Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52024PC0263

    Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 12524/21 INIT; ST 12524/21 ADD 1) van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Finland

    COM/2024/263 final

    Brussel, 24.6.2024

    COM(2024) 263 final

    2024/0149(NLE)

    Voorstel voor een

    UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

    tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 12524/21 INIT; ST 12524/21 ADD 1) van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Finland


    2024/0149 (NLE)

    Voorstel voor een

    UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

    tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 12524/21 INIT; ST 12524/21 ADD 1) van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Finland

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit 1 , en met name artikel 20, lid 1,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)Nadat Finland op 27 mei 2021 zijn nationale herstel- en veerkrachtplan had ingediend, heeft de Commissie de Raad een voorstel voor een positieve beoordeling voorgelegd. De Raad heeft de positieve beoordeling goedgekeurd bij uitvoeringsbesluit van 29 oktober 2021 2 . Dat uitvoeringsbesluit van de Raad is gewijzigd op 14 maart 2023 3 en 8 december 2023 4 .

    (2)Op 16 mei 2024 heeft Finland overeenkomstig artikel 21, lid 1, van Verordening (EU) 2021/241 een met redenen omkleed verzoek bij de Commissie ingediend om een voorstel in te dienen tot wijziging van het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021, aangezien het herstel- en veerkrachtplan vanwege objectieve omstandigheden gedeeltelijk niet langer haalbaar is. Op basis daarvan heeft Finland een gewijzigd herstel- en veerkrachtplan ingediend.

    Wijzigingen op basis van artikel 21 van Verordening (EU) 2021/241

    (3)De wijzigingen van het herstel- en veerkrachtplan die Finland op grond van objectieve omstandigheden heeft ingediend, hebben betrekking op 16 maatregelen. 

    (4)Finland heeft toegelicht dat zeven maatregelen niet langer haalbaar zijn vanwege de toegenomen economische onzekerheid als gevolg van de Russische aanvalsoorlog, de hoge rentetarieven, de inflatie en de kostenverhogende effecten van diverse knelpunten in de toeleveringsketen of onzekerheid op de financiële markten. Dit betreft respectievelijk mijlpaal 4 en streefdoel 5 van maatregel I1 (Investeringen in energie-infrastructuur) in het kader van component P1C1 (Transformatie van het energiesysteem); streefdoel 8 en de beschrijving van maatregel I2 (Investeringen in nieuwe energietechnologieën) in het kader van component P1C1 (Transformatie van het energiesysteem); mijlpaal 10 en de beschrijving van maatregel I3 (Investerings- en hervormingspakket in Åland) in het kader van component P1C1 (Transformatie van het energiesysteem); streefdoel 21 van maatregel I2 (Directe elektrificatie en decarbonisatie van industriële processen) in het kader van component P1C2 (Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie); streefdoel 24 van maatregel I3 (Hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële nevenstromen) in het kader van component P1C2 (Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie); streefdoel 94 van maatregel R1 (Hervorming van permanente educatie) in het kader van component P3C2 (Verhoging van het bekwaamheidsniveau en hervorming van permanente educatie); streefdoel 99 en de beschrijving van maatregel I3 (Het competentieniveau verhogen en het permanente leren, de digitalisering en de modernisering van het onderwijs in Åland vernieuwen) in het kader van component P3C2 (Verhoging van het bekwaamheidsniveau en hervorming van permanente educatie). Op basis hiervan heeft Finland verzocht de bovengenoemde maatregelen, met inbegrip van de relevante mijlpalen en streefdoelen, te wijzigen en/of het tijdschema voor de uitvoering van die mijlpalen en streefdoelen te verlengen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (5)Finland heeft uitgelegd dat vier maatregelen gedeeltelijk niet langer haalbaar zijn wegens vertragingen in aanbestedingsprocedures, bv. als gevolg van lange procedures bij de Rechtbank voor Handelszaken of de verlengde termijn voor de ontwikkeling van apparatuur. Dit betreft respectievelijk streefdoel 105 en de beschrijving van maatregel I2 (RDI-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie – versnelling van sleutelsectoren en versterking van de competenties) in het kader van component P3C3 (OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten); streefdoel 114 en de beschrijving van maatregel I5 (Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur – Lokale onderzoeksinfrastructuren) in het kader van component P3C3 (OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten); streefdoel 117 en de beschrijving van maatregel I6 (Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur – Nationale onderzoeksinfrastructuren) in het kader van component P3C3 (OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten); streefdoel 140 en de beschrijving van maatregel I5 (Invoering van een persoonsgericht digitaal informatiesysteem voor gezondheidszorg in Åland) in het kader van component P4C1 (Verbetering van de beschikbaarheid van diensten op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg en verhoging van de kosteneffectiviteit). Op basis hiervan heeft Finland verzocht het tijdschema voor de uitvoering van de bovengenoemde streefdoelen te verlengen en de bijbehorende beschrijvingen van de maatregelen te wijzigen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (6)Finland heeft uitgelegd dat twee maatregelen gedeeltelijk niet langer haalbaar zijn wegens onvoorziene maatregelspecifieke uitdagingen, zoals veranderingen in het verzamelen en rapporteren van gegevens. Dit betreft respectievelijk streefdoel 78 van maatregel R1 (Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening) in het kader van component P3C1 (Werkgelegenheid en arbeidsmarkt) en streefdoel 83 van maatregel R3 (Stroomlijning van het immigratiebeleid op basis van werk en onderwijs) in het kader van component P3C1 (Werkgelegenheid en arbeidsmarkt). Op basis hiervan heeft Finland verzocht streefdoel 78 te wijzigen en streefdoel 83 om te zetten in een mijlpaal. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (7)Finland heeft uitgelegd dat mijlpaal 86, streefdoel 87 en streefdoel 89 (submaatregel “Oprichting van een nieuwe intermediaire arbeidsmarktoperator”) van maatregel I1 (Ontwikkeling van werkvermogen, productiviteit en welzijn op het werk) in het kader van component P3C1 (Werkgelegenheid en arbeidsmarkt) geheel onhaalbaar zijn geworden wegens het verslechterde klimaat voor investeringen en bedrijfsactiviteiten als gevolg van de Russische aanvalsoorlog, die van invloed is geweest op de bereidheid en mogelijkheden van ondernemingen om mensen aan te werven en in dienst te nemen. Op basis hiervan heeft Finland verzocht de bovengenoemde mijlpaal en streefdoelen in hun geheel te schrappen.

    (8)Finland heeft uitgelegd dat één maatregel gedeeltelijk niet langer haalbaar is wegens gewijzigde administratieve voorwaarden als gevolg van de enorme hoeveelheid financieringsaanvragen. Dit betreft mijlpaal 147 van maatregel I1 (Investeringen voor een schone transitie) in het kader van component P5C1 (REPowerEU). Op basis hiervan heeft Finland verzocht de bovengenoemde mijlpaal te wijzigen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (9)Finland heeft toegelicht dat één maatregel is gewijzigd om betere alternatieven uit te voeren, om zo de oorspronkelijke ambitie van de maatregel te bereiken. Dit betreft maatregel I1 (Koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -benutting) in het kader van component P1C2 (Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie). Op basis hiervan heeft Finland verzocht de maatregel, met inbegrip van de relevante mijlpalen en streefdoelen, te wijzigen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (10)Finland heeft de Commissie erop gewezen dat de beoogde wetswijzigingen in mijlpaal 38 van R2 (Belastinghervorming voor duurzaam vervoer) in het kader van component P1C4 (Koolstofarme oplossingen voor gemeenschappen en vervoer) niet in overeenstemming zijn met het beginsel “geen ernstige afbreuk doen” in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852. De Commissie stelt daarom voor deze mijlpaal te schrappen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (11)Finland heeft voorts verzocht de middelen die door de schrapping van één mijlpaal zijn vrijgekomen te gebruiken om één nieuwe mijlpaal toe te voegen. Dit betreft mijlpaal 38 in het kader van maatregel R2 (Belastinghervorming voor duurzaam vervoer) in het kader van component P1C4 (Koolstofarme oplossingen voor gemeenschappen en vervoer). Finland heeft tevens verzocht om de resterende middelen die zijn vrijgekomen door de schrapping van mijlpaal 86, streefdoel 87 en streefdoel 89 (submaatregel “Oprichting van een nieuwe intermediaire arbeidsmarktoperator”) van maatregel I1 (Ontwikkeling van werkvermogen, productiviteit en welzijn op het werk) in het kader van component P3C1 (Werkgelegenheid en arbeidsmarkt) te gebruiken om de financiering van de submaatregel “Preventieve ondersteuning van de arbeidsgeschiktheid door middel van maatregelen op het gebied van lichamelijke en geestelijke gezondheid voor personen en werkplekken” van dezelfde maatregel te verhogen, streefdoel 90 te wijzigen en streefdoel 90 bis toe te voegen. Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (12)De Commissie is van oordeel dat de door Finland aangevoerde redenen de actualisering overeenkomstig artikel 21, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 rechtvaardigen.

    Correcties van schrijffouten

    (13)In de tekst van het uitvoeringsbesluit van de Raad zijn 14 schrijffouten vastgesteld die gevolgen hebben voor 5 mijlpalen en streefdoelen en 22 maatregelen in het kader van 10 componenten. Het uitvoeringsbesluit van de Raad moet worden gewijzigd om de schrijffouten te corrigeren die niet overeenstemmen met de inhoud van het herstel- en veerkrachtplan dat op 27 mei 2021 bij de Commissie is ingediend, zoals overeengekomen tussen de Commissie en Finland. Deze schrijffouten hebben betrekking op de beschrijving van maatregel R1 (Aanzienlijke vermindering van het gebruik van steenkool voor energie tegen 2026) in het kader van component P1C1 (Transformatie van het energiesysteem); de beschrijving van maatregel R2 (Actieplan voor de geleidelijke afschaffing van de verwarming met fossiele brandstoffen) in het kader van component P1C3 (Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand);  de beschrijvingen van maatregel R1 (Modernisering van de natuurbeschermingswetgeving) en maatregel I1 (Gipsbehandeling en recycling van nutriënten) in het kader van component P1C5 (Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen); mijlpaal 55 van maatregel I1 (Digitale connectiviteit – Ontwikkeling van de kwaliteit en beschikbaarheid van communicatienetwerken) en mijlpaal 58 en de beschrijving van maatregel I2 (Vervoer en landgebruik – Digirailproject) in het kader van component P2C1 (Digitale infrastructuur); de beschrijvingen van maatregel I1 (Digitale economie – Real-time economy (RTE)-project) en maatregel I2 (Versnelling van de data-economie en digitalisering – Virtual Finland) in het kader van component P2C2 (Versnelling van de data-economie en digitalisering); de beschrijving van maatregel R1 (Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening), streefdoel 84 en de beschrijving van maatregel R3 (Stroomlijning van het immigratiebeleid op basis van werk en onderwijs), de beschrijving van maatregel R4 (Versterking van multidisciplinaire diensten voor jongeren (Ohjaamo-diensten)) in het kader van component P3C1 (Werkgelegenheid en arbeidsmarkt) en de beschrijving van die component; mijlpaal 93 en streefdoel 94 van maatregel R1 (Hervorming van permanente educatie), de beschrijving van maatregel I2 (Verbetering van het opleidingsniveau door meer studentenplaatsen in het hoger onderwijs) in het kader van component P3C2 (Verhoging van het bekwaamheidsniveau en hervorming van permanente educatie); de beschrijvingen van maatregel I2 (RDI-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie – Leidende ondernemingen), maatregel I3 (RDI-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie – versnelling van sleutelsectoren en versterking van de competenties (Business Finland)) en maatregel I4 (RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie – Ondersteuning van innovatieve groeibedrijven) in het kader van component P3C3 (O&O&I, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten);  de beschrijvingen van maatregel I1 (Bevordering van de uitvoering van de zorggarantie en vermindering van de achterstand bij de dienstverlening als gevolg van de COVID-19-pandemie), maatregel I2 (Versterking van preventie en vroegtijdige opsporing van gezondheidsproblemen), maatregel I3 (Versterking van de kennisbasis en empirisch onderbouwde besluitvorming om de kosteneffectiviteit van sociale bijstand en gezondheidszorg te verhogen) en maatregel I4 (Invoering van digitale innovaties op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg) in het kader van component P4C1 (Verbetering van de beschikbaarheid van diensten op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg en verhoging van de kosteneffectiviteit); de beschrijvingen van maatregel R1 (Vergunningverlening in de groene transitie) en maatregel I1 (Investeringen voor een schone transitie) in het kader van component P5C1 (REPowerEU). Deze correcties hebben geen gevolgen voor de uitvoering van de betreffende maatregelen.

    Beoordeling door de Commissie

    (14)De Commissie heeft het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan beoordeeld aan de hand van de criteria van artikel 19, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241.

    Kosten

    (15)Overeenkomstig artikel 19, lid 3, punt i), van Verordening (EU) 2021/241 en criterium 2.9 van bijlage V daarbij, is de in het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan verstrekte motivering voor het bedrag van de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan in redelijke mate (score B) redelijk en aannemelijk, strookt het met het kostenefficiëntiebeginsel en staan de kosten in verhouding tot de verwachte nationale economische en sociale gevolgen.

    (16)Voor de beoordeling van het oorspronkelijke herstel- en veerkrachtplan had Finland kostenramingen voor alle maatregelen verstrekt, gebaseerd op een aantal bronnen om de kosten van investeringen en hervormingen te verantwoorden. Het bewijsmateriaal dat ter onderbouwing van de methoden is verstrekt, mocht in sommige gevallen echter gedetailleerder zijn en uitgebreidere informatie over de kosten bevatten, met name wat een aantal horizontale investeringsregelingen betreft.

    (17)De informatie over de kosten van het REPowerEU-hoofdstuk bevatte afzonderlijke kostenramingen voor alle nieuwe maatregelen, gebaseerd op een aantal bronnen om de kosten van investeringen en hervormingen te verantwoorden. Op basis van de verstrekte documentatie werden de methoden voor het berekenen van de kosten van de meeste maatregelen in het herstel- en veerkrachtplan aangemerkt als betrouwbaar en als voldoende reden voor een positieve beoordeling van de redelijkheid en plausibiliteit ervan. De methodologische toelichting bij het ingediende bewijsmateriaal had echter nader kunnen worden gespecificeerd, met name wat betreft de reikwijdte van de investeringen en de beoogde activiteiten.

    (18)Voor de gewijzigde maatregelen heeft Finland aangetoond dat de kosten redelijk, aannemelijk, kosteneffectief en evenredig zijn. Tot slot zijn de geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan in overeenstemming met het kostenefficiëntiebeginsel en staan zij in verhouding tot het verwachte nationale economische en sociale effect.

    Eventuele andere beoordelingscriteria

    (19)De Commissie is van oordeel dat de door Finland voorgestelde wijzigingen geen invloed hebben op de positieve beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan in het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Finland met betrekking tot de relevantie, doeltreffendheid, efficiëntie en samenhang van het herstel- en veerkrachtplan aan de hand van de beoordelingscriteria van artikel 19, lid 3, punten a), b), c), d), d bis), d ter), e), f), g), h), j) en k).

    Positieve beoordeling

    (20)De Commissie heeft het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan positief beoordeeld en concludeert dat het plan op bevredigende wijze voldoet aan de beoordelingscriteria van Verordening (EU) 2021/241. Nu moeten, overeenkomstig artikel 20, lid 2, van en bijlage V bij die verordening, de hervormings- en investeringsprojecten die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan worden vastgelegd, alsmede de relevante mijlpalen, streefdoelen en indicatoren en het bedrag dat door de Unie ter beschikking wordt gesteld voor de uitvoering van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan in de vorm van niet-terugbetaalbare financiële steun.

    Financiële bijdrage

    (21)De totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan van Finland worden geraamd op 1 949 227 000 EUR. Aangezien het bedrag van de geraamde totale kosten van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan hoger is dan de geactualiseerde maximale financiële bijdrage die voor Finland beschikbaar is, moet de overeenkomstig artikel 20, lid 4, artikel 21 bis, lid 6, en artikel 21 ter, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 bepaalde totale financiële bijdrage die aan het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan van Finland is toegewezen, gelijk zijn aan 1 949 059 854 EUR.

    (22)Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Finland moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd. Voor de duidelijkheid moet de bijlage bij dat uitvoeringsbesluit volledig worden vervangen,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Het uitvoeringsbesluit van de Raad van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Finland wordt als volgt gewijzigd:

    1) Artikel 1 wordt vervangen door:

    “Artikel 1

    Goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan

    De beoordeling van het gewijzigde herstel- en veerkrachtplan van Finland op grond van de criteria van artikel 19, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 wordt goedgekeurd. De hervormings- en investeringsprojecten in het kader van het herstel- en veerkrachtplan, de regelingen en het tijdschema voor de monitoring en de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van de relevante mijlpalen en streefdoelen, de relevante indicatoren voor het bereiken van de beoogde mijlpalen en streefdoelen, en de regelingen voor volledige toegang door de Commissie tot de relevante onderliggende gegevens, worden vastgelegd in de bijlage bij dit besluit.”;

    2) De bijlage wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit:

    Artikel 2
    Adressaat

    Dit besluit is gericht tot de Republiek Finland.

    Gedaan te Brussel,

       Voor de Raad

       De voorzitter

    (1)    PB L 57 van 18.2.2021, blz. 17.
    (2)    ST 12524/21 en ST 12524/21 ADD 1
    (3)    ST 6991/23
    (4)    ST 15836/23
    Top

    Brussel, 24.6.2024

    COM(2024) 263 final

    BIJLAGE

    bij het

    Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

    tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) (ST 12524/21 INIT; ST 12524/21 ADD 1) van 29 oktober 2021 betreffende de goedkeuring van de beoordeling van het herstel- en veerkrachtplan voor Finland






    BIJLAGE

    AFDELING 1: HERVORMINGEN EN INVESTERINGEN IN HET KADER VAN HET HERSTEL- EN VEERKRACHTPLAN

    1.Beschrijving van hervormingen en investeringen

    PIJLER 1: Groene transitie ondersteunt economische herstructurering en een koolstofneutrale welvaartsmaatschappij

    A. COMPONENT P1C1: TRANSFORMATIE VAN HET ENERGIESYSTEEM

    Finland heeft zich ten doel gesteld ’s werelds eerste fossielvrije welzijnsmaatschappij te worden en tegen 2035 koolstofneutraliteit te bereiken. Het algemene doel van dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan is bij te dragen tot de verwezenlijking van de doelstelling van koolstofneutraliteit door het gebruik van schone energietechnologieën te bevorderen.

    Dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan omvat investeringen in de infrastructuur die nodig is voor de distributie van hernieuwbare energie en de productie van schone energie. Deze investeringen gaan vergezeld van hervormingen van de energiesector die gericht zijn op de geleidelijke afschaffing van het gebruik van steenkool voor energieopwekking en een hervorming van de energiebelasting om het gebruik van schone energie te bevorderen. Er is een afzonderlijke investering opgenomen ter ondersteuning van hernieuwbare energie in de autonome regio Åland.

    Het onderdeel draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om investeringen te richten op de groene transitie, met name op schone en efficiënte energieproductie en -gebruik (landspecifieke aanbeveling 3 2020), en op het bevorderen van investeringen in koolstofarme en energietransitie (landspecifieke aanbeveling 3 2019).

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    A.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Hervorming 1 (P1C1R1): Aanzienlijke vermindering van het gebruik van steenkool voor energie tegen 2026

    De wet inzake het verbod op het gebruik van energie van steenkool (406/2019) is in 2019 door het Finse parlement aangenomen. Deze wet verbiedt het gebruik van steenkool vanaf 2029. Finland zal zich inspannen om de afschaffing van het gebruik van steenkool binnen een kortere termijn te bevorderen en streeft ernaar het gebruik van steenkool voor energieopwekking tegen 2026 met 40 % tot 80 % te verminderen ten opzichte van 2019. De door Finland genomen maatregelen ter ondersteuning van de geleidelijke afschaffing van het gebruik van steenkool in de energiesector omvatten de integratie van nieuwe oplossingen voor elektriciteits- en warmteproductie in het energiesysteem, de transmissie van energie en de beschikbaarheid van technologieën ter vervanging van steenkool.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

    Hervorming 2 (P1C1R2): Hervorming van de energiebelasting om rekening te houden met technologische ontwikkelingen

    Het doel van de hervorming is de bestaande belasting op verschillende energiebronnen te wijzigen. De wijziging van de energiebelastingwetgeving (Wet op de accijns op elektriciteit en bepaalde brandstoffen) draagt bij tot de geleidelijke afschaffing van fossiele brandstoffen door elektrificatie van de industrie te bevorderen en investeringen in koolstofarme technologieën aan te moedigen. Bij de hervorming wordt ook de elektriciteitsbelasting voor industrie, mijnen, landbouw en datacentra van meer dan 5 MW verlaagd tot 0,05 cent/kWh, d.w.z. het EU-minimum, van 0,69 cent/kWh. Bij de hervorming wordt ook de terugbetaling van energiebelastingen voor energie-intensieve industrieën tegen 2025 geleidelijk afgeschaft en wordt de belasting op fossiele verwarmingsbrandstoffen, met inbegrip van turf, met ingang van 1 januari 2021 met 2,7 EUR per MWh verhoogd.

    Er loopt een studie over de energiebelasting van de productie van niet-verbrandingswarmte. De studie zal naar verwachting de basis vormen voor besluiten over verdere maatregelen voor de belasting van de energiesector. Finland zal naar verwachting wetswijzigingen indienen om ervoor te zorgen dat de wijzigingen op 1 januari 2022 van kracht zijn.

    De uitvoering van de hervorming moet uiterlijk op 30 juni 2021 zijn voltooid.

    Investering 1 (P1C1I1): Investeringen in energie-infrastructuur

    Doel van de investering is de randvoorwaarden voor het aantrekken van investeringen in schone energie te verbeteren, met bijzondere aandacht voor de integratie van het energiesysteem, energieopslag en -transport. De investering ondersteunt projecten ter bevordering van de aanleg van energie-infrastructuur met de volgende focus:

    I)elektriciteitsnetten en elektriciteitstransmissiecapaciteit;

    II)investeringen om energiesystemen te integreren en overtollige en afvalwarmte te produceren, te transporteren en te gebruiken in stadsverwarmingsnetwerken;

    III)vervoer van koolstofarme gassen, waaronder waterstof, biogas en biomethaan.

    De selectie vindt plaats aan de hand van verschillende criteria, zoals hun bijdrage aan het koolstofvrij maken van de energiesector en de haalbaarheid ervan, in overeenstemming met het vastgestelde tijdschema.

    De steun wordt verleend op grond van een nieuw regeringsbesluit dat uiterlijk op 31 december 2021 moet worden aangenomen. Zij neemt de vorm aan van vergelijkende oproepen onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid en Bedrijfsleven Finland, die in verschillende fasen worden georganiseerd, met als doel grote investeringen te vervroegen.

    Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 1 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 2 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 3 en installaties voor mechanische biologische behandeling 4 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die in overeenstemming zijn met de relevante milieuwetgeving van de Unie en de lidstaten.

    De selectiecriteria zorgen ervoor dat alle projecten bijdragen tot de doelstellingen inzake klimaatverandering die verband houden met steunverleningsgebied 033 met een klimaatcoëfficiënt van 100 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de faciliteit voor herstel en veerkracht. 5

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 2 (P1C1I2): Investeringen in nieuwe energietechnologie

    Doel van de investering is bij te dragen tot de doelstelling van Finland om tegen 2035 koolstofneutraliteit te bereiken door de invoering van nieuwe schone technologieën voor energieproductie en -gebruik te stimuleren. Bij de steun wordt prioriteit verleend aan sectoren waar emissiereducties moeilijk en duur zijn („moeilijk koolstofvrij te maken sectoren”). De investering dient ter ondersteuning van grootschalige projecten in de demonstratiefase, waarbij prioriteit wordt gegeven aan technische haalbaarheid, met bijzondere aandacht voor:

    I)productie van offshore-windenergie;

    II)hernieuwbare brandstoffen in het vervoer (elektrische brandstoffen en biobrandstoffen);

    III)warmteproductie zonder verbranding, zoals geo-energie, ter vervanging van het gebruik van steenkool; en

    IV)andere projecten op het gebied van hernieuwbare energie, zoals grote biogastransportprojecten waarbij gebruik wordt gemaakt van laaggebruikte productiemiddelen, grootschalige projecten op het gebied van zonne-energie en projecten ter bevordering van energieopslag.

    De selectie geschiedt aan de hand van verschillende criteria, waaronder hun bijdrage aan de verhoging van het aandeel hernieuwbare energie en hun potentiële bijdrage aan de ontwikkeling en commercialisering van relevante technologieën op lange termijn. De steun wordt verleend in het kader van een nieuw regeringsbesluit dat uiterlijk op 31 december 2021 moet worden aangenomen. Zij neemt de vorm aan van vergelijkende oproepen onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid en Bedrijfsleven Finland, die in verschillende fasen worden georganiseerd met het oog op de vervroegde terbeschikkingstelling van grote investeringen. In het kader van deze maatregel wordt tijdelijke steun verleend om de milieuvergunningen en -verwerking te versnellen van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2025.

    Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het mandaat voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 6 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 7 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 8 en installaties voor mechanische biologische behandeling 9 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    De selectiecriteria zorgen ervoor dat alle projecten bijdragen tot de klimaatveranderingsdoelstellingen in verband met de steunverleningsgebieden 032, 034bis028, 029 en 030 en 0 bis met een klimaatcoëfficiënt van 100 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de faciliteit voor herstel en veerkracht.

    De aanbestedingen worden uitgeschreven zodra het wetgevingskader voor de toekenning van de steun is vastgesteld. Naar verwachting zal in de loop van 2021 een eerste oproep tot het indienen van voorstellen worden georganiseerd.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 3 (P1C1I3): Investerings- en hervormingspakket in Åland

    Het doel van de investering is de productie van hernieuwbare energie in de autonome regio Åland te bevorderen. De investering bestaat uit steun voor de voorbereidende fase van een windenergieproject op zee en voor de productie van zonne-energie.

    De regering van Åland schat dat het tien tot vijftien jaar zal duren om het windenergieproject op zee in zijn geheel te voltooien. Verwacht wordt dat de geproduceerde energie hoofdzakelijk zal worden overgebracht naar het Finse vasteland en/of Zweden, en dus naar de nationale distributienetten. De investering ondersteunt de plannings- en voorbereidingsfase, die tot en met 2025 moet duren.

    Åland heeft in zijn energie- en klimaatstrategie de doelstelling vastgesteld om tegen 2030 een zonne-energiecapaciteit van 17 MW op te bouwen. Met de investering wordt steun verleend voor projecten voor de productie van zonne-energie die worden bevorderd door bedrijven, gemeenten of gemeenschappen. De projecten worden uitgevoerd tussen 2021 en 2025.

    Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 10 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 11 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 12 en installaties voor mechanische biologische behandeling 13 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die in overeenstemming zijn met de relevante milieuwetgeving van de Unie en de lidstaten.

    De selectiecriteria zorgen ervoor dat alle projecten bijdragen aan de doelstellingen inzake klimaatverandering en dat zij verband houden met de steunverleningsgebieden 028 en 029 met een klimaatcoëfficiënt van 100 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de faciliteit voor herstel en veerkracht.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    A.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    1

    P1C1R1 — Transformatie van het energiesysteem — aanzienlijke vermindering van het gebruik van steenkool voor energie tegen 2026

    Doel

    Vermindering van het gebruik van steenkool voor energie met 40 % tegen 2026 ten opzichte van 2019

     

    Percentage

    0

    40

    KWARTAAL 2

    2026

    Het gebruik van steenkool voor energie in 2019 bedroeg 60 Petajoule. Het verbruik moet tegen 2026 tot ten hoogste 36 Petajoule zijn teruggebracht.

    2

    P1C1R2 — Transformatie van het energiesysteem — Hervorming van de energiebelasting om rekening te houden met technologische ontwikkelingen

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de Wet op de accijns op elektriciteit en bepaalde brandstoffen

    Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2021

    De wijziging van de Wet op de accijns op elektriciteit en bepaalde brandstoffen:

    — de industriële elektriciteitsbelasting verlaagt om de elektrificatie van de industrie en de warmteproductie te bevorderen;

    — verlaging van de elektriciteitsbelasting voor mijnen, landbouw en datacentra van meer dan 5 MW

    — de terugbetaling van energiebelasting voor energie-intensieve industriële brandstoffen geleidelijk afschaffen

    — verhoogt de belasting op fossiele verwarmingsbrandstoffen met 2 7/MWh EUR.

    3

    P1C1I1 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in energie-infrastructuur

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor energie-infrastructuurprojecten

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van sollicitaties op de website van het ministerie van Economische Zaken

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2021

    De financieringsrichtsnoeren (de energiesteunverordening) treden in werking, waardoor de eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor investeringen in energie-infrastructuur kan worden gelanceerd, met een mandaat dat subsidiabiliteitscriteria omvat die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de eis dat de relevante EU- en nationale milieuwetgeving wordt nageleefd.

    4

    P1C1I1 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in energie-infrastructuur

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor investeringen in energie-infrastructuur

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies voor infrastructuurinvesteringen

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2024

    Alle energie-infrastructuurprojecten worden geselecteerd aan de hand van de criteria van de respectieve oproepen tot het indienen van voorstellen. Alle oproepen worden gebaseerd op de in mijlpaal 3 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria. Alle besluiten tot toekenning van financiering worden toegekend aan de projectbegunstigden/aanvragers die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen die de start van de uitvoering van de geselecteerde projecten mogelijk maken.

    5

    P1C1I1 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in energie-infrastructuur

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    Aantal

    0

    4

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste vier projecten moeten worden voltooid, zoals blijkt uit de door de begunstigden ingediende projectverslagen. Deze moeten overeenkomen met een toename van de nieuwe capaciteit voor hernieuwbare energie en/of de netaansluitcapaciteit van ten minste 137 MW.

    6

    P1C1I2 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in nieuwe energietechnologieën

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor investeringen in nieuwe energietechnologieën

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van sollicitaties op de website van het ministerie van Economische Zaken

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2021

    De financieringsrichtsnoeren (energiesteunverordening) zijn in werking getreden en maken de publicatie mogelijk van de eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor investeringen in nieuwe energietechnologieën, met inbegrip van subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de eis dat de relevante EU- en nationale milieuwetgeving wordt nageleefd.

    7

    P1C1I2 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in nieuwe energietechnologieën

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor investeringen in energietechnologie

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies voor investeringen in energietechnologie

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2023

    Alle projecten in verband met nieuwe energietechnologieën worden geselecteerd overeenkomstig de criteria van de respectieve oproepen tot het indienen van voorstellen. Alle oproepen worden gebaseerd op de in stap 6 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria. Alle besluiten tot toekenning van financiering worden toegekend aan de begunstigden/aanvragers die in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen zijn geselecteerd, zodat met de uitvoering van de geselecteerde projecten kan worden begonnen.

    8

    P1C1I2 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in nieuwe energietechnologieën

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    Aantal

    0

    4

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste vier projecten moeten worden voltooid, zoals blijkt uit de door de begunstigden ingediende projectverslagen. Deze moeten overeenkomen met een toename van de nieuwe capaciteit voor hernieuwbare energie en/of opslagcapaciteit van ten minste 143 MW.

    9

    P1C1I3 — Transformatie van het energiesysteem — investerings- en hervormingspakket in Åland

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor investeringen in hernieuwbare energie in Åland

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van voorstellen op de website van de regering van Åland

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2022

    De eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor investeringen in hernieuwbare energie in Åland is gepubliceerd, met een mandaat dat subsidiabiliteitscriteria omvat die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de eis dat de relevante EU- en nationale milieuwetgeving wordt nageleefd.

    10

    P1C1I3 — Transformatie van het energiesysteem — investerings- en hervormingspakket in Åland

    Mijlpaal

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    Afgeronde projectverslagen

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2026

    Alle ondersteunde projecten worden voltooid zoals blijkt uit projectverslagen die door de begunstigden van het project worden ingediend. Dit komt overeen met een vastlegging in de begroting van ten minste 2 430 000 EUR van de 2 700 000 EUR die aan de maatregel is toegewezen.

    B. ONDERDEEL P1C2: INDUSTRIËLE HERVORMINGEN EN INVESTERINGEN TER ONDERSTEUNING VAN DE GROENE EN DIGITALE TRANSITIE

    Finland heeft zich ten doel gesteld ’s werelds eerste fossielvrije welzijnsmaatschappij te worden en tegen 2035 koolstofneutraliteit te bereiken. Belangrijke uitdagingen bij het bereiken van dit doel zijn onder meer het terugdringen van de emissies van de industrie en het verhogen van het recyclingpercentage. Nieuwe koolstofarme technologie is vaak nog niet concurrerend en de ontwikkeling ervan moet worden versneld. Finland moet de circulaire economie stimuleren om het duurzame gebruik van hulpbronnen te bevorderen en vervuiling terug te dringen.

    Het algemene doel van dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan is bij te dragen tot de verwezenlijking van de doelstelling van koolstofneutraliteit door investeringen in technologieën ter vermindering van de koolstofemissies van de industrie te ondersteunen, groene banen te scheppen, te investeren in schone technologieën en recycling en hergebruik te stimuleren.

    De component omvat investeringen die gericht zijn op de bevordering van koolstofarme technologieën zoals de productie van waterstof, koolstofafvang en -gebruik, de vervanging van fossiele brandstoffen door elektriciteit in industriële processen, en de bevordering van hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële bijproducten. Deze investeringen gaan vergezeld van hervormingen van de klimaat- en afvalwetgeving, met inbegrip van de noodzakelijke wijzigingen van de klimaatwet en de afvalstoffenwet om te voorzien in een rechtsgrondslag voor de doelstelling inzake koolstofneutraliteit voor 2035 en de recyclingdoelstellingen.

    Het onderdeel draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om investeringen te richten op de groene transitie, met name op schone en efficiënte energieproductie en -gebruik (landspecifieke aanbeveling 3 2020), en op het bevorderen van investeringen in koolstofarme en energietransitie (landspecifieke aanbeveling 3 2019).

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    B.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Hervorming 1 (P1C2R1): Hervorming van de klimaatwet en koolstofarme industrialisering

    Finland heeft zich ertoe verbonden de klimaatwet te actualiseren om ervoor te zorgen dat de doelstelling van koolstofneutraliteit tegen 2035 wordt gehaald. De hervorming omvat de overeenkomstige emissiereductiedoelstellingen voor 2030, 2040 en 2050. De hervormde klimaatwet maakt het mogelijk klimaatplannen te gebruiken om te voldoen aan de in de wet vastgestelde mitigatie- en adaptatieverplichtingen. De Finse regering dient haar voorstel voor een herziene klimaatwet uiterlijk op 31 januari 2022 in bij het parlement, waarvan de inwerkingtreding wordt verwacht op 30 juni 2022. Finland heeft in het najaar van 2020 dertien sectorspecifieke routekaarten voor een koolstofarme economie goedgekeurd. De routekaarten identificeren de elektrificatie van industriële processen, de ontkoppeling van fossiele brandstoffen en emissiereductiemaatregelen op basis van emissiearme oplossingen. Finland wil met de industrie blijven samenwerken om de resterende routekaarten met sectorspecifieke mogelijkheden voor industriële emissiereductie bij te werken. Dit omvat ten minste de vier belangrijkste energie-intensieve industrieën, namelijk de energie-, chemische, bos- en technologiesector.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.



    Hervorming 2 (P1C2R2): Strategische bevordering van de circulaire economie en hervorming van de afvalstoffenwet

    Deze maatregel bestaat uit twee hervormingselementen. Ten eerste voert Finland de herziene afvalwet (646/2011) uit, die centraal staat in de regulering van de circulaire economie en het nationale afvalplan. De hervorming omvat verplichtingen inzake gescheiden inzameling van verpakkingen en bioafval van huishoudens en bedrijven, de verantwoordelijkheid van de verpakkingsproducenten voor de kosten van het beheer van verpakkingsafval, de tenuitvoerlegging van de richtlijn kunststoffen voor eenmalig gebruik en de verplichting om textielafval op regionale ontvangstpunten gescheiden te inzamelen. Het recyclingpercentage van stedelijk afval wordt verhoogd van de huidige 41 % tot 55 % in 2025 en 60 % in 2030. Het recyclingpercentage van kunststofverpakkingen wordt met 31 % verhoogd.

