Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52006PC0273

    Voorstel voor een beschikking van de Raad tot wijziging van Beschikking 90/424/EEG betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied

    /* COM/2006/0273 def. - CNS 2006/0098 */

    52006PC0273

    Voorstel voor een beschikking van de Raad tot wijziging van Beschikking 90/424/EEG betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied /* COM/2006/0273 def. - CNS 2006/0098 */


    NL

    Brussel, 6.6.2006

    COM(2006) 273 definitief

    2006/0098 (CNS)

    Voorstel voor een

    BESCHIKKING VAN DE RAAD

    tot wijziging van Beschikking 90/424/EEG betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied

    (door de Commissie ingediend)

    TOELICHTING

    1. Motivering en doelstellingen van het voorstel

    Dit voorstel beoogt niet het beleid inzake de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen te wijzigen. Met het voorstel wil de Commissie een aantal begeleidende instrumenten van het communautaire beleid inzake diergezondheid actualiseren door:

    – bestaande procedures voor de communautaire bijdrage aan de financiering van nationale programma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten – als bedoeld in artikel 24 van Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied [1] – te wijzigen,

    – de Commissie de mogelijkheid te bieden meerjarenprogramma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen goed te keuren en te financieren,

    – de werkingssfeer van de bestaande financiële maatregelen aan te passen om het voorlichtingsbeleid inzake diergezondheid en voedselveiligheid van producten van dierlijke oorsprong en het gebruik van geïntegreerde veterinaire computersystemen (Traces) te verbeteren.

    Het bijgevoegde voorstel tot wijziging van Beschikking 90/424/EEG beperkt zich daarom tot drie specifieke thema's die dringend moeten worden geactualiseerd, opdat de Commissie en de lidstaten hun respectieve taken efficiënt kunnen uitvoeren. Het betreft:

    – de wijzigingen van artikel 24 van de beschikking waardoor meerjarenprogramma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen kunnen worden gefinancierd en de financierings- en goedkeuringsprocedures van de programma's kunnen worden vereenvoudigd,

    – de actualisering van artikel 37 bis van de beschikking waardoor rekening kan worden gehouden met het feit dat het Animo-systeem technisch is aangepast en geïntegreerd in het nieuwe geïntegreerde veterinaire computersysteem Traces (systeem voor de bewaking van de invoer in de EU en van het vervoer van levende dieren),

    – de wijzigingen van artikel 16 van de beschikking waardoor de werkingssfeer van het voorlichtingsbeleid inzake dierenbescherming wordt uitgebreid tot alle aspecten van de diergezondheid en de voedselveiligheid van producten van dierlijke oorsprong.

    1.1. Algemene achtergrond van het voorstel over meerjarenprogramma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen

    Krachtens artikel 24 van Beschikking 90/424/EEG van de Raad kunnen de lidstaten een financiële bijdrage van de Gemeenschap ontvangen voor hun programma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten. Artikel 29 voorziet in de financiering van programma's voor de bewaking en bestrijding van zoönosen krachtens dezelfde procedure van artikel 24. Hoewel de lidstaten meerjarenprogramma's mogen indienen, kan de Commissie de financiering van dergelijke programma's in beide gevallen slechts voor hoogstens één jaar goedkeuren.

    De goedkeuring en de financiële steun van de Gemeenschap voor de bovenvermelde programma's worden momenteel jaarlijks op basis van de comitéprocedure verleend aan programma's die uiterlijk 31 mei van elk jaar door de lidstaten worden ingediend.

    De bijlage bij Beschikking 90/424/EEG van de Raad bevat een lijst van 23 endemische ziekten en 8 zoönosen of epizoötieën waarvoor financiële steun van de Gemeenschap kan worden verleend.

    1.2. Algemene achtergrond van het voorstel over het geïntegreerde veterinaire computersysteem Traces

    Momenteel voorziet artikel 37 van Beschikking 90/424/EEG van de Raad in financiële steun van de Gemeenschap voor de informatisering van veterinaire invoerprocedures. Traces, dat geldt voor de handel in en de invoer van levende dieren en producten van dierlijke oorsprong, werd op 1 april 2004 opgestart en is sinds 1 januari 2005 krachtens Beschikking 2004/292/EG van de Commissie in alle lidstaten verplicht.

    1.3. Algemene achtergrond van het voorstel over het voorlichtingsbeleid inzake diergezondheid

    De in het witboek over voedselveiligheid [2] voorgestelde alomvattende en geïntegreerde aanpak beoogt een coherenter en efficiënter kader voor voedselveiligheid dat meer transparantie waarborgt.

    Het verzamelen en verspreiden van informatie is van cruciaal belang voor een betere wetgeving. Het is dringend nodig alle relevante wetgeving in de Gemeenschap over het ruime gebied van diergezondheid en voedselveiligheid op te sporen en de toepassing ervan te vergemakkelijken. Ook de internationale activiteiten van de Commissie en de lidstaten zouden hiervan profiteren dankzij een beter begrip van onze wetgeving en meer transparantie in de relaties met onze handelspartners (en vooral met de kandidaat-lidstaten).

    Artikel 16 voorziet momenteel in een financiële bijdrage voor de ontwikkeling van een voorlichtingsbeleid inzake de bescherming van dieren. De ontwikkeling van voorlichtingsinstrumenten (onder meer een database om noodzakelijke informatie te verzamelen, op te slaan en te verspreiden) zou de harmonisering van de eisen inzake diergezondheid en de versterking van het voorlichtingsbeleid inzake diergezondheid en voedselveiligheid van producten van dierlijke oorsprong ten goede komen.

    2. Samenhang met andere beleidsgebieden

    De Commissie is begonnen met de evaluatie van het volledige diergezondheidsbeleid van de Gemeenschap. Daarbij zal onder meer aandacht worden geschonken aan de kosteneffectiviteit van de bestaande financiële instrumenten inzake surveillance, bestrijding en uitroeiing van dierziekten en aan middelen om producenten aan te zetten alle gepaste maatregelen te nemen. Op basis van de resultaten van deze evaluatie kunnen alternatieven worden voorgesteld voor de wijze waarop de Gemeenschap momenteel financiële steun aan de lidstaten verleent.

