Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52015PC0424

    Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD inzake de ondertekening, namens de Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten

    COM/2015/0424 final - 2015/0189 (NLE)

    Brussel, 7.9.2015

    COM(2015) 424 final

    2015/0189(NLE)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    inzake de ondertekening, namens de Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten


    TOELICHTING

    1.ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

       Motivering en doel van het voorstel

    Naar aanleiding van de arresten van het Hof van Justitie in de zogenaamde "Open Skies"-zaken heeft de Raad de Commissie op 5 juni 2003 een mandaat verleend om met derde landen te onderhandelen over de vervanging van sommige bepalingen in bestaande overeenkomsten door een overeenkomst op het niveau van de Unie (het "horizontale mandaat"). Dergelijke overeenkomsten hebben tot doel alle EU-luchtvaartmaatschappijen niet-discriminerende toegang tot luchtroutes tussen de Europese Unie en derde landen te geven en bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en derde landen in overeenstemming te brengen met de wetgeving van de Unie.

       Algemene context

    De internationale luchtvaartbetrekkingen tussen lidstaten en derde landen worden traditiegetrouw vastgelegd in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten, in bijlagen bij dergelijke overeenkomsten en in aanverwante bilaterale of multilaterale regelingen.

    De traditionele aanwijzingsbepalingen in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten zijn in strijd met de wetgeving van de Unie. Dergelijke bepalingen verlenen een derde land het recht de machtigingen en vergunningen van een luchtvaartmaatschappij te weigeren, in te trekken of op te schorten als die luchtvaartmaatschappij door een lidstaat is aangewezen maar niet substantieel in handen is van en gecontroleerd wordt door die lidstaat of onderdanen ervan. Dat wordt beschouwd als discriminatie van EU-luchtvaartmaatschappijen die op het grondgebied van een lidstaat zijn gevestigd maar die in handen zijn van en gecontroleerd worden door onderdanen van andere lidstaten. Dat is in strijd met artikel 49 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, dat onderdanen van een lidstaat die hun recht op vrijheid van vestiging uitoefenen, garandeert dat ze in de lidstaat van ontvangst dezelfde behandeling krijgen als de onderdanen van die lidstaat.

       Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied

    De bepalingen van de overeenkomst vervangen de bestaande bepalingen in acht bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Volksrepubliek Bangladesh, of vullen die aan.

       Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de EU

    De overeenkomst dient ook een fundamentele doelstelling van het externe luchtvaartbeleid van de Unie omdat zij de bestaande bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten in overeenstemming brengt met de wetgeving van de Unie.

    2.RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN

    Wijze van raadpleging, belangrijkste geraadpleegde sectoren en algemeen profiel van de respondenten

    De Commissie heeft de onderhandelingen gevoerd in overleg met een bijzonder comité, overeenkomstig artikel 218, lid 4, VWEU. Ook de sector is tijdens de onderhandelingen geraadpleegd.

    Samenvatting van de reacties en hoe daarmee rekening is gehouden

    Er is rekening gehouden met de opmerkingen die tijdens deze procedure zijn gemaakt. De betrokken lidstaten hebben de juistheid van de vermelde bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten geverifieerd. De sector heeft het belang van een solide rechtsgrondslag voor zijn commerciële activiteiten beklemtoond.

    3.JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

       Samenvatting van de voorgestelde maatregel

    Overeenkomstig de mechanismen en richtsnoeren in de bijlage bij het "horizontale mandaat" heeft de Commissie met de Volksrepubliek Bangladesh onderhandeld over een overeenkomst ter vervanging van sommige bepalingen in de bestaande bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en Bangladesh. Bij artikel 2 van de overeenkomst worden de traditionele aanwijzingsbepalingen vervangen door een EU-aanwijzingsbepaling, waardoor alle EU-luchtvaartmaatschappijen gebruik kunnen maken van het vestigingsrecht. Bij artikel 5 worden mogelijke conflicten met de mededingingsregels van de Unie opgelost.

    Nu de onderhandelingen over de overeenkomst met succes zijn afgesloten, moet de overeenkomst namens de Europese Unie worden ondertekend. Daartoe wordt hier een besluit voorgesteld.