    Ten tweede bevordert Finland de circulaire economie door middel van een strategisch programma voor 2035, waarin concrete doelstellingen worden vastgesteld voor het verbruik van niet-hernieuwbare natuurlijke hulpbronnen, de productiviteit van hulpbronnen en het percentage circulair gebruik van materialen. Dit omvat een nationaal kaderprogramma, aangevuld met de bevordering van vrijwillige sectorale overeenkomsten tussen de staat en de gemeenten, het bedrijfsleven en andere belanghebbenden. Het doel is dat ten minste 2 belangrijke brancheorganisaties en ten minste 20 gemeenten en steden zich aansluiten bij de overeenkomst en zich verbinden tot de uitvoering van maatregelen ter bevordering van de doelstellingen van het strategische programma voor de circulaire economie: het gebruik van natuurlijke hulpbronnen verminderen, het gebruik van gerecycleerde materialen opvoeren en een koolstofarme circulaire economie bevorderen. Het omvat ook de publicatie van „ondersteuningsscenario’s” die helpen bij het in kaart brengen van de meest relevante maatregelen van belanghebbenden die in het kader van dergelijke overeenkomsten moeten worden genomen, in samenwerking met relevante onderzoeksinstellingen.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2024 voltooid.

    Investering 1 (P1C2I1): Koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik

    Deze investering is bedoeld om de ontwikkeling van de productie en opslag van schone waterstof op commerciële schaal te bevorderen. Het doel van de investering is bij te dragen tot de doelstelling van Finland om tegen 2035 koolstofneutraliteit te bereiken. De financiering wordt toegewezen ter ondersteuning van investeringen in de waterstofwaardeketen en in koolstofafvang, -opslag en -terugwinning. Finland zal naar verwachting bijdragen door middel van steun voor i) de productie van koolstofarme „groene” waterstof, de vervanging van het gebruik van fossiele brandstoffen in zware industrieën, ii) het afvangen, opslaan en gebruiken van CO2 en iii) onderzoek in verband met waterstof. Naast het potentiële IPCEI kunnen projecten in verband met Europese samenwerkingsnetwerken, zoals Eureka, worden ondersteund.

    Deze maatregel bestaat uit een overheidsinvesteringen in een subsidieregeling om particuliere investeringen te stimuleren en de toegang tot financiering in Finland in de hele waterstofwaardeketen en in koolstofafvang, -opslag en -terugwinning te verbeteren. De regeling werkt door rechtstreeks subsidies te verstrekken aan de particuliere sector. Op basis van de investering in de herstel- en veerkrachtfaciliteit is de regeling erop gericht in eerste instantie ten minste 127 000 000 EUR aan subsidies te verstrekken.

    De regeling wordt beheerd door Business Finland als uitvoerende partner. De regeling omvat de productlijn voor koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik.

    Met het oog op de uitvoering van de investering in de regeling ondertekenen Finland en Business Finland een uitvoeringsovereenkomst met de volgende inhoud:

    1. Beschrijving van het besluitvormingsproces van de regeling: Het definitieve toekenningsbesluit van de regeling wordt genomen door een investeringscomité of een ander relevant gelijkwaardig bestuursorgaan en goedgekeurd met een meerderheid van stemmen van leden die onafhankelijk zijn van de regering.

    2. Essentiële eisen van het bijbehorende subsidiebeleid, waaronder:

    a. De beschrijving van de verstrekte subsidies en de in aanmerking komende eindbegunstigden.

    b. De eis dat alle gesteunde investeringen economisch levensvatbaar moeten zijn.

    C. De eis om te voldoen aan het beginsel „geen ernstige afbreuk doen”, zoals uiteengezet in de technische richtsnoeren voor het beginsel „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). In het kader van het subsidiebeleid worden met name de volgende activiteiten en activa uitgesloten van subsidiabiliteit: I) activiteiten en activa in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 14 , ii) activiteiten en activa in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarmee de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 15 , iii) activiteiten en activa in verband met afvalstortplaatsen, verbrandingsinstallaties 16 en installaties voor mechanische biologische behandeling 17 .

    d. De eis dat eindbegunstigden van de regeling geen steun uit andere instrumenten van de Unie ontvangen om dezelfde kosten te dekken.

    3. Het bedrag dat onder de uitvoeringsovereenkomst valt, de vergoedingenstructuur voor de uitvoerende partner en de verplichting om ongebruikte opbrengsten van de regeling, ook na 2026, voor dezelfde beleidsdoeleinden te gebruiken.

    4. Monitoring-, audit- en controlevereisten, met inbegrip van:

    a. De beschrijving van het monitoringsysteem van de uitvoerende partner om verslag uit te brengen over de gemobiliseerde subsidies.

    b. De beschrijving van de procedures van de uitvoerende partner om fraude, corruptie en belangenconflicten te voorkomen, op te sporen en te corrigeren.

    C. De verplichting om de subsidiabiliteit van elke concrete actie te controleren overeenkomstig de in de Uitvoeringsovereenkomst vastgestelde vereisten alvorens een subsidie voor een concrete actie toe te kennen.

    d. De verplichting om risicogebaseerde controles achteraf uit te voeren overeenkomstig een auditplan van Business Finland. Bij deze audits wordt nagegaan of:

    de controlesystemen doeltreffend zijn, met inbegrip van de opsporing van fraude, corruptie en belangenconflicten;

    II) naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen”, de staatssteunregels en de vereisten inzake klimaatstreefcijfers; en

    het vereiste dat eindbegunstigden van de regeling geen steun uit andere instrumenten van de Unie hebben ontvangen om dezelfde kosten te dekken, wordt nageleefd. Bij de audits wordt ook nagegaan of de transacties wettig zijn en of de voorwaarden van de toepasselijke uitvoeringsovereenkomst en subsidie-overeenkomsten in acht worden genomen.

    5. Vereisten voor klimaatinvesteringen die door de uitvoerende partner worden uitgevoerd: ten minste 127 000 000 EUR van de RRF-investering in de regeling draagt bij tot de doelstellingen inzake klimaatverandering overeenkomstig bijlage VI bij de RRF-verordening.

    Er wordt geen financiering toegewezen aan de productie van waterstof uit aardgas. In het kader van deze maatregel wordt tijdelijke steun verleend om de milieuvergunningen en -verwerking te versnellen van 1 januari 2021 tot en met 31 december 2025.

    Daarnaast zal steun voor bepaalde binnenlandse investeringen in koolstofarme „groene” waterstof worden verleend op grond van een nieuw regeringsbesluit dat in 2021 moet worden aangenomen (Besluit energiesteun). Zij neemt de vorm aan van vergelijkende oproepen onder de verantwoordelijkheid van het Finse ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid en Bedrijfsleven, die in een of meer fasen worden georganiseerd.

    Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 18 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 19 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 20 en installaties voor mechanische biologische behandeling 21 ; activiteiten waarbij de verwijdering van afval op lange termijn schade kan toebrengen aan het milieu. In de taakomschrijving wordt bovendien bepaald dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    De selectiecriteria zorgen ervoor dat alle projecten bijdragen tot de doelstellingen inzake klimaatverandering in verband met steunverleningsgebied 032 met een klimaatcoëfficiënt van 100 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit. De eerste oproep tot het indienen van voorstellen wordt in 2021 geopend en op de website van Business Finland gepubliceerd.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 2 (P1C2I2): Directe elektrificatie en decarbonisatie van industriële processen

    De maatregel bevordert directe elektrificatie en koolstofarme industriële processen om de CO2-emissies in de industriële sector te verminderen. De maatregel:

    I)de energie-efficiëntie verbeteren door het warmteverbruik en de warmteprocessen te elektrificeren; en

    II)hybride oplossingen introduceren en gebruik maken van warmtepomptechnologie en overtollige warmte.

    De maatregel is bedoeld om de industrie te helpen zich voor te bereiden op het einde van het energieverbruik van steenkool in 2029 en op ten minste de helft van het energieverbruik van turf tegen 2030 door de vervanging van het gebruik van fossiele brandstoffen voor industriële toepassingen door elektriciteit te stimuleren.

    De steun wordt verleend in het kader van een nieuw regeringsbesluit dat uiterlijk op 31 december 2021 moet worden aangenomen.

    Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het mandaat voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 22 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 23 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 24 en installaties voor mechanische biologische behandeling 25 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    De selectiecriteria zorgen er ook voor dat alle projecten bijdragen aan de doelstellingen op het gebied van klimaatverandering in verband met steunverleningsgebied 024ter, dat een klimaatcoëfficiënt van 100 % heeft overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de faciliteit voor herstel en veerkracht. Daartoe moeten de geselecteerde projecten gemiddeld ten minste 30 % van de directe en indirecte broeikasgasemissies verminderen ten opzichte van de emissies vooraf. De eerste oproep tot het indienen van projecten wordt geopend zodra de wetgeving van kracht is.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 3 (P1C2I3): Hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële nevenstromen

    De maatregel is gericht op de bevordering van een circulaire economie die industriële zijde en afvalstromen en andere belangrijke materialen zoals batterijmaterialen, kunststoffen, textiel, verpakkingen, elektrische en elektronische apparatuur, bouw- en sloopmaterialen hergebruikt en hergebruikt en hergebruikt.

    Er wordt steun verleend voor:

    I)eerste commerciële installaties, proef- en demonstratieinstallaties;

    II)de invoering van nieuwe technologieën in bestaande processen;

    III)digitale platforms en diensteninvesteringen ter bevordering van hergebruik en recycling.

    Ten minste 30 000 000 EUR van het budget is bestemd voor de bevordering van de circulaire bio-economie en ten minste 30 000 000 EUR van het budget is bestemd voor de bevordering van oplossingen voor de circulaire economie in de batterijwaardeketen.

    In 2021 zal Business Finland in verschillende fasen oproepen tot mededinging organiseren.

    Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 26 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 27 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 28 en installaties voor mechanische biologische behandeling 29 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    De selectiecriteria zorgen er ook voor dat alle projecten bijdragen aan de doelstellingen op het gebied van klimaatverandering in verband met het volgende steunverleningsgebied 045bis met een klimaatcoëfficiënt van 100 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de faciliteit voor herstel en veerkracht. Daartoe moeten de geselecteerde projecten ten minste 50 %, uitgedrukt in gewicht, van het verwerkte gescheiden ingezamelde ongevaarlijke afvalstoffen mogelijk maken tot secundaire grondstoffen.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    B.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    11

    P1C2R1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hervorming van de klimaatwet en koolstofarme industrialisering

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de herziene klimaatwet

    Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wet

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2022

    De wijziging van de klimaatwet omvat:

    emissiereductiedoelstellingen voor 2030 en 2 040 in overeenstemming met het traject voor koolstofneutraliteit

    geactualiseerde doelstellingen voor 2050

    doelstellingen met betrekking tot de sector landgebruik en versterking van koolstofputten

    12

    P1C2R1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hervorming van de klimaatwet en koolstofarme industrialisering

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de geactualiseerde klimaat- en energiestrategie, het beleidsplan inzake klimaatverandering voor de middellange termijn en sectorspecifieke koolstofarme routekaarten

    Publicatie van de strategie, het plan en de routekaarten op de websites van het ministerie van Werkgelegenheid en Economie en het ministerie van Milieu

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2025

    De klimaatstrategieën, -plannen en sectorale koolstofarme routekaarten voor de industrie die het meest essentieel zijn voor de uitvoering van de klimaatwet (de vier belangrijkste energie-intensieve industrieën zijn energie-, chemische, bos- en technologie-industrieën), worden geactualiseerd.

    De klimaat- en energiestrategie omvat beleidsmaatregelen en scenario’s die erop gericht zijn de door de EU voor 2030 vastgestelde klimaat- en energiedoelstellingen en de in het regeringsprogramma vastgestelde doelstelling inzake koolstofneutraliteit voor 2035 te halen.

    13

    P1C2R2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Strategische bevordering van de circulaire economie en hervorming van de afvalstoffenwet

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de belangrijkste processen van de herziene afvalwet

    Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de herziene Afvalwet

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2024

    De herziene afvalwet (714/2021) omvat:

    1) de volledige nationale gescheiden inzameling van bioafval in 2022.

    2) de producentenverantwoordelijkheid voor verpakkingsafval en de gescheiden inzameling van verpakkingsafval en textiel op nationaal niveau volledig operationeel in 2023.

    3) de nationale gescheiden inzameling van bioafval van nieuwe eigendommen, volledig operationeel in 2024.

    De herziene afvalwet machtigt de Finse regering om nieuwe decreten vast te stellen, waaronder: I) algemene recyclingdoelstellingen voor stedelijk afval, die zullen worden verhoogd van de huidige 41 % tot 55 % in 2025 en 60 % in 2030, en ii) wettelijk bindende recyclingdoelstellingen voor producenten van verpakkingsafval, waardoor het recyclingpercentage van kunststofverpakkingen met 31 % zal worden verhoogd.

    14

    P1C2R2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Strategische bevordering van de circulaire economie en hervorming van de afvalstoffenwet

    Mijlpaal

    Aanneming van de regeringsresolutie over de uitvoering van het strategisch programma voor een circulaire economie

    Publicatie van het regeringsbesluit (YM/2021/17) op de website van de regering

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2021

    De regeringsresolutie over de uitvoering van het strategisch programma voor een circulaire economie wordt aangenomen en omvat de doelstelling dat het verbruik van niet-hernieuwbare natuurlijke hulpbronnen afneemt en het duurzame gebruik van hernieuwbare natuurlijke hulpbronnen kan toenemen, zodat het totale binnenlandse verbruik van primaire grondstoffen tegen 2035 het niveau van 2015 niet overschrijdt.

    15

    P1C2R2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Strategische bevordering van de circulaire economie en hervorming van de afvalstoffenwet

    Mijlpaal

    Sluiting van een nationale overeenkomst met belangrijke actoren over een koolstofarme circulaire economie

    De vaststelling van het contractkader voor een koolstofarme circulaire economie en een overeenkomst met belangrijke actoren uit de industrie en belanghebbenden

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2023

    Het nieuwe nationale contractkader voor een koolstofarme circulaire economie, ter ondersteuning van het strategische programma voor een circulaire economie, wordt gesloten en gepubliceerd op de website van de regering van de Republiek Finland. De ondersteunende scenario’s voor het gebruik van natuurlijke hulpbronnen worden opgesteld in samenwerking met relevante onderzoeksinstellingen.

    Het doel is om ten minste twee belangrijke brancheorganisaties en ten minste 20 gemeenten en steden te hebben om zich bij de overeenkomst aan te sluiten en zich ertoe te verbinden maatregelen uit te voeren die de doelstellingen van het strategische programma voor de circulaire economie bevorderen.

    16

    P1C2I1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste nationale oproep tot het indienen van aanvragen voor de productie en het gebruik van emissiearme waterstof en de afvang en het gebruik van kooldioxide

    Publicatie van de eerste oproepen tot het indienen van sollicitaties op de website van Business Finland

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2021

    Lancering van de eerste nationale oproep tot het indienen van aanvragen voor de productie en het gebruik van emissiearme waterstof en de afvang en het gebruik van kooldioxide. Het mandaat van de oproep omvat subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    17

    P1C2I1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik

    Mijlpaal

    Uitwerkingsovereenkomst

    Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2025

    Inwerkingtreding van de uitvoeringsovereenkomst.

    18

    P1C2I1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik

    Doel

    Met de eindbegunstigden gesloten juridische overeenkomsten

    Percentage (%)

     0

    100 %

    KWARTAAL 2

    2026

    Business Finland heeft juridische subsidie-overeenkomsten met eindbegunstigden gesloten voor een bedrag dat nodig is om 100 % van de RRF-investeringen in de regeling te gebruiken (rekening houdend met beheersvergoedingen).

    100 % van deze financiering draagt bij aan klimaatdoelstellingen volgens de methode in bijlage VI bij de RRF-verordening.

    18bis

    P1C2I1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik

    Mijlpaal

    Ministerie heeft de investering voltooid

    Certificaat van overdracht

    KWARTAAL 2

    2026

    Finland draagt voor de regeling 127 000 000 EUR over aan Business Finland.

    19

    P1C2I2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Directe elektrificatie en het koolstofvrij maken van industriële processen

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor directe elektrificatie en lage carbonisering van industriële processen ter vermindering van de CO2-uitstoot door de industrie

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van sollicitaties op de website van Business Finland.

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2021

    De gewijzigde financieringsrichtsnoeren (de energiesteunverordening) zijn in werking getreden, waardoor de eerste vergelijkende oproep tot het indienen van voorstellen voor directe elektrificatie en koolstofarme aanpassing van industriële processen die gericht zijn op de vermindering van de CO2-uitstoot door de industrie, kan worden gelanceerd. Het mandaat van de oproep omvat subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    20

    P1C2I2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Directe elektrificatie en het koolstofvrij maken van industriële processen

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor projecten voor directe elektrificatie en koolstofarme industriële processen

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2023

    Alle projecten voor directe elektrificatie en koolstofarme industriële processen worden geselecteerd overeenkomstig de criteria van de respectieve oproepen tot het indienen van voorstellen. Alle oproepen worden gebaseerd op de in stap 19 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria. Alle besluiten tot toekenning van financiering worden gegeven aan de begunstigden/aanvragers die in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen zijn geselecteerd, zodat met de uitvoering van de geselecteerde projecten kan worden begonnen.

    21

    P1C2I2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Directe elektrificatie en het koolstofvrij maken van industriële processen

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    Aantal

     0

    3

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste drie ondersteunde projecten moeten worden voltooid, zoals blijkt uit de door de begunstigden ingediende projectverslagen. Deze moeten overeenkomen met een toename van het elektrificatieniveau in industriële processen met ten minste 43 MW.

    22

    P1C2I3 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële nevenstromen

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor investeringsprojecten ter bevordering van het hergebruik van afvalmaterialen en nevenstromen.

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van sollicitaties op de website van Business Finland

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2021

    Het regeringsbesluit betreffende de toekenning van steun aan ondernemingen ter bevordering van de circulaire economie en duurzame groene groei (1197/2020) is in werking getreden, waardoor de eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor investeringsprojecten ter bevordering van het hergebruik van afvalmaterialen en nevenstromen kon worden gelanceerd. Het mandaat van de oproep omvat subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    23

    P1C2I3 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële nevenstromen

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor de hergebruik- en recyclingprojecten

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2023

    Alle projecten voor hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële nevenstromen worden geselecteerd overeenkomstig de criteria van de respectieve oproepen tot het indienen van voorstellen. Alle oproepen worden gebaseerd op de in stap 22 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria. Alle besluiten tot toekenning van financiering worden gegeven aan de begunstigden/aanvragers die in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen zijn geselecteerd, zodat met de uitvoering van de geselecteerde projecten kan worden begonnen.

    24

    P1C2I3 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële nevenstromen

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    Aantal

     0

    10

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste tien ondersteunde projecten moeten worden voltooid, zoals blijkt uit de door de begunstigden ingediende projectverslagen. Dit komt overeen met een reductiecapaciteit van ten minste 45 622 ton CO2-equivalent.

    C. COMPONENT P1C3: VERMINDERING VAN DE KLIMAAT- EN MILIEUEFFECTEN VAN HET GEBOUWENBESTAND

    Finland heeft zich ten doel gesteld ’s werelds eerste fossielvrije welzijnsmaatschappij te worden en tegen 2035 koolstofneutraliteit te bereiken. Het algemene doel van dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan is bij te dragen tot de verwezenlijking van de doelstelling van koolstofneutraliteit door de emissies van gebouwen gedurende hun levenscyclus te verminderen, met bijzondere aandacht voor de bouw en verwarming.

    De component omvat een investering ter bevordering van het gebruik van koolstofarme methoden in de bouwsector. Deze investering wordt aangevuld met hervormingen die gericht zijn op het verminderen van de emissies bij de bouw van gebouwen en die de door fossiele olie aangedreven verwarmingssystemen in openbare gebouwen tegen 2024 en het begin van de jaren 2030 volledig uitfaseren.

    Het onderdeel draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om investeringen te richten op de groene transitie, met name op schone en efficiënte energieproductie en -gebruik (landspecifieke aanbeveling 3 2020), en op het bevorderen van investeringen in koolstofarme en energietransitie (landspecifieke aanbeveling 3 2019).

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    C.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Hervorming 1 (P1C3R1): Hervorming van de wet inzake grondgebruik en -bouw

    Finland neemt wetgeving aan tot hervorming van de bestaande wet inzake landgebruik en -bouw (132/1999), die onder meer tot doel heeft de emissies van de volledige levensduur van gebouwen, met inbegrip van de bouw, het gebruik, de reparatie en de sloop, te verminderen. De hervorming is gericht op bouwontwikkelaars, eigenaars, ontwerpers, aannemers, de materiaalindustrie en autoriteiten.

    De hervorming wordt vanaf 2023 geleidelijk ten uitvoer gelegd, terwijl de laatste verordeningen uiterlijk op 30 juni 2026 worden vastgesteld. Na de inwerkingtreding van de hervorming moet de nieuwbouw koolstofarm zijn en worden renovaties uitgevoerd met koolstofarme oplossingen.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

    Hervorming 2 (P1C3R2): Actieplan voor de uitfasering van verwarming van fossiele olie

    Finland heeft zich ten doel gesteld het gebruik van verwarming van fossiele olie in 2030 geleidelijk af te schaffen. Deze hervormingsmaatregel zal Finland in staat stellen een overzicht op te stellen van gebouwen met verwarming van fossiele brandstoffen en hun eigenaars, emissies en energieverbruik. Finland stelt een actieplan vast om de doelstelling voor de uitfasering van de verwarming van olie tegen 2030 te halen. Het actieplan omvat subsidies en subsidies, belastingen en belastingsubsidies, informatiesturing, sturing van de regelgeving, overeenkomsten inzake energie-efficiëntie, overheidsopdrachten en financiële instrumenten om dit doel te bereiken. Finland wil besluiten nemen over het gebruik van nieuwe instrumenten of de verbetering van de bestaande instrumenten afzonderlijk.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2025 voltooid.

    Investering 2 (P1C3I2): Programma voor een koolstofarme gebouwde omgeving

    Deze maatregel bestaat voornamelijk uit een programma voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie dat tot doel heeft de ontwikkeling en toepassing van koolstofarme oplossingen (zoals bedrijfsmodellen, producten, materialen) in de gebouwde omgeving te versnellen. De maatregel draagt bij tot de matiging van de klimaatverandering en bevordert een koolstofarme en circulaire economie, waarbij de nadruk ligt op onderzoek en innovatie, technologieoverdracht en samenwerking tussen onderzoek, bedrijfsleven en lokale overheden. De volgende acties worden ondersteund:

    I)een subsidieregeling voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie om investeringen te stimuleren (ten minste 32 miljoen EUR);

    II)aanschaf van kennisbasis en beoordelingsinstrumenten ter ondersteuning van klimaatvriendelijke en koolstofarme oplossingen in de gebouwde omgeving, met inbegrip van de mogelijkheid van investeringssteun in het kader van het programma (ten minste 4 miljoen EUR); en

    III) steun voor de ontwikkeling en coördinatie van gezamenlijke bedrijfsprojecten die gericht zijn op de export van koolstofarme oplossingen in de gebouwde omgeving (ten minste 2 miljoen EUR).

    De steun wordt verleend in het kader van de steunprogramma’s van Business Finland (i en iii hierboven) (Wet 1146/2017, Decreet 1147/2017 en Besluit 1444/2014) en in het kader van de besluiten 1286/2015 en 688/2001 (ii) van het ministerie van Milieu. Vanaf 2021 worden door Business Finland in verschillende fasen vergelijkende uitnodigingen tot het indienen van voorstellen georganiseerd. De regeling bouwt voort op een proefproject (programma Kira-Digi, dat werd uitgevoerd van 2016 tot 2019). De oproepen zijn in de eerste plaats gericht op kleine en middelgrote ondernemingen, lokale overheden en onderzoeksinstellingen.

    Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 30 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 31 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 32 en installaties voor mechanische biologische behandeling 33 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    De selectiecriteria zorgen ervoor dat alle projecten bijdragen aan de doelstellingen inzake klimaatverandering en dat zij verband houden met de steunverleningsgebieden 022 of 027 met een klimaatcoëfficiënt van 100 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de faciliteit voor herstel en veerkracht.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    C.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    25

    P1C3R1 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Hervorming van de Wet grondgebruik en -bouw

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de hervormde wet inzake grondgebruik en -bouw

    Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen van de Wet grondgebruik en -bouw

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2026

    De wetgeving op basis van de hervormde wet inzake grondgebruik en gebouwen bevat grenswaarden voor de kooldioxide-emissies van bouwprojecten tijdens de levenscyclus van het gebouw. Zij regelt ook de ontwikkeling van berekeningsmethoden en interoperabele databanken om koolstofarme bouw mogelijk te maken.

    26

    P1C3R2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Actieplan voor de uitfasering van verwarming van fossiele olie

    Mijlpaal

    Publicatie van het actieplan voor de uitfasering van verwarming van fossiele olie

    Publicatie van het actieplan op de website van de Finse regering

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2022

    Het actieplan bevat alle nodige maatregelen om de uitfasering van verwarming van fossiele olie in alle gebouwen in Finland uiterlijk op 31 december 2030 te ondersteunen.

    27

    P1C3R2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Actieplan voor de uitfasering van verwarming van fossiele olie

    Doel

    Vermindering van het aantal vrijstaande huizen dat gebruik maakt van afzonderlijke olieverwarmingen

    Aantal

    133 000

    106 400

    KWARTAAL 4

    2025

    Vermindering van het aantal vrijstaande huizen dat gebruik maakt van gescheiden stookolie van 133 000 in 2019 tot 106 400 in 2025, wat neerkomt op een daling van 20 %.

    31

    P1C3I2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Programma voor een koolstofarme bebouwde omgeving

    Mijlpaal

    Publicatie van een eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor steun voor een koolstofarme gebouwde omgeving

    Publicatie van de oproep tot het indienen van sollicitaties

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2021

    Lancering van een eerste vergelijkende oproep tot het indienen van aanvragen voor een programma voor een koolstofarme gebouwde omgeving op het gebied van onderzoek en innovatie, technologieoverdracht en samenwerking tussen onderzoek, bedrijfsleven en lokale overheden. De taakomschrijving omvat subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    32

    P1C3I2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Programma voor een koolstofarme bebouwde omgeving

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies en overheidsopdrachten voor projecten ter ondersteuning van een koolstofarme gebouwde omgeving

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies en overheidsopdrachten

    KWARTAAL 2

    2024

    Alle projecten voor een koolstofarme gebouwde omgeving worden geselecteerd overeenkomstig de criteria van de respectieve oproepen tot het indienen van voorstellen. Alle oproepen worden gebaseerd op de in stap 31 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria. Alle besluiten tot toekenning van financiering worden gegeven aan de begunstigden/aanvragers die in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen zijn geselecteerd, zodat met de uitvoering van de geselecteerde projecten kan worden begonnen.

    33

    P1C3I2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Programma voor een koolstofarme bebouwde omgeving

    Mijlpaal

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    Publicatie van het eindverslag over voltooide projecten

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2026

    Alle ondersteunde projecten moeten worden voltooid, zoals blijkt uit de door de begunstigden ingediende projectverslagen. Dit komt overeen met een vastlegging in de begroting van ten minste 36 000 000 EUR van de 40 000 000 EUR die aan de maatregel is toegewezen. Het verslag van het programma bevat de belangrijkste informatie over alle ondersteunde projecten, met inbegrip van de daaraan toegewezen subsidies en de kosten van aanbestedingen en de uitvoering van het programma. Het omvat ook een beoordeling van de gevolgen van het programma voor de uitstoot van kooldioxide in de bouwsector en de onroerendgoedsector.

    D. COMPONENT P1C4: KOOLSTOFARME OPLOSSINGEN VOOR GEMEENSCHAPPEN EN VERVOER

    Finland heeft zich ten doel gesteld ’s werelds eerste fossielvrije welzijnsmaatschappij te worden en tegen 2035 koolstofneutraliteit te bereiken. In het kader van de transitie naar koolstofneutraal tegen 2035 heeft Finland ook de doelstelling vastgesteld om de broeikasgasemissies van het vervoer tegen 2030 met 50 % te halveren ten opzichte van 2005. Het algemene doel van dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan is bij te dragen tot de verwezenlijking van de doelstelling inzake vervoersemissies door de emissies in het vervoer te verminderen en het gebruik van koolstofvrije vervoerswijzen te bevorderen. Momenteel maken alternatieve motorvoertuigen slechts 2,3 % van het wagenpark van personenauto’s uit, terwijl 48 % van alle openbare oplaad- en gastankstations zich in de belangrijkste grootstedelijke gebieden (Helsinki, Tampere, Turku) bevindt.

    De component omvat een investering ter bevordering van het gebruik van niet-fossiel particulier vervoer, met inbegrip van investeringen in openbare oplaad- en tankinfrastructuur voor voertuigen die gebruikmaken van niet-fossiele brandstoffen. De investering gaat vergezeld van hervormingen, waaronder een routekaart voor het stimuleren van het gebruik van niet-fossiel vervoer en een herziening van de vervoersbelasting.

    Het onderdeel draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om investeringen te richten op de groene transitie, met name op schone en efficiënte energieproductie en -gebruik (landspecifieke aanbeveling 3 2020), en op het bevorderen van investeringen in koolstofarme en energietransitie (landspecifieke aanbeveling 3 2019).

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    D.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Hervorming 1 (P1C4R1): Stappenplan voor fossielvrij vervoer

    Finland schat dat er aanvullende maatregelen nodig zijn om de CO2-emissies in het vervoer tegen 2030 met nog eens 1.65 megaton te verminderen. De Finse regering heeft op 6 mei 2021 een resolutie aangenomen over het stappenplan voor fossielvrij vervoer, waarin maatregelen worden voorgesteld om de doelstelling voor 2030 te halen en een traject naar emissievrij vervoer tegen 2045.

    In de eerste fase worden besluiten genomen over subsidies en stimulansen ter bevordering van emissievrij vervoer. Een van de geplande maatregelen is de opname van biogas- en elektrische brandstoffen in de distributieverplichting, steun voor openbare distributie-infrastructuur voor het transport van elektriciteit en gas, voor particuliere oplaadinfrastructuur voor woningbouwbedrijven en werkplekken, alsook diverse aankoopsubsidies (elektrische auto’s, elektrische en gasaangedreven bestelwagens en vrachtwagens) en steun voor duurzame vervoerswijzen (fietsen, lopen, openbaar vervoer). De berekende emissiereductie van deze maatregelen bedraagt ten minste 0.62 megaton (Mt). De in het kader van deze component geplande investeringen zullen naar verwachting de uitvoering van deze hervorming ondersteunen. Besluiten over de financiering van deze maatregelen zullen in het najaar van 2021 in overweging worden genomen bij de onderhandelingen over de overheidsbegroting.

    Daarnaast moeten de effectbeoordelingen van mogelijke verdere maatregelen uiterlijk op 31 december 2021 worden afgerond. De te beoordelen maatregelen omvatten:

    ·Verhoging van de distributieverplichting voor biogas en biobrandstoffen van de huidige 30 %

    ·Voorwaarden voor meer werk op afstand

    ·Emissiereductiepotentieel van gecombineerd vervoer

    ·Digitale vervoersoplossingen en bevordering van mobiliteitsdiensten

    ·Andere geloofwaardige, verifieerbare emissiereductiemaatregelen.

    Zodra de voortgang van de maatregelen op EU-niveau en het resultaat van de effectbeoordelingen bekend zijn, beoordeelt Finland de eventuele behoefte aan aanvullende maatregelen en neemt het uiterlijk eind 2021 beleidsvoorstellen aan om de resterende emissiereducties te verwezenlijken (fase 3 van het stappenplan). Daartoe worden verschillende alternatieve maatregelen voorbereid, waaronder de nationale handel in emissierechten voor fossiele brandstoffen. Het basisscenario inzake emissies van binnenlands vervoer wordt tegen het najaar van 2021 geactualiseerd om nieuwe ramingen te verkrijgen van de hoeveelheid emissiereducties die nodig is om de doelstelling voor 2030 te halen.

    Na de uitvoering van het stappenplan voor fossielvrij vervoer zal Finland de broeikasgasemissies van het binnenlands vervoer tegen 2025 met ten minste 29 % verminderen ten opzichte van het niveau van 2005.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

    Hervorming 2 (P1C4R2): Belastinghervorming voor duurzaam vervoer

    Een hervorming van de belasting op vervoersuitkeringen voor werknemers zal het gebruik van elektrische voertuigen, openbaar vervoer en fietsen stimuleren. Het omvat lagere belastingtarieven voor elektrische voertuigen voor de periode 2021-2025, vereenvoudigde belastingregelingen voor pendeltickets en belastingvrije voordelen voor werkfietsen.

    Finland zal voorts een herziening van de belasting op bedrijfswagens voorbereiden om emissiearme voertuigen te bevoordelen, onder meer door de belastbare waarde van emissiearme bedrijfswagens te verlagen.

    Bovendien zal een werkgroep bestaande uit ambtenaren naar verwachting in mei 2021 een verslag hebben aangenomen waarin de Finse regering wordt geadviseerd over de noodzakelijke belastingmaatregelen om de efficiëntie van de controle op vervoersemissies te verbeteren en de begrotingsbasis voor de lange termijn te waarborgen.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2022 voltooid.

    Investering 1 (P1C4I1): Openbare oplaad- en tankinfrastructuur voor vervoerselektriciteit en waterstof

    Deze maatregel voorziet in steun voor de aanleg van een algemeen beschikbaar netwerk van openbare infrastructuur voor het opladen van elektrische voertuigen en het bijtanken van waterstofvoertuigen, waaronder zware bedrijfsvoertuigen, teneinde de emissies te verminderen door de vervanging van voertuigen op fossiele brandstoffen door voertuigen op alternatieve brandstoffen aan te moedigen. Er wordt steun beschikbaar gesteld voor i) laders met hoog vermogen en ii) tankstations voor hernieuwbare waterstof.

    Om voor steun in aanmerking tekomen, moeten de laad- en tankpunten openbaar toegankelijk zijn. De steun wordt verleend in de vorm van concurrerende oproepen tot het indienen van voorstellen onder de verantwoordelijkheid van de Energieautoriteit door middel van een aanvulling op een bestaande steunregeling die momenteel is gebaseerd op regeringsdecreet (498/2018) betreffende infrastructuursteun voor het vervoer van elektriciteit en biogas in de periode 2018-2021. In 2022zaleen nieuw regeringsbesluit worden aangenomen voor de periode 2022-2025. De oproepen staan open voor individuele bedrijven en gemeenten. De investeringen worden uitgevoerd in overeenstemming met Richtlijn (EU) 2018/2001.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2025 zijn voltooid.

    D.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    34

    P1C4R1 —

    Koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Stappenplan voor fossielvrij vervoer

    Mijlpaal

    Aanneming van regeringsresolutie LVM/2021/62 ter vermindering van de uitstoot van broeikasgassen door binnenlands vervoer

    Bekendmaking van de regeringsresolutie

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2021

    Het stappenplan voor fossielvrij vervoer bevat instructies en richtsnoeren voor de voorbereiding van maatregelen om de broeikasgasemissies van het binnenlands vervoer tegen 2030 met 50 % te verminderen ten opzichte van het niveau van 2005. Sommige maatregelen worden ten uitvoer gelegd door middel van wetgeving en andere door middel van beleidsmaatregelen.

    35

    P1C4R1 —

    Koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Stappenplan voor fossielvrij vervoer

    Mijlpaal

    Bekendmaking van overheidsbesluit betreffende aanvullende nationale maatregelen ter vermindering van de emissies van binnenlands vervoer

    Regeringsbesluit gepubliceerd

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2021

    De vast te stellen maatregelen worden vastgesteld op basis van een uitgebreide effectbeoordeling en zijn gericht op een vermindering van de vervoersemissies met 50 % in 2030 ten opzichte van 2005. De met aanvullende maatregelen vereiste reducties worden geraamd op 1.03 megaton (zoals geraamd in het basisscenario van april 2020). De raming wordt geactualiseerd op basis van het geactualiseerde basisscenario dat in het najaar van 2021 zal worden gepresenteerd.

