Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52018DC0077

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT Verslag over de tenuitvoerlegging van het EU-douaneactieplan tegen inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten voor de jaren 2013-2017

COM/2018/077 final

Brussel, 22.2.2018

COM(2018) 77 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD EN HET EUROPEES PARLEMENT

Verslag over de tenuitvoerlegging van het EU-douaneactieplan tegen inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten voor de jaren 2013-2017


Verslag over de tenuitvoerlegging van het EU-douaneactieplan tegen inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten voor de jaren 2013-2017

INHOUDSOPGAVE

INLEIDING    

1- De effectieve uitvoering en monitoring van de nieuwe EU-wetgeving inzake handhaving van IE-rechten door de douane    

1.1 Wetgeving voor en ontwikkeling van instrumenten voor de uitvoering van de nieuwe EU-verordening    

1.2 De volledige operationaliteit van COPIS benutten    

1.3 Betrokkenheid van rechthebbenden en stakeholders    

1.4 - Jaarlijkse publicatie van statistische gegevens    

2 - Het aanpakken van de belangrijkste trends in de handel in goederen die inbreuk maken op IE-rechten    

2.1 Ontwikkeling van een op maat gesneden aanpak voor post- en pakketzendingen    

2.2 Versterking van het douanerisicobeheer    

3 - Het aanpakken van de handel in goederen die inbreuk maken op IE-rechten, doorheen de hele internationale toeleveringsketen    

3.1 Versterking van de samenwerking met belangrijke landen van oorsprong, douanevervoer en bestemming    

3.1.1 Volksrepubliek China    

3.1.2 Hongkong, China    

3.1.3 Internationale samenwerking    

3.2 Capaciteitsopbouw in kandidaat-lidstaten en buurlanden op het gebied van handhaving van IE-rechten    

4 - Versterking van de samenwerking tussen het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten en rechtshandhavingsautoriteiten    

4.1 Opzetten van een partnerschap met het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten    

4.2 Verbetering van wederzijds begrip en samenwerking tussen douane, politie en justitie    

CONCLUSIE    

AANBEVELINGEN    



INLEIDING

De douanediensten van de Europese Unie mogen goederen vasthouden waarvan wordt vermoed dat deze inbreuk maken op intellectuele-eigendomsrechten (hierna "IE-rechten" genoemd) die worden beschermd door EU-wetgeving en nationale wetgeving. Daarbij werkt de douane samen met stakeholders, zoals rechthebbenden, andere nationale instanties en instellingen die belast zijn met de handhaving en toepassing van wetgeving inzake IE-rechten, maar ook de Europese Commissie.

Een eerste EU-douaneactieplan tegen inbreuken op IE-rechten werd in 2009 door de Raad bekrachtigd 1 . Dit plan moest ervoor zorgen dat de douane een gemeenschappelijke aanpak zou gaan volgen bij de handhaving van IE-rechten en haar aandacht zou concentreren op de sectoren die de grootste risico's inhouden.

De Raad onderkende dat douaneautoriteiten moesten worden uitgerust met de nodige instrumenten om met succes het hoofd te kunnen bieden aan nieuwe trends in de internationale handel in goederen die inbreuk maken op die rechten. Daarom heeft hij in december 2012 een resolutie aangenomen over het EU-douaneactieplan tegen inbreuken op IE-rechten voor de jaren 2013-2017 2 .

Dit tweede EU-actieplan bevatte vier strategische doelstellingen:

   de effectieve uitvoering en monitoring van de nieuwe EU-wetgeving inzake handhaving van IE-rechten door de douane;

   het aanpakken van de belangrijkste trends in de handel in goederen die inbreuk maken op IE-rechten;

   het aanpakken van de handel in goederen die inbreuk maken op IE-rechten, en dit doorheen de hele internationale toeleveringsketen;

   versterking van de samenwerking met het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten (OHIM), dat onderdeel is van het Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (EUIPO), en met rechtshandhavingsautoriteiten.

In het actieplan werd de Commissie opgeroepen om, in samenwerking met de lidstaten, jaarlijks de uitvoering van het actieplan te evalueren en in 2017 een eindverslag voor te leggen aan de Raad.

Dit eindverslag is opgesteld door de diensten van de Commissie in samenwerking met douanedeskundigen van de lidstaten. Het volgt de algemene structuur van het actieplan en bevat een reeks aanbevelingen voor volgende stappen.

BELANGRIJKSTE UITKOMSTEN

1- De effectieve uitvoering en monitoring van de nieuwe EU-wetgeving inzake handhaving van IE-rechten door de douane

1.1 Wetgeving voor en ontwikkeling van instrumenten voor de uitvoering van de nieuwe EU-verordening

Op 12 juni 2013 is een nieuwe verordening aangenomen (Verordening (EU) nr. 608/2013) over de handhaving van IE-rechten door de douane 3 , die per 1 januari 2014 van kracht is geworden. 

Deze verordening is op 4 december 2013 aangevuld met Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013 van de Commissie van 4 december 2013 4 met betrekking tot de formulieren voor verzoeken van rechthebbenden om optreden.

Om de tenuitvoerlegging van deze nieuwe wetgeving te bevorderen, heeft de Commissie, in samenspraak met deskundigen van de lidstaten en met OHIM/EUIPO, een cursus voor elearning ontwikkeld waarin de veranderingen voor de douane als gevolg van de nieuwe wetgeving inzake IE-rechten aan bod komen. De cursus kwam in 2014 beschikbaar op de Europa-website van de Commissie (op de pagina van DG TAXUD). 

