This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52012DC0706
REPORT FROM THE COMMISSION TO THE COUNCIL on the implementation of the Polish National Action Plan under Regulation No 338/2008 providing for the adaptation of cod fishing quotas to be allocated to Poland in the Baltic Sea (Subdivisions 25-32, EC waters) 2008-2011
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD inzake de uitvoering van het Poolse nationale actieplan in het kader van Verordening (EG) nr. 338/2008 inzake de aanpassing van de aan Polen toe te wijzen quota voor de vangst van kabeljauw in de Oostzee (deelsectoren 25-32, EG-wateren) in de periode 2008-2011
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD inzake de uitvoering van het Poolse nationale actieplan in het kader van Verordening (EG) nr. 338/2008 inzake de aanpassing van de aan Polen toe te wijzen quota voor de vangst van kabeljauw in de Oostzee (deelsectoren 25-32, EG-wateren) in de periode 2008-2011
/* COM/2012/0706 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD inzake de uitvoering van het Poolse nationale actieplan in het kader van Verordening (EG) nr. 338/2008 inzake de aanpassing van de aan Polen toe te wijzen quota voor de vangst van kabeljauw in de Oostzee (deelsectoren 25-32, EG-wateren) in de periode 2008-2011 /* COM/2012/0706 final */
VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN DE RAAD inzake de uitvoering
van het Poolse nationale actieplan in het kader van Verordening (EG) nr. 338/2008
inzake de aanpassing van de aan Polen toe te wijzen quota voor de vangst van
kabeljauw in de Oostzee (deelsectoren 25-32, EG-wateren) in de periode 2008-2011 INHOUDSOPGAVE 1........... Inleiding.......................................................................................................................... 4 2........... Nationaal actieplan inzake controle.................................................................................. 4 2.1........ Versterking van het rechtskade....................................................................................... 4 2.2........ Oprichting en werking van één enkele
autoriteit................................................................ 5 2.3........ Verbeteringen op het gebied van de
inspecties................................................................. 5 2.4........ Verbeteringen op het gebied van de
administratieve controle............................................ 5 3........... Nationaal herstructureringsplan
voor de Oostzeevloot...................................................... 6 3.1........ Ontwikkelingen in de Poolse
visserijvloot........................................................................ 6 3.2........ Vermindering van het aantal speciale
visdocumenten voor kabeljauw................................ 7 3.3........ Definitieve beëindiging van
visserijactiviteiten................................................................... 8 3.4........ Moderniseringsmaatregelen
(overheveling naar de pelagische sector)................................ 8 3.5........ Invoering van individuele
overdraagbare quota (ITQ's).................................................... 8 4........... Conclusie en aanbevelingen............................................................................................. 9 1. Inleiding Overeenkomstig artikel 3, lid 2, van
Verordening (EG) nr. 338/2008 van de Raad van 14 april 2008 inzake de
aanpassing van de aan Polen toe te wijzen quota voor de vangst van kabeljauw in
de Oostzee (deelsectoren 25-32, EU-wateren) in de periode 2008-2011 evalueert
de Commissie jaarlijks de uitvoering van de Poolse nationale actieplannen
inzake de controle en de herstructurering van de vloot en brengt zij daarover
verslag uit aan de Raad. Dit is het eindverslag over de driejarige periode. Het nationale actieplan inzake controle moet
een oplossing bieden voor de vastgestelde inspectie- en handhavingsproblemen en
moet de onderliggende oorzaken van illegale visserij en inbreuken op de
EU-wetgeving voor de kabeljauwvisserij in de Oostzee omvattend aanpakken. De inhoud van het plan is door de Poolse
autoriteiten en de diensten van de Commissie besproken en overeengekomen
tijdens een vergadering in Warschau op 18 maart 2008. Het nationale actieplan
inzake controle wordt in de notulen over die vergadering uiteengezet. Het nationale actieplan voor de
herstructurering van de Oostzeevloot, dat eveneens de periode 2008-2011
bestrijkt, was bedoeld om vast te stellen welke maatregelen nodig zijn om te
garanderen dat de aan Polen toegewezen kabeljauwquota uit instandhoudings- en
economisch oogpunt duurzaam worden geëxploiteerd in het kader van het uit het
Europees Visserijfonds meegefinancierde operationele programma. Het herstructureringsplan is op 26 maart 2008
overeengekomen tussen de Commissie en de Poolse autoriteiten. Het nationale
herstructureringsplan voor de Oostzeevloot is in april 2008 goedgekeurd, en in
januari 2009 heeft Polen het plan voor de aanpassing van de visserijinspanning
goedgekeurd. Overeenkomstig artikel 3, lid 1, van
Verordening (EG) nr. 338/2008 van de Raad heeft Polen beide plannen vastgesteld
en uitgevoerd. Zoals vereist, heeft Polen uitvoeringsverslagen aan de Commissie
toegezonden. Deze informatie, samen met de door de inspectiediensten van de Commissie
verzamelde gegevens, is gebruikt als basis voor de evaluatie in dit verslag.