    36

    P1C4R1 —

    Koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Stappenplan voor fossielvrij vervoer

    Doel

    Vermindering van de emissies van het binnenlands vervoer met ten minste 29 % in 2025 ten opzichte van 2005

    Percentage

    0

    29

    KWARTAAL 2

    2026

    Na de uitvoering van beleidsmaatregelen in het stappenplan voor fossielvrij vervoer zijn de broeikasgasemissies van het binnenlands vervoer tegen 2025 met ten minste 29 % gedaald ten opzichte van het niveau van 2005, waardoor Finland de emissiereductiedoelstelling van 50 % tegen 2030 heeft bereikt.

    37

    P1C4R2 —

    Koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Belastinghervorming voor duurzaam vervoer

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de Wet Inkomstenbelasting (1205/2020) met betrekking tot de belasting van arbeidsvoordelen van mobiliteit

    Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen van de wet

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2021

    De wijzigingen van de Wet inkomstenbelasting bevorderen de keuze van een auto met een veel lagere uitstoot en een gelijker gebruik van lichte en openbare vervoers- en mobiliteitsdiensten. Het omvat lagere belastingtarieven voor volledig elektrische auto’s voor de periode 2021-2025, vereenvoudigde belastingregelingen voor pendeltickets en belastingvrije voordelen voor werkfietsen.

    38

    P1C4R2 — koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Belastinghervorming voor duurzaam vervoer

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen van de Wet inkomstenbelasting (1205/2020) met betrekking tot een belastingvrijstelling voor het heffingsvoordeel van een volledig elektrische auto of een oplaadbare hybride auto

    Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen van de wet

    KWARTAAL 2

    2021

    Een tijdelijke wijziging van de wet op de inkomstenbelasting zal het opladen van volledig elektrische en oplaadbare hybride auto’s ondersteunen. Als gevolg van de wijziging zal het opladen van een volledig elektrische auto of een oplaadbare hybride auto op de werkplek of op een openbaar oplaadpunt, betaald door de werkgever, in 2021-2025 een belastingvrij voordeel zijn. De uitkering betreft het in rekening brengen van de eigen auto van de werknemer of een bedrijfsauto met beperkte uitkering.

    39

    P1C4I1 — koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Openbare oplaad- en tankinfrastructuur voor vervoerselektriciteit en waterstof

    Mijlpaal

    Publicatie van de oproepen tot het indienen van aanvragen ter verbetering van de distributie-infrastructuur voor forelectric en waterstofvoertuigen

    Publicatie van de oproepen tot het indienen van sollicitaties

    KWARTAAL 2

    2022

    Lancering van de eerste twee oproepen tot het indienen van voorstellen voor de distributie-infrastructuur voor elektrische en waterstofvoertuigen, met een mandaat met subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de eis dat de relevante EU- en nationale milieuwetgeving wordt nageleefd.

    40

    P1C4I1 — koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Openbare oplaad- en tankinfrastructuur voor vervoerselektriciteit en waterstof

    Doel

    Vastgelegde begroting voor opladers voor elektrische voertuigen en waterstoftankpunten

    EUR

    0

    13 600 000

    KWARTAAL 2

    2025

    De Finse energieautoriteit heeft ten minste 13 600 000 EUR vastgelegd voor de uitvoering van subsidiabele projecten voor de installatie van opladers voor elektrische voertuigen en waterstoftankstations.

    E. ONDERDEEL P1C5: ECOLOGISCHE DUURZAAMHEID EN NATUUR — OP BASIS VAN OPLOSSINGEN

    De Finse regering heeft zich ten doel gesteld het verlies aan biodiversiteit tegen 2030 tot staan te brengen. Het algemene doel van dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan is bij te dragen tot het tot staan brengen van het biodiversiteitsverlies als gevolg van het intensieve gebruik van natuurlijke hulpbronnen en de bestrijding van verontreiniging van de Oostzee.

    De component omvat investeringen die gericht zijn op het bevorderen van innovatieve oplossingen ter bestrijding van verontreiniging, zoals het gebruik van gips, een industrieel bijproduct om de fosforconcentratie in de Oostzee te verminderen, en op de ontwikkeling van klimaatduurzaam bosbeheer. Deze investeringen worden aangevuld met een hervorming van de natuurbeschermingswet. Deze handeling vormt een rechtsgrondslag voor de nationale biodiversiteitsstrategie en heeft tot doel de biodiversiteit te versterken.

    Het onderdeel draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om investeringen te richten op de groene transitie (landspecifieke aanbeveling 3 2020).

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    E.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Hervorming 1 (P1C5R1): Modernisering van de natuurbeschermingswetgeving

    Finland beschikt momenteel niet over een rechtsgrondslag voor de nationale biodiversiteitsstrategie en voor vrijwillige natuurbeschermingsmaatregelen, met inbegrip van herstelmaatregelen en actieve natuurlijke beheersmaatregelen. Finland actualiseert de natuurbeschermingswet (1096/1996) om beter in te spelen op de huidige behoeften om de biodiversiteit te versterken. Wetswijzigingen van de wet zorgen ervoor dat bij de besluitvorming beter rekening wordt gehouden met het behoud van de biodiversiteit buiten natuurbeschermingsgebieden en de instandhouding van ecosysteemdiensten. Daarnaast worden nieuwe maatregelen vastgesteld om de instandhouding van habitats en soorten doeltreffender te maken.

    De regering legt de nieuwe natuurbeschermingswet uiterlijk op 31 januari 2022 voor aan het parlement. De nieuwe wet treedt in werking in de loop van 2022. De uitvoering van de wet wordt uitgevoerd door de Centra voor Economische Ontwikkeling, Vervoer en Milieu, Metsähallitus en het Ministerie van Milieu.

    Finland wil ook een verordening vaststellen betreffende het stelsel van financiële steun voor herstel- en zorgmaatregelen, waarmee maatregelen worden ondersteund om bedreigde habitats, soorten en landschapswaarden te herstellen en te beheren.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2023 voltooid.

    Investering 1 (P1C5I1): Gipsbehandeling en nutriëntenrecycling

    De maatregel ondersteunt klimaat- en milieudoelstellingen door bouwland met gips te behandelen. Deze oplossing is erop gericht de fosforbelasting van de landbouw naar de Oostzee te verminderen. De maatregel heeft ook tot doel de lozing van nutriënten in waterlichamen te verminderen door de recycling van nutriënten uit nutriëntenrijke afvalstromen uit stedelijke gebieden te bevorderen, teneinde eutrofiëring en degradatie te helpen voorkomen.

    De investering bestaat uit twee elementen:

    I)behandeling van velden met gips; en

    II)O/O-projecten op het gebied van nutriëntenrecycling.

    De steun voor de behandeling van velden met gips wordt verleend op grond van regeringsdecreet 510/2020, dat is uitgevaardigd krachtens de Wet inzake de organisatie van de watervoorraden en de mariene strategie (1299/2004). In 2021 worden onder de verantwoordelijkheid van het Centrum voor economische ontwikkeling, vervoer en milieu voor Zuidwest-Finland openbare aanbestedingen uitgeschreven voor gips, vervoer en toepassingen. De maatregel is gericht op producenten en landbouwers. In Finlandis540 000 hectare akkers aangewezen als geschikt voor gipsbehandeling. Deze maatregel doet naar verwachting geen ernstige afbreuk aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het verslechteringsverbod (2021/C58/01). Met name moetende betrokken bouwland en waterlichamen worden gemonitord om ervoor te zorgen dat er geen negatieve effecten zijn op land (met inbegrip van de bodem) en aquatische ecosystemen en dat er geen negatieve gevolgen zijn voor de koolstofbalans ervan. Indien schadelijke effecten worden vastgesteld, moeten passende maatregelen worden genomen om herstel van het ecosysteem en/of de koolstofbalans te waarborgen en moet het gebruik van gips in het betrokken gebied worden voorkomen. Financiering in het kader van deze investering mag niet worden gebruikt voor de aanwending van gips voor de teelt van biobrandstoffen/bio-energiegewassen op basis van voedingsmiddelen. De steun voor O & O-projecten op het gebied van nutriëntenrecycling wordt verleend in het kader van het regeringsbesluit inzake energie-efficiëntieprojecten voor nutriëntenrecycling en afvalwaterzuivering in 2020-2026 (657/2020). Open oproepen worden gedaan onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Milieu. De projecten ondersteunen de invoering van nieuwe technieken en methoden voor nutriëntenrecycling, de productie van concurrerende eindproducten met een hoge verwerkingsgraad, investeringen in O & O en het concurrentievermogen van de industrie. In het selectieproces wordt bijzondere aandacht besteed aan de effecten op klimaatverandering, eutrofiëring en biodiversiteit.

    De selectiecriteria zorgen ervoor dat alle projecten bijdragen aan de doelstellingen inzake klimaatverandering en dat zij gekoppeld zijn aan steunverleningsgebied 045bis met een klimaatcoëfficiënt van 100 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de faciliteit voor herstel en veerkracht. Daartoe moeten geselecteerde projecten voor gipsvoorziening ervoor zorgen dat ten minste 50 %, uitgedrukt in drooggewicht, van het verwerkte, gescheiden ingezamelde niet-gevaarlijke droge gipsafval dat wordt geproduceerd door de relevante fabrikanten die het gips leveren, wordt omgezet in secundaire grondstoffen. Geselecteerde projecten voor de recycling van nutriënten zorgen ervoor dat ten minste 50 % van de terugwinbare nutriënten of biomassa in afvalwater wordt omgezet in secundaire grondstoffen.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 2 (P1C5I2): Klimaatduurzame maatregelen in de sector landgebruik

    Deze maatregel is gericht op de ontwikkeling van klimaatduurzame methoden voor landgebruik. Finland financiert initiatieven die de bosbouwsector in staat stellen doelgerichter en diverser exploitatie- en landbouwmethoden te gebruiken, waarbij meer rekening wordt gehouden met bodem, natuurlijke waarden en waterbescherming dan thans het geval is („precisiebosbouw”). Deze maatregel doet naarverwachting geen ernstige afbreuk aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregel en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het verslechteringsverbod (2021/C58/01). De maatregel omvat aanvullende methoden, technologieën en het genereren van informatie om de duurzaamheid van bossen te bevorderen, onder meer door gemengde bossen te bevorderen en de biodiversiteit van bossen te versterken, onder meer door de hoeveelheid dood hout op het terrein te verhogen. In bossen waar continue bosbeheermethoden worden toegepast, wat inhoudt dat er geen duidelijke besnoeiingen zijn, is er geen sprake van nieuwe of herstelmaatregelen. De ontwikkeling van nieuwe methoden zal naar verwachting de waardecreatie verbeteren en de toeleveringsketens voor de bosbouw efficiënter maken, terwijl nieuwe innovaties kunnen worden ontwikkeld die op nationaal en mondiaal niveau kunnen worden gebruikt.

    De steun voor de ontwikkeling van nieuwe maatregelen voor landgebruik wordt verleend op basis van Regeringsbesluit 5/2021 inzake subsidies voor klimaatmaatregelen in de sector landgebruik in de periode 2020-2025. Het ministerie van Land- en Bosbouw publiceert een oproep tot het indienen van aanvragen voor ontwikkelings- en opleidingsprojecten. Er worden ten minste zeven projecten gefinancierd. De maatregel is gericht op actoren in de bosbouwsector (boseigenaren, planning, technologie, contracten en andere bedrijven en gemeenschappen die op dit gebied actief zijn).

    De subsidiabiliteits-/selectiecriteria zorgen ervoor dat alle projecten bijdragen aan de klimaatveranderingsdoelstellingen in verband met steunverleningsgebied 050 met een klimaatcoëfficiënt van 40 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de faciliteit voor herstel en veerkracht. Alleen projecten die klimaatadaptatie en -mitigatie ondersteunen en in overeenstemming zijn met de vereisten van de richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” komen in het kader van deze maatregel in aanmerking.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    E.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Tijd

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    47

    P1C5R1 —

    Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — Modernisering van de natuurwetgeving

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de gewijzigde Natuurbeschermingswet

    Bepaling in de wet betreffende de inwerkingtreding van de wijzigingen van de Natuurbeschermingswet

     

     

     

    KWARTAAL 1

    2023

    De wetswijziging van de Wet natuurbescherming (1096/1996) omvat:

    het behoud van de biodiversiteit buiten natuurbeschermingszones

    — het behoud van ecosysteemdiensten

    maatregelen om de doeltreffendheid van de instandhouding van habitats en soorten te waarborgen

    48

    P1C5I1 —

    Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — gipsbehandeling en nutriëntenrecycling

    Mijlpaal

    Projecten voor de levering, het vervoer en de distributie van gips worden toegekend

    Gunning van projecten overeenkomstig de aanbesteding voor de levering, het vervoer en de distributie van gips

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2022

    Lancering van de vergelijkende oproep tot het indienen van voorstellen voor de levering, het vervoer en de distributie van gips, met een taakomschrijving met subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde contractanten voldoen aan de eis dat ten minste 50 %, uitgedrukt in gewicht, van de verwerkte gescheiden ingezamelde ongevaarlijke afvalstoffen tot secundaire grondstoffen en in overeenstemming zijn met de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Financiering in het kader van deze investering mag niet worden gebruikt voor de aanwending van gips voor de teelt van biobrandstoffen/bio-energiegewassen op basis van voedingsmiddelen.

    49

    P1C5I1 —

    Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — gipsbehandeling en nutriëntenrecycling

    Doel

    Velden behandeld met gips en een gecombineerde afname van het gebruik van conventionele meststoffen

    Hectaren

    0

    50 000

    KWARTAAL 4

    2025

    De landbouwers dienen een aanvraag in voor gipsbehandeling op voor gips geschikte velden. De geselecteerde contractant voor de levering, het transport en de distributie van gips past het gips toe op het veld van de landbouwer. Ten minste 50 000 hectare velden worden met gips behandeld. De klimaateffecten worden versterkt door een vereiste in de documentatie van de oproep om in hun bemestingsplannen proportioneel rekening te houden met fosfor van gips. De daaropvolgende afname van het gebruik van fosforhoudende meststoffen wordt geverifieerd door middel van een onderzoek.

    De monitoring van de betrokken landbouwgrond en waterlichamen vindt plaats om ervoor te zorgen dat er geen negatieve effecten zijn op land (met inbegrip van de bodem) en aquatische ecosystemen en dat er geen negatieve effecten zijn op de koolstofbalans ervan. Indien schadelijke effecten worden vastgesteld, moeten passende maatregelen worden genomen om herstel van het ecosysteem en/of de koolstofbalans te waarborgen en moet het gebruik van gips in het betrokken gebied worden voorkomen.

    50

    P1C5I1 —

    Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — gipsbehandeling en nutriëntenrecycling

    Mijlpaal

    Projecten voor recycling en terugwinning van nutriënten worden toegekend

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2023

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies in het kader van de open oproepen tot het indienen van aanvragen voor recycling en terugwinning van nutriënten, in overeenstemming met de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    51

    P1C5I1 —

    Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — gipsbehandeling en nutriëntenrecycling

    Doel

    Locaties met verbeterde recycling of terugwinning van nutriënten

    Aantal

    0

    7

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste zeven installaties of locaties moeten een verbeterde recycling en terugwinning van nutriënten van ten minste 50 % van de terugwinbare nutriënten of biomassa in afvalwater hebben. Daarnaast wordt ook gestreefd naar een niveau van technische paraatheid (TRL) van ten minste 6.

    52

    P1C5I2 —

    Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — klimaatbestendige maatregelen in de sector landgebruik

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor precisiebosbouwprojecten

    Publikatie

    KWARTAAL 4

    2021

    De financieringsrichtsnoeren (Regeringsdecreet 5/2021 inzake subsidies voor klimaatmaatregelen in de sector landgebruik in de periode 2020-2025) zijn in werking getreden, waardoor de eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor precisiebosbouwprojecten kon worden gelanceerd. De taakomschrijving omvat subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. De eerste oproep tot het indienen van voorstellen wordt uiterlijk op 31 december 2021 geopend. De maatregel omvat aanvullende methoden, technologieën en het genereren van informatie om de duurzaamheid van bossen te bevorderen, onder meer door gemengde bossen te bevorderen en de biodiversiteit van bossen te versterken, onder meer door de hoeveelheid dood hout op het terrein te verhogen. In bossen waar continue bosbeheermethoden worden toegepast, wat inhoudt dat er geen duidelijke besnoeiingen zijn, is er geen sprake van nieuwe of herstelmaatregelen. Alleen projecten ter ondersteuning van aanpassing aan en matiging van de klimaatverandering komen in het kader van deze maatregel in aanmerking.

    53

    P1C5I2 —

    Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — klimaatbestendige maatregelen in de sector landgebruik

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor de voor financiering geselecteerde precisielandbouwprojecten

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2023

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies voor precisielandbouwprojecten die in het kader van de respectieve oproepen tot het indienen van voorstellen zijn geselecteerd. Alle oproepen worden gebaseerd op de in mijlpaal 52 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria. Alle besluiten tot toekenning van financiering zijn toegekend aan de begunstigden/aanvragers die zijn geselecteerd in het kader van de vergelijkende oproepen tot het indienen van voorstellen, waardoor de uitvoering van de geselecteerde projecten van start kon gaan.

    54

    P1C5I2 —

    Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — klimaatbestendige maatregelen in de sector landgebruik

    Doel

    Voltooide precisiebosbouwprojecten

    Aantal

    0

    7

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste zeven precisiebosbouwprojecten moeten worden voltooid, zoals blijkt uit de door de projectbegunstigden ingediende eindverslagen van projecten.

       

    PIJLER 2: Digitalisering en de data-economie zullen de productiviteit verhogen en diensten voor iedereen beschikbaar stellen

    F. COMPONENT P2C1: DIGITALE INFRASTRUCTUUR

    Dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan omvat investeringen in communicatie- en vervoersinfrastructuur om tegemoet te komen aan de behoeften van een steeds digitalere samenleving.

    Ten eerste streeft Finland ernaar te investeren in de digitalisering van het spoorvervoer, hetgeen Finland zal helpen zijn emissiereductiedoelstellingen te halen, de capaciteit van het systeem te vergroten en de kwaliteit van de dienstverlening te verbeteren. Het „Digirail” -project beoogt met name de invoering van een nieuw systeem voor automatische treinbeveiliging op het gehele Finse spoorwegnet, aangezien het huidige systeem tegen het einde van dit decennium zijn levensduur zal hebben bereikt. De uitvoering van het project draagt bij tot het waarborgen van spoorwegdiensten die geschikt zijn voor de toekomst.

    Ten tweede is Finland voornemens niet-terugvorderbare steun te gebruiken voor de financiering van particuliere investeringen in snelle breedbandnetwerken in gebieden waar de toegang niet op commerciële basis zou worden verleend. De component heeft tot doel de resterende lacunes in de infrastructuur voor hogesnelheidsbreedband in Finland aan te pakken, met name in plattelandsgebieden met lagere toegangspercentages. Er zijn uitgebreide, hoogwaardige en snelle communicatienetwerken nodig in heel Finland, aangezien de digitalisering van werk en industriële productie toeneemt en de diensten worden verschoven naar digitale kanalen. De uitrol van nieuwe digitale oplossingen in alle sectoren vereist snelle en betrouwbare communicatienetwerken, met name voor kritieke toepassingen.

    De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om de investeringen toe te spitsen op de groene en digitale transitie, met name op duurzame en efficiënte infrastructuur (landspecifieke aanbeveling 3 2020), en om het investeringsgerelateerde economische beleid duurzaam vervoer te richten, rekening houdend met regionale verschillen (landspecifieke aanbeveling 3 2019).

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    F.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Investering 1 (P2C1I1): Digitale connectiviteit — Ontwikkeling van de kwaliteit en beschikbaarheid van communicatienetwerken

    De investering is een steunregeling voor investeringen om de kwaliteit en beschikbaarheid van communicatieverbindingen te verbeteren in gebieden waar dergelijke verbindingen niet alleen op marktmechanismen zijn gebaseerd. De maatregel omvat de goedkeuring van de wetgeving voor het steunprogramma en de uitbetaling van financiële steun aan breedbandaanbieders. In het kader van de regeling ondersteunde breedbandverbindingen bieden een capaciteit van ten minste 100 Mbit per seconde. De niet-terugvorderbare steun uit de faciliteit vormt een aanvulling op het nationale breedbandondersteuningsprogramma, dat gebaseerd is op de wet inzake breedbandsteun, die bepalingen bevat over de voorwaarden voor de toekenning en uitbetaling van middelen, alsook over de bevoegde steunautoriteit en haar taken. De ondersteunende autoriteit voert een analyse uit om ervoor te zorgen dat projecten alleen worden geselecteerd in gebieden waar geen marktgebaseerde oplossingen beschikbaar zijn overeenkomstig de algemene groepsvrijstellingsverordening. Finland stelt binnen het nationale breedbandbureau een coördinerende functie in om breedband te bevorderen en de coördinatie van nationale en EU-breedbandfinanciering te plannen om overlappingen te voorkomen en complementariteit te waarborgen.

    De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk 30 juni 2026 voltooid zijn.

    Investering 2 (P2C1I2): Vervoer en landgebruik — Digirailproject

    Finland streeft ernaar het Europees beheersysteem voor het spoorverkeer (ERTMS) uiterlijk in 2040 op het gehele nationale netwerk in te voeren, samen met het toekomstige mobiele communicatiesysteem voor spoorwegen op basis van 4G en 5G (FRMCS). De invoering van ERMTS en FRMCS heeft tot doel ervoor te zorgen dat spoorwegdiensten geschikt zijn voor de toekomst. Daartoe wordt met de investering de ontwikkelings- en verificatiefase van Digirail gefinancierd, die de voorbereiding en uitvoering van test- en pilotactiviteiten in de periode 2021-2026 omvat. Na succesvolle tests in een laboratoriumomgeving moet het nieuwe radiosysteem onder realistische omstandigheden op een testbaan worden getest voordat het wordt ingezet op een proefbaan voor commercieel treinverkeer, waar het nieuw ontwikkelde systeem als één treinbesturingssysteem moet worden gebruikt.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    F.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren
    (voor streefcijfers)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    55

    P2C1I1- Digitale connectiviteit — Ontwikkeling van de kwaliteit en beschikbaarheid van communicatienetwerken

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de wetgeving inzake breedbandsteun

    Bepalingen in de wijzigingen van de wetgeving inzake breedbandsteun met vermelding van de inwerkingtreding ervan

    KWARTAAL 4

    2022

    De nodige wijzigingen in de wetgeving van de wetgeving inzake breedbandsteun zijn in werking getreden. In de breedbandondersteuningswet worden de bepalingen vastgesteld met betrekking tot de voorwaarden voor de toekenning en uitbetaling van middelen, met inbegrip van criteria voor specifieke gebieden, alsmede inzake de bevoegde steunautoriteit en haar taken. Daarbij wordt rekening gehouden met eventuele noodzakelijke wijzigingen als gevolg van de gewijzigde algemene groepsvrijstellingsverordening, met inbegrip van de actualisering van een regeringsbesluit met de minimumsnelheden voor de in aanmerking komende verbindingen.

    56

    P2C1I1- Digitale connectiviteit — Ontwikkeling van de kwaliteit en beschikbaarheid van communicatienetwerken

    Doel

    Extra woningen met toegang tot snelle (100/100 Mbit/s) breedbandconnectiviteit

    Aantal

    0

    6 400

    KWARTAAL 2

    2024

    Ten minste 6 400 nieuwe woningen hebben toegang gekregen tot hogesnelheidsbreedband (100/100 Mbit/s), vergeleken met het basisscenario vóór de start van het programma, die aan het begin van het steunprogramma ofwel een tragere of helemaal geen verbinding hadden („tehuizen passeren”). Dit omvat particuliere woningen, bedrijven of vakantiewoningen.

    57

    P2C1I1- Digitale connectiviteit — Ontwikkeling van de kwaliteit en beschikbaarheid van communicatienetwerken

    Doel

    Extra woningen met toegang tot snelle (100/100 Mbit/s) breedbandconnectiviteit

    Aantal

    6 400

    16 000

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste 16 000 nieuwe woningen hebben toegang gekregen tot hogesnelheidsbreedband (100/100 Mbit/s), vergeleken met het basisscenario vóór de start van het programma, die aan het begin van het steunprogramma ofwel een tragere of helemaal geen verbinding hadden („tehuizen passeren”). Dit omvat particuliere woningen, bedrijven of vakantiewoningen.

    58

    P2C1I2 — Vervoer en landgebruik — Digirailproject

    Mijlpaal

    Testlaboratorium voor modelleringsapparatuur voor het gemeenschappelijk Europees automatisch treinbeveiligingssysteem (ERTMS) is operationeel

    Het testlaboratorium is opgezet in het Rail Training Centre, Kouvola, en is beschikbaar om de virtuele simulatietests uit te voeren.

     

     

    KWARTAAL 4

    2022

    Met de ontwikkelingswerkzaamheden wordt begonnen door middel van effectbeoordelingen die door het testlaboratorium worden uitgevoerd voordat de ontwikkelingsfase onder realistische omstandigheden kan worden overgeschakeld op tests.

    59

    P2C1I2 — Vervoer en landgebruik — Digirailproject

    Doel

    Testbaan uitgerust met ERTMS op radiobasis

    (niet in commercieel spoorwegverkeer)

    Kilometers

    50

    KWARTAAL 4

    2024

    De testbaan moet zich tussen Kouvola-Kotka/Hamina bevinden. Ten minste 50 km van het spoor (niet in commercieel spoorwegverkeer) moet zijn uitgerust met radiogebaseerd ERMTS. De technische specificatie wordt na voltooiing ter goedkeuring voorgelegd aan de nationale spoorwegveiligheidsinstantie (Traficom). De vastgestelde testbaan moet het mogelijk maken het nieuwe radiogebaseerde pan-Europese automatische treinbeveiligingssysteem (ERTMS) onder realistische omstandigheden met de juiste apparatuur te testen.

    60

    P2C1I2 — Vervoer en landgebruik — Digirailproject

    Doel

    Commercieel proefspoor uitgerust met ERMTS

    Kilometers

    30

    KWARTAAL 2

    2026

    Er is een commercieel proefbaansysteem voor ERTMS aanbesteed volgens de procedures van het Spoorwegbureau van de Europese Unie (One-Stop-Shop). Ten minste 30 kilometer van het spoor is uitgerust met ERTMS op radiobasis.

    G. COMPONENT P2C2: VERSNELLING VAN DE DATA-ECONOMIE EN DIGITALISERING

    G.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Deze component van het Finse herstel- en veerkrachtplan omvat hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de digitalisering in Finland door datagestuurde innovatie, de uitwisseling van digitale informatie en het gebruik van overheidsgegevens te faciliteren en door onderzoek naar sleuteltechnologieën te bevorderen teneinde het concurrentievermogen van Finland te vergroten. Door de interoperabiliteit van gegevens voor gebruik door meerdere belanghebbenden te vergroten, wil Finland het volledige potentieel van de digitale transformatie benutten. Dit vereist standaardisering voor de uitwisseling van digitale informatie, zowel voor bedrijven als voor de overheidssector. De component omvat ook de ontwikkeling van een opslagsysteem voor het monitoren van de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan.

    Door de dekking van het informatiesysteem voor woningen en commerciële vastgoed uit te breiden met informatie over leningen van woningcorporaties, draagt de component bij tot de uitvoering van landspecifieke aanbevelingen om de monitoring van de schuld van huishoudens te versterken en het kredietregistersysteem (landspecifieke aanbeveling 4 2019) op te zetten, en om investeringen te richten op onderzoek en innovatie (landspecifieke aanbeveling 3 2020 en landspecifieke aanbeveling 3 2019).

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    Investering 1 (P2C2I1): Programma Digitale economie — Tijdelijke economie (RTE)

    De investering heeft tot doel gemeenschappelijke oplossingen en structuren te helpen creëren om de uitwisseling van digitale financiële gegevens tussen organisaties in een gestructureerd machineleesbaar formaat (zoals e-facturen, elektronische ontvangstbewijzen, aanbestedingsdocumenten en financiële overzichten) te vergemakkelijken, in overeenstemming met de visie van een „realtime-economie”. De uitwisseling van gestructureerde financiële gegevens ondersteunt de automatisering van processen met een positief effect op de productiviteit in zowel de publieke als de particuliere sector, en bevordert tegelijkertijd de digitalisering van de overheid en de samenleving als geheel. Onder leiding van het ministerie van Werkgelegenheid en Economie valt de uitvoering van het project onder de verantwoordelijkheid van de Nationale Raad voor octrooien en registratie, in samenwerking met de belastingdienst en de schatkist.

    De investering maakt het mogelijk informatie uit te wisselen tussen bedrijven, tussen bedrijven en overheden, en binnen de publieke sector, op basis van het eenmaligheidsbeginsel. De investering heeft met name betrekking op de volgende elementen:

    I)de totstandbrenging van een „ecosysteem voor de realtime-economie”, dat wordt ontwikkeld in het kader van publiek-private samenwerking. De financiële steun wordt gebruikt om uiterlijk eind 2022 een minimaal levensvatbaar ecosysteem (MVE) tot stand te brengen, d.w.z. een productieversie van het digitale basisplatform en de bijbehorende infrastructuur/softwareoplossingen, dat ten minste e-facturen moet kunnen verzenden;

    II)de totstandbrenging van digitale infrastructuur die eind 2024 functioneel moet zijn, zodat financiële gegevens van een onderneming kunnen worden gedeeld, ontvangen en gebruikt voor ten minste e-ontvangstbewijzen, e-facturen en aanbestedingsberichten, in overeenstemming met de relevante wettelijke vereisten inzake gegevensbescherming en privacy. De digitale infrastructuur bevat ten minste de volgende kenmerken:

    oGemeenschappelijke interface-oplossingen voor het delen van financiële gegevens in gestructureerde vorm

    oGestandaardiseerd machineleesbaar formaat voor elektronische bedrijfsdocumenten.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.

    Investering 2 (P2C2I2): Versnelling van de data-economie en digitalisering — Virtueel Finland

    Het Virtual Fins dienstenplatform heeft tot doel het concurrentievermogen van Finland te verbeteren door de levering van naadloze digitale diensten uit de publieke en particuliere sector mogelijk te maken voor verschillende doelgroepen die naar Finland komen, te beginnen bij werknemers die naar Finland migreren. De investering heeft tot doel het dienstenconcept te vernieuwen en de eerste dienst in het platform te integreren en de mogelijkheid te bieden om andere diensten die momenteel afzonderlijk in verschillende ministeries en agentschappen worden behandeld, te integreren in een gebruikersvriendelijke entiteit.

    Het doel van de investering is één enkele diensteninterface aan te bieden aan verschillende doelgroepen die in Finland willen wonen, te beginnen met werknemers. De investering heeft betrekking op de digitalisering van de diensten, waarvoor momenteel interne aanwezigheid in Finland vereist is. Het dienstenplatform heeft betrekking op openbare diensten (bijvoorbeeld digitale identiteit, e-ingezetenschap of octrooiregistratie) en biedt de mogelijkheid om particuliere diensten te ondersteunen (waaronder commerciële verzekeringen, bankdiensten, boekhoudkundige, financiële, juridische en andere diensten).

    In de eerste fase (2021-2022) coördineert het ministerie van Buitenlandse Zaken van Finland de ontwikkelingswerkzaamheden. Tijdens de eerste fase wordt een meer permanent beheersmodel voor de volgende ontwikkelings- en productiefasen gepland en vastgesteld. Bij de uitvoering worden MFB, het ministerie van Financiën, het ministerie van Economische Zaken, andere ministeries, de Finse belastingdienst, het Agentschap voor digitale en bevolkingsdiensten, het Finse innovatiefonds, het octrooi- en registratiebureau, de Finse immigratiedienst en eventueel andere instanties betrokken.

    De maatregel heeft betrekking op de volgende elementen:

    -Uiterlijk op 31 december 2022 moet de eerste versie van het „Virtual Finland” -platform beschikbaar zijn, waarbij ten minste de volgende functionaliteit wordt ondersteund: identificatie van een persoon en digitale identiteit, betrouwbare uitwisseling van gegevens tussen de verschillende bij het platform betrokken partijen.

    -Uiterlijk op 31 december 2025 wordt ten minste één dienstverleningsproces, met name het instapproces voor een niet-Finse particulier, volledig ondersteund door het Virtual Fins-platform.

    -Het platform Virtual Finland heeft tot doel achtereenvolgens diensten voor andere doelgroepen (studenten in het hoger onderwijs, niet-beursgenoteerde ondernemingen, seizoenarbeiders, toeristen, exporterende bedrijven) te integreren.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 3 (P2C2I3): Versnellen van belangrijke technologieën (micro-elektronica, 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing)

    Het doel van de maatregel is het financieren van toegepast onderzoek en de toepassing van nieuwe technologieën om het concurrentievermogen, de informatiebeveiliging en de soevereiniteit van Europa te waarborgen. Er wordt financiering verstrekt voor nationale OOI-activiteiten en de infrastructuur die deze ondersteunt, d.w.z. test- en experimenteeromgevingen, die verband houden met micro-elektronica, 5G/6G, artificiële intelligentie of kwantumtechnologie. De financiering wordt verstrekt via de concurrerende financieringsinstrumenten van Business Finland. Projecten worden geselecteerd op basis van open oproepen en de selectiecriteria waarborgen de digitale bijdrage van de projecten en de naleving van het beginsel „geen ernstige afbreuk doen”. De maatregel ondersteunt met name de volgende technologieën:

    -Micro-elektronica: De investering is bedoeld om de waardeketen van de halfgeleiderproductie veilig te stellen om de autonomie van deze sleuteltechnologie te vergroten. Er wordt financiële steun verleend om de investeringen van Finse ondernemingen in de ontwikkeling van de productiewaardeketen van micro-elektronica te versnellen en te verhogen en het vermogen om halfgeleidercomponenten in Finland en de EU te ontwerpen en te vervaardigen te vergroten door Finse ondernemingen in staat te stellen deel te nemen aan het potentiële belangrijke project van gemeenschappelijk Europees belang (IPCEI) voor micro-elektronica.

    -6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing: Er wordt financiële steun verleend voor investeringen in de ontwikkeling van 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing, die van belang worden geacht voor het technologische concurrentievermogen in de toekomst. Het doel is concurrerende ontwikkelingsomgevingen te creëren voor kunstmatige intelligentie, toekomstige telecommunicatietechnologie en de toepassing van kwantumcomputing in Finland, bijvoorbeeld om deel te nemen aan het opzetten van Europese test- en experimenteerfaciliteiten voor artificiële intelligentie (AI TEF), het nationale 5G-testnetwerk en het operationele model ervan te vernieuwen, en een ontwikkelingsomgeving te creëren voor de software die nodig is voor kwantumcomputing.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Hervorming 1 (P2C2R1): Ontwikkeling van het informatiesysteem voor woningen en zakelijk onroerend goed

    Het doel van de maatregel is de consumentenbescherming op de woningmarkt en de concurrentie in de woningsector te verbeteren en informatie beschikbaar te stellen over de financiële en technische toestand en de reparatiebehoeften voor woningen en commerciële vastgoed. Momenteel bestaat er geen centraal register voor leningen van woningcorporaties; in plaats daarvan worden gegevens alleen in de boekhouding van woningcorporaties opgenomen. De ontwikkeling van een dergelijk informatiesysteem voor woningen en commerciële vastgoed, dat een eerlijkere behandeling van consumenten in kredietverleningssituaties mogelijk maakt, is een essentiële voorwaarde voor de oprichting van een positief kredietregister.

