EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52019PC0401

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

COM/2019/401 final

Brussel, 30.8.2019

COM(2019) 401 final

2019/0181(NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie
en de Republiek Belarus betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven


TOELICHTING

1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

In het kader van de top van het Oostelijk Partnerschap in mei 2009 betuigde de EU opnieuw haar politieke steun aan de volledige liberalisering van de visumregeling in een zekere omgeving en aan de bevordering van de mobiliteit door visumversoepelings- en overnameovereenkomsten te sluiten met de landen van het Oostelijk Partnerschap. Overeenkomstig de gemeenschappelijke aanpak voor de ontwikkeling van het EU-beleid inzake de visumversoepeling, die in december 2005 door de lidstaten op het niveau van het Coreper is vastgesteld, wordt er geen visumversoepelingsovereenkomst gesloten als er geen overnameovereenkomst is.

Op basis daarvan heeft de Commissie op 12 november 2010 een aanbeveling bij de Raad ingediend om richtsnoeren te krijgen om over overeenkomsten te onderhandelen met de Republiek Belarus inzake, respectievelijk, de versoepeling van de afgifte van visa voor kort verblijf en de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven.

Op 28 februari 2011 machtigde de Raad de Commissie formeel om te onderhandelen over een overnameovereenkomst tussen de Europese Unie en Belarus.

De onderhandelingen zijn officieel van start gegaan op 30 januari 2014 en de eerste formele onderhandelingsronde vond plaats op 13 juni 2014 in Minsk. Hierop volgden drie onderhandelingsronden: eerst op 25 november 2014 in Brussel en daarna op 11 maart 2015 en op 20 juni 2017 in Minsk. Op 17 juni 2019 werd de tekst van de overeenkomst door de hoofdonderhandelaars geparafeerd door uitwisseling van e-mails.

In de tussentijd hebben Belarus, de Europese Unie en zeven deelnemende lidstaten (Bulgarije, Finland, Hongarije, Letland, Litouwen, Polen en Roemenië) op 13 oktober 2016 een gemeenschappelijke verklaring over een mobiliteitspartnerschap ondertekend.

De lidstaten zijn gedurende alle fasen van de onderhandelingen regelmatig op de hoogte gehouden en geraadpleegd in de desbetreffende werkgroepen van de Raad. Het definitieve ontwerp van de tekst van de overeenkomst werd voorgelegd aan de raden justitie en binnenlandse zaken (migratie, integratie en verwijdering) en werd op 12 april 2019 via een stilzwijgende procedure goedgekeurd.

Op 17 april 2019 is het Europees Parlement bij brief van de directeur-generaal van het DG Migratie en Binnenlandse zaken aan de voorzitter van de Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken geïnformeerd over de afronding van de onderhandelingen over zowel de visumversoepelings- als de overnameovereenkomsten. Aan die brief werden de ontwerpteksten van beide overeenkomsten gehecht.

Het voorgestelde besluit betreffende de sluiting bevat de noodzakelijke interne regelingen voor de praktische toepassing van de overeenkomst. Met name wordt erin bepaald dat de Commissie, bijgestaan door deskundigen van de lidstaten, de Unie vertegenwoordigt in het Gemengd Comité overname dat bij artikel 19 van de overeenkomst wordt ingesteld.

Bijgaand voorstel vormt het rechtsinstrument voor de sluiting van de overeenkomst. De Raad zal met gekwalificeerde meerderheid een besluit nemen.

2.DOEL EN INHOUD VAN DE OVEREENKOMST

De Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven (hierna de “overeenkomst” genoemd) heeft tot doel snelle en doeltreffende procedures vast te stellen voor de identificatie en de veilige en ordelijke teruggeleiding van personen die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van Belarus of een van de lidstaten van de Europese Unie, en de doorgeleiding van dergelijke personen in een geest van samenwerking te vergemakkelijken.

De Commissie is van oordeel dat de door de Raad in zijn onderhandelingsrichtsnoeren vastgestelde doelstellingen zijn bereikt en dat de ontwerpovernameovereenkomst aanvaardbaar is voor de Unie.

De overnameovereenkomst houdt uiteindelijk het volgende in:

De overeenkomst omvat acht afdelingen met in totaal 24 artikelen. Zij telt tevens zeven bijlagen, die een integrerend onderdeel ervan uitmaken, alsmede vijf gemeenschappelijke verklaringen.

De overeenkomst bevat een inleidende bepaling waarin wordt bevestigd dat de overeenkomst moet worden toegepast met inachtneming van de mensenrechten en van de verplichtingen en verantwoordelijkheden van de aangezochte staat en de verzoekende staat conform de desbetreffende voor hen geldende internationale instrumenten, en waarin wordt herhaald dat de aangezochte staat er met name voor moet zorgen dat de rechten van de op zijn grondgebied overgenomen personen worden beschermd, conform deze internationale instrumenten.

De in de overeenkomst vervatte overnameverplichtingen (artikelen 3 tot en met 6) zijn op basis van volledige wederkerigheid opgesteld en hebben betrekking op eigen onderdanen (artikelen 3 en 5) alsook op onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikelen 4 en 6).

De verplichting tot overname van eigen onderdanen geldt ook ten aanzien van gewezen eigen onderdanen van wie de nationaliteit is ontnomen of die daarvan afstand hebben gedaan, zonder dat zij de nationaliteit van een andere staat hebben verworven.

De verplichting tot overname van eigen onderdanen geldt ook ten aanzien van gezinsleden (d.w.z. de echtgeno(o)t(e) en minderjarige ongehuwde kinderen), ongeacht hun nationaliteit, die geen zelfstandig verblijfsrecht in de verzoekende staat hebben.

Aan de verplichting tot overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikelen 4 en 6) zijn de volgende voorwaarden verbonden: a) de betrokkene is op het tijdstip van binnenkomst in het bezit van een door de aangezochte staat afgegeven verblijfsvergunning of een door de aangezochte staat afgegeven geldig visum en van een bewijs van binnenkomst op het grondgebied van de aangezochte staat; of b) de betrokkene is illegaal en rechtstreeks het grondgebied van de verzoekende staat binnengekomen na verblijf op of doorreis via het grondgebied van de aangezochte staat. Deze overnameverplichting geldt niet ten opzichte van personen die slechts in luchthaventransit zijn geweest of aan wie een visum of een verblijfsvergunning is afgegeven door de verzoekende staat, tenzij i) het visum of de verblijfsvergunning dat of die door de aangezochte staat is afgegeven een langere geldigheidstermijn heeft, ii) het visum of de verblijfsvergunning dat of die door de verzoekende staat is afgegeven op frauduleuze wijze is verkregen, of iii) die persoon nalaat de aan het visum verbonden voorwaarden na te leven.

Voor eigen onderdanen, ingeval een vastgestelde termijn is verstreken, en voor onderdanen van derde landen of staatloze personen aanvaardt Belarus het gebruik van het Europees reisdocument voor terugkeer (artikel 3, lid 5, en artikel 4, lid 3). Het gelijkwaardige standaarddocument van de Republiek Belarus is opgenomen in bijlage 7.

Afdeling III van de overeenkomst (artikelen 7 tot en met 13, in samenhang met de bijlagen 1 tot en met 5) bevat de nodige technische bepalingen met betrekking tot de overnameprocedure (overnameverzoek, bewijsmiddelen, termijnen, wijze van overdracht en wijze van vervoer) en “onterechte overname” (artikel 13). De procedure vertoont enige soepelheid omdat er geen overnameverzoek vereist is wanneer de over te nemen persoon in het bezit is van een geldig reisdocument (artikel 7, lid 2).

Artikel 7, lid 3, van de overeenkomst regelt de zogeheten versnelde procedure, die wordt toegepast op personen die worden aangehouden binnen een maximaal 30 kilometer breed gebied vanaf de gemeenschappelijke landsgrens tussen een lidstaat en Belarus en op het grondgebied van de internationale luchthavens van de lidstaten of van Belarus. In het kader van de versnelde procedure moet een overnameverzoek binnen twee werkdagen worden ingediend en binnen twee werkdagen worden beantwoord; bij de normale procedure bedraagt de termijn om een overnameverzoek te beantwoorden tien kalenderdagen (artikel 11, lid 2).

De overeenkomst bevat een afdeling over doorgeleiding (artikelen 14 en 15, in samenhang met bijlage 6).

De artikelen 16, 17 en 18 bevatten de nodige regels inzake kosten, gegevensbescherming en de verhouding tot andere internationale verplichtingen.

Artikel 19 bepaalt op welke wijze het Gemengd Comité overname wordt samengesteld en welke zijn taken en bevoegdheden zijn.

