EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013PC0239
Proposal for a COUNCIL DECISION on the acceptance of the Amendment to Articles 25 and 26 of the Convention on the Protection and Use of Transboundary Watercourses and International Lakes
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot aanvaarding van de wijziging van de artikelen 25 en 26 van het Verdrag inzake de bescherming en het gebruik van grensoverschrijdende waterlopen en internationale meren
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot aanvaarding van de wijziging van de artikelen 25 en 26 van het Verdrag inzake de bescherming en het gebruik van grensoverschrijdende waterlopen en internationale meren
/* COM/2013/0239 final - 2013/0127 (NLE) */
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot aanvaarding van de wijziging van de artikelen 25 en 26 van het Verdrag inzake de bescherming en het gebruik van grensoverschrijdende waterlopen en internationale meren /* COM/2013/0239 final - 2013/0127 (NLE) */
TOELICHTING Het VN/ECE-Verdrag inzake de bescherming en
het gebruik van grensoverschrijdende waterlopen en internationale meren biedt
een wettelijk kader voor samenwerking op het gebied van gemeenschappelijke
watervoorraden in de VN/ECE-regio door een geïntegreerd beheer van
watervoorraden. Doel van dit verdrag is het vaststellen van een kader voor
bilaterale of multilaterale samenwerking om de vervuiling van
grensoverschrijdende waterlopen te voorkomen en te beheersen en om een
rationeel gebruik van water door de landen van de Economische Commissie voor
Europa van de Verenigde Naties te verzekeren. Het Verdrag werd op 18 maart 1992 in Helsinki namens de Europese
Gemeenschap ondertekend en bij Besluit 95/308/EG van de Raad van 24 juli 1995
goedgekeurd. Op de vergadering van de partijen bij het
Verdrag inzake de bescherming en het gebruik van grensoverschrijdende
waterlopen en internationale meren van 2003 hebben deze partijen de wens
uitgesproken toe te staan dat landen buiten de VN/ECE-regio partij bij het
Verdrag kunnen worden teneinde de samenwerking in stroomgebieden in de hele
wereld te bevorderen. Voor deze aanpak was al een precedent geschapen door een
aantal VN/ECE-milieuverdragen open te stellen voor staten buiten de
VN/ECE-regio. Dit betreft het Verdrag betreffende toegang tot de rechter inzake
milieuaangelegenheden en het Verdrag inzake milieu-effectrapportage in
grensoverschrijdend verband, alsmede het Protocol betreffende wettelijke
aansprakelijkheid en vergoeding voor schade veroorzaakt door de
grensoverschrijdende effecten van industriële ongevallen op
grensoverschrijdende wateren. Tijdens de vergadering van de partijen van 2003 is de wijziging
aangenomen om aan elke staat die lid is van de Verenigde Naties, na goedkeuring
door de vergadering van de partijen toetreding tot het verdrag toe te staan. De
Europese Gemeenschap en haar lidstaten als partijen bij het verdrag hebben aan
deze vergadering deelgenomen en de goedkeuring van deze wijziging ondersteund.
