EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52014PC0629

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van de lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

/* COM/2014/0629 final - 2014/0295 (NLE) */

52014PC0629

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD tot wijziging van de lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen. /* COM/2014/0629 final - 2014/0295 (NLE) */


TOELICHTING

1.           ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL

Motivering en doel van het voorstel

Dit voorstel betreft de toepassing van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad van 29 september 2008 houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IOO-visserij) te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen, tot wijziging van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1936/2001 en (EG) nr. 601/2004 en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 1093/94 en (EG) nr. 1447/1999[1] (IOO-verordening).

Algemene context

Dit voorstel past in het kader van de tenuitvoerlegging van de IOO-verordening en is het resultaat van onderzoeks- en dialoogprocedures die werden toegepast in overeenstemming met de materiële en procedurele eisen zoals vastgelegd in de IOO-verordening, waar onder meer is bepaald dat alle landen zich moeten kwijten van de taken die ze krachtens internationaal recht als vlaggen-, haven-, kust- of marktstaat dienen te vervullen om IOO-visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

Bestaande bepalingen op het door het voorstel bestreken gebied

Besluit van de Commissie van 15 november 2012 (PB C 354 van 17.11.2012, blz. 1-47) inzake de kennisgeving aan derde landen van de mogelijkheid dat zij door de Commissie als niet-meewerkende landen worden aangemerkt op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 26 november 2013 (PB C 346 van 27.11.2013, blz. 2-25) tot vaststelling van de derde landen die voor de Commissie als niet-meewerkende derde landen worden beschouwd op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 24 maart 2014 (PB L 91 van 27.3.2014, blz. 43-47) tot vaststelling van een lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 24 maart 2014 (PB L 91 van 27.3.2014, blz. 43-47) tot vaststelling van een lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen, werd gewijzigd bij Uitvoeringsbesluit van de Raad (OPNAME VAN SRI LANKA IN DE LIJST) van xxxxxxxx.

Samenhang met andere beleidsgebieden en doelstellingen van de Unie

Niet van toepassing.

2.           RESULTATEN VAN DE RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELING

Raadpleging van belanghebbende partijen

Partijen die belang hebben bij de procedure werden overeenkomstig de bepalingen van de IOO-verordening in de loop van de onderzoeks- en dialoogprocedures in de gelegenheid gesteld hun belangen te verdedigen.

Bijeenbrengen en benutten van deskundigheid

Er hoefde geen beroep te worden gedaan op externe deskundigheid.

Effectbeoordeling

Dit voorstel vloeit voort uit de tenuitvoerlegging van de IOO-verordening.

De IOO-verordening voorziet niet in een algemene effectbeoordeling, maar bevat wel een uitputtende lijst van factoren die moeten worden beoordeeld.

3.           JURIDISCHE ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL

Samenvatting van de voorgestelde maatregel(en)

Op 15 november 2012 heeft de Commissie door middel van een besluit van de Commissie acht derde landen (Belize, het Koninkrijk Cambodja, de Republiek Fiji, de Republiek Guinee, de Republiek Panama, de Democratische Socialistische Republiek Sri Lanka, de Republiek Togo en de Republiek Vanuatu) in kennis gesteld van de mogelijkheid dat zij krachtens de IOO-verordening door de Commissie aangemerkt worden als niet-meewerkend land.

De Commissie heeft stappen ondernomen ten aanzien van deze acht landen. Het betrof onder meer maatregelen om deze stappen, haar handelen, te motiveren, de gelegenheid voor de landen om te antwoorden of de argumenten te weerleggen, het recht om aanvullende informatie te vragen of te verschaffen, actieplannen om de situatie te verhelpen en voldoende tijd om een antwoord te verstrekken en de situatie te verhelpen.