    De investering dient ter ondersteuning van de ontwikkeling van het informatiesysteem voor woningen en commerciële vastgoed om informatie te verzamelen over de financiële en technische toestand en de reparatiebehoeften, met volledige inachtneming van de relevante bepalingen inzake gegevensbescherming. Informatie over leningen van woningcorporaties wordt doorgegeven aan het positieve kredietgegevensregister, dat moet helpen bij het aanpakken van de overmatige schuldenlast van de particuliere sector.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

    Hervorming 2 (P2C2R2): Verbetering van de doeltreffendheid en transparantie van hervormingen en investeringen in herstel- en veerkrachtplannen door de ontwikkeling van informatiesystemen, administratie en audit

    Om tegemoet te komen aan de specifieke behoeften van het Finse herstel- en veerkrachtplan op het gebied van coördinatie, beheer, controle, rapportage en audit, worden de taken en verantwoordelijkheden van de relevante Finse autoriteiten vastgelegd in een nieuw rechtsinstrument. Voor een succesvolle uitvoering van deze taken zijn ook aanvullende gerichte tijdelijke investeringen nodig om de werking van het beheers- en controlesysteem te waarborgen, in overeenstemming met de regelgevingsbehoeften. Dit omvat onder meer het opzetten van de nodige administratieve capaciteit en het opzetten van een IT-opslagsysteem.

    De maatregel heeft ook tot doel de doeltreffende bescherming van de financiële belangen van de Unie en de naleving van de toepasselijke Unie- en nationale voorschriften in Finland te waarborgen. Daartoe treedt een besluit in werking dat bindend is voor alle uitvoeringsorganen en waarin een minimumnorm wordt vastgesteld voor de risicobeheer- en controleactiviteiten die zij in het kader van de RRF verrichten. De coördinerende instantie vaardigt daarnaast richtsnoeren uit over adequate risicobeheerprocedures ter ondersteuning van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, die onder meer procedures omvatten voor het uitvoeren van controles en audits overeenkomstig de toepasselijke nationale en EU-regels, procedures voor passend risicobeheer, procedures voor het verifiëren van belangenconflicten en procedures voor het verifiëren van dubbele financiering uit de faciliteit en andere programma’s van de Unie. De risicorichtsnoeren bevatten duidelijke en alomvattende maatregelen die in overeenstemming zijn met de in de richtsnoeren vastgestelde doelstellingen. Mijlpaal 72bis in het kader van deze maatregel wordt vervuld op het moment van indiening van het volgende betalingsverzoek bij de Commissie na de vaststelling van dit uitvoeringsbesluit en is een voorwaarde voor toekomstige betalingen.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 maart 2024 voltooid.

    G.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren
    voor streefcijfers)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    61

    P2C2I1 — Digitale economie — Tijdelijke economie (RTE)

    Mijlpaal

    Minimaal leefbaar ecosysteem wordt gecreëerd en operationeel

    Er is een minimaal levensvatbaar ecosysteem gecreëerd, zoals blijkt uit de publicatie van de gemeenschappelijke gedocumenteerde regels en normen op de website van het programma.

    KWARTAAL 4

    2022

    Het Minimum Viable Ecosystem (MVE) is met succes tot stand gebracht in een productieomgeving, op basis van gemeenschappelijke gedocumenteerde regels. Het maakt de circulatie van e-facturen in een gestructureerd machineleesbaar formaat mogelijk om de procesautomatisering te vergroten.

    62

    P2C2I1 — Digitale economie — Tijdelijke economie (RTE)

    Mijlpaal

    De uitwisseling van digitale bedrijfsinformatie in gestructureerde vorm is volledig operationeel

    Het eindverslag van het project, waarin wordt aangegeven dat de uitwisseling van digitale bedrijfsinformatie in gestructureerde vorm volledig operationeel is, wordt gepubliceerd.

    KWARTAAL 4

    2024

    De normen en procedures voor de uitwisseling van elektronische bedrijfsinformatie zijn vastgesteld en beschreven in het eindverslag van het project. De basisinfrastructuur maakt de verspreiding van digitale bedrijfsinformatie in gestructureerde vorm mogelijk, op basis van toestemming van de eindgebruiker, met inbegrip van de volgende elementen:

    -e-facturen

    -e-ontvangsten

    -Aanbestedingsberichten

    Een proeftest voor het delen van digitale bedrijfsinformatie is met succes afgerond met ten minste twee particuliere exploitanten (verkopers van boekhoudsoftware en/of dienstverleners) en twee overheidsinstanties.

    63

    P2C2I2 — Versnelling van de data-economie en digitalisering — Virtueel Finland

    Mijlpaal

    Virtueel gezamenlijk platform van Finland en geïntegreerde diensten zijn operationeel

    In het eindverslag van het project wordt geverifieerd of de productieversie van het gezamenlijke platform is voltooid, biedt de vereiste capaciteiten en ondersteunt ten minste één dienstenproces dat volledig in het platform is geïntegreerd.

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2025

    De productieversie van het gezamenlijke platform is voltooid en is beschikbaar voor alle klanten in Finland en internationaal. Het project moet voorzien in een algemeen concept, schaalbare architectuur en praktische validatie („proof of concept”). Finland heeft dit nodig om een platform met relevante digitale diensten op te zetten voor een internationale markt en ontmoetingsplaats voor Finse en buitenlandse ondernemingen, groeibedrijven, immigrerende deskundigen en investeerders, en relevante digitale diensten die voor hen nodig zijn, worden erin geïntegreerd. Het ondersteunt ten minste de volgende functies: identificatie van een persoon en zakelijke gebruiker (digitale identiteit), en betrouwbare uitwisseling van gegevens tussen de verschillende bij het platform betrokken partijen.

    Het platform biedt overheidsinstanties, bedrijven en gemeenten mogelijkheden om de functionaliteiten voor hun eigen processen te gebruiken.

    Er is ten minste één dienst geïntegreerd met betrekking tot het inreisproces voor buitenlandse personen.

    Elke entiteit die betrokken is bij de levering van het geïntegreerde dienstenproces heeft haar eigen, bestaande diensten of gegevens via interfaces verbonden als onderdeel van een gemeenschappelijk proces voor digitale klantendiensten op het „Virtual Finland” -platform.

    64

    P2C2I3 — Versnellen van sleuteltechnologieën (micro-elektronica, 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing)

    Doel

    Projecten voor micro-elektronica worden toegekend

    Aantal

    0

    2

    KWARTAAL 4

    2022

    Kennisgeving van de toekenning van ten minste 2 financieringsbesluiten door Business Finland. De subsidiabiliteitscriteria zorgen ervoor dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Bij de selectie van projecten worden de kwaliteit en doeltreffendheid van OOI-activiteiten beoordeeld en wordt nagegaan hoe zij digitalisering bevorderen. De selectiecriteria omvatten de kwaliteit en geschiktheid van het project, de toekomstige directe en indirecte zakelijke effecten van het project, de geschiktheid van het project voor het kernidee van het IPCEI en de nationale en EU-strategieën, en de kwaliteit van het projectconsortium.

    65

    P2C2I3 — Versnellen van sleuteltechnologieën (micro-elektronica, 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing)

    Mijlpaal

    Voltooiing van alle geselecteerde projecten

    Eindverslag over afgeronde projecten

    KWARTAAL 4

    2025

    Voltooiing van alle ondersteunde projecten, zoals blijkt uit voorlopige projectverslagen die door de begunstigden zijn ingediend, overeenkomstig de in de aanvraagdocumenten vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria. De totale vastgelegde begroting bedraagt ten minste 13 500 000 EUR.

    66

    P2C2I3 — Versnellen van sleuteltechnologieën (micro-elektronica, 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing)

    Mijlpaal

    Projecten voor de ontwikkeling van 6G, AI en kwantumcomputing worden toegekend

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies voor projecten voor de ontwikkeling van 6G, AI en kwantumcomputing

    KWARTAAL 4

    2022

    In het kader van een openbare oproep tot het indienen van projecten waarbij bedrijven en onderzoeksinstellingen test- en testomgevingen ontwikkelen en gebruiken, selecteert Business Finland de te financieren projecten aan de hand van de criteria van de oproep. De subsidiabiliteitscriteria zorgen ervoor dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. De selectiecriteria omvatten de kwaliteit en geschiktheid van het project, de toekomstige directe en indirecte zakelijke effecten van het project, de geschiktheid van projecten voor nationale en EU-strategieën en de kwaliteit van het projectconsortium. Bij de selectie van projecten worden de kwaliteit en doeltreffendheid van OOI-activiteiten beoordeeld en wordt nagegaan hoe deze de digitalisering bevorderen.

    67

    P2C2I3 — Versnellen van sleuteltechnologieën (micro-elektronica, 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing)

    Mijlpaal

    Voltooiing van alle geselecteerde projecten

    Eindverslag over afgeronde projecten

    KWARTAAL 4

    2025

    Voltooiing van alle ondersteunde projecten, zoals blijkt uit voorlopige projectverslagen die door de begunstigden zijn ingediend, overeenkomstig de in de oproep tot het indienen van projecten vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria. De totale vastgelegde begroting bedraagt ten minste 9 000 000 EUR.

    68

    P2C2R1 — Ontwikkeling van het informatiesysteem voor niet-zakelijk en zakelijk onroerend goed

    Mijlpaal

    Aanneming van wetgeving betreffende de uitbreiding van de dekking van het informatiesysteem voor woningen en commerciële eigendom

    Goedkeuring door het Parlement van de amendementen op de wet inzake het informatiesysteem voor woningen en commerciële eigendom en op de wet inzake woningcorporaties met beperkte aansprakelijkheid

    KWARTAAL 2

    2023

    Om het toepassingsgebied van het huisvestingsinformatiesysteem uit te breiden tot informatie over woningcorporaties, worden de wet inzake het verblijfs- en commercieel eigendomsinformatiesysteem en de Wet op de beperkte aansprakelijkheid voor woningcorporaties gewijzigd. De wijzigingen hebben met name betrekking op:

    — verplichting voor woningcorporaties om basisgegevens beschikbaar te stellen in een gestructureerd machineleesbaar formaat;

    — recht op toegang tot de gegevens die beschikbaar worden gesteld in een gestructureerd machineleesbaar formaat.

    69

    P2C2R1 — Ontwikkeling van het informatiesysteem voor niet-zakelijk en zakelijk onroerend goed

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetgeving betreffende de uitbreiding van de dekking van het informatiesysteem voor woningen en commerciële eigendom

    Gewijzigde bepalingen van de Wet op het verblijfs- en commercieel eigendomsinformatiesysteem en de Wet op de beperkte aansprakelijkheid voor woningcorporaties met vermelding van hun inwerkingtreding

    KWARTAAL 2

    2025

    Om het toepassingsgebied van het huisvestingsinformatiesysteem uit te breiden tot informatie over woningcorporaties, worden de wet inzake het verblijfs- en commercieel eigendomsinformatiesysteem en de Wet op de beperkte aansprakelijkheid voor woningcorporaties gewijzigd. De wijzigingen hebben met name betrekking op:

    — de verplichting voor woningcorporaties om basisgegevens beschikbaar te stellen in een gestructureerd machineleesbaar formaat;

    — het recht op toegang tot de gegevens die beschikbaar worden gesteld in een gestructureerd machineleesbaar formaat.

    De belangrijkste kenmerken die nodig zijn om de bepalingen toe te passen, zijn gegevensspecificaties en interfaces.

    70

    P2C2R1 — Ontwikkeling van het informatiesysteem voor niet-zakelijk en zakelijk onroerend goed

    Mijlpaal

    De uitbreiding van de dekking van het informatiesysteem voor niet-zakelijk en zakelijk onroerend goed is technisch geïmplementeerd.

    Eindverslag bij voltooiing van het project

    KWARTAAL 2

    2026

    In het kader van het door het ministerie van Land- en Bosbouw uitgevoerde project en het nationale kadaster worden gegevensspecificaties opgesteld voor de gegevens van woningcorporaties, de mogelijkheid om basisgegevens (met inbegrip van leningen van woningcorporaties, reparaties en verbouwingen) in het informatiesysteem voor woningen en commerciële vastgoed te bewaren, en interfaces met de communicatie. Klanten hebben de mogelijkheid om de wettelijk voorgeschreven informatie over woningcorporaties in een machineleesbaar formaat te verkrijgen.

    Er worden gemeenschappelijke procedures vastgesteld voor de toegang tot administratieve informatie over woningcorporaties en het informatiesysteem voor woningen en commerciële eigendommen maakt het mogelijk om in een gestructureerd machineleesbaar formaat toegang te krijgen tot administratieve informatie van woningcorporaties.

    71

    P2C2R2 — De doeltreffendheid en transparantie van hervormingen en investeringen van herstel- en veerkrachtplannen vergroten door informatiesystemen, administratie en audit te ontwikkelen

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de wet inzake de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan

    Bepaling in de wet inzake de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan met vermelding van de inwerkingtreding ervan

    KWARTAAL 4

    2021

    Inwerkingtreding van de wet inzake de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan. De wet stelt de wettelijke mandaten vast voor de organen die betrokken zijn bij de coördinatie, monitoring, controle en audit van de uitvoering van het Finse herstel- en veerkrachtplan.

    In de wet worden ten minste de taken en verantwoordelijkheden vastgesteld van deze organen die zorgen voor: a) de verzameling en betrouwbaarheid van gegevens die verband houden met en toezicht houden op het bereiken van mijlpalen en streefdoelen; b) dat er procedures bestaan voor het opstellen van beheersverklaringen, auditoverzichten en betalingsverzoeken; C) dat is voldaan aan de noodzakelijke beginselen die ten grondslag liggen aan de verzameling en opslag van gegevens over begunstigden, contractanten, subcontractanten en uiteindelijk begunstigden overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EU) 2021/241 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit.

    De wet treedt in werking vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek in het kader van het plan voor herstel en veerkracht.

    72

    P2C2R2 — De doeltreffendheid en transparantie van hervormingen en investeringen van herstel- en veerkrachtplannen vergroten door informatiesystemen, administratie en audit te ontwikkelen

    Mijlpaal

    Opslagsysteem voor audits en controles: informatie voor het monitoren van de uitvoering van de herstel- en veerkrachtfaciliteit

    Auditverslag opgesteld door de auditfunctie ter bevestiging van de functies van het gegevensopslagsysteem

    KWARTAAL 4

    2021

    Vóór de indiening van het eerste betalingsverzoek is een registersysteem voor het toezicht op de uitvoering van de faciliteit voor herstel en veerkracht opgezet en operationeel.

    Het systeem is gebaseerd op bestaande systemen en omvat ten minste de volgende functies:

    a) het verzamelen van gegevens en het monitoren van de verwezenlijking van mijlpalen en streefdoelen;

    b) de krachtens artikel 22, lid 2, onder d), i) tot en met iii), van de RRF-verordening vereiste gegevens te verzamelen, op te slaan en de toegang daartoe te waarborgen.

    72bis

    P2C2R2: Verbetering van de doeltreffendheid en transparantie van hervormingen en investeringen in herstel- en veerkrachtplannen door de ontwikkeling van informatiesystemen, administratie en audit

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van het besluit van het ministerie van Financiën inzake risicobeheer en controles ter bescherming van de financiële belangen van de Unie en naleving van de toepasselijke Unie- en nationale wetgeving en de publicatie van richtsnoeren van de coördinerende instantie voor de uitvoerende organen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit.

    Bepalingen in het decreet inzake risicobeheer en risicocontroles waarin de inwerkingtreding en de bekendmaking van de richtsnoeren van de coördinerende instantie worden vermeld.

    KWARTAAL 1

    2024

    Het besluit van het ministerie van Financiën inzake risicobeheer en controles om de bescherming van de financiële belangen van de Unie en de naleving van de toepasselijke Unie- en nationale regels voor de herstel- en veerkrachtfaciliteit te waarborgen, treedt in werking. Het decreet is bindend voor alle uitvoeringsorganen en voorziet in een minimumnorm voor respectievelijk de risicobeheer- en controleactiviteiten die door de uitvoerende instanties in het kader van de RRF worden uitgevoerd.

    De coördinerende instantie vaardigt daarnaast richtsnoeren uit over adequate risicobeheerprocedures ter ondersteuning van de herstel- en veerkrachtfaciliteit, waaronder i) het beoordelen van de belangrijkste risico’s, factoren en praktijken op het gebied van fraude, belangenconflicten en corruptie en het waarborgen van doeltreffende preventie, opsporing en correctie van fraude en corruptie; II) kader voor frauderisicobeoordeling, dat voor hun respectieve RRF-maatregelen voldoet aan het instrument dat is gehecht aan de richtsnoeren inzake frauderisicobeoordeling en doeltreffende en evenredige fraudebestrijdingsmaatregelen voor de ESIF 2014-2020. Daarnaast omvatten de richtsnoeren passende procedures voor a) de verificatie van belangenconflicten; b) verificaties van dubbele financiering; controles van de naleving van de EU- en nationale voorschriften; en d) het gebruik van gegevens voor het opsporen van fraude, corruptie, belangenconflicten en dubbele financiering.

    H. COMPONENT P2C3: DIGITALE BEVEILIGING

    Dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan heeft tot doel een alomvattend kader te helpen creëren voor de aanpak van cyber- en informatiebeveiligingskwesties, hetgeen een voorwaarde is voor een succesvolle digitale transitie. Via een ontwikkelingsprogramma op het gebied van cyberbeveiliging investeert Finland in vaardigheden op het gebied van civiele cyberbeveiliging. Finland streeft er ook naar de antiwitwasmaatregelen te versterken door een digitaal systeem op te zetten dat zorgt voor een betere uitwisseling van informatie tussen de verschillende actoren die betrokken zijn bij antiwitwastaken, zowel op nationaal als internationaal niveau, in combinatie met de nodige wetswijzigingen.

    De component draagt bij tot de uitvoering van landspecifieke aanbeveling 4 2020 inzake het waarborgen van doeltreffend toezicht op en effectieve handhaving van het antiwitwaskader, alsook van landspecifieke aanbeveling 3 2020 om investeringen te richten op de groene en digitale transitie, met name onderzoek en innovatie.

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    H.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Hervorming 1 (P2C3R1): Zorgen voor doeltreffend toezicht op en handhaving van de preventie van witwassen

    De hervorming vergemakkelijkt het verzamelen en uitwisselen van informatie tussen de bevoegde autoriteiten voor het voorkomen en opsporen van witwassen, onder meer door automatisering van gegevensverwerking en -analyse. Het verleent steun om de gegevensverwerking binnen de toezichthoudende autoriteit en de uitwisseling van informatie tussen de verschillende autoriteiten te verbeteren en een doeltreffender risicogebaseerd toezicht op antiwitwasmaatregelen in te voeren. Het controlesysteem voor bank- en betaalrekeningen wordt gewijzigd om de doeltreffendheid van het voorkomen, opsporen en vervolgen van witwassen en terrorismefinanciering te vergroten. De tijdigheid, dekking en nauwkeurigheid van het register van uiteindelijk begunstigden worden verbeterd.

    De wetswijzigingen treden uiterlijk op 31 december 2025 in werking en de digitale instrumenten van de autoriteiten en actoren uit de particuliere sector die betrokken zijn bij de bestrijding van het witwassen van geld, zijn uiterlijk op 30 juni 2026 operationeel.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

    Investering 1 (P2C3I1): Civiele cyberbeveiligingsvaardigheden

    Het doel van de investering is de basisvaardigheden op het gebied van cyberbeveiliging van de algemene bevolking te verbeteren om ervoor te zorgen dat burgers veilig gebruik kunnen maken van digitale diensten en de risico’s kunnen identificeren die verbonden zijn aan het gebruik van verschillende apparaten, producten en diensten.

    Ten eerste wordt met de investering een onderzoeksproject gefinancierd om informatie uit alle EU-lidstaten te verzamelen en samen te vatten over de wijze waarop elk land burgers opleidt op het gebied van basiscyberbeveiliging. Ten tweede wordt de informatie gebruikt om een gemeenschappelijk digitaal platform op te zetten voor het onderwijzen en ontwikkelen van cyberbeveiligingsvaardigheden, ondersteund door deze investering. In een derde fase wordt het platform voor alle Europeanen in verschillende talen beschikbaar gesteld.

    Het project wordt uitgevoerd door een onderzoeksconsortium waarin de belangrijkste Finse onderzoeksuniversiteiten op het gebied van cyberbeveiliging onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Vervoer en Communicatie worden samengebracht.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2024 zijn voltooid.

    Investering 2 (P2C3I2): Oefeningen op het gebied van cyberbeveiliging

    Het doel van deze investering is te zorgen voor cyberbeveiligingsoefeningen, om de veerkracht van de samenleving en de paraatheid voor cyberbeveiligingsincidenten te ontwikkelen. De oefeningen spelen een sleutelrol bij het voorkomen, beheersen en oplossen van cyberaanvallen. Oefeningen maken het mogelijk cyberaanvallen in een veilige omgeving uit te voeren en te ontwikkelen. De oefeningen worden door de instellingen voor hoger onderwijs verstrekt aan het personeel van de betrokken overheidsdienst. Tijdens 2 000 oefeningen moeten ten minste 19 ambtenaren worden opgeleid.

    De opleiding wordt uitgevoerd door een universiteit voor toegepaste wetenschappen, waarin de belangrijkste Finse ambtenaren op het gebied van cyberbeveiliging onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Vervoer en Communicatie bijeenkomen.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    H.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren
    (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    73

    P2C3R1 — Zorgen voor effectief toezicht op en effectieve handhaving van de voorkoming van het witwassen van geld

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de wet inzake het handelsregister en de wet inzake het controlesysteem voor bank- en betaalrekeningen

    Bepalingen in de wijzigingen van de wet inzake het handelsregister en de wet inzake het controlesysteem voor bank- en betaalrekeningen, met vermelding van hun inwerkingtreding

    KWARTAAL 4

    2025

    Om de investeringen voor een doeltreffende controle op en handhaving van het witwassen van geld mogelijk te maken, worden de Wet op de commerciële registratie en de Wet op het controlesysteem voor bankrekeningen gewijzigd. De wijzigingen omvatten met name:

    Wet inzake het handelsregister (129/1979):

    -Mogelijkheid om sancties op te leggen om de ontvangst, nauwkeurigheid en tijdigheid van informatie over uiteindelijk begunstigden te waarborgen

    -Verplichting om jaarlijks aan het Octrooi- en registratiebureau te verklaren dat er geen wijzigingen zijn in de verstrekte informatie over uiteindelijk begunstigden

    Wet betreffende het systeem voor de controle van bank- en betaalrekeningen (571/2019)

    -Samenstelling van de aanvraag: binnen hun bevoegdheden kunnen rechtshandhavingsinstanties verzoeken indienen met behulp van een samengestelde applicatie die door de douane wordt uitgevoerd en gebruik maken van de door de douane uitgevoerde integraties.

    -Transactiegegevens: de toegang tot informatie over rekeningtransacties is een zaak van de autoriteiten die krachtens het toepasselijke recht bevoegd zijn om dergelijke informatie te verkrijgen, d.w.z. de wijziging van de openbaarmaking zou alleen een kwestie zijn van de technologie waarmee de informatie openbaar wordt gemaakt, en geen aanvulling vormen op de bestaande bevoegdheden van de autoriteiten.

    74

    P2C3R1 — Zorgen voor doeltreffend toezicht en effectieve handhaving van de voorkoming van het witwassen van geld

    Doel

    De mate van automatisering van gegevensverwerking en -uitwisseling tussen autoriteiten vergroten

    % (%)

    0

    25

    KWARTAAL 2

    2026

    Er worden investeringen gedaan om de geautomatiseerde verwerking van gegevens te bevorderen. Investeringen in digitale infrastructuur leiden tot: I) een verzamelaanvraag en toevoeging van rekeningtransactieinformatie aan het systeem voor de controle van bank- en betaalrekeningen, ii) verbetering van de tijdigheid, volledigheid en nauwkeurigheid van het register van uiteindelijk begunstigden, iii) digitale instrumenten voor de nationale risicobeoordeling van witwassen en terrorismefinanciering, iv) controledesk van de financiële toezichthoudende autoriteit, v) digitalisering van het goedkeuringsproces voor witwassen door de financiële-inlichtingeneenheid.

    De mate van geautomatiseerde verzending, ontvangst en verwerking van gegevens door de bevoegde instanties moet uiterlijk op 30 juni 2026 25 % bedragen, vergeleken met geen automatisering bij het begin van het project. De verwerkte gegevens hebben betrekking op:

    bankrekeninggegevens

    — informatie over uiteindelijk begunstigden

    — informatiestroom en verwerking van de informatie met betrekking tot de actualisering van de nationale risicobeoordeling.

    De operationele processen omvatten ten minste:

    betere beschikbaarheid, verwerking en analyse van gegevens

    — betere uitwisseling van informatie, gebruik van informatie en samenwerking tussen bevoegde autoriteiten door middel van methoden die de verwerking van een steeds grotere hoeveelheid gegevens mogelijk maken.

    75

    P2C3I1 — Civiele cyberbeveiligingsvaardigheden

    Mijlpaal

    Ontwikkeling van een digitaal platform voor civiele opleidingen op het gebied van cyberbeveiliging

    Opleidingsplatform ontwikkeld en openbaar toegankelijk

    KWARTAAL 4

    2024

    Dit omvat (1) de vaststelling van vereisten voor de noodzakelijke basiskennis en -vaardigheden op het gebied van cyberbeveiliging, alsook voor het onderwijzen daarvan, en (2) de oprichting van een digitaal opleidingsplatform dat openbaar beschikbaar is in alle EU-talen, op basis van de vastgestelde vereisten.

    76

    P2C3I2 — Cyberbeveiligingsoefeningen

    Doel

    Aantal ambtenaren dat een cyberbeveiligingsopleiding heeft voltooid

    Aantal

    0

    2 000

    KWARTAAL 4

    2025

    In 2021 worden drie technische oefeningen van opleidingen op het gebied van cyberbeveiliging georganiseerd. Tegelijkertijd wordt met de hulp van de stuurgroep de technische opleidingsomgeving ontwikkeld om in toekomstige behoeften te voorzien. Tussen 2022 en 2025 moeten er ten minste vier oefeningen per jaar plaatsvinden. In totaal moeten ten minste 2 000 ambtenaren worden opgeleid.

       

    PIJLER 3: Verhoging van de arbeidsparticipatie en het vaardigheidsniveau om duurzame groei te stimuleren

    I. ONDERDEEL P3C1: WERKGELEGENHEID EN ARBEIDSMARKT

    Dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan is gericht op uitdagingen in verband met werkgelegenheid en arbeidsmarkt. De Finse beroepsbevolking krimpt, wat gevolgen heeft voor het groeipotentieel van het land, terwijl de hoge structurele werkloosheid in vergelijking met andere Noordse landen aanhoudt, nog verergerd door de COVID-19-crisis.

    Het doel van deze component is de arbeidsparticipatie te verhogen en de werking van de arbeidsmarkt te versterken. Dit gebeurt door middel van een structurele hervorming en digitalisering van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (het „Noordse werkgelegenheidsmodel”). De werkgelegenheid zal ook worden bevorderd door de verlengde werkloosheidsuitkering voor ouderen geleidelijk af te schaffen vóór het bereiken van de wettelijke pensioenleeftijd, de zogenaamde „werkloosheidstunnel”. Een derde element om de werkgelegenheid te verhogen is het vergemakkelijken van op werk en onderwijs gebaseerde immigratie. Tot slot worden ook maatregelen voorgesteld om de integratie van jongeren en mensen met een gedeeltelijke arbeidscapaciteit op de arbeidsmarkt te bevorderen.

    De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen inzake het verbeteren van de prikkels om werk te aanvaarden, het verbeteren van vaardigheden en actieve inclusie, met name door middel van goed geïntegreerde diensten voor werklozen en inactieven (landspecifieke aanbeveling 2 2019) en inzake het versterken van de maatregelen ter ondersteuning van de werkgelegenheid en ter versterking van een actief arbeidsmarktbeleid (landspecifieke aanbeveling 2 2020). De component heeft ook tot doel bij te dragen aan de relevante beginselen van de Europese pijler van sociale rechten.

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    I.1.  Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Hervorming 1 (P3C1R1): Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening

    De maatregel heeft tot doel het proces van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening te hervormen.

    De hervorming bestaat in de overgang naar een nieuw Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening, dat een actief arbeidsmarktbeleid zal bevorderen door verbetering van gepersonaliseerde en geïntegreerde diensten voor werkzoekenden. Het model omvat ook een verplichting voor werkzoekenden om actief te zoeken. De toepassing van het nieuwe model moet bijdragen tot de werkgelegenheid van ongeveer 10 000 personen.

    Het model wordt aangevuld met de ontwikkeling van een digitaal informatiesysteem voor openbare diensten voor arbeidsvoorziening, dat de volgende functies heeft:

    I)productiesysteem voor klantenrelaties;

    II)systeem voor het boeken van aanmeldingen;

    III)instrument voor zelfrapportage („berichtendienst”);

    IV)onlinebegeleidingsdienst.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2023 voltooid.

    Hervorming 2 (P3C1R2): Afschaffing van extra dagen werkloosheidsuitkering

    Het doel van de hervorming is het bevorderen van de werkgelegenheid door het wegnemen van negatieve prikkels om te werken voor ouderen en het verminderen van de gerichtheid van ontslagen op oudere werknemers. De noodzaak om een dergelijke hervorming in te voeren vloeit voort uit het feit dat het recht op extra dagen inkomensgerelateerde werkloosheidsuitkeringen ertoe leidt dat de perioden van werkloosheid onder ouderen die hun wettelijke pensioenleeftijd naderen, worden verlengd.

    De maatregel bestaat in een wijziging van de Werkloosheidswet om de leeftijdsgrens voor extra dagen inkomensgerelateerde werkloosheidsuitkeringen geleidelijk af te schaffen. Het verwachte effect is een toename van de werkgelegenheid met ongeveer 7 900 werknemers tegen eind 2029, d.w.z. na het tijdsbestek van de faciliteit voor herstel en veerkracht.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2023 voltooid.

    Hervorming 3 (P3C1R3): Stroomlijning van het op werk en onderwijs gebaseerde immigratieproces

    Het doel van de hervorming is de administratieve procedures voor de afgifte van verblijfsvergunningen op basis van werk en onderwijs te stroomlijnen. Dit heeft tot doel de immigratie van geschoolde werknemers te vergroten en internationale studenten meer kansen te bieden om werk te vinden in Finland. De hervorming heeft dan ook tot doel bij te dragen tot het aanpakken van tekorten aan arbeidskrachten.

    De maatregel bestaat uit een uitgebreid interbestuurlijk project ter verbetering van de immigratiewetgeving (namelijk wijzigingen van hoofdstuk 5 van de Vreemdelingenwet 301/2004) en Wet 719/2018 betreffende studenten, onderzoekers en stagiairs) en de verkorting van de procedures voor verblijfsvergunningen op basis van werk en onderwijs. Naast een vermindering van het gemiddelde aantal dagen dat nodig is voor het verlenen van verblijfsvergunningen, wordt een „versnelde procedure” gecreëerd voor groeiondernemers, specialisten en hun begeleidende familieleden.

    De wetgevingshervorming wordt ondersteund door een investering in digitale infrastructuur om tegemoet te komen aan de behoeften van werk- en onderwijsgerelateerde immigratie. De digitale infrastructuur omvat de volgende ontwikkelingsgebieden:

    I) nieuwe digitale structuren en functionaliteiten;

    II) interfaces voor systeemintegratie en gegevensoverdracht;

    III) systeemontwikkeling in verband met de registratie en verwerking van aanvragen;

    IV) implementatie van het „sneltraject”;

    V) intersectorale, op kennis gebaseerde beheerscapaciteiten;

    VI) klantenbegeleiding en -instructies, communicatie en marketing ter ondersteuning van het hervormde proces;

    VII)verbetering van de bruikbaarheid en prestaties die door de hervorming vereist zijn, maatregelen ter ondersteuning van de uitrol en verhoging van de automatiseringsregels.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 31 december 2024 voltooid.

    Hervorming 4 (P3C1R4): Versterking van de multidisciplinaire diensten voor jongeren (Ohjaamo)

    Het doel van de hervorming is het multidisciplinaire karakter van éénloketcentra voor jongeren (Ohjaamo) te versterken en met name tegemoet te komen aan de behoeften van NEET’s (jongeren die geen werk hebben en evenmin onderwijs of een opleiding volgen) om hun vooruitzichten op werk te verbeteren. Dit wordt bereikt door een tijdelijke stimulans voor gemeenten om middelen aan te trekken of aan te passen aan de diensten van Ohjaamo, waardoor beter wordt ingespeeld op de behoeften van jongeren, door onderwijs-, gezondheids- en/of sociale diensten aan te bieden die in de bestaande dienstenportefeuilles zijn geïntegreerd. De diensten van Ohjaamo vormen een vereniging van organisaties, en de meerderheid van de deskundigen die daar werkzaam zijn, blijft in hun eigen organisatie werkzaam. Wanneer een gemeente een werknemer ter beschikking stelt van de Ohjaamo-diensten, kan de gemeente financiering aanvragen voor de personeelskosten van een extra deskundige die tijdelijk moet zijn en, met name door middel van opleidingen, de hervorming van de arbeidscultuur en de werkwijzen van de diensten kan waarborgen. Dit stimuleringsmodel moet leiden tot een effectievere integratie van gezondheids-, sociale en/of onderwijsexpertise in de Ohjaamo-servicepunten. De financiering van de hervorming wordt verstrekt via het Centrum voor ontwikkeling en administratie voor werkgelegenheid en economische ontwikkeling (KEHA Centre).

    De uitvoering van de maatregel moet uiterlijk 31 december 2025 voltooid zijn.

    Investering 1 (P3C1I1): Ontwikkeling van het arbeidsvermogen, de productiviteit en het welzijn op het werk

    Het doel van de investering is de arbeidsparticipatie te verhogen door de arbeidsparticipatie van personen met gedeeltelijke arbeidsgeschiktheid, met inbegrip van personen met een handicap, op de arbeidsmarkt te verhogen en de arbeidsparticipatie te verhogen door de geestelijke gezondheid en het arbeidsvermogen te verbeteren, met het oog op de verlenging van de loopbaan.

    De investering bestaat uit de volgende interventies:

    I)Het aanpakken van tekortkomingen in de dienstverlening voor mensen met gedeeltelijke arbeidsgeschiktheid en geestelijkegezondheidsproblemen: dit gebeurt door middel van opleidingen en door het bestaande werkbaarheidsprogramma uit te breiden tot nog eens vijf gemeenten of gezamenlijke gemeentelijke autoriteiten en door het bestaande model voor individuele plaatsing en ondersteuning (Individual Placement and Support — IPS) uit te breiden tot zes andere welzijnsgebieden.

    II)Preventieve ondersteuning van het arbeidsvermogen door middel van maatregelen op het gebied van de lichamelijke en geestelijke gezondheid van personen en werkplekken. Er wordt een virtueel werkkenniscentrum opgericht om het zoeken en verspreiden van informatie en praktische maatregelen ter ondersteuning van het werkvermogen te vergemakkelijken.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    I.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren
    (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren
    (voor streefcijfers)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    77

    P3C1R1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de wet inzake openbare diensten voor arbeidsvoorziening en zakelijke dienstverlening tot regeling van het model van de Noordse dienst voor arbeidsvoorziening voor het proces van de werkzoekende

    Bepaling in de Wet op de openbare diensten voor arbeidsvoorziening en het bedrijfsleven, met vermelding van de inwerkingtreding ervan

    KWARTAAL 2

    2022

    Inwerkingtreding van de wet inzake openbare diensten voor arbeidsvoorziening en zakelijke diensten die het Noordse model van arbeidsbemiddeling voor het proces van dienstverlening door werkzoekenden reguleert.

     

    78

    P3C1R1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening

    Doel

    Toename van het jaarlijkse aantal sollicitatiegesprekken dat wordt gevoerd in overeenstemming met het Noordse model van de diensten voor arbeidsvoorziening

    Aantal

    783 070

    2 000 000

    KWARTAAL 2

    2024

    Het aantal sollicitatiegesprekken tussen 1 januari 2023 en 31 maart 2024 bedraagt ten minste 2 000 000 (tegenover 783 070 interviews tussen 1 januari 2019 en 31 maart 2020). Het model van de Noordse dienst voor arbeidsvoorziening omvat drie soorten interviews: eerste interviews met werkzoekenden, discussies over het zoeken naar werk en aanvullende discussies over het zoeken naar werk.

