This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013PC0867
Proposal for a COUNCIL DECISION on the Accession of the European Union to the Convention on International Trade in Endangered Species of Wild Fauna and Flora (CITES)
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de toetreding van de Europese Unie tot de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites)
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de toetreding van de Europese Unie tot de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites)
/* COM/2013/0867 final - 2013/0418 (NLE) */
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de toetreding van de Europese Unie tot de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites) /* COM/2013/0867 final - 2013/0418 (NLE) */
TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL De Overeenkomst inzake de internationale
handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites) is in 1975
in werking getreden en telt momenteel 178 partijen (waaronder alle
EU-lidstaten). Het doel van de overeenkomst is ervoor te zorgen dat de
internationale handel in specimens van in het wild levende dieren en planten
geen bedreiging vormt voor hun voortbestaan. De overeenkomst dekt ongeveer 35 000
soorten, die zijn opgenomen in drie bijlagen, naar gelang van de mate van
bescherming die zij nodig hebben. Alle invoer, uitvoer, wederuitvoer en aanvoer
vanuit zee van soorten die onder de overeenkomst vallen, is vergunningplichtig.
De initiële tekst van de overeenkomst voorzag
alleen in de toetreding tot Cites van staten. Tijdens de tweede buitengewone
vergadering van de Conferentie van de partijen bij Cites in Gaborone in
Botswana op 30 april 1983 is een amendement van de overeenkomst overeengekomen.
De wijziging bestaat uit de toevoeging van de volgende vijf leden aan artikel
XXI (hieronder genummerd van 2 tot 6) : 1.
Deze overeenkomst staat voor onbepaalde tijd
open voor toetreding. De akten van toetreding worden neergelegd bij de
depotregering. 2.
Deze overeenkomst staat open voor toetreding
van door soevereine staten opgerichte regionale organisaties voor economische
integratie die door hun lidstaten zijn gemachtigd tot het onderhandelen over en
het sluiten en toepassen van internationale overeenkomsten over aangelegenheden
waarop deze overeenkomst betrekking heeft. 3.
In hun akten van toetreding geven dergelijke
organisaties de reikwijdte aan van hun bevoegdheid ten aanzien van de
aangelegenheden die onder de overeenkomst vallen. Deze organisaties stellen de
depotregering tevens in kennis van elke wezenlijke verandering in de reikwijdte
van hun bevoegdheid. De depotregering stuurt kennisgevingen van regionale
organisaties voor economische integratie met betrekking tot hun bevoegdheden op
het gebied van de door deze overeenkomst geregelde aangelegenheden en
wijzigingen daarvan door aan de partijen. 4.
Dergelijke regionale organisaties voor
economische integratie oefenen op de tot hun bevoegdheid behorende terreinen de
rechten uit die deze overeenkomst toekent aan hun lidstaten die partij zijn bij
de overeenkomst en voldoen aan de uit de overeenkomst voortvloeiende
verplichtingen. In deze gevallen mogen de lidstaten van deze organisaties deze
rechten niet afzonderlijk uitoefenen. 5.
Regionale organisaties voor economische
integratie hebben op de tot hun bevoegdheid behorende gebieden stemrecht; het
aantal stemmen komt overeen met het aantal van hun lidstaten die partij zijn
bij de overeenkomst. Deze organisaties oefenen hun stemrecht niet uit indien
hun lidstaten hun stemrecht uitoefenen, en omgekeerd. 6.