Om de uitvoering van deze overeenkomst te vergemakkelijken, biedt artikel 20 Belarus en de afzonderlijke lidstaten de mogelijkheid om bilaterale uitvoeringsprotocollen te sluiten. De verhouding tussen de bilaterale overeenkomsten of regelingen en deze overeenkomst wordt in artikel 21 nader omschreven.

De slotbepalingen (artikelen 22 tot en met 24) bevatten de nodige regels betreffende de territoriale toepassing, de inwerkingtreding, de looptijd, eventuele wijzigingen, de opschorting, de beëindiging van de overeenkomst en de juridische status van de bijlagen daarbij.

De specifieke situatie van Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland komt tot uiting in de preambule, in artikel 1, onder d), en in artikel 22, lid 2, en wat Denemarken betreft, in een desbetreffende gemeenschappelijke verklaring. De nauwe betrokkenheid van IJsland, Liechtenstein, Noorwegen en Zwitserland bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis is in aanmerking genomen en komt tot uiting in desbetreffende gemeenschappelijke verklaringen bij de overeenkomst.

3.RECHTSGRONDSLAG, SUBSIDIARITEIT EN EVENREDIGHEID

·Rechtsgrondslag

Het onderhavige voorstel wordt voorgelegd aan de Raad met het oog op het sluiten van de overeenkomst.

De rechtsgrondslag van dit voorstel is artikel 79, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU), in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a), VWEU.

·Subsidiariteit (bij niet-exclusieve bevoegdheid)

Niet van toepassing.

·Evenredigheid

Het voorstel gaat niet verder dan nodig is om het doel ervan te verwezenlijken, namelijk de sluiting van een internationale overeenkomst betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven.

4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Dit voorstel houdt geen extra kosten voor de EU-begroting in.

5.CONCLUSIES

In het licht van bovenstaande resultaten stelt de Commissie voor dat de Raad, na de goedkeuring van het Europees Parlement te hebben verkregen, de sluiting goedkeurt van de aangehechte overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven.

2019/0181 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie
en de Republiek Belarus betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 79, lid 3, in samenhang met artikel 218, lid 6, onder a),

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien de goedkeuring van het Europees Parlement 1 ,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)Overeenkomstig Besluit XXXX/XXX van de Raad 2 is de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven (hierna “de overeenkomst” genaamd) door de Commissie ondertekend op […], onder voorbehoud van de sluiting ervan op een latere datum.

(2)In het kader van de top van het Oostelijk Partnerschap in mei 2009 betuigden de Unie en de partnerlanden opnieuw hun politieke steun aan de volledige liberalisering van de visumregeling in een zekere omgeving en aan de bevordering van de mobiliteit door visumversoepelings- en overnameovereenkomsten te sluiten met de landen van het Oostelijk Partnerschap.

(3)De overeenkomst heeft tot doel om snelle en doeltreffende procedures vast te stellen voor de identificatie en de veilige en ordelijke teruggeleiding van personen die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van Belarus of een van de lidstaten van de Europese Unie, en de doorgeleiding van dergelijke personen in een geest van samenwerking te vergemakkelijken.

(4)De Commissie moet de Unie in het bij artikel 19 van de overeenkomst opgerichte Gemengde Comité overname vertegenwoordigen.

(5)Overeenkomstig [de artikelen 1 en 2] artikel 3 van Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht, [en onverminderd artikel 4 van genoemd protocol] neemt het Verenigd Koninkrijk [niet deel aan de vaststelling van dit besluit en is de overeenkomst derhalve niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat, [tenzij deze zijn wens dienaangaande te kennen geeft overeenkomstig dat protocol]/heeft het Verenigd Koninkrijk[, bij brief van ...,] kennis gegeven van zijn wens deel te nemen aan de vaststelling en toepassing van dit besluit].

(6)Overeenkomstig [de artikelen 1 en 2] artikel 3 van Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht, [en onverminderd artikel 4 van genoemd protocol] neemt Ierland [niet deel aan de vaststelling van dit besluit en is de overeenkomst derhalve niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat, [tenzij deze zijn wens dienaangaande te kennen geeft overeenkomstig dat protocol]/heeft Ierland [,bij brief van ...,] kennis gegeven van zijn wens deel te nemen aan de vaststelling en toepassing van dit besluit].

(7)Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van Protocol nr. 22 betreffende de positie van Denemarken, gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de vaststelling van dit besluit en is dit niet bindend voor, noch van toepassing op deze lidstaat.

(8)De overeenkomst moet derhalve namens de Europese Unie worden goedgekeurd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven (de “overeenkomst”), wordt hierbij namens de Unie goedgekeurd.

De tekst van de overeenkomst en de gemeenschappelijke verklaringen zijn aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wijst de persoon aan die gemachtigd is om namens de Europese Unie de in artikel 23, lid 2, van de overeenkomst bedoelde kennisgeving te doen, waarmee de instemming van de Europese Unie om door de overeenkomst gebonden te zijn tot uiting wordt gebracht.

Artikel 3

De Commissie, bijgestaan door deskundigen uit de lidstaten, vertegenwoordigt de Unie in het bij artikel 19 van de overeenkomst ingestelde Gemengd Comité overname.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld 3 .

 

Gedaan te Brussel,

   Voor de Raad

   De voorzitter

(1)    PB C  van , blz. .
(2)    Besluit van de Raad van ... 2019 betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven (PB L  van , blz. ).
(3)    De datum van inwerkingtreding van de overeenkomst zal door het secretariaat-generaal van de Raad worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Top

Brussel, 30.8.2019

COM(2019) 401 final

BIJLAGE

bij

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven


BIJLAGE

OVEREENKOMST

tussen de Europese Unie en de Republiek Belarus

inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

DE PARTIJEN,

DE EUROPESE UNIE, hierna “de Unie” genoemd,

en

DE REPUBLIEK BELARUS, hierna “Belarus” genoemd,

VASTBESLOTEN hun samenwerking te versterken teneinde illegale immigratie doeltreffender te bestrijden,

VERLANGEND door middel van deze overeenkomst en op basis van wederkerigheid snelle en doeltreffende procedures vast te stellen voor de identificatie en de veilige en ordelijke teruggeleiding van personen die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van Belarus of van een van de lidstaten van de Europese Unie, en de doorgeleiding van deze personen in een geest van samenwerking te vergemakkelijken,

EROP WIJZEND dat deze overeenkomst geen afbreuk doet aan de rechten, verplichtingen en verantwoordelijkheden van de Unie, de lidstaten van de Europese Unie en Belarus die voortvloeien uit het internationaal recht en met name uit het Verdrag betreffende de status van vluchtelingen van 28 juli 1951 en het protocol daarbij van 31 januari 1967,

OVERWEGENDE dat het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland alsmede Ierland uit hoofde van Protocol nr. 21 betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland alsmede van Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht, niet aan deze overeenkomst deelnemen, tenzij zij overeenkomstig dat protocol te kennen geven dat wel te wensen,

OVERWEGENDE dat de bepalingen van deze overeenkomst, die onder het toepassingsgebied van titel V van het derde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie valt, uit hoofde van het Protocol betreffende de positie van Denemarken, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht, niet op het Koninkrijk Denemarken van toepassing zijn,

ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:

Artikel 1

Definities

Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:

a)    “partijen”: Belarus en de Unie;

b)    “onderdaan van Belarus”: een persoon die de nationaliteit van Belarus bezit;

c)    “onderdaan van een lidstaat”: een persoon die de nationaliteit van een lidstaat van de Europese Unie bezit, in de zin van de definitie voor doeleinden van de Unie;

d)    “lidstaat”: elke lidstaat van de Europese Unie die door deze overeenkomst is gebonden;

e)    “onderdaan van een derde land”: een persoon die een andere nationaliteit bezit dan die van Belarus of van een van de lidstaten;

f)    “staatloze persoon”: een persoon die geen nationaliteit bezit;

g)    “verblijfsvergunning”: een door Belarus of een van de lidstaten afgegeven vergunning, ongeacht van welke aard, die een persoon het recht geeft om op het grondgebied van Belarus respectievelijk een van de lidstaten te verblijven. Hieronder vallen niet de tijdelijke vergunningen om op het grondgebied van een van die staten te verblijven in verband met de behandeling van een asielverzoek of een aanvraag van een verblijfsvergunning;

h)    “visum”: een door Belarus of een van de lidstaten afgegeven vergunning of genomen beslissing die vereist is voor binnenkomst op of doorreis over het grondgebied van Belarus respectievelijk een van de lidstaten. Luchthaventransitvisa vallen hier niet onder;

i)    “verzoekende staat”: de staat (Belarus of een van de lidstaten) die een overnameverzoek in de zin van artikel 8 of een doorgeleidingsverzoek in de zin van artikel 15 van deze overeenkomst indient;

j)    “aangezochte staat”: de staat (Belarus of een van de lidstaten) waaraan een overnameverzoek in de zin van artikel 8 of een doorgeleidingsverzoek in de zin van artikel 15 van deze overeenkomst wordt gericht;

k)    “bevoegde autoriteit”: elke nationale autoriteit van Belarus of van een van de lidstaten die is belast met de uitvoering van deze overeenkomst overeenkomstig artikel 20, lid 1, onder a);

l)    “doorgeleiding”: voor de toepassing van afdeling IV, de doorreis van een onderdaan van een derde land of een staatloze persoon over het grondgebied van de aangezochte staat op weg van de verzoekende staat naar het land van bestemming;

m)    “grensregio”: een maximaal dertig kilometer breed gebied vanaf de gemeenschappelijke landsgrens tussen een lidstaat en Belarus, alsmede de internationale luchthavens van de lidstaten en van Belarus.

