Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52020PC0407

    Voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EU) 2017/1601 tot instelling van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds

    COM/2020/407 final

    Brussel, 28.5.2020

    COM(2020) 407 final

    2020/0107(COD)

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

    tot wijziging van Verordening (EU) 2017/1601 tot instelling van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds


    TOELICHTING

    ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

    De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft op 11 maart 2020 de uitbraak van het coronavirus (COVID-19) tot pandemie verklaard. Sindsdien hebben landen over de hele wereld buitengewone maatregelen genomen om het hoofd te bieden aan de uitbraak en deze in te dammen.

    Als gevolg van de pandemie wordt een sterke krimp van de groei voorspeld. De maatregelen die de lidstaten en de partnerlanden hebben getroffen in verband met de crisis, hebben ertoe geleid dat toeleveringsketens en de productie ernstig werden verstoord en dat veel mensen niet meer naar hun werk konden. Tegelijkertijd is het verlenen van tal van diensten veelal onmogelijk of zeer moeilijk geworden en is de consumentenvraag gedaald. Hierdoor is de financiële situatie van veel bedrijven al ernstig verslechterd, of zal dit nog gebeuren.

    Samenlevingen overal ter wereld worden zwaar getroffen door de coronacrisis, om te beginnen in de zorgsector, en van daaruit strekken de sociale en economische gevolgen zich ver uit. De responsstrategie van de Unie moet alomvattend, samenhangend en integraal zijn, en zich richten op zowel de volksgezondheid als de sociaal-economische problemen. De minst ontwikkelde landen zijn het meest kwetsbaar voor COVID-19 gezien hun zwakke gezondheidsstelsels die weerbaarheid ontberen, en gezien hun complexe sociaal-economische en bestuurlijke problemen. Het is al duidelijk dat COVID-19 een grote impact zal hebben op de economische en macro-economische systemen in onze partnerlanden. De regeringen staan voor de taak om de macro-economische stabiliteit te bewaren en begrotingsruimte te houden om de meest kwetsbare groepen, bedrijven en werknemers te beschermen en sociale basisvoorzieningen te kunnen blijven verstrekken.

    Deze uitzonderlijke situatie vereist een coherente en eensgezinde aanpak op het niveau van de Unie, zowel voor het interne als voor het externe beleid. Om verdere verslechtering van de economie te voorkomen en evenwichtig, uniform en gelijkmatig herstel van de economische activiteit te stimuleren, moet er een uitzonderlijk en gecoördineerd programma voor economische ondersteuning worden opgezet. Daarvoor zijn aanzienlijke bedragen aan publieke en particuliere investeringen nodig om innovatieve oplossingen te vinden, de economie te activeren, hoogwaardige banen te scheppen en te investeren in het herstellen van de onmiddellijke schade als gevolg van de uitbraak van COVID-19.

    Daarom stelt de Commissie een ambitieus pakket voor, waaronder een verhoging van de plafonds in het kader van het meerjarig financieel kader voor de periode 2014-2020 om de uitvoering van maatregelen in de Unie en daarbuiten in reactie op de gevolgen van de COVID-19-pandemie mogelijk te maken, zoals maatregelen ter ondersteuning van getroffen bedrijven, cohesiesteun voor de lidstaten, capaciteitsopbouw om toekomstige crisisparaatheid te bevorderen en andere relevante beleidsgebieden en daarmee verband houdende maatregelen.

    Voorgesteld wordt die maatregelen uit te voeren in het kader van specifieke instrumenten en programma’s van de Unie en overeenkomstig de desbetreffende handelingen van de Unie waarin de voorschriften voor die instrumenten en programma’s zijn vastgesteld.

    Daarom moet het mogelijk worden gemaakt dergelijke maatregelen uit te voeren via de mechanismen van Verordening (EU) 2017/1601 tot instelling van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds.

    2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

    Rechtsgrondslag

    EU-optreden is gerechtvaardigd op grond van artikel 209, lid 1, en artikel 212, lid 2, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

    Subsidiariteit en evenredigheid 

    In de toelichting bij het oorspronkelijke voorstel van de Commissie worden de overwegingen inzake subsidiariteit en evenredigheid met betrekking tot het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling uiteengezet: COM(2016)586 – Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO) en tot instelling van de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds .

    Keuze van het instrument

    Deze verordening wijzigt Verordening (EU) 2017/1601 van het Europees Parlement en de Raad van 26 september 2017 tot instelling van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds.

    3.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

    Raadpleging van belanghebbenden

    In de toelichting bij het volgende oorspronkelijke voorstel van de Commissie wordt ingegaan op de raadplegingen van het publiek en van de belanghebbenden: COM (2016) 586.

    Evaluaties en effectbeoordelingen

    In de toelichting bij het volgende oorspronkelijke voorstel van de Commissie wordt ingegaan op de evaluaties en effectbeoordelingen die zijn uitgevoerd: COM (2016) 586.