    Het besluit wordt ook voorgesteld om de overeenkomst voorlopig te kunnen toepassen vanaf de datum van ondertekening, zodat bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en de Volksrepubliek Bangladesh onverwijld in overeenstemming met de wetgeving van de Unie worden toegepast. De voorlopige toepassing is van essentieel belang aangezien uit vergelijkbare overeenkomsten is gebleken dat bekrachtigingsprocedures lang kunnen duren.

       Rechtsgrondslag

    Artikel 100, lid 2, en artikel 218, lid 5, VWEU

       Keuze van instrumenten

    De overeenkomst tussen de Unie en de Volksrepubliek Bangladesh is het efficiëntste instrument om alle bestaande bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten en Bangladesh in overeenstemming te brengen met de wetgeving van de Unie.

    4.GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

    Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Unie.

    2015/0189 (NLE)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    inzake de ondertekening, namens de Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 100, lid 2, juncto artikel 218, lid 5,

    Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)Bij besluit van 5 juni 2003 heeft de Raad de Commissie gemachtigd met derde landen te onderhandelen over de vervanging van sommige bepalingen in bestaande bilaterale overeenkomsten door een overeenkomst op het niveau van de Unie.

    (2)Bijgevolg heeft de Commissie namens de Unie met de regering van de Volksrepubliek Bangladesh onderhandeld over een Overeenkomst inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten (de overeenkomst). De onderhandelingen zijn met succes afgerond door de parafering van de overeenkomst op 27 februari 2015.

    (3)De overeenkomst heeft als doel de bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen acht lidstaten en de Volksrepubliek Bangladesh in overeenstemming met de wetgeving van de Unie te brengen.

    (4)De overeenkomst moet daarom namens de Europese Unie worden ondertekend, onder voorbehoud van de sluiting ervan op een latere datum.

    (5)Om zo snel mogelijk profijt te kunnen trekken van de voordelen van de overeenkomst dient ze voorlopig te worden toegepast,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    De ondertekening van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek Bangladesh inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten (de overeenkomst) wordt hierbij goedgekeurd namens de Unie, onder voorbehoud van de sluiting van de overeenkomst.

    De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

    Artikel 2

    Het secretariaat-generaal van de Raad stelt het volmachtinstrument op dat de persoon (personen) die daartoe door de onderhandelaar over de overeenkomst is (zijn) aangewezen, machtiging verleent de overeenkomst, onder voorbehoud van de sluiting ervan, te ondertekenen.

    Artikel 3

    In afwachting van de inwerkingtreding van de overeenkomst wordt deze voorlopig toegepast vanaf de eerste dag van de maand volgende op de datum waarop de partijen elkaar in kennis hebben gesteld van de voltooiing van de daartoe vereiste procedures.

    Artikel 4

    De voorzitter van de Raad wijst de persoon aan die bevoegd is om namens de Europese Unie de in artikel 8, lid 2, van de overeenkomst bedoelde kennisgeving te verrichten.

    Artikel 5

    Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

    Gedaan te Brussel,

       Voor de Raad

       De voorzitter

    Top

    Brussel, 7.9.2015

    COM(2015) 424 final

    BIJLAGE

    bij

    Voorstel voor een Besluit van de Raad inzake de ondertekening, namens de Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek Bangladesh inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten

    Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten


    BIJLAGE

    bij

    Voorstel voor een Besluit van de Raad inzake de ondertekening, namens de Unie, en de voorlopige toepassing van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de regering van de Volksrepubliek Bangladesh inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten

    Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh inzake bepaalde aspecten van luchtdiensten

    DE EUROPESE UNIE,

    enerzijds, en

    DE VOLKSREPUBLIEK BANGLADESH,

    anderzijds,

    (hierna "de partijen" genoemd),

    VASTSTELLEND dat verscheidene lidstaten van de Europese Unie met de Volksrepubliek Bangladesh bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten hebben gesloten die bepalingen bevatten die in strijd zijn met de wetgeving van de Europese Unie,

    VASTSTELLEND dat de Europese Unie exclusief bevoegd is voor diverse aspecten die mogelijk zijn opgenomen in bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten van de Europese Unie en derde landen,