Artikel 2

Grondbeginselen

In het kader van de versterking van de samenwerking inzake preventie en bestrijding van illegale migratie zorgen de aangezochte staat en de verzoekende staat ervoor dat bij de toepassing van deze overeenkomst op personen die onder het toepassingsgebied ervan vallen, de mensenrechten worden geëerbiedigd en de verplichtingen en verantwoordelijkheden in acht worden genomen die voortvloeien uit de voor de partijen geldende internationale instrumenten, en met name uit:

-    de Universele Verklaring van de rechten van de mens van 1948

-    het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden van 1950

-    het Internationaal Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van rassendiscriminatie van 1965

-    het Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten van 1966

-    het VN-Verdrag tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing van 1984

-    het Verdrag van Genève betreffende de status van vluchtelingen van 1951 en het protocol daarbij van 1967.

De aangezochte staat zorgt er met name voor dat, met inachtneming van zijn verplichtingen uit hoofde van de bovenvermelde internationale instrumenten, de rechten van de op zijn grondgebied overgenomen personen worden beschermd.

Afdeling I

Overnameverplichtingen voor Belarus

Artikel 3

Overname van eigen onderdanen

1.    Belarus neemt, op verzoek van een lidstaat en zonder andere formaliteiten dan die welke in deze overeenkomst worden genoemd, alle personen over die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van de verzoekende lidstaat, mits wordt aangetoond of op basis van prima facie bewijs aannemelijk kan worden gemaakt dat zij onderdaan zijn van Belarus.

2.    Belarus neemt ook de volgende personen over:

- de minderjarige ongehuwde kinderen van de in lid 1 vermelde personen, ongeacht hun geboorteplaats of nationaliteit, tenzij zij een zelfstandig verblijfsrecht in de verzoekende lidstaat hebben;

- de echtgenoot/echtgenote van de in lid 1 vermelde personen die een andere nationaliteit bezit of staatloos is, mits hij/zij het recht heeft of krijgt om het grondgebied van Belarus binnen te komen en aldaar te verblijven, tenzij hij/zij een zelfstandig verblijfsrecht in de verzoekende lidstaat heeft.

3.    Belarus neemt ook personen over aan wie de nationaliteit van Belarus is ontnomen of die daarvan afstand hebben gedaan sinds zij het grondgebied van een lidstaat zijn binnengekomen, tenzij die personen ten minste een naturalisatietoezegging van die lidstaat hebben gekregen.

4.     Nadat Belarus heeft bevestigd aan het overnameverzoek te willen voldoen, verstrekt de ter zake bevoegde diplomatieke of consulaire post van Belarus aan de over te nemen persoon, ongeacht diens wil, onverwijld, kosteloos en uiterlijk binnen drie werkdagen het voor zijn teruggeleiding vereiste reisdocument met een geldigheidsduur van zes maanden. Wanneer Belarus binnen drie werkdagen geen reisdocument heeft verstrekt, wordt het geacht in te stemmen met het gebruik van het Europees reisdocument voor terugkeer (overeenkomstig het formulier als vastgesteld in Verordening (EU) 2016/1953).

5.    Wanneer de betrokken persoon om juridische of andere redenen niet binnen de geldigheidsduur van het oorspronkelijk verstrekte reisdocument kan worden overgedragen, verstrekt de ter zake bevoegde diplomatieke of consulaire post van Belarus binnen drie werkdagen en kosteloos een nieuw reisdocument met dezelfde geldigheidsduur. Wanneer Belarus binnen drie werkdagen geen nieuw reisdocument heeft verstrekt, wordt het geacht in te stemmen met het gebruik van het Europees reisdocument voor terugkeer (overeenkomstig het formulier als vastgesteld in Verordening (EU) 2016/1953).

Artikel 4

Overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen

1.    Belarus neemt, op verzoek van een lidstaat en zonder andere formaliteiten dan die welke in deze overeenkomst worden genoemd, alle onderdanen van derde landen en staatloze personen over die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van de verzoekende lidstaat, mits wordt aangetoond of op basis van prima facie bewijs aannemelijk kan worden gemaakt dat de betrokkene:

in het bezit is, of op het tijdstip van binnenkomst in het bezit was, van een door Belarus afgegeven verblijfsvergunning, of

in het bezit is, of op het tijdstip van binnenkomst in het bezit was, van een door Belarus afgegeven geldig visum en van een bewijs van binnenkomst op het grondgebied van Belarus, of

het grondgebied van de lidstaten illegaal en rechtstreeks is binnengekomen na verblijf op of doorreis via het grondgebied van Belarus.

2.    De in lid 1 bedoelde overnameverplichting is niet van toepassing wanneer:

 

a)    de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon slechts in luchthaventransit is geweest via een internationale luchthaven in Belarus, of

b)    de verzoekende lidstaat aan de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon vóór of na de binnenkomst op zijn grondgebied een visum of verblijfsvergunning heeft afgegeven, tenzij:

 

-    die persoon in het bezit is van een door Belarus afgegeven visum of verblijfsvergunning met een langere geldigheidsduur, of

-    het visum dat of de verblijfsvergunning die door de verzoekende lidstaat is afgegeven, verkregen is door gebruikmaking van valse of vervalste documenten dan wel door het afleggen van valse verklaringen, of

-    die persoon de aan het visum verbonden voorwaarden niet naleeft.

3.    Onverminderd het bepaalde in artikel 7, lid 2, verstrekt de verzoekende lidstaat, nadat Belarus heeft bevestigd aan het overnameverzoek te willen voldoen, aan de persoon van wie de overname is aanvaard het Europees reisdocument voor terugkeer (overeenkomstig het formulier als vastgesteld in Verordening (EU) 2016/1953).

Afdeling II

Overnameverplichtingen voor de Unie

Artikel 5

Overname van eigen onderdanen

1.    Een lidstaat neemt, op verzoek van Belarus en zonder andere formaliteiten dan die welke in deze overeenkomst worden genoemd, alle personen over die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van Belarus, mits wordt aangetoond of op basis van prima facie bewijs aannemelijk kan worden gemaakt dat zij onderdaan zijn van die lidstaat.

2.    Een lidstaat neemt ook de volgende personen over:

- de minderjarige ongehuwde kinderen van de in lid 1 vermelde personen, ongeacht hun geboorteplaats of nationaliteit, tenzij zij een zelfstandig verblijfsrecht in Belarus hebben;

- de echtgenoot/echtgenote van de in lid 1 vermelde personen die een andere nationaliteit bezit of staatloos is, mits hij/zij het recht heeft of krijgt om het grondgebied van de verzoekende lidstaat binnen te komen en aldaar te verblijven, tenzij hij/zij een zelfstandig verblijfsrecht in Belarus heeft.

3.    Een lidstaat neemt ook personen over aan wie de nationaliteit van een lidstaat is ontnomen of die daarvan afstand hebben gedaan sinds zij het grondgebied van Belarus zijn binnengekomen, tenzij die personen ten minste een naturalisatietoezegging van Belarus hebben gekregen.

4.     Nadat de aangezochte lidstaat heeft bevestigd aan het overnameverzoek te willen voldoen, verstrekt de ter zake bevoegde diplomatieke of consulaire post van die lidstaat aan de over te nemen persoon, ongeacht diens wil, onverwijld, kosteloos en uiterlijk binnen drie werkdagen het voor zijn teruggeleiding vereiste reisdocument met een geldigheidsduur van zes maanden. Wanneer de aangezochte lidstaat binnen drie werkdagen geen reisdocument heeft verstrekt, wordt hij geacht in te stemmen met het gebruik van het standaardreisdocument van Belarus voor verwijderingsdoeleinden (bijlage 7).