Een gecoördineerd EU-opleidingsplan is aangenomen. De Commissie heeft deze activiteit nauw gecoördineerd met het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten, dat de bouwstenen voor het materiële IE-recht in de opleidingsmodules aanleverde. 

In de periode 2015-2017 werd een campagne gevoerd met ondersteunende bezoeken aan alle lidstaten. Deze ondersteunende bezoeken waren het ideale instrument om een diepgaande dialoog te voeren met de douanediensten die belast zijn met de tenuitvoerlegging van Verordening (EU) nr. 608/2013, om zo eventuele punten van twijfel over de praktische handhaving te verhelderen, om de uitwisseling van ervaringen tussen verschillende lidstaten te bevorderen en om het nodige advies te geven.

Elk bezoek werd uitgevoerd door twee vertegenwoordigers van de Commissie (DG TAXUD) en twee deskundigen van de lidstaten die zich vrijwillig hadden aangemeld voor deze exercitie.

Voorafgaand aan de bezoeken werd een standaardvragenlijst onder de lidstaten verspreid. Deze diende ook als basis voor het overleg. Alle aspecten van Verordening (EU) nr. 608/2013 kwamen aan bod in de vragenlijst en bij het overleg tijdens de bezoeken. Een algemeen eindverslag zal worden opgesteld zodra alle bezoeken achter de rug zijn en zal met de lidstaten worden gedeeld.

Douanedeskundigen van de lidstaten op het gebied van IE-rechten beklemtoonden dat de exercitie nuttig was als een kans voor deskundigen uit verschillende lidstaten om over uitvoeringspraktijken te overleggen.

Op initiatief van de Duitse douaneautoriteiten is (in oktober 2016) in München een Douane 2020-seminar georganiseerd over de handhaving van IE-rechten door de douane en over de harmonisatie van het proces voor de toekenning en afhandeling van verzoeken tot optreden (VTO). IE-rechten zijn particuliere rechten die door douaneautoriteiten worden gehandhaafd, maar inbreuken op die rechten zijn ook een toenemende bedreiging voor de economie, de burgers en de veiligheid. Gedurende twee dagen werd besproken hoe dit soort atypische situatie voor een handhavingsautoriteit het best kan worden aangepakt en hoe douaneautoriteiten in bepaalde gevallen kunnen omgaan met of te maken krijgen met aansprakelijkheid. Het systeem van administratieve handhaving door de douane, dat bij Verordening (EU) nr. 608/2013 in de Unie is ingevoerd, fungeert op basis van de verzoeken die rechthebbenden bij douaneautoriteiten moeten indienen. Alle acties van de douane komen voort uit deze VTO's. Daarom is het van cruciaal belang dat de informatie in die VTO's van voldoende kwaliteit is om een efficiënt optreden van de douane mogelijk te maken. Centraal in de discussie stond het feit dat hoge kwaliteit nodig is voor de toewijzing van VTO's, en met name Unie-VTO's.

Op 5 juli 2016 is in het Publicatieblad een bericht van de Commissie bekendgemaakt. Dit is ook beschikbaar gesteld op de website van DG TAXUD. Het vervangt de richtlijnen van de Europese Commissie van 2012 betreffende de handhaving van IE-rechten door EUdouaneautoriteiten met betrekking tot goederen, met name geneesmiddelen, in douanevervoer door de EU. Dit bericht wil douaneautoriteiten vooral handvatten en toelichting bieden over de toepassing van de bepalingen inzake handelsmerken voor niet in het vrije verkeer gebrachte goederen (met inbegrip van douanevervoer), zoals die zijn vervat in het hervormingspakket merkenrecht (Verordening (EU) nr. 2015/2424 inzake het EU-merk en Richtlijn (EU) nr. 2015/2436 inzake nationale merken).

Op 15 mei 2017 heeft de Commissie een verslag aan het Europees Parlement en de Raad over de tenuitvoerlegging van Verordening (EU) nr. 608/2013 van de Raad (COM(2017) 233 final) aangenomen. De conclusie van dit verslag is dat Verordening (EU) nr. 608/2013 naar behoren functioneert. De verordening voorziet in een veelheid aan beschermingsmechanismen en -procedures die door alle 28 lidstaten correct worden toegepast.

1.2 De volledige operationaliteit van COPIS benutten

COPIS (systeem voor de bestrijding van namaak en piraterij), de EU-databank voor de registratie en verspreiding van VTO's onder douaneautoriteiten, de registratie van informatie over gevallen van vasthouding, met een zoekfunctie voor VTO's en vasthoudingen, is sinds 1 januari 2014 in bedrijf. Douaneautoriteiten hebben zich geleidelijk aan aangepast aan het systeem, dat verder zal worden aangepast om te voldoen aan de behoeften van de diensten.

Een COPIS-opleiding voor douanedeskundigen van de lidstaten is georganiseerd vóór de inbedrijfname van het systeem en herhaald in het najaar 2017 (toegespitst op zowel de registratie van VTO's als het indienen van informatie over vasthoudingen).

Het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten en de Commissie hebben ook een project opgezet voor de integratie van de handhavingsdatabank (EDB) 5 en COPIS. Daardoor kunnen rechthebbenden de informatie uit hun VTO's - via de EDB naar COPIS - elektronisch doorgeleiden naar de betrokken nationale diensten (cf. 4.1 - Opzetten van een partnerschap met het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten).