    4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

    De Unie zal een aanvullend bedrag van 1 040 miljoen EUR ter beschikking stellen voor het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling, waarmee de totale EU-garantie uitkomt op 2 078 miljoen EUR en het totale garantieplafond van de Unie op 3 578 miljoen EUR.

    Dit voorstel voorziet in verlenging tot 31 december 2021 van de investeringsperiode waarin de EFDO-garantieovereenkomsten voor de ondersteuning van financierings- en investeringsverrichtingen met de in aanmerking komende tegenpartijen kunnen worden gesloten.

    Meer details over de gevolgen voor de begroting zijn te vinden in het financieel memorandum.

    5.OVERIGE ELEMENTEN

    Artikelsgewijze toelichting

    Het juridische kader beoogt gerichte wijzigingen van Verordening (EU) 2017/1601 tot instelling van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds.

    De voorgestelde wijzigingen hebben hoofdzakelijk tot doel:

    uitbreiding van het geografische toepassingsgebied van het EFDO tot de in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 231/2014 1 vermelde begunstigden in de Westelijke Balkan;

    verhoging van de bijdrage aan het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling uit de begroting van de Unie voor de uitvoering van maatregelen voor de aanpak van de gevolgen van de COVID-19-pandemie;

    verlenging van de investeringsperiode waarin de EFDO-garantieovereenkomsten voor de ondersteuning van financierings- en investeringsverrichtingen met de in aanmerking komende tegenpartijen kunnen worden gesloten.

    2020/0107 (COD)

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

    tot wijziging van Verordening (EU) 2017/1601 tot instelling van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds

    HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 209, lid 1, en artikel 212, lid 2,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Na toezending van het ontwerp van wetgevingshandeling aan de nationale parlementen,

    Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)Samenlevingen overal ter wereld worden zwaar getroffen door de coronacrisis, om te beginnen in de zorgsector, en van daaruit strekken de sociale en economische gevolgen zich ver uit. De responsstrategie van de Unie moet alomvattend, samenhangend en integraal zijn, en zich richten op zowel de volksgezondheid als de sociaal-economische problemen, zowel binnen de Unie als in samenwerking met de partnerlanden, met name in Afrika en het Europese nabuurschap, en met de begunstigden in de Westelijke Balkan die zijn vermeld in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 231/2014 van het Europees Parlement en de Raad 2 . De COVID-19-pandemie zal een grote impact hebben op de economische en macro-economische systemen in de partnerlanden. De regeringen staan voor de taak om de macro-economische stabiliteit en de begrotingsruimte te bewaren zodat zij de meest kwetsbare groepen, bedrijven en werknemers kunnen beschermen en basisgezondheidszorg en sociale basisvoorzieningen kunnen blijven verstrekken. Verwacht wordt dat met name kleine en middelgrote ondernemingen een tekort aan liquiditeit en werkkapitaal zullen krijgen, waardoor miljoenen banen in gevaar komen. Het wordt waarschijnlijk nog moeilijker om financiering in plaatselijke valuta te verkrijgen, terwijl financiering in harde valuta riskanter wordt als gevolg van devaluaties. Vergelijkbare problemen zullen optreden voor projecten op het gebied van duurzame energie en andere infrastructuurprojecten die worden gefinancierd uit heffingen.

    (2)Naast de noodzakelijke maatregelen die derde landen moeten nemen om de COVID-19-pandemie te bestrijden en de gevolgen van die maatregelen, zal de sociaal-economische situatie in de Westelijke Balkan verder verslechteren als gevolg van de problemen waar de Unie zelf mee kampt, vanwege de nabijheid en onderlinge afhankelijkheid van deze landen ten opzichte van de economie van de Unie en hun economische en sociale betrekkingen met de Unie. Het toepassingsgebied van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling moet daarom worden uitgebreid tot de Westelijke Balkan om deze landen te helpen bij het bewerkstelligen van duurzaam herstel en weerbaarheid op sociaal-economisch gebied, het herstellen van de toeleveringsketens en het ondersteunen van de macro-economische stabiliteit.

    (3)De Commissie beschikt over een krachtig instrument om investeringsrisico’s te beperken, namelijk het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de financieringscomponent van het in 2017 gelanceerde plan voor externe investeringen. Dat instrument bestrijkt momenteel het Europese nabuurschap en Afrika ten zuiden van de Sahara; het wordt uitgevoerd in samenwerking met internationale financiële instellingen en ontwikkelings- en financiële instellingen van de lidstaten. Wereldwijd is het EFDO is een van de grootste programma’s voor overheidsgaranties ter ondersteuning van ontwikkelingsinvesteringen van de particuliere sector.