5.    Wanneer de betrokken persoon om juridische of andere redenen niet binnen de geldigheidsduur van het oorspronkelijk verstrekte reisdocument kan worden overgedragen, verstrekt de ter zake bevoegde diplomatieke of consulaire post van die lidstaat binnen drie werkdagen en kosteloos een nieuw reisdocument met dezelfde geldigheidsduur. Wanneer die lidstaat binnen drie werkdagen geen nieuw reisdocument heeft verstrekt, wordt hij geacht in te stemmen met het gebruik van het standaardreisdocument van Belarus voor verwijderingsdoeleinden (bijlage 7).

Artikel 6

Overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen

1.    Een lidstaat neemt, op verzoek van Belarus en zonder andere formaliteiten dan die welke in deze overeenkomst worden genoemd, alle onderdanen van derde landen en staatloze personen over die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van Belarus, mits wordt aangetoond of op basis van prima facie bewijs aannemelijk kan worden gemaakt dat de betrokkene:

in het bezit is, of op het tijdstip van binnenkomst in het bezit was, van een door de aangezochte lidstaat afgegeven verblijfsvergunning, of

in het bezit is, of op het tijdstip van binnenkomst in het bezit was, van een door de aangezochte lidstaat afgegeven geldig visum en van een bewijs van binnenkomst op het grondgebied van de aangezochte lidstaat, of

het grondgebied van Belarus illegaal en rechtstreeks is binnengekomen na verblijf op of doorreis via het grondgebied van de aangezochte lidstaat.

2.    De in lid 1 bedoelde overnameverplichting is niet van toepassing wanneer:

a)    de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon slechts in luchthaventransit is geweest via een internationale luchthaven in de aangezochte lidstaat, of

b)    Belarus aan de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon vóór of na de binnenkomst op zijn grondgebied een visum of verblijfsvergunning heeft afgegeven, tenzij:

 

-    die persoon in het bezit is van een door de aangezochte lidstaat afgegeven visum of verblijfsvergunning met een langere geldigheidsduur, of

-    het visum dat of de verblijfsvergunning die door Belarus is afgegeven, verkregen is door gebruikmaking van valse of vervalste documenten dan wel door het afleggen van valse verklaringen, of

-die persoon de aan het visum verbonden voorwaarden niet naleeft.

3.    De in lid 1 bedoelde overnameverplichting rust op de lidstaat die een visum of verblijfsvergunning heeft afgegeven. Wanneer twee of meer lidstaten een visum of verblijfsvergunning hebben afgegeven, rust de in lid 1 bedoelde overnameverplichting op de lidstaat die het document met de langste geldigheidsduur heeft afgegeven dan wel, wanneer de geldigheidsduur van een of meer van die documenten reeds is verstreken, op de lidstaat die het document heeft afgegeven dat nog steeds geldig is. Wanneer de geldigheidsduur van alle documenten reeds is verstreken, rust de in lid 1 bedoelde overnameverplichting op de lidstaat die het document heeft afgegeven waarvan de geldigheidsduur het laatst is verstreken. Wanneer geen van deze documenten kan worden overgelegd, rust de in lid 1 bedoelde overnameverplichting op de lidstaat waarvan het grondgebied het laatst is verlaten.

4.    Onverminderd het bepaalde in artikel 7, lid 2, verstrekt Belarus, nadat de lidstaat heeft bevestigd aan het overnameverzoek te willen voldoen, aan de persoon van wie de overname is aanvaard het voor zijn teruggeleiding vereiste reisdocument (bijlage 7).

Afdeling III

Overnameprocedure

Artikel 7

Beginselen

1.    Onder voorbehoud van het bepaalde in lid 2 wordt voor elke overdracht van een op grond van een verplichting als bedoeld in de artikelen 3 tot en met 6 over te nemen persoon een overnameverzoek ingediend bij de bevoegde autoriteit van de aangezochte staat.

2.    Wanneer de over te nemen persoon in het bezit is van een in bijlage 1 bij deze overeenkomst vermeld geldig reisdocument en, in het geval van een onderdaan van een derde land of een staatloze persoon, tevens in het bezit is van een geldig visum of een geldige verblijfsvergunning van de aangezochte staat, kan de overdracht van deze persoon plaatsvinden zonder dat de verzoekende staat bij de bevoegde autoriteit van de aangezochte staat een overnameverzoek of schriftelijke kennisgeving in de zin van artikel 12, lid 1, hoeft in te dienen.

3.    Onverminderd het bepaalde in lid 2, kan de verzoekende staat, wanneer in zijn grensregio (met inbegrip van luchthavens) een persoon is aangehouden die rechtstreeks komend van het grondgebied van de aangezochte staat op illegale wijze de grens heeft overschreden, binnen twee werkdagen na de aanhouding van deze persoon een overnameverzoek indienen (versnelde procedure).

Artikel 8

Overnameverzoek

1.    Het overnameverzoek bevat voor zover mogelijk:

gegevens omtrent de over te nemen persoon (bv. voornamen, familienamen, geboortedatum en zo mogelijk geboorteplaats alsmede laatste verblijfplaats) en, in voorkomend geval, gegevens omtrent de echtgenoot/echtgenote en/of minderjarige ongehuwde kinderen;

voor eigen onderdanen: de vermelding van de in bijlage 1 respectievelijk bijlage 2 bedoelde middelen waarmee het bewijs of het prima facie bewijs van de nationaliteit zal worden geleverd;

voor onderdanen van derde landen en staatloze personen: de vermelding van de in bijlage 3 respectievelijk bijlage 4 bedoelde middelen waarmee het bewijs of het prima facie bewijs dat is voldaan aan de voorwaarden voor de overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen zal worden geleverd;

een foto van de over te nemen persoon;

indien nodig vingerafdrukken, in overeenstemming met de toepasselijke wettelijke voorschriften van de verzoekende staat.

2.    Het overnameverzoek bevat voor zover mogelijk ook:

a)    een verklaring waaruit blijkt dat de over te dragen persoon eventueel hulp of verzorging nodig heeft, mits de betrokken persoon uitdrukkelijk met die verklaring heeft ingestemd;

b)    gegevens over andere beschermings- of veiligheidsmaatregelen dan wel gegevens over de gezondheid van de persoon die voor de overdracht van die persoon noodzakelijk kunnen blijken.

3.    Een gemeenschappelijk formulier voor overnameverzoeken is opgenomen in bijlage 5 bij deze overeenkomst.

4.    Een overnameverzoek kan met behulp van elk communicatiemiddel worden ingediend, waaronder elektronische middelen als fax, e-mail enz.

Artikel 9

Bewijsmiddelen met betrekking tot nationaliteit

1.    Het bewijs van de nationaliteit als bedoeld in artikel 3, lid 1, en artikel 5, lid 1, kan worden geleverd door middel van de in bijlage 1 bij deze overeenkomst vermelde documenten, ook indien de geldigheidsduur ervan is verstreken. Wanneer dergelijke documenten worden overgelegd, erkennen de lidstaten en Belarus wederzijds de nationaliteit zonder dat daarvoor verder onderzoek nodig is. Het bewijs van de nationaliteit kan niet door middel van valse documenten worden geleverd.

2.    Prima facie bewijs van de nationaliteit als bedoeld in artikel 3, lid 1, en artikel 5, lid 1, kan worden geleverd door middel van de in bijlage 2 bij deze overeenkomst vermelde documenten, ook indien de geldigheidsduur ervan is verstreken. Wanneer dergelijke documenten worden overgelegd, nemen de lidstaten en Belarus aan dat de nationaliteit vaststaat, tenzij zij het bewijs van het tegendeel kunnen leveren. Prima facie bewijs van de nationaliteit kan niet door middel van valse documenten worden geleverd.

3.    Wanneer geen van de in bijlage 1 of bijlage 2 vermelde documenten kan worden overgelegd, wordt de over te nemen persoon, op in het overnameverzoek op te nemen verzoek van de verzoekende staat, onverwijld maar uiterlijk binnen zeven kalenderdagen na de datum van het verzoek door de ter zake bevoegde diplomatieke of consulaire post van de aangezochte staat ondervraagd teneinde diens nationaliteit vast te stellen. De procedure voor dergelijke ondervragingen kan worden vastgesteld in de in artikel 20 bij deze overeenkomst voorziene uitvoeringsprotocollen.

Artikel 10

Bewijsmiddelen met betrekking tot onderdanen van derde landen en staatloze personen

1.    Het bewijs dat is voldaan aan de in artikel 4, lid 1, en artikel 6, lid 1, gestelde voorwaarden voor de overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen kan worden geleverd door middel van de in bijlage 3 bij deze overeenkomst vermelde bewijsmiddelen; het bewijs kan niet door middel van valse documenten worden geleverd. Dit bewijs wordt door de lidstaten en Belarus wederzijds erkend zonder dat verder onderzoek nodig is.

