrote ondernemingen, universiteiten en gebruikers || RTO's, Europese Commissie || 1e kwartaal 2014 || Investeren in bouwstenen (onderwijs en opleiding); een gunstig klimaat voor engineering creëren in Europa || Lidstaten, academici || 1e kwartaal 2014 tot 4e kwartaal 2020 4 || Opstellen en uitvoeren van een market-pullstrategie voor elektronica-intensieve producten gebaseerd op verschillende instrumenten zoals overheidsopdrachten || Sector, lidstaten, regio’s, Europese Commissie || uiterlijk 2e kwartaal 2014 || In het kader van de Governments/Authorities Meeting on Semiconductors (GAMS) beleidsmaatregelen uitwerken om handels- en marktverstoringen te verminderen zodat een gelijk mondiaal speelveld ontstaat || Europese Commissie, sector || In uitvoering – versterking nodig [1] De "micro- and nano-elektronica" in deze
mededeling gaan van transistors op nanoschaal tot systemen op microschaal
waarbij op een chip verschillende functies worden geïntegreerd. [2] COM(2012) 341 final. [3] COM(2012) 582 final, "Een sterkere Europese
industrie om bij te dragen tot groei en economisch herstel". [4] Voorbeelden zijn elektronica voor de automobiel-,
energie- en industriesector. [5] World Semiconductor Trade Statistics (WSTS), 2012 (http://www.wsts.org/). [6] Digiworld-verslag, IDATE 2012
(http://www.idate.org). [7] http://ec.europa.eu/enterprise/sectors/ict/files/kets/hlg_report_final_en.pdf [8] Zie het verslag over het concurrentievermogen in 2008
van de European Semiconductor Industry Association (ESIA) "Mastering
Innovation – shaping the Future"
(https://www.eeca.eu/data/File/ESIA_Broch_CompReport_Total.pdf) [9] Een sensor meet een bepaalde fysieke toestand in de
wereld. Een voorbeeld van een sensor is een thermometer. Actuatoren zijn apparaten
die toestellen in- of uitschakelen of wijzigingen in een operationeel systeem
aanbrengen. Ze zijn te vergelijken met schakelaars. [10] International Technology Roadmap for Semiconductors
(ITRS) (http://www.itrs.net) [11] De wet van Moore: om de 18 tot 24 maanden verdubbelen de
prestaties in verhouding tot de kosten. [12] CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor) is de
standaardtechnologie voor geïntegreerde schakelingen bij het "meer
Moore"-spoor. [13] Micro- en nano-elektronicachips worden geproduceerd op speciale
schijven, de zogeheten wafers. Opeenvolgende technologische generaties worden
geïdentificeerd aan de hand van de diameter van de wafers waarop de chips
worden geproduceerd. Momenteel gebeurt de productie hoofdzakelijk op schijven
van 200 en 300 mm. De volgende generatie wafers zal een diameter van 450 mm
hebben. [14] OESO, Information Technology Outlook 2010
(http://www.oecd.org/internet/ieconomy/oecdinformationtechnologyoutlook2010.htm) [15] LETI is een instituut van het CEA, een Franse organisatie
voor onderzoek en technologie. De onderneming is gespecialiseerd in
nanotechnologieën en de toepassing daarvan, variërend van draadloze apparatuur
tot biologie, gezondheidszorg en fotonica (http://www-leti.cea.fr). [16] Het Duitse Fraunhofer-Gesellschaft verricht toegepast
onderzoek dat van onmiddellijk nut is voor particuliere en publieke
organisaties en de samenleving ten goede komt. Verschillende instituten werken
aan geïntegreerde schakelingen en systemen (http://www.fraunhofer.de). [17] Het Belgische Imec verricht onderzoek in nano-elektronica
dat wereldwijd toonaangevend is en waarbij het wetenschappelijke kennis
optimaal combineert met mondiale partnerschappen in sectoren als ICT,
gezondheidszorg en energie (http://www.imec.be). [18] De kapitaaluitgaven van Koreaanse ondernemingen zijn
bijvoorbeeld gestegen van 13 % in 2005 tot 27 % in 2012. [19] Zie Semiconductor Industry Association (SIA),
Maintaining America's Competitive Edge: Government Policies Affecting
Semiconductor Industry R&D and Manufacturing Activity, maart 2009
(http://www.semiconductors.org/clientuploads/directory/DocumentSIA/Research%20and%20Technology/Competitiveness_White_Paper.pdf) [20] Een foundry of gieterij is een onderneming met
productievestigingen die haar productiecapaciteit ten dienste stelt van
"fabriekloze" klanten. [21] Een fabriekloze onderneming ontwerpt haar eigen
onderdelen, maar besteedt de productie ervan uit aan een dienstverlener (de
"foundry"). [22] Zie http://www.asml.com/asml/show.do?ctx=5869&rid=46974
– "As part of the program, Intel, TSMC and Samsung will each acquire ASML
shares, equal to an aggregate 23 percent minority equity stake in ASML for EUR 3.85 billion
in cash". [23] Http://www.catrene.org/ [24] Op ongeveer 130 miljoen euro per jaar. [25] Op grond van artikel 187 VWEU. [26] Overeenkomstig de International Technology Roadmap for
Semiconductors (ITRS), http://www.itrs.net/ [27] Technology Readiness Levels (TRL's) worden gebruikt om te
beoordelen hoe "rijp" technologische ontwikkelingen zijn. De niveaus 1
tot en met 4 dekken gewoonlijk de vroege O&O-stadia, terwijl niveaus 5 tot
en met 8 betrekking hebben op prototypeontwikkeling en systeemvalidering in een
operationele omgeving. [28] COM(2011) 809 definitief. [29] http://s3platform.jrc.ec.europa.eu/home [30] Momenteel vertegenwoordigt de Europese productie op dit
spoor meer dan 30 % van de wereldomzet. [31] Het Europese productieaandeel bedraagt ongeveer 9 %,
maar Europa is nog steeds technologisch koploper in de miniaturiseringswedloop.
[32] Met middelen van programma's op regionaal, nationaal en
EU-niveau. [33] http://s3platform.jrc.ec.europa.eu/home [34] De impact van het voorstel zal in de effectbeoordeling
worden gepresenteerd. De gevolgen voor de begroting zullen worden opgenomen in
het financieel memorandum. [35] Eerste tussentijdse evaluatie van de gezamenlijke
technologische initiatieven Artemis en Eniac, 2010,
http://ec.europa.eu/dgs/information_society/evaluation/rtd/jti/artemis_and_eniac_evaluation_report_final.pdf [36] Momenteel bedraagt de overheidssteun voor
proefopstellingen in de gemeenschappelijke onderneming Eniac 50 tot 120 miljoen
euro per actie. [37] Zie COM (2012) 582 final, hoofdstuk III, paragraaf A, punt
1, onder ii). [38] COM(2012) 572 final: Tweede
evaluatie van de regelgeving inzake nanomaterialen.