    (4)In artikel 137, lid 2, van het akkoord inzake de terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland uit de Europese Unie en de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie is bepaald dat projecten binnen het Verenigd Koninkrijk alleen in aanmerking komen voor financiële verrichtingen die door de begroting van de Unie worden gegarandeerd uit hoofde van het EFDO indien deze verrichtingen werden goedgekeurd door de entiteiten en organen, waaronder de EIB en het Europees Investeringsfonds (EIF), of door personen die al vóór de datum van inwerkingtreding van dit akkoord met de uitvoering van een deel van die acties waren belast. Artikel 143, lid 1, van het terugtrekkingsakkoord beperkt daarnaast de aansprakelijkheid van het Verenigd Koninkrijk voor zijn aandeel in de voorwaardelijke verplichtingen van de Unie tot de voorwaardelijke verplichtingen die voortvloeien uit financiële verrichtingen die door de Unie zijn aangegaan voor de datum van inwerkingtreding van het terugtrekkingsakkoord. Alle voorwaardelijke verplichtingen van de Unie uit hoofde van deze verordening dateren van na de datum van terugtrekking van het Verenigd Koninkrijk uit de Unie. Daarom dient deze verordening niet van toepassing te zijn op en in het Verenigd Koninkrijk.

    (5)Verordening (EU) 2017/1601 van het Europees Parlement en de Raad 3 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd,

    HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verordening (EU) 2017/1601 wordt als volgt gewijzigd:

    (1)In artikel 2 wordt lid 4 vervangen door:

    “4. “partnerland”: een land dat de ACS-EU-partnerschapsovereenkomst heeft ondertekend, een land dat wordt vermeld in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 232/2014, een land dat in aanmerking komt voor geografische samenwerking uit hoofde van Verordening (EU) nr. 233/2014, of een begunstigde in de Westelijke Balkan die wordt vermeld in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 231/2014*;

    ______________

    *Verordening (EU) nr. 231/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2014 tot vaststelling van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA II) (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 11).”;

    (2)Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

    a) de leden 1 en 2 worden vervangen door:

    “1. Als geïntegreerd financieringspakket dat financieringscapaciteit biedt in de vorm van subsidies, garanties en andere financiële instrumenten aan in aanmerking komende tegenpartijen, heeft het EFDO tot doel investeringen en betere toegang tot financiering te ondersteunen, in de eerste plaats in Afrika, het Europese nabuurschap en de Westelijke Balkan, teneinde duurzame en inclusieve economische en sociale ontwikkeling te bevorderen en de sociaal-economische veerkracht van partnerlanden te vergroten, in voorkomend geval ook in de context van het Europees nabuurschapsbeleid, het EU-beleid ten aanzien van de Westelijke Balkan, met name in het kader van het uitbreidingsbeleid, en het partnerschapskader met derde landen in het kader van de Europese migratieagenda, met bijzondere nadruk op duurzame en inclusieve groei, fatsoenlijke banen, het wegwerken van ongelijkheid en het bevorderen van gendergelijkheid en emancipatie van vrouwen en jongeren, het waarborgen van de toegankelijkheid overeenkomstig artikel 9 van het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap, en op sociaal-economische sectoren en micro-, kleine en middelgrote ondernemingen, waarbij de additionaliteit wordt gemaximaliseerd, innovatieve producten tot stand komen en middelen uit de particuliere sector worden aangetrokken.

    2. Het EFDO gaat uit van de doelstellingen van het externe optreden van de Unie zoals uiteengezet in artikel 21 VEU en van het beleid van de Unie op het gebied van ontwikkelingssamenwerking zoals uiteengezet in artikel 208 VWEU, alsook van de internationale beginselen inzake de doeltreffendheid van ontwikkelingssamenwerking. Het EFDO draagt bij tot de verwezenlijking van de duurzameontwikkelingsdoelstellingen van de agenda 2030, in het bijzonder de uitbanning van armoede, en, waar van toepassing, tot de tenuitvoerlegging van het Europees nabuurschapsbeleid en het EU-beleid ten aanzien van de Westelijke Balkan, met name in het kader van het uitbreidingsbeleid, om aldus zowel de COVID-19-pandemie als de specifieke sociaal-economische grondoorzaken van migratie aan te pakken en de duurzame herintegratie van migranten die terugkeren naar hun land van herkomst te bevorderen en de doorreis- en gastgemeenschappen te versterken.”;

    b) lid 4 wordt vervangen door:

    “4. Het EFDO sluit aan op de doelstellingen van de externe financieringsinstrumenten die zijn ingesteld bij de Verordeningen (EU) nr. 231/2014, (EU) nr. 232/2014, (EU) nr. 233/2014 en (EU) 2015/323, alsook op de prioriteiten van eventuele nationale of regionale programma’s en strategiedocumenten.”;

    (3)In artikel 5 worden de leden 2 en 3 vervangen door:

    “2. De strategische raad adviseert de Commissie over de strategische oriëntaties en prioriteiten van de onder de EFDO-garantie vallende investeringen en draagt bij tot de afstemming daarvan op de richtsnoeren en doelstellingen van het externe optreden en het ontwikkelingsbeleid van de Unie, het Europees nabuurschapsbeleid en het EU-beleid ten aanzien van de Westelijke Balkan, met name in het kader van het uitbreidingsbeleid, alsmede op het doel van het EFDO als uiteengezet in artikel 3. Hij verleent tevens steun aan de Commissie bij de vaststelling van de algemene investeringsdoeleinden wat betreft het gebruik van de EFDO-garantie en houdt toezicht op een passende en gediversifieerde geografische en thematische dekking van de investeringsvensters, met bijzondere aandacht voor landen die zijn aangemerkt als land in een situatie van kwetsbaarheid of conflict, minst ontwikkelde landen (MOL) of arme landen met een hoge schuldenlast.