Elke verwijzing naar "partij" in
de zin van artikel 1, lid h, van deze overeenkomst, naar
"staat"/"staten" of naar "een staat die partij
is"/"staten die partij zijn" bij de overeenkomst wordt geacht
tevens een verwijzing te zijn naar regionale organisaties voor economische
integratie die bevoegd zijn tot het onderhandelen over en het sluiten en
toepassen van internationale overeenkomsten op de onder deze overeenkomst
vallende terreinen. Dit amendement ("de
Gaborone-clausule") is op 29 november 2013 in werking getreden, na de
bekrachtiging ervan door twee derde van de 80 landen die partij waren op de
datum waarop het amendement aangenomen werd. De Europese Unie is tot op heden
een waarnemer bij Cites; de inwerkingtreding van de Gaborone-clausule maakt het
nu mogelijk dat de Europese Unie partij wordt bij Cites. De aangelegenheden die onder Cites vallen,
hebben betrekking op gebieden (bescherming van het milieu, handel, interne
markt, douane) die onderworpen zijn aan het recht van de Unie. Cites-bepalingen
zijn sinds 1984 op een geharmoniseerde wijze op EU-niveau toegepast en worden
nu geregeld bij Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad en door verschillende
verordeningen van de Commissie (Verordening (EG) nr. 865/2006 van de Commissie,
Uitvoeringsverordening (EU) nr. 792/2012 en Uitvoeringsverordening (EU)
nr. 578/2013 van de Commissie). De toetreding van de Europese Unie tot Cites
is een logische en noodzakelijke stap wil de Europese Unie haar doelstellingen
in het kader van haar milieubeleid volledig kunnen nastreven. Het voorstel voor het besluit van de Raad
beoogt de toetreding van de Europese Unie tot Cites goed te keuren en de
voorzitter van de Raad op te roepen de persoon aan te wijzen die bevoegd is om
namens de Europese Unie de akte van toetreding als bedoeld in artikel XXI, lid 1,
van de Overeenkomst en de verklaring van bevoegdheid overeenkomstig artikel
XXI, lid 3, neer te leggen. 2. RESULTATEN VAN DE
RAADPLEGING VAN BELANGHEBBENDE PARTIJEN EN EFFECTBEOORDELINGEN Niet relevant. 3. GEVOLGEN VOOR DE BEGROTING Cites wordt net als andere door het UNEP
beheerde multilaterale milieuovereenkomsten gefinancierd via door alle partijen
betaalde vastgestelde bijdragen, waarbij wordt uitgegaan van VN-criteria inzake
de hoogte van de contributies die om de drie jaar door de Algemene Vergadering
worden aangenomen. Naar verwachting zal de Conferentie van de
Partijen (CoP) besluiten dat de EU na toetreding net als bij andere mondiale
multilaterale milieuovereenkomsten 2,5 % van het totale bedrag van de
Cites Trust Fund per jaar moet bijdragen. De volgende vergadering van de CoP zal pas in 2016
zijn, maar van de EU zal in 2014 en 2015 een bijdrage worden verwacht (circa 112 000
EUR, 2,5 % van het totale bedrag van de Cites Trust Fund voor 2015), dat
aansluit bij de praktijk dat partijen moeten bijdragen zodra zij tot de
overeenkomst toetreden. 2013/0418 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de toetreding van de Europese
Unie tot de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het
wild levende dier- en plantensoorten (Cites) DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, en met name de artikelen 192 en 207, in samenhang
met artikel 218, lid 6, onder a), Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Gezien de instemming van het Europees
Parlement, Overwegende hetgeen volgt: (1) De Overeenkomst inzake de
internationale handel in bedreigde in het wild levende dier- en plantensoorten
(Cites) waarbij 178 landen, waaronder alle lidstaten partij zijn, is een
belangrijk internationaal instrument dat gericht is op de bescherming van
bedreigde planten- en diersoorten door middel van de controle op de
internationale handel in specimens van deze soorten. (2) In eerste instantie stond de
overeenkomst alleen open voor staten, maar in 1983 werd artikel XXI van de
overeenkomst door een speciale in Gaborone, Botswana bijeengekomen conferentie
van de partijen zodanig gewijzigd dat door soevereine staten opgerichte
regionale organisaties voor economische integratie die door hun lidstaten zijn
gemachtigd tot het onderhandelen over en het sluiten en toepassen van
internationale overeenkomsten over aangelegenheden waarop deze overeenkomst