Het verslag bestaat uit twee delen: controle
en herstructurering van de vloot. 2. Nationaal actieplan
inzake controle Het nationale actieplan inzake controle bevat
een tijdschema voor een geleidelijke verbetering van de Poolse
visserijcontroleregeling over een periode van twee jaar. Afgezien van één in
het actieplan gestelde termijn moest Polen alle kwesties uiterlijk in oktober 2009
hebben behandeld. Voor elk punt van het plan moest Polen de Commissie om de zes
maanden een voortgangsverslag toezenden. 2.1. Versterking
van het rechtskade In 2008 heeft Polen zijn wetgevingsprocedure
in gang gezet met het oog op de vaststelling van nieuwe nationale voorschriften
om de in het actieplan geconstateerde tekortkomingen in de controle- en
handhavingsregeling aan te pakken. De visserijmarktwet is goedgekeurd en in
werking getreden, maar de ontwerpvisserijwet moet nog worden goedgekeurd. Sinds
1 januari 2012 voorziet een nieuw ministerieel besluit in een versterkte
samenwerking tussen plaatselijke en regionale inspecteurs voor de zeevisserij
en de inspecteurs voor landbouw- en voedselkwaliteit met betrekking tot
visserijproducten in alle stadia van de productie, de verwerking en de distributie,
van de vangst of de oogst tot de detailhandel. Polen stelt momenteel een nieuwe
visserijwet op die in overeenstemming moet zijn met Verordening (EG) nr. 1224/2009
van de Raad en Uitvoeringsverordening (EU) nr. 404/2011 van de Commissie. 2.2. Oprichting
en werking van één enkele autoriteit In 2008 is één enkele autoriteit opgericht om
monitoring, controle en bewaking te coördineren onder de exclusieve
verantwoordelijkheid van de waarnemend directeur voor visserijcontrole bij het
ministerie van Landbouw en Plattelandsontwikkeling. Sinds eind 2011 worden de ijkpunten en de
streefdoelen voor inspectie vastgesteld door de ene autoriteit op basis van een
uitgebreide risicoanalyse. Sinds begin 2011 is een nieuw gemeenschappelijk
geautomatiseerd systeem voor de monitoring van de resultaten van inspecties
beschikbaar, maar het is niet verbonden met of wordt niet getoetst aan de
gegevensbank voor vangstregistratie. De inspectiediensten van de Commissie stelden
nog steeds discrepanties vast tussen de praktijken en de werkmethoden van de
verschillende regionale inspectiebureaus, die slechts ten dele door regionale
verschillen in de visserijtakken kunnen worden verklaard. 2.3. Verbeteringen
op het gebied van de inspecties Polen heeft een stapsgewijze aanpak gevolgd om
de moeilijkheden op het vlak van controle en handhaving te verhelpen. Hoewel de
in het memorandum van overeenstemming vastgestelde termijn niet is gehaald en
tussen 2008 en 2009 slechts beperkte verbeteringen werden geconstateerd, zijn
in 2010 en 2011 belangrijke stappen gezet naar een oplossing voor de bestaande
problemen: · inspecteurs in de havenkantoren en mobiele teams hebben in 2010 schok-
en waterbestendige laptops gekregen met online-toegang tot VMS en voorafgaande
meldingen; in 2011 hebben inspecteurs online-toegang gekregen tot het nieuwe
vangstregistratiesysteem en de gegevens uit het elektronische logboek; · sinds 2011 krijgen inspecteurs voorafgaande meldingen per SMS; · In oktober 2011 is de inspectiebenchmark van 100 % voor de
kabeljauwaanlandingen afgeschaft en is een nieuw risicogebaseerd
planningssysteem voor inspecties ingevoerd. De strategie is uitgewerkt door het
ministerie (de enige autoriteit) in samenwerking met de regionale
inspectiediensten. Het visserijcontrolecentrum (VCC) bereidt de omvattende