    De organisatie van de verschillende soorten persoonlijke interviews wordt gemonitord met behulp van de klantinformatiesystemen van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening.

    79

    P3C1R1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening

    Mijlpaal

    Alle vijf digitale functionaliteiten die vereist zijn voor het model van de Noordse dienst voor arbeidsvoorziening zijn geïntegreerd in het informatiesysteem van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (TE-PSE) en zijn operationeel

    Digitale functies geïntegreerd in het informatiesysteem van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (TE-PSE) en operationeel

    KWARTAAL 4

    2023

    Alle vijf functies van de digitale infrastructuur worden ontwikkeld en geïntegreerd in het informatiesysteem van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (TE-PSE) en zijn volledig operationeel om de toepassing van het model van de Noordse dienst voor arbeidsvoorziening mogelijk te maken. De vijf betrokken functies zijn:

    -uitbreiding van de instrumenten voor de beoordeling van de behoeften aan klantendiensten;

    -aanvulling van het automatische profiel voor het zoeken naar werk;

    -systeem voor zelfrapportage bij het zoeken naar werk voor werkzoekenden;

    -elektronisch afsprakensysteem voor sollicitatiegesprekken bij het zoeken naar werk;

    -online richtsnoeren voor klanten.

    80

     P3C1R2 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Verruiming van extra dagen werkloosheidsuitkering

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de Wet op de werkloosheidszekerheid met betrekking tot de geleidelijke afschaffing van extra dagen werkloosheidszekerheid

    Bepalingen in de wijzigingen van de Wet op de werkloosheidszekerheid, met vermelding van de inwerkingtreding ervan

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2023

    Inwerkingtreding van wijzigingen van de Wet op de werkloosheidszekerheid. De wetswijzigingen omvatten de geleidelijke afschaffing van extra dagen werkloosheidszekerheid, zodat de minimumleeftijd van extra dagen vanaf de geboorte van 1963 jaar met één jaar wordt verhoogd en de mogelijkheid van een extra dag volledig wordt afgeschaft voor personen die in 1965 en daarna geboren zijn.

    81

    P3C1R3 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Stroomlijning van het op werk en onderwijs gebaseerde immigratieproces

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de wet met betrekking tot studenten, onderzoekers en stagiairs (719/2018)

    Bepalingen in de wijzigingen van Wet 719/2018 met betrekking tot studenten, onderzoekers en stagiairs, met vermelding van hun inwerkingtreding

    KWARTAAL 2

    2022

    Inwerkingtreding van een wetswijziging betreffende studenten, onderzoekers en stagiairs (719/2018).

    De wijziging omvat ten minste het volgende:

    -wijziging van het type verblijfsvergunning voor hoger onderwijs dat leidt tot een diploma van tijdelijk (B) naar continu (A). Dit leidt tot een snellere afgifte van een permanente verblijfsvergunning;

    -verlenging van de duur van een verblijfsvergunning op basis van studies van één jaar tot de volledige duur van de studie wanneer deze studies tot een diploma leiden;

    -centralisatie en verduidelijking van de verordening met betrekking tot het recht op werk.

    82

     P3C1R3 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Stroomlijning van het op werk en onderwijs gebaseerde immigratieproces

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de Vreemdelingenwet (301/2004)

    Bepalingen in de wijzigingen van de Vreemdelingenwet, met vermelding van hun inwerkingtreding

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2023

    De Vreemdelingenwet (301/2004) wordt gewijzigd met het oog op de stroomlijning van de vergunningprocedures voor werk- en onderwijsgerelateerde immigratie. De wetswijzigingen omvatten:

    -verfijning van de verantwoordelijkheden van de werkgever en de aanvrager in de aanvraagprocedure

    -differentiëring van de verblijfsvergunning van de specialist in een eigen categorie met herziene voorwaarden voor het verlenen van de vergunning

    -wijzigingen van het reglement voor de werkzaamheden van de Finse diplomatieke missies in het buitenland en

    -herziene voorwaarden voor de afgifte van verblijfsvergunningen.

    83

    P3C1R3 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Stroomlijning van het op werk en onderwijs gebaseerde immigratieproces

    Mijlpaal

    Invoering van een versnelde procedure voor specialisten, groeiondernemers en hun begeleidende familieleden

    De invoering van een versnelde procedure voor verblijfsvergunningen voor specialisten, groeiondernemers en hun begeleidende familieleden.

    KWARTAAL 4

    2022

    Er wordt een versnelde procedure voor de verwerking van verblijfsvergunningen gecreëerd en toegepast voor specialisten (die werkzaam zijn in het midden- of hoger management van een bedrijf of in banen die speciale deskundigheid vereisen, en specialisten op het gebied van de Europese blauwe kaart), groeiondernemers en hun begeleidende familieleden, waarbij de doelgroep die voor de versnelde procedure kiest een dienstentoezegging krijgt die een verwerkingstijd van 14 dagen omvat. . De „fast track-service” -toezegging is van toepassing op elektronische toepassingen die voldoen aan de vereisten voor het versnelde proces.

    De definitie van groeiondernemer en specialist en de criteria voor het verlenen van een verblijfsvergunning zijn vastgelegd in de Vreemdelingenwet (301/2004).

    84

    P3C1R3 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Stroomlijning van het op werk en onderwijs gebaseerde immigratieproces

    Doel

    Daling van het gemiddelde aantal dagen voor de behandeling van aanvragen voor een verblijfsvergunning op basis van werk en onderwijs

    Aantal

    52,6

    30

    KWARTAAL 4

    2024

    De verwerkingstijd voor de afgifte van verblijfsvergunningen voor werk en onderwijs wordt gemiddeld verkort tot 30 dagen. De doelstelling is van toepassing op elektronische aanvragen van een verblijfsvergunning voor verleende vergunningen. Het referentiescenario weerspiegelt de gewogen gemiddelde duur van elektronisch toegepaste en verleende werk- en studievergunningen voor de periode 2018-2020.

    85

    P3C1R4 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Versterking van multidisciplinaire diensten voor jongeren (Ohjaamo-diensten)

    Doel

    Aantal gefinancierde deskundige middelen voor de verlening van geïntegreerde gezondheids-, sociale en/of onderwijsdiensten in de centra voor éénloketbegeleiding van Ohjaamo

    Aantal voltijdequivalenten

    0

    100

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste 100 deskundigen (voltijdequivalenten) gefinancierd uit de Faciliteit voor de verstrekking van geïntegreerde gezondheids-, sociale en/of onderwijsdiensten in de Ohjaamo-centra voor éénloketbegeleiding. De verwezenlijking van de doelstelling wordt gemonitord en gemeten door middel van financieringsbesluiten van de aanbestedende dienst (ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid). 

    89

    P3C1I1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Ontwikkeling van arbeidsvermogen, productiviteit en welzijn op het werk

    Doel

    Uitbreiding van het werkprogramma en het model voor individuele plaatsing en ondersteuning tot 11 nieuwe gebieden

    Aantal

    0

    11

    KWARTAAL 4

    2024

    Het werkprogramma wordt uitgebreid tot de gebieden van vijf nieuwe gemeenten of gezamenlijke gemeentelijke overheden, en het model voor individuele plaatsingen en ondersteuning wordt uitgebreid tot zes nieuwe welzijnsgebieden.

    90

    P3C1I1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Ontwikkeling van arbeidsvermogen, productiviteit en welzijn op het werk

    Doel

    Aantal werkplekken en arbeidsgeneeskundeafdelingen dat heeft deelgenomen aan maatregelen ter ondersteuning van geestelijke gezondheid en beroepsbekwaamheid

    Aantal

    0

    1 000

    KWARTAAL 4

    2024

    Als uitbreiding van het bestaande programma voor geestelijke gezondheid op het werk nemen ten minste 1 000 werkplekken en arbeidsgeneeskundeafdelingen deel aan maatregelen ter bevordering van geestelijke gezondheid en arbeidsgeschiktheid, zoals opleiding, coaching of andere ontwikkelingsacties. De versterking van de bekwaamheid wordt beoordeeld door toezicht te houden op de invoering van methoden en deelname aan opleidings-, coaching- of andere ontwikkelingsmaatregelen.

    90bis

    P3C1I1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Ontwikkeling van arbeidsvermogen, productiviteit en welzijn op het werk

    Doel

    Aantal werkplekken en arbeidsgeneeskundeafdelingen dat heeft deelgenomen aan maatregelen ter ondersteuning van geestelijke gezondheid en beroepsbekwaamheid

    Aantal

    1000

    2000

    KWARTAAL 4

    2025

    Als uitbreiding van het bestaande programma voor geestelijke gezondheid op het werk nemen ten minste 2 000 werkplekken en bedrijfsgezondheidszorgeenheden deel aan maatregelen ter bevordering van geestelijke gezondheid en werkvaardigheid, zoals opleiding, coaching of andere ontwikkelingsacties. De versterking van de bekwaamheid wordt beoordeeld door toezicht te houden op de invoering van methoden en deelname aan opleidings-, coaching- of andere ontwikkelingsmaatregelen.

    J. COMPONENT P3C2: VERHOGING VAN HET COMPETENTIENIVEAU EN HERVORMING VAN PERMANENTE EDUCATIE 

    Dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan is gericht op uitdagingen als gevolg van de globalisering, technologische en demografische veranderingen, die van invloed zijn op de Finse economie en een bedreiging vormen voor het werkgelegenheidsniveau. Het ontwikkelen van vaardigheden van mensen in de werkende leeftijd (door om- en bijscholing), met inbegrip van laaggeschoolden, op gebieden die relevant zijn voor de arbeidsmarkt, is van cruciaal belang om de inzetbaarheid van de beroepsbevolking in een steeds digitalere en groenere economie te vergroten.

    De algemene doelstelling van deze component is het verhogen van het competentieniveau van Finland en het vergroten van de doeltreffendheid van het hogeronderwijsstelsel. Om dit doel te bereiken, omvat het onderdeel de volgende activiteiten: I) een hervorming van permanente educatie om tegemoet te komen aan de competentiebehoeften van de toekomst; II) investeren in de digitalisering van permanente educatie; het verhogen van het aantal studentenplaatsen in het hoger onderwijs; en iv) investeren in de digitalisering en modernisering van het hoger onderwijs in Åland.

    De component ondersteunt een vlottere overgang tussen beroepsleven en onderwijs. Het draagt ook bij tot de verbetering van de arbeidsvoorwaarden, met name onder ondervertegenwoordigde groepen, en tot het mogelijk maken van nieuwe taken voor mensen in belangrijke economische sectoren.

    De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen inzake het verbeteren van de prikkels om werk te aanvaarden en het verbeteren van vaardigheden en actieve inclusie, met name door middel van goed geïntegreerde diensten voor werklozen en inactieven (landspecifieke aanbeveling 2 2019), alsook tot het versterken van maatregelen ter ondersteuning van de werkgelegenheid en ter versterking van een actief arbeidsmarktbeleid (landspecifieke aanbeveling 2 2020).

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    J.1. Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun 

    Hervorming 1 (P3C2R1): Hervorming van permanente educatie

    Het doel van deze hervorming is de arbeidskansen van mensen in de werkende leeftijd (met inbegrip van personen die tot ondervertegenwoordigde groepen behoren) te verbeteren door hun vaardigheden en competenties te ontwikkelen en het groeipotentieel op lange termijn van bedrijven en de vitaliteit van regio’s te ondersteunen. De hervorming heeft tot doel het aanbod van opleidingen beter af te stemmen op de behoeften van de arbeidsmarkt.

    De maatregel bestaat uit de volgende interventies: I) oprichting van een dienstencentrum voor permanente educatie en werkgelegenheid om de uitvoering van de hervorming te bevorderen; II) het opzetten van een systeem om te anticiperen op arbeids- en competentiebehoeften; III) het uitvoeren van opleidingsprogramma’s ter ondersteuning van de digitale transitie, het inzicht in nieuwe werkmethoden en het vermogen van burgers om nieuwe digitale instrumenten te beheren, alsook een rechtvaardige transitie naar een koolstofneutrale samenleving; en iv) het geven van opleidingen op maat om de kwaliteit van begeleidingsdiensten, -praktijken en -instrumenten te verbeteren.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

    Investering 1 (P3C2I1): Digitaliseringsprogramma voor permanente educatie

    Het doel van deze investering is de transformatie van het systeem voor de ontwikkeling van onderwijs, opleiding en vaardigheden over administratieve grenzen heen mogelijk te maken en te versnellen door een uitgebreid digitaliseringsprogramma uit te voeren om digitale diensten en informatiebronnen te ontwikkelen die permanent leren ondersteunen. De ontwikkeling van bestaande en nieuwe digitale diensten zal ook de innovatiecapaciteit van het hoger onderwijs vergroten en de toegang tot digitale onderwijsdiensten vergemakkelijken.

    De maatregel bestaat uit twee hoofdelementen: I) het creëren van een pakket digitale diensten voor permanente educatie dat het gehele onderwijsstelsel bestrijkt (met uitzondering van voor- en vroegschoolse educatie en opvang) en over administratieve grenzen heen; en ii) het vergroten van de digitalisering en flexibel leren in instellingen voor hoger onderwijs. Als gevolg daarvan moeten de nieuwe digitale oplossingen diensten, dienstenketens en dienstenpakketten aanbieden die aanzienlijk beter aan de behoeften van de klanten voldoen dan momenteel het geval is, overlappingen tussen verschillende actoren verminderen en de efficiëntie van de gebruikte middelen en operationele methoden over administratieve grenzen heen verbeteren.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 2 (P3C2I2): Verbetering van het opleidingsniveau door meer studentenplaatsen in het hoger onderwijs

    Doel van deze investering is het opleidingsniveau te verhogen door het aantal mensen met een diploma hoger onderwijs te verhogen. Doel hiervan is bij te dragen tot het economisch herstel en de negatieve gevolgen van de COVID-19-pandemie te verzachten door de toegang van jongeren tot hoger onderwijs te versnellen.

    De maatregel bestaat uit een verhoging met ten minste 600 van het aantal plaatsen dat wordt toegewezen aan instellingen voor hoger onderwijs die opleidingen aanbieden die gericht zijn op beroepssectoren die te kampen hebben met een tekort aan arbeidskrachten. Deze sectoren omvatten sociale en gezondheidszorg, onderwijs, technologie en ICT. Alle gekozen beroepssectoren dragen bij tot een succesvolle uitvoering van het plan voor herstel en veerkracht. De investering dekt de kosten van het onderwijs van studenten aan de instelling voor hoger onderwijs voor de gehele duur van de studie.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2022 zijn voltooid.

    Investering 3 (P3C2I3): Verhoging van het competentieniveau en vernieuwing van permanente educatie, digitalisering en modernisering van het onderwijs in Åland

    Deze investering heeft tot doel de kwaliteit van de door het onderwijsstelsel geleverde vaardigheden te verbeteren, de mogelijkheden voor een leven lang leren te vergroten en het scheppen van banen en ondernemerschap in Åland te ondersteunen.

    De maatregel bestaat uit: I) de invoering van studentgericht digitaal onderwijs in alle hogeronderwijsstudies, van bachelorgraad tot postdoctorale studies (dit is bedoeld om een toenemend aantal studenten in staat te stellen aan het hoger onderwijs deel te nemen, ongeacht fysieke afstand of verschillende levenssituaties, met inbegrip van een combinatie van werk en studie); II) het bijwerken en ontwikkelen van het digitale begeleidings- en beheersysteem van instellingen voor hoger onderwijs, zodat het ook kan worden geïntegreerd in nationale gegevensdatabanken en nationale ecosystemen voor digitaal continu leren (dit moet ervoor zorgen dat in Åland gelijke voorwaarden worden gewaarborgd voor studie in Åland ten opzichte van andere Finse instellingen voor hoger onderwijs); III) het opzetten van twee nieuwe bachelor- en masterprogramma’s op het gebied van digitalisering, automatisering en hernieuwbare energie (dit is bedoeld om onderzoek, ontwikkeling en innovatie op de vakgebieden van de studies te bevorderen).

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    J.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Tijd

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    91

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de wet inzake het dienstencentrum voor permanente educatie en werkgelegenheid

    Bepaling in de wet inzake het dienstencentrum voor permanente educatie en werkgelegenheid met vermelding van de inwerkingtreding ervan

    KWARTAAL 4

    2021

    Inwerkingtreding van de wet inzake het Finse dienstencentrum voor permanente educatie en werkgelegenheid. De wet bevat ten minste de volgende gegevens: I) de organisatie en de structuur van het servicecentrum; II) de opdracht en de doelstellingen; III) financiering van diensten op het gebied van onderwijs en vaardigheden. Het doel van de oprichting van het dienstencentrum is de hervorming van het dienstensysteem, zodat de ontwikkeling van de vaardigheden van de bevolking in de werkende leeftijd nauwer aansluit bij de behoeften van het beroepsleven en bij de ontwikkeling en vernieuwing van regionale industrieën. Het dienstencentrum voor permanente educatie en werkgelegenheid is bedoeld om de ontwikkeling van vaardigheden bij de bevolking in de werkende leeftijd en de beschikbaarheid van geschoolde arbeidskrachten te bevorderen.

    92

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Mijlpaal

    Voltooiing van een prognosemodel voor de middellange termijn voor arbeids- en competentiebehoeften

    Prognosemodel voor de middellange termijn is operationeel

    KWARTAAL 4

    2023

    Er wordt een prognosesysteem voor de behoeften aan arbeidskrachten en competenties voltooid en operationeel. Het model versterkt het vermogen om te anticiperen op de vaardigheden die de bevolking in de werkende leeftijd nodig heeft. Het model omvat een prognose van de vraag naar arbeid, onderwijs en vaardigheden op middellange termijn, alsmede een beoordeling van de ontwikkeling van de verschillende arbeidsvoorzieningsstromen (voorspelling van het aantal op verschillende onderwijsniveaus voltooide kwalificaties, beoordeling van de ontwikkeling van overgangen in het beroepsleven en beoordeling van het arbeidspotentieel van werklozen en personen buiten de beroepsbevolking).

    93

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van sollicitaties om opleidingen aan te bieden ter versterking van digitale en groene vaardigheden

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van voorstellen

    KWARTAAL 2

    2022

    Lancering van de eerste oproep tot het indienen van sollicitaties voor het aanbieden van opleidingen om in te spelen op veranderingen in het beroepsleven, met inbegrip van digitalisering en de groene transitie.

    Ten minste 20 % van de opleiding is gericht op de ondersteuning van met name de digitale transitie (15 %) en een rechtvaardige transitie naar een koolstofneutrale samenleving (5 %). Daartoe omvat de taakomschrijving voor oproepen tot het indienen van aanvragen of concurrerende biedingen selectie-/subsidiabiliteitscriteria die overeenstemmen met de toepasselijke interventiegebieden die zijn vastgesteld in de bijlagen VI en VII bij de verordening inzake de faciliteit voor herstel en veerkracht, namelijk „Bijdragen aan groene vaardigheden en banen en groene economie (01)” en „Steun voor de ontwikkeling van digitale vaardigheden (108)”.

    94

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Doel

    Aantal personen dat heeft deelgenomen aan opleidingen om te reageren op veranderingen in het beroepsleven, met inbegrip van digitalisering en de groene transitie

    Aantal

    0

    7 800

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste 7 800 personen, van wie 1 500 leden van ondervertegenwoordigde groepen, moeten hebben deelgenomen aan de opleidingsprogramma’s die zijn gelanceerd via de in mijlpaal 93 bedoelde oproepen. Alle oproepen worden gebaseerd op de in stap 93 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    Er wordt een aanvullend onderwijsmodel ontwikkeld, getest en toegepast dat onafhankelijk is van het onderwijsniveau. De deelname van ondervertegenwoordigde groepen (met inbegrip van ouderen) wordt versterkt door middel van outreachactiviteiten, begeleiding, ondersteunende maatregelen en gerichte opleiding. Gerichte opleiding heeft betrekking op opleidingen die bedoeld zijn om de toegang van ondervertegenwoordigde groepen tot contextgericht leren en diensten op maat te bevorderen.

     95

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Doel 

    Aantal professionals op het gebied van loopbaanbegeleiding dat aan een opleiding heeft deelgenomen om hun deskundigheidsniveau te vergroten

    Aantal

    0

    300

    KWARTAAL 4

    2024

    Om de deskundigheid van professionals op het gebied van loopbaanbegeleiding te ontwikkelen, krijgen ten minste 300 professionals op het gebied van loopbaanbegeleiding verdere gespecialiseerde opleiding in verband met de digitale vaardigheden van instructeurs, taal- en cultureel bewustzijn, de groene transitie en de bevordering van gendergelijkheid.

    Deskundigen op het gebied van loopbaanbegeleiding uit een breed scala van verschillende organisaties (waaronder gemeenten, arbeidsbureaus, onderwijsinstellingen) moeten zich richten op een brede verspreiding van kennis.

     96

    P3C2I1 — Digitaliseringsprogramma voor permanente educatie

    Mijlpaal 

    Voltooiing van de IT-architectuur voor digitale diensten voor permanent leren

    IT-architectuur is voltooid en operationeel

     KWARTAAL 4

    2021

    Er wordt een IT-architectuur voor digitale diensten voor permanente educatie ontwikkeld en volledig operationeel. Zij stelt het kader vast voor de planning van de toewijzing van middelen en de stroomlijning van de huidige praktijken op het gebied van dienstverlening, teneinde klantgerichte digitale diensten voor permanente educatie tot stand te brengen. Daartoe houdt zij rekening met alle noodzakelijke aspecten van IT-ontwikkeling, met inbegrip van bedrijfscapaciteiten, componenten, toepassingen, gebruikersgroepen en dataobjecten.

    De IT-architectuur vormt de basis voor de actualisering van bestaande digitale diensten en de ontwikkeling van nieuwe digitale diensten en omvat de lijst van te ontwikkelen diensten.

    97

    P3C2I1 — Digitaliseringsprogramma voor permanente educatie

    Doel

    Aandeel operationele nieuwe digitale diensten voor permanente educatie

    % (%)

    0

    70

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste 70 % van de nieuwe digitale diensten die zijn gedefinieerd en opgesomd in de in stap 96 bedoelde IT-architectuur, is operationeel en beschikbaar voor verschillende klantengroepen.

    Er worden diensten ingevoerd ter ondersteuning van een soepele overgang in het onderwijs en het beroepsleven. De geplande diensten omvatten ten minste de volgende functies:

    a) het in kaart brengen van bevoegdheden en aandachtsgebieden;

    b) informatie over competentiebehoeften, arbeidsmarkt, uitkeringen en onderwijs- en opleidingsaanbod;

    steun voor begeleiding, competentieontwikkeling en loopbaanplanning.

    98

    P3C2I2 — Verhoging van het opleidingsniveau door meer studentenplaatsen in het hoger onderwijs

    Doel

    Toename van de toelating van studenten aan instellingen voor hoger onderwijs

    Aantal

    0

    600

    KWARTAAL 4

    2022

    Instellingen voor hoger onderwijs moeten in 2022 hun deelname uitbreiden met ten minste 600 studieplaatsen in het kader van de programma’s voor 1e cyclus die gericht zijn op het ondersteunen van de uitvoering van het Finse programma voor duurzame groei en het aanpakken van tekorten aan arbeidskrachten. Dit zal naar verwachting een aanvulling vormen op de nationale financiering die al is toegewezen om het aantal instellingen voor hoger onderwijs vanaf 2020 uit te breiden.

    Tegen eind 2021 zullen het ministerie van Onderwijs en Cultuur en de instellingen voor hoger onderwijs naar verwachting overeenstemming bereiken over welke studierichtingen en welke instellingen voor hoger onderwijs zich moeten richten. De uitbreiding van het aantal studieplaatsen moet gericht zijn op gebieden waar de grootste vraag naar onderwijs en een tekort aan vaardigheden bestaat. De selectiecriteria omvatten de regionale en nationale vraag naar arbeid, de vraag naar onderwijs en de vraag naar nieuwe vaardigheden voor de toekomst, met inbegrip van de nadruk op de gezondheidssector, geavanceerde technologieën en ICT-sectoren. Naar verwachting zullen nieuwe studenten zich uiterlijk in het najaar van 2022 inschrijven voor een diploma (academisch jaar 2022/2023).

    Het ministerie van Onderwijs en Cultuur ziet erop toe dat de stijging van de studentenopname heeft plaatsgevonden door de inname van studenten in 2022 te vergelijken met het basisscenario dat is gedefinieerd als de maximale jaarlijkse inname in de jaren 2017-2019.

    99

    P3C2I3 — Het competentieniveau verhogen en permanent leren, digitalisering en modernisering van het onderwijs in Åland vernieuwen

    Doel

    Aandeel gemoderniseerde cursussen met significante digitale elementen in het tertiair onderwijs in Åland

    % (%)

    10

    70

    KWARTAAL 4

    2025

    Het aandeel gemoderniseerde cursussen met uitgebreide digitale elementen (d.w.z. ten minste 25 % van een individuele cursus wordt op afstand gegeven of ten minste 30 % van het cursusmateriaal in één cursus is digitaal multiform) wordt verhoogd van 10 % (bestaande cursussen in 2020 die voldoen aan de beoogde vereisten, d.w.z. gemoderniseerde cursussen met voldoende digitale elementen) tot 70 % van alle universitaire cursussen die worden gegeven in programma- en academische opleidingen aan de Open Universiteit van Åland.

    Dit komt overeen met cursussen die theoretisch onderwijs omvatten (cursussen die alleen het onderwijzen van praktische vaardigheden omvatten, zijn uitgesloten van de doelstelling). De ondersteuningssystemen worden gedigitaliseerd en compatibel gemaakt met nationale registers en databanken. Leerkrachten en relevant ondersteunend personeel worden opgeleid in digitale multiformale pedagogie en het gebruik van de nieuwe digitale administratieve systemen. De digitale apparatuur en software van de universiteit van Åland worden gemoderniseerd en uitgebreid.

    K. COMPONENT P3C3: O & O & I, ONDERZOEKSINFRASTRUCTUUR EN PROEFPROJECTEN

    Dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan pakt uitdagingen op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie aan. Ondanks het feit dat Finland volgens het Europees innovatiescorebord jarenlang tot de innovatieleiders behoorde, heeft Finland in de jaren 2010 te kampen gehad met een terugval wat betreft investeringen in O & O & I-activiteiten, met name wat betreft investeringen van de particuliere sector in O & O & I-activiteiten. Een andere uitdaging voor Finland is de noodzaak om de samenwerking binnen openbare OOI-entiteiten en tussen publieke en private entiteiten die betrokken zijn bij O & O & I te intensiveren, ook op internationaal niveau.

    Het doel van deze component is bij te dragen tot de versterking van de OOI-intensiteit, het aandeel van de OOI-uitgaven in Finland te verhogen van 2,9 % (2019) tot 4 % van het bbp in 2030 en het ambitieniveau van de OOI-activiteiten te verhogen, in overeenstemming met de nationale routekaart voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie die in het voorjaar van 2020 is aangenomen. Daartoe worden in de component twee investeringspakketten voorgesteld die gericht zijn op het bevorderen van de groene transitie en het investeren in onderzoeks- en innovatie-infrastructuur ter ondersteuning van duurzame groei en digitalisering.

    Het pakket ter bevordering van de groene transitie omvat investeringen voor het ondersteunen van projecten van toonaangevende ondernemingen, het versnellen van sleutelsectoren en het versterken van de competentie in belangrijke sectoren, en voor het ondersteunen van innovatieve groeibedrijven (investeringen 1-4 hieronder). 

    Om ervoor te zorgen dat de investeringen in het kader van deze component voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), wordt de volgende lijst van activiteiten uitgesloten van de in het bestek vermelde subsidiabiliteitscriteria voor komende oproepen tot het indienen van projecten: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 34 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 35 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 36 en installaties voor mechanische biologische behandeling 37 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. De volgende O & O-I-acties worden geacht in overeenstemming te zijn met de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01): I) de O & O-acties die leiden tot technologisch neutrale resultaten op het niveau van de toepassing ervan; II) de O & O-I-acties ter ondersteuning van alternatieven met geringe milieueffecten waarvoor deze bestaan; of iii) O & O-I-acties die in de eerste plaats gericht zijn op de ontwikkeling van alternatieven met de laagst mogelijke milieueffecten in de sector voor activiteiten waarvoor er geen technologisch en economisch haalbaar alternatief met een lage impact bestaat.

    Het pakket ter bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuren omvat investeringen voor de ontwikkeling van lokale onderzoeksinfrastructuren, nationale onderzoeksinfrastructuren en innovatie-infrastructuren.

    Het onderdeel draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om het investeringsgerelateerd economisch beleid te richten op onderzoek en innovatie, de overgang naar een koolstofarme economie en de energietransitie en duurzaam vervoer (landspecifieke aanbeveling 3 2019), en om de investeringen te richten op de groene en digitale transitie, met name op schone en efficiënte productie en gebruik van energie, duurzame en efficiënte infrastructuur en onderzoek en innovatie (landspecifieke aanbeveling 3 2020). 

    K.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Investering 1 (P3C3I1): O & O & I-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie — leidende ondernemingen

    Het doel van de investering is het ondersteunen — via een door Business Finland beheerde regeling — van partnerschappen en ecosystemen tussen bedrijven en andere onderzoeksorganisaties die het concurrentievermogen van het bedrijfsleven versterken en de doeltreffendheid van activiteiten op het gebied van O & O-ontwikkeling vergroten. De te financieren partnerschappen zijn gericht op activiteitengebieden die de groene transitie ondersteunen.

    De investering bestaat uit het ondersteunen van de oprichting van nieuwe sectoren, producten, bedrijven en bedrijfsmodellen, alsook het gebruik van onderzoeksresultaten van universiteiten, universiteiten voor toegepaste wetenschappen en onderzoeksinstituten voor de behoeften van bedrijven. Partnerschappen zullen andere nationale OOI-financiering, eigen investeringen van ondernemingen op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie en het gebruik van EU- en andere internationale financiering aanzienlijk stimuleren. Flexibele partnerschappen en ecosystemen tussen bedrijven en onderzoeksorganisaties en andere actoren op het gebied van O & O & I zijn erop gericht het concurrentievermogen van het bedrijfsleven en de industrie te versterken en de productiviteit te verbeteren.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 2 (P3C3I2): O & O & I-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competentie (Academie van Finland)

    Het doel van de investering is — via een door de Finse academie beheerde regeling — de activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie ter ondersteuning van de groene transitie te stimuleren, waarbij de nadruk ligt op de belangrijkste sectoren en technologieën van de groene transitie, teneinde het gebruik en de uitwisseling van knowhow te bevorderen en de kwaliteit en doeltreffendheid van partnerschappen en ecosystemen te verbeteren. De subsidiabiliteits-/selectiecriteria vereisen dat onderzoek gericht is op de koolstofarme economie en de aanpassing aan en veerkracht van de klimaatverandering. De regeling bestrijkt alle takken van wetenschap en sectoren, met inbegrip van de waterstofeconomie, hoogwaardige bioproducten en emissievrij energiesystemen en competenties op het gebied van gegevensanalyse en sociale wetenschappen.

    De maatregel bestaat uit interventies om de bestaande onderzoeksclusters te versterken, het niveau van deskundigheid te vergroten, ook buiten de bestaande onderzoeksclusters, en de vernieuwing van bedrijfsactiviteiten te ondersteunen. De investeringen in O & O & I van belangrijke sectoren en technologieën zullen ook de partnerschappen en ecosystemen van OOI-actoren versterken. In het kader van de maatregel wordt steun verleend aan onderzoeksorganisaties, zoals instellingen voor hoger onderwijs of onderzoeksinstellingen.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 3 (P3C3I3): O & O & I-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competentie (Business Finland)

    Het doel van deze investering is — via een door Business Finland beheerde regeling — O & O & I-activiteiten ter ondersteuning van de groene transitie te stimuleren, met bijzondere aandacht voor de belangrijkste sectoren en technologieën van de groene transitie, teneinde het gebruik en de uitwisseling van knowhow te bevorderen en de kwaliteit en doeltreffendheid van partnerschappen en ecosystemen te verbeteren. De regeling bestrijkt alle takken van wetenschap en sectoren, met inbegrip van de waterstofeconomie, hoogwaardige bioproducten en emissievrij energiesystemen en competenties op het gebied van gegevensanalyse en sociale wetenschappen in verband met veerkracht en aanpassing aan de klimaatverandering.

    De maatregel bestaat uit interventies om de bestaande onderzoeksclusters te versterken, het niveau van deskundigheid te vergroten, ook buiten de bestaande onderzoeksclusters, en de vernieuwing van bedrijfsactiviteiten te ondersteunen. De investeringen in O & O & I van belangrijke sectoren en technologieën zullen ook de partnerschappen en ecosystemen van OOI-actoren versterken. In het kader van de maatregel wordt steun verleend aan particuliere en publieke onderzoeksorganisaties en aan ondernemingen of gemeenten. Zij verleent met name steun aan projecten voor toonaangevende ondernemingen die in het kader van investering 1 zijn geselecteerd.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 4 (P3C3I4): O & O & I-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — Ondersteuning van innovatieve groeibedrijven

    Het doel van de investering is — via een door Business Finland beheerde regeling — de investeringen van kleine en middelgrote ondernemingen in O & O & I te verhogen en hun paraatheid voor de digitale en groene transitie te verbeteren. De investering is bedoeld om op onderzoek gebaseerde bedrijven te versterken door de bevindingen van instellingen voor hoger onderwijs en onderzoeksinstellingen te ontwikkelen tot nieuwe bedrijven die de groene transitie ondersteunen.

    De maatregel bestaat erin gerichte steun te verlenen aan ondernemingen met een groot groeipotentieel die oplossingen voor de groene transitie ontwikkelen, teneinde de groei van ondernemingen die reeds aan de uitvoer doen, te stimuleren en het aantal exportondernemingen te verhogen. De steun voor de geselecteerde ondernemingen omvat financiering voor O & O & I-activiteiten, advies en informatie en contacten op de doelmarkten.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 5 (P3C3I5): Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Lokale onderzoeksinfrastructuren

    Het doel van deze investering is — via een door de Finse Academie beheerde regeling — de vernieuwing en ontwikkeling van lokale onderzoeksinfrastructuren te financieren. Het bestrijkt alle takken van wetenschap en onderzoek. De nadruk wordt gelegd op de doelstellingen van de groene en digitale transitie. Bij de selectiecriteria wordt rekening gehouden met de ervaring die is opgedaan bij de selectie van projecten voor nationale onderzoeksinfrastructuren (investering 6 hieronder).

    De maatregel bestaat uit het verlenen van financiële steun voor de bouw van lokale onderzoeksinfrastructuur, met inbegrip van bijvoorbeeld de aanschaf van apparatuur en systemen, het opzetten of bijwerken van diensten. De maatregel ondersteunt ook de doelstellingen van de strategie voor de nationale onderzoeksinfrastructuur, waarbij alle takken van wetenschap worden betrokken, met de nadruk op de groene transitie en digitalisering. Bijzondere nadruk wordt gelegd op de versterking van onderzoeksinfrastructuren in overeenstemming met de strategieën en profielen van de gastinstituten, waaronder bijvoorbeeld universiteiten, universiteiten voor toegepaste wetenschappen, onderzoeksinstellingen en andere onderzoeksorganisaties. Ten slotte moet de investering bijdragen tot de versterking van de openheid en interoperabiliteit van de onderzoeksinfrastructuren van verschillende actoren (universiteiten, universiteiten voor toegepaste wetenschappen, onderzoeksinstellingen, bedrijven en andere OOI-actoren).

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 6 (P3C3I6): Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Nationale onderzoeksinfrastructuren

    Het doel van deze investering is — via een door de Finse Academie beheerde regeling — de vernieuwing en ontwikkeling van nationale onderzoeksinfrastructuren te financieren, met de nadruk op de doelstellingen van de groene en digitale transitie.