    Bij de voorstellen over meerjarenprogramma's, Traces en een voorlichtingsbeleid inzake diergezondheid en voedselveiligheid is ten volle rekening gehouden met de factoren die de Commissie ertoe hebben aangezet het diergezondheidsbeleid van de Gemeenschap te evalueren.

    3. Rechtvaardiging en verwachte resultaten

    3.1. Verwachte resultaten van het voorstel over meerjarenprogramma's

    Dankzij het voorstel kan de Commissie meerjarenprogramma's goedkeuren en financieren.

    De goedkeurings- en financieringsprocedures worden vereenvoudigd, met name door een van de twee momenteel vereiste besluiten te schrappen.

    De meerjarenaanpak komt het beheer ten goede. De meerjarenprogramma's, die voor maximaal zes jaar worden goedgekeurd, beogen de doelstellingen van de uitroeiingsprogramma's te verduidelijken en beter controleerbaar te maken, een doeltreffend gebruik van de communautaire middelen te waarborgen en de transparantie te vergroten.

    Dankzij een kortere lijst van ziekten kunnen gemakkelijker prioriteiten worden gesteld. Er is behoefte aan duidelijkere prioriteiten om de doeltreffendheid van het communautaire beleid inzake uitroeiing, bestrijding en bewaking transparant en daadwerkelijk te vergroten. De nieuwe lijst weerspiegelt de prioriteiten van de Gemeenschap en is opgesteld op basis van de impact van de ziekten op de volksgezondheid en de internationale en intracommunautaire handel.

    Met het oog op samenhang en doeltreffendheid is het raadzaam de lijsten van ziekten en zoönosen samen te voegen en dezelfde procedure voor het verlenen van communautaire financiële steun te volgen.

    Dankzij een kortere lijst van ziekten kan een rangorde worden opgesteld van de acties die financiële steun van de Gemeenschap ontvangen, zodat de communautaire fondsen doeltreffender en efficiënter kunnen worden benut. Er kan binnen de communautaire begrotingsgrenzen voor medefinanciering worden gezorgd als de prioriteiten van een lidstaat aan de prioriteiten van de Gemeenschap beantwoorden en het programma van de lidstaat eventueel strookt met in andere lidstaten gefinancierde programma's.

    3.2. Verwachte resultaten van het voorstel over een geïntegreerd veterinair computersysteem (Traces)

    Artikel 37 bis van Beschikking 90/424/EEG voorziet in financiële steun van de Gemeenschap voor de informatisering van de veterinaire invoerprocedures zoals bepaald in Beschikking 92/438/EEG (Shift-project). Shift en het bij Beschikking 91/398/EEG van de Commissie vastgestelde computernetwerk voor gegevensuitwisseling tussen veterinaire autoriteiten (Animo) zijn vervangen door het geïntegreerde systeem Traces.

    Het ontwerp wil de formulering van artikel 37 bis aanpassen zodat met de bovenvermelde ontwikkelingen rekening kan worden gehouden en uitdrukkelijk in de financiering van de hosting en het onderhoud van het geïntegreerde systeem kan worden voorzien.

    3.3. Verwachte resultaten van het voorstel over het voorlichtingsbeleid inzake diergezondheid en voedselveiligheid van producten van dierlijke oorsprong

    De in het witboek over voedselveiligheid [3] voorgestelde alomvattende en geïntegreerde aanpak beoogt een coherenter en efficiënter kader voor voedselveiligheid dat meer transparantie waarborgt.

    Het verzamelen van informatie over het ruime gebied van diergezondheid en voedselveiligheid is van cruciaal belang voor een betere wetgeving. Door informatie doeltreffender te verzamelen en te verspreiden zouden ook de internationale activiteiten van de Commissie en de lidstaten worden bevorderd dankzij een beter begrip van onze wetgeving en meer transparantie in de relaties met onze handelspartners (en vooral met de kandidaat-lidstaten).

    Artikel 16 van de beschikking voorziet momenteel in een financiële bijdrage voor de ontwikkeling van een voorlichtingsbeleid inzake de bescherming van dieren.

    Het ontwerp-voorstel beoogt het toepassingsgebied van deze bepalingen te verruimen tot alle aspecten van de diergezondheid en de voedselveiligheid van producten van dierlijke oorsprong.

    4. Raadpleging van belanghebbende partijen en effectbeoordeling

    4.1. Raadpleging van belanghebbende partijen

    In verschillende werkgroepen – en met name tijdens de bijeenkomst van de hoofden van de veterinaire diensten op 22 september 2004 – is met de lidstaten over meerjarenprogramma's gesproken. Geconcludeerd werd dat de doelstellingen beter zouden kunnen worden verwezenlijkt in het kader van meerjarenprogramma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen. Meerjarenprogramma's kunnen ook beter worden beheerd.

    Inzake Traces heeft het Europees Parlement de Commissie in Resolutie

    A5-0396/2000 – aangenomen naar aanleiding van speciaal verslag nr. 1/2000 van de Rekenkamer [4] over de uitbraak van klassieke varkenspest in 1997/98 – verzocht ervoor te zorgen dat Animo (een computernetwerk voor gegevensuitwisseling tussen veterinaire autoriteiten) onder de volledige controle van de Commissie wordt beheerd en ontwikkeld en verbeteringen in overeenstemming met de opmerkingen van de Rekenkamer worden doorgevoerd. Bovendien stelt punt 123 van verslag A5-0405/2002 van het Europees Parlement over de bestrijding van mond- en klauwzeer in de Europese Unie in 2001 en over toekomstige maatregelen ter voorkoming en bestrijding van dierziekten in de Europese Unie dat de Commissie spoedig maatregelen moet treffen om het bestaande bewakingssysteem voor veetransporten binnen de EU ("Animo") te verbeteren. Voorts moet het systeem voor het bewaken van de invoer in de EU ("Shift") spoedig worden ingevoerd.

    4.2. Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid

    Los van de bovenvermelde evaluatie van het communautaire beleid inzake diergezondheid is de afgelopen jaren veel nagedacht over de vraag hoe de meerjarenprogramma's voor uitroeiing, bestrijding en bewaking beter kunnen worden beheerd. Daarbij is rekening gehouden met de ervaringen van de taakgroep voor controle op de uitroeiing van ziekten in de lidstaten, die in overeenstemming met actie 29 van het witboek over voedselveiligheid is opgericht.

