EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52019PC0480

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in de betrokken comités van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties ten aanzien van de voorstellen tot wijziging van de VN/ECE-Reglementen nrs. 0, 16, 17, 21, 29, 43, 44, 48, 53, 55, 58, 67, 74, 80, 83, 85, 86, 98, 107, 112, 113, 115, 116, 123, 129, 135, 148, 149 en 150, het voorstel tot wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2, het voorstel tot wijziging van Gemeenschappelijke Resolutie MR.1, de voorstellen tot wijziging van de Geconsolideerde Resoluties R.E.3 en R.E.5 en de voorstellen tot machtiging voor het opstellen van een wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 6 en van een nieuw mondiaal technisch reglement betreffende de bepaling van het vermogen van elektrische voertuigen

COM/2019/480 final

Brussel, 11.10.2019

COM(2019) 480 final

BIJLAGE

bij

Voorstel voor een Besluit van de Raad

betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in de betrokken comités van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties ten aanzien van de voorstellen tot wijziging van de VN/ECE-Reglementen nrs. 0, 16, 17, 21, 29, 43, 44, 48, 53, 55, 58, 67, 74, 80, 83, 85, 86, 98, 107, 112, 113, 115, 116, 123, 129, 135, 148, 149 en 150, het voorstel tot wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2, het voorstel tot wijziging van Gemeenschappelijke Resolutie MR.1, de voorstellen tot wijziging van de Geconsolideerde Resoluties R.E.3 en R.E.5 en de voorstellen tot machtiging voor het opstellen van een wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 6 en van een nieuw mondiaal technisch reglement betreffende de bepaling van het vermogen van elektrische voertuigen


BIJLAGE

Nummer reglement

Titel agendapunt

Referentie document 1

0

Voorstel voor supplement 1 op de oorspronkelijke versie van VN/ECE-Reglement nr. 0 (IWVTA)

ECE/TRANS/WP.29/2019/74

0

Voorstel voor supplement 1 op versie 01 van VN/ECE-Reglement nr. 0 (IWVTA)

ECE/TRANS/WP.29/2019/75

0

Voorstel voor een nieuwe wijzigingenreeks 02 van VN/ECE-Reglement nr. 0 (IWVTA)

ECE/TRANS/WP.29/2019/76

16

Voorstel voor supplement 12 op wijzigingenreeks 06 van VN/ECE-Reglement nr. 16 (veiligheidsgordels)

ECE/TRANS/WP.29/2019/104

16

Voorstel voor supplement 5 op wijzigingenreeks 07 van VN/ECE-Reglement nr. 16 (veiligheidsgordels)

ECE/TRANS/WP.29/2019/105

17

Voorstel voor corrigendum 1 op wijzigingenreeks 08 van VN/ECE-Reglement nr. 17 (sterkte van stoelen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/115

17

Voorstel voor corrigendum 1 op wijzigingenreeks 09 van VN/ECE-Reglement nr. 17 (sterkte van stoelen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/116

21

Voorstel voor supplement 4 op wijzigingenreeks 01 van VN/ECE-Reglement nr. 21 (binnenuitrusting)

ECE/TRANS/WP.29/2019/106

29

Voorstel voor supplement 5 op wijzigingenreeks 03 van VN/ECE-Reglement nr. 29 (cabines van bedrijfsvoertuigen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/107

43

Voorstel voor supplement 9 op wijzigingenreeks 01 van VN/ECE-Reglement nr. 43 (veiligheidsbeglazing)

ECE/TRANS/WP.29/2019/95

44

Voorstel voor supplement 17 op wijzigingenreeks 04 van VN/ECE-Reglement nr. 44 (kinderbeveiligingssystemen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/108

48

Voorstel voor supplement 13 op wijzigingenreeks 06 van VN/ECE-Reglement nr. 48 (installatie van verlichtings- en lichtsignaalvoorzieningen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/84

53

Voorstel voor nieuwe wijzigingenreeks 03 van VN/ECE-Reglement nr. 53

ECE/TRANS/WP.29/2019/80

53

Voorstel voor supplement 3 op wijzigingenreeks 02 van VN/ECE-Reglement nr. 53 (installatie van verlichtings- en lichtsignaalvoorzieningen voor voertuigen van categorie L3)

ECE/TRANS/WP.29/2019/85

53

Voorstel voor supplement 21 op wijzigingenreeks 01 van VN/ECE-Reglement nr. 53 (installatie van verlichtings- en lichtsignaalvoorzieningen voor voertuigen van categorie L3)