    3. De strategische raad ondersteunt ook de algehele coördinatie, complementariteit en samenhang tussen de regionale investeringsplatforms, tussen de drie pijlers van het EIP, tussen het EIP en de andere inspanningen van de Unie op het gebied van migratie, de COVID-19-pandemie en de uitvoering van de agenda 2030, tussen de externefinancieringsinstrumenten en trustfondsen van de Unie, en met het EIB-mandaat voor externe leningen, met inbegrip van het EIB-initiatief voor economische veerkracht en de ACS-investeringsfaciliteit, onverminderd de interne bestuursbepalingen van de EIB.”;

    (4)In artikel 7 wordt lid 2 vervangen door:

    “2. Met de EFDO-garantie worden financierings- en investeringsverrichtingen ondersteund in partnerlanden in Afrika en het Europese nabuurschap en in de in bijlage I bij Verordening (EU) nr. 231/2014 vermelde begunstigden in de Westelijke Balkan.”;

    (5)In artikel 8 wordt lid 2 vervangen door:

    “2. De investeringsperiode waarin de EFDO-garantieovereenkomsten voor de ondersteuning van financierings- en investeringsverrichtingen met de in aanmerking komende tegenpartijen kunnen worden gesloten, loopt tot 31 december 2021.”;

    ______________

    (6)In artikel 9, lid 1, worden de inleidende zin en punt a) vervangen door:

    “1. De financierings- en investeringsverrichtingen die overeenkomstig het in artikel 3 uiteengezette doel van het EFDO in aanmerking komen voor steun via de EFDO-garantie, zijn in overeenstemming met en worden afgestemd op het beleid van de Unie, in het bijzonder het ontwikkelingsbeleid, het Europees nabuurschapsbeleid en het EU-beleid ten aanzien van de Westelijke Balkan, met name in het kader van het uitbreidingsbeleid, alsmede met EU- en internationale steun om de samenhang met andere initiatieven te waarborgen, en hebben de volgende doelstellingen:

    a) bijdragen tot de economische, sociale en milieudimensie van duurzame ontwikkeling, en tot de uitvoering van de agenda 2030 en, waar passend, het Europees nabuurschapsbeleid en het EU-beleid ten aanzien van de Westelijke Balkan, met name in het kader van het uitbreidingsbeleid, met bijzondere nadruk op de uitbanning van armoede, fatsoenlijke banen, economische kansen, vaardigheden en ondernemerschap, waarbij in het bijzonder gendergelijkheid en emancipatie van vrouwen en jongeren worden bevorderd, terwijl de rechtsstaat, goed bestuur en mensenrechten worden nagestreefd en versterkt;”;

    (7)Artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

    a) lid 1 wordt vervangen door:

    “1. Onverminderd lid 2, mag het bedrag van de EFDO-garantie op geen enkel moment meer belopen dan 3 578 000 000 EUR.”;

    b) lid 2, vierde alinea, wordt vervangen door:

    “De totale nettobetalingen uit de algemene begroting van de Unie uit hoofde van de EFDO-garantie mogen niet meer bedragen dan 3 578 000 000 EUR. Onverminderd lid 4 worden betalingen ter honorering van een garantie, voor zover nodig, verricht door de bijdragende lidstaten of andere contribuanten op pari-passubasis met de Unie.”;

    _____________________

    (8)Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:

    “Artikel 15

    Financiering van het EFDO uit de algemene begroting van de Unie

    De algemene begroting van de Unie voorziet in een bijdrage ten belope van 1 390 000 000 EUR.”.

    (9) Het volgende artikel 15 bis wordt ingevoegd:

    “Artikel 15 bis

    Ondersteunende maatregelen

    Het in artikel 15 genoemde bedrag kan worden gebruikt voor technische en administratieve bijstand, zoals werkzaamheden op het gebied van voorbereiding, monitoring, controle, audit en evaluatie, daaronder begrepen institutionele informatietechnologiesystemen.”.

    Artikel 2

    Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in de lidstaten overeenkomstig de Verdragen.