Op 26 november 2013 heeft de Commissie door middel van een uitvoeringsbesluit van de Commissie Belize, het Koninkrijk Cambodja en de Republiek Guinee aangemerkt als derde landen die de Commissie krachtens de IOO-verordening als niet-meewerkende derde landen beschouwt.

Op 24 maart 2014 heeft de Commissie door middel van een uitvoeringsbesluit van de Commissie een lijst vastgesteld van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij, waarin Belize, het Koninkrijk Cambodja en de Republiek Guinee zijn opgenomen.

Bijgaand voorstel voor een uitvoeringsbesluit van de Raad is gebaseerd op de bevindingen die bevestigen dat Belize heeft aangetoond de situatie die opneming van Belize op de lijst rechtvaardigde te hebben verholpen en concrete maatregelen te hebben genomen die een blijvende verbetering van de situatie kunnen bewerkstelligen.

Derhalve wordt voorgesteld dat de Raad het bijgevoegde voorstel voor een besluit goedkeurt.

Rechtsgrondslag

Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad van 29 september 2008 houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om IOO-visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

Subsidiariteitsbeginsel

Het voorstel betreft een gebied dat onder de exclusieve bevoegdheid van de Europese Unie valt. Het subsidiariteitsbeginsel is derhalve niet van toepassing.

Evenredigheidsbeginsel

Het voorstel is om de onderstaande redenen in overeenstemming met het evenredigheidsbeginsel.

De vorm van de maatregel wordt voorgeschreven in de IOO-verordening en laat geen ruimte voor nationale besluitvorming.

Er geldt geen verplichting om een beschrijving te geven van de wijze waarop de financiële en administratieve lasten voor de Unie, de nationale, regionale en plaatselijke overheden, de marktdeelnemers en de burgers zo veel mogelijk worden beperkt en hoe zij in verhouding staan tot het doel van het voorstel.

Keuze van instrumenten

Voorgestelde instrumenten: besluit.

Andere instrumenten zouden ongeschikt zijn omdat de IOO-verordening niet in andere mogelijkheden voorziet.

4.           GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING

Het voorstel heeft geen gevolgen voor de begroting van de Unie.

2014/0295 (NLE)

Voorstel voor een

UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

tot wijziging van de lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad van 29 september 2008 houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen, tot wijziging van Verordeningen (EEG) nr. 2847/93, (EG) nr. 1936/2001 en (EG) nr. 601/2004 en tot intrekking van Verordeningen (EG) nr. 1093/94 en (EG) nr. 1447/1999[2] en met name artikel 34, lid 1,

Gezien het door de Europese Commissie ingediende voorstel,

 Overwegende hetgeen volgt:

(1)       Bij Verordening (EG) nr. 1005/2008 (de IOO-verordening) is een EU-systeem tot stand gebracht om illegale, ongemelde en ongereglementeerde (IOO) visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

(2)       In hoofdstuk VI van de IOO-verordening is de procedure vastgesteld met betrekking tot de identificatie (ook wel "aanmerking" genoemd) van niet-meewerkende derde landen, de stappen ten aanzien van landen die zijn aangemerkt als niet-meewerkend derde land, de vaststelling van een lijst van niet-meewerkende derde landen, de schrapping van landen van de lijst van niet-meewerkende derde landen, de bekendmaking van de lijst van niet-meewerkende landen en noodmaatregelen.

(3)       Overeenkomstig artikel 32 van de IOO-verordening heeft de Europese Commissie ("de Commissie") door middel van het besluit van 15 november 2012[3] ("besluit van 15 november 2012") acht derde landen in kennis gesteld van de mogelijkheid dat zij door de Commissie als niet-meewerkende landen zouden worden aangemerkt. Belize was één van die landen.

(4)       In het besluit van 15 november 2012 heeft de Commissie informatie opgenomen betreffende de essentiële feiten en overwegingen die aan de mogelijke aanmerking ten grondslag liggen.