ECE/TRANS/WP.29/2019/86

55

Voorstel voor supplement 8 op wijzigingenreeks 01 van VN/ECE-Reglement nr. 55 (mechanische koppelingen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/96

58

Voorstel voor supplement 1 op wijzigingenreeks 03 van VN/ECE-Reglement nr. 58 (beschermingsinrichting aan achterzijde tegen klemrijden)

ECE/TRANS/WP.29/2019/97

67

Voorstel voor wijzigingenreeks 03 van VN/ECE-Reglement nr. 67 (voertuigen op lpg)

ECE/TRANS/WP.29/2019/94

67

Voorstel voor supplement 2 op wijzigingenreeks 02 van VN/ECE-Reglement nr. 67 (voertuigen op lpg)

ECE/TRANS/WP.29/2019/98

74

Voorstel voor nieuwe wijzigingenreeks 02 van VN/ECE-Reglement nr. 74 (installatie van verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen voor bromfietsen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/79

74

Voorstel voor supplement 11 op wijzigingenreeks 01 van VN/ECE-Reglement nr. 74 (installatie van verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen voor bromfietsen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/87

80

Voorstel voor wijzigingenreeks 04 van VN/ECE-Reglement nr. 80 (sterkte van stoelen en verankeringen ervan (bussen))

ECE/TRANS/WP.29/2019/103

83

Voorstel voor supplement 10 op wijzigingenreeks 07 van VN/ECE-Reglement nr. 83 (emissies van voertuigen van de categorieën M1 en N1)

ECE/TRANS/WP.29/2019/127

85

Voorstel voor supplement 10 op VN/ECE-Reglement nr. 85 (meting van het nettovermogen en het vermogen gedurende 30 minuten)

ECE/TRANS/WP.29/2019/112

86

Voorstel voor supplement 2 op wijzigingenreeks 01 van VN/ECE-Reglement nr. 86 (installatie van verlichtings- en lichtsignaalinrichtingen voor landbouwtrekkers)

ECE/TRANS/WP.29/2019/88

98

Voorstel voor supplement 1 op wijzigingenreeks 02 van VN/ECE-Reglement nr. 98

(koplampen met gasontladingslichtbronnen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/89

107

Voorstel voor supplement 8 op wijzigingenreeks 06 van VN/ECE-Reglement nr. 107 (voertuigen van de categorieën M2 en M3)

ECE/TRANS/WP.29/2019/99

107

Voorstel voor supplement 7 op wijzigingenreeks 07 van VN/ECE-Reglement nr. 107 (voertuigen van de categorieën M2 en M3)

ECE/TRANS/WP.29/2019/100

107

Voorstel voor supplement 2 op wijzigingenreeks 08 van VN/ECE-Reglement nr. 107 (voertuigen van de categorieën M2 en M3)

ECE/TRANS/WP.29/2019/101

112

Voorstel voor supplement 1 op wijzigingenreeks 02 van VN/ECE-Reglement nr. 112 (koplampen die asymmetrisch dimlicht uitstralen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/90

113

Voorstel voor supplement 1 op wijzigingenreeks 03 van VN/ECE-Reglement nr. 113 (koplampen die symmetrisch dimlicht uitstralen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/91

115

Voorstel voor supplement 9 op VN/ECE-Reglement nr. 115 (lpg- en cng-retrofitsystemen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/113

116

Voorstel voor supplement 7 op VN/ECE-Reglement nr. 116 (diefstalbeveiligings- en alarmsystemen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/102

123

Voorstel voor supplement 1 op wijzigingenreeks 02 van VN/ECE-Reglement nr. 123 (adaptieve koplampsystemen (AFS))

ECE/TRANS/WP.29/2019/92

129

Voorstel voor supplement 3 op wijzigingenreeks 03 van VN/ECE-Reglement nr. 129 (betere kinderbeveiligingssystemen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/109

135

Voorstel voor supplement 2 op de oorspronkelijke versie van VN/ECE-Reglement nr. 135 (zijdelingse paalbotsingen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/110

135

Voorstel voor supplement 2 op wijzigingenreeks 01 van VN/ECE-Reglement nr. 135 (zijdelingse paalbotsingen)

ECE/TRANS/WP.29/2019/111

148

Voorstel voor supplement 1 op de oorspronkelijke versie van VN/ECE-Reglement nr. 148 betreffende lichtsignaalvoorzieningen (LSD)