Een koppeling tussen COPIS en het Antifraude-informatiesysteem (AFIS) dat door OLAF is ontwikkeld, moet tegen eind 2017 operationeel zijn. Hiermee zullen in COPIS ingevoerde uitkomsten van vasthoudingen automatisch naar AFIS kunnen worden doorgeleid (zodat deze uitkomsten van vasthoudingen met betrekking tot IE-rechten niet opnieuw hoeven te worden ingevoerd door douaneautoriteiten in de lidstaten).

1.3 Betrokkenheid van rechthebbenden en stakeholders

Om ervoor te zorgen dat rechthebbenden en stakeholders afdoende zijn geïnformeerd over de nieuwe EU-verordening, heeft de Commissie in juni 2013 een speciale bijeenkomst georganiseerd met een groep geselecteerde stakeholders en vertegenwoordigers van de EUdouanediensten om de nieuwe verordening te presenteren en praktische aspecten ervan te bespreken. De betrokken informatie is naar stakeholders doorgeleid via het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten en op adhocbijeenkomsten met nationale organisaties van rechthebbenden waarop de Commissie was uitgenodigd.

Ook is de Europa-website van de Commissie (DG TAXUD) bijgewerkt en is webmasters van mkb-helpdesks, TransAtlantic-portals, het Europees Octrooibureau en het EUIPO gevraagd om deze informatie makkelijk toegankelijk te maken via hun webportals.

Het handboek voor rechthebbenden is bijgewerkt en begin 2014 op de website van DG TAXUD bekendgemaakt. Ook vele nationale douaneautoriteiten hebben het VTO-formulier en het handboek voor rechthebbenden beschikbaar gesteld via hun nationale websites.

Voorts is een gezamenlijke bijeenkomst van de douaneautoriteiten in de EU en stakeholders ingevoerd, die nu eenmaal per jaar plaatsvindt. Dit is een zeer goed forum gebleken voor overleg over thema's die voor de douane en stakeholders van gemeenschappelijk belang zijn.

1.4 - Jaarlijkse publicatie van statistische gegevens

Het jaarlijkse verslag met statistische gegevens over de handhaving van IE-rechten door de douanediensten aan de EU-buitengrenzen wordt door de Commissie opgesteld, op basis van de gegevens die worden ontvangen van nationale diensten (sinds 2015 komen deze gegevens rechtstreeks uit COPIS).

De statistische gegevens die lidstaten indienen, worden jaarlijks gedeeld met het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten om te worden opgenomen in het Anti-Counterfeiting Intelligence Support Tool (ACIST). Dit instrument is een centraal register waarin statistische gegevens worden verzameld over vasthoudingen aan EUgrenzen en binnen de interne markt.

Gegevens zijn ook gedeeld met EUIPO en de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) ten behoeve van de OESO/EUIPO-studie van 2016 over "Trade in Counterfeit and Pirated Goods" 6 .

2 - Het aanpakken van de belangrijkste trends in de handel in goederen die inbreuk maken op IE-rechten

2.1 Ontwikkeling van een op maat gesneden aanpak voor post- en pakketzendingen

Het aanpakken van zendingen afkomstig uit internetverkopen van goederen die inbreuk maken op IE-rechten, was een van de grote uitdagingen voor de douane en werd reeds als dusdanig genoemd in het EU-douaneactieplan voor de jaren 2009-2012. Zoals voorzien in het actieplan voor de jaren 2013-2017, is een projectgroep over handhaving van IE-rechten door de douane bij kleine zendingen opgericht. Die concentreerde zich allereerst op het ondersteunen van douanediensten bij de controle van pakketjes, en vervolgens op overleg over de toepassing van de procedure.

Artikel 26 van Verordening (EU) nr. 608/2013 beschrijft een nieuwe procedure die, op verzoek van de houder van een besluit tot toewijzing van een verzoek tot optreden door de douane, van toepassing is op nagemaakte of door piraterij verkregen goederen die per post of koerier in kleine zendingen zijn verzonden. Volgens die procedure mogen verdachte goederen, zonder tussenbeidekomst van de houders van IE-rechten, worden vernietigd wanneer de aangever of houder van de goederen daarin heeft toegestemd of wanneer mag worden aangenomen dat hij daarin heeft toegestemd. Doel van deze procedure is het "de administratieve kosten en lasten tot een minimum te beperken".

De projectgroep is viermaal bijeengekomen. De eerste bijeenkomst heeft in november 2013 in Brussel plaatsgevonden, voordat Verordening (EU) nr. 608/2013 van toepassing werd, en diende ter voorbereiding van de vankrachtwording van de procedure. Nadat de verordening zes maanden van toepassing was, is de projectgroep opnieuw bijeengekomen in Wenen (in 2014) om de eerste ervaringen te delen en om de voordelen en problemen in kaart te brengen die bij de dagelijkse toepassing van de procedure voor pakketjes aan het licht waren gekomen. In 2017 is de projectgroep tweemaal bijeengekomen om voor de jaren 2014 en 2015 de uitkomsten te bespreken van vasthoudingen in het kader van de procedure voor kleine zendingen, alsmede de volgende specifieke aspecten van de procedure:

- de rol van rechthebbenden;

- personele middelen ingezet voor het afhandelen van de procedure;

- de definitie van "kleine zending" in Verordening (EU) nr. 608/2013;

- kennisgevingsprocedures;

- kosten, opslag en vernietiging;

- registratie in COPIS van gegevens over vasthoudingen.