2.    Prima facie bewijs dat is voldaan aan de in artikel 4, lid 1, en artikel 6, lid 1, gestelde voorwaarden voor de overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen kan worden geleverd door middel van de in bijlage 4 bij deze overeenkomst vermelde bewijsmiddelen; het bewijs kan niet door middel van valse documenten worden geleverd. Wanneer dergelijk prima facie bewijs wordt overgelegd, nemen de lidstaten en Belarus aan dat aan de voorwaarden is voldaan, tenzij zij het bewijs van het tegendeel kunnen leveren.

3.    Het illegale karakter van de binnenkomst, de aanwezigheid of het verblijf wordt vastgesteld aan de hand van de reisdocumenten van de betrokken persoon waarin het vereiste visum of de vereiste verblijfsvergunning voor het grondgebied van de verzoekende staat ontbreekt. Een verklaring van de verzoekende staat dat de betrokken persoon niet in het bezit was van de vereiste reisdocumenten, het vereiste visum of de vereiste verblijfsvergunning kan evenzo als prima facie bewijs dienen voor het illegale karakter van de binnenkomst, de aanwezigheid of het verblijf.

Artikel 11

Termijnen

1.    Het overnameverzoek wordt bij de bevoegde autoriteit van de aangezochte staat ingediend uiterlijk honderdtachtig dagen nadat de bevoegde autoriteit van de verzoekende staat kennis heeft gekregen van het feit dat een onderdaan van een derde land of een staatloze persoon niet of niet meer aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf voldoet. Wanneer er juridische of andere belemmeringen zijn waardoor het verzoek niet tijdig kan worden ingediend, wordt de termijn op verzoek van de verzoekende staat verlengd, doch uiterlijk totdat de belemmeringen zijn opgeheven.

2.    Het overnameverzoek wordt schriftelijk beantwoord

-    binnen twee werkdagen wanneer het overnameverzoek in het kader van de versnelde procedure is ingediend (artikel 7, lid 3);

-    binnen tien kalenderdagen in alle overige gevallen.

Deze termijn begint te lopen vanaf de datum van ontvangst van het overnameverzoek. Wanneer het verzoek binnen deze termijn niet wordt beantwoord, wordt aangenomen dat met de overdracht is ingestemd.

Een overnameverzoek kan met behulp van elk communicatiemiddel worden ingediend, waaronder elektronische middelen als fax, e-mail enz.

3.    De afwijzing van een overnameverzoek wordt schriftelijk gemotiveerd.

4.    Nadat de instemming is verleend of, in voorkomend geval, nadat de in lid 2 bedoelde termijnen zijn verstreken, wordt de betrokken persoon binnen drie maanden overgedragen. Deze termijn kan op verzoek van de verzoekende staat worden verlengd met de periode die nodig is om juridische of andere belemmeringen op te heffen.

Artikel 12

Wijze van overdracht en wijze van vervoer

1.    Onverminderd het bepaalde in artikel 7, lid 2, stellen de bevoegde autoriteiten van de verzoekende staat de bevoegde autoriteiten van de aangezochte staat ten minste 72 uur vóór de teruggeleiding van een persoon schriftelijk in kennis van de datum van overdracht, de internationale plaats van binnenkomst, eventuele begeleiders en andere voor de overdracht relevante informatie.

2.    Vervoer kan op elk wijze plaatsvinden, ook door de lucht. Bij teruggeleiding door de lucht hoeft niet uitsluitend gebruik te worden gemaakt van de nationale luchtvaartmaatschappijen van Belarus of van de lidstaten; er kan ook gebruik worden gemaakt van lijnvluchten of chartervluchten. In het geval van begeleide teruggeleiding mogen naast de gemachtigde personen uit de verzoekende staat ook door Belarus of een lidstaat gemachtigde personen de over te dragen persoon begeleiden.

3. Wanneer de overdracht door de lucht gebeurt, worden eventuele begeleiders vrijgesteld van de verplichting een visum aan te vragen.

Artikel 13



Onterechte overname

De verzoekende staat neemt een persoon die door de aangezochte staat is overgenomen terug, wanneer binnen drie maanden na de overdracht van de betrokken persoon wordt vastgesteld en wordt aangetoond dat niet is voldaan aan de voorwaarden van de artikelen 3 tot en met 6 van deze overeenkomst.

In dat geval zijn mutatis mutandis de procedurevoorschriften van deze overeenkomst van toepassing en worden tevens alle beschikbare gegevens met betrekking tot de werkelijke identiteit en nationaliteit van de terug te nemen persoon meegedeeld.

Afdeling IV

Doorgeleiding

Artikel 14

Beginselen

1.    De lidstaten en Belarus beperken de doorgeleiding van onderdanen van derde landen of staatloze personen tot gevallen waarin die personen niet rechtstreeks naar de staat van bestemming kunnen worden teruggeleid.

2.    Belarus staat op verzoek van een lidstaat de doorgeleiding van onderdanen van derde landen of staatloze personen over zijn grondgebied toe, en een lidstaat staat op verzoek van Belarus de doorgeleiding van onderdanen van derde landen of staatloze personen over zijn grondgebied toe, wanneer de verdere reis in eventuele andere staten van doorgeleiding en de overname door de staat van bestemming gewaarborgd zijn.

3.    Doorgeleiding kan door Belarus of een lidstaat worden geweigerd:

 

wanneer de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon een reëel gevaar loopt in de staat van bestemming of een andere staat van doorgeleiding te worden onderworpen aan foltering, aan onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing, aan de doodstraf of aan vervolging op grond van ras, godsdienst, nationaliteit, lidmaatschap van een bepaalde sociale groep, of politieke overtuiging, of

wanneer de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon in de aangezochte staat of een andere staat van doorgeleiding blootstaat aan strafrechtelijke sancties, of

om redenen van volksgezondheid, binnenlandse veiligheid, openbare orde of andere nationale belangen van de aangezochte staat.

4.    Belarus of een lidstaat kan elke afgegeven vergunning intrekken wanneer zich later omstandigheden zoals bedoeld in lid 3 voordoen of aan het licht komen die aan doorgeleiding in de weg staan of wanneer de verdere reis in eventuele staten van doorgeleiding of de overname door de staat van bestemming niet meer gewaarborgd is. In dat geval neemt de verzoekende staat de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon zo nodig onverwijld terug.

Artikel 15

Doorgeleidingsprocedure

1.    Een doorgeleidingsverzoek wordt schriftelijk ingediend bij de bevoegde autoriteit van de aangezochte staat en bevat de volgende informatie:

a)    het soort doorgeleiding (door de lucht, over zee of over land), eventuele andere staten van doorgeleiding en de beoogde eindbestemming;

b)gegevens omtrent de betrokken persoon (bv. voornaam, achternaam, meisjesnaam, andere namen die de persoon gebruikt of waaronder de persoon bekend staat of aliassen, geboortedatum, geslacht en zo mogelijk geboorteplaats, nationaliteit, taal, soort en nummer van het reisdocument);

c)    de geplande internationale plaats van binnenkomst, het tijdstip van de overdracht en eventuele begeleiders;

d)een verklaring dat volgens de verzoekende staat is voldaan aan de voorwaarden van artikel 14, lid 2, en dat er geen redenen bekend zijn voor een weigering op grond van artikel 14, lid 3.

Een gemeenschappelijk formulier voor doorgeleidingsverzoeken is opgenomen in bijlage 6 bij deze overeenkomst.

Een doorgeleidingsverzoek kan met behulp van elk communicatiemiddel worden ingediend, waaronder elektronische middelen als fax, e-mail enz.

2.    Binnen drie werkdagen na ontvangst van het verzoek brengt de aangezochte staat de verzoekende staat schriftelijk op de hoogte van de toelating, met bevestiging van de plaats van binnenkomst en het geplande tijdstip van toelating, of van de afwijzing van de toelating en de redenen daarvoor. Wanneer er binnen drie werkdagen niet wordt geantwoord, wordt aangenomen dat met de doorgeleiding is ingestemd.

Een doorgeleidingsverzoek kan met behulp van elk communicatiemiddel worden beantwoord, waaronder elektronische middelen als fax, e-mail enz.

3.    Wanneer de doorgeleiding door de lucht gebeurt, worden de over te nemen persoon en eventuele begeleiders vrijgesteld van de verplichting een luchthaventransitvisum aan te vragen.

4.    De bevoegde autoriteiten van de aangezochte staat verlenen, onder voorbehoud van wederzijdse raadpleging, ondersteuning bij de doorgeleiding, met name door toezicht te houden op de betrokken personen en door geschikte faciliteiten ter beschikking te stellen.