De wijziging zal in werking treden na aanvaarding door alle staten en
organisaties die op 28 november 2003 partij bij het verdrag waren. Zodra de wijziging in werking treedt, wordt
het verdrag van bijzonder belang voor de landen die aan de VN/ECE-regio
grenzen, zoals Afghanistan, China, de Islamitische Republiek Iran en bepaalde
Centraal-Aziatische staten. Sommige van deze staten hebben belangstelling
getoond om tot het verdrag toe te treden. Hun deelname aan het verdrag zou van
groot nut zijn bij het bevorderen van de samenwerking op het gebied van het
beheer van grensoverschrijdende watervoorraden, met name in het licht van de
toenemende druk van de klimaatverandering, woestijnvorming en het belang van de
toegang tot water met het oog op stabiliteit en veiligheid. Na de aanneming van een wijziging in 2003
heeft een grote meerderheid van de partijen bij het verdrag deze reeds formeel
aanvaard. De EU is een van de weinige partijen bij het verdrag die de wijziging
nog moet aanvaarden. In het licht van het bovenstaande is het
zinvol dat de Europese Unie de wijziging nu aanvaardt teneinde het verdrag in
de hele wereld open te stellen en toetreding toe te staan van landen buiten de
VN/ECE-regio die dat wensen. 2013/0127 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot aanvaarding van de wijziging van de
artikelen 25 en 26 van het Verdrag inzake de bescherming en het gebruik
van grensoverschrijdende waterlopen en internationale meren DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, en met name artikel 192, lid 1, in samenhang met artikel 218,
lid 6, onder a), Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Gezien de goedkeuring van het Europees
Parlement[1], Overwegende hetgeen volgt: (1) Sedert de goedkeuring in 1995
is de Unie is partij bij het Verdrag inzake de bescherming en het gebruik van
grensoverschrijdende waterlopen en internationale meren[2]. (2) Hoofddoel van dit verdrag is
de vaststelling van een kader voor bilaterale of multilaterale samenwerking om
de vervuiling van grensoverschrijdende waterlopen te voorkomen en te beheersen
en om een rationeel gebruik van de watervoorraden van de lidstaten van de
Economische Commissie voor Europa van de Verenigde Naties te verzekeren. (3) Op de vergadering van de
partijen bij het Verdrag inzake de bescherming en het gebruik van
grensoverschrijdende waterlopen en internationale meren van 2003 hebben deze
partijen de wens uitgesproken toe te staan dat landen buiten de VN/ECE-regio
partij bij het Verdrag kunnen worden teneinde de samenwerking in stroomgebieden
in de hele wereld te bevorderen. (4) Andere VN/ECE-milieuverdragen
(d.w.z. het Verdrag betreffende toegang tot de rechter inzake
milieuaangelegenheden en het Verdrag inzake milieu-effectrapportage in
grensoverschrijdend verband) staan open voor staten buiten de VN/ECE-regio. (5) De Europese Gemeenschap heeft
aan de vergadering van de partijen van 2003 deelgenomen waar de wijziging is
aangenomen om aan elke staat die lid is van de Verenigde Naties, na goedkeuring
door de vergadering van de partijen toetreding tot het verdrag toe te staan. (6) De wijziging zal in werking
treden na aanvaarding door alle staten en organisaties die op 28 november 2003
partij bij het verdrag waren. (7) De wijziging moet namens de
Europese Unie worden goedgekeurd, HEEFT HET
VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD: Artikel 1 De wijziging van de artikelen 25 en 26
van het Verdrag inzake de bescherming en het gebruik van grensoverschrijdende
waterlopen en internationale meren, die tijdens de derde vergadering van de
partijen is aangenomen, om toetreding tot het verdrag aan alle lidstaten van de
VN toe te staan (hierna "de wijziging" genoemd) wordt hierbij namens
de Unie aanvaard. De tekst van de wijziging wordt bij dit
besluit gevoegd. Artikel 2 De voorzitter van de Raad wijst de persoon aan
die gemachtigd wordt om namens de Europese Unie de akte van aanvaarding neer te
leggen als bedoeld in artikel 21, lid 4, van het verdrag, om kenbaar
te maken dat de Europese Unie ermee instemt door deze wijziging gebonden te
zijn. Artikel 3 Dit besluit treedt in werking op de dag waarop
het wordt vastgesteld. Gedaan te Brussel, Voor
de Raad De
voorzitter BIJLAGE WIJZIGING VAN HET WATERVERDRAG a) Er wordt in artikel 25, na lid 2, van het verdrag een
nieuw lid ingevoegd met de tekst: "3. Iedere andere Staat, die niet in lid 2 wordt bedoeld en
die lid van de Verenigde Naties is, mag na goedkeuring door de vergadering van
de partijen, tot het Verdrag toetreden. In zijn akte van toetreding verklaart
deze Staat dat van de vergadering van de partijen goedkeuring is verkregen voor
zijn toetreding tot het Verdrag, en specificeert hij de datum waarop de
goedkeuring is ontvangen. Voordat dit lid voor alle Staten en organisaties die
op 28 november 2003 partij bij het Verdrag waren, in werking is getreden,
worden geen verzoeken tot toetreding van leden van de Verenigde Naties door de
vergadering van de partijen voor goedkeuring in aanmerking genomen." en de overige leden worden dienovereenkomstig hernummerd; b) In artikel 26, lid 3, worden na "elke in artikel
23" de woorden "of in artikel 25, lid 3," ingevoegd. [1] PB C [...] van [...], blz. [...]. [2] PB L 186 van 5.8.1995, blz. 42-43.