Uit de uitkomsten van het overleg bleek dat de procedure doorgaans relatief weinig wordt gebruikt door rechthebbenden en dat daarom bewustmakingsinitiatieven dienen te worden overwogen die toegespitst zijn op de rechthebbenden zelf (in plaats van op hun vertegenwoordigers), om zo de toegevoegde waarde van deze procedure voor hen te beklemtonen.

De groep concludeerde dat momenteel het volledige potentieel van de procedure maximaal en op homogene wijze moet worden benut.

2.2 Versterking van het douanerisicobeheer

In het kader van de versterking van het douanerisicobeheer heeft de vraag naar regelmatige informatie over passende risico- en douanecontrole inzake IE-rechten via het gemeenschappelijk risicobeheersysteem (CRMS) ertoe geleid dat lidstaten risico-informatie via het normale risico-informatieformulier (RIF) - voor nieuwe tendensen en in beslag genomen producten - uitwisselden. Dit gebeurde in 224 gevallen in 2014, in 228 gevallen in 2015 en in 358 gevallen in 2016. Hier is dus sprake van een duidelijke stijging.

Een Douane 2020-projectgroep heeft een verslag opgesteld over de RIF-analyse over namaakgoederen in 2014 die via het CRMS is gepubliceerd en uitgewisseld. Deze laat voor namaakgoederen de jongste tendensen zien zoals die naar voren komen uit de informatie die in de betrokken RIF's in 2014 werd gepubliceerd over risico's op namaak. Het verslag is beschikbaar in de rubriek met recente informatie van het CRMS (alleen voor gebruik door de douane).

In de periode 2013-2017 stonden bij de prioriteiten die lidstaten hebben bepaald en goedgekeurd voor acties op het terrein van prioritaire controlegebieden (PCA), sigaretten/douanevervoer, producten voor tweeërlei gebruik en vuurwapens centraal. Geen van de acties hield verband met inbreuken op IE-rechten.

Door gebrek aan middelen zijn tot dusver geen concrete gemeenschappelijke risicocriteria (CRC) ontwikkeld.

Wat betreft gezamenlijke douaneoperaties (GDO's) inzake IE-rechten, in de periode 2014-2017 zijn er vijf operaties georganiseerd door lidstaten in samenwerking met de Commissie of door de Commissie. Bij operatie ERMIS ging het in 2014 om pakketten die de EU per post binnenkomen vanuit niet-EU-landen. Deze werd uitgevoerd door de Griekse douane en OLAF, terwijl ook douanedeskundigen uit diverse lidstaten en derde landen hierbij betrokken waren. Operatie REPLICA, die ook in 2014 liep binnen het kader van de Ontmoeting Azië-Europa (ASEM), was geconcentreerd op de invoer van namaakgoederen over zee. OLAF coördineerde de operatie waarbij alle EU-lidstaten, Noorwegen, Zwitserland betrokken waren, samen met andere internationale ASEM-partners, en verder Interpol, Europol en de Werelddouaneorganisatie (WCO). In 2016 ging in operatie WAFERS de aandacht naar namaakhalfgeleiders die vanuit China en Hongkong, China in de Europese Unie worden ingevoerd via post-/koerierdiensten. De operatie werd gecoördineerd door de Nederlandse douaneautoriteiten en OLAF met betrokkenheid van twaalf lidstaten en de ondersteuning van Europol. Operatie RENEGADE werd georganiseerd in het kader van de Ontmoeting Azië-Europa (ASEM), als onderdeel van de gemeenschappelijke inspanningen in de strijd tegen namaakgoederen. Zij werd gecoördineerd en was specifiek gericht op de internationale handel in namaakauto-onderdelen via zeecontainers. In 2017 lag bij de door de Belgische, Duitse en Zweedse douaneautoriteiten geleide GDO POSTBOX, als onderdeel van de actie "Douane tegen internetcriminaliteit" in het kader van de raadsgroep douanesamenwerking, de nadruk op de strijd tegen accijnsfraude en de illegale handel in namaakgoederen, drugs en wapens in zendingen vervoerd per post en via koerierdiensten. 

3 - Het aanpakken van de handel in goederen die inbreuk maken op IE-rechten, doorheen de hele internationale toeleveringsketen

3.1 Versterking van de samenwerking met belangrijke landen van oorsprong, douanevervoer en bestemming

3.1.1 Volksrepubliek China

Op 16 mei 2014 hebben de Commissie en de algemene douanediensten van China ("GACC") een vernieuwd actieplan inzake douanesamenwerking tussen de EU en China op het gebied van IE-rechten (2014-2017) ondertekend als een van de prioriteiten van het strategisch kader voor douanesamenwerking 2014-2017 tussen de EU en China dat beide partijen diezelfde dag ondertekenden. Zo kon de operationele samenwerking worden hervat tussen de diensten van de Commissie en de vertegenwoordigers van zestien zeehavens en luchthavens in de EU, enerzijds, en de GACC en vertegenwoordigers van elf lokale Chinese douanediensten, anderzijds.

Financiële en logistieke ondersteuning wordt vooral gegeven via het IP-sleutelprogramma van de EU, dat wordt beheerd door OHIM/EUIPO.