Afdeling V

Kosten

Artikel 16

Kosten van vervoer en doorgeleiding

Onverminderd het recht van de bevoegde autoriteiten om de aan de overname verbonden kosten van de over te nemen persoon of derde partijen terug te vorderen, komen alle vervoerskosten in verband met overname en doorgeleiding uit hoofde van deze overeenkomst tot aan de grens van de staat van eindbestemming ten laste van de verzoekende staat.

Afdeling VI

Gegevensbescherming en onverminderde toepasselijkheid

Artikel 17

Gegevensbescherming

Persoonsgegevens worden alleen verstrekt wanneer dit nodig is voor de uitvoering van deze overeenkomst door, naar gelang van het geval, de bevoegde autoriteiten van Belarus of van een lidstaat. De verwerking en behandeling van persoonsgegevens in een specifiek geval, waaronder de doorgifte daarvan aan de autoriteiten van de andere partij, is onderworpen aan de nationale wettelijke voorschriften van Belarus en, wanneer de verwerkingsverantwoordelijke een bevoegde autoriteit van een lidstaat is, aan de bepalingen van de algemene verordening gegevensbescherming (AVG, Verordening (EU) 2016/679). In ieder geval gelden de volgende beginselen:

a)    persoonsgegevens moeten worden verwerkt op een wijze die ten aanzien van de betrokkene behoorlijk, rechtmatig en transparant is;

b)    persoonsgegevens moeten worden verzameld voor het welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doel van de uitvoering van deze overeenkomst en mogen door de mededelende of ontvangende autoriteit niet verder worden verwerkt op een wijze die onverenigbaar is met dat doel;

c)    persoonsgegevens moeten toereikend zijn, ter zake dienend zijn en beperkt zijn tot wat noodzakelijk is voor het doel waarvoor zij worden verzameld en/of verder verwerkt; de verstrekte persoonsgegevens mogen met name uitsluitend betrekking hebben op:

-    gegevens omtrent de over te dragen persoon (bv. voornamen, familienamen, vroegere namen, andere namen die de persoon gebruikt of waaronder de persoon bekend staat of aliassen, geslacht, burgerlijke staat, geboortedatum en -plaats, huidige en eventuele vroegere nationaliteit);

-    paspoort, identiteitskaart of rijbewijs (nummer, geldigheidsduur, datum van afgifte, autoriteit van afgifte, plaats van afgifte);

-    stopplaatsen en reisroutes;

-    andere voor de identificatie van de over te dragen persoon of voor het onderzoek van de overnamevereisten uit hoofde van deze overeenkomst dienstige gegevens, zoals een foto of vingerafdrukken;

-    bijzondere omstandigheden met betrekking tot de over te dragen persoon, waaronder aanwijzingen dat hij/zij een gevaarlijke persoon is of betreffende zijn/haar gezondheidstoestand dan wel indicaties en gegevens betreffende de gezondheid met het oog op de verstrekking van gezondheidszorg of medische behandeling onder de verantwoordelijkheid van een beroepsbeoefenaar die aan het beroepsgeheim is gebonden;

d)    persoonsgegevens moeten juist zijn en moeten zo nodig worden geactualiseerd;

e)    persoonsgegevens moeten worden bewaard in een vorm die het mogelijk maakt de betrokkenen niet langer te identificeren dan voor het doel waarvoor de gegevens zijn verzameld of waarvoor zij verder worden verwerkt noodzakelijk is;

f)    persoonsgegevens moeten door het nemen van passende technische of organisatorische maatregelen op een dusdanige manier worden verwerkt dat een passende beveiliging ervan gewaarborgd is, en dat zij onder meer beschermd zijn tegen ongeoorloofde of onrechtmatige verwerking en tegen onopzettelijk verlies, vernietiging of beschadiging;

g)    zowel de mededelende autoriteit als de ontvangende autoriteit neemt alle redelijke maatregelen om er in voorkomend geval voor te zorgen dat persoonsgegevens worden gerectificeerd, gewist of geblokkeerd wanneer de verwerking niet in overeenstemming is met de bepalingen van dit artikel, met name omdat deze gegevens niet toereikend, ter zake dienend of juist zijn, of omdat zij niet in verhouding staan tot het doel van de verwerking. Dit houdt tevens de kennisgeving van elke rectificatie, wissing of blokkering aan de andere partij in;

h)    op verzoek stelt de ontvangende autoriteit de mededelende autoriteit in kennis van het gebruik dat van de verstrekte gegevens is gemaakt en van de daardoor verkregen resultaten;

i)    persoonsgegevens mogen uitsluitend aan de bevoegde autoriteiten worden verstrekt. Voor de doorgifte aan andere instanties is de voorafgaande goedkeuring van de mededelende autoriteit vereist;

j)    de mededelende en de ontvangende autoriteit zijn verplicht de verstrekking en de ontvangst van persoonsgegevens schriftelijk te registreren.

Artikel 18

Onverminderde toepasselijkheid

1.    Deze overeenkomst doet geen afbreuk aan de rechten, verplichtingen en verantwoordelijkheden van de Unie, haar lidstaten en Belarus die voortvloeien uit het internationaal recht, met inbegrip van internationale verdragen waarbij zij partij zijn, en met name uit de in artikel 2 vermelde internationale instrumenten alsmede uit:

-    de internationale verdragen waarbij wordt bepaald welke staat bevoegd is voor de behandeling van ingediende asielverzoeken;

-    internationale verdragen inzake uitlevering en doorgeleiding;

-    multilaterale internationale verdragen en overeenkomsten over de overname van buitenlandse onderdanen.

2.    Niets in deze overeenkomst belet de teruggeleiding van een persoon op basis van andere formele of informele regelingen.

Afdeling VII

Uitvoering en toepassing

Artikel 19

Gemengd Comité overname

1.    De partijen verlenen elkaar wederzijdse bijstand bij de toepassing en uitlegging van deze overeenkomst. Daartoe stellen zij een Gemengd Comité overname (hierna “het comité” genoemd) in, dat met name:

a)    toezicht houdt op de toepassing van deze overeenkomst;

b)    uitvoeringsregelingen vaststelt die nodig zijn voor de uniforme toepassing van deze overeenkomst;

c)geregeld gegevens uitwisselt over de uitvoeringsprotocollen die door de afzonderlijke lidstaten en Belarus op grond van artikel 20 zijn opgesteld;

d)aanbevelingen doet voor wijziging van deze overeenkomst en de bijlagen daarbij.

2.    De beslissingen van het comité zijn bindend voor de partijen.

3.    Het comité bestaat uit vertegenwoordigers van de Unie en Belarus.

4.    Het comité komt wanneer nodig bijeen op verzoek van een van de partijen.

5.    Het comité stelt zijn reglement van orde vast.

Artikel 20

Uitvoeringsprotocollen

1.    Onverminderd de rechtstreekse toepasselijkheid van deze overeenkomst stellen Belarus en een lidstaat, op verzoek van een lidstaat of Belarus, een uitvoeringsprotocol op dat onder andere betrekking heeft op de regels inzake:

a)    de aanwijzing van de bevoegde autoriteiten, de plaatsen voor het overschrijden van de grenzen en de uitwisseling van contactpunten;

b)    de voorwaarden voor begeleide teruggeleiding, met inbegrip van de doorgeleiding van onderdanen van derde landen en staatloze personen onder begeleiding;

c)    aanvullende bewijsmiddelen en documenten die niet vermeld zijn in de bijlagen 1 tot en met 4 bij deze overeenkomst;

d)    de wijze van overname in het kader van de versnelde procedure;

e)    de procedure voor ondervragingen.

2.    De in lid 1 bedoelde uitvoeringsprotocollen treden niet eerder in werking dan nadat het in artikel 19 bedoelde comité daarvan in kennis is gesteld.

3.    Belarus stemt ermee in alle bepalingen van een met één lidstaat gesloten uitvoeringsprotocol, onder voorbehoud van de praktische toepasbaarheid ervan op Belarus, ook toe te passen in zijn betrekkingen met elke andere lidstaat die daarom verzoekt. De lidstaten stemmen ermee in alle bepalingen van een door één lidstaat gesloten uitvoeringsprotocol, onder voorbehoud van de praktische toepasbaarheid ervan op de andere lidstaten, op verzoek van Belarus ook toe te passen in hun betrekkingen met Belarus.

Artikel 21

Verhouding tot bilaterale overnameovereenkomsten

of -regelingen van de lidstaten

Onverminderd het bepaalde in artikel 23, lid 3, hebben de bepalingen van deze overeenkomst voorrang boven de bepalingen van bilaterale overeenkomsten of regelingen inzake de overname van zonder vergunning op het grondgebied verblijvende personen die op basis van artikel 20 tussen afzonderlijke lidstaten en Belarus zijn of kunnen worden gesloten, voor zover de bepalingen van laatstbedoelde overeenkomsten of regelingen onverenigbaar zijn met die van deze overeenkomst.