    Gedaan te Brussel,

    Voor het Europees Parlement    Voor de Raad

    De voorzitter    De voorzitter

    FINANCIEEL MEMORANDUM

    ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

    2.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

    Rechtsgrondslag

    Subsidiariteit en evenredigheid

    Keuze van het instrument

    3.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

    Raadpleging van belanghebbenden

    Evaluaties en effectbeoordelingen

    4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

    5.OVERIGE ELEMENTEN

    Artikelsgewijze toelichting

    1.KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

    1.1.Benaming van het voorstel/initiatief

    1.2.Betrokken beleidsterrein(en)

    1.3.ABB-activiteit: Internationale economische en financiële kwesties Het voorstel/initiatief betreft:

    1.4.Doelstelling(en)

    1.4.1.Algemene doelstelling(en)

    1.4.2.Specifieke doelstelling(en)

    1.4.3.Verwacht(e) resulta(a)t(en) en gevolg(en)

    1.4.4.Prestatie-indicatoren

    1.5.Motivering van het voorstel/initiatief

    1.5.1.Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien, met een gedetailleerd tijdschema voor de uitrol van het initiatief

    1.5.2.Toegevoegde waarde van de deelname van de Unie (deze kan het resultaat zijn van verschillende factoren, bijvoorbeeld coördinatiewinst, rechtszekerheid, grotere doeltreffendheid of complementariteit). Voor de toepassing van dit punt wordt onder “toegevoegde waarde van de deelname van de Unie” verstaan de waarde die een optreden van de Unie oplevert bovenop de waarde die door een optreden van alleen de lidstaat zou zijn gecreëerd.

    1.5.3.Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan

    1.5.4.Verenigbaarheid met het meerjarige financiële kader en eventuele synergie met andere passende instrumenten

    1.5.5.Beoordeling van de verschillende beschikbare financieringsopties, waaronder mogelijkheden voor herschikking

    1.6.Duur en financiële gevolgen van het voorstel/initiatief

    1.7.Beheersvorm(en)

    2.BEHEERSMAATREGELEN

    3.GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF

    3.1.Rubriek(en) van het meerjarig financieel kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven

    3.2.Geraamde financiële gevolgen van het voorstel inzake kredieten

    3.2.1.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de beleidskredieten

    3.2.2.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten

    3.2.3.Verenigbaarheid met het huidig meerjarig financieel kader

    3.2.4.Bijdrage van derden aan de financiering

    3.3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten

    FINANCIEEL MEMORANDUM

    1.KADER VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF 

    1.1.Benaming van het voorstel/initiatief

    Voorstel tot wijziging van

    VERORDENING (EU) 2017/1601 VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 26 september 2017 tot instelling van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds

    1.2.Betrokken beleidsterrein(en) 

    01

    1.3.ABB-activiteit: Internationale economische en financiële kwesties Het voorstel/initiatief betreft: 

     een nieuwe actie 

     een nieuwe actie na een proefproject / voorbereidende actie 4  

    X de verlenging van een bestaande actie 

    X de samenvoeging of ombuiging van een of meer acties naar een andere/een nieuwe actie 

    1.4.Doelstelling(en)

    1.4.1.Algemene doelstelling(en)

    Deze wijziging van de EFDO-verordening wordt voorgesteld in het kader van de respons op de COVID-19-pandemie en de gevolgen daarvan. Met de wijziging wordt ook het geografische toepassingsgebied van de verordening uitgebreid tot de Westelijke Balkan.

    1.4.2.Specifieke doelstelling(en)

    Specifieke doelstelling

    De verhoging van het garantieplafond, de verlenging van de investeringsperiode en de uitbreiding van het geografische toepassingsgebied dragen bij tot de bestrijding van de COVID-19-pandemie en de gevolgen daarvan.

    1.4.3.Verwacht(e) resulta(a)t(en) en gevolg(en)

    Vermeld de gevolgen die het voorstel/initiatief zou moeten hebben op de begunstigden/doelgroepen

    Met de gewijzigde verordening moeten aanvullende investeringen kunnen worden aangeboord om de COVID-19-pandemie en de gevolgen daarvan aan te pakken, onder andere door te investeren in sociaal-economisch herstel.

    1.4.4.Prestatie-indicatoren

    Vermeld de indicatoren voor de monitoring van de voortgang en de beoordeling van de resultaten

    Een gemeenschappelijk minimumaantal indicatoren inzake de projectresultaten en beoogde resultaten is vastgesteld voor het toezicht op de uitvoering van de EFDO-garantie.

    1.5.Motivering van het voorstel/initiatief 

    1.5.1.Behoefte(n) waarin op korte of lange termijn moet worden voorzien, met een gedetailleerd tijdschema voor de uitrol van het initiatief

    De investeringsperiode waarin de EFDO-garantieovereenkomsten voor de ondersteuning van financierings- en investeringsverrichtingen met de in aanmerking komende tegenpartijen kunnen worden gesloten, loopt tot 31 december 2021.

    1.5.2.Toegevoegde waarde van de deelname van de Unie (deze kan het resultaat zijn van verschillende factoren, bijvoorbeeld coördinatiewinst, rechtszekerheid, grotere doeltreffendheid of complementariteit). Voor de toepassing van dit punt wordt onder “toegevoegde waarde van de deelname van de Unie” verstaan de waarde die een optreden van de Unie oplevert bovenop de waarde die door een optreden van alleen de lidstaat zou zijn gecreëerd.