risicoanalyse voor en verschaft de basis voor planning van de inspecties; · dankzij de nieuwe risicogebaseerde strategie kunnen inspectiemiddelen
ook op andere gebieden dan de kabeljauwaanlandingen worden toegewezen. Andere
visserijtakken, zoals de zalmvisserij, en andere segmenten, zoals activiteiten
na de aanlanding, worden nu frequenter geïnspecteerd. Hoewel de technische uitrusting van de
inspecteurs zeer goed is, is er sinds begin 2012 slechts in beperkte mate
gebruik van gemaakt. Er is geen interactie tussen inspecteurs van verschillende
regionale inspectoraten en er is geen vast systeem voor de uitwisseling van
goede praktijken. Als eerste stap is een maandelijkse coördinatievergadering
met regionale inspecteurs voor de zeevisserij ingesteld. 2.4. Verbeteringen
op het gebied van de administratieve controle In de eerste uitvoeringsjaren van het
nationale actieplan inzake controle is geen significante vooruitgang geboekt en
heeft Polen zich niet gehouden aan de termijnen. Niettemin zijn in 2010 en 2011
de meeste aandachtspunten opgelost. · Met de nieuwe gegevensbank voor inspecties (OSIRIS) kunnen alle
inspecties en inbreuken voor alle vaartuigen in Polen worden geregistreerd. De
gegevensbank kan worden gebruikt voor uitgebreide opzoekingen. De achtergrond
van de inspecties en inbreuken kan voor individuele vaartuigen, havens of
soorten worden opgevraagd en inbreuken door vaartuigen van andere landen worden
aan de vlaggenstaat gemeld. Een ontbrekende schakel in de gegevensbank is de
mogelijkheid om vervolgingen van inbreuken op te volgen. · Binnen het VCC-team is er een risicoanalyseteam dat aan inspecteurs een
op historische gegevens gebaseerde lijst van vaartuigen met een hoog risico
verstrekt. Het systeem voorziet evenwel niet in real-time-monitoring, waardoor
geen mogelijke inspectiedoelen kunnen worden vastgesteld. · De visserijmarktwet is goedgekeurd en voorziet in verscherpte controles
voor soorten met een hoog risico. De nationale wetgeving inzake sancties bij
inbreuken op de visserijmarktwet is echter nog steeds niet goedgekeurd.
Daardoor is het moeilijk in te schatten hoe effectief de visserijmarktwet wordt
gehandhaafd. · Niettemin blijkt de nieuwe voorwaarde dat vaartuigen die inbreuken
hebben begaan, aan het eind van het jaar geen aanvullend quotum kunnen
ontvangen, een krachtig afschrikmiddel te vormen. 3. Nationaal
herstructureringsplan voor de Oostzeevloot Polen heeft het nationale
herstructureringsplan voor de Oostzeevloot in april 2008 aangenomen. Het omvat
de volgende maatregelen: · inkrimping van de kabeljauwvloot, · aanpassing van de vangstcapaciteit aan de bestanden, · verdeling van nationale quota, · modernisering van vissersvaartuigen (overheveling naar de pelagische
sector), · steun voor de tijdelijke beëindiging van visserijactiviteiten. Als vervolg op dit actiepan en in
overeenstemming met artikel 22 van Verordening (EG) nr. 1198/2006 van de Raad
inzake het Europees Visserijfonds heeft Polen in januari 2009, na
onderhandelingen met de Europese Commissie, zijn plan voor de aanpassing van de
visserijinspanning vastgesteld. Gedurende de uitvoeringsperiode werd dit plan
qua inhoud ook beschouwd als nationaal actieplan voor de herstructurering van
de vloot in de zin van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 338/2008. 3.1. Ontwikkelingen
in de Poolse visserijvloot Volgens het EU-gegevensbestand van
vissersvaartuigen (het vlootregister) is de capaciteit van de Poolse
Oostzeevloot in de periode tussen 1.4.2008 en 31.12.2011 aanzienlijk