Afdeling VIII

Slotbepalingen

Artikel 22

Territoriaal toepassingsgebied

1.    Onder voorbehoud van het bepaalde in lid 2, is deze overeenkomst van toepassing op het grondgebied waarop het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing zijn, en op het grondgebied van Belarus.

2.    Deze overeenkomst is op het grondgebied van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en op dat van Ierland enkel van toepassing na een desbetreffende kennisgeving van de Europese Unie aan Belarus. Deze overeenkomst is niet van toepassing op het grondgebied van het Koninkrijk Denemarken.

Artikel 23

Inwerkingtreding, duur en opzegging

1.    Deze overeenkomst wordt door de partijen volgens hun eigen procedures geratificeerd of goedgekeurd.

2.    Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand volgend op de datum waarop de laatste partij de andere partij ervan in kennis heeft gesteld dat de in lid 1 bedoelde procedures zijn voltooid.

3.    Behoudens in de in artikel 7, lid 3, bedoelde gevallen worden de in de artikelen 4 en 6 van deze overeenkomst vastgestelde verplichtingen pas twee jaar na de in lid 2 bedoelde datum van toepassing. Tijdens deze periode van twee jaar gelden deze verplichtingen niettemin voor staatloze personen en onderdanen van derde landen waarmee Belarus bilaterale overnameovereenkomsten heeft gesloten.

Tijdens deze periode van twee jaar blijven de relevante delen van de bestaande bilaterale overnameovereenkomsten en bilaterale grensovereenkomsten tussen de lidstaten en Belarus eveneens van toepassing.

4.    Deze overeenkomst is van toepassing op het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en op Ierland vanaf de eerste dag van de tweede maand volgend op de datum van de in artikel 22, lid 2, bedoelde kennisgeving.

5.    De overeenkomst wordt voor onbepaalde tijd gesloten.

6.    Elke partij kan de uitvoering van deze overeenkomst door middel van een officiële kennisgeving aan de andere partij en na voorafgaande raadpleging van het in artikel 19 bedoelde comité, tijdelijk geheel of gedeeltelijk schorsen. De schorsing gaat in op de tweede dag volgend op die van de kennisgeving ervan.

7.    Elke partij kan deze overeenkomst door middel van een officiële kennisgeving aan de andere partij opzeggen. Deze overeenkomst houdt zes maanden na de datum van die kennisgeving op van toepassing te zijn.

Artikel 24

Bijlagen

De bijlagen 1 tot en met 7 maken een integrerend deel uit van deze overeenkomst.

Gedaan te …. op ….., in twee exemplaren in de Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Kroatische, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische, de Zweedse en de Wit-Russische taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

Voor de Europese Unie

(…)

Voor de Republiek Belarus

(…)



BIJLAGE 1

Gemeenschappelijke lijst van documenten waarvan de overlegging wordt beschouwd als bewijs van nationaliteit

(Artikel 3, lid 1, artikel 5, lid 1, en artikel 9, lid 1)

-    alle soorten paspoorten (nationale paspoorten, diplomatieke paspoorten, dienstpaspoorten en paspoortvervangende documenten, met inbegrip van paspoorten voor kinderen),

-    door de aangezochte staat afgegeven laissez-passer,

-    alle soorten identiteitskaarten (ook tijdelijke en voorlopige identiteitskaarten),

-    militaire zakboekjes en militaire identiteitskaarten,

-    monsterboekjes en schippersbewijzen,

-    staatsburgerschapscertificaten en andere officiële documenten waaruit duidelijk het staatsburgerschap blijkt,

-    bevestiging van de identiteit na raadpleging van het Visuminformatiesysteem (Verordening (EG) nr. 767/2008),

-    in het geval van lidstaten die het Visuminformatiesysteem niet gebruiken: positieve identificatie op basis van visumaanvraagdossiers van die lidstaten.



BIJLAGE 2

Gemeenschappelijke lijst van documenten waarvan de overlegging wordt beschouwd als prima facie bewijs van nationaliteit

(Artikel 3, lid 1, artikel 5, lid 1, en artikel 9, lid 2)

-    fotokopieën van de in bijlage 1 bij deze overeenkomst vermelde documenten,

-    rijbewijzen of fotokopieën daarvan,

-    geboorteakten of fotokopieën daarvan,

-    bedrijfspassen of fotokopieën daarvan,

-    getuigenverklaringen,

-    verklaringen van de betrokken persoon, met vermelding van de door hem of haar gesproken taal, onder meer aangetoond door de resultaten van een officiële test,

-    alle andere documenten die kunnen bijdragen tot het vaststellen van de nationaliteit van de betrokken persoon,

-    vingerafdrukken.



BIJLAGE 3

Gemeenschappelijke lijst van documenten die worden beschouwd als bewijs dat is voldaan aan de voorwaarden voor de overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen

(Artikel 4, lid 1, artikel 6, lid 1, en artikel 10, lid 1)

-    visum en/of verblijfsvergunning afgegeven door de aangezochte staat,

-    inreis-/uitreisstempels of soortgelijke aantekeningen in het reisdocument van de betrokken persoon of andere bewijzen van inreis/uitreis (bv. fotografische, elektronische of biometrische bewijzen),

-    officiële verklaringen van met name met grensbewaking belaste ambtenaren en andere personen die kunnen getuigen dat de betrokkene de grens heeft overschreden,

-    officiële verklaring van de betrokken persoon in gerechtelijke of administratieve procedures.



BIJLAGE 4

Gemeenschappelijke lijst van documenten die worden beschouwd als prima facie bewijs dat is voldaan aan de voorwaarden voor de overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen

(Artikel 4, lid 1, artikel 6, lid 1, en artikel 10, lid 2)

-    alle soorten documenten, certificaten en rekeningen (bv. hotelrekeningen, afspraakkaarten voor bezoek aan arts/tandarts, toegangsbewijzen voor openbare/particuliere instellingen, huurautocontracten, kredietkaartreçu’s) waaruit duidelijk blijkt dat de betrokken persoon op het grondgebied van de aangezochte staat heeft verbleven,

-    reisbiljetten op naam en/of passagierslijsten voor vlieg-, trein-, bus- of bootreizen waaruit de aanwezigheid van de betrokken persoon en zijn reisroute op het grondgebied van de aangezochte staat blijken,

-    gegevens waaruit blijkt dat de betrokken persoon gebruik heeft gemaakt van de diensten van een reisgids of een reisbureau,

-    door de bevoegde autoriteiten van de verzoekende staat verstrekte beschrijving van de plaats waar en de omstandigheden waaronder de betrokken persoon na binnenkomst op het grondgebied van die staat is geïntercepteerd,

-    gegevens met betrekking tot de identiteit en/of het verblijf van een persoon die door een internationale organisatie zijn verstrekt (bv. UNHCR),

-    verslagen/bevestiging van de gegevens door familieleden, reisgenoten enz.,

-    verklaring van de betrokken persoon,

-    vingerafdrukken.



BIJLAGE 5

[Embleem van de Republiek Belarus]

..............................................................…………

................................................................……….…

.................................................................……..

(Plaats en datum)

(Benaming van de verzoekende autoriteit)

Referentie: .............................................……………

Aan

................................................................……….…

................................................................……….…

................................................................…………

(Benaming van de aangezochte autoriteit)

   VERSNELDE PROCEDURE (artikel 7, lid 3)

   VERZOEK OM ONDERVRAGING (artikel 9, lid 3)

OVERNAMEVERZOEK

overeenkomstig artikel 8 van de Overeenkomst van ........... tussen

de Europese Unie en de Republiek Belarus

inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

A.Persoonlijke gegevens

1.Volledige naam (onderstreep achternaam):

...........................................................………………………………

2. Meisjesnaam:

...........................................................………………………………

3. Geboortedatum en -plaats:

...........................................................………………………………

Foto

4. Geslacht en persoonsbeschrijving (lengte, kleur van de ogen, bijzondere kenmerken enz.):

…………………………………………………………………………………………...................………………….

5. Tevens bekend als (vroegere namen, andere namen die de persoon gebruikt of waaronder de persoon bekend staat of aliassen):

...........................................................................................................................………..................……………….

6. Nationaliteit en taal:

...........................................................................................................................………...................………………

7. Burgerlijke staat:         gehuwd     ongehuwd         gescheiden     weduwe/weduwnaar

Indien gehuwd:    naam van echtgenoot/echtgenote ..............................................................................................................................

       namen en leeftijd van eventuele kinderen     ...........................................................................................