    De maatregel bestaat in het verlenen van financiële steun voor de bouw van nationale onderzoeksinfrastructuren, bijvoorbeeld voor de aanschaf van apparatuur en systemen, het opzetten of actualiseren van diensten. Ten minste 40 % van de waarde van de investering wordt toegewezen aan OOI-activiteiten in verband met digitalisering. De maatregel ondersteunt ook de herziening van de subsidiecriteria voor onderzoeksinfrastructuur van de Finse Academie voor onderzoeksinfrastructuur in overeenstemming met de doelstellingen van de strategie voor nationale onderzoeksinfrastructuur, met de nadruk op de groene transitie en digitalisering. Ten slotte moet de investering bijdragen tot de versterking van de openheid en interoperabiliteit van de onderzoeksinfrastructuren van verschillende actoren (universiteiten, universiteiten voor toegepaste wetenschappen, onderzoeksinstellingen, bedrijven en andere OOI-actoren).

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 7 (P3C3I7): Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — concurrerende financiering voor innovatie-infrastructuur

    Het doel van de investering is — via een door Business Finland beheerde regeling — de ontwikkeling van testomgevingen (innovatie-infrastructuur) te ondersteunen, met de nadruk op de doelstellingen van de groene en digitale transitie. Het doel is ook de openheid en interoperabiliteit van onderzoeks- en innovatie-infrastructuren te vergroten.

    De maatregel bestaat uit steun voor de ontwikkeling van de omgevingen die nodig zijn voor de ontwikkeling en het testen van oplossingen die koolstofneutraliteit en digitalisering in echte gebruikersomstandigheden bevorderen. Dergelijke omgevingen kunnen verschillende onderzoeksinfrastructuren van steden, gemeenten en andere publieke actoren omvatten, of innovatieomgevingen die gezamenlijk door bedrijven en andere actoren zijn gebouwd.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    K.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren

    (voor streefcijfers)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    100

    P3C3I1 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — OOI-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie — leidende ondernemingen

    Mijlpaal

    Publicatie van een oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten van leidende ondernemingen

    Publicatie van de oproep tot het indienen van sollicitaties door Business Finland

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2022

    Business Finland publiceert een oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten van leidende ondernemingen. De subsidiabiliteits-/selectiecriteria vereisen dat onderzoek gericht is op de koolstofarme economie en de aanpassing aan en veerkracht van de klimaatverandering overeenkomstig interventiegebied 022 in bijlage VI bij de RRF-verordening. De subsidiabiliteitscriteria zorgen er ook voor dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Projecten ter bevordering van het gebruik van fossiele brandstoffen worden niet gefinancierd. Een project dat wordt voorgesteld door een bedrijf dat onder de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) valt, mag alleen worden gefinancierd als het de uitstoot van broeikasgassen aanzienlijk vermindert.

    101

    P3C3I1 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie — leidende bedrijven

    Doel

    Toekenning van subsidies voor projecten van toonaangevende ondernemingen

     

    Aantal

    0

    5

    KWARTAAL 4

    2023

    Kennisgeving door Business Finland van de toekenning van ten minste 5 subsidies voor projecten van leidende ondernemingen die zijn geselecteerd overeenkomstig de in stap 100 gespecificeerde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    102

    P3C3I1 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie — leidende bedrijven

    Doel

    Aandeel voltooide projecten van toonaangevende ondernemingen

    % (%)

    0

    90

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste 90 % van de projecten die in het kader van de in stap 100 bedoelde oproep tot het indienen van aanvragen worden gesteund, moet worden voltooid, zoals blijkt uit voorlopige projectverslagen die door de begunstigden van het project zijn ingediend. Dit komt overeen met een vastlegging in de begroting van ten minste 90 000 000 EUR van de 100 000 EURdie aan de maatregel is toegewezen. 

    103

    P3C3I2 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competenties (Academie van Finland)

    Mijlpaal

    Publicatie door de Academie van Finland van een eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor onderzoeksprojecten die tot doel hebben de competenties in sleutelsectoren te vergroten

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van sollicitaties door de Academie van Finland

     

     

     

    KWARTAAL 4

    2021

    De Finse Academie lanceert een eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor onderzoeksfinanciering, gericht op de belangrijkste sectoren en technologieën van de groene transitie, teneinde het gebruik en de uitwisseling van knowhow te bevorderen en de kwaliteit en doeltreffendheid van partnerschappen en ecosystemen te verbeteren. De subsidiabiliteits-/selectiecriteria vereisen dat onderzoek gericht is op de koolstofarme economie en de aanpassing aan en veerkracht van de klimaatverandering overeenkomstig interventiegebied 022 in bijlage VI bij de RRF-verordening. De regeling bestrijkt alle takken van wetenschap en sectoren, met inbegrip van de waterstofeconomie, hoogwaardige bioproducten en emissievrij energiesystemen en competenties op het gebied van gegevensanalyse en sociale wetenschappen. De subsidiabiliteitscriteria zorgen er ook voor dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    104

    P3C3I2 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competenties (Academie van Finland)

    Doel

    Toekenning door de Academie van Finland van subsidies voor onderzoeksprojecten die gericht zijn op het vergroten van de competenties in sleutelsectoren

     

    Aantal

    0

    25

    KWARTAAL 2

    2023

    Kennisgeving door de Academie van Finland van de toekenning van ten minste 25 subsidies voor onderzoeksprojecten die zijn geselecteerd overeenkomstig de in mijlpaal 103 gespecificeerde criteria. Alle oproepen worden gebaseerd op de in stap 103 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    105

    P3C3I2 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competenties (Academie van Finland)

    Doel

    Aandeel voltooide belangrijke sectorale onderzoeksprojecten toegekend door de Academie van Finland

     

    % (%)

    0

    90

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste 90 % van de projecten die worden ondersteund in het kader van de in mijlpaal 103 bedoelde oproepen tot het indienen van aanvragen, wordt voltooid, zoals blijkt uit eindverslagen of voorlopige projectverslagen die door de projectbegunstigden zijn ingediend. Dit komt overeen met een vastlegging in de begroting van ten minste 40 500 000 EUR van de 45 000 000 EUR die aan de maatregel is toegewezen.

    106

    P3C3I3 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competentie (Business Finland)

    Mijlpaal

    Publicatie door Business Finland van een oproep tot het indienen van aanvragen voor OOI-projecten die tot doel hebben de competenties in sleutelsectoren te vergroten

    Publicatie van de oproep tot het indienen van sollicitaties door Business Finland

    KWARTAAL 2

    2022

    Business Finland lanceert een oproep tot het indienen van aanvragen voor OOI-projecten die gericht zijn op het vergroten van de competenties in belangrijke sectoren van de groene transitie, zoals de waterstofeconomie, hoogwaardige bioproducten en emissievrij energiesystemen en competenties op het gebied van bijvoorbeeld gegevensanalyse en sociale wetenschappen in verband met veerkracht en aanpassing aan de klimaatverandering. De subsidiabiliteits-/selectiecriteria vereisen dat onderzoek gericht is op de koolstofarme economie en de aanpassing aan en veerkracht van de klimaatverandering overeenkomstig interventiegebied 022 in bijlage VI bij de RRF-verordening. De subsidiabiliteitscriteria zorgen er ook voor dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Projecten ter bevordering van het gebruik van fossiele brandstoffen worden niet gefinancierd. Een project dat wordt voorgesteld door een bedrijf dat onder de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) valt, mag alleen worden gefinancierd als het de uitstoot van broeikasgassen aanzienlijk vermindert.

    107

    P3C3I3 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competentie (Business Finland)

    Doel

    Toekenning door Business Finland van subsidies voor OOI-projecten die gericht zijn op het vergroten van competenties in sleutelsectoren

     

    Aantal

    0

    10

    KWARTAAL 4

    2023

    Kennisgeving door Business Finland van de toekenning van ten minste 10 subsidies voor OOI-projecten die zijn geselecteerd overeenkomstig de in stap 106 gespecificeerde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    108

    P3C3I3 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competentie (Business Finland)

    Doel

    Aandeel afgeronde OOI-projecten in belangrijke sectoren toegekend door Business Finland

     

    % (%)

    0

    90

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste 90 % van de projecten die in het kader van de in stap 106 bedoelde oproep tot het indienen van aanvragen worden gesteund, moet worden voltooid, zoals blijkt uit voorlopige projectverslagen die door de begunstigden van het project zijn ingediend. Dit komt overeen met een vastlegging in de begroting van ten minste 22 500 000 EUR van de 25 000 000 EUR die aan de maatregel is toegewezen.

    109

    P3C3I4 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — Ondersteuning van innovatieve groeibedrijven

    Mijlpaal        

    Publicatie door Business Finland van een oproep tot het indienen van aanvragen voor OOI-projecten ter ondersteuning van innovatieve groeibedrijven

    Publicatie van een oproep tot het indienen van sollicitaties door Business Finland

    KWARTAAL 2

    2022

    Business Finland publiceert een oproep tot het indienen van aanvragen voor O & O & I-financiering ter ondersteuning van innovatieve groeibedrijven. De subsidiabiliteits-/selectiecriteria vereisen dat onderzoek gericht is op de koolstofarme economie en de aanpassing aan en veerkracht van de klimaatverandering overeenkomstig interventiegebied 022 in bijlage VI bij de RRF-verordening.

    De subsidiabiliteitscriteria zorgen er ook voor dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Projecten ter bevordering van het gebruik van fossiele brandstoffen worden niet gefinancierd. Een project dat wordt voorgesteld door een bedrijf dat onder de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) valt, mag alleen worden gefinancierd als het de uitstoot van broeikasgassen aanzienlijk vermindert.

    110

    P3C3I4 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — Ondersteuning van innovatieve groeibedrijven

    Doel

    Toekenning van subsidies voor steun aan innovatieve groeibedrijven

     

    Aantal

    0

    22

    KWARTAAL 4

    2023

    Kennisgeving door Business Finland van de toekenning van ten minste 22 subsidies voor steun aan innovatieve groeibedrijven overeenkomstig de in stap 109 gespecificeerde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    111

    P3C3I4 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — Ondersteuning van innovatieve groeibedrijven

    Doel

    Aandeel voltooide projecten voor innovatieve groeibedrijven

     

    % (%)

    0

    90

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste 90 % van de projecten die in het kader van de in stap 109 bedoelde oproep tot het indienen van aanvragen worden gesteund, moet worden voltooid, zoals blijkt uit voorlopige projectverslagen die door de begunstigden van het project zijn ingediend. Dit komt overeen met een vastlegging in de begroting van ten minste 16 200 000 EUR van de 18 000 000 EUR die aan de maatregel is toegewezen.

    112

    P3C3I5 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Lokale onderzoeksinfrastructuren

    Mijlpaal

    Publicatie van een oproep tot het indienen van aanvragen voor de vernieuwing en ontwikkeling van lokale onderzoeksinfrastructuren

    Publicatie van de oproep tot het indienen van sollicitaties door de Academie van Finland

    KWARTAAL 2

    2022

    De Academie van Finland publiceert een oproep tot het indienen van aanvragen voor de ontwikkeling van lokale onderzoeksinfrastructuren. De subsidiabiliteitscriteria zorgen ervoor dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Projecten ter bevordering van het gebruik van fossiele brandstoffen worden niet gefinancierd. Een project dat wordt voorgesteld door een bedrijf dat onder de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) valt, mag alleen worden gefinancierd als het de uitstoot van broeikasgassen aanzienlijk vermindert. De selectiecriteria omvatten het effect van de projecten op duurzame ontwikkeling, groene transitie en digitalisering.

    113

    P3C3I5 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Lokale onderzoeksinfrastructuren

    Doel

    Toekenning van subsidies voor de vernieuwing en ontwikkeling van lokale onderzoeksinfrastructuren

     

    Aantal

    0

    10

    KWARTAAL 4

    2022

    Kennisgeving door de Academie van Finland van de toekenning van ten minste 10 subsidies voor projecten die zijn geselecteerd overeenkomstig de in mijlpaal 112 gespecificeerde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    114

    P3C3I5 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Lokale onderzoeksinfrastructuren

    Doel

    Aandeel voltooide lokale onderzoeksinfrastructuurprojecten

     

    % (%)

    0

    90

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste 90 % van de projecten die worden ondersteund in het kader van de in mijlpaal 112 bedoelde oproep tot het indienen van aanvragen, wordt voltooid, zoals blijkt uit eindverslagen of voorlopige projectverslagen die door de projectbegunstigden zijn ingediend. Dit komt overeen met een vastlegging in de begroting van ten minste 22 725 000 EUR van de 25 250 000 EUR die aan de maatregel is toegewezen.

    115

    P3C3I6 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Nationale onderzoeksinfrastructuren

    Mijlpaal

    Publicatie van een oproep tot het indienen van aanvragen voor de vernieuwing en ontwikkeling van nationale onderzoeksinfrastructuren

    Publicatie van de oproep tot het indienen van sollicitaties door de Academie van Finland

    KWARTAAL 2

    2021

    De Academie van Finland publiceert een oproep tot het indienen van aanvragen voor nationale onderzoeksinfrastructuren. De subsidiabiliteitscriteria zorgen ervoor dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Projecten ter bevordering van het gebruik van fossiele brandstoffen worden niet gefinancierd. Een project dat wordt voorgesteld door een bedrijf dat onder de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) valt, mag alleen worden gefinancierd als het de uitstoot van broeikasgassen aanzienlijk vermindert. De selectiecriteria omvatten het effect van de projecten op duurzame ontwikkeling, groene transitie en digitalisering. Bij de selectie van projecten wordt er ook voor gezorgd dat ten minste 8 000 000 EUR wordt toegewezen in overeenstemming met het steunverleningsgebied 009bis (Investeringen in digitale O & I-activiteiten) in bijlage VII bij de RRF-verordening.

    116

    P3C3I6 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Nationale onderzoeksinfrastructuren

    Doel

    Toekenning van subsidies voor de vernieuwing en ontwikkeling van nationale onderzoeksinfrastructuren

     

    Aantal

    0

    6

    KWARTAAL 2

    2022

    Kennisgeving door de Academie van Finland van de toekenning van ten minste 6 subsidies voor projecten die zijn geselecteerd overeenkomstig de in mijlpaal 115 gespecificeerde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    117

    P3C3I6 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Nationale onderzoeksinfrastructuren

    Doel

    Aandeel voltooide nationale onderzoeksinfrastructuurprojecten

     

    % (%)

    0

    90

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste 90 % van de projecten die worden ondersteund in het kader van de in mijlpaal 115 bedoelde oproep tot het indienen van aanvragen, wordt voltooid, zoals blijkt uit eindverslagen of voorlopige projectverslagen die door de projectbegunstigden zijn ingediend. Dit komt overeen met een vastlegging in de begroting van ten minste 18 000 000 EUR van de 20 000 000 EUR die aan de maatregel is toegewezen.

    118

    P3C3I7 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — concurrerende financiering voor innovatie-infrastructuren

    Mijlpaal

    Publicatie van een oproep tot het indienen van aanvragen voor de ontwikkeling van innovatie-infrastructuren

    Publicatie van de oproep tot het indienen van sollicitaties door Business Finland

    KWARTAAL 2

    2022

    Business Finland publiceert een oproep tot het indienen van aanvragen voor de ontwikkeling van innovatie-infrastructuur. De subsidiabiliteits-/selectiecriteria zorgen ervoor dat de interventie gericht is op het bevorderen van elementen die rechtstreeks verband houden met de digitalisering van het bedrijfsleven (overeenkomstig interventiegebied 019 in bijlage VII bij de RRF-verordening). De subsidiabiliteitscriteria zorgen ervoor dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving. Projecten ter bevordering van het gebruik van fossiele brandstoffen worden niet gefinancierd. Een project dat wordt voorgesteld door een bedrijf dat onder de EU-regeling voor de handel in emissierechten (ETS) valt, mag alleen worden gefinancierd als het de uitstoot van broeikasgassen aanzienlijk vermindert.

    119

    P3C3I7 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — concurrerende financiering voor innovatie-infrastructuren

    Doel

    Toekenning van subsidies voor de ontwikkeling van innovatie-infrastructuur

     

    Aantal

    0

    3

    KWARTAAL 4

    2023

    Kennisgeving door Business Finland van de toekenning van ten minste 3 subsidies voor projecten die zijn geselecteerd overeenkomstig de in mijlpaal 118 gespecificeerde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    120

    P3C3I7 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — concurrerende financiering voor innovatie-infrastructuren

    Doel

    Aandeel voltooide innovatieinfrastructuurprojecten

     

    % (%)

    0

    90

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste 90 % van de projecten die in het kader van de in stap 118 bedoelde oproep tot het indienen van aanvragen worden gesteund, moet worden voltooid, zoals blijkt uit voorlopige projectverslagen die door de begunstigden van het project zijn ingediend. Dit komt overeen met een vastlegging in de begroting van ten minste 18 675 000 EUR van de 20 750 000 EUR die aan de maatregel is toegewezen.

    L. ONDERDEEL P3C4: VERSTERKING VAN HET CONCURRENTIEVERMOGEN EN STIMULERING VAN DE GROEI IN DOOR DE CRISIS GETROFFEN SECTOREN

    Het doel van dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan is de exportcapaciteit te vergroten door sectorspecifieke investeringen te doen die zijn gebaseerd op de sterke punten van Finland en het internationale marktpotentieel. De tweede doelstelling is het ondersteunen van het herstel en de duurzame vernieuwing van de culturele en creatieve sector. De culturele en creatieve sectoren beschikken over creatieve expertise en creëren en commercialiseren intellectuele eigendom. Dit bevordert innovatie en creëert toegevoegde waarde in andere sectoren. Voorts zullen de acties in dit onderdeel de vernieuwing van de Finse toeristische sector ondersteunen, met als doel de export van diensten te vergroten. De Finse kleine en middelgrote ondernemingen zijn goed voor slechts 16 % van de uitvoer, wat lager is dan de vergelijkbare landen. De internationale bedrijfsontwikkeling van kmo’s en de commercialisering van innovaties vereisen vaak extra financiële inspanningen die in veel kmo’s ontbreken. Er is nog meer potentieel in de creatieve en culturele sector en in het toerisme om de groei van de uitvoer te ondersteunen, met name in de dienstensector.

    De component draagt bij tot de uitvoering van landspecifieke aanbeveling 3 2020 inzake het nemen van maatregelen om de reële economie, met name kleine en middelgrote ondernemingen, liquiditeit te verschaffen, het vervroegen van rijpe openbare investeringsprojecten en het bevorderen van particuliere investeringen ter bevordering van het economisch herstel, en het toespitsen van investeringen op de groene en digitale transitie, met name op schone en efficiënte energieproductie en -gebruik, duurzame en efficiënte infrastructuur en onderzoek en innovatie.

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    L.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Investering 1 (P3C4I1): Programma voor groeiversnelling voor kleine ondernemingen

    Het doel van deze investering is de groei van Finse micro- en kleine ondernemingen te versnellen en hun internationalisatiecapaciteit te vergroten.

    De investering bestaat uit het verstrekken van subsidies voor bedrijfsontwikkeling aan micro- en kleine ondernemingen. De belangrijkste subsidiabiliteits-/selectiecriteria voor projecten zijn onder meer de bevordering van nieuwe digitale oplossingen, de groene transitie en daarmee verband houdende activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en innovatie.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 2 (P3C4I2): Belangrijke programma’s voor internationale groei

    Het doel van deze investering is de internationale groei van ondernemingen te ondersteunen door middel van specifieke ontwikkelingssubsidies.

    De investering bestaat uit de volgende interventies:

    I.programma ter bevordering van een koolstofarme, circulaire economie en digitale vernieuwing in de industrie en ter verhoging van de uitvoer van industriële diensten;

    II.ecosysteem voor het vervoer van elektrische zware bedrijfsvoertuigen;

    III.deskundigheid en technologie op het gebied van gezondheid en welzijn; dit is bedoeld ter ondersteuning van de initiatieven die zijn opgenomen in de routekaart van de groeistrategie voor de gezondheidssector, die gericht zijn op de ontwikkeling van ecosystemen in de gezondheidssector en op nieuwe oplossingen en innovaties voor exportmarkten;

    IV.programma voor groei en uitvoer van expertise op het gebied van water; dit is bedoeld om de ontwikkeling, proefprojecten en internationalisering van technologieën, methoden, dienstenconcepten en -oplossingen in de waterbeheersector te bevorderen.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 3 (P3C4I3): Steun voor de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

    Het doel van deze investering is de groei van de culturele en creatieve sector te ondersteunen als sterke potentiële aanjagers van toekomstige economische groei.

    De investering bestaat uit het verlenen van subsidies aan entiteiten die actief zijn in de culturele en creatieve sector. Het grootste deel van de financiële steun (75 % van de toegewezen middelen) is bestemd voor ondernemingen en organisaties in de culturele en creatieve sector voor de ontwikkeling van innovatieve diensten-, productie- en exploitatiemodellen en voor de versterking van het internationale concurrentievermogen van de betrokken sectoren en entiteiten. De rest (25 %) van de toegewezen middelen wordt gebruikt als ontwikkelings- en proeffinanciering ter ondersteuning van innovatie en nieuwe samenwerking in bedrijven in de creatieve economie.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 4 (P3C4I4): Ondersteuning van duurzame en digitale groei in de toeristische sector

    Doel van de investering is duurzame groei en innovatie in de toeristische sector te stimuleren.

    De investering bestaat uit de aankoop van diensten om de digitale koolstofvoetafdrukcalculator voor toeristische diensten te plannen, te ontwikkelen en te publiceren (met opleidingsmateriaal dat ter beschikking van gebruikers wordt gesteld), om dienstenpakketten voor duurzaam toerisme te plannen en te ontwikkelen, en om een nationaal operationeel model voor op kennis gebaseerde beheer- en coachingprogramma’s voor toeristische bedrijven en regio’s ten uitvoer te leggen ter ondersteuning van de duurzame en digitale transitie. Daarnaast omvat de investering de aankoop van diensten voor de ontwikkeling van Visit Finland Data Hub en andere digitale diensten (Sustainable Travel Finland platform en visitfinland.com) door middel van integratie en open interfaces in een alomvattend en conform ecosysteem voor reis- en toerismegegevens. De investering omvat ook O & O-financiering voor onderzoeks-, experimenteer- en ontwikkelingsprojecten ter ondersteuning van de commercialisering van toeristische bedrijven en innovaties.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2025 zijn voltooid.

    L.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    121

    P3C4I1 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Programma ter versnelling van de groei

    Mijlpaal

    Publicatie van de oproep tot het indienen van aanvragen ter ondersteuning van de internationaliseringscapaciteiten van ondernemingen

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van voorstellen

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2022

    Lancering van de eerste oproep tot het indienen van aanvragen ter ondersteuning van de internationaliseringscapaciteiten van bedrijven. De subsidiabiliteits-/selectiecriteria zorgen ervoor dat de geselecteerde projecten een aanzienlijk digitaliseringseffect hebben, met inbegrip van met name het gebruik van digitale technologie en werkwijzen in de bedrijfsactiviteiten en internationaliseringsactiviteiten van kleine ondernemingen.

    122

    P3C4I1 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Programma ter versnelling van de groei

    Mijlpaal

    Toekenning van subsidies voor alle projecten voor internationaliseringscapaciteiten van bedrijven

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies

    KWARTAAL 4

    2024

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies voor projecten die in het kader van de oproepen tot het indienen van aanvragen zijn geselecteerd. Alle oproepen worden gebaseerd op de in stap 121 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    123

    P3C4I1 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Programma ter versnelling van de groei

    Doel

    Voltooiing van ondersteunde projecten voor internationaliseringscapaciteiten van bedrijven

     

    Aantal

    0

    110

    KWARTAAL 2

    2026

    Ten minste 110 projecten die in het kader van de in stap 122 bedoelde oproepen tot het indienen van aanvragen worden ondersteund, moeten worden voltooid, zoals blijkt uit de door de projectbegunstigden ingediende eindverslagen van projecten.

    124

    P3C4I2 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Belangrijkste programma’s voor internationale groei

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste drie oproepen tot het indienen van voorstellen in het kader van belangrijke programma’s voor internationale groei

    Publicatie van de eerste drie oproepen tot het indienen van voorstellen

     

    KWARTAAL 2

    2022

    Er worden ten minste drie oproepen tot het indienen van voorstellen gedaan voor belangrijke programma’s voor internationale groei, waaronder:

    ·Bevordering van een koolstofarme, circulaire economie en digitale vernieuwing in de industrie en toename van de uitvoer van industriële diensten;

    ·Ecosysteem voor het vervoer van elektrische zware bedrijfsvoertuigen;

    ·Expertise en technologie op het gebied van gezondheid en welzijn, ter ondersteuning van de routekaart van de strategie voor groei van de gezondheidssector;

    ·Programma voor groei en uitvoer van expertise op het gebied van waterbeheer.

    De subsidiabiliteitscriteria zorgen ervoor dat projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    125

    P3C4I2 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Belangrijkste programma’s voor internationale groei

    Mijlpaal

    Toekenning van subsidies voor alle projecten in het kader van belangrijke programma’s voor internationale groei

     Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies

    KWARTAAL 4

    2023

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies voor projecten die in het kader van de oproepen tot het indienen van aanvragen zijn geselecteerd. Alle oproepen worden gebaseerd op de in stap 124 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    126

    P3C4I2 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Belangrijkste programma’s voor internationale groei

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

     

    Aantal

    0

    40

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste 40 projecten die in het kader van de in stap 125 bedoelde oproepen tot het indienen van aanvragen worden ondersteund, moeten worden voltooid, zoals blijkt uit de door de begunstigden van het project ingediende voorlopige of definitieve projectverslagen.

    127

    P3C4I3 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Steun voor de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

    Mijlpaal

    Publicatie van twee oproepen tot het indienen van aanvragen voor projecten ter ondersteuning van de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren, respectievelijk voor ontwikkelingshulp en proefsteun

    Publicatie van een eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor ontwikkelingshulp en een eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor proefsteun

    KWARTAAL 4

    2021

    De eerste twee oproepen tot het indienen van aanvragen (één door Business Finland en één door het ministerie van Onderwijs en Cultuur) zullen worden gelanceerd om de creatieve sector nieuw leven in te blazen, te laten groeien en te internationaliseren, met de nadruk op de digitale transformatie en innovatie. De subsidiabiliteits-/selectiecriteria zorgen ervoor dat de interventie gericht is op het bevorderen van elementen die rechtstreeks verband houden met de digitalisering van het bedrijfsleven (overeenkomstig interventiegebied 015 in bijlage VII bij de RRF-verordening). De subsidiabiliteitscriteria moeten er ook voor zorgen dat projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    128

    P3C4I3 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Steun voor de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

    Doel

    Toekenning van subsidies voor projecten ter ondersteuning van de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

     

    Aantal

    0

    145

    KWARTAAL 4

    2024

    Kennisgeving van de toekenning van subsidies voor ten minste 145 projecten die in het kader van alle oproepen tot het indienen van aanvragen zijn geselecteerd. Alle oproepen worden gebaseerd op de in mijlpaal 127 vermelde subsidiabiliteits-/selectiecriteria.

    129

    P3C4I3 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Steun voor de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

    Doel

    Aandeel voltooide projecten voor de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

     

    % (%)

    0

    90

    KWARTAAL 4

    2025

    Ten minste 90 % van de projecten die in het kader van de in stap 128 bedoelde oproepen tot het indienen van aanvragen worden ondersteund, moet worden voltooid, zoals blijkt uit voorlopige projectverslagen die door de begunstigden van het project zijn ingediend.

    130

    P3C4I4 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door de crisis getroffen sectoren — Ondersteuning van duurzame en digitale groei in de toeristische sector

    Mijlpaal

    Publicatie van de oproep tot het indienen van aanvragen voor OOI-projecten voor de toeristische sector

    Publicatie van de oproep tot het indienen van sollicitaties door Business Finland

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2022

    Business Finland lanceert de oproep tot het indienen van aanvragen voor financiering van onderzoek, ontwikkeling en innovatie in de toeristische sector. De selectiecriteria zijn gericht op het stimuleren van duurzame groei en innovatie in de toeristische sector. De financiering is gericht op onderzoeks-, experimentatie- en ontwikkelingsprojecten die de commercialisering van toeristische bedrijven en innovaties ondersteunen, bijvoorbeeld op het gebied van de digitale en groene transitie, anticipatie en prognoses, duurzaam toerisme, virtueel toerisme en begrip voor de consument. De subsidiabiliteits-/selectiecriteria zorgen ervoor dat de interventie gericht is op het bevorderen van elementen die rechtstreeks verband houden met de digitalisering van het bedrijfsleven (overeenkomstig interventiegebied 015 in bijlage VII bij de RRF-verordening). De subsidiabiliteitscriteria moeten er ook voor zorgen dat projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    131

    P3C4I4 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door de crisis getroffen sectoren — Ondersteuning van duurzame en digitale groei in de toeristische sector

    Doel

    Aantal entiteiten dat steun heeft ontvangen voor OOI-projecten op het gebied van toerisme

     

    Aantal

    0

    14

    KWARTAAL 2

    2025

    Ten minste 14 entiteiten (bedrijven) ontvangen steun in het kader van de projecten die zijn geselecteerd in het kader van de in mijlpaal 130 bedoelde oproep tot het indienen van aanvragen, zoals blijkt uit de door de projectbegunstigden ingediende eindverslagen van projecten.

    132

    P3C4I4 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door de crisis getroffen sectoren — Ondersteuning van duurzame en digitale groei in de toeristische sector

    Mijlpaal

    Ingebruikneming van de ontwikkelde digitale koolstofvoetafdrukcalculator voor toeristische diensten

    Ingebruikneming van de ontwikkelde digitale koolstofvoetafdrukcalculator voor de toeristische sector

    KWARTAAL 4

    2024

    Ingebruikneming van de onlangs ontwikkelde digitale koolstofvoetafdrukcalculator voor toeristische diensten. De digitale koolstofvoetafdrukcalculator maakt integraal deel uit van het programma Sustainable Travel Finland. Dit instrument stelt gebruikers in staat het klimaateffect van toeristische diensten te meten, in overeenstemming met de aanpak die is uiteengezet in de nationale toerismestrategie en de digitale routekaart voor toerisme in Finland. Daarnaast wordt het opleidingsmateriaal over het gebruik van de digitale voetafdrukcalculator voor gebruikers gepubliceerd op de website Business Finland/Visit Finland.



    PIJLER 4: Verbetering van de beschikbaarheid van diensten op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg en verhoging van de kosteneffectiviteit

    M. COMPONENT P4C1: VERBETERING VAN DE BESCHIKBAARHEID VAN DIENSTEN VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN EN GEZONDHEIDSZORG EN VERHOGING VAN COST-EFFECTIVENESS

    Dit onderdeel van het Finse herstel- en veerkrachtplan pakt verschillende uitdagingen aan in verband met de beschikbaarheid en kosteneffectiviteit van sociale voorzieningen en gezondheidsdiensten. De toegang tot sociale en gezondheidsdiensten in Finland is versnipperd. De versnippering van het dienstensysteem en van de digitale oplossingen ervan vormt een uitdaging voor het ontwikkelen van de nodige antwoorden om tegemoet te komen aan de gezondheids- en sociale behoeften van de bevolking. Het doel van dit onderdeel is daarom de toegang tot gezondheids- en sociale diensten in het hele land te verbeteren en de achterstand bij de verlening van diensten in verband met de COVID-19-pandemie weg te werken. De component draagt bij tot de uitvoering van de hervorming van de garantie voor zevendaagse zorg, die erin bestaat de termijnen voor niet-dringende zorg in de eerstelijnsgezondheidszorg te verkorten tot zeven dagen vanaf de huidige termijn van drie maanden. Het draagt ook bij tot het verbeteren van de basiszorggarantie, het verminderen van ongelijkheden, met de nadruk op vroegtijdige identificatie en doeltreffende preventie, en het verbeteren van de kwaliteit en kosteneffectiviteit van gezondheids- en sociale diensten. Een ander doel is de arbeidsomstandigheden en het welzijn van gezondheidswerkers en maatschappelijk werkers te verbeteren. De component omvat een hervorming en investeringen die elkaar versterken. De hervorming draagt bij tot de voorbereiding van de hervorming van de sociale sector en de gezondheidszorg. De investeringen dragen bij tot: I) uitvoering van de zorggarantie (met inbegrip van geestelijke gezondheidszorg) en vermindering van de achterstand bij de verlening van diensten als gevolg van de COVID-19-pandemie; II) versterking van de preventie en vroegtijdige identificatie van sociale en gezondheidsbehoeften in het kader van de uitvoering van de zorggarantie; het versterken van de kennisbasis en het verbeteren van de begeleiding ter ondersteuning van de kosteneffectiviteit van sociale en gezondheidsdiensten; IV) de invoering van digitale innovaties in de vorm van een zorggarantiedienst; en v) de invoering van een persoonsgericht digitaal informatiesysteem in Åland.

    De component draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen over het verbeteren van de kosteneffectiviteit van en gelijke toegang tot sociale en gezondheidsdiensten (landspecifieke aanbeveling 1 2019) en over het aanpakken van tekorten aan gezondheidswerkers om de veerkracht van het gezondheidsstelsel te versterken en de toegang tot sociale en gezondheidsdiensten te verbeteren (specifieke aanbeveling 1 2020 van de Commissie).

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het herstel- en veerkrachtplan overeenkomstig de technische richtsnoeren inzake het beginsel „geen ernstige afbreuk doen aan” (2021/C58/01).

    M.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Hervorming 1 (P4C1R1): Voorbereiding van de hervorming van het sociaal welzijn en de gezondheidszorg ter ondersteuning van de uitvoering van de zorggarantie

    In het kader van de voorbereiding van de hervorming van de sociale sector en de gezondheidszorg heeft deze maatregel tot doel de toegankelijkheid van gezondheids- en sociale diensten te verbeteren door de toepassing van de zorggarantie te bevorderen. Deze hervorming dient ter ondersteuning van de volgende activiteiten: I) de zorggarantie ten uitvoer leggen en de dienstverlening versterken; II) de preventie en vroegtijdige identificatie van sociale en gezondheidszorgbehoeften versterken en iii) de kennisbasis versterken en de richtsnoeren verbeteren om de kosteneffectiviteit van digitale oplossingen op het gebied van sociale en gezondheidszorg te ondersteunen.

    De Wet op de uitvoering van de hervorming van de gezondheids-, sociale en reddingsdiensten en de inwerkingtreding van aanverwante wetgeving zal naar verwachting op 1 juli 2021 in werking zijn getreden. De hervorming bestaat uit de vaststelling van een aantal wetgevingshandelingen om het socialezekerheidsstelsel en de gezondheidszorg in Finland te hervormen, op basis waarvan 22 regionale welzijnsgebieden zullen worden ingesteld. De verzorgingsgebieden zijn verantwoordelijk voor de verlening van sociale, gezondheids- en reddingsdiensten. Zij zijn uiterlijk op 1 januari 2023 operationeel.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2023 voltooid.

    Investering 1 (P4C1I1): Bevordering van de uitvoering van de zorggarantie en vermindering van de achterstand in de dienstverlening als gevolg van de COVID-19-pandemie

    Het doel van deze investering is de achterstand bij de verstrekking van behandelingen op het gebied van gezondheidszorg en langdurige zorg weg te werken.

    De maatregel bestaat uit steun voor: I) invoering van nieuwe en efficiëntere klantgerichte benaderingen; en ii) sociale en gezondheidsdiensten ontwikkelen en toegankelijker maken en beter inspelen op de behoeften van kwetsbare personen. De projecten bevorderen de beschikbaarheid van sociale en gezondheidsdiensten die gebruikmaken van innovatieve operationele modellen, zoals klanten- en servicekeuzebegeleiding, medische afspraken ter plaatse en gezondheidsdiensten op afstand.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 2 (P4C1I2): Betere preventie en vroegtijdige opsporing van gezondheidsproblemen

    Het doel van deze investering is nieuwe sectoroverschrijdende benaderingen in te voeren om inclusie te bevorderen, gezondheid en welzijn te bevorderen en preventie en vroegtijdige identificatie te versterken als een manier om de uitvoering van de zorggarantie te bevorderen.