betrekking heeft, ook tot de overeenkomst konden toetreden (de
Gaborone-clausule). De Gaborone-clausule van Cites is op 29 november 2013 in
werking getreden. (3) De aangelegenheden die onder
Cites vallen betreffen de bescherming van het milieu en de handel. Dit zijn
terreinen waarop de Unie bevoegd is tot het onderhandelen over en het sluiten
en toepassen van internationale overeenkomsten. De bepalingen van Cites zijn
sinds 1 januari 1984 in alle lidstaten op uniforme wijze toegepast. Zij zijn nu
geregeld bij Verordening (EG) nr. 338/97[1]
en Verordening (EG) nr. 865/2006.[2]
(4) Toetreding tot Cites zal de
Europese Unie in staat stellen een volwaardige rol te spelen bij de
werkzaamheden van de Overeenkomst en houdt een wettelijke verplichting in voor
de Europese Unie en haar lidstaten om de Overeenkomst ten uitvoer te leggen en
te handhaven. De toetreding schept formele verantwoordelijkheden voor de
Europese Unie, waardoor zij als partij verantwoording verschuldigd is aan
andere partijen wat betreft haar tenuitvoerlegging van de overeenkomst. (5) De Europese Unie moet
bijgevolg toetreden tot de Cites-overeenkomst, HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1 De toetreding van de Europese Unie tot de
Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild levende
dier- en plantensoorten (Cites) wordt namens de Unie goedgekeurd. De tekst van de Overeenkomst is aan dit
besluit gehecht. Artikel 2 De voorzitter van de Raad wijst de persoon aan
die bevoegd is om namens de Europese Unie de in artikel XXI, lid 1, van de
overeenkomst bedoelde akte van toetreding neer te leggen, waarmee de instemming
van de Europese Unie om door de overeenkomst gebonden te zijn tot uiting wordt
gebracht. Tegelijkertijd legt de aangewezen persoon de in de bijlage bij dit
besluit opgenomen verklaring overeenkomstig artikel XXI, lid 3, van
de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild
levende dier- en plantensoorten neer. Artikel 3 Dit besluit treedt in werking op .[3] Gedaan te Brussel, Voor
de Raad De
voorzitter FINANCIEEL MEMORANDUM 1. KADER VAN HET
VOORSTEL/INITIATIEF 1.1. Benaming van het voorstel/initiatief 1.2. Betrokken beleidsterrein(en) in de ABM/ABB-structuur 1.3. Aard van het voorstel/initiatief 1.4. Doelstelling(en) 1.5. Motivering van het voorstel/initiatief 1.6. Duur en financiële gevolgen 1.7. Beheersvorm(en) 2. BEHEERSMAATREGELEN 2.1. Regels inzake het toezicht en de verslagen 2.2. Beheers- en controlesysteem 2.3. Maatregelen ter voorkoming van fraude en
onregelmatigheden 3. GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN
VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF 3.1. Rubriek(en) van het meerjarige financiële kader en
betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven 3.2. Geraamde gevolgen voor de uitgaven 3.2.1. Samenvatting van de
geraamde gevolgen voor de uitgaven 3.2.2. Geraamde gevolgen
voor de beleidskredieten 3.2.3. Geraamde gevolgen
voor de administratieve kredieten 3.2.4. Verenigbaarheid met
het huidige meerjarige financiële kader 3.2.5. Bijdrage van derden
aan de financiering 3.3. Geraamde gevolgen voor de ontvangsten FINANCIEEL
MEMORANDUM 1. KADER VAN HET
VOORSTEL/INITIATIEF 1.1. Benaming van het
voorstel/initiatief Besluit van de Raad betreffende de toetreding van de Europese Unie tot
de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild
levende dier- en plantensoorten (Cites) 1.2. Betrokken beleidsterrein(en)
in de ABM/ABB-structuur[4]
07
– Milieu 1.3. Aard van het
voorstel/initiatief x Het
voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie ¨ Het voorstel/initiatief betreft een nieuwe actie na een
proefproject/een voorbereidende actie[5]
¨ Het voorstel/initiatief betreft de verlenging van een bestaande
actie ¨ Het voorstel/initiatief betreft een actie die wordt omgebogen naar
een nieuwe actie 1.4. Doelstelling(en) 1.4.1. De met het voorstel/initiatief
beoogde strategische meerjarendoelstelling(en) van de Commissie EU
2020-strategie - efficiënt gebruik van hulpbronnen en een slimme en inclusieve
groei 1.4.2. Specifieke doelstelling(en) en
betrokken ABM/ABB-activiteiten Specifieke doelstelling nr. 2.1
Mondiale milieuzaken Betrokken ABM/ABB-activiteit(en) (ABB-code:
0702) 1.4.3. Verwachte resulta(a)t(en) en