In de betrokken periode is de EU-China-werkgroep voor douanehandhaving van IE-rechten zesmaal bijeengekomen om alle kernacties te bespreken:

-    Kernactie 1 -    Gezamenlijke analyse van statistische gegevens over inbeslagnames, om algemene tendensen en risico's in kaart te brengen

-    Kernactie 2 -    Gerichte aanpak van zendingen met een hoog risico in kernhavens

-    Kernactie 3 -    Bevorderen van samenwerking tussen douaneautoriteiten en andere rechtshandhavingsinstanties, teneinde de productie een halt toe te roepen en distributienetwerken te ontmantelen

-    Kernactie 4 -    Gezamenlijke ontwikkeling van partnerschappen met het bedrijfsleven in de EU en in China

-    Kernactie 5 -    Kennis over en ervaring met elkaars handhavingsbeleid en -praktijken op het gebied van IE-rechten uitwisselen

Met het Actieplan 2014-2017 is een nieuw tijdperk aangebroken in de samenwerking tussen de EU en China op het gebied van handhaving van IE-rechten. Die samenwerking is praktijkgerichter geworden en er zijn lessen getrokken uit de vorige samenwerkingsregeling. Verschillende praktische oplossingen zijn uitgewerkt en de werkmethoden zijn aanzienlijk versoepeld.

Op 2 juni 2017 hebben de EU en China een nieuw strategisch kader voor douanesamenwerking voor de periode 2018-2020 ondertekend. Het nieuwe actieplan voor douanesamenwerking over IE-rechten voor de periode 2018-2020, dat momenteel wordt voorbereid, is onderdeel van dit nieuwe strategische kader.

3.1.2 Hongkong, China

Op 27 april 2015 hebben de Commissie en het Customs and Excise Department van Hongkong, China het actieplan ondertekend over de samenwerking bij de douanehandhaving van IErechten.

De klemtoon ligt hier op het delen van statistische gegevens over de vasthouding van goederen die inbreuk maken op IE-rechten, op algemene risico-informatie en op zaakspecifieke informatie. Ook wordt voorzien in de gezamenlijke analyse van deze informatie om het risicobeheer bij de douane te verbeteren. Om de samenwerkingsmechanismen uit het actieplan te testen, is op 1 oktober 2015 een pilot van zes maanden van start gaan. Dit project was toegespitst op het luchtvervoer en vijf luchthavens in de EU waren er bij betrokken.

De belangrijkste conclusie van deze pilot was dat het actieplan moet worden voortgezet, met de volgende aanbevelingen:

* uitbreiding van het actieplan tot alle luchtvrachtkoeriers in Hongkong;

* uitwisseling van spontane informatie over merken en goederen waartegen niet kan worden opgetreden (zoals labels of verpakkingsmateriaal);

* opname van meer EU-luchthavens in het actieplan;

* opname van een breder scala lokale luchthavens in de deelnemende lidstaat van bestemming;

* coördinatie op centraal niveau van de uitwisseling van meldingen, met name met meerdere luchthavens;

* opname van spontane informatie over vasthoudingen aan en van niet-deelnemende lidstaten;

* uitvoeren van een diepgaandere vergelijkende analyse van statistische gegevens over vasthoudingen op jaarbasis.

3.1.3 Internationale samenwerking

Wat betreft de versterking van de informatie-uitwisseling tussen de EU-lidstaten en diensten van de Commissie, enerzijds, en derde landen, anderzijds, is over de jaren de wederzijdse administratieve bijstand in douanezaken sterk geïntensiveerd met Oekraïne, Hongkong China, Vietnam en de VS waar het gaat om onderzoeken van OLAF buiten de sector IE-rechten.

In 2016 is een OLAF-verbindingsfunctionaris aangesteld in Beijing, specifiek met het oog op de versterking van de samenwerking met de autoriteiten in China en Hongkong bij het onderzoek naar sigaretten en namaakproducten. De OLAF-verbindingsfunctionaris in Kiev heeft de uitwisseling van informatie met de Oekraïense autoriteiten gefaciliteerd bij diverse onderzoeken op het gebied van IE-rechten.

In september 2016 hebben Europol en OLAF een regeling ondertekend om deskundigen van OLAF te betrekken bij de activiteiten van de analysegroep COPY, die speciaal kijkt naar alle misdrijven met betrekking tot IE-rechten. Een en ander moet de samenwerking met Europol en andere rechtshandhavingsautoriteiten versterken.

In een aantal recent ondertekende en afgesloten bilaterale handelsovereenkomsten zijn de onderhandelaars van de Europese Unie erin geslaagd om geïntegreerde hoofdstukken over bescherming en handhaving van IE-rechten te laten opnemen, met een artikel grensmaatregelen dat een afspiegeling is van de EU-benadering en dat de handhaving van IE-rechten in derde landen (zoals Georgië, Moldavië of Vietnam) zal versterken.

De strijd tegen namaak en de handhaving van IE-rechten door de douane was ook een van de prioriteiten in het kader van de ASEM.

De Commissie en douanediensten van lidstaten waren aanwezig op een aantal internationale evenementen die kennis van de nieuwe EU-verordening en het douaneactieplan moeten verspreiden, maar waarmee ook kennis wordt vergaard over de internationale situatie op het gebied van IE-rechten. Het ging bijvoorbeeld om evenementen als:

-    het 7th Global Congress on combating Counterfeit and Piracy (Istanboel, 2013);

-    de conferentie over "Jointly Building Resilient EU Responses to Counterfeiting" in Dublin (2013);

-    de International IP Enforcement Summit, die in 2014 in Londen plaatsvond op initiatief van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt, de Commissie en het Intellectual Property Office van het Verenigd Koninkrijk (Cf. 4.1 Opzetten van een partnerschap met het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten). De tweede editie van dit evenement die in 2017 in Berlijn plaatsvond was een gezamenlijk initiatief van het Bundesministerium der Justiz und für Verbraucherschutz en het EUIPO.