(5)       Op 15 november 2012 heeft de Commissie de acht derde landen, waaronder Belize, in afzonderlijke brieven meegedeeld dat zij de mogelijkheid overwoog om hen als niet-meewerkende derde landen aan te merken.

(6)       Door middel van het uitvoeringsbesluit van 26 november 2013[4] ("uitvoeringsbesluit van 26 november 2013") heeft de Commissie Belize, het Koninkrijk Cambodja en de Republiek Guinee aangemerkt als derde landen die niet meewerken bij het bestrijden van IOO-visserij. Overeenkomstig de IOO-verordening heeft de Commissie uiteengezet waarom zij vond dat deze drie landen er niet in geslaagd waren zich te kwijten van de taken die zij krachtens internationaal recht als vlaggen-, haven-, en kust- of marktstaten dienen te vervullen om IOO-visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

(7)       Overeenkomstig artikel 33 van de IOO-verordening heeft de Commissie door middel van Uitvoeringsbesluit 2014/170/EU van 24 maart 2014[5], ("uitvoeringsbesluit van de Raad van 24 maart 2014") Belize, het Koninkrijk Cambodja en de Republiek Guinee opgenomen in de lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij, overeenkomstig de IOO-verordening.

(8)       Nadat de lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij was vastgesteld bij het uitvoeringsbesluit van de Raad van 24 maart 2014, heeft de Commissie de aangemerkte landen de mogelijkheid geboden om de dialoog voort te zetten overeenkomstig de materiële en procedurele eisen zoals vastgesteld in de IOO‑verordening. De Commissie is doorgegaan met het verzamelen en verifiëren van alle gegevens die zij noodzakelijk achtte, met inbegrip van mondelinge en schriftelijke reacties, om aangemerkte landen de gelegenheid te bieden de situatie die opname in de lijst rechtvaardigde te verhelpen en concrete maatregelen te nemen die een blijvende verbetering van de situatie kunnen bewerkstelligen. Dit proces resulteerde in de erkenning dat Belize de situatie heeft verholpen en corrigerende maatregelen heeft genomen.

(9)       Krachtens artikel 34, lid 1, van de IOO-verordening moet de Raad derhalve het uitvoeringsbesluit van 24 maart 2014 aanpassen door Belize te schrappen van de lijst van niet-meewerkende derde landen.

(10)     Na de goedkeuring van dit uitvoeringsbesluit van de Raad houdende schrapping van Belize van de lijst van niet-meewerkende derde landen overeenkomstig artikel 34, lid 1, van de IOO-verordening, vervalt het uitvoeringsbesluit van de Commissie van 26 november 2013 dat Belize identificeert als niet-meewerkend derde land.

 

SCHRAPPING VAN BELIZE VAN DE LIJST VAN NIET-MEEWERKENDE DERDE LANDEN

(11)     Na de goedkeuring van het uitvoeringsbesluit van 26 november 2013 en Uitvoeringsbesluit 2014/170/EU van de Raad van 24 maart 2014 heeft de Commissie de dialoog met Belize voortgezet. Belize lijkt in het bijzonder aan de verplichtingen met betrekking tot internationaal recht te hebben voldaan, heeft een gepast wettelijk kader vastgesteld voor de bestrijding van IOO-visserij, heeft geschikte en doelmatige monitoring-, controle- en inspectieregelingen alsmede een afschrikkend sanctiestelsel ingevoerd en voor een degelijke toepassing van de vangstcertificeringsregeling gezorgd. Belize heeft voorts gezorgd voor een betere naleving van zijn internationale verplichtingen, met inbegrip van de verplichtingen voortvloeiend uit de aanbevelingen en resoluties van regionale organisaties voor visserijbeheer (ROVB's). Belize heeft een nieuw systeem opgezet voor de registratie van vaartuigen overeenkomstig internationaal recht. Belize houdt zich aan de aanbevelingen en resoluties van ter zake relevante instanties en heeft een eigen nationaal actieplan tegen IOO-visserij vastgesteld overeenkomstig het internationale actieplan tegen illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IAP-IOO) van de Verenigde Naties.