gevolg(en) Vermeld de gevolgen
die het voorstel/initiatief zou moeten hebben op de begunstigden/doelgroepen Toetreding
tot Cites zou de Europese Unie ook een stevigere institutionele basis
verschaffen om bij te dragen aan Cites-projecten en om afzonderlijke partijen
bijstand te verlenen bij hun programma's voor de versterking van hun
capaciteit. Verder zou de Europese Unie als partij via de begroting bijdragen
aan de werkingskosten van de overeenkomst door een percentage te betalen van
het kernbudget. De Europese Unie zou als partij een samenhangend EU-standpunt
waarborgen. Toetreding zou de Commissie in staat stellen namens de Europese
Unie te onderhandelen en als katalysator te fungeren voor het bereiken van een
evenwichtig compromis tussen de standpunten van de 28 lidstaten. 1.4.4. Resultaat- en
effectindicatoren Vermeld de indicatoren aan de hand waarvan kan worden nagegaan in
hoeverre het voorstel/initiatief is uitgevoerd. Niveau
van invloed van de EU op de besluiten van de multilaterale milieuovereenkomsten
en -processen, deelname aan de reguliere Cites-vergaderingen (conferentie van
de partijen, permanent comité, comités dieren en planten) en daaropvolgende
tenuitvoerlegging van Cites-besluiten in het EU-recht. 1.5. Motivering van het
voorstel/initiatief 1.5.1. Behoefte(n) waarin op korte of
lange termijn moet worden voorzien Zodra
het besluit door de Raad is vastgesteld, legt de door de voorzitter van de Raad
gemachtigde persoon een akte van toetreding neer bij de depotregering van de
Cites-overeenkomst. 1.5.2. Toegevoegde waarde van de
deelname van de EU De
toetreding van de EU tot Cites zou de EU in staat stellen haar status te
vergroten in een multilaterale milieuovereenkomst die rechtstreeks van belang
is voor het acquis op het gebied van milieu. 1.5.3. Nuttige ervaring die bij
soortgelijke activiteiten in het verleden is opgedaan Een
verbeterde status van de EU in internationale verdragen versterkt het standpunt
van de EU en haar invloed op de desbetreffende gebieden. 1.5.4. Verenigbaarheid en eventuele
synergie met andere passende instrumenten Cites-bepalingen
zijn reeds in EU-wetgeving omgezet (cf. Verordening (EG) nr. 338/97 en de
daaraan verwante uitvoeringsverordeningen van de Commissie). De toetreding van
de EU tot Cites zal de synergie met de wetgeving van de EU vergroten. 1.6. Duur en financiële gevolgen ¨ Voorstel/initiatief met een beperkte
geldigheidsduur –
¨ Voorstel/initiatief is van kracht vanaf [DD/MM]JJJJ tot en met
[DD/MM]JJJJ –
¨ Financiële gevolgen vanaf JJJJ tot en met JJJJ X Voorstel/initiatief met een onbeperkte
geldigheidsduur –
Uitvoering met een opstartperiode vanaf JJJJ tot en
met JJJJ, –
gevolgd door een volledige uitvoering. 1.7. Beheersvorm(en)[6] Voor de begroting 2013 — niet van toepassing ¨ Direct gecentraliseerd beheer door de Commissie ¨ Indirect gecentraliseerd beheer door uitvoeringstaken te delegeren aan: –
¨ uitvoerende agentschappen –
¨ door de Unie opgerichte organen[7]
–
¨ nationale publiekrechtelijke organen of organen met een
openbaredienstverleningstaak –
¨ personen aan wie de uitvoering van specifieke acties in het kader van
titel V van het Verdrag betreffende de Europese Unie is toevertrouwd en die
worden genoemd in het betrokken basisbesluit in de zin van artikel 49 van het
Financieel Reglement ¨ Gedeeld beheer met
lidstaten ¨ Gedecentraliseerd beheer met derde landen ¨ Gezamenlijk beheer
met internationale organisaties (geef aan welke) – Verstrek, indien meer dan een beheersvorm is
aangekruist, extra informatie onder "Opmerkingen". Uit de begroting van 2014 x Direct beheer door de Commissie –
x via haar diensten, met inbegrip van haar
personeel in de delegaties van de Unie; –
¨ door de uitvoerende agentschappen; ¨ Gedeeld beheer met
lidstaten ¨ Indirect beheer
door uitvoeringstaken te delegeren aan: –
¨ derde landen of de door hen aangewezen organen; –
¨ internationale organisaties en hun agentschappen (geef aan welke); –
¨ de EIB en het Europees Investeringsfonds; –
¨ in de artikelen 208 en 209 van het Financieel Reglement genoemde
organen; –
¨ publiekrechtelijke organen; –
¨ privaatrechtelijke organen met een openbare dienstverleningstaak, voor
zover zij voldoende financiële garanties bieden; –