3.2 Capaciteitsopbouw in kandidaat-lidstaten en buurlanden op het gebied van handhaving van IE-rechten

Lidstaten hebben ook deelgenomen aan talrijke acties gericht op kandidaat-lidstaten en buurlanden in het kader van het EU-project voor technische bijstand of het TAIEX-programma (waarmee deskundigen uit kandidaat-lidstaten en buurlanden op het gebied van handhaving van IE-rechten studiebezoeken konden brengen aan EU-landen, of waarmee EU-deskundigen in kandidaat-lidstaten en buurlanden konden worden ingezet via twinningprojecten).

De Commissie heeft, samen met deskundigen uit Duitsland en Kroatië, deelgenomen aan een seminar dat (in 2013) in Servië is georganiseerd door het Europees Instituut voor bestuurskunde (EIPA) en specifiek handelde over douaneaspecten van inbreuken op IE-rechten en controle bij de grens.

De missie van de Europese Unie voor bijstandverlening inzake grensbeheer voor Moldavië en Oekraïne (EUBAM) heeft (in april 2014) in Moldavië een bijeenkomst georganiseerd om Verordening (EU) nr. 608/2013 te presenteren.

De Commissie maakte gebruik van de workshop IE-rechten voor Euromedlanden over de strijd tegen piraterij en namaak (Brussel, 2013) en van het High-Level seminar over douanesamenwerking aan de oostgrens van de EU (Litouwen, 2013) om de buurlanden beter bewust te maken van het belang van een robuuste procedure die voor een doeltreffende handhaving van IE-rechten door de douane bij de grens zorgt.

De effecten van de EU-inspanningen voor capaciteitsopbouw in buurlanden waar het gaat om de handhaving van IE-rechten zijn misschien afgeremd door de beperkte beschikbaarheid van deskundigen aan EU-zijde. Dit zou een aandachtspunt naar de toekomst kunnen zijn.

4 - Versterking van de samenwerking tussen het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten en rechtshandhavingsautoriteiten

4.1 Opzetten van een partnerschap met het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten

De samenwerking werd verder versterkt rond de werkzaamheden van het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten die verband houden met douane. Niet alleen was de Commissie betrokken bij de douanewerkzaamheden uit het jaarlijkse werkprogramma van het Waarnemingscentrum, zij was ook aanwezig op de belangrijkste relevante bijeenkomsten van het Waarnemingscentrum, zoals de plenaire zitting, de openbare bijeenkomsten met stakeholders en de bijeenkomsten van werkgroepen over handhavingsthema's, publieksvoorlichting en statistische gegevens.

De Commissie neemt ook deel aan de nieuw opgerichte "Technische groep", die op initiatief van het Waarnemingscentrum is opgezet en een overzicht wil maken van de bestaande EUdatabanken die een rol spelen bij de handhaving van IE-rechten. Dat overzicht zal de inhoud van die databanken beschrijven en bepalen hoe de onderlinge uitwisseling van informatie/gegevens het beste verloopt. De technische groep zal zo de weg helpen te banen voor een versterking van de samenwerking tussen autoriteiten.

Ook hebben de Commissie en een aantal douaneautoriteiten, samen met politiële en justitiële instanties, deelgenomen aan ad-hocevenementen zoals de "Knowledge and Awareness Building Conference on infringements of intellectual property rights on the internet" die OHIM/Europol organiseerden (november 2014).

Het Waarnemingscentrum wordt geregeld uitgenodigd op de bijeenkomsten van de groep douanedeskundigen op het gebied van de handhaving van IE-rechten, met het oog op de coördinatie van gemeenschappelijke activiteiten op douanegebied.

Een akkoord is bereikt om douaneautoriteiten via het CCN/CSI-netwerk toegang te geven tot de handhavingsdatabank (EDB) van het Waarnemingscentrum. Deze EDB is gebouwd op bestaande IE-databanken van OHIM/EUIPO zoals TM view (Trade Mark view), Designview en CESTO (Common support tool for examiners). Wanneer douaneautoriteiten EDB raadplegen, krijgen zij geactualiseerde informatie te zien over de geldigheid van rechten of kunnen zij in het geval van ambtshalve vasthoudingen zoeken naar de rechthebbende.

Tijdens de ontwikkeling van het COPIS-project kwamen er vragen om de elektronische indiening van VTO's in COPIS mogelijk te maken. Aangezien de EDB voor de indiening van VTO's relevante informatie bevat, wordt die databank als de geschiktste bron beschouwd om de vereiste VTO-informatie in elektronisch formaat aan te leveren. Na contacten tussen de Commissie en het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten is voorgesteld om binnen COPIS een functionaliteit te ontwikkelen voor een "pre-VTO", teneinde het werk van zowel aanvragers als douaneautoriteiten te vergemakkelijken.

Sinds 1 juli 2015 is er een operationele koppeling tussen COPIS en EDB. Een gebruikersgids en andere verdere informatie zijn beschikbaar gesteld via de nationale coördinatoren van het gemeenschappelijk communicatienetwerk (CCN).

In 2016 is het eerste VTO met dit instrument elektronisch verstuurd en in 2017 zijn meerdere grote bedrijven EDB beginnen te gebruiken om hun nationale en Unie-VTO's in te dienen.

Deze koppeling vermindert voor aanvragers de last om gegevens meerdere keren in te moeten dienen, terwijl douaneautoriteiten minder gegevens van papieren VTO's moeten overnemen.