ECE/TRANS/WP.29/2019/81

149

Voorstel voor supplement 1 op de oorspronkelijke versie van VN/ECE-Reglement nr. 149 betreffende wegverlichtingsvoorzieningen (RID)

ECE/TRANS/WP.29/2019/82

149

Voorstel voor supplement 2 op de oorspronkelijke versie van VN/ECE-Reglement nr. 149 betreffende wegverlichtingsvoorzieningen (RID)

ECE/TRANS/WP.29/2019/125

150

Voorstel voor supplement 1 op de oorspronkelijke versie van VN/ECE-Reglement nr. 150 betreffende retroreflecterende voorzieningen (RRD)

ECE/TRANS/WP.29/2019/83

Nummer mondiaal technisch reglement

Titel agendapunt

Referentie document

2

Voorstel voor wijziging 4 van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2 van de VN (betreffende de meetprocedure voor tweewielige motorfietsen met elektrische of compressieontsteking wat de uitstoot van verontreinigende gassen, de uitstoot van CO2 en het brandstofverbruik betreft)

Technisch verslag over het opstellen van wijziging 4 van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2 van de VN (betreffende de meetprocedure voor tweewielige motorfietsen met elektrische of compressieontsteking wat de uitstoot van verontreinigende gassen, de uitstoot van CO2 en het brandstofverbruik betreft)

Machtiging om wijziging 4 van het mondiaal technisch reglement op te stellen

ECE/TRANS/WP.29/2019/121

ECE/TRANS/WP.29/2019/122

ECE/TRANS/WP.29/AC.3/36/Rev.1

 

Nummer resolutie

Titel agendapunt

Referentie document

R.E.3

Voorstel voor wijziging van Geconsolideerde Resolutie betreffende de constructie van voertuigen (R.E.3)

ECE/TRANS/WP.29/2019/117

R.E.3

Voorstel voor wijziging van bijlage IV bij Geconsolideerde Resolutie betreffende de constructie van voertuigen (R.E.3)

ECE/TRANS/WP.29/2019/118,

WP.29-179-06

R.E.5

Voorstel voor wijziging 4 van Geconsolideerde Resolutie betreffende de gemeenschappelijke specificatie van lichtbroncategorieën (R.E.5)

ECE/TRANS/WP.29/2019/126

MR.1

Voorstel voor wijziging 2 van Gemeenschappelijke Resolutie nr. 1 (MR.1) — ontwerpaddendum 3

ECE/TRANS/WP.29/2019/119

Diversen

Titel agendapunt

Referentie document

Voorstel tot machtiging voor het opstellen van een wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 6 van de VN

ECE/TRANS/WP.29/2019/123

Voorstel voor herziening 1 van de machtiging voor het opstellen van een nieuw mondiaal technisch reglement van de VN betreffende de bepaling van het vermogen van elektrische voertuigen

ECE/TRANS/WP.29/2019/124

(1)    Alle documenten waarnaar in deze tabel wordt verwezen, kunnen worden geraadpleegd op: http://www.unece.org/trans/main/wp29/wp29wgs/wp29gen/gen2019.html
Top

Brussel, 11.10.2019

COM(2019) 480 final

2019/0232(NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in de betrokken comités van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties ten aanzien van de voorstellen tot wijziging van de VN/ECE-Reglementen nrs. 0, 16, 17, 21, 29, 43, 44, 48, 53, 55, 58, 67, 74, 80, 83, 85, 86, 98, 107, 112, 113, 115, 116, 123, 129, 135, 148, 149 en 150, het voorstel tot wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2, het voorstel tot wijziging van Gemeenschappelijke Resolutie MR.1, de voorstellen tot wijziging van de Geconsolideerde Resoluties R.E.3 en R.E.5 en de voorstellen tot machtiging voor het opstellen van een wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 6 en van een nieuw mondiaal technisch reglement betreffende de bepaling van het vermogen van elektrische voertuigen


TOELICHTING

1.ONDERWERP VAN HET VOORSTEL

Dit voorstel betreft een besluit tot vaststelling van het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen in een van de permanente werkgroepen in het institutionele kader van de Verenigde Naties, met name in het Wereldforum voor de harmonisatie van reglementen voor voertuigen van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (werkgroep 29 of WP.29), in verband met de voorgenomen vaststelling door deze werkgroep van wijzigingen van bestaande VN/ECE-reglementen (krachtens de herziene overeenkomst van 1958) of mondiale technische reglementen van de VN (krachtens de parallelle overeenkomst) en van een aantal resoluties krachtens beide overeenkomsten.