    Deze wijziging van de EFDO-verordening wordt voorgesteld in het kader van de respons op de COVID-19-pandemie en de gevolgen daarvan. Door aanvullende middelen aan het EFDO toe te wijzen binnen het huidige MFK, kan het EFDO meer garanties in de partnerlanden verstrekken en kan snel worden gereageerd op de COVID-19-pandemie in deze regio’s.

    Dit is in overeenstemming met de rol, verantwoordelijkheid en waarden van de Unie wereldwijd.

    1.5.3.Nuttige ervaring die bij soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan

    Het volledige bedrag van de initiële EFDO-garantieportefeuille (1,54 miljard EUR inclusief bijdragen van derden) is toegewezen aan 28 garanties. Hiermee zal naar verwachting 17,5 miljard EUR aan investeringen worden aangetrokken. De bestaande projectpijplijn en de besprekingen met financiële partnerinstellingen bevestigen dat het aantal ondertekende EFDO-garantieoperaties tussen nu en eind 2021 meer dan twee keer zo groot zou kunnen worden.

    1.5.4.Verenigbaarheid met het meerjarige financiële kader en eventuele synergie met andere passende instrumenten

    Het aanvullende bedrag wordt gefinancierd binnen de grenzen van het voorstel van de Commissie voor de verhoging van het plafond van het huidige MFK.

    1.5.5.Beoordeling van de verschillende beschikbare financieringsopties, waaronder mogelijkheden voor herschikking

    Er zijn geen verdere mogelijkheden tot herschikking of gebruik van marges of bijzondere instrumenten in het huidige MFK. Het aanvullende bedrag van de garantie wordt daarom gefinancierd binnen de grenzen van het voorstel van de Commissie voor de verhoging van het plafond van het huidige MFK.

    1.6.Duur en financiële gevolgen van het voorstel/initiatief

    X beperkte geldigheidsduur

       van kracht tot 31.12.2020

    X Financiële gevolgen tot en met 2021, gezien de periode waarin garantieovereenkomsten kunnen worden gesloten met de in aanmerking komende tegenpartijen.

     onbeperkte geldigheidsduur

    uitvoering met een opstartperiode vanaf JJJJ tot en met JJJJ,

    gevolgd door een volledige uitvoering.

    1.7.Beheersvorm(en) 5   

    X Direct beheer door de Commissie voor het beheer van het EFDO-garantiefonds.

    door haar diensten, waaronder het personeel in de delegaties van de Unie;

    door de uitvoerende agentschappen.

     Gedeeld beheer met de lidstaten

    X Indirect beheer door het toevertrouwen van begrotingsuitvoeringstaken aan (voor de faciliteiten die door de EFDO-garantie worden gedekt):

    derde landen of de door hen aangewezen organen;

    X internationale organisaties en hun agentschappen;

    X de EIB en het Europees Investeringsfonds;

    de in de artikelen 70 en 71 van het Financieel Reglement bedoelde organen;

    X publiekrechtelijke organen;

    X privaatrechtelijke organen van een lidstaat die voldoende financiële garanties bieden, in afwijking van artikel 58, lid 1, onder c), punt vii), van Verordening (EU) nr. 966/2012;

    X privaatrechtelijke organen van een lidstaat, waaraan de uitvoering van een publiek-privaat partnerschap is toevertrouwd en die voldoende financiële garanties bieden;

    X privaatrechtelijke organen van een partnerland die voldoende financiële garanties bieden, in afwijking van artikel 58, lid 1, onder c), punt vii), van Verordening (EU) nr. 966/2012;

    X privaatrechtelijke organen met een openbare dienstverleningstaak, voor zover zij voldoende financiële garanties bieden;

    Verstrek, indien meer dan een beheersvorm is aangekruist, extra informatie onder "Opmerkingen".

    Opmerkingen

    De invulling en het beheer van het EFDO-garantiefonds wordt direct door de Commissie uitgevoerd, terwijl de instrumenten die door de garantie worden gedekt, in indirect beheer worden uitgevoerd.     

    2.BEHEERSMAATREGELEN 

    De maatregelen die zijn opgenomen in het financieel memorandum bij het voorstel uit 2017 van de Commissie voor de EFDO-verordening (COM(2016) 586 final) zijn van overeenkomstige toepassing.

    3.GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF 

    3.1.Rubriek(en) van het meerjarig financieel kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven 

    ·Bestaande begrotingsonderdelen

    In volgorde van de rubrieken van het meerjarig financieel kader en de begrotingsonderdelen.

