Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52018PC0505

    Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende de verdeling van de vangstmogelijkheden in het kader van het protocol tot uitvoering van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Republiek Ivoorkust en de Europese Gemeenschap (2018-2024)

    COM/2018/505 final

    Brussel, 2.7.2018

    COM(2018) 505 final

    2018/0268(NLE)

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN DE RAAD

    betreffende de verdeling van de vangstmogelijkheden in het kader van het protocol tot uitvoering van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Republiek Ivoorkust en de Europese Gemeenschap (2018-2024)


    TOELICHTING

    1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

    Op basis van de desbetreffende onderhandelingsrichtsnoeren 1 heeft de Commissie met de regering van Ivoorkust onderhandelingen gevoerd met het oog op het sluiten van een nieuw protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Republiek Ivoorkust 2 . Na afloop van deze onderhandelingen is op 16 maart 2018 een nieuw protocol geparafeerd. Het protocol bestrijkt een periode van zes jaar vanaf de datum van voorlopige toepassing, d.w.z. vanaf de datum van de ondertekening ervan, zoals bepaald in artikel 15 van het protocol.

    Het nieuwe protocol is er in de eerste plaats op gericht om de vaartuigen van de Unie vangstmogelijkheden in de wateren van Ivoorkust te bieden op basis van het beste beschikbare wetenschappelijke advies en met inachtneming van de aanbevelingen van de Internationale Commissie voor de instandhouding van Atlantische tonijnen (ICCAT – International Commission for the Conservation of Atlantic Tunas). Dit nieuwe protocol houdt rekening met de resultaten van een evaluatie van het vorige protocol (2014-2018) en met een verkennende evaluatie waarin is nagegaan of een nieuw protocol diende te worden gesloten. Beide werden uitgevoerd door externe deskundigen. Voorts zal het protocol het voor de Europese Unie en de Republiek Ivoorkust mogelijk maken om nauwer samen te werken met het oog op de bevordering van een duurzaam visserijbeleid en een verantwoorde exploitatie van de visbestanden in de Ivoriaanse wateren, en zal het de inspanningen van Ivoorkust voor de ontwikkeling van zijn blauwe economie ondersteunen, dit alles in het belang van beide partijen.

    Het protocol voorziet in vangstmogelijkheden in de volgende categorieën:

       28 vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen;

       8 vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug.

    Er dient te worden bepaald hoe de vangstmogelijkheden over de lidstaten moeten worden verdeeld.

    2.EVALUATIE, RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDEN EN EFFECTBEOORDELING

    Evaluatie van bestaande wetgeving en controle van de resultaatgerichtheid ervan

    De belanghebbende partijen zijn geraadpleegd in het kader van de ex-postevaluatie en de ex-ante-evaluatie betreffende een mogelijk nieuw protocol tussen de Europese Unie en de Republiek Ivoorkust. Ook zijn in het kader van technische vergaderingen deskundigen uit de lidstaten en het bedrijfsleven geraadpleegd. Uit dit overleg is naar voren gekomen dat het voor de Europese Unie en de Republiek Ivoorkust gunstig zou zijn een nieuw protocol bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij te sluiten.

    3.JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

    De onderhavige procedure loopt parallel aan de procedure met betrekking tot het besluit van de Raad betreffende de ondertekening van het protocol en aan de procedure met betrekking tot het besluit van de Raad betreffende de sluiting van het protocol zelf.

    2018/0268 (NLE)

    Voorstel voor een

    VERORDENING VAN DE RAAD

    betreffende de verdeling van de vangstmogelijkheden in het kader van het protocol tot uitvoering van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Republiek Ivoorkust en de Europese Gemeenschap (2018-2024)

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43,

    lid 3,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt,

    (1)Op 17 maart 2008 heeft de Raad zijn goedkeuring gehecht aan Verordening (EG) nr. 242/2008 van de Raad betreffende de sluiting van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en Ivoorkust 3 (hierna "de overeenkomst" genoemd).

    (2)Het laatste protocol bij de overeenkomst verstrijkt op 30 juni 2018.

    (3)De Commissie heeft namens de Europese Unie onderhandeld over een nieuw protocol tot uitvoering van de overeenkomst (hierna "het protocol" genoemd). Na afloop van die onderhandelingen is op 16 maart 2018 een ontwerp van het protocol geparafeerd.

    (4)Overeenkomstig Besluit (EU) 2018/… van de Raad 4 is een nieuw protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Unie en de Republiek Ivoorkust (hierna "het protocol" genoemd) ondertekend op ... [gelieve de datum van de ondertekening in te vullen].

    (5)De vangstmogelijkheden moeten over de lidstaten worden verdeeld voor de volledige periode van toepassing van het protocol.

    (6)Overeenkomstig artikel 12 van Verordening (EU) 2017/2403 is het passend om, gedurende een bepaald jaar of een andere relevante uitvoeringsperiode van een protocol bij een partnerschapsovereenkomst inzake duurzame visserij, rekening houdend met de geldigheidsperioden van de vismachtigingen en met de visseizoenen, de lidstaten in kennis te stellen van de vangstmogelijkheden die onbenut zijn gebleven, zodat deze eventueel opnieuw kunnen worden toegewezen.

    (7)Om ervoor te zorgen dat de vaartuigen van de Unie spoedig met hun visserijactiviteiten kunnen starten, is het protocol voorlopig van toepassing met ingang van de datum van ondertekening. Daarom moet ook deze verordening van toepassing zijn met ingang van diezelfde datum,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    (1)    De vangstmogelijkheden die zijn vastgesteld op grond van het protocol tot uitvoering van de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Unie en de Republiek Ivoorkust, worden als volgt over de lidstaten verdeeld:

    (a)    vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen:

    Spanje:            [16]    vaartuigen

    Frankrijk:        [12]    vaartuigen;

    (b)    vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug:

    Spanje:            [6]    vaartuigen

    Portugal:        [2]    vaartuigen.

    (2)    Verordening (EU) 2017/2403 inzake het duurzame beheer van externe vissersvloten is van toepassing onverminderd de overeenkomst inzake visserij tussen de Europese Unie en Ivoorkust.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel,

       Voor de Raad

       De voorzitter

    (1)    Aangenomen op 15 februari 2018 tijdens de 3595e zitting van de Raad Onderwijs, Jeugdzaken, Cultuur en Sport.
    (2)    PB L 170 van 22.6.2013, blz. 2.
    (3)    Verordening (EG) nr. 242/2008 van de Raad van 17 maart 2008 betreffende de sluiting van de Partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en Ivoorkust (PB L 75 van 18.3.2008, blz. 51).
    (4)    PB L […] van […], blz. […].
    Top