2.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

2.1.De overeenkomst van 1958 en de overeenkomst van 1998

De Overeenkomst van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (hierna “VN/ECE” genoemd) betreffende het aannemen van eenvormige technische eisen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning van goedkeuringen verleend op basis van deze eisen (“herziene overeenkomst van 1958”) en de Overeenkomst betreffende de vaststelling van mondiale technische reglementen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen (“parallelle overeenkomst”), beogen geharmoniseerde voorschriften te ontwikkelen om technische belemmeringen voor de handel in motorvoertuigen tussen de overeenkomstsluitende partijen van de VN/ECE op te heffen en ervoor te zorgen dat die voertuigen een hoog niveau van veiligheids- en milieubescherming bieden. De overeenkomsten zijn voor de EU in werking getreden op respectievelijk 24 maart 1998 en 15 februari 2000. Zij worden beide beheerd door het VN/ECE-Wereldforum voor de harmonisatie van reglementen voor voertuigen (werkgroep 29 of WP.29).

De Europese Unie is partij bij de overeenkomsten 1 .

2.2. Het Wereldforum voor de harmonisatie van reglementen voor voertuigen van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (VN/ECE) — werkgroep 29 of WP.29

WP.29 biedt een uniek kader voor wereldwijd geharmoniseerde voorschriften voor voertuigen. WP 29 is een permanente werkgroep in het institutionele kader van de Verenigde Naties met een specifiek mandaat en reglement van orde. Deze werkgroep functioneert als een mondiaal forum voor open discussies over regels voor motorvoertuigen waar de uitvoering van de herziene overeenkomst van 1958 en de parallelle overeenkomst wordt besproken. Iedere lidstaat van de Verenigde Naties en iedere door VN-lidstaten opgerichte regionale organisatie voor economische integratie kan volledig deelnemen aan de werkzaamheden van WP.29 en partij worden bij de door WP.29 beheerde overeenkomsten betreffende voertuigen. 

De zittingen van WP.29 van de VN/ECE worden driemaal per jaar gehouden, namelijk in maart, juni en november. Bij elke zitting worden nieuwe VN/ECE-reglementen, nieuwe mondiale technische reglementen van de VN en/of wijzigingen van bestaande VN/ECE-reglementen (krachtens de herziene overeenkomst van 1958) of mondiale technische reglementen van de VN (krachtens de parallelle overeenkomst) aangenomen om rekening te houden met de technische vooruitgang. Vóór elke zitting van WP.29 worden deze wijzigingen eerst op technisch niveau besproken in specifieke ondergeschikte organen van WP29.

Vervolgens vindt op het niveau van WP.29 een stemming plaats (d.w.z. voor de voorstellen in het kader van de herziene overeenkomst van 1958, met gekwalificeerde meerderheid van de aanwezige en stemmende overeenkomstsluitende partijen en voor de voorstellen in het kader van de parallelle overeenkomst, bij consensus van de aanwezige en stemmende overeenkomstsluitende partijen).

Het standpunt dat namens de Unie moet worden ingenomen ten aanzien van de nieuwe reglementen en mondiale technische reglementen en de wijzigingen, supplementen en corrigenda ervan, wordt vóór elke WP.29 vastgesteld bij een besluit van de Raad uit hoofde van artikel 218, lid 9, VWEU.

2.3. De beoogde handeling van WP.29

Tussen 12 en 14 november 2019 kan WP.29 tijdens zijn 179e zitting de voorstellen tot wijziging van de VN/ECE-Reglementen nrs. 0, 16, 17, 21, 35, 29, 43, 44, 48, 53, 55, 58, 67, 74, 80, 83, 85, 86, 98, 107, 112, 113, 115, 116, 123, 129, 135, 148, 149 en 150, het voorstel tot wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2, het voorstel tot wijziging van Gemeenschappelijke Resolutie MR.1, de voorstellen tot wijziging van de Geconsolideerde Resoluties R.E.3 en R.E.5 en de voorstellen tot machtiging voor het opstellen van een wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 6 en van een nieuw mondiaal technisch reglement betreffende de bepaling van het vermogen van elektrische voertuigen.