4.2 Verbetering van wederzijds begrip en samenwerking tussen douane, politie en justitie

In 2013 hebben de Commissie en een aantal douaneautoriteiten van de lidstaten deelgenomen aan diverse OHIM/Europol-evenementen, samen met politiële en justitiële instanties, zoals seminars om kennis op te bouwen over namaakpesticiden en -geneesmiddelen (waarbij het zowel om IE-rechten als productveiligheid gaat) en de International Law Enforcement IP Crime Conference van Europol.

Het Waarnemingscentrum, het Intellectual Property Office van het Verenigd Koninkrijk en de Commissie hebben samen in juni 2014 de International IP Enforcement Summit in Londen georganiseerd. Een onderdeel van deze top handelde over uitdagingen voor IP-handhaving bij de grens, met workshops over kleine zendingen als gevolg van onlinebestellingen en de exploitatie van informatie. De discussie leverde de volgende elementen op:

-    het cruciale belang van het ontvangen van adequate informatie en het delen daarvan met de politie en andere handhavingsautoriteiten;

-    de toenemende behoefte aan internationale samenwerking en actie in de strijd tegen internationale leveringsketens van namaakproducten.

Als follow-up voor deze top organiseerde de Commissie, in samenwerking met OHIM/EUIPO, in februari 2016 een High-Level Conference on the cooperation between customs and other authorities in the fight against the infringements of IPR.

Dat evenement bood een platform voor discussie, debat en networking tussen douane-, politiële en justitiële autoriteiten voor het versterken van de samenwerking en het wederzijdse begrip van de respectieve rol en opdracht van iedere handhavingsinstantie in de strijd tegen inbreuken op IE-rechten. Ook vertegenwoordigers van de particuliere sector namen aan de conferentie deel.

Op de eerste dag ging de discussie vooral over het belang en de voordelen van informatie- en gegevensuitwisseling tussen handhavingsautoriteiten, de hinderpalen en uitdagingen waarmee iedere autoriteit op het praktische niveau wordt geconfronteerd, de noodzaak van snelle communicatie tussen de particuliere sector en de handhavingsautoriteiten, hetgeen de handhavingsautoriteiten ook kan helpen om een doeltreffendere risicoanalyse te maken.

Op de tweede dag van dit evenement, waaraan ook Chinese autoriteiten deelnamen, stond het stimuleren van internationale samenwerking tussen de EU en alle Chinese autoriteiten die betrokken zijn bij de handhaving van IE-rechten (zoals douane, politie en het openbaar ministerie), centraal in het debat.

In samenwerking met het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten zijn follow-upacties georganiseerd. Daarbij gaat het onder meer om het in kaart brengen van bestaande databanken over inbreukzaken en een evenement voor kennisopbouw, dat in oktober 2017 plaatsvond. Dit was een bijeenkomst, op operationeel niveau, van douane, politie en autoriteiten voor markttoezicht waarop werd overlegd over wat voor handhavingsinstanties de essentiële informatie is om namaak op een EU-brede schaal te kunnen aanpakken.

CONCLUSIE

Al met al hebben douaneautoriteiten in de lidstaten en de Commissie aanzienlijke inspanningen geleverd en treden zij proactief op om de uitdagingen aan te gaan die verbonden zijn aan de handhaving van IE-rechten door de douane en om de instroom in de EU van goederen die inbreuk maken op IE-rechten om te buigen.

Alle middelen zijn ingezet om ruchtbaarheid te geven aan Verordening (EU) nr. 608/2013 en het volledige potentieel ervan te onderstrepen bij alle betrokken stakeholders uit de publieke en particuliere sector. De ondersteunende bezoeken bleken bijzonder nuttig te zijn om deskundigen uit verschillende lidstaten de kans te geven om over toepassingspraktijken te overleggen en om de Commissie een breed overzicht te geven van de praktische toepassing.

Het aantal VTO's dat douanediensten hebben toegewezen, blijkt gestaag toe te nemen (van 26 865 in 2013 naar 35 815 in 2016).

De acties van de douane leverden de volgende resultaten op in termen van vasthoudingen.

VASTHOUDINGEN

2013

2014

2015

2016

Zaken

86 854

95 194

81 098

63 184

Procedures

Niet beschikbaar

Niet beschikbaar

105 488

77 705

Artikelen

39 917 445

35 940 294

35 568 982

41 387 132

Binnenlandse verkoopwaarde

768 miljoen EUR

617 miljoen EUR

642 miljoen EUR

672 miljoen EUR

Elke vasthouding betreft een zaak waarbij één of meerdere artikelen betrokken kunnen zijn. Elke zaak kan artikelen bevatten uit verschillende productcategorieën en van verschillende rechthebbenden. Lidstaten registreren elke zaak in COPIS en vermelden gegevens per categorie goederen en per rechthebbende. Voor elke categorie goederen en elke rechthebbende kan een vasthoudingsprocedure worden ingeleid. Dit verklaart waarom er meer procedures dan zaken kunnen zijn.

Samenwerking werd versterkt in drie richtingen:

- met stakeholders;

- met het Europees Waarnemingscentrum;

- met derde landen.

Ook waren de uitdagingen bij de samenwerking tussen handhavingsautoriteiten die betrokken zijn bij de strijd tegen inbreuken op IE-rechten, aangepakt en is een dialoog tot stand gebracht die laat zien hoe belangrijk het is om op dit punt verdere inspanningen te leveren.