    OPMERKEND dat in een lidstaat gevestigde luchtvaartmaatschappijen overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie het recht hebben op niet-discriminerende toegang tot luchtroutes tussen de lidstaten van de Europese Unie en derde landen,

    GELET OP de overeenkomsten tussen de Europese Unie en bepaalde derde landen waarin onderdanen van deze derde landen de mogelijkheid wordt geboden eigendom te verwerven in luchtvaartmaatschappijen die een vergunning hebben gekregen overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie,

    ERKENNEND dat sommige bepalingen van de tussen lidstaten van de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh gesloten bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten die in strijd zijn met de wetgeving van de Europese Unie met deze wetgeving in overeenstemming moeten worden gebracht om een solide rechtsgrond voor luchtdiensten tussen de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh tot stand te brengen en om de continuïteit van dergelijke luchtdiensten te garanderen,

    VASTSTELLEND dat luchtvaartmaatschappijen volgens de wetgeving van de Europese Unie in principe geen overeenkomsten mogen sluiten die de handel tussen de lidstaten van de Europese Unie kunnen beïnvloeden en die tot doel of als gevolg hebben dat de mededinging wordt verhinderd, beperkt of verstoord,

    ERKENNEND dat bepalingen van de tussen lidstaten van de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh gesloten bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten i) die luchtvaartmaatschappijen verplichten of aanzetten tot overeenkomsten tussen ondernemingen, besluiten van ondernemersverenigingen en onderling afgestemde feitelijke gedragingen die ertoe strekken of tot gevolg hebben dat de mededinging op de relevante routes wordt verhinderd, beperkt of vervalst; of ii) die de gevolgen van dergelijke overeenkomsten, besluiten of onderling afgestemde feitelijke gedragingen versterken; of iii) waarbij de verantwoordelijkheid voor het nemen van maatregelen die de mededinging tussen luchtvaartmaatschappijen op de relevante routes verhinderen, vervalsen of beperken, wordt toevertrouwd aan luchtvaartmaatschappijen of andere particuliere economische operatoren, de doeltreffendheid in het gedrang brengen van de op de ondernemingen toepasselijke mededingingsregels,

    EROP WIJZEND dat de Europese Unie er in het kader van deze overeenkomst niet naar streeft het totale volume aan luchtverkeer tussen de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh te doen toenemen, noch om het evenwicht tussen EU-luchtvaartmaatschappijen en luchtvaartmaatschappijen uit de Volksrepubliek Bangladesh te wijzigen, noch om te onderhandelen over wijzigingen van de bepalingen van bestaande bilaterale overeenkomsten inzake verkeersrechten,

    VASTSTELLEND dat het Hof van Justitie van de Europese Unie tot de conclusie is gekomen dat sommige bepalingen van de tussen verscheidene lidstaten en derde landen gesloten bilaterale overeenkomsten in strijd zijn met de wetgeving van de Europese Unie,

    ERKENNEND dat samenhang tussen de wetgeving van de Europese Unie en de bepalingen van de bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten van de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh zal zorgen voor levensvatbare middelen die de continuïteit en de ontwikkeling van luchtdiensten tussen de Europese Unie en Bangladesh garanderen,

    VASTSTELLEND dat deze overeenkomst geen gevolgen hoeft te hebben voor de bepalingen van de bilaterale overeenkomsten voor luchtdiensten tussen lidstaten van de Europese Unie en de Volksrepubliek Bangladesh die niet strijdig zijn met de wetgeving van de Europese Unie,

    ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:

    ARTIKEL 1

    Algemene bepalingen

    1.    In deze overeenkomst wordt onder 'lidstaten' lidstaten van de Europese Unie en onder 'EU-verdragen' het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie verstaan. 

    2.    Als in de overeenkomsten van bijlage 1 wordt verwezen naar onderdanen van de lidstaat die partij is bij die overeenkomst, wordt dat begrepen als een verwijzing naar onderdanen van de lidstaten van de Europese Unie.

    3.    Als in de overeenkomsten van bijlage 1 wordt verwezen naar luchtvaartmaatschappijen van de lidstaat die partij is bij die overeenkomst, wordt dat begrepen als een verwijzing naar de door die lidstaat aangewezen luchtvaartmaatschappijen.