¨ privaatrechtelijke organen van een lidstaat, waaraan de uitvoering van
een publiek-privaat partnerschap is toevertrouwd en die voldoende financiële
garanties bieden; –
¨ personen aan wie de uitvoering van specifieke maatregelen op het
gebied van het GBVB in het kader van titel V van het VEU is toevertrouwd en die
worden genoemd in de betrokken basishandeling. – Verstrek, indien meer dan een beheersvorm is
aangekruist, extra informatie onder "Opmerkingen". 2. BEHEERSMAATREGELEN 2.1. Regels inzake het toezicht en
de verslagen Vermeld frequentie en
voorwaarden. De
begrotingen van internationale overeenkomsten worden door hun conferenties van
de partijen gemonitord, en leven de beheersregels van de VN na (de UNEP is een
van de beheerders van de Cites Trust Fund). 2.2. Beheers- en controlesysteem 2.2.1. Mogelijke risico's De
Cites-begroting wordt op gezette tijden in het kader van de VN-regeling
gecontroleerd. 2.2.2. Informatie over de opzet van
het interne controlesysteem Zie
2.2.1 hierboven 2.2.3. Raming van de kosten en baten
van de uitgevoerde controles en een evaluatie van het verwachte foutenrisico nvt 2.3. Maatregelen ter voorkoming
van fraude en onregelmatigheden Vermeld de bestaande
en geplande preventie- en beschermingsmaatregelen. Zie
2.2.1 hierboven 3. GERAAMDE FINANCIËLE GEVOLGEN
VAN HET VOORSTEL/INITIATIEF 3.1. Rubriek(en) van het
meerjarige financiële kader en betrokken begrotingsonderde(e)l(en) voor
uitgaven · Bestaande begrotingsonderdelen In volgorde van de
rubrieken van het meerjarige financiële kader en de begrotingsonderdelen Rubriek van het meerjarige financiële kader || Begrotingsonderdeel || Soort uitgave || Bijdrage Nummer 07 02 Rubriek "Miliebeleid op Unie- en internationaal niveau" || GK/ NGK ([8]) || van EVA-landen[9] || van kandidaat-lidstaten[10] || van derde landen || in de zin van artikel 21, lid 2, onder b), van het Financieel Reglement 4 || 07 02 04 — Bijdrage aan multilaterale milieuovereenkomsten || GK || Geen || Geen || Geen || Geen · Te creëren nieuwe begrotingsonderdelen (nvt) – niet van toepassing In volgorde van de rubrieken van het meerjarige
financiële kader en de begrotingsonderdelen. Rubriek van het meerjarige financiële kader || Begrotingsonderdeel || Soort uitgave || Bijdrage Nummer [...] [Omschrijving…] || GK/ NGK || van EVA-landen || van kandidaat-lidstaten || van derde landen || in de zin van artikel 21, lid 2, onder b), van het Financieel Reglement || […][XX.YY.YY.YY] || || JA/NEE || JA/NEE || JA/NEE || JA/NEE 3.2. Geraamde gevolgen voor de
uitgaven [Dit gedeelte
dient te worden ingevuld met behulp van de spreadsheet met begrotingsgegevens van
administratieve aard (tweede
document in bijlage bij dit financieel memorandum) die op CISNET is gezet voor
overleg tussen de diensten.] 3.2.1. Samenvatting van de geraamde
gevolgen voor de uitgaven EUR Rubriek van het meerjarige financiële kader || 4 || Europa als wereldspeler DG: ENV || || || Jaar N[11] || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || Invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL Beleidskredieten || 2014 || 2015 || 2016 || 2017 || 2018 || 2019 || 2020 || Onbepaalde looptijd 07 02 04 || Vastleggingen || 1 || 112 000 || 112 000 || 112 000 || 115 000 || 115 000 || 117 000 || 117 000 || 800 000 Betalingen || 2 || 112 000 || 112 000 || 112 000 || 115 000 || 115 000 || 117 000 || 117 000 || 800 000 Nummer begrotingsonderdeel || Vastleggingen || 1a || || || || || || || || Betalingen || 2 a || || || || || || || || Uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten[12] - niet van toepassing || || || || || || || || Nummer begrotingsonderdeel || || 3 || || || || || || || || TOTAAL kredieten voor DG ENV || Vastleggingen || =1+1a +3 || 112 000 || 112 000 || 112 000 || 115 000 || 115 000 || 117 000 || 117 000 || 800 000 Betalingen || =2+2a +3 || 112 000 || 112 000 || 112 000 || 115 000 || 115 000 || 117 000 || 117 000 || 800 000 TOTAAL beleidskredieten || Vastleggingen || 4 || || || || || || || || Betalingen || 5 || || || || || || || || TOTAAL uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten || 6 || || || || || || || || TOTAAL kredieten voor RUBRIEK 4 van het meerjarige financiële kader || Vastleggingen || =4+6 || 112 000 || 112 000 || 112 000 || 115 000 || 115 000 || 117 000 || 117 000 || 800 000 Betalingen || =5+6 || 112 000 || 112 000 || 112 000 || 115 000 || 115 000 || 117 000 || 117 000 || 800 000 Wanneer het voorstel/initiatief gevolgen heeft voor