    4.3. Effectbeoordeling

    Het voorstel heeft geen wezenlijke sectorale economische, sociale en/of milieugevolgen en geen belangrijke gevolgen voor de voornaamste belanghebbende partijen. Het voorstel houdt geen beleidshervorming in: bestaande bepalingen worden slechts aangepast met het oog op een beter gebruik van de beschikbare middelen.

    De kleine technische veranderingen in het voorstel hebben alleen gevolgen voor de bevoegde autoriteiten en andere administraties die van de algemene vereenvoudiging van de procedures zullen profiteren.

    5. Juridische elementen van het voorstel

    5.1. Rechtsgrond

    Het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name artikel 37.

    5.2. Subsidiariteit en evenredigheid

    De in dit voorstel vervatte maatregelen ter bevordering van de diergezondheid vallen onder de bevoegdheid van de Gemeenschap. Bovendien strookt de harmonisering van essentiële vereisten inzake de bescherming van de volks- en diergezondheid met het subsidiariteitsbeginsel.

    De voorgestelde wijzigingen zijn beperkt tot wat onontbeerlijk is voor de noodzakelijke aanpassing van de bestaande bepalingen. Het nieuwe voorgestelde artikel 24 legt de lidstaten rapportageverplichtingen op maar levert geen extra werk op. Deze rapportageverplichtingen zijn sowieso noodzakelijk om de Commissie in staat te stellen de uitvoering van de door de Gemeenschap gefinancierde programma's te bewaken en na te gaan of de uitvoeringsmaatregelen van de lidstaten de doelstellingen van deze programma's helpen verwezenlijken.

    5.3. Keuze van instrumenten

    Het voorgestelde instrument is een beschikking. Het voorstel wijzigt bestaande bepalingen in een beschikking van de Raad over uitgaven op veterinair gebied. Daarom wordt als rechtsinstrument de voorkeur gegeven aan een nieuwe beschikking van de Raad.

    6. Budgettaire gevolgen

    6.1. Budgettaire gevolgen van het voorstel over meerjarenprogramma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen

    De geplande wijzigingen brengen geen extra kosten voor de lidstaten en de Gemeenschap mee.

    6.2. Budgettaire gevolgen van het voorstel over Traces

    Beschikking 2004/675/EEG [5] voorziet in een communautaire financiële maatregel van 300 000 euro voor logistieke steun voor het Traces-systeem ten behoeve van de gebruikers gedurende een aanvankelijke periode van 15 maanden.

    De jaarlijkse extra kosten voor de Gemeenschap vanaf 2006 worden geraamd op:

    – hosting: 500 000 euro

    – ontwikkeling: 100 000 euro

    6.3. Budgettaire gevolgen van het voorstel over het voorlichtingsbeleid inzake diergezondheid en voedselveiligheid van producten van dierlijke oorsprong

    De jaarlijkse extra kosten voor de Gemeenschap (200 000 euro) vallen onder de rubriek “andere veterinaire maatregelen”.

    7. Aanvullende informatie

    7.1. Intrekking van bestaande wetgeving

    De goedkeuring van het voorstel impliceert de intrekking van Beschikking 90/638/EEG van de Raad tot vaststelling van communautaire criteria voor de maatregelen inzake de uitroeiing van en de controle op bepaalde dierziekten [6]. De technische bijlagen bij deze beschikking bevatten de criteria waaraan de door de lidstaten bij de Commissie ingediende programma's moeten voldoen om in het kader van de maatregelen van artikel 24 van Beschikking 90/424/EEG te worden goedgekeurd.

    Deze puur technische criteria waarborgen de doeltreffendheid van de programmamaatregelen. Het is daarom raadzaam deze technische criteria evenals de gedetailleerde uitvoeringsvoorschriften inzake de vorm van de programma's en de verslagen in één beschikking van de Commissie vast te stellen volgens de comitéprocedure.

    De Commissie is van plan op de dag waarop de in dit voorstel beschreven beschikking van de Raad in werking treedt, volgens de comitéprocedure een beschikking van de Commissie goed te keuren tot vaststelling van de criteria en standaardeisen waaraan de inhoud van de programma's en de rapportage moeten voldoen.

    De bestaande wetgeving kan zo worden vereenvoudigd en de wetgevingslast voor de lidstaten en de Commissie verlicht.

    7.2. Europese Economische Ruimte

    De voorgestelde beschikking is niet van belang voor de EER aangezien de onder Beschikking 90/424/EEG vallende financiële instrumenten niet voor de EER gelden.

    2006/0098 (CNS)

    Voorstel voor een

    BESCHIKKING VAN DE RAAD

    tot wijziging van Beschikking 90/424/EEG betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 37,

    Gelet op het voorstel van de Commissie [7],

    Gelet op het advies van het Europees Parlement [8],

    Gelet op het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité [9],

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) De Gemeenschap verleent medefinanciering voor activiteiten van de lidstaten in verband met de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen op basis van jaarprogramma's die zijn goedgekeurd overeenkomstig de eisen en de procedure van artikel 24 van Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied [10].

    (2) Uit de beoordeling van de procedures voor communautaire medefinanciering van programma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen – waarbij vooral rekening is gehouden met de ervaringen van de overeenkomstig actie 29 van het witboek over voedselveiligheid [11] opgerichte taakgroep voor controle op de uitroeiing van ziekten in de lidstaten – blijkt dat een meerjarenaanpak voor deze programma's en een nieuwe lijst van ziekten en zoönosen betere resultaten zouden opleveren. Dankzij een meerjarenaanpak voor de programma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen kunnen de doelstellingen van deze programma's efficiënter en doeltreffender worden verwezenlijkt, kan het beheer beter en transparanter worden gemaakt en kunnen de controles worden versterkt, zodat de financiële middelen van de Gemeenschap efficiënter worden gebruikt. Het is daarom raadzaam de bepalingen over deze programma's te wijzigen en te voorzien in de mogelijkheid om meerjarenprogramma's te financieren.