    De maatregel omvat steun op regionaal niveau voor geïntegreerd multisectoraal dienstenbeheer, met inbegrip van sociale en gezondheidsdiensten en culturele, sport- en natuurgerelateerde diensten. De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 3 (P4C1I3): Versterking van de kennisbasis en empirisch onderbouwde besluitvorming om de kosteneffectiviteit van diensten op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg te verhogen

    Het doel van deze investering is de kwaliteit en kosteneffectiviteit van sociale en gezondheidsdiensten te verbeteren door onderzoek naar goede praktijken te bevorderen en doeltreffende monitoring en analysemethoden te ontwikkelen.

    De maatregel bestaat uit steun voor: I) het nationale systeem voor het monitoren van de zorggarantie te verbeteren en de tijdens de COVID-19-crisis vastgestelde informatielacunes aan te pakken; II) meer gebruik te maken van informatie over kosten en kosteneffectiviteit bij besluitvorming, planning, begeleiding en dienstverlening op sociaal en gezondheidsgebied; en iii) het ontwikkelen van onderzoek om de doeltreffendheid van het sociale en gezondheidsstelsel te verbeteren, en iv) de ontwikkeling van een mechanisme voor de beoordeling van de economische effecten en werkmethoden ter ondersteuning van de sociale besluitvorming bij de follow-up van de COVID-19-crisis. De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 4 (P4C1I4): Invoering van digitale innovaties op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg

    Het doel van deze investering is digitale oplossingen aan te reiken om de ontwikkeling van sociale en gezondheidsdiensten te ondersteunen en de uitvoering van de zorggarantie te bevorderen.

    De maatregel bestaat uit het leveren van digitale oplossingen voor diensten van burgers, professionele systemen en managementoplossingen met als doel de volgende gebieden te ondersteunen: I) efficiënter gebruik van hulpbronnen te maken en de toegang tot diensten te vergemakkelijken, onder meer door de beoordeling van zorgbehoeften en de doorverwijzing naar zorgbehoeften te versnellen, en door meer diagnose, monitoring en behandeling op afstand van ziekten mogelijk te maken; II) het ondersteunen van vroegtijdige opsporing van problemen en het vergroten van het gebruik van preventieve diensten; III) het mogelijk maken een breder scala aan multidisciplinaire diensten en deskundigheid te delen tussen verschillende regio’s en dienstverleners, en iv) de rol van de klanten te versterken en zo de efficiëntie en doeltreffendheid van de diensten te vergroten. Nationale en regionale actoren ontwikkelen digitale diensten die gericht zijn op burgers, professionele systemen en beheersoplossingen.

    Burgerdiensten kunnen bestaan uit (I) pre-service en toegang tot digitale oplossingen (bv. dienstengidsen, symptoombeoordelingen, zelfzorgdiensten, uitkeringscalculatoren), (II) zelfzorg, behandeling (bv. digitale geestelijke gezondheidsdiensten, nazorg en nazorg) en (III) digitale oplossingen voor preventieve en niet-drempelige diensten.

    Professionele systemen kunnen bestaan uit (I) klantsegmentatie en segmentspecifieke digitale dienstenmodellen op basis van klantengegevensanalyse; II) nieuwe oplossingen voor bedrijfsmanagement (bv. plaatsing in diensten voor langdurige zorg, werkplanning en optimalisering van thuiszorg), en III) digitale oplossingen voor professioneel werk (bv. teleconsultaties, teamrecepties).

    Beheersoplossingen kunnen de ontwikkeling en uitvoering van geavanceerde oplossingen voor kennisbeheer en analyse omvatten om een betere controle en nationaal toezicht op dienstenpakketten mogelijk te maken en de kosteneffectiviteit van het dienstensysteem te verbeteren.

    Bij de ontwikkeling van digitale diensten wordt rekening gehouden met de behoefte van kwetsbare mensen aan toegankelijkheid. De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 31 december 2025 zijn voltooid.

    Investering 5 (P4C1I5): Invoering van een persoonsgericht digitaal informatiesysteem voor de gezondheidszorg in Åland

    Het doel van deze investering is een modern gezondheidsinformatiesysteem voor gezondheidszorg en medische zorg in Åland tot stand te brengen, dat verenigbaar moet zijn met de behoeften van de gemeentelijke sociale diensten en van particuliere exploitanten.

    De maatregel bestaat uit de ontwikkeling van een gezondheidsinformatiesysteem dat documentatie over zorgprocessen, medische recepten, hulp bij medische beslissingen, klinische dossiers, doorverwijzing naar gespecialiseerde diensten, toewijzing van tijdsmiddelen, basiskwaliteit en follow-up van de productie omvat. De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    M.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    133

    P4C1R1 — Voorbereiding van de hervorming van het sociaal welzijn en de gezondheidszorg ter ondersteuning van de uitvoering van de zorggarantie

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van het oorspronkelijke rechtskader voor de vaststelling van welzijnsgebieden en de hervorming van de sociale, gezondheids- en reddingsdiensten

    Bepalingen in de wetgevingshandelingen die de inwerkingtreding ervan aangeven

     

     

     

    KWARTAAL 3

    2021

    Inwerkingtreding van de eerste reeks wetgevingshandelingen tot vaststelling van welzijnsgebieden en de hervorming van de sociale, gezondheidszorg- en reddingsdiensten, door:

    -Vaststelling van 22 welzijnsgebieden, belast met de taken van de gezondheids-, sociale en reddingsdiensten die onder de verantwoordelijkheid van de gemeenten en de gemeenschappelijke gemeentelijke overheden vielen;

    -Overdracht van de wettelijke verantwoordelijkheid voor de organisatie van gezondheidszorg, sociale diensten, reddingsdiensten en andere diensten en taken op het gebied van welzijn;

    -Het organiseren van reddingsdiensten in de welzijnsgebieden als een afzonderlijke sector die parallel met de gezondheidszorg en de sociale zekerheid werkzaam is.

    134

    P4C1R1 — Voorbereiding van de hervorming van het sociaal welzijn en de gezondheidszorg ter ondersteuning van de uitvoering van de zorggarantie

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van het aanvullende rechtskader ter voltooiing van de totstandbrenging van welzijnsgebieden en de hervorming van de sociale, gezondheids- en reddingsdiensten

    Bepalingen in de aanvullende wetgevingshandelingen die de inwerkingtreding ervan aangeven

    KWARTAAL 1

    2023

    Inwerkingtreding van de tweede reeks wetgevingshandelingen ter voltooiing van de totstandbrenging van welzijnsgebieden en de hervorming van de sociale, gezondheidszorg- en reddingsdiensten, door:

    -Het opzetten van de bestuursregels, administratieve procedures en organisatiestructuren van de welvaartsgebieden;

    -Overdracht van de exploitatie van ziekenhuisdistricten, speciale zorgdistricten, diensten van maatschappelijk werkers en psychologen op het gebied van studentenwelzijn naar de welzijnsgebieden (zowel de welzijnsgebieden als de gemeenten zijn verantwoordelijk voor de bevordering van gezondheid en welzijn);

    -De overdracht van gezondheidswerkers en maatschappelijk werkers en hun taken van gemeenten en gezamenlijke gemeentelijke autoriteiten naar de werkgelegenheid in de welzijnsgebieden;

    -Het opzetten van een financieringsmechanisme voor de activiteiten van de verzorgingsgebieden bij de centrale overheid en op vergoedingen die worden geïnd bij de gebruikers van diensten.

    -Oprichting van een adviesraad voor gezondheidszorg en maatschappelijk welzijn onder het ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid om de vervulling van de taken op het gebied van gezondheidszorg en sociale diensten te monitoren en te beoordelen en de nationale sturing en richting van gezondheidszorg en maatschappelijk welzijn te ondersteunen.

    135

    P4C1R1 — Voorbereiding van de hervorming van het sociaal welzijn en de gezondheidszorg ter ondersteuning van de uitvoering van de zorggarantie

    Mijlpaal

    Operationalisering van regionale welzijnsgebieden met het vermogen om verantwoordelijkheid te nemen voor de organisatie van sociale, gezondheids- en reddingsdiensten

    Verslag van het ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid waarin wordt bevestigd dat de regionale welzijnsgebieden operationeel zijn en klaar zijn om de hervorming van het sociaal welzijn en de gezondheidszorg ten uitvoer te leggen

     

     

     

    KWARTAAL 2

    2023

    Er worden regionale welzijnsgebieden ingesteld die verantwoordelijk zijn voor de organisatie van sociale diensten, gezondheidszorg en reddingsdiensten, in overeenstemming met de routekaart voor de planning en voorbereiding van de uitvoering van de hervorming van de gezondheidszorg en de sociale diensten. Het ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid onderzoekt en bevestigt in een verslag de uitvoering van de nodige maatregelen ter ondersteuning van de inrichting van de welzijnsgebieden. Dit heeft betrekking op de volgende gebieden: 1) beheer, 2) administratie, 3) financiën en 4) diensten.

    136

    P4C1I1- Bevordering van de uitvoering van de zorggarantie en vermindering van de achterstand in de dienstverlening als gevolg van de COVID-19-pandemie

    Doel

    Percentage afgeronde niet-dringende zorgbezoeken die de termijn van 7 dagen voor toegang tot zorg bereiken

    % (%)

    67

    80

    KWARTAAL 4

    2025

    Het aandeel voltooide niet-dringende zorgbezoeken dat de termijn van zeven dagen voor toegang tot zorg bereikt, neemt toe van 67 % (in januari 2020) tot 80 %. Dit moet worden bereikt door nieuwe en innovatieve operationele benaderingen in te voeren die gericht zijn op snellere, efficiëntere en klantgerichtere zorg en dienstverlening in de regio’s. Diensten en ondersteuning worden zodanig ontwikkeld dat zij gemakkelijker toegankelijk zijn en beter inspelen op de behoeften van kwetsbare personen.

    137

    P4C1I2 — Versterking van de preventie en vroegtijdige opsporing van gezondheidsproblemen

    Mijlpaal

    Ontwikkeling en toepassing van regionale geïntegreerde multisectorale modellen voor dienstenbeheer in 22 welzijnsgebieden

    Publicatie van een uitvoeringsverslag ter bevestiging van de invoering van de regionale geïntegreerde modellen in de 22 welzijnsgebieden

    KWARTAAL 4

    2024

    Regionale geïntegreerde multisectorale modellen voor dienstenbeheer (met inbegrip van diensten op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg en culturele, sport- en natuurgerelateerde diensten) worden ontwikkeld en toegepast op de 22 welzijnsgebieden die in het kader van de hervorming van het sociaal welzijn en de gezondheidszorg zijn vastgesteld. In een uitvoeringsverslag wordt de invoering van de regionale geïntegreerde modellen in de 22 welzijnsgebieden bevestigd.

    138

    P4C1I3 — Versterking van de kennisbasis en empirisch onderbouwde besluitvorming om de kosteneffectiviteit van sociale voorzieningen en gezondheidszorg te verhogen

    Mijlpaal

    Nationaal systeem voor realtime monitoring van de zorggarantie dat in alle gezondheidscentra wordt gebruikt

    In alle gezondheidscentra wordt een verbeterd systeem voor het toezicht op de zorggarantie ingevoerd.

    KWARTAAL 4

    2025

    In alle gezondheidscentra wordt een verbeterd realtime nationaal systeem voor toezicht op de zorggarantie via het register voor eerstelijnszorg ingevoerd (tegenover 90 % van de centra in 2020).

    139

    P4C1I4 — Invoering van digitale innovaties op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg

    Doel

    Toename van het aandeel van de bevolking dat gebruikmaakt van e-diensten op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg

    % (%)

    26

    35

    KWARTAAL 4

    2025

    Het aandeel van de bevolking (van 20 jaar en ouder) dat gebruikmaakt van e-diensten op het gebied van gezondheidszorg en maatschappelijk welzijn neemt toe van 26 % (uitgangssituatie 2020) tot 35 %.

    Er worden nieuwe digitale methoden ontwikkeld in samenwerking tussen de welzijnsgebieden en nationale actoren (ministerie van Sociale Zaken en Gezondheid, Nationaal Instituut voor Gezondheid en Welzijn, DigiFinland Oy, KELA) om de verstrekking van een zorggarantie in sociale en gezondheidszorg te ondersteunen. Dit omvat feitelijke e-gezondheids- en e-sociale diensten, bijvoorbeeld telefonische, chat- en videoafspraken, intercollegiale ondersteuningsdiensten tussen patiënten, klantenadvies en andere elektronische diensten. Daarnaast worden er maatregelen genomen om de vaardigheden van personeel in de sociale en gezondheidszorg te ondersteunen en ervoor te zorgen dat meer gebruik wordt gemaakt van digitale oplossingen.

    140

    P4C1I5 — Invoering van een persoonsgericht digitaal gezondheidszorginformatiesysteem in Åland

    Doel

    Aandeel gemeentelijke sociale en gezondheidsdiensten en/of particuliere zorgbedrijven die het zorginformatiesysteem hebben ingevoerd

     

    %) (percentage)

    0

    80

    KWARTAAL 2

    2026

    Een gezondheidsinformatiesysteem voor gezondheidszorg, sociale diensten en particuliere actoren wordt ontwikkeld door Ålands gezondheid en medische zorg (ÅHS). Het systeem wordt operationeel en wordt gebruikt door het gehele openbare gezondheidszorgstelsel en 80 % van de sociale diensten van de gemeenten en particuliere actoren in Åland.

    Het systeem omvat documentatie van zorgprocessen, medische recepten, hulp bij medische beslissingen, klinische dossiers, doorverwijzing naar gespecialiseerde diensten, toewijzing van tijd en basiskwaliteit en follow-up van de productie. Tijdens het aanbestedingsproces kunnen andere gespecialiseerde zorgsystemen, bijvoorbeeld logistieke en operationele systemen, aan het systeem worden gekoppeld.

    PIJLER 5. REPowerEU

    N. ONDERDEEL P5C1. REPowerEU

    Het REPowerEU-hoofdstuk draagt bij tot het aanpakken van de uitdaging om de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen. De doelstellingen van de component zijn het bevorderen van de uitrol van hernieuwbare energie en het stimuleren van onderzoek en ontwikkeling voor de groene transitie. Al deze doelstellingen zullen naar verwachting bijdragen tot de verwezenlijking van de klimaatdoelstellingen van de Unie voor 2030, de doelstelling van Finland om tegen 2035 koolstofneutraal te zijn en het aandeel hernieuwbare energiebronnen in de Finse energiemix te verhogen. Alle drie de investeringen in het REPowerEU-hoofdstuk hebben een grensoverschrijdende of meerlandendimensie of -effect. Met name de maatregel „Investeringen voor een schone transitie” en de maatregel inzake „offshore-windenergie in Åland” dragen bij tot het veiligstellen van de energievoorziening in de Unie als geheel, terwijl de maatregel inzake O & O voor de groene transitie bijdraagt tot de ontwikkeling van groene vaardigheden van de beroepsbevolking in de Unie.

    Het REPowerEU-hoofdstuk draagt bij tot de uitvoering van de landspecifieke aanbevelingen om het investeringsgerelateerd economisch beleid toe te spitsen op onderzoek en innovatie, koolstofarme en energietransitie (landspecifieke aanbeveling 3 in 2019), investeringen te richten op de groene en de digitale transitie, met name op schone en efficiënte productie en gebruik van energie (landspecifieke aanbeveling 3 in 2020), de algehele afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen door de uitrol van hernieuwbare energie te versnellen, onder meer door de vergunningsprocedures verder te versnellen, publieke en particuliere investeringen in het koolstofvrij maken van de industrie te stimuleren (landspecifieke aanbeveling 3 in 2022 en landspecifieke aanbeveling 4 in 2023) en om de beleidsinspanningen op te voeren die gericht zijn op het verstrekken en verwerven van de vaardigheden die nodig zijn voor de groene transitie in 4 (landspecifieke aanbeveling 2023). 

    Verwacht wordt dat geen enkele maatregel in deze component ernstig afbreuk doet aan milieudoelstellingen in de zin van artikel 17 van Verordening (EU) 2020/852, rekening houdend met de beschrijving van de maatregelen en de risicobeperkende stappen in het plan voor herstel en veerkracht overeenkomstig de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01). 

    N.1.    Beschrijving van de hervormingen en investeringen voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Hervorming 1 (P5C1R1): Vergunning voor groene transitie

    De hervorming heeft tot doel de verwerkingstijd van milieuvergunningsprocedures voor investeringen in hernieuwbare energie in Finland te verkorten.

    Finland stelt een of meer wetgevingshandelingen vast inzake milieuvergunningsprocedures, die betrekking hebben op alle procedures in verband met hernieuwbare energie, teneinde te komen tot een gecombineerde vergunningsprocedure die leidt tot één enkele officiële besluitvormings- en herzieningsprocedure. De handeling (en) bevordert (en) het éénloketmodel en stelt (stellen) bepalingen vast inzake passende en doeltreffende procedureregels voor milieuvergunningen. Finland stelt ook wetgevingsbesluiten vast om de nieuwe gestroomlijnde procedures voor de verwerking van milieuvergunningsaanvragen in één nieuwe nationale autoriteit te centraliseren.

    In het kader van deze maatregel wordt steun verleend voor de ontwikkeling en uitrol van digitale processen en de uitrol van tijdelijke middelen om de nodige wetgeving voor te bereiden en de achterstand bij milieueffectbeoordelingsverzoeken te verwerken. Dit heeft tot doel de vergunnings- en vergunningsprocedures te versnellen en de uitvoering van de wetgeving te ondersteunen.

    De uitvoering van de hervorming wordt uiterlijk op 30 juni 2026 voltooid.

    Investering 1 (P5C1I1): Investeringen voor een schone transitie

    De investering heeft tot doel bij te dragen tot de doelstelling van Finland om tegen 2035 koolstofneutraal te zijn door de invoering van nieuwe schone technologieën voor energieproductie en -gebruik te stimuleren en/of door de ontwikkeling van de productie en opslag van hernieuwbare waterstof op commerciële schaal te bevorderen.

    De investering ondersteunt grootschalige projecten op het gebied van hernieuwbare energie in de demonstratiefase, waarbij prioriteit wordt gegeven aan technische haalbaarheid, en/of projecten in de waterstofwaardeketen voor de productie van hernieuwbare waterstof. Dit kan het volgende omvatten:

    -hernieuwbare brandstoffen in het vervoer (elektrische brandstoffen en biobrandstoffen),

    -warmteproductie zonder verbranding,

    -andere projecten op het gebied van hernieuwbare energie, met inbegrip van grote projecten voor de 38 productie van duurzaam biogas waarbij weinig gebruikte productiemiddelen worden gebruikt (met uitzondering van de transmissie en distributie van biogas), grootschalige projecten op het gebied van zonne-energie en projecten ter bevordering van energieopslag;

    -Belangrijke projecten van gemeenschappelijk Europees belang (IPCEI) in de waterstofsector,

    -andere binnenlandse investeringen in hernieuwbare waterstof.

    De criteria voor projectselectie omvatten de bijdrage aan de toename van het aandeel hernieuwbare energie en waterstof en de potentiële bijdrage aan de ontwikkeling en commercialisering van relevante technologieën op lange termijn.

    De steun wordt verleend in de vorm van een of meer oproepen onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid en/of Business Finland.

    Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluit de in het bestek voor komende oproepen tot het indienen van projecten opgenomen subsidiabiliteitscriteria de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 39 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 40 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 41 en installaties voor mechanische biologische behandeling 42 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten worden geselecteerd die voldoen aan de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    De subsidiabiliteitscriteria zorgen ervoor dat alle projecten bijdragen tot de doelstellingen inzake klimaatverandering die verband houden met ten minste één van de interventiegebieden 028, 029 43 , 030bis, 032 en 034bis0 met 44 een klimaatcoëfficiënt van 100 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit. 45

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 2 (P5C1I2): O & O voor de groene transitie

    Het doel van de investering is het ondersteunen van onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten die gericht zijn op het bevorderen van oplossingen op het gebied van hernieuwbare energie in Finland. Daartoe worden drie strategische onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten ondersteund.

    Het eerste project is gericht op drie onderzoeksgebieden met een aanzienlijk potentieel voor koolstofemissiereductie: 1) elektriciteitsopslag en versnelling van schone energie, 2) energie-efficiëntie en decarbonisatie van de industrie, en 3) hernieuwbare waterstofeconomie. Het project omvat steun voor onderzoekers met als doel de deskundigheid op deze gebieden te vergroten.

    Het tweede project heeft tot doel de overgang naar schone energie en het efficiënte gebruik van natuurlijke hulpbronnen te ondersteunen, teneinde de energieafhankelijkheid van Finland van Rusland te verminderen, nieuwe zakelijke knowhow te genereren en bij te dragen tot de verwezenlijking van de klimaat- en biodiversiteitsdoelstellingen. Het project zorgt voor een stappenplan voor het jaar 2035 met beleidsaanbevelingen voor een systeem voor schone energie.

    Het derde project richt zich op de reikwijdte en het effect van verdere investeringen in hernieuwbare energie, met name zonne- en windenergie, om de kosten en baten te onderzoeken, de steun onder grondeigenaren en het publiek te beoordelen en de mitigatiehiërarchie te evalueren om energieproductie in evenwicht te brengen met milieu- en biodiversiteitsdoelstellingen. In het project worden REPowerEU-doelstellingen geïntegreerd, waaronder i) wind- en zonne-energie, ii) datagestuurde optimalisering van het gebruik van energiebronnen en iii) hulpbronnenefficiëntie in het LUKE Doctoral School programma ter bevordering van competentieopbouw, en wordt een routekaart opgesteld voor opkomende hernieuwbare-energiesystemen als onderdeel van het Finse energiesysteem, met inbegrip van een evaluatie van de effecten van de groei van zonne- en windenergie op land-, kust- en offshoregebieden.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    Investering 3 (P5C1I3): Offshore-windenergie in Åland

    De investering heeft tot doel de productie van windenergie in de autonome regio Åland te bevorderen. De investering ondersteunt de voorbereidende fase van een offshore-windenergieproject.

    Om ervoor te zorgen dat de maatregel voldoet aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01), sluiten de subsidiabiliteitscriteria in de taakomschrijving voor mogelijke komende oproepen tot het indienen van projecten de volgende lijst van activiteiten uit: I) activiteiten in verband met fossiele brandstoffen, met inbegrip van downstreamgebruik 46 ; II) activiteiten in het kader van het EU-emissiehandelssysteem (ETS) waarbij de verwachte broeikasgasemissies worden bereikt die niet lager zijn dan de relevante benchmarks 47 ; III) activiteiten in verband met stortplaatsen, verbrandingsinstallaties 48 en installaties voor mechanische biologische behandeling 49 ; en iv) activiteiten waarbij de langdurige verwijdering van afval schade kan toebrengen aan het milieu. De taakomschrijving vereist bovendien dat alleen activiteiten kunnen worden geselecteerd die in overeenstemming zijn met de relevante milieuwetgeving van de Unie en de lidstaten.

    De subsidiabiliteitscriteria zorgen ervoor dat alle projecten bijdragen aan de doelstellingen inzake klimaatverandering gekoppeld zijn aan steunverleningsgebieden 028 met een klimaatcoëfficiënt van 100 % overeenkomstig bijlage VI bij Verordening (EU) 2021/241 van het Europees Parlement en de Raad van 12 februari 2021 tot instelling van de herstel- en veerkrachtfaciliteit.

    De uitvoering van de investering moet uiterlijk op 30 juni 2026 zijn voltooid.

    N.2.    Mijlpalen, streefdoelen, indicatoren en tijdschema voor de monitoring en uitvoering voor niet-terugbetaalbare financiële steun

    Aantal

    Meten

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    Kwalitatieve indicatoren (voor mijlpalen)

    Kwantitatieve indicatoren (voor streefdoelen)

    Indicatieve termijn voor voltooiing

    Beschrijving van elke mijlpaal en doelstelling

    Eenheid

    Basislijn

    Doelpunt

    Q

    Jaar

    141

    P5C1R1: Vergunning voor groene transitie

    Doel

    Vermindering van de achterstand bij milieueffectbeoordelingen

    Aantal

    0

    228

    KWARTAAL 4

    2025

    Tussen 1 januari 2023 en 31 december 2025 worden ten minste 228 milieueffectbeoordelingen afgesloten.

    142

    P5C1R1: Vergunning voor groene transitie

    Mijlpaal

    Digitale diensten voor de ontwikkeling van milieuvergunningen

    Aankoop van diensten voor de ontwikkeling van milieuvergunningen en digitale „licentieverlening en toezicht”

    KWARTAAL 2

    2025

    De aankoop van digitaliseringsdiensten wordt voltooid met betrekking tot:

    I)de informatiestructuur van milieuvergunningen en -toezicht bij officiële transacties in verband met de productie van schone energie, en

    II)digitale „licentieverlening en toezicht”, met inbegrip van wijzigingen in de functionaliteit van het monitoringsysteem en de ontwikkeling van digitale diensten.

    143

    P5C1R1: Vergunning voor groene transitie

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de rechtshandeling (en) tot vaststelling van de nieuwe milieuvergunningsprocedure

    Bepaling in de rechtshandeling (en) waarin de inwerkingtreding van de rechtshandeling (en) wordt aangegeven

    KWARTAAL 4

    2025

    De rechtshandelingen die nodig zijn om de nieuwe milieuvergunningsprocedure vast te stellen en de verantwoordelijkheid voor milieuvergunningen van regionale autoriteiten over te dragen aan één enkele nationale instantie, treden in werking.

    144

    P5C1R1: Vergunning voor groene transitie

    Mijlpaal

    Operationalisering van de enige nationale autoriteit voor milieuvergunningen en de bijbehorende digitale diensten

    De nationale autoriteit is operationeel en de relevante digitale diensten zijn operationeel

    KWARTAAL 2

    2026

    De enige nationale autoriteit is operationeel. De in stap 142 bedoelde digitale diensten zijn operationeel.

    145

    P5C1I1: Investeringen voor een schone transitie

    Mijlpaal

    Lancering van een oproep tot het indienen van sollicitaties voor projecten op het gebied van schone transitie

    Publicatie van de oproep tot het indienen van sollicitaties

    KWARTAAL 2

    2024

    Lancering van een oproep tot het indienen van aanvragen voor projecten in verband met nieuwe schone technologieën voor energieproductie en -gebruik en/of ter bevordering van de ontwikkeling van de productie en opslag van hernieuwbare waterstof op commerciële schaal. De taakomschrijving omvat subsidiabiliteitscriteria die waarborgen dat de geselecteerde projecten voldoen aan de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) door middel van het gebruik van een uitsluitingslijst en de vereiste van naleving van de relevante EU- en nationale milieuwetgeving.

    146

    P5C1I1: Investeringen voor een schone transitie

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor projecten op het gebied van schone transitie

    Kennisgeving van de toekenning van alle subsidies

    KWARTAAL 2

    2025

    De selectie van alle projecten in verband met nieuwe schone technologieën voor energieproductie en -gebruik en/of ter bevordering van de ontwikkeling van de productie en opslag van hernieuwbare waterstof op commerciële schaal wordt uitgevoerd overeenkomstig de criteria van de in het kader van mijlpaal 145 gelanceerde oproep tot het indienen van aanvragen. Alle besluiten tot toekenning van financiering worden toegekend aan de projectaanvragers die in het kader van de oproep tot het indienen van aanvragen zijn geselecteerd.

    147

    P5C1I1: Investeringen voor een schone transitie

    Mijlpaal

    Voltooiing van het (de) ondersteunde project (en) voor schone transitie

    Voltooiing van het (de) ondersteunde project (en)

    KWARTAAL 2

    2026

    Voltooiing van projecten die overeenkomen met een verhoging van de capaciteit voor nieuwe hernieuwbare energie en/of de opslagcapaciteit van ten minste 54 MW.

    148

    P5C1I2: O & O voor de groene transitie

    Mijlpaal

    Voltooiing van de onderzoeksinfrastructuur voor schone energie

    De onderzoeksinfrastructuur voor schone energie is voltooid

    KWARTAAL 2

    2026

    De nieuwe faciliteit voor experimenteel onderzoek op het gebied van hernieuwbare waterstof en emissievrij vervoer is voltooid en klaar om in gebruik te worden genomen.

    149

    P5C1I2: O & O voor de groene transitie

    Doel

    Toewijzing van onderzoekers aan REPowerEU-gerelateerde onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten

    Aantal geassisteerde onderzoekers

    0

    35

    KWARTAAL 2

    2025

    Er worden onderzoeksmogelijkheden gecreëerd op drie thematische gebieden, waaronder i) elektriciteitsopslag en versnelling van schone energie, ii) energie-efficiëntie en het koolstofvrij maken van de industrie, en iii) hernieuwbare waterstofeconomie. De toewijzing door VTT van ten minste 35 onderzoekers aan de drie thematische gebieden wordt voltooid.

    150

    P5C1I2: O & O voor de groene transitie

    Doel

    Selectie van doctoraatsstudenten in het LUKE Doctoral School programma

    Aantal

    0

    4

    KWARTAAL 3

    2024

    Ten minste vier promovendi aan het doctoraatsschoolprogramma van het Natural Resources Institute Finland (LUKE) worden toegewezen aan REPowerEU-gerelateerde thema’s, waaronder i) wind- en zonne-energie, ii) datagestuurde optimalisering van het gebruik van energiebronnen en iii) efficiënt gebruik van hulpbronnen, met het oog op de bevordering van REPowerEU-competentieopbouw.

    151

    P5C1I2: O & O voor de groene transitie

    Mijlpaal

    Publicatie van routekaarten voor schone energie

    Publicatie van het stappenplan voor de ontwikkeling van schone energiesystemen op de website SYKE en publicatie van het stappenplan voor systemen voor hernieuwbare energie op de LUKE website

    KWARTAAL 2

    2026

    Het consortium van het Fins Milieuinstituut (SYKE), Geological Survey of Finland (GTK) en VTT publiceert een stappenplan voor de ontwikkeling van schone energiesystemen voor het jaar 2035.

    LUKE publiceert een routekaart voor opkomende hernieuwbare-energiesystemen als onderdeel van het Finse energiesysteem, met inbegrip van een evaluatie van de effecten van de groei van zonne- en windenergie op land-, kust- en offshoregebieden.

    152

    P5C1I3: Offshore-windenergie in Åland

    Mijlpaal

    Indiening van verslagen

    Indiening van verslagen

    KWARTAAL 2

    2026

    De verslagen over offshore-windenergie van Åland worden voltooid.

    De verslagen hebben ten minste betrekking op de volgende gebieden: I) de opkomende waterstofmarkt en toekomstige integratie in het windenergiepotentieel en ii) oplossingen om het windenergiepotentieel en de grensoverschrijdende overdracht van elektriciteit en potentiële toekomstige waterstof uit Åland te integreren.

    2.Geraamde totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan

    De totale kosten van het herstel- en veerkrachtplan van Finland worden geraamd op 1 949 227 000 EUR.

    De totale kosten van het REPowerEU-hoofdstuk worden geraamd op 127 090 000 EUR. Met name worden de totale kosten van de in artikel 21 quater, lid 3, punten b) tot en met e), van Verordening (EU) 2023/435 bedoelde maatregelen geraamd op 127 090 000 EUR. Geen enkele maatregel in het kader van het gewijzigde Finse herstel- en veerkrachtplan, met inbegrip van het REPowerEU-hoofdstuk, valt onder artikel 21 quater, lid 3, punt a), van Verordening (EU) 2021/241. 

    AFDELING 2: FINANCIËLE ONDERSTEUNING

    1.Financiële bijdrage

    De in artikel 2, lid 2, bedoelde tranches worden als volgt georganiseerd:

    1.1.Eerste tranche (niet-terugvorderbare steun):

    Aantal

    Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    2

    P1C1R2 — Transformatie van het energiesysteem — Hervorming van de energiebelasting om rekening te houden met technologische ontwikkelingen

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de Wet op de accijns op elektriciteit en bepaalde brandstoffen

    3

    P1C1I1 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in energie-infrastructuur

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor energie-infrastructuurprojecten

    6

    P1C1I2 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in nieuwe energietechnologieën

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor investeringen in nieuwe energietechnologieën

    14

    P1C2R2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Strategische bevordering van de circulaire economie en hervorming van de afvalstoffenwet

    Mijlpaal

    Aanneming van de regeringsresolutie over de uitvoering van het strategisch programma voor een circulaire economie

    16

    P1C2I1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste nationale oproep tot het indienen van aanvragen voor de productie en het gebruik van emissiearme waterstof en de afvang en het gebruik van kooldioxide

    19

    P1C2I2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Directe elektrificatie en het koolstofvrij maken van industriële processen

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor directe elektrificatie en lage carbonisering van industriële processen ter vermindering van de CO2-uitstoot door de industrie

    22

    P1C2I3 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële nevenstromen

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor investeringsprojecten ter bevordering van het hergebruik van afvalmaterialen en nevenstromen.

    31

    P1C3I2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Programma voor een koolstofarme bebouwde omgeving

    Mijlpaal

    Publicatie van een eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor steun voor een koolstofarme gebouwde omgeving

    34

    P1C4R1 — koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Stappenplan voor fossielvrij vervoer

    Mijlpaal

    Aanneming van regeringsresolutie LVM/2021/62 ter vermindering van de uitstoot van broeikasgassen door binnenlands vervoer

    35

    P1C4R1 — koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Stappenplan voor fossielvrij vervoer

    Mijlpaal

    Bekendmaking van overheidsbesluit betreffende aanvullende nationale maatregelen ter vermindering van de emissies van binnenlands vervoer

    37

    P1C4R2 Low-koolstofoplossingen voor steden en vervoer — Belastinghervorming voor duurzaam vervoer

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de Wet Inkomstenbelasting (1205/2020) met betrekking tot de belasting van arbeidsvoordelen van mobiliteit

    52

    P1C5I2 — Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — klimaatbestendige maatregelen in de sector landgebruik

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor precisiebosbouwprojecten

    71

    P2C2R2 — De doeltreffendheid en transparantie van hervormingen en investeringen van herstel- en veerkrachtplannen vergroten door informatiesystemen, administratie en audit te ontwikkelen

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de wet inzake de uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan

    72

    P2C2R2 — De doeltreffendheid en transparantie van hervormingen en investeringen van herstel- en veerkrachtplannen vergroten door informatiesystemen, administratie en audit te ontwikkelen

    Mijlpaal

    Opslagsysteem voor audits en controles: informatie voor het monitoren van de uitvoering van de herstel- en veerkrachtfaciliteit

    91

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de wet inzake het dienstencentrum voor permanente educatie en werkgelegenheid

    96

    P3C2I1 — Digitaliseringsprogramma voor permanente educatie

    Mijlpaal

    Voltooiing van de IT-architectuur voor digitale diensten voor permanent leren

    103

    P3C3I2 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competenties (Academie van Finland)

    Mijlpaal

    Publicatie door de Academie van Finland van een eerste oproep tot het indienen van voorstellen voor onderzoeksprojecten die tot doel hebben de competenties in sleutelsectoren te vergroten

    115

    P3C3I6 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Nationale onderzoeksinfrastructuren

    Mijlpaal

    Publicatie van een oproep tot het indienen van aanvragen voor de vernieuwing en ontwikkeling van nationale onderzoeksinfrastructuren

    127

    P3C4I3 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Steun voor de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

    Mijlpaal

    Publicatie van twee oproepen tot het indienen van aanvragen voor projecten ter ondersteuning van de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren, respectievelijk voor ontwikkelingshulp en proefsteun

    133

    P4C1R1 — Voorbereiding van de hervorming van het sociaal welzijn en de gezondheidszorg ter ondersteuning van de uitvoering van de zorggarantie

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van het oorspronkelijke rechtskader voor de vaststelling van welzijnsgebieden en de hervorming van de sociale, gezondheids- en reddingsdiensten

    Termijnbedrag

    273 EUR 307 672

    1.2.Tweede tranche (niet-terugbetaalbare steun):

    Aantal

    Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    9

    P1C1I3 — Transformatie van het energiesysteem — investerings- en hervormingspakket in Åland

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van aanvragen voor investeringen in hernieuwbare energie in Åland

    11

    P1C2R1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hervorming van de klimaatwet en koolstofarme industrialisering

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de herziene klimaatwet

    26

    P1C3R2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Actieplan voor de uitfasering van verwarming van fossiele olie

    Mijlpaal

    Publicatie van het actieplan voor de uitfasering van verwarming van fossiele olie

    38

    P1C4R2 — koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Belastinghervorming voor duurzaam vervoer

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen van de Wet inkomstenbelasting (1205/2020) met betrekking tot een belastingvrijstelling voor het heffingsvoordeel van een volledig elektrische auto of een oplaadbare hybride auto

    39

    P1C4I1 Low carbon solutions for cities and transport — Openbare oplaad- en tankinfrastructuur voor vervoerselektriciteit en waterstof

    Mijlpaal

    Publicatie van de oproepen tot het indienen van aanvragen om de distributie-infrastructuur voor elektrische en waterstofvoertuigen te verbeteren

    48

    P1C5I1 — Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — gipsbehandeling en nutriëntenrecycling

    Mijlpaal

    Projecten voor de levering, het vervoer en de distributie van gips worden toegekend

    55

    P2C1I1- Digitale connectiviteit — Ontwikkeling van de kwaliteit en beschikbaarheid van communicatienetwerken

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de wetgeving inzake breedbandsteun

    58

    P2C1I2 — Vervoer en landgebruik — Digirailproject

    Mijlpaal

    Testlaboratorium voor modelleringsapparatuur voor het gemeenschappelijk Europees automatisch treinbeveiligingssysteem (ERTMS) is operationeel

    61

    P2C2I1 — Digitale economie — Tijdelijke economie (RTE)

    Mijlpaal

    Minimaal leefbaar ecosysteem wordt gecreëerd en operationeel

    64

    P2C2I3 — Versnellen van sleuteltechnologieën (micro-elektronica, 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing)

    Doel

    Projecten voor micro-elektronica worden toegekend

    66

    P2C2I3 — Versnellen van sleuteltechnologieën (micro-elektronica, 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing)

    Mijlpaal

    Projecten voor de ontwikkeling van 6G, AI en kwantumcomputing worden toegekend

    72bis

    P2C2R2 — De doeltreffendheid en transparantie van hervormingen en investeringen van herstel- en veerkrachtplannen vergroten door informatiesystemen, administratie en audit te ontwikkelen

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van het besluit van het ministerie van Financiën inzake risicobeheer en controles ter bescherming van de financiële belangen van de Unie en naleving van de toepasselijke Unie- en nationale wetgeving en de publicatie van richtsnoeren van de coördinerende instantie voor de uitvoerende organen van de herstel- en veerkrachtfaciliteit.