meerdere rubrieken TOTAAL beleidskredieten || Vastleggingen || 4 || || || || || || || || Betalingen || 5 || || || || || || || || TOTAAL uit het budget van specifieke programma's gefinancierde administratieve kredieten || 6 || || || || || || || || TOTAAL kredieten onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 4 van het meerjarige financiële kader (Referentiebedrag ) || Vastleggingen || =4+6 || || || || || || || || Betalingen || =5+6 || || || || || || || || Rubriek van het meerjarige financiële kader || 5 || "Administratieve uitgaven" – niet van toepassing miljoen EUR (tot op 3 decimalen) || || || Jaar N || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || Invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL DG: ENV || Personele middelen || || || || || || || || Andere administratieve uitgaven || || || || || || || || TOTAAL DG <…….> || Kredieten || || || || || || || || TOTAAL kredieten voor RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || (Totaal vastleggingen = totaal betalingen) || || || || || || || || miljoen EUR (tot op 3 decimalen) || || || Jaar N[13] || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || Invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL TOTAAL kredieten onder de RUBRIEKEN 1 tot en met 5 van het meerjarige financiële kader || Vastleggingen || || || || || || || || Betalingen || || || || || || || || 3.2.2. Geraamde gevolgen voor de
beleidskredieten –
¨ Voor het voorstel/initiatief zijn geen beleidskredieten nodig –
X Voor het voorstel/initiatief zijn
beleidskredieten nodig, zoals hieronder nader wordt beschreven: Vastleggingskredieten in EUR Vermeld doelstellingen en outputs ò || || || Jaar N || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || Invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL OUTPUTS Type[14] || Gem. kosten || Geen || Kos-ten || Geen || Kos-ten || Geen || Kos-ten || Geen || Kos-ten || Geen || Kos-ten || Geen || Kos-ten || Geen || Kos-ten || Totaal aantal || Totale kosten Specifieke doelstelling nr. 1 Mondiale milieuzaken[15]... || || || || || || || || || || || || || || || || - output || Conferentieverslag || 112 000 || 1 || 112 000 || 1 || 112 000 || 1 || 112 000 || 1 || 115 000 || 1 || 115 000 || 1 || 117 000 || 1 || 117 000 || || 800 000 - Output || || || || || || || || || || || || || || || || || || - Output || || || || || || || || || || || || || || || || || || Subtotaal voor specifieke doelstelling nr. 1 || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || || TOTALE KOSTEN || || 112 000 || || 112 000 || || 112 000 || || 115 000 || || 115 000 || || 117 000 || || 117 000 || || 800 000 3.2.3. Geraamde gevolgen voor de
administratieve kredieten 3.2.3.1. Samenvatting –
x Voor het voorstel/initiatief zijn geen
administratieve kredieten nodig. –
¨ Voor het voorstel/initiatief zijn administratieve kredieten nodig,
zoals hieronder nader wordt beschreven: miljoen EUR (tot op 3
decimalen) || Jaar N[16] || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || Invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || TOTAAL RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || || || || || || || || Personele middelen || || || || || || || || Andere administratieve uitgaven || || || || || || || || Subtotaal RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || || || || || || || || Buiten RUBRIEK 5[17] van het meerjarige financiële kader || || || || || || || || Personele middelen || || || || || || || || Andere administratieve uitgaven || || || || || || || || Subtotaal buiten RUBRIEK 5 van het meerjarige financiële kader || || || || || || || || TOTAAL || || || || || || || || Voor de kredieten voor
personele middelen zal een beroep worden gedaan op de kredieten van het DG die
reeds voor het beheer van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn
herverdeeld, eventueel aangevuld met middelen die in het kader van de
jaarlijkse toewijzingsprocedure met inachtneming van de budgettaire beperkingen
aan het beherende DG kunnen worden toegewezen. 3.2.3.2. Geraamde