    ARTIKEL 2

    Aanwijzing door een lidstaat

    1.    De bepalingen van de leden 2 en 3 van dit artikel hebben voorrang op de overeenkomstige bepalingen van de in bijlage 2, onder a) en b), genoemde artikelen wat betreft de aanwijzing van een luchtvaartmaatschappij door de desbetreffende lidstaat, de vergunningen en machtigingen die door de Volksrepubliek Bangladesh aan deze luchtvaartmaatschappij zijn toegekend en de weigering, intrekking, opschorting of beperking van de vergunningen en machtigingen van de luchtvaartmaatschappij.

    2.    Als de Volksrepubliek Bangladesh een aanwijzing door een lidstaat heeft ontvangen, verleent zij zo spoedig mogelijk de passende machtigingen en vergunningen, voor zover:

    i.    de luchtvaartmaatschappij, overeenkomstig de EU-verdragen, op het grondgebied van de aanwijzende lidstaat is gevestigd en beschikt over een geldige exploitatievergunning overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie; en

    ii.    de lidstaat die verantwoordelijk is voor de afgifte van het Air Operators Certificate op doeltreffende wijze controleert of de luchtvaartmaatschappij de regelgeving naleeft en de bevoegde luchtvaartautoriteit duidelijk in de aanwijzing is vermeld; en

    iii.    de luchtvaartmaatschappij rechtstreeks of door een meerderheidsbelang eigendom is van lidstaten en/of onderdanen van lidstaten, en/of van andere in bijlage 3 vermelde landen en/of onderdanen van die landen, en deze landen en/of onderdanen daadwerkelijk zeggenschap uitoefenen over de luchtvaartmaatschappij.

    3.    De Volksrepubliek Bangladesh mag de vergunningen of machtigingen van een door een lidstaat aangewezen luchtvaartmaatschappij weigeren, intrekken, opschorten of beperken als:

    i.    de luchtvaartmaatschappij, overeenkomstig de EU-verdragen, niet op het grondgebied van de aanwijzende lidstaat is gevestigd of niet beschikt over een geldige exploitatievergunning overeenkomstig de wetgeving van de Europese Unie; of

    ii.    de lidstaat die verantwoordelijk is voor de afgifte van het Air Operators Certificate niet op doeltreffende wijze controleert of de luchtvaartmaatschappij de regelgeving naleeft, of als de relevante luchtvaartautoriteit niet duidelijk in de aanwijzing is vermeld; of

    iii.    de luchtvaartmaatschappij niet rechtstreeks of door een meerderheidsbelang eigendom is van lidstaten en/of onderdanen van lidstaten, en/of van andere in bijlage 3 vermelde landen en/of onderdanen van die landen, en deze landen en/of onderdanen niet daadwerkelijk zeggenschap uitoefenen over de luchtvaartmaatschappij; of

    iv.    de luchtvaartmaatschappij al over een exploitatievergunning beschikt krachtens een bilaterale overeenkomst tussen de Volksrepubliek Bangladesh en een andere lidstaat en de luchtvaartmaatschappij, door krachtens de onderhavige overeenkomst verkeersrechten uit te oefenen op een traject dat een punt in die andere lidstaat omvat, de krachtens die andere overeenkomst opgelegde beperkingen van de verkeersrechten omzeilt; of

    v.    de luchtvaartmaatschappij houder is van een Air Operators Certificate dat is afgegeven door een lidstaat waarmee de Volksrepubliek Bangladesh geen bilaterale overeenkomst voor luchtdiensten heeft, en die lidstaat verkeersrechten heeft geweigerd aan een luchtvaartmaatschappij die door de Volksrepubliek Bangladesh is aangewezen.

    Bij de uitoefening van de rechten die haar krachtens dit lid zijn verleend, mag de Volksrepubliek Bangladesh geen onderscheid maken tussen luchtvaartmaatschappijen uit de Europese Unie op grond van nationaliteit.

    ARTIKEL 3

    Veiligheid

    1.    De bepalingen van lid 2 van dit artikel vormen een aanvulling op de overeenkomstige bepalingen in de in bijlage 2, onder c), vermelde artikelen.