    Rubriek van het meerjarig financieel kader

    Begrotingsonderdeel

    Soort uitgave

    Bijdrage

    GK/NGK 6

    van EVA-landen 7

    van kandidaat-lidstaten 8

    van derde landen

    in de zin van artikel 21, lid 2, onder b), van het Financieel Reglement

    4

    01 03 08

    GK

    JA

    JA

    JA

    NEEN

    ·Te creëren nieuwe begrotingsonderdelen

    In volgorde van de rubrieken van het meerjarig financieel kader en de begrotingsonderdelen.

    Rubriek van het meerjarig financieel kader

    Begrotingsonderdeel

    Soort 
    uitgave

    Bijdrage

    Nummer  

    GK/ NGK

    van EVA-landen

    van kandidaat-lidstaten

    van derde landen

    in de zin van artikel 21, lid 2, onder b), van het Financieel Reglement

    4

    01 01 04 01

    NGK

    NEEN

    NEEN

    NEEN

    NEEN

    3.2.Geraamde financiële gevolgen van het voorstel inzake kredieten 

    3.2.1.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de beleidskredieten 

    Voor het voorstel/initiatief zijn geen beleidskredieten nodig

    X Voor het voorstel/initiatief zijn beleidskredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

    in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

    Rubriek van het meerjarig financieel kader

    IV

    EFDO

    2020

    TOTAAL

    Operationele uitgaven

    01 03 08

    Vastleggingen

    (1)

    1 039 000

    1 039 000

    Betalingen

    (2)

    1 039 000

    1 039 000

    Uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten 9

    01 01 04 01 10

    Vastleggingen = betalingen

    (3)

    1 000

    1 000

    Totaal kredieten onder rubriek 4

    Vastleggingen

    =(1)+(3)

    1 040 000

    1 040 000

    Betalingen

    =(2)+(3)

    1 000

    1 040 000



    Rubriek van het meerjarig financieel kader

    5

    “Administratieve uitgaven”

    in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

    2020

    TOTAAL

    Commissie

    Personele middelen 11  

    • Andere administratieve uitgaven

    TOTAAL COMMISSIE

    Kredieten

    TOTAAL kredieten 
    voor RUBRIEK 5 
    van het meerjarig financieel kader 

    (totaal vastleggingen = totaal betalingen)

    in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

    2020

    TOTAAL

    TOTAAL kredieten  
    voor de RUBRIEKEN 1 tot en met 5 
    van het meerjarig financieel kader 

    Vastleggingen

    1 040 000

    1 040 000

    Betalingen

    1 040 000

    1 040 000

    3.2.2.Samenvatting van de geraamde gevolgen voor de administratieve kredieten 

    Voor het voorstel/initiatief zijn geen administratieve kredieten nodig.

    X    Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

    in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

    2020

    TOTAAL

    RUBRIEK 5 
    van het meerjarig financieel kader

    Personele middelen

    Andere administratieve uitgaven

    Subtotaal RUBRIEK 5 
    van het meerjarig financieel kader

    Buiten RUBRIEK 5 12  
    van het meerjarig financieel kader

    Personele middelen

    Andere  
    administratieve uitgaven

    1,00

    Subtotaal  
    buiten RUBRIEK 5 
    van het meerjarig financieel kader

    1,00

    TOTAAL

    1,00

    De benodigde kredieten voor personele middelen en andere administratieve uitgaven zullen worden gefinancierd uit de kredieten van het DG die reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

    3.2.2.1.Geraamde personeelsbehoeften

    Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele middelen nodig

    X    Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven:

    Raming in voltijdequivalenten

    2020

    • Posten opgenomen in de lijst van het aantal ambten (ambtenaren en tijdelijke functionarissen)

    XX 01 01 01 (centrale diensten en vertegenwoordigingen van de Commissie)

    XX 01 01 02 (delegaties)

    XX 01 05 01/11/21 (onderzoek door derden)

    10 01 05 01/11 (eigen onderzoek)

    Extern personeel (in voltijdequivalenten: VTE) 13

    XX 01 02 01 (AC, END, INT van de “totale financiële middelen”) 14

    XX 01 02 02 (AC, AL, END, INT en JPD in de delegaties)

    01 01 04 01  15

    - centrale diensten

    - delegaties

    XX 01 05 02/12/22 (AC, END, INT – onderzoek door derden)

    10 01 05 02/12 (AC, END, SNE – eigen onderzoek)

    Overige:

    TOTAAL

    XX is het beleidsterrein of de begrotingstitel.

    Voor de benodigde personele middelen zal een beroep worden gedaan op het personeel van het DG dat reeds voor het beheer van deze actie is toegewezen en/of binnen het DG is herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen worden toegewezen.

    Beschrijving van de uit te voeren taken:

    Ambtenaren en tijdelijke functionarissen

    Operationeel en financieel beheer van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling, alsmede communicatie en zichtbaarheid.

    Extern personeel

    Operationeel en financieel beheer van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling, alsmede communicatie en zichtbaarheid.