3. NAMENS DE UNIE IN TE NEMEN STANDPUNT

Het WP.29-systeem versterkt de internationale harmonisatie van voertuignormen. De overeenkomst van 1958 speelt hierbij een sleutelrol omdat EU-fabrikanten gemeenschappelijke typegoedkeuringsreglementen kunnen hanteren in de wetenschap dat hun producten door de overeenkomstsluitende partijen zullen worden erkend als zijnde in overeenstemming met hun nationale wetgeving. Deze regeling heeft het bijvoorbeeld mogelijk gemaakt dat bij Verordening (EG) nr. 661/2009 betreffende de algemene veiligheid van motorvoertuigen meer dan 50 EU-richtlijnen zijn ingetrokken en vervangen door de overeenkomstige reglementen die in het kader van de overeenkomst van 1958 zijn opgesteld.

Een vergelijkbare aanpak is gevolgd in Richtlijn 2007/46/EG, waarbij de nationale goedkeuringssystemen van de lidstaten zijn vervangen door een goedkeuringsprocedure van de Unie en een geharmoniseerd kader is vastgesteld met bestuursrechtelijke bepalingen en algemene technische voorschriften voor alle nieuwe voertuigen, systemen, onderdelen en technische eenheden. Met die richtlijn zijn de VN/ECE-reglementen als voorschriften voor de typegoedkeuring of als alternatieven voor de wetgeving van de Unie in het EU-typegoedkeuringssysteem opgenomen. Sinds de vaststelling van die richtlijn zijn er in het kader van de EU-typegoedkeuring steeds meer VN/ECE-reglementen in de wetgeving van de Unie opgenomen.

Zodra de voorstellen tot wijziging van of nieuwe VN/ECE-reglementen door WP.29 zijn aangenomen, en zodra de uitvoerend secretaris van de VN/ECE de overeenkomstsluitende partijen van deze handelingen in kennis heeft gesteld, kunnen deze handelingen, mits er geen bezwaren zijn van de overeenkomstsluitende partijen die een blokkerende minderheid vormen, na zes maanden uiteindelijk in werking treden en worden omgezet in de toepasselijke nationale voorschriften van elke overeenkomstsluitende partij. In de EU wordt de omzetting voltooid na de bekendmaking van deze handelingen in de publicatiebladen van de EU. De gewijzigde of nieuwe voorschriften die voortvloeien uit de inwerkingtreding van deze beoogde handelingen zijn rechtstreeks toepasselijk in het recht van de Unie (d.w.z. voor de toepassing van de Europese typegoedkeuring van volledige voertuigen) na de wijziging van bijlage IV bij Richtlijn 2007/46/EG en bijlage I bij Verordening (EG) nr. 661/2009.

Daarom moet het standpunt van de Unie bepaald worden over:

de voorstellen tot wijziging van de VN/ECE-Reglementen nrs. 0, 16, 17, 21, 29, 43, 44, 48, 53, 55, 58, 67, 74, 80, 83, 85, 86, 98, 107, 112, 113, 115, 116, 123, 129, 135, 148, 149 en 150;

het voorstel tot wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2;

het voorstel tot wijziging van Gemeenschappelijke Resolutie MR.1;

de voorstellen tot wijziging van de Geconsolideerde Resoluties R.E.3 en R.E.5, en

de voorstellen tot machtiging om een wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 6 uit te werken en een nieuw mondiaal technisch reglement betreffende de bepaling van het vermogen van elektrische voertuigen op te stellen;

die zijn ingediend voor stemming tijdens de zitting van WP.29 van november 2019, die plaatsvindt van 12 tot en met 14 november 2019.

De Unie moet de bovengenoemde handelingen ondersteunen omdat zij volledig in overeenstemming zijn met het internemarktbeleid van de Unie voor de automobielindustrie en met het vervoers-, klimaat- en energiebeleid van de Unie. Deze handelingen hebben een zeer positief effect op het concurrentievermogen van de automobielindustrie in de EU en op de internationale handel. Door voor deze handelingen te stemmen zal technologische vooruitgang bevorderd worden, zullen schaalvoordelen worden geboden, zal versnippering van de interne markt worden voorkomen en zullen gelijke milieu- en veiligheidsnormen in de hele Unie worden gewaarborgd.

Externe expertise is voor dit voorstel niet relevant. Het voorstel zal wel door het technisch comité motorvoertuigen worden bestudeerd.