    2.    Als een lidstaat een luchtvaartmaatschappij heeft aangewezen die onder het wettelijk toezicht van een andere lidstaat staat, zijn de rechten van de Volksrepubliek Bangladesh uit hoofde van de veiligheidsvoorschriften van de overeenkomst tussen de lidstaat die de luchtvaartmaatschappij heeft aangewezen en de Volksrepubliek Bangladesh zowel van toepassing op de vaststelling, naleving en handhaving van veiligheidsnormen door die andere lidstaat als op de exploitatievergunning van die luchtvaartmaatschappij.

    ARTIKEL 4

    Belasting op vliegtuigbrandstof

    1.    De bepalingen van lid 2 van dit artikel vormen een aanvulling op de overeenkomstige bepalingen van de in bijlage 2, onder d), vermelde artikelen.

    2.    Niettegenstaande eventuele andersluidende bepalingen beletten de in bijlage 2, onder d), vermelde overeenkomsten op generlei wijze dat de lidstaten op niet-discriminerende wijze belastingen, heffingen, accijnzen, vergoedingen of kosten in rekening brengen voor de brandstof die op hun grondgebied wordt geleverd voor gebruik in een vliegtuig van een aangewezen luchtvaartmaatschappij van de Volksrepubliek Bangladesh dat een plaats op het grondgebied van die lidstaat verbindt met een andere plaats op het grondgebied van die lidstaat of op het grondgebied van een andere lidstaat.

    ARTIKEL 5

    Verenigbaarheid met de mededingingsregels

    1.    Niettegenstaande andersluidende bepalingen mag niets in de in bijlage 1 vermelde overeenkomsten i) ertoe aanzetten dat overeenkomsten tussen ondernemingen, besluiten van ondernemersverenigingen en onderling afgestemde feitelijke gedragingen tot stand komen die de mededinging verhinderen, verstoren of beperken; ii) de gevolgen van dergelijke overeenkomsten, besluiten of onderling afgestemde feitelijke gedragingen versterken; of iii) de verantwoordelijkheid voor het nemen van maatregelen die de mededinging verhinderen, vervalsen of beperken, toevertrouwen aan particuliere economische operatoren.

    2.    De bepalingen in de in bijlage 1 vermelde overeenkomsten die niet verenigbaar zijn met lid 1 van dit artikel, worden niet toegepast.

    ARTIKEL 6

    Bijlagen bij de overeenkomst

    De bijlagen bij deze overeenkomst maken integrerend deel uit van de overeenkomst.

    ARTIKEL 7

    Herziening of wijziging

    De partijen mogen deze overeenkomst op elk ogenblik met wederzijdse instemming herzien of wijzigen.

    ARTIKEL 8

    Inwerkingtreding en voorlopige toepassing

    1.    Deze overeenkomst treedt in werking wanneer de partijen elkaar schriftelijk hebben meegedeeld dat zij hun interne procedures voor de inwerkingtreding van de overeenkomst hebben voltooid.

    2.    Onverminderd het bepaalde in lid 1 stemmen de partijen ermee in deze overeenkomst voorlopig toe te passen vanaf de eerste dag van de maand volgende op de datum waarop de partijen elkaar in kennis hebben gesteld van de voltooiing van de daartoe vereiste procedures.

    3.    Overeenkomsten en andere regelingen tussen lidstaten en de Volksrepubliek Bangladesh die op de datum van ondertekening van deze overeenkomst nog niet in werking zijn getreden en niet voorlopig worden toegepast, zijn vermeld in bijlage 1, onder b). Zodra deze overeenkomsten en regelingen in werking treden of voorlopig worden toegepast, vallen ze onder de onderhavige overeenkomst.



    ARTIKEL 9

    Opzegging

    1.    Als een in bijlage 1 vermelde overeenkomst wordt beëindigd, worden ook alle bepalingen van de onderhavige overeenkomst die betrekking hebben op de desbetreffende in bijlage 1 vermelde overeenkomst tegelijkertijd beëindigd.

    2.    Als alle in bijlage 1 vermelde overeenkomsten worden beëindigd, wordt de onderhavige overeenkomst tegelijkertijd beëindigd.

    TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe naar behoren gemachtigd, deze overeenkomst hebben ondertekend.

    Gedaan te [….] in tweevoud, op [../../….], in de Bulgaarse, Deense, Duitse, Engelse, Estse, Finse, Franse, Griekse, Hongaarse, Italiaanse, Kroatische, Letse, Litouwse, Maltese, Nederlandse, Poolse, Portugese, Roemeense, Slowaakse, Sloveense, Spaanse, Tsjechische, Zweedse en Bengaalse taal.

    VOOR DE EUROPESE UNIE:    VOOR DE VOLKSREPUBLIEK BANGLADESH:



    Bijlage 1

    Lijst van de overeenkomsten waarnaar wordt verwezen in artikel 1 van deze overeenkomst

    a) Overeenkomsten voor luchtdiensten tussen de Volksrepubliek Bangladesh en lidstaten van de Europese Unie die, op de datum van ondertekening van onderhavige overeenkomst, zijn gesloten, ondertekend en/of voorlopig worden toegepast

    -    Overeenkomst voor luchtdiensten tussen de regering van het Koninkrijk België en de regering van de Volksrepubliek Bangladesh, opgesteld te Brussel op 20 januari 1995, hierna de "overeenkomst tussen Bangladesh en België" genoemd in bijlage 2;

    Gewijzigd bij de op 20 juli 2000 te Brussel opgestelde intentieverklaring;

    -    Overeenkomst voor luchtvervoer tussen de regering van de Bondsrepubliek Duitsland en de regering van de Volksrepubliek Bangladesh, opgesteld te Bonn op 8 december 1992, hierna de "overeenkomst tussen Bangladesh en Duitsland" genoemd in bijlage 2;

    Te lezen in samenhang met de intentieverklaring tussen de Bondsrepubliek Duitsland en de regering van de Volksrepubliek Bangladesh, opgesteld te Bonn op 8 december 1992;

    -    Overeenkomst tussen de regering van de Volksrepubliek Bangladesh en de regering van de Italiaanse Republiek voor luchtdiensten tussen hun respectieve grondgebieden, opgesteld te Rome op 16 december 1980, hierna de "overeenkomst tussen Bangladesh en Italië" genoemd in bijlage 2;

    Te lezen in samenhang met de vertrouwelijke intentieverklaring tussen de regering van de Volksrepubliek Bangladesh en de regering van de Italiaanse Republiek, opgesteld te Rome op 16 december 1980;

    -    Overeenkomst met betrekking tot luchtdiensten tussen de regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de regering van de Volksrepubliek Bangladesh, opgesteld te Dhaka op 3 november 1973, hierna de "overeenkomst tussen Bangladesh en Nederland" genoemd in bijlage 2;

    Gewijzigd bij overeengekomen notulen ondertekend door de delegaties van het Koninkrijk der Nederlanden en de Volksrepubliek Bangladesh te Den Haag op 7 november 1989;

    Gewijzigd bij de intentieverklaring tussen de regering van Nederland en de regering van de Volksrepubliek Bangladesh te Den Haag op 6 april 1994;

    -    Overeenkomst tussen de regering van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en de regering van de Volksrepubliek Bangladesh voor luchtdiensten tussen hun respectieve grondgebieden en over de grenzen van deze grondgebieden heen, opgesteld te Londen op 5 juli 1978, hierna de "overeenkomst tussen Bangladesh en het VK" genoemd in bijlage 2;

    Gewijzigd bij de intentieverklaring tussen de luchtvaartautoriteiten van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland en de Volksrepubliek Bangladesh, ondertekend te Londen op 7 februari 2007;

    Gewijzigd bij de intentieverklaring tussen de luchtvaartautoriteiten van de Volksrepubliek Bangladesh en het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland, ondertekend te Dhaka op 7 januari 2010.

    b) Geparafeerde of ondertekende overeenkomsten en andere regelingen tussen de Volksrepubliek Bangladesh en lidstaten van de Europese Unie met betrekking tot luchtdiensten die, op de datum van ondertekening van de onderhavige overeenkomst, nog niet van kracht zijn geworden en niet voorlopig worden toegepast