    3.2.3.Verenigbaarheid met het huidig meerjarig financieel kader 

    Het voorstel/initiatief:

    kan volledig worden gefinancierd binnen de relevante rubriek van het meerjarig financieel kader (MFK).

    hiervoor moet een beroep worden gedaan op de niet-toegewezen marge in de desbetreffende rubriek van het MFK en/of op de speciale instrumenten zoals gedefinieerd in de MFK-verordening.

    Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de betrokken rubrieken en begrotingsonderdelen, de desbetreffende bedragen en de voorgestelde instrumenten.

    X    hiervoor is een herziening van het MFK nodig.

    De aanvullende middelen worden gefinancierd binnen het voorstel van de Commissie voor de herziening van het huidige MFK.

    3.2.4.Bijdrage van derden aan de financiering 

    Het voorstel/initiatief:

    X    voorziet niet in medefinanciering door derden

    voorziet in medefinanciering door derden, zoals hieronder wordt geraamd:

    Kredieten in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

    Jaar 
    N 16

    Jaar 
    N+1

    Jaar 
    N+2

    Jaar 
    N+3

    Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

    Totaal

    Medefinancieringsbron 

    TOTAAL medegefinancierde kredieten

     

    3.3.Geraamde gevolgen voor de ontvangsten 

    X    Het voorstel/initiatief heeft geen financiële gevolgen voor de ontvangsten.

    Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële gevolgen:

    voor de eigen middelen

    voor overige ontvangsten

    Geef aan of de ontvangsten worden toegewezen aan de begrotingsonderdelen voor uitgaven    

    in miljoenen euro's (tot op drie decimalen)

    Begrotingsonderdeel voor ontvangsten:

    Voor het lopende begrotingsjaar beschikbare kredieten

    Gevolgen van het voorstel/initiatief 17

    Jaar 
    N

    Jaar 
    N+1

    Jaar 
    N+2

    Jaar 
    N+3

    Vul zoveel jaren in als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6)

    Artikel ………….

    Vermeld voor de toegewezen ontvangsten het (de) betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven.

    Andere opmerkingen (bijv. over de methode/formule voor de berekening van de gevolgen voor de ontvangsten of andere informatie).

    (1)    Verordening (EU) nr. 231/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2014 tot vaststelling van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA II) (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 11).
    (2)    Verordening (EU) nr. 231/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 11 maart 2014 tot vaststelling van een instrument voor pretoetredingssteun (IPA II) (PB L 77 van 15.3.2014, blz. 11).
    (3)    Verordening (EU) 2017/1601 van het Europees Parlement en de Raad van 26 september 2017 tot instelling van het Europees Fonds voor duurzame ontwikkeling (EFDO), de EFDO-garantie en het EFDO-garantiefonds (PB L 249 van 27.9.2017, blz. 1).
    (4)    In de zin van artikel 58, lid 2, onder a) of b), van het Financieel Reglement.
    (5)    Nadere gegevens over de beheersvormen en verwijzingen naar het Financieel Reglement zijn beschikbaar op BudgWeb: https://myintracomm.ec.europa.eu/budgweb/EN/man/budgmanag/Pages/budgmanag.aspx  
    (6)    GK = gesplitste kredieten / NGK = niet-gesplitste kredieten.
    (7)    EVA: Europese Vrijhandelsassociatie.
    (8)    Kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, aspirant-kandidaten van de Westelijke Balkan.
    (9)    Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere “BA”-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
    (10)    Naar schatting zal 1,5 miljoen EUR nodig zijn als administratieve kredieten voor 2021; deze zullen worden gefinancierd uit en vastgelegd onder de opeenvolgende administratieve begrotingsonderdelen – normaal gezien het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking en het instrument voor pretoetredingssteun III, in het huidige voorstel.
    (11)    Naar schatting zal 0,8 miljoen EUR nodig zijn voor 2021, te financieren uit de begroting van 2021.
    (12)    Technische en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering van programma's en/of acties van de EU (vroegere “BA”-onderdelen), onderzoek door derden, eigen onderzoek.
    (13)    AC= Agent Contractuel (arbeidscontractant); AL = Agent Local (plaatselijk functionaris); END= Expert National Détaché (gedetacheerd nationaal deskundige); INT = Intérimaire (uitzendkracht); JPD = Junior Professionals in Delegations (jonge deskundige in delegaties).
    (14)    Naar schatting 10 arbeidscontractanten bij de centrale diensten zullen worden gefinancierd uit de totale financiële middelen voor 2021.
    (15)    Subplafond voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere “BA”-onderdelen). Naar schatting 10 arbeidscontractanten zullen in 2021 worden gefinancierd uit de opeenvolgende administratieve begrotingsonderdelen – normaal gezien het instrument voor nabuurschapsbeleid, ontwikkeling en internationale samenwerking en het instrument voor pretoetredingssteun III, in het huidige voorstel.
    (16)    Het jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt begonnen. Vervang “N” door het verwachte eerste jaar van uitvoering (bijvoorbeeld: 2021). Hetzelfde voor de volgende jaren.
    (17)    Voor traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 20 % aan inningskosten.
    Top