4.RECHTSGRONDSLAG

4.1.    Procedurele rechtsgrondslag

4.1.1.    Beginselen

Artikel 218, lid 9, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) voorziet in de vaststelling van besluiten tot bepaling van “de standpunten die namens de Unie worden ingenomen in een krachtens een overeenkomst opgericht lichaam, wanneer dit lichaam handelingen met rechtsgevolgen vaststelt, met uitzondering van handelingen tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van de overeenkomst”.

Het begrip “handelingen met rechtsgevolgen” omvat handelingen die rechtsgevolgen hebben uit hoofde van de op het betrokken lichaam toepasselijke volkenrechtelijke bepalingen. Onder dit begrip vallen tevens instrumenten die volkenrechtelijk niet bindend zijn, maar die “beslissende invloed [hebben] op de inhoud van de regelgeving die de wetgever van de Unie vaststelt” 2 .

4.1.2.    Toepassing op het onderhavige geval

WP.29 is een lichaam waarin de uitvoering van de herziene overeenkomst van 1958 en de parallelle overeenkomst wordt besproken door de overeenkomstsluitende partijen van de VN/ECE.

De door WP.29 vast te stellen handelingen zijn handelingen met rechtsgevolgen.

De in de beoogde handeling opgenomen VN/ECE-reglementen zijn bindend voor de Unie en kunnen een beslissende invloed hebben op de inhoud van de EU-regelgeving met betrekking tot de typegoedkeuring van voertuigen. Bij Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad 3 zijn de goedkeuringssystemen van de lidstaten vervangen door een goedkeuringsprocedure van de Unie en is een geharmoniseerd kader vastgesteld met bestuursrechtelijke bepalingen en algemene technische voorschriften voor alle nieuwe voertuigen, systemen, onderdelen en technische eenheden. Met die richtlijn zijn de in het kader van de herziene overeenkomst van 1958 vastgestelde reglementen (“VN/ECE-reglementen”) als voorschriften voor typegoedkeuring of als alternatieven voor de wetgeving van de Unie in het EU-typegoedkeuringssysteem opgenomen. Sinds de vaststelling van Richtlijn 2007/46/EG zijn VN/ECE-reglementen steeds meer opgenomen in de wetgeving van de Unie.

De beoogde handelingen strekken niet tot aanvulling of wijziging van het institutionele kader van het verdrag.

De procedurele rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is derhalve artikel 218, lid 9, VWEU.

4.2.    Materiële rechtsgrondslag

4.2.1.    Beginselen

De materiële rechtsgrondslag voor een overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU te nemen besluit wordt in de eerste plaats bepaald door de doelstelling en de inhoud van de beoogde handeling ten aanzien waarvan namens de Unie een standpunt moet worden ingenomen. Wanneer de beoogde handeling een tweeledige doelstelling heeft of bestaat uit twee componenten waarvan er een kan worden gezien als hoofddoelstelling of overwegende component terwijl de andere doelstelling of de andere component slechts ondergeschikt is, moet het overeenkomstig artikel 218, lid 9, VWEU te nemen besluit op één materiële rechtsgrondslag worden gebaseerd, namelijk die welke vereist is gelet op de hoofddoelstelling of de overwegende component.

4.2.2. Toepassing op het onderhavige geval

De doelstelling en inhoud van de beoogde handeling hebben in de eerste plaats betrekking op de onderlinge aanpassing van wettelijke bepalingen. De materiële rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is derhalve artikel 114.

4,3.    Conclusie

De rechtsgrondslag voor het voorgestelde besluit is artikel 114 VWEU, in samenhang met artikel 218, lid 9, VWEU.

2019/0232 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het standpunt dat namens de Europese Unie moet worden ingenomen in de betrokken comités van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties ten aanzien van de voorstellen tot wijziging van de VN/ECE-Reglementen nrs. 0, 16, 17, 21, 29, 43, 44, 48, 53, 55, 58, 67, 74, 80, 83, 85, 86, 98, 107, 112, 113, 115, 116, 123, 129, 135, 148, 149 en 150, het voorstel tot wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2, het voorstel tot wijziging van Gemeenschappelijke Resolutie MR.1, de voorstellen tot wijziging van de Geconsolideerde Resoluties R.E.3 en R.E.5 en de voorstellen tot machtiging voor het opstellen van een wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 6 en van een nieuw mondiaal technisch reglement betreffende de bepaling van het vermogen van elektrische voertuigen

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, in samenhang met artikel 218, lid 9,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)Bij Besluit 97/836/EG van de Raad 4 is de Unie toegetreden tot de Overeenkomst van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties (VN/ECE) betreffende het aannemen van eenvormige technische eisen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning van goedkeuringen verleend op basis van deze eisen (“herziene overeenkomst van 1958”). De herziene overeenkomst van 1958 is op 24 maart 1998 in werking getreden.