    (3) Uit die beoordeling bleek ook dat een lijst met een beperkt aantal voor medefinanciering in aanmerking komende dierziekten en zoönosen de efficiëntie en de doeltreffendheid van de uitroeiings-, bestrijdings- en bewakingprogramma's ten goede zou komen. De lijst van ziekten en zoönosen die dankzij de financiële bijdrage van de Gemeenschap kunnen worden uitgeroeid, weerspiegelt de prioriteiten van de Gemeenschap. Bij de opstelling van deze lijst moet rekening worden gehouden met de potentiële gevolgen van deze ziekten en zoönosen voor de volksgezondheid en de internationale en intracommunautaire handel in dieren en producten van dierlijke oorsprong. De specifieke bepalingen voor de bestrijding van zoönosen moeten daarom worden geschrapt.

    (4) Om de procedure voor de goedkeuring van de door de lidstaten bij de Commissie ingediende uitroeiings-, bestrijdings- en bewakingsprogramma's te vereenvoudigen, moeten de twee momenteel vereiste besluiten – een eerste met een lijst van de voor een financiële bijdrage in aanmerking komende programma's en een tweede over de goedkeuring van de programma's – worden vervangen door één besluit ter goedkeuring van de voor een financiële bijdrage van de Gemeenschap in aanmerking komende programma's.

    (5) Om de Commissie in staat te stellen de uitvoering van de programma's te bewaken, moeten de lidstaten op gezette tijden verslag bij de Commissie uitbrengen over de uitgevoerde activiteiten, de resultaten en de uitgaven.

    (6) Beschikking 90/638/EEG van de Raad van 27 november 1990 tot vaststelling van communautaire criteria voor de maatregelen inzake de uitroeiing van en de controle op bepaalde dierziekten [12] stelt de technische en informatie-eisen vast voor uitroeiings-, bestrijdings- en bewakingsprogramma's waarvoor financiële middelen van de Gemeenschap worden gevraagd. De technische eisen en de informatie moeten regelmatig en tijdig worden geactualiseerd en aangepast in het licht van de technische en wetenschappelijke vooruitgang en de feedback naar aanleiding van de uitvoering van de programma's. De Commissie moet deze technische criteria daarom kunnen aanpassen en zo nodig actualiseren. Beschikking 90/638/EEG van de Raad moet bijgevolg worden ingetrokken.

    (7) Bij Beschikking 2004/292/EG van de Commissie van 30 maart 2004 betreffende de toepassing van het Traces-systeem en tot wijziging van Beschikking 92/486/EEG [13] zijn de reeds bestaande computersystemen (Animo en Shift) in het nieuwe systeem geïntegreerd. Er moet daarom rekening worden gehouden met de technische ontwikkelingen bij de informatisering van de veterinaire procedures. Bovendien moet in de nodige middelen worden voorzien voor de hosting, het beheer en het onderhoud van de geïntegreerde veterinaire computersystemen.

    (8) Het is zaak informatie in te winnen met het oog op een betere ontwikkeling en uitvoering van de wetgeving inzake diergezondheid en voedselveiligheid. Bovendien moet de informatie over de wetgeving inzake diergezondheid en voedselveiligheid dringend op zo groot mogelijke schaal in de Gemeenschap worden verspreid. Het is daarom wenselijk de werkingssfeer van Beschikking 90/424/EEG uit te breiden tot de financiering van het voorlichtingsbeleid inzake dierenbescherming, diergezondheid en voedselveiligheid van producten van dierlijke oorsprong.

    (9) Beschikking 90/424/EEG moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

    HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Beschikking 90/424/EEG wordt als volgt gewijzigd:

    1) In artikel 1 wordt het derde streepje vervangen door:

    “− programma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen”.

    2) Artikel 16 wordt vervangen door:

    “Artikel 16

    De Gemeenschap levert een financiële bijdrage aan de ontwikkeling van een voorlichtingsbeleid met betrekking tot diergezondheid, dierenwelzijn en de voedselveiligheid van producten van dierlijke oorsprong, onder meer door:

    a) de installatie en ontwikkeling van voorlichtingsinstrumenten, met inbegrip van een adequate database voor:

    i) het verzamelen en opslaan van alle informatie over het Gemeenschapsrecht inzake diergezondheid, dierenwelzijn en voedselveiligheid van producten van dierlijke oorsprong;

    ii) de verspreiding van de onder (i) vermelde informatie bij de bevoegde autoriteiten, de producenten en de consumenten;

    b) de uitvoering van de nodige studies ter voorbereiding en ontwikkeling van wetgeving inzake dierenwelzijn.”

    3) De titel van Titel II wordt vervangen door:

    “Programma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van dierziekten en zoönosen”.

    4) Artikel 24 wordt vervangen door:

    “Artikel 24

    1. Er wordt voorzien in een financiële maatregel van de Gemeenschap om de onkosten van de lidstaten te vergoeden voor de financiering van nationale programma's voor de uitroeiing, bestrijding en bewaking van de in de bijlage vermelde dierziekten en zoönosen (“programma's”).

    De lijst in de bijlage kan overeenkomstig de procedure van artikel 41 worden gewijzigd, vooral wanneer er sprake is van nieuwe dierziekten die een risico voor de diergezondheid en indirect voor de volksgezondheid vormen.

    2. De lidstaten dienen jaarlijks uiterlijk 31 maart bij de Commissie de jaar- of meerjarenprogramma's in die het volgende jaar beginnen en waarvoor zij een financiële bijdrage van de Gemeenschap wensen te ontvangen.

    Na 31 maart ingediende programma's komen het volgende jaar niet in aanmerking voor financiering.

    De door de lidstaten ingediende programma's voldoen aan de overeenkomstig de procedure van artikel 41 goedgekeurde criteria. De informatie die overeenkomstig de in deze alinea vermelde criteria is vereist, wordt bij meerjarenprogramma's jaarlijks voor de duur van het programma verstrekt.

    3. De Commissie kan een lidstaat verzoeken een meerjarenprogramma in te dienen of de duur van een ingediend jaarprogramma eventueel te verlengen als een meerjarenprogramma noodzakelijk wordt geacht voor een efficiëntere en doeltreffendere uitroeiing, bestrijding en bewaking van een ziekte, vooral wanneer er potentiële gevaren voor de diergezondheid en indirect voor de volksgezondheid bestaan.