personeelsbehoeften –
X Voor het voorstel/initiatief zijn geen personele
middelen nodig –
¨ Voor het voorstel/initiatief zijn personele middelen nodig, zoals
hieronder nader wordt beschreven: Raming in voltijdequivalenten || || Jaar N || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || Invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || Formatieplaatsen (ambtenaren en/of tijdelijk personeel) || || || XX 01 01 01 (zetel en vertegenwoordigingen van de Commissie) || || || || || || || || XX 01 01 02 (delegaties) || || || || || || || || XX 01 05 01 (onderzoek door derden) || || || || || || || || 10 01 05 01 (eigen onderzoek) || || || || || || || Extern personeel (in voltijdequivalenten: VTE)[18] || || XX 01 02 01 (CA, SNE, INT van de "totale financiële middelen") || || || || || || || || XX 01 02 02 (CA, LA, SNE, INT en JED in de delegaties) || || || || || || || || XX 01 04 jj[19] || - zetel || || || || || || || || - delegaties || || || || || || || || XX 01 05 02 (CA, SNE, INT – onderzoek door derden) || || || || || || || || 10 01 05 02 (CA, INT, SNE – eigen onderzoek) || || || || || || || || Ander begrotingsonderdeel (te vermelden) || || || || || || || || TOTAAL || || || || || || || XX is het
beleidsterrein of de begrotingstitel De benodigde personele
middelen zullen worden gefinancierd uit de middelen die reeds voor het beheer
van deze actie zijn toegewezen en/of binnen het DG zijn herverdeeld, eventueel
aangevuld met middelen die in het kader van de jaarlijkse toewijzingsprocedure
met inachtneming van de budgettaire beperkingen aan het beherende DG kunnen
worden toegewezen. Beschrijving van de
uit te voeren taken Ambtenaren en tijdelijke functionarissen || Extern personeel || 3.2.4. Verenigbaarheid met het
huidige meerjarige financiële kader –
x Het voorstel/initiatief is verenigbaar met het
huidige meerjarige financiële kader –
¨ Het voorstel/initiatief vergt herprogrammering van de betrokken
rubriek van het meerjarige financiële kader Zet uiteen welke herprogrammering nodig is, onder
vermelding van de betrokken begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen. […] –
¨ Het voorstel/initiatief vergt toepassing van het
flexibiliteitsinstrument of herziening van het meerjarige financiële kader[20]. Zet uiteen wat nodig is, onder vermelding van de
betrokken rubrieken en begrotingsonderdelen en de desbetreffende bedragen. […] 3.2.5. Bijdrage van derden aan de
financiering –
Het voorstel/initiatief voorziet niet in
medefinanciering door derden. Kredieten in miljoenen euro's (tot op 3 decimalen) || Jaar N || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || Invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) || Totaal Medefinancieringsbron || nvt || || || || || || || TOTAAL medegefinancierde kredieten || || || || || || || || 3.3. Geraamde gevolgen voor de
ontvangsten –
x Het voorstel/initiatief heeft geen financiële
gevolgen voor de ontvangsten –
¨ Het voorstel/initiatief heeft de hieronder beschreven financiële
gevolgen: –
¨ voor de eigen middelen –
¨ voor de diverse ontvangsten miljoen EUR (tot op 3 decimalen) Begrotingsonderdeel voor ontvangsten: || Voor het lopende begrotingsjaar beschikbare kredieten || Gevolgen van het voorstel/initiatief[21] Jaar N || Jaar N+1 || Jaar N+2 || Jaar N+3 || Invullen: zoveel jaren als nodig om de duur van de gevolgen weer te geven (zie punt 1.6) Artikel …………. || || || || || || || || Voor de diverse
ontvangsten die worden "toegewezen", vermeld het (de) betrokken
begrotingsonderde(e)l(en) voor uitgaven. […] Vermeld de wijze van
berekening van de gevolgen voor de ontvangsten. […] [1] Verordening
(EG) nr. 338/97 van de Raad van 9 december 1996 inzake de bescherming van in
het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende
handelsverkeer, PB L 61 van 3.3.1997, blz. 1. [2] Verordening
(EG) nr. 865/2006 van de Commissie van 4 mei 2006 houdende
uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 338/97 van de Raad inzake de
bescherming van in het wild levende dier- en plantensoorten door controle op
het desbetreffende handelsverkeer (PB
L 166, 19.6.2006, blz. 1). [3] De
datum van inwerkingtreding van de overeenkomst voor de Europese Unie zal door
het secretariaat-generaal van de Raad in het Publicatieblad van de Europese