(2)Bij Besluit 2000/125/EG van de Raad 5 is de Unie toegetreden tot de Overeenkomst betreffende de vaststelling van mondiale technische reglementen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen (“parallelle overeenkomst”). De parallelle overeenkomst is op 15 februari 2000 in werking getreden.

(3)Op grond van artikel 1 van de herziene overeenkomst van 1958 en artikel 6 van de parallelle overeenkomst kan het VN/ECE-Wereldforum voor de harmonisatie van reglementen voor voertuigen (werkgroep 29 of WP.29) de voorstellen tot wijziging van de VN/ECE-Reglementen nrs. 0, 16, 17, 21, 29, 43, 44, 48, 53, 55, 58, 67, 74, 80, 83, 85, 86, 98, 107, 112, 113, 115, 116, 123, 129, 135, 148, 149 en 150, het voorstel tot wijziging van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2, het voorstel tot wijziging van Gemeenschappelijke Resolutie MR.1, de voorstellen tot wijziging van de Geconsolideerde Resoluties R.E.3 en R.E.5 en de voorstellen tot machtiging voor het opstellen van Mondiaal Technisch Reglement nr. 6 en van een nieuw mondiaal technisch reglement betreffende de bepaling van het vermogen van elektrische voertuigen aannemen.

(4)Tijdens de 179e zitting van het Wereldforum, die van 12 tot en met 14 november 2019 wordt gehouden, zal WP.29 de bovenstaande handelingen vaststellen in verband met de administratieve bepalingen en eenvormige technische eisen voor de goedkeuring van en mondiale technische reglementen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen.

(5)Het is passend het standpunt te bepalen dat namens de Unie in WP.29 moet worden ingenomen over het aannemen van voorstellen voor VN/ECE-reglementen, aangezien die reglementen bindend zullen zijn voor de Unie en een beslissende invloed kunnen hebben op de inhoud van de EU-regelgeving met betrekking tot de typegoedkeuring van voertuigen.

(6)Bij Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad 6 zijn de goedkeuringssystemen van de lidstaten vervangen door een goedkeuringsprocedure van de Unie en is een geharmoniseerd kader vastgesteld met bestuursrechtelijke bepalingen en algemene technische voorschriften voor alle nieuwe voertuigen, systemen, onderdelen en technische eenheden. Met die richtlijn zijn de in het kader van de herziene overeenkomst van 1958 vastgestelde reglementen (“VN/ECE-reglementen”) als voorschriften voor typegoedkeuring of als alternatieven voor de wetgeving van de Unie in het EU-typegoedkeuringssysteem opgenomen. Sinds de vaststelling van Richtlijn 2007/46/EG zijn VN/ECE-reglementen steeds meer opgenomen in de wetgeving van de Unie.

(7)Gezien de opgedane ervaring en de technische ontwikkelingen moeten de voorschriften voor bepaalde elementen of kenmerken die onder de VN/ECE-Reglementen nrs. 0, 16, 21, 29, 43, 44, 48, 53, 55, 58, 67, 74, 80, 83, 85, 86, 98, 107, 112, 113, 115, 116, 123, 129, 135, 148, 149 en 150 vallen, worden gewijzigd of aangevuld. Daarnaast moeten sommige bepalingen van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2 van de VN worden gewijzigd en moeten sommige bepalingen van VN/ECE-Reglement nr. 17 worden gerectificeerd. Ten slotte moeten de wijzigingen van Gemeenschappelijke Resolutie MR.1 en de wijzigingen van de Geconsolideerde Resoluties R.E.3 en R.E.5 worden vastgesteld.

(8)Werkdocument ECE/TRANS/WP.29/2019/93 van WP.29 betreft een voorstel voor wijzigingenreeks 01 van VN/ECE-Reglement nr. 35 (bedieningspedalen). Aangezien de EU de uniforme bepalingen van VN/ECE-Reglement nr. 35 niet toepast, is het niet nodig een standpunt van de Unie over voorstel ECE/TRANS/WP.29/2019/93 vast te stellen.