    4. De Commissie beoordeelt de door de lidstaten ingediende programma's uit zowel veterinair als financieel oogpunt.

    De lidstaten delen de Commissie alle aanvullende informatie mee die zij nodig heeft om het programma te beoordelen.

    De periode voor het verzamelen van alle informatie over de programma's loopt jaarlijks op 15 september af.

    5. De volgende zaken worden jaarlijks uiterlijk 30 november goedgekeurd overeenkomstig de procedure van artikel 42:

    a) de programma's, eventueel gewijzigd in het licht van de in lid 4 vastgestelde beoordeling;

    b) het bedrag van de financiële bijdrage van de Gemeenschap;

    c) de bovengrens van de financiële bijdrage van de Gemeenschap;

    d) de voorwaarden waaraan de financiële bijdrage van de Gemeenschap eventueel onderworpen is.

    Programma's worden voor hoogstens zes jaar goedgekeurd.

    6. Wijzigingen van de programma's worden goedgekeurd overeenkomstig de procedure van artikel 42.

    7. Voor elk goedgekeurd programma dienen de lidstaten de volgende verslagen bij de Commissie in:

    a) tussentijdse technische en financiële verslagen;

    b) jaarlijks uiterlijk 31 maart een gedetailleerd technisch jaarverslag met onder meer een beoordeling van de resultaten en een gedetailleerd verslag van de uitgaven van het voorafgaande jaar.

    8. De betalingsaanvragen met betrekking tot de uitgaven van een lidstaat in het kader van een programma tijdens het voorafgaande jaar, worden uiterlijk 31 maart bij de Commissie ingediend.

    Bij te laat ingediende betalingsaanvragen wordt de financiële bijdrage van de Gemeenschap op 1 mei, 1 juni, 1 juli en 1 september van dat jaar respectievelijk met 25%, 50%, 75% en 100% verlaagd.

    De Commissie beslist jaarlijks uiterlijk 30 oktober over de betalingen van de Gemeenschap en houdt daarbij rekening met de overeenkomstig lid 7 door de lidstaten ingediende technische en financiële verslagen.

    9. Deskundigen van de Commissie kunnen ter plekke en in samenwerking met de bevoegde autoriteiten controles uitvoeren voor zover het noodzakelijk is een uniforme toepassing van deze beschikking te waarborgen overeenkomstig artikel 45 van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad [14].

    De deskundigen van de Commissie kunnen bij deze controles worden bijgestaan door een overeenkomstig de procedure van artikel 41 opgerichte groep deskundigen.

    10. De gedetailleerde voorschriften voor de toepassing van dit artikel worden goedgekeurd overeenkomstig de procedure van artikel 41.”.

    5) Artikel 26 wordt vervangen door:

    “Artikel 26

    De communautaire vastleggingen voor de medefinanciering van de programma's worden jaarlijks vastgesteld. De vastleggingen voor de meerjarenprogramma's worden goedgekeurd overeenkomstig artikel 76, lid 3, van Verordening 1605/2002 van de Raad [15]. Voor meerjarenprogramma's volgt de eerste vastlegging na de goedkeuring van de programma's. Alle volgende vastleggingen gebeuren door de Commissie op basis van de in artikel 24, lid 5, vermelde beslissing tot het verlenen van een bijdrage.”.

    6) De artikelen 29, 29 bis, 32 en 33 worden geschrapt.

    7) In artikel 37 bis wordt lid 1 vervangen door:

    “De Gemeenschap kan financiële steun verlenen voor de informatisering van de veterinaire procedures inzake:

    a) de intracommunautaire handel in en de invoer van levende dieren en producten van dierlijke oorsprong;

    b) de hosting, het beheer en het onderhoud van geïntegreerde veterinaire computersystemen.”

    8) De bijlage wordt vervangen door de bijlage bij deze beschikking.

    Artikel 2

    Beschikking 90/638/EEG van de Raad wordt ingetrokken vanaf de datum van inwerkingtreding van de beschikking tot vaststelling van de in de derde alinea van artikel 24, lid 2, van Beschikking 90/424/EEG vermelde criteria en de in artikel 24, lid 10, van die beschikking vermelde gedetailleerde voorschriften.

    Artikel 3

    Voor programma's die vóór de inwerkingtreding van deze beschikking zijn goedgekeurd, blijven de betreffende bepalingen van Beschikking 90/424/EEG gelden.

    Artikel 4

    Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

    Gedaan te Brussel

    Voor de Raad

    De voorzitter

    BIJLAGE

    Dierziekten en zoönosen

    – Rundertuberculose

    – Runderbrucellose

    – Schapen- en geitenbrucellose (B. melitensis)

    – Bluetongue in gebieden waar de ziekte enzoötisch is, of in hoogrisicogebieden

    – Afrikaanse varkenspest

    – Vesiculaire varkensziekte

    – Klassieke varkenspest

    – Infectieuze hematopoëtische necrose

    – Infectieuze anemie bij zalm

    – Miltvuur

    – Besmettelijke boviene pleuropneumonie

    – Aviaire influenza

    – Rabiës

    – Echinokokkose

    – Overdraagbare spongiforme encefalopathieën (TSE)

    – Campylobacteriose

    – Listeriose

    – Salmonellose (zoönotische salmonella)

    – Trichinellose

    – Verocytotoxine-producerende E. coli”

    FINANCIEEL MEMORANDUM

    1. BENAMING VAN HET VOORSTEL: Voorstel voor een beschikking van de Raad tot wijziging van Beschikking 90/424/EEG van de Raad betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied

    2. ABM/ABB-KADER

    Beleidsgebied: GEZONDHEIDSZORG EN CONSUMENTENBESCHERMING

    Activiteit: VOEDSELVEILIGHEID, VETERINAIRE MAATREGELEN,

    DIERENWELZIJN EN FYTOSANITAIRE MAATREGELEN

    3. BEGROTINGSONDERDELEN

    3.1 Begrotingsonderdelen

    17.0401: Programma's voor de uitroeiing en de bewaking van dierziekten

    en voor de bewaking van de lichamelijke toestand van dieren

    met een volksgezondheidsrisico dat veroorzaakt is door een externe

    factor

    17.0402: Andere maatregelen op veterinair gebied, op het gebied van

    dierenwelzijn en van de volksgezondheid

    3.2 Duur van de actie en van de financiële gevolgen:

    ACTIE IS NIET BEPERKT IN DE TIJD

    3.3 Begrotingskenmerken (voeg zo nodig rijen toe):

    Begrotingsonderdeel | Soort uitgave | Nieuw | Bijdrage EVA | Bijdragen kandidaat-lidstaten | Rubriek financiële vooruitzichten |

    17.0401 | Verplicht | NGK | JA | NEE | NEE | nr. [1A] |

    17.0402 | Verplicht | NGK | JA | NEE | NEE | nr. [1A] |

    17.0403 | Verplicht | NGK | NEE | NEE | NEE | nr. [1A] |

    4. OVERZICHT VAN DE MIDDELEN

    4.1 Financiële middelen

    4.1.1 Overzicht van de vastleggingskredieten (VK) en betalingskredieten (BK)

    in miljoen euro (tot op 3 decimalen)

    Soort uitgave | Punt nr. | | Jaar 2006 | n + 1 | n + 2 | n + 3 | n + 4 | n + 5 e.v. | Totaal |

    Beleidsuitgaven | | | | | | | | |

    VK | 8.1 | a | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 4,8 |

    BK | | b | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 4,8 |

    Administratieve uitgaven binnen het referentiebedrag | | | | |

    Technische & administratieve bijstand (NGK) | 8.2.4 | c | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |

    TOTAAL REFERENTIEBEDRAG | | | | | | | |

    VK | | a+c | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 4,8 |

    BK | | b+c | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 0,8 | 4,8 |

    Administratieve uitgaven die niet in het referentiebedrag zijn begrepen | | |

    Personeelsuitgaven en aanverwante uitgaven (NGK) | 8.2.5 | d | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,648 |

    Andere niet in het referentiebedrag begrepen administratieve uitgaven (NGK) | 8.2.6 | e | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | 0,0 |

    Totale indicatieve kosten van de maatregel

    TOTAAL VK inclusief personeelsuitgaven | | a+c+d+e | 0,908 | 0,908 | 0,908 | 0,908 | 0,908 | 0,908 | 5,448 |

    TOTAAL BK inclusief personeelsuitgaven | | b+c+d+e | 0,908 | 0,908 | 0,908 | 0,908 | 0,908 | 0,908 | 5,448 |

    Medefinanciering – –

    Indien het voorstel door lidstaten of uit andere bronnen (geef aan welke) wordt medegefinancierd, geef dan een raming daarvan in de onderstaande tabel (voeg extra rijen toe indien de medefinanciering uit meer dan een bron afkomstig is):

    in miljoen euro (tot op 3 decimalen)

    Medefinancieringsbron | | Jaar n | n + 1 | n + 2 | n + 3 | n + 4 | n + 5 e.v. | Totaal |

    …………………… | f | | | | | | | |

    TOTAAL VK inclusief medefinanciering | a+c+d+e+f | | | | | | | |

    4.1.2 Verenigbaarheid met de financiële programmering

    X Het voorstel is verenigbaar met de bestaande financiële programmering.

    Het voorstel vergt herprogrammering van de betrokken rubriek van de financiële vooruitzichten.

    Het voorstel vergt wellicht toepassing van de bepalingen van het Interinstitutioneel Akkoord (flexibiliteitsinstrument of herziening van de financiële vooruitzichten).

    4.1.3 Financiële gevolgen voor de ontvangsten

    X Het voorstel heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten

    Het voorstel heeft de volgende financiële gevolgen voor de ontvangsten:

    NB: Alle gegevens en opmerkingen over de wijze van berekening van de gevolgen voor de ontvangsten moeten in een aparte bijlage worden vermeld.

    in miljoen euro (tot op een decimaal)

    | | Vóór de actie [Jaar n-1] | | Situatie na de actie |

    Begrotings-onderdeel | Ontvangsten | | | [Jaar n] | [n+1] | [n+2] | [n+3] | [n+4] | [n+5] |

    | (a) Ontvangsten in absolute bedragen | | | | | | | | |

    | (b) Verschil in ontvangsten | | | | | | | | |

    (Vermeld elk betrokken begrotingsonderdeel; voeg extra rijen toe wanneer er gevolgen zijn voor meer dan een begrotingsonderdeel.)

    4.2 Personele middelen in voltijdequivalenten (VTE; ambtenaren, tijdelijk en extern personeel) – zie punt 8.2.1.

    Jaarlijkse behoeften | Jaar n | n + 1 | n + 2 | n + 3 | n + 4 | n + 5 e.v. |

    Totale personele middelen in VTE | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 |

    5. KENMERKEN EN DOELSTELLINGEN

    5.1 Behoefte waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien voor de verschillende voorgestelde wijzigingen van de bestaande wetgeving

    5.1.1 Meerjarige uitroeiingsprogramma's

    Dankzij de overgang van jaarlijkse naar meerjarenprogramma's kunnen de doelstellingen van deze programma's efficiënter en doeltreffender worden verwezenlijkt.

    5.1.2 Wijziging van de lijst van ziekten en zoönosen die in aanmerking komen voor een financiële bijdrage om uitgeroeid te worden

    De beperking van de lijst van dierziekten en zoönosen die voor medefinanciering in aanmerking komen, komt de efficiëntie en de doeltreffendheid van de uitroeiings-, bestrijdings- en bewakingsprogramma's ten goede.

    5.1.3 Geïntegreerd veterinair computersysteem

    Een financiële bijdrage voor de invoering, de ontwikkeling, het beheer, de hosting en het onderhoud van een geïntegreerd veterinair computersysteem voor de handel in en de invoer van levende dieren en producten van dierlijke oorsprong staat borg voor een degelijk beheer van het systeem.

    5.1.4 Verzamelen en verspreiden van informatie

    Met behulp van een database kunnen de voorschriften inzake diergezondheid, dierenwelzijn en voedselveiligheid beter worden geharmoniseerd.