                        ...........................................................................................

                       ………………………....…………………..........................

                        ..........................................................................................

8. Laatste adres in de aangezochte staat:

............................................................................................................................………....................…………

B. Persoonlijke gegevens omtrent echtgenoot/echtgenote (indien van toepassing)

1. Volledige naam (onderstreep achternaam): ......................................................................................................................................

2. Meisjesnaam: ……………………………………...........................................................………………………………

3. Geboortedatum en -plaats: …………………………............................................................………………………………

4. Geslacht en persoonsbeschrijving (lengte, kleur van de ogen, bijzondere kenmerken enz.):

…………………………………………………………………………………………...................………………….

5. Tevens bekend als (vroegere namen, andere namen die de persoon gebruikt of waaronder de persoon bekend staat of aliassen):

...........................................................................................................................………..................……………….

6. Nationaliteit en taal:

...........................................................................................................................………...................………………

C. Persoonlijke gegevens omtrent kinderen (indien van toepassing)

1. Volledige naam (onderstreep achternaam): ......................................................................................................................................

2. Geboortedatum en -plaats: …………………………............................................................………………………………

3. Geslacht en persoonsbeschrijving (lengte, kleur van de ogen, bijzondere kenmerken enz.):

…………………………………………………………………………………………...................………………….

4. Nationaliteit en taal:

...........................................................................................................................………...................………………

D. Bijzondere omstandigheden met betrekking tot de over te dragen persoon

1. Gezondheidstoestand

(bv. eventuele bijzondere medische behandeling; Latijnse naam van besmettelijke ziekte):

............................................................................................................................................………………………

2. Redenen waarom de persoon bijzonder gevaarlijk is

(bv. vermoeden van ernstig misdrijf; agressief gedrag):

............................................................................................................................................………………………

E. Bijgevoegd bewijsmateriaal

1. .................................................................…………

(nummer paspoort)

......................................................................…………

(datum en plaats van afgifte)

..................................................................…………

(autoriteit van afgifte)

......................................................................………..

(geldig tot)

2. .................................................................…………

(nummer identiteitskaart)

......................................................................…………

(datum en plaats van afgifte)

..................................................................…………

(autoriteit van afgifte)

......................................................................…………

(geldig tot)

3. .................................................................…………

(nummer rijbewijs)

......................................................................………...

(datum en plaats van afgifte)

..................................................................…………

(autoriteit van afgifte)

......................................................................…………

(geldig tot)

4. .................................................................…………

(nummer ander officieel document)

......................................................................…………

(datum en plaats van afgifte)

..................................................................…………

(autoriteit van afgifte)

......................................................................…………

(geldig tot)

F. Vingerafdrukken (indien nodig)

G. Opmerkingen

....................................................................................................................................................................……………

....................................................................................................................................................................……………

……………………………………………………………………………………………………………………………...

...................................................

(Handtekening) (Zegel/stempel)

BIJLAGE 6

[Embleem van de Republiek Belarus]

..............................................................…………

................................................................………..

.................................................................………

(Plaats en datum)

(Benaming van de verzoekende autoriteit)

Referentie:

................................................................…………

Aan

................................................................………….

................................................................…………

................................................................…………

(Benaming van de aangezochte autoriteit)

DOORGELEIDINGSVERZOEK

overeenkomstig artikel 15 van de Overeenkomst van ........... tussen

de Europese Unie en de Republiek Belarus

inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

B.Persoonlijke gegevens

2.Volledige naam (onderstreep achternaam):

.............................................................

2. Meisjesnaam:

.............................................................

3. Geboortedatum en -plaats:

.............................................................

Foto

4. Geslacht en persoonsbeschrijving (lengte, kleur van de ogen, bijzondere kenmerken enz.):

……………………………………………………………………………………………………….

6. Tevens bekend als (vroegere namen, andere namen die de persoon gebruikt of waaronder de persoon bekend staat of aliassen):

...........................................................................................................................……………….……

7. Nationaliteit en taal:

.............................................................................................................................…………………..

8. Soort en nummer van het reisdocument:

.............................................................................................................................…………

B.    Doorgeleiding

1.    Soort doorgeleiding

qdoor de lucht

qover land

qover zee

2.         Staat van eindbestemming

        ……………………………………………………………………………………………………….

3. Eventuele andere staten van doorgeleiding

…………………………………………………………………………………………………………

4. Voorgestelde plaats van grensoverschrijding, datum, tijdstip van overdracht en eventuele begeleiders

…………………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………………

…………………………………………………………………………………………………………

5. Toelating gewaarborgd in eventuele andere staten van doorgeleiding en in de staat van eindbestemming
(artikel 13, lid 2)

qja

qnee

6. Kennis van enige reden voor weigering van de doorgeleiding
(artikel 13, lid 3)

qja

qnee

C. Opmerkingen

..............................................................................................................................................…………….

..............................................................................................................................................…………….

..............................................................................................................................................……………..

.....................................................................................................………………………….……………..

...................................................

(Handtekening) (Zegel/stempel)



BIJLAGE 7

Standaardreisdocument van Belarus voor verwijderingsdoeleinden

STANDAARDREISDOCUMENT VAN DE REPUBLIEK BELARUS

VOOR VERWIJDERINGSDOELEINDEN

Embleem van

de verzoekende staat

REISDOCUMENT

voor overnamedoeleinden

Geldig voor één uitreis/inreis

(schrappen wat niet van toepassing is)

van                                    

(naam van de staat)

naar                                    

(naam van de staat)

Achternaam                                

Voornaam                                

Geboortedatum                 Geslacht             Lengte    

Foto

Staatsburgerschap                                            

Bijzondere kenmerken                                        

Dit reisdocument is geldig

van             20    

(maand)

tot             20    

(maand)

Autoriteit van afgifte                                        

Reden voor afgifte                                        

Datum van afgifte:             20    

(maand)

Handtekening van de ambtenaar                    

l.s.

nr.                        

(volgnummer van het formulier)

Gemeenschappelijke verklaring over technische en financiële bijstand

Beide partijen komen overeen dat zij deze overeenkomst zullen uitvoeren op basis van de beginselen van gezamenlijke verantwoordelijkheid, solidariteit en gelijkwaardig partnerschap teneinde de migratiestromen tussen Belarus en de EU te beheren.

In dit verband verbindt de EU zich ertoe financiële middelen ter beschikking te stellen om Belarus te ondersteunen bij de uitvoering van deze overeenkomst. Daarbij zal bijzondere aandacht worden besteed aan capaciteitsopbouw. Deze bijstand wordt verleend in het kader van de algemene prioriteiten voor bijstand aan Belarus, als deel van de totale middelen die voor Belarus beschikbaar zijn en met volledige inachtneming van de toepasselijke uitvoeringsvoorschriften en procedures voor externe bijstand van de EU.

 


Gemeenschappelijke verklaring betreffende het Koninkrijk Denemarken

De partijen nemen er nota van dat deze overeenkomst niet van toepassing is op het grondgebied van het Koninkrijk Denemarken, noch op onderdanen van het Koninkrijk Denemarken. Het is daarom dienstig dat Belarus en het Koninkrijk Denemarken een overnameovereenkomst sluiten die vergelijkbaar is met deze overeenkomst.

Gemeenschappelijke verklaring betreffende de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen

De partijen nemen nota van de nauwe betrekkingen tussen de Europese Unie en de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen, die met name voortvloeien uit de Overeenkomst van 18 mei 1999 inzake de wijze waarop deze twee staten worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis. Het is daarom dienstig dat Belarus met de Republiek IJsland en het Koninkrijk Noorwegen een overnameovereenkomst sluit die vergelijkbaar is met deze overeenkomst.



Gemeenschappelijke verklaring betreffende de Zwitserse Bondsstaat

De partijen nemen nota van de nauwe betrekkingen tussen de Europese Unie en de Zwitserse Bondsstaat, die met name voortvloeien uit de op 1 maart 2008 in werking getreden Overeenkomst inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis. Het is daarom dienstig dat Belarus met de Zwitserse Bondsstaat een overnameovereenkomst sluit die vergelijkbaar is met deze overeenkomst.



Gemeenschappelijke verklaring betreffende het Vorstendom Liechtenstein

De partijen nemen nota van de nauwe betrekkingen tussen de Europese Unie en het Vorstendom Liechtenstein, die met name voortvloeien uit de op 19 december 2011 in werking getreden Overeenkomst inzake de wijze waarop het Vorstendom Liechtenstein wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis. Het is daarom dienstig dat Belarus met het Vorstendom Liechtenstein een overnameovereenkomst sluit die vergelijkbaar is met deze overeenkomst.

Top