(12)     De Commissie is nagegaan of Belize zijn internationale verplichtingen als vlaggen-, haven-, kust- of marktstaat momenteel in acht neemt overeenkomstig de bevindingen in het besluit van 15 november 2012, het uitvoeringsbesluit van 26 november 2013 en het uitvoeringsbesluit van de Raad van 24 maart 2014 en overeenkomstig de informatie die daarover verstrekt is door Belize. De Commissie heeft zich daarnaast gebogen over de maatregelen die zijn genomen om de situatie te verhelpen en de garanties die de bevoegde autoriteiten van Belize hebben verstrekt.

(13)     Op basis van het bovenstaande concludeert de Commissie dat de stappen die Belize in het kader van zijn taken als vlaggenstaat heeft ondernomen, volstaan om te voldoen aan de bepalingen in de artikelen 91, 94, 117 en 118 van het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee (UNCLOS), de artikelen 18, 19 en 20 van de VN-Visbestandenovereenkomst (UNSFA) en artikel III, lid 8, van de FAO-Nalevingsovereenkomst. De Commissie concludeert dat de punten die Belize naar voren heeft gebracht aantonen dat de situatie die de opneming van Belize in de lijst rechtvaardigde verholpen is en dat Belize concrete maatregelen heeft genomen die een blijvende verbetering van de situatie kunnen bewerkstelligen.

(14)     Gezien de omstandigheden en overeenkomstig artikel 43, lid 1, van de IOO-verordening besluit de Raad dat Belize van de lijst van niet-meewerkende landen dient te worden geschrapt.

(15)     Het besluit van de Raad sluit niet uit dat de Commissie of de Raad vervolgens stappen kan nemen, overeenkomstig hoofdstuk VI van de IOO-verordening, ingeval feitelijke gegevens zouden aantonen dat Belize zich niet kwijt van de taken die het krachtens internationaal recht als vlaggen-, haven-, kust- of marktstaat dient te vervullen om IOO-visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

(16)     Gezien de nadelige gevolgen die opneming op de lijst van niet-meewerkende derde landen met zich brengt, is het gepast om Belize onmiddellijk van de lijst van niet-meewerkende derde landen te schrappen,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlage bij Besluit 2014/170/EU van de Raad wordt vervangen door de bijlage bij dit besluit.

 Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Gedaan te Brussel,

                                                                       Voor de Raad

                                                                       De voorzitter

[1]               PB L 286 van 29.10.2008, blz. 1.

[2]               PB L 286 van 29.10.2008, blz. 1.

[3]               Besluit van de Commissie van 15 november 2012 inzake de kennisgeving aan derde landen van de mogelijkheid dat zij door de Commissie als niet-meewerkende landen worden aangemerkt op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen (PB C 354 van 17.11.2012, blz. 1).

[4]               Uitvoeringsbesluit van de Commissie van 26 november 2013 tot aanmerking van de derde landen die door de Commissie als niet-meewerkende landen worden beschouwd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen (PB C 346 van 27.11.2013, blz. 2).

[5]               Uitvoeringsbesluit 2014/170/EU van de Raad van 24 maart 2014 (PB L 91 van 27.3.2014, blz. 43-47) tot vaststelling van een lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

BIJLAGE

Lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van illegale, ongemelde en ongereglementeerde (IOO) visserij

bij het

Voorstel voor een UITVOERINGSBESLUIT VAN DE RAAD

tot wijziging van de lijst van derde landen die niet meewerken bij de bestrijding van IOO-visserij op grond van Verordening (EG) nr. 1005/2008 van de Raad houdende de totstandbrenging van een communautair systeem om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen.

Koninkrijk Cambodja

Republiek Guinee

Democratische Socialistische Republiek Sri Lanka

Top