    5.2 Meerwaarde van het communautaire optreden, samenhang van het voorstel met andere financiële instrumenten en mogelijke synergie

    5.2.1 Meerjarige uitroeiingsprogramma's

    De overgang van jaarlijkse naar meerjarenprogramma's komt het beheer ten goede, zodat de doelstellingen van de uitroeiingsprogramma's duidelijker en beter controleerbaar worden en de kredieten efficiënter kunnen worden gebruikt.

    5.2.2 Wijziging van de lijst van ziekten en zoönosen die in aanmerking komen voor een financiële bijdrage om uitgeroeid te worden

    Dankzij een korte lijst van ziekten kunnen gemakkelijker prioriteiten worden gesteld en de beschikbare kredieten efficiënter worden gebruikt.

    5.2.3 Geïntegreerd veterinair computersysteem

    Alleen als de ontwikkeling van een geïntegreerd veterinair computersysteem gepaard gaat met een degelijk beheer en volgehouden steun, kan het resultaten opleveren.

    5.2.4 Verzamelen en verspreiden van informatie

    Het verzamelen en verspreiden van informatie over diergezondheid, dierenwelzijn en voedselveiligheid draagt bij tot de harmonisering van de voorschriften inzake diergezondheid en de versterking van het voorlichtingsbeleid over diergezondheid.

    5.3 Doelstellingen, verwachte resultaten en bijbehorende indicatoren van het voorstel in de context van het ABM

    Doelstelling 1: de mogelijkheid bieden de programma's op meerjarige basis

    te financieren

    Doelstelling 2: wijziging van de lijst van ziekten die in aanmerking komen voor

    een financiële bijdrage om uitgeroeid en/of bewaakt te worden

    Doelstelling 3: hosting, onderhoud en ondersteuning van geautomatiseerde

    veterinaire procedures in verband met handelstransacties

    Doelstelling 4: uitbreiding van de bepalingen in verband met het

    voorlichtingsbeleid.

    ALLEEN DE DOELSTELLINGEN 3 EN 4 BRENGEN EXTRA DIRECTE KOSTEN VOOR DE EU-BEGROTING MEE.

    5.4 Wijze van uitvoering (indicatief)

    Voor de uitvoering van de actie gekozen methode(n).

    X Gecentraliseerd beheer

    x rechtstreeks door de Commissie

    ٱ gedelegeerd aan:

    ٱ uitvoerende agentschappen

    ٱ door de Gemeenschappen opgerichte organen als bedoeld in artikel 185 van het Financieel Reglement

    ٱ nationale publiekrechtelijke organen of organen met een openbaredienstverleningstaak

    ٱ Gedeeld of gedecentraliseerd beheer

    ٱ met lidstaten

    ٱ met derde landen

    ٱ Gezamenlijk beheer met internationale organisaties (geef aan welke)

    Opmerkingen:

    6. TOEZICHT EN EVALUATIE

    6.1 Toezicht

    De Commissie beschikt reeds over basisinstrumenten om toezicht uit te oefenen (onder meer het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, de hoofden van de veterinaire diensten en het netwerk van communautaire referentielaboratoria).

    6.2 Evaluatie

    6.2.1 Evaluatie vooraf en naar aanleiding van een tussentijdse evaluatie of evaluatie achteraf genomen maatregelen (ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan)

    De voorgestelde meerjarenaanpak ter uitroeiing van ziekten en zoönosen is in verschillende werkgroepen met de lidstaten besproken, en met name tijdens de bijeenkomst van de hoofden van de veterinaire diensten op 22 september 2004.

    Als reactie op een verslag van de Rekenkamer heeft het Europees Parlement aanbevolen het vervoer van levende dieren binnen de EU en de invoer in de EU te bewaken.

    6.2.2 Vorm en frequentie van toekomstige evaluaties

    Zoals hierboven vermeld beschikt de Commissie over instrumenten (onder meer het Permanent Comité voor de voedselketen en de diergezondheid, de hoofden van de veterinaire diensten en het netwerk van communautaire referentielaboratoria) om de onder Beschikking 90/424/EEG van de Raad vallende acties op elk ogenblik te evalueren.

    7. FRAUDEBESTRIJDINGSMAATREGELEN

    De artikelen 7 en 8 van Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid gelden voor alle onder Beschikking 90/424/EEG van de Raad vallende uitgaven. Bijgevolg kunnen alle onder deze beschikking vallende transacties achteraf aan een audit worden onderworpen.

    8. MIDDELEN

    8.1 Financiële kosten van de doelstellingen van het voorstel

    Vastleggingskredieten, in miljoen euro (tot op 3 decimalen)

    (Vermeld de doelstellingen, acties en outputs) | Soort output | Gem. kosten | Jaar 2006 | Jaar n+1 | Jaar n+2 | Jaar n+3 | Jaar n+4 | Jaar n+5 e.v. | TOTAAL |

    | | | Aantal | Totale kosten | Aantal | Totale kosten | Aantal | Totale kosten | Aantal | Totale kosten | Aantal | Totale kosten | Aantal | Totale kosten | Aantal | Totale kosten |

    OPERATIONELE DOELSTELLING NR. 1 | | | | - | | - | | - | | | - | | | - | | - |

    OPERATIONELE DOELSTELLING NR. 2 | | | | - | | - | | - | | | - | | | - | | - |

    OPERATIONELE DOELSTELLING NR. 3 | | 0,600 | 1 | 0,6 | 1 | 0,6 | 1 | 0,6 | 1 | 0,6 | 1 | 0,6 | 1 | 0,6 | 6 | 3,6 |

    OPERATIONELE DOELSTELLING NR. 4 | | 0,200 | 1 | 0,2 | 1 | 0,2 | 1 | 0,2 | 1 | 0,2 | 1 | 0,2 | 1 | 0,2 | 6 | 1,2 |

    TOTALE KOSTEN | | 0,400 | 2 | 0,8 | 2 | 0,8 | 2 | 0,8 | 2 | 0,8 | 2 | 0,8 | 2 | 0,8 | 12 | 4,8 |

    8.2 Administratieve uitgaven

    8.2.1 Aantal en soort personeelsleden

    Soort post | | Huidig of extra personeel dat zal worden ingezet voor het beheer van de actie (aantal posten/VTE) |

    | | Jaar n | Jaar n+1 | Jaar n+2 | Jaar n+3 | Jaar n+4 | Jaar n+5 |

    Ambtenaren of tijdelijk personeel [16] (17 01 01) | A*/AD | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 |

    | B*, C*/AST | | | | | | |

    Uit art. 17 01 02 gefinancierd personeel [17] | | | | | | |

    Uit art. 17 01 04/05 gefinancierd ander personeel [18] | | | | | | |

    TOTAAL | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 | 5 |

    8.2.2 Omschrijving van de taken die uit de actie voortvloeien

    Onderzoek van de technische en financiële verslagen, voorbereiding van vastleggingen en opdracht tot betalingen