(9)Werkdocument ECE/TRANS/WP.29/2019/114 van WP.29 betreft een voorstel voor supplement 2 op wijzigingenreeks 03 van VN/ECE-Reglement nr. 79 (stuurinrichting) zoals oorspronkelijk ingediend door de voorzitter van het desbetreffende gespecialiseerd ondersteunend orgaan van WP.29. Tijdens de laatste vergadering van het gespecialiseerd ondersteunend orgaan heeft de voorzitter naar aanleiding van bezwaren van bepaalde overeenkomstsluitende partijen ermee ingestemd een herzien document in te dienen bij WP.29. Aangezien het document momenteel niet beschikbaar is op het portaal van het secretariaat van WP.29 en wellicht verder moet worden besproken door de deskundigen, is het passend dit terug te sturen naar het gespecialiseerd ondersteunend orgaan.

(10)De verwijzing naar de machtiging om wijziging 4 van Mondiaal Technisch Reglement nr. 2 op te stellen op het portaal van het secretariaat van WP.29 is incorrect en ECE/TRANS/WP.29/AC.3./36 moet worden gecorrigeerd naar ECE/TRANS/WP.29/AC.3./36/Rev.1.

(11)Werkdocument ECE/TRANS/WP.29/2019/118 van WP.29 betreft een voorstel tot wijziging van bijlage IV bij de Geconsolideerde Resolutie betreffende de constructie van voertuigen (R.E.3). Dit voorstel moet samen met informeel document WP.29-179-06, dat de verwijzing naar de ISO-norm betreffende het uitvoeren van metingen van brandstofkwaliteit voor bepaalde parameters verduidelijkt, worden beschouwd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Het standpunt dat namens de Unie in het WP.29 tijdens zijn 179e zitting van 12 tot en met 14 november 2019 moet worden ingenomen, is dat gestemd wordt voor de in bijlage 1 bij dit besluit opgenomen voorstellen.

Artikel 2

Het standpunt dat namens de Unie in het WP.29 tijdens zijn 179e zitting van 12 tot en met 14 november 2019 moet worden ingenomen, is dat gestemd wordt tegen het voorstel voor supplement 2 op wijzigingenreeks 03 van VN-Reglement nr. 79 (stuurinrichting, werkdocument ECE/TRANS/WP.29/2019/114).

Artikel 3

Dit besluit is gericht tot de Commissie.

Gedaan te Brussel,

   De voorzitter

   Voor de Raad

   De voorzitter

(1)    Besluit 97/836/EG van de Raad van 27 november 1997 inzake de toetreding van de Europese Gemeenschap tot de overeenkomst van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties betreffende het aannemen van eenvormige technische eisen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning van goedkeuringen verleend op basis van deze eisen (“Herziene overeenkomst van 1958”) (PB L 346 van 17.12.1997, blz. 78).Besluit 2000/125/EG van de Raad van 31 januari 2000 betreffende de sluiting van de overeenkomst betreffende de vaststelling van mondiale technische reglementen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen (“parallelle overeenkomst”) (PB L 35 van 10.2.2000, blz. 12).
(2)    Arrest van het Hof van Justitie van 7 oktober 2014, Bondsrepubliek Duitsland/Raad van de Europese Unie, C-399/12, ECLI:EU:C:2014:2258, punten 61 tot en met 64.
(3)    Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 september 2007 tot vaststelling van een kader voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd (Kaderrichtlijn) (PB L 263 van 9.10.2007, blz. 1).
(4)    Besluit 97/836/EG van de Raad van 27 november 1997 inzake de toetreding van de Europese Gemeenschap tot de overeenkomst van de Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties betreffende het aannemen van eenvormige technische eisen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen en de voorwaarden voor wederzijdse erkenning van goedkeuringen verleend op basis van deze eisen (“Herziene overeenkomst van 1958”) (PB L 346 van 17.12.1997, blz. 78).
(5)    Besluit 2000/125/EG van de Raad van 31 januari 2000 betreffende de sluiting van de overeenkomst betreffende de vaststelling van mondiale technische reglementen voor wielvoertuigen, uitrustingsstukken en onderdelen die kunnen worden aangebracht en/of gebruikt op wielvoertuigen (“parallelle overeenkomst”) (PB L 35 van 10.2.2000, blz. 12).
(6)    Richtlijn 2007/46/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 september 2007 tot vaststelling van een kader voor de goedkeuring van motorvoertuigen en aanhangwagens daarvan en van systemen, onderdelen en technische eenheden die voor dergelijke voertuigen zijn bestemd (Kaderrichtlijn) (PB L 263 van 9.10.2007, blz. 1).
Top