    77

    P3C1R1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de wet inzake openbare diensten voor arbeidsvoorziening en zakelijke dienstverlening tot regeling van het model van de Noordse dienst voor arbeidsvoorziening voor het proces van de werkzoekende

    81

    P3C1R3 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Stroomlijning van het op werk en onderwijs gebaseerde immigratieproces

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de wet met betrekking tot studenten, onderzoekers en stagiairs (719/2018)

    83

    P3C1R3 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Stroomlijning van het op werk en onderwijs gebaseerde immigratieproces

    Mijlpaal

    Invoering van een versnelde procedure voor specialisten, groeiondernemers en hun begeleidende familieleden

    93

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste oproep tot het indienen van sollicitaties om opleidingen aan te bieden ter versterking van digitale en groene vaardigheden

    98

    P3C2I2 — Verhoging van het opleidingsniveau door meer studentenplaatsen in het hoger onderwijs

    Doel

    Toename van de toelating van studenten aan instellingen voor hoger onderwijs

    100

    P3C3I1 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — OOI-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie — leidende ondernemingen

    Mijlpaal

    Publicatie van een oproep tot het indienen van voorstellen voor projecten van leidende ondernemingen

    106

    P3C3I3 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competentie (Business Finland)

    Mijlpaal

    Publicatie door Business Finland van een oproep tot het indienen van aanvragen voor OOI-projecten die tot doel hebben de competenties in sleutelsectoren te vergroten

    109

    P3C3I4 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — Ondersteuning van innovatieve groeibedrijven

    Mijlpaal

    Publicatie door Business Finland van een oproep tot het indienen van aanvragen voor OOI-projecten ter ondersteuning van innovatieve groeibedrijven

    112

    P3C3I5 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Lokale onderzoeksinfrastructuren

    Mijlpaal

    Publicatie van een oproep tot het indienen van aanvragen voor de vernieuwing en ontwikkeling van lokale onderzoeksinfrastructuren

    113

    P3C3I5 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Lokale onderzoeksinfrastructuren

    Doel

    Toekenning van subsidies voor de vernieuwing en ontwikkeling van lokale onderzoeksinfrastructuren

    116

    P3C3I6 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Nationale onderzoeksinfrastructuren

    Doel

    Toekenning van subsidies voor de vernieuwing en ontwikkeling van nationale onderzoeksinfrastructuren

    118

    P3C3I7 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — concurrerende financiering voor innovatie-infrastructuren

    Mijlpaal

    Publicatie van een oproep tot het indienen van aanvragen voor de ontwikkeling van innovatie-infrastructuren

    121

    P3C4I1 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Programma ter versnelling van de groei

    Mijlpaal

    Publicatie van de oproep tot het indienen van aanvragen ter ondersteuning van de internationaliseringscapaciteiten van ondernemingen

    124

    P3C4I2 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Belangrijkste programma’s voor internationale groei

    Mijlpaal

    Publicatie van de eerste drie oproepen tot het indienen van voorstellen in het kader van belangrijke programma’s voor internationale groei

    130

    P3C4I4 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door de crisis getroffen sectoren — Ondersteuning van duurzame en digitale groei in de toeristische sector

    Mijlpaal

    Publicatie van de oproep tot het indienen van aanvragen voor OOI-projecten voor de toeristische sector

    Termijnbedrag

    EUR 436 940 643

    1.3.Derde tranche (niet-terugvorderbare steun):

    Aantal

    Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    4

    P1C1I1 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in energie-infrastructuur

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor investeringen in energie-infrastructuur

    7

    P1C1I2 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in nieuwe energietechnologieën

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor investeringen in energietechnologie

    15

    P1C2R2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Strategische bevordering van de circulaire economie en hervorming van de afvalstoffenwet

    Mijlpaal

    Sluiting van een nationale overeenkomst met belangrijke actoren over een koolstofarme circulaire economie

    20

    P1C2I2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Directe elektrificatie en het koolstofvrij maken van industriële processen

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor projecten voor directe elektrificatie en koolstofarme industriële processen

    23

    P1C2I3 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële nevenstromen

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor de hergebruik- en recyclingprojecten

    47

    P1C5R1 — Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — Modernisering van de natuurwetgeving

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de gewijzigde Natuurbeschermingswet

    50

    P1C5I1 — Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — gipsbehandeling en nutriëntenrecycling

    Mijlpaal

    Projecten voor recycling en terugwinning van nutriënten worden toegekend

    53

    P1C5I2 — Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — klimaatbestendige maatregelen in de sector landgebruik

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor de voor financiering geselecteerde precisielandbouwprojecten

    68

    P2C2R1 — Ontwikkeling van het informatiesysteem voor niet-zakelijk en zakelijk onroerend goed

    Mijlpaal

    Aanneming van wetgeving betreffende de uitbreiding van de dekking van het informatiesysteem voor woningen en commerciële eigendom

    78

    P3C1R1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening

    Doel

    Toename van het jaarlijkse aantal sollicitatiegesprekken dat wordt gevoerd in overeenstemming met het Noordse model van de diensten voor arbeidsvoorziening

    79

    P3C1R1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Noords model van diensten voor arbeidsvoorziening

    Mijlpaal

    Alle vijf digitale functionaliteiten die vereist zijn voor het model van de Noordse dienst voor arbeidsvoorziening zijn geïntegreerd in het informatiesysteem van de openbare diensten voor arbeidsvoorziening (TE-PSE) en zijn operationeel

    80

    P3C1R2 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Verruiming van extra dagen werkloosheidsuitkering

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de Wet op de werkloosheidszekerheid met betrekking tot de geleidelijke afschaffing van extra dagen werkloosheidszekerheid

    82

    P3C1R3 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Stroomlijning van het op werk en onderwijs gebaseerde immigratieproces

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de Vreemdelingenwet (301/2004)

    92

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Mijlpaal

    Voltooiing van een prognosemodel voor de middellange termijn voor arbeids- en competentiebehoeften

    101

    P3C3I1 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — OOI-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie — leidende ondernemingen

    Doel

    Toekenning van subsidies voor projecten van toonaangevende ondernemingen

    104

    P3C3I2 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Financieringspakket voor OOI ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competentie (Academie van Finland)

    Doel

    Toekenning door de Academie van Finland van subsidies voor onderzoeksprojecten die gericht zijn op het vergroten van de competenties in sleutelsectoren

    107

    P3C3I3 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competentie (Business Finland)

    Doel

    Toekenning door Business Finland van subsidies voor OOI-projecten die gericht zijn op het vergroten van competenties in sleutelsectoren

    110

    P3C3I4 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — Ondersteuning van innovatieve groeibedrijven

    Doel

    Toekenning van subsidies voor steun aan innovatieve groeibedrijven

    119

    P3C3I7 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — concurrerende financiering voor innovatie-infrastructuren

    Doel

    Toekenning van subsidies voor de ontwikkeling van innovatie-infrastructuur

    125

    P3C4I2 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Belangrijkste programma’s voor internationale groei

    Mijlpaal

    Toekenning van subsidies voor alle projecten in het kader van belangrijke programma’s voor internationale groei

    134

    P4C1R1 — Voorbereiding van de hervorming van het sociaal welzijn en de gezondheidszorg ter ondersteuning van de uitvoering van de zorggarantie

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van het aanvullende rechtskader ter voltooiing van de totstandbrenging van welzijnsgebieden en de hervorming van de sociale, gezondheids- en reddingsdiensten

    135

    P4C1R1 — Voorbereiding van de hervorming van het sociaal welzijn en de gezondheidszorg ter ondersteuning van de uitvoering van de zorggarantie

    Mijlpaal

    Operationalisering van regionale welzijnsgebieden met het vermogen om verantwoordelijkheid te nemen voor de organisatie van sociale, gezondheids- en reddingsdiensten

    145

    P5C1I1 — REPowerEU — Investeringen voor een schone transitie

    Mijlpaal

    Lancering van een oproep tot het indienen van sollicitaties voor projecten op het gebied van schone transitie

    150

    P5C1I2 — REPowerEU — O & O voor de groene transitie

    Doel

    Selectie van doctoraatsstudenten in het LUKE Doctoral School programma

    Termijnbedrag

    EUR 279 546 976

    1.4.Vierde tranche (niet-terugvorderbare steun):

    Aantal

    Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    13

    P1C2R2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Strategische bevordering van de circulaire economie en hervorming van de afvalstoffenwet

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de belangrijkste processen van de herziene afvalwet

    32

    P1C3I2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Programma voor een koolstofarme bebouwde omgeving

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies en overheidsopdrachten voor projecten ter ondersteuning van een koolstofarme gebouwde omgeving

    56

    P2C1I1- Digitale connectiviteit — Ontwikkeling van de kwaliteit en beschikbaarheid van communicatienetwerken

    Doel

    Extra woningen met toegang tot snelle (100/100 Mbit/s) breedbandconnectiviteit

    59

    P2C1I2 — Vervoer en landgebruik — Digirailproject

    Doel

    Testbaan met radiogebaseerd ERTMS (niet in commercieel spoorwegverkeer)

    62

    P2C2I1 — Digitale economie — Tijdelijke economie (RTE)

    Mijlpaal

    De uitwisseling van digitale bedrijfsinformatie in gestructureerde vorm is volledig operationeel

    75

    P2C3I1 — Civiele cyberbeveiligingsvaardigheden

    Mijlpaal

    Ontwikkeling van een digitaal platform voor civiele opleidingen op het gebied van cyberbeveiliging

    84

    P3C1R3 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Stroomlijning van het op werk en onderwijs gebaseerde immigratieproces

    Doel

    Daling van het gemiddelde aantal dagen voor de behandeling van aanvragen voor een verblijfsvergunning op basis van werk en onderwijs

    89

    P3C1I1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Ontwikkeling van arbeidsvermogen, productiviteit en welzijn op het werk

    Doel

    Uitbreiding van het werkprogramma en het model voor individuele plaatsing en ondersteuning tot 11 nieuwe gebieden

    90

    P3C1I1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Ontwikkeling van arbeidsvermogen, productiviteit en welzijn op het werk

    Doel

    Aantal werkplekken en arbeidsgeneeskundeafdelingen dat heeft deelgenomen aan maatregelen ter ondersteuning van geestelijke gezondheid en beroepsbekwaamheid

    95

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Doel

    Aantal professionals op het gebied van loopbaanbegeleiding dat aan een opleiding heeft deelgenomen om hun deskundigheidsniveau te vergroten

    99

    P3C2I3 — Het competentieniveau verhogen en permanent leren, digitalisering en modernisering van het onderwijs in Åland vernieuwen

    Doel

    Aandeel gemoderniseerde cursussen met significante digitale elementen in het tertiair onderwijs in Åland

    122

    P3C4I1 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Programma ter versnelling van de groei

    Mijlpaal

    Toekenning van subsidies voor alle projecten voor internationaliseringscapaciteiten van bedrijven

    128

    P3C4I3 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Steun voor de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

    Doel

    Toekenning van subsidies voor projecten ter ondersteuning van de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

    132

    P3C4I4 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door de crisis getroffen sectoren — Ondersteuning van duurzame en digitale groei in de toeristische sector

    Mijlpaal

    Ingebruikneming van de ontwikkelde digitale koolstofvoetafdrukcalculator voor toeristische diensten

    137

    P4C1I2 — Versterking van de preventie en vroegtijdige opsporing van gezondheidsproblemen

    Mijlpaal

    Ontwikkeling en toepassing van regionale geïntegreerde multisectorale modellen voor dienstenbeheer in 22 welzijnsgebieden

    Termijnbedrag

    EUR 250 242 930

    1.5.Vijfde tranche (niet-terugvorderbare steun):

    Aantal

    Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    12

    P1C2R1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hervorming van de klimaatwet en koolstofarme industrialisering

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de geactualiseerde klimaat- en energiestrategie, het beleidsplan inzake klimaatverandering voor de middellange termijn en sectorspecifieke koolstofarme routekaarten

    17

    P1C2I1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik

    Mijlpaal

    Uitwerkingsovereenkomst

    27

    P1C3R2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Actieplan voor de uitfasering van verwarming van fossiele olie

    Doel

    Vermindering van het aantal vrijstaande huizen dat gebruik maakt van afzonderlijke olieverwarmingen

    40

    P1C4I1 — koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Openbare oplaad- en tankinfrastructuur voor vervoerselektriciteit en waterstof

    Doel

    Vastgelegde begroting voor opladers voor elektrische voertuigen en waterstoftankpunten

    49

    P1C5I1 — Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — gipsbehandeling en nutriëntenrecycling

    Doel

    Velden behandeld met gips en een gecombineerde afname van het gebruik van conventionele meststoffen

    51

    P1C5I1 — Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — gipsbehandeling en nutriëntenrecycling

    Doel

    Locaties met verbeterde recycling of terugwinning van nutriënten

    54

    P1C5I2 — Milieuduurzaamheid en op de natuur gebaseerde oplossingen — klimaatbestendige maatregelen in de sector landgebruik

    Doel

    Voltooide precisiebosbouwprojecten

    63

    P2C2I2 — Versnelling van de data-economie en digitalisering — Virtueel Finland

    Mijlpaal

    Virtueel gezamenlijk platform van Finland en geïntegreerde diensten zijn operationeel

    65

    P2C2I3 — Versnellen van sleuteltechnologieën (micro-elektronica, 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing)

    Mijlpaal

    Voltooiing van alle geselecteerde projecten

    67

    P2C2I3 — Versnellen van sleuteltechnologieën (micro-elektronica, 6G, kunstmatige intelligentie en kwantumcomputing)

    Mijlpaal

    Voltooiing van alle geselecteerde projecten

    69

    P2C2R1 — Ontwikkeling van het informatiesysteem voor niet-zakelijk en zakelijk onroerend goed

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetgeving betreffende de uitbreiding van de dekking van het informatiesysteem voor woningen en commerciële eigendom

    73

    P2C3R1 — Zorgen voor doeltreffend toezicht en effectieve handhaving van de voorkoming van het witwassen van geld

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van wetswijzigingen in de wet inzake het handelsregister en de wet inzake het controlesysteem voor bank- en betaalrekeningen

    76

    P2C3I2 — Cyberbeveiligingsoefeningen

    Doel

    Aantal ambtenaren met

    voltooide cyberbeveiligingsopleiding

    85

    P3C1R4 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Versterking van multidisciplinaire diensten voor jongeren (Ohjaamo-diensten)

    Doel

    Aantal gefinancierde deskundige middelen voor de verlening van geïntegreerde gezondheids-, sociale en/of onderwijsdiensten in de centra voor éénloketbegeleiding van Ohjaamo

    94

    P3C2R1 — Hervorming van permanente educatie

    Doel

    Aantal personen dat heeft deelgenomen aan opleidingen om te reageren op veranderingen in het beroepsleven, met inbegrip van digitalisering en de groene transitie

    97

    P3C2I1 — Digitaliseringsprogramma voor permanente educatie

    Doel

    Aandeel operationele nieuwe digitale diensten voor permanente educatie

    102

    P3C3I1 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — OOI-financieringspakket ter bevordering van de groene transitie — leidende ondernemingen

    Doel

    Aandeel voltooide projecten van toonaangevende ondernemingen

    105

    P3C3I2 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competenties (Academie van Finland)

    Doel

    Aandeel voltooide belangrijke sectorale onderzoeksprojecten toegekend door de Academie van Finland

    108

    P3C3I3 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Financieringspakket voor OOI ter ondersteuning van de groene transitie — versnelling van belangrijke sectoren en versterking van de competentie (Business Finland)

    Doel

    Aandeel afgeronde OOI-projecten in belangrijke sectoren toegekend door Business Finland

    111

    P3C3I4 — RDI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — RDI-financieringspakket ter ondersteuning van de groene transitie — Ondersteuning van innovatieve groeibedrijven

    Doel

    Aandeel voltooide projecten voor innovatieve groeibedrijven

    114

    P3C3I5 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Lokale onderzoeksinfrastructuren

    Doel

    Aandeel voltooide lokale onderzoeksinfrastructuurprojecten

    117

    P3C3I6 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — Nationale onderzoeksinfrastructuren

    Doel

    Aandeel voltooide nationale onderzoeksinfrastructuurprojecten

    120

    P3C3I7 — OOI, onderzoeksinfrastructuur en proefprojecten — Bevordering van innovatie en onderzoeksinfrastructuur — concurrerende financiering voor innovatie-infrastructuren

    Doel

    Aandeel voltooide innovatieinfrastructuurprojecten

    126

    P3C4I2 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Belangrijkste programma’s voor internationale groei

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    129

    P3C4I3 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Steun voor de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

    Doel

    Aandeel voltooide projecten voor de vernieuwing van de culturele en creatieve sectoren

    131

    P3C4I4 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door de crisis getroffen sectoren — Ondersteuning van duurzame en digitale groei in de toeristische sector

    Doel

    Aantal entiteiten dat steun heeft ontvangen voor OOI-projecten op het gebied van toerisme

    136

    P4C1I1- Bevordering van de uitvoering van de zorggarantie en vermindering van de achterstand in de dienstverlening als gevolg van de COVID-19-pandemie

    Doel

    Percentage afgeronde niet-dringende zorgbezoeken die de termijn van 7 dagen voor toegang tot zorg bereiken

    138

    P4C1I3 — Versterking van de kennisbasis en empirisch onderbouwde besluitvorming om de kosteneffectiviteit van sociale voorzieningen en gezondheidszorg te verhogen

    Mijlpaal

    Nationaal systeem voor realtime monitoring van de zorggarantie dat in alle gezondheidscentra wordt gebruikt

    139

    P4C1I4 — Invoering van digitale innovaties op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg

    Doel

    Toename van het aandeel van de bevolking dat gebruikmaakt van e-diensten op het gebied van maatschappelijk welzijn en gezondheidszorg

    140

    P4C1I5 — Invoering van een persoonsgericht digitaal gezondheidszorginformatiesysteem in Åland

    Doel

    Aandeel gemeentelijke sociale en gezondheidsdiensten en/of particuliere zorgbedrijven die het gezondheidsinformatiesysteem hebben ingevoerd

    141

    P5C1R1 — REPowerEU — Vergunningen voor groene transitie

    Doel

    Vermindering van de achterstand bij milieueffectbeoordelingen

    142

    P5C1R1 — REPowerEU — Vergunningen voor groene transitie

    Mijlpaal

    Digitale diensten voor de ontwikkeling van milieuvergunningen

    143

    P5C1R1 — REPowerEU — Vergunningen voor groene transitie

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de rechtshandeling (en) tot vaststelling van de nieuwe milieuvergunningsprocedure

    146

    P5C1I1 — Investeringen voor een schone transitie

    Mijlpaal

    Toekenning van alle subsidies voor projecten op het gebied van schone transitie

    149

    P5C1I2 — REPowerEU — O & O voor de groene transitie

    Doel

    Toewijzing van onderzoekers aan REPowerEU-gerelateerde onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten

    Termijnbedrag

    EUR 395 263 886

    1.6.Zesde Instalment (niet-terugvorderbare steun):

    Aantal

    Gerelateerde maatregel (hervorming of investering)

    Mijlpaal/Doelstelling

    Naam

    1

    P1C1R1 — Transformatie van het energiesysteem — aanzienlijke vermindering van het gebruik van steenkool voor energie tegen 2026

    Doel

    Vermindering van het gebruik van steenkool voor energie met 40 % tegen 2026 ten opzichte van 2019

    5

    P1C1I1 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in energie-infrastructuur

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    8

    P1C1I2 — Transformatie van het energiesysteem — Investeringen in nieuwe energietechnologieën

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    10

    P1C1I3 — Transformatie van het energiesysteem — investerings- en hervormingspakket in Åland

    Mijlpaal

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    18

    P1C2I1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik

    Doel

    Met de eindbegunstigden gesloten juridische overeenkomsten

    18bis

    P1C2I1 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — koolstofarme waterstof en koolstofafvang en -gebruik

    Mijlpaal

    Ministerie heeft de investering voltooid

    21

    P1C2I2 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Directe elektrificatie en het koolstofvrij maken van industriële processen

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    24

    P1C2I3 — Industriële hervormingen en investeringen ter ondersteuning van de groene en digitale transitie — Hergebruik en recycling van belangrijke materialen en industriële nevenstromen

    Doel

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    25

    P1C3R1 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Hervorming van de Wet grondgebruik en -bouw

    Mijlpaal

    Inwerkingtreding van de hervormde wet inzake grondgebruik en -bouw

    33

    P1C3I2 — Vermindering van de klimaat- en milieueffecten van het gebouwenbestand — Programma voor een koolstofarme bebouwde omgeving

    Mijlpaal

    Voltooiing van de ondersteunde projecten

    36

    P1C4R1 — koolstofarme oplossingen voor steden en vervoer — Stappenplan voor fossielvrij vervoer

    Doel

    Vermindering van de emissies van het binnenlands vervoer met ten minste 29 % in 2025 ten opzichte van 2005

    57

    P2C1I1- Digitale connectiviteit — Ontwikkeling van de kwaliteit en beschikbaarheid van communicatienetwerken

    Doel

    Extra woningen met toegang tot snelle (100/100 Mbit/s) breedbandconnectiviteit

    60

    P2C1I2 — Vervoer en landgebruik — Digirailproject

    Doel

    Commercieel proefspoor uitgerust met ERMTS

    70

    P2C2R1 — Ontwikkeling van het informatiesysteem voor niet-zakelijk en zakelijk onroerend goed

    Mijlpaal

    De uitbreiding van de dekking van het informatiesysteem voor niet-zakelijk en zakelijk onroerend goed is technisch geïmplementeerd.

    74

    P2C3R1 — Zorgen voor doeltreffend toezicht en effectieve handhaving van de voorkoming van het witwassen van geld

    Doel

    De mate van automatisering van gegevensverwerking en -uitwisseling tussen autoriteiten vergroten

    90bis

    P3C1I1 — Werkgelegenheid en arbeidsmarkt — Ontwikkeling van arbeidsvermogen, productiviteit en welzijn op het werk

    Doel

    Aantal werkplekken en arbeidsgeneeskundeafdelingen dat heeft deelgenomen aan maatregelen ter ondersteuning van geestelijke gezondheid en beroepsbekwaamheid

    123

    P3C4I1 — Versterking van het concurrentievermogen en stimulering van de groei in door crises getroffen sectoren — Programma ter versnelling van de groei

    Doel

    Voltooiing van ondersteunde projecten voor internationaliseringscapaciteiten van bedrijven

    144

    P5C1R1 — REPowerEU — Vergunningen voor groene transitie

    Mijlpaal

    Operationalisering van de enige nationale autoriteit voor milieuvergunningen en de bijbehorende digitale diensten

    147

    P5C1I1 — REPowerEU — Investeringen voor een schone transitie

    Mijlpaal

    Voltooiing van het (de) ondersteunde project (en) voor schone transitie

    148

    P5C1I2 — REPowerEU — O & O voor de groene transitie

    Mijlpaal

    Voltooiing van de onderzoeksinfrastructuur voor schone energie

    151

    P5C1I2 — REPowerEU — O & O voor de groene transitie

    Mijlpaal

    Publicatie van routekaarten voor schone energie

    152

    P5C1I3 — REPowerEU — offshore-windenergie in Åland

    Mijlpaal

    Indiening van verslagen

    Termijnbedrag

    EUR 313 757 747


    AFDELING 3: AANVULLENDE REGELINGEN

    1.Regelingen voor monitoring en uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan

    De monitoring en uitvoering van het herstel- en veerkrachtplan van Finland vindt plaats overeenkomstig de volgende regelingen:

    ·De uitvoering, monitoring en rapportage van het Finse herstel- en veerkrachtplan wordt op het hoogste niveau van de Finse regering gewaarborgd door een werkgroep bestaande uit ministers en voorgezeten door de minister van Financiën. Het heeft tot taak sturing te geven aan en toezicht te houden op de uitvoering van het Finse programma voor duurzame groei dat wordt gefinancierd door het Finse herstel- en veerkrachtplan. De ministeriële werkgroep volgt ook op politiek niveau de uitvoering van de hervormingen en investeringen in verband met het programma en behandelt daarmee verband houdende beleidskwesties op het gebied van bedrijfsleven en ondernemerschap.

    ·Daarnaast wordt de uitvoering van het Finse programma voor duurzame groei administratief gecoördineerd door een interministeriële coördinatiegroep, bestaande uit permanente secretarissen van alle ministeries en voorgezeten door het ministerie van Financiën. De taken op centraal niveau in verband met de coördinatie, het beheer, de controle en de audit van het Finse programma voor herstel en veerkracht worden geconsolideerd met het ministerie van Financiën.

    ·Het ministerie van Financiën wordt bij de uitvoering van en het toezicht op het plan ondersteund door een technisch secretariaat, dat optreedt in samenwerking met de schatkist onder het beheer van het ministerie van Financiën. Het secretariaat fungeert als verbindingsorgaan op nationaal niveau tussen de ministeries en agentschappen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van en het toezicht op het plan.

    ·Het ministerie van Financiën monitort regelmatig de verwezenlijking van de streefdoelen en mijlpalen in verband met hervormingen en investeringen, op basis van informatie die is verzameld en gerapporteerd door de betrokken verantwoordelijke overheidsdiensten (ministerie van Economische Zaken en Werkgelegenheid, ministerie van Milieu, ministerie van Vervoer en Communicatie, Business Finland, Energieautoriteit, het Finse centrum voor woningfinanciering en -ontwikkeling (ARA), regionale centra voor economische ontwikkeling, vervoer en milieu, enz.).

    ·Het ministerie van Financiën is in zijn hoedanigheid van financieel controleur verantwoordelijk voor de uitvoering van controles en audits en voor het opstellen van een samenvatting van de audits. Zij stelt een auditstrategie vast en voert audits uit van zowel de controlesystemen als de projecten en maatregelen. Verschillende ministeries en agentschappen die verantwoordelijk zijn voor de hervormingen en investeringen zijn verantwoordelijk voor controles, audits, correcties en terugvorderingen, binnen hun respectieve bevoegdheden.

    2.Regelingen voor volledige toegang door de Commissie tot de onderliggende gegevens

    Om de Commissie volledige toegang te verlenen tot de onderliggende relevante gegevens, heeft Finland de volgende regelingen getroffen:

    ·Als centraal coördinerend orgaan voor het herstel- en veerkrachtplan van Finland verzamelt het ministerie van Financiën informatie over de voortgang van de indicatoren die zijn gekozen als mijlpalen en streefdoelen voor de hervormingen en investeringen die uit het plan worden gefinancierd. Relevante gegevens worden op lokaal niveau ingediend en op nationaal niveau gecentraliseerd in een specifiek IT-instrument en worden gebruikt om de vooruitgang bij het bereiken van mijlpalen en streefdoelen te monitoren. Het IT-instrument wordt ook gebruikt als register van kwalitatieve financiële informatie en andere verplichte gegevens, zoals over eindontvangers. Het technisch secretariaat haalt gegevensinformatie uit de IT-tool en rapporteert deze aan het ministerie van Financiën. Het EU-secretariaat van het ministerie van Financiën stelt betalingsverzoeken op die bij de Europese Commissie moeten worden ingediend.

    ·Overeenkomstig artikel 24, lid 2, van Verordening (EU) 2021/241 dient Finland, na voltooiing van de relevante overeengekomen mijlpalen en streefdoelen in afdeling 2.1 van deze bijlage, bij de Commissie een naar behoren gemotiveerd verzoek tot betaling van de financiële bijdrage in. Finland zorgt ervoor dat de Commissie op verzoek volledige toegang heeft tot de relevante onderliggende gegevens ter staving van de rechtvaardiging van het betalingsverzoek, zowel voor de beoordeling van het betalingsverzoek overeenkomstig artikel 24, lid 3, van Verordening (EU) 2021/241 als voor audit- en controledoeleinden.

    (1)   Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
    (2)      Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (3)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (4)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (5)      PB L 57 van 18.2.2021, blz. 17-75.
    (6)    Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
    (7)    Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (8)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (9)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (10)      Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
    (11)      Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (12)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (13)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (14)      Met uitzondering van a) activa en activiteiten op het gebied van elektriciteits- en/of warmteopwekking, alsook gerelateerde transmissie- en distributie-infrastructuur, waarbij aardgas wordt gebruikt, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) en b) activiteiten en activa onder punt ii) waarvoor het gebruik van fossiele brandstoffen tijdelijk en technisch onvermijdelijk is voor de tijdige overgang naar een activiteit zonder fossiele brandstoffen.
    (15)      Indien met de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies worden behaald die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, wordt toegelicht waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (16)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie. 
    (17)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie. 
    (18)      Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
    (19)      Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (20)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (21)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (22)      Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
    (23)      Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (24)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (25)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (26)      Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
    (27)      Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (28)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (29)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (30)      Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
    (31)      Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (32)    Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (33)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (34)   Met uitzondering van projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van de opwekking van elektriciteit en/of warmte en de daarmee verband houdende transmissie- en distributie-infrastructuur, met gebruikmaking van aardgas, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III van de technische richtsnoeren „Geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01).
    (35)    Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (36)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (37)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (38)      De productie van biogas wordt alleen ondersteund wanneer de maatregel ook de upgrade naar biomethaan omvat, tenzij voor kleinschalige installaties (minder dan 500 kWe) die biogas gebruiken voor de stabilisatie van het net.
    (39)   Met uitzondering van a) projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van elektriciteits- en/of warmteopwekking, alsook gerelateerde transmissie- en distributie-infrastructuur, waarbij aardgas wordt gebruikt, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) en (b) activiteiten en activa uit hoofde van punt ii) waarvoor het gebruik van fossiele brandstoffen tijdelijk en technisch onvermijdelijk is voor de tijdige overgang naar een fossielebrandstofvrije exploitatie.
    (40)      Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (41)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (42)  Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (43)      Als de doelstelling van de maatregel betrekking heeft op de productie van elektriciteit of warmte op basis van biomassa, overeenkomstig Richtlijn (EU) 2018/2001; en als de maatregel een broeikasgasemissiereductie van ten minste 80 % tot doel heeft voor de faciliteit, waarbij biomassa wordt ingezet aan de hand van de methode voor broeikasgasemissiereductie en de relatieve fossiele referentiebrandstof zoals bedoeld in bijlage VI van Richtlijn (EU) 2018/2001. Als de doelstelling van de maatregel betrekking heeft op de productie van biobrandstoffen op basis van biomassa, voedsel- en voedergewassen uitgezonderd, overeenkomstig Richtlijn (EU) 2018/2001; en als de maatregel een broeikasgasemissiereductie van ten minste 65 % tot doel heeft voor de faciliteit, waarbij biomassa wordt ingezet aan de hand van de methode voor broeikasgasemissiereductie en de relatieve fossiele referentiebrandstof zoals bedoeld in bijlage V van Richtlijn (EU) 2018/2001.
    (44)      In het geval van hoogefficiënte warmtekrachtkoppeling, als de maatregel tot doel heeft de emissies tijdens de levenscyclus lager te houden dan 100gCO2e/kWh of warmte/koude te produceren op basis van restwarmte. In het geval van stadsverwarming/-koeling, als de desbetreffende infrastructuur in overeenstemming is met de Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2012 betreffende energie-efficiëntie, tot wijziging van Richtlijnen 2009/125/EG en 2010/30/EU en houdende intrekking van de Richtlijnen 2004/8/EG en 2006/32/EG (PB L 315 van 14.11.2012, blz. 1) inzake energie-efficiëntie, of als de bestaande infrastructuur dusdanig wordt vernieuwd dat het aan de definitie van doeltreffende stadsverwarming/-koeling voldoet, als het project een geavanceerd proefsysteem is (systemen voor controle en energiebeheer, internet der dingen) of als de temperatuur van de stadsverwarming/-koeling blijvend naar beneden kan worden bijgesteld
    (45)    PB L 57 van 18.2.2021, blz. 17-75.
    (46)      Met uitzondering van a) projecten in het kader van deze maatregel op het gebied van elektriciteits- en/of warmteopwekking, alsook gerelateerde transmissie- en distributie-infrastructuur, waarbij aardgas wordt gebruikt, die voldoen aan de voorwaarden van bijlage III bij de technische richtsnoeren „geen ernstige afbreuk doen” (2021/C58/01) en (b) activiteiten en activa uit hoofde van punt ii) waarvoor het gebruik van fossiele brandstoffen tijdelijk en technisch onvermijdelijk is voor de tijdige overgang naar een fossielebrandstofvrije exploitatie.
    (47)      Wanneer de ondersteunde activiteit de verwachte broeikasgasemissies oplevert die niet significant lager zijn dan de relevante benchmarks, moet worden uitgelegd waarom dit niet mogelijk is. Benchmarks vastgesteld voor kosteloze toewijzing voor activiteiten die binnen het toepassingsgebied van het emissiehandelssysteem vallen, zoals bepaald in Uitvoeringsverordening (EU) 2021/447 van de Commissie.
    (48)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in installaties die uitsluitend bestemd zijn voor de behandeling van niet-recycleerbaar gevaarlijk afval, noch op bestaande installaties, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen, uitlaatgassen af te vangen voor opslag of het gebruik of terugwinning van materialen uit verbrandingsassen, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installatie of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    (49)      Deze uitsluiting is niet van toepassing op acties in het kader van deze maatregel in bestaande installaties voor mechanische biologische behandeling, wanneer de acties in het kader van deze maatregel tot doel hebben de energie-efficiëntie te verhogen of de recyclingactiviteiten van gescheiden afval aan te passen aan compost bioafval en anaerobe vergisting van bioafval, mits dergelijke acties in het kader van deze maatregel niet leiden tot een verhoging van de afvalverwerkingscapaciteit van de installaties of tot een verlenging van de levensduur van de installaties; waarvoor bewijs wordt geleverd op het niveau van de installatie.
    Top