    8.2.3 Herkomst van het (statutaire) personeel

    (Wanneer meer dan een bron wordt vermeld, geef dan het aantal posten per bron)

    x Posten die momenteel zijn toegewezen aan het beheer van het te vervangen of te verlengen programma

    Posten die al zijn toegewezen in het kader van de JBS/VOB-procedure voor jaar n

    Posten waarom in het kader van de volgende JBS/VOB-procedure zal worden gevraagd

    Bestaande posten binnen de beherende dienst die worden heringedeeld (interne herindeling)

    Posten die voor jaar n nodig zijn maar die in het kader van de JBS/VOB-procedure voor dat jaar nog niet zijn toegewezen

    8.2.4 Andere administratieve uitgaven binnen het referentiebedrag (XX 01 04/05 – Uitgaven voor administratief beheer) – –

    in miljoen euro (tot op 3 decimalen)

    Begrotingsonderdeel (nummer en omschrijving) | Jaar n | Jaar n+1 | Jaar n+2 | Jaar n+3 | Jaar n+4 | Jaar n+5 e.v. | TOTAAL |

    1. Technische en administratieve bijstand (inclusief bijbehorende personeelsuitgaven) | | | | | | | |

    Uitvoerende agentschappen [19] | | | | | | | |

    Andere technische en administratieve bijstand | | | | | | | |

    Intern | | | | | | | |

    Extern | | | | | | | |

    Totaal technische en administratieve bijstand | | | | | | | |

    8.2.5 Personeelsuitgaven en aanverwante uitgaven die niet in het referentiebedrag zijn begrepen

    in miljoen euro (tot op 3 decimalen)

    Soort personeel | Jaar n | Jaar n+1 | Jaar n+2 | Jaar n+3 | Jaar n+4 | Jaar n+5 e.v. |

    Ambtenaren en tijdelijk personeel (17 01 01) | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,108 |

    Uit art. 17 01 02 gefinancierd personeel (hulpfunctionarissen, gedetacheerde nationale deskundigen, personeel op contractbasis, enz.)(vermeld begrotingsonderdeel) | | | | | | |

    Totaal personeelsuitgaven en aanverwante uitgaven die NIET in het referentiebedrag zijn begrepen | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,108 | 0,108 |

    Berekening – Ambtenaren en tijdelijke functionarissen – –

    Verwijs zo nodig naar punt 8.2.1 – –

    Berekening – Uit artikel 17 01 02 gefinancierd personeel – –

    Verwijs zo nodig naar punt 8.2.1 – –

    8.2.6 Andere administratieve uitgaven die niet in het referentiebedrag zijn begrepen – –

    in miljoen euro (tot op 3 decimalen) – –

    | Jaar n | Jaar n+1 | Jaar n+2 | Jaar n+3 | Jaar n+4 | Jaar n+5 e.v. | TOTAAL |

    17 01 02 11 01 – Dienstreizen | | | | | | | |

    17 01 02 11 02 – Conferenties en vergaderingen | | | | | | | |

    17 01 02 11 03 – Comités [20] | | | | | | | |

    17 01 02 11 04 – Studies en adviezen | | | | | | | |

    17 01 02 11 05 - Informatiesystemen | | | | | | | |

    2. Totaal Andere beheersuitgaven (17 01 02 11) | | | | | | | |

    3. Andere uitgaven van administratieve aard (vermeld welke en verwijs naar het begrotingsonderdeel) | | | | | | | |

    Totale Andere administratieve uitgaven die NIET in het referentiebedrag zijn begrepen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |

    Berekening - Andere administratieve uitgaven die niet in het referentiebedrag zijn begrepen

    [1] PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19; Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/53/EG (PB L 29 van 2.2.2006, blz. 37).

    [2] COM(1999) 719 definitief.

    [3] COM(1999) 719 definitief.

    [4] PB C 85 van 23.3.2000, blz. 1.

    [5] PB L 309 van 6.10.2004, blz. 26.

    [6] PB L 347 van 12.12.1990, blz. 27. Beschikking gewijzigd bij Richtlijn 92/65/EEG (PB L 268 van 14.9.1992, blz. 54).

    [7] PB C […] van […], blz. […].

    [8] PB C […] van […], blz. […].

    [9] PB C […] van […], blz. […].

    [10] PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19. Beschikking laatstelijk gewijzigd bij Beschikking 2006/53/EG (PB L 29 van 2.2.2006, blz. 37).

    [11] COM(1999) 719 definitief.

    [12] PB L 347 van 12.12.1990, blz. 27. Beschikking gewijzigd bij Richtlijn 92/65/EEG (PB L 268 van 14.9.1992, blz. 54).

    [13] PB L 94 van 31.3.2004, blz. 63. Beschikking gewijzigd bij Beschikking 2005/123/EG (PB L 39 van 11.2.2005, blz. 53).

    [14] PB L 165 van 30.4.2004, blz. 1; rectificatie in PB L 191 van 28.5.2004, blz. 1.

    [15] PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

    [16] Waarvan de kosten NIET door het referentiebedrag worden gedekt.

    [17] Waarvan de kosten NIET door het referentiebedrag worden gedekt.

    [18] Waarvan de kosten door het referentiebedrag worden gedekt.

    [19] Verwijs naar het specifieke financieel memorandum voor de betrokken uitvoerende agentschappen.

    [20] Vermeld het soort comité en de groep waartoe het behoort.

    --------------------------------------------------

    Top