De illegale handel in goederen die inbreuk maken op IE-rechten, blijft echter een wijdverspreid en steeds verder toenemend verschijnsel. De internationale handel in namaakproducten bedroeg 2,5 % van de wereldhandel, goed voor 338 miljard EUR, uitgaande van de recentst beschikbare gegevens van 2013 7 . De impact van namaak is bijzonder groot in de Europese Unie, waar nagemaakte en door piraterij verkregen producten tot 5 % van de invoer uitmaakten, goed voor 85 miljard EUR.

Verdere ontwikkelingen zijn nodig om:

- in de hele Unie te zorgen voor een homogene handhaving van IE-rechten bij de grens;

- risicobeheersinstrumenten voor IE-rechten te ontwikkelen;

- de samenwerking tussen de douane en de politie (met inbegrip van Europol) en andere handhavingsinstanties te versterken.

Bij verdere acties van de Commissie en de lidstaten zouden deze prioriteiten centraal moeten staan.

AANBEVELINGEN

Inbreuken op IE-rechten blijven een toenemende dreiging en een uitdaging die moeilijk valt aan te pakken. De coördinatie van douaneactiviteiten heeft zijn toegevoegde waarde laten zien waar het erom gaat betere resultaten te verkrijgen. Het douaneactieplan tegen inbreuken op IE-rechten dient in de komende jaren zeker een vervolg te krijgen.

Op 29 november 2017 heeft de Commissie een omvattend pakket maatregelen goedgekeurd dat de toepassing en handhaving van IE-rechten binnen de EU-lidstaten, aan de EU-grenzen en internationaal verder moet verbeteren. In mededeling COM(2017) 707 van 29 november 2017 met als titel "Een evenwichtig stelsel voor de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten, in antwoord op de huidige maatschappelijke uitdagingen", die onderdeel is van het pakket, geeft de Commissie aan dat zij meer gerichte bijstand zal bieden aan nationale douaneautoriteiten, op grond van de resultaten van het huidige EU-douaneactieplan, en samen met de Raad zal werken aan een nieuw actieplan in 2018.

Daarom is de aanbeveling dat de volgende elementen in het nieuwe actieplan aan bod moeten komen:

Wetgeving:

   Wijzigen van Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013 van de Commissie van 4 december 2013 tot vaststelling van de formulieren waarin is voorzien in Verordening (EU) nr. 608/2013 van het Europees Parlement en de Raad inzake de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten door de douane (PB L 341 van 18.12.2013, blz. 10), om deze aan te passen aan het merkenpakket en ontwikkelingen in COPIS

Operationele prestatie:

   Uitbouw van risicobeheer wat betreft inbreuken op IE-rechten

   Bevorderen van gemeenschappelijk gebruik van uitkomsten van risicoanalyse, risicogegevens en douaneactiviteiten door lidstaten

● Zorgen voor adequate bescherming van datasets en databanken, rechten van derden, privacy en vertrouwelijkheid en te nemen beveiligingsmaatregelen bij het aanmaken, verkrijgen en verspreiden van gegevens

   Identificeren van mogelijke lacunes bij de tenuitvoerlegging van verordeningen inzake handhaving door de douane

Samenwerking met bedrijven

   Rechthebbenden beter bewust maken van de procedure voor kleine zendingen

   Doorgaan met de jaarlijkse bijeenkomst van de gemeenschappelijke groep Douane/stakeholders

Internationale samenwerking

   Voortzetten van samenwerking met sleutelpartners zoals China en Hongkong, China

Versterken van de coördinatie met EU-agentschappen:

   EUIPO - EU-waarnemingscentrum

   - Versterken van trendanalyse

   - Onderling afstemmen van IT-ontwikkelingen, zoals elektronisch indienen van VTO's

● Europol

   - Versterken van de samenwerking tussen douane en politie.

(1)

Resolutie van de Raad van 16 maart 2009 over het EU-douaneactieplan tegen inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten (IER) voor de jaren 2009-2012 (PB C 71 van 25.3.2009, blz. 1).

(2)

Resolutie van de Raad over het EU-douaneactieplan tegen inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten (IER) voor de jaren 2013-2017 (PB C 80 van 19.3.2013, blz. 1).

(3)

Verordening (EU) nr. 608/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 inzake de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten door de douane en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1383/2003 van de Raad (PB L 181 van 29.6.2013, blz. 15).

(4)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 1352/2013 van de Commissie van 4 december 2013 tot vaststelling van de formulieren waarin is voorzien in Verordening (EU) nr. 608/2013 van het Europees Parlement en de Raad inzake de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten door de douane (PB L 341 van 18.12.2013, blz. 10).

(5)

Handhavingsdatabank (Enforcement Data Base - EDB): een databank ontwikkeld door het Europees Waarnemingscentrum voor inbreuken op intellectuele-eigendomsrechten dat rechtshandhavingsautoriteiten moeten helpen om namaakgoederen te herkennen doordat rechthebbenden informatie over productie en logistiek veilig kunnen delen met die autoriteiten.

(6)

OESO/EUIPO (2016), Trade in Counterfeit and Pirated Goods: Mapping the Economic Impact, beschikbaar op:

https://euipo.europa.eu/tunnelweb/secure/webdav/guest/document_library/observatory/documents/Mapping_the_Economic_Impact_study/Mapping_the_Economic_Impact_en.pdf

(7)

OESO/EUIPO (2016), Trade in Counterfeit and Pirated Goods: Mapping the Economic Impact, beschikbaar op:

https://euipo.europa.eu/tunnel-web/secure/webdav/guest/document_library/observatory/documents/Mapping_the_Economic_Impact_study/Mapping_the_Economic_Impact_en.pdf .

Top