    -    Overeenkomst voor luchtdiensten tussen de regering van de Volksrepubliek Bangladesh en de regering van de Republiek Polen, geparafeerd te Dhaka op 9 juni 1997, hierna de "overeenkomst tussen Bangladesh en Polen" genoemd in bijlage 2;

    Te lezen in samenhang met de intentieverklaring tussen de regering van de Volksrepubliek Bangladesh en de regering van de Republiek Polen, opgesteld te Dhaka op 9 juni 1997;

    -    Overeenkomst voor luchtdiensten tussen de regering van de Volksrepubliek Bangladesh en de regering van de Franse Republiek, geparafeerd te Dhaka op 2 juli 1998, hierna de "overeenkomst tussen Bangladesh en Frankrijk" genoemd in bijlage 2;

    Te lezen in samenhang met de intentieverklaring tussen de regering van de Volksrepubliek Bangladesh en de regering van de Franse Republiek, opgesteld te Dhaka op 2 juli 1998;

    -    Overeenkomst voor luchtdiensten tussen de regering van de Volksrepubliek Bangladesh en de regering van de Slowaakse Republiek, geparafeerd te Dhaka op 17 januari 2007, hierna de "overeenkomst tussen Bangladesh en Slowakije" genoemd in bijlage 2;

    Te lezen in samenhang met de intentieverklaring tussen de regering van de Volksrepubliek Bangladesh en de regering van de Slowaakse Republiek, opgesteld te Dhaka op 17 januari 2007;

    Gewijzigd bij de intentieverklaring tussen de luchtvaartautoriteiten van de regering van de Volksrepubliek Bangladesh en de regering van de Slowaakse Republiek, ondertekend in Slowakije op 30 augustus 2007.



    Bijlage 2

    Lijst van artikelen die zijn opgenomen in de in bijlage 1 vermelde overeenkomsten en waarnaar wordt verwezen in de artikelen 2, 3 en 4 van deze overeenkomst

    a) Aanwijzing door een lidstaat:

    -    Artikel 3 van de overeenkomst tussen Bangladesh en België;

    -    Artikel 3 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Frankrijk;

    -    Artikel 3 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Duitsland;

    -    Artikel 4 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Italië;

    -    Artikel 3 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Nederland;

    -    Artikel 3 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Polen;

    -    Artikel 3 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Slowakije;

    -    Artikel 4 van de overeenkomst tussen Bangladesh en het VK;

    b) Weigering, intrekking, opschorting of beperking van vergunningen of machtigingen:

    -    Artikel 5 van de overeenkomst tussen Bangladesh en België;

    -    Artikel 4 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Frankrijk;

    -    Artikel 4 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Duitsland;

    -    Artikel 5 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Italië;

    -    Artikel 4 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Nederland;

    -    Artikel 4 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Polen;

    -    Artikel 4 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Slowakije;

    -    Artikel 5 van de overeenkomst tussen Bangladesh en het VK;

    c) Veiligheid:

    -    Artikel 7 van de overeenkomst tussen Bangladesh en België;

    -    Artikel 8 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Frankrijk;

    -    Artikel 6 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Duitsland;

    -    Artikel 10 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Italië;

    -    Artikel 9 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Polen;

    -    Artikel 9 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Slowakije;

    d) Belasting op vliegtuigbrandstof:

    -    Artikel 10 van de overeenkomst tussen Bangladesh en België;

    -    Artikel 10 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Frankrijk;

    -    Artikel 8 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Duitsland;

    -    Artikel 6 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Italië;

    -    Artikel 5 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Nederland;

    -    Artikel 7 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Polen;

    -    Artikel 6 van de overeenkomst tussen Bangladesh en Slowakije.



    Bijlage 3

    Lijst van andere landen waarnaar wordt verwezen in artikel 2 van deze overeenkomst

    a) de Republiek IJsland (in het kader van de Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte);

    b) het Vorstendom Liechtenstein (in het kader van de Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte);

    c) het Koninkrijk Noorwegen (in het kader van de Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte);

    d) de Zwitserse Bondsstaat (in het kader van de Overeenkomst inzake luchtvervoer tussen de Europese Gemeenschap en de Zwitserse Bondsstaat).

    Top