Unie worden bekendgemaakt. [4] ABM:
activity-based management – ABB: activity-based budgeting. [5] In
de zin van artikel 54, lid 2, onder a) of b), van het Financieel
Reglement. [6] Nadere
gegevens over de beheersvormen en verwijzingen naar het Financieel Reglement
zijn beschikbaar op BudgWeb: http://www.cc.cec/budg/man/budgmanag/budgmanag_en.html [7] In
de zin van artikel 185 van het Financieel Reglement. [8] GK
= gesplitste kredieten/ NGK = niet-gesplitste kredieten. [9] EVA:
Europese Vrijhandelsassociatie. [10] Kandidaat-lidstaten
en, in voorkomend geval, potentiële kandidaat-lidstaten van de Westelijke
Balkan. [11] Het
jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt
begonnen. [12] Technische
en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering
van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen),
onderzoek door derden, eigen onderzoek. [13] Het
jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt
begonnen. [14] Outputs
zijn de te verstrekken producten en diensten (bv. aantal gefinancierde
studentenuitwisselingen, aantal km aangelegde wegen, enz.). [15] Zoals
beschreven in punt 1.4.2. "Specifieke doelstelling(en) …". [16] Het
jaar N is het jaar waarin met de uitvoering van het voorstel/initiatief wordt
begonnen. [17] Technische
en/of administratieve bijstand en uitgaven ter ondersteuning van de uitvoering
van programma's en/of acties van de EU (vroegere "BA"-onderdelen),
onderzoek door derden, eigen onderzoek. [18] CA
= arbeidscontractant; LA = plaatselijk functionaris; SNE = gedetacheerd
nationaal deskundige; INT = uitzendkracht; JED = jonge deskundige in
delegaties. [19] Onder
het maximum voor extern personeel uit beleidskredieten (vroegere
"BA"-onderdelen). [20] Zie
de punten 19 en 24 van het Interinstitutioneel Akkoord (voor de periode 2007-2013). [21] Voor
traditionele eigen middelen (douanerechten en suikerheffingen) moeten
nettobedragen worden vermeld, d.w.z. na aftrek van 25% aan inningskosten. BIJLAGE bij het Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de toetreding van de
Europese Unie tot de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde
in het wild levende dier- en plantensoorten (Cites) VERKLARING
VAN DE EUROPESE UNIE OVEREENKOMSTIG ARTIKEL XXI, LID 3, VAN DE OVEREENKOMST
INZAKE DE INTERNATIONALE HANDEL IN BEDREIGDE IN HET WILD LEVENDE DIER- EN
PLANTENSOORTEN "De
Europese Unie verklaart dat zij, overeenkomstig het Verdrag betreffende de
werking van de Europese Unie, en met name artikel 191, bevoegd is om toe te
treden tot internationale overeenkomsten, en om de daaruit voortvloeiende
verplichtingen na te komen, die bijdragen tot de verwezenlijking van de
volgende doelstellingen: –
behoud, bescherming en verbetering van de kwaliteit
van het milieu; –
bescherming van de gezondheid van de mens; –
behoedzaam en rationeel gebruik van natuurlijke
hulpbronnen; –
bevordering op internationaal vlak van
maatregelen om het hoofd te bieden aan regionale of mondiale milieuproblemen,
met inbegrip van klimaatverandering. Voorts stelt de
Europese Unie maatregelen op EU-niveau vast met het oog op de goede werking van
haar interne markt. De Europese
Unie heeft als enige de bevoegdheid waar het gaat om maatregelen in verband met
de douane-unie tussen haar lidstaten en met betrekking tot de
gemeenschappelijke handelspolitiek. De Europese
Unie verklaart dat zij reeds rechtsinstrumenten heeft vastgesteld die bindend
zijn voor haar lidstaten met betrekking tot aangelegenheden die onder deze
overeenkomst vallen, met name maar niet beperkt tot Verordening
(EG) nr. 338/97 van de Raad van 9 december 1996 inzake de bescherming van in
het wild levende dier- en plantensoorten door controle op het desbetreffende
handelsverkeer en Uitvoeringsverordening (EG) nr. 865/2006 van de Commissie van
4 mei 2006.[1] Bovendien verklaart de Europese Unie dat
zij verantwoordelijk is voor het nakomen van de verplichtingen die voortvloeien
uit de Overeenkomst inzake de internationale handel in bedreigde in het wild
levende dier- en plantensoorten die onder de EU-wetgeving vallen. De uitoefening van de bevoegdheden van de
Unie is van nature voortdurend in ontwikkeling." [1] PB L 61 van
3.3.1997, blz. 1 en PB L 166 van 19.6.2006, blz. 1.