verminderd. De grootste inkrimping vond plaats in het vlootsegment van vaartuigen
met een lengte over alles tussen 24 en 40 m. Dit is een polyvalent
vlootsegment dat ook actief is in de kabeljauwvisserij. Tabel 1: Poolse
visserijvloot in de periode 1.4.2008 - 31.12.2011 Aantal vaartuigen* Capaciteit in kW Capaciteit in GT Vaartuigen in LOA* Op 1.4.2008 Op 31.12.2011 Verschil in aantal Op 1.4.2008 Op 31.12.2011 Verschil in kW Op 1.4.2008 Op 31.12.2011 Verschil in BT < 8 m 258 246 -12 5983,39 5552,87 -430,52 592,18 568,64 -23.54 8 tot 12 m 337 345 8 18957,7 18336,69 -621,01 2286,54 2441,23 154.69 12 m tot 24 m 185 150 -35 30391,4 25552,13 -4839,27 6929,15 5870,9 -1058.25 24 m tot 40 m 80 45 -35 30921,3 17493,2 -13428,1 11327 6615 -4712 Totaal 860 786 -74 86253,79 66934,89 -19318,9 21134,87 15495,77 -5639.1 * Vaartuigen van meer dan 40 m worden als
vaartuigen van de langeafstandsvloot beschouwd en zijn niet in deze tabel
opgenomen. De cijfers in de tabel omvatten zowel
vaartuigen die aan de Poolse Oostzeevloot zijn onttrokken als vaartuigen die
aan die vloot zijn toegevoegd, met en zonder overheidssteun. Ze bestrijken alle
segmenten van de Oostzeevloot, inclusief vaartuigen die niet deelnemen aan de
gerichte visserij op kabeljauw. 3.2. Vermindering
van het aantal speciale visdocumenten voor kabeljauw Met het oog op het beheer van de verlaagde
kabeljauwquota heeft Polen voor de periode 2009-2011 een nieuwe regeling voor
de toewijzing van quota aan individuele vaartuigen ingevoerd. Deze regeling was
gebaseerd op de nationale quota en de individuele economische vangstquota in
specifieke segmenten van de kabeljauwvloot. De individuele economische
vangstquota waren zo vastgesteld dat vaartuigen met speciale visdocumenten geen
excessieve winst kunnen maken, maar toch economisch levensvatbaar blijven. In het kader van deze regeling is het aantal
vaartuigen met een speciaal visdocument voor kabeljauw aanzienlijk verminderd
over een periode van drie jaar, tot ongeveer een derde (147 tot 158 vaartuigen,
afhankelijk van het jaar) van het aantal vaartuigen in 2008 (456 vaartuigen). Met de tijdelijke vermindering van het aantal
vaartuigen met speciale visdocumenten voor kabeljauw werd beoogd de in 2008-2011
toegepaste quotumverlagingen die als gevolg van de eerdere overbevissing van
kabeljauw waren vastgesteld, te compenseren. Er werd van uitgegaan dat de hierboven
beschreven regeling het aantal vaartuigen met speciale visdocumenten voor
kabeljauw in 2012 zou verminderen tot niet meer dan 233. Na afloop van de regeling inzake
quotumverlagingen voor kabeljauw heeft Polen in 2012 het aantal vaartuigen met
een speciaal visdocument echter verhoogd tot 443, dit is bijna even veel als in
2008. Polen heeft dus niet kunnen voorkomen dat een deel van de vloot terugging
naar de gerichte visserij op kabeljauw. Voorts zijn de jaarlijkse quota voor
individuele vaartuigen aanzienlijk verminderd ten opzichte van eerdere jaren in
het kader van de terugbetalingsregeling, wat twijfels doet ontstaan over de
economische levensvatbaarheid van de vlootsegmenten die afhankelijk zijn van de
kabeljauwvangst. Tabel 1: Speciale visdocumenten voor kabeljauw
en kabeljauwquota in Polen in de periode 2008-2012 || 2008 || 2009-2011 || 2012 Aantal vaartuigen met een speciaal visdocument voor kabeljauw || 456 || 147-158 || 433 Quota voor kabeljauw in de Oostzee (in ton) || 12146 || 11866-15440 || 21871 Gemiddeld quotum per vaartuig (in ton) || 26,64 || 80,70 – 97,80 || 50,51 3.3. Definitieve
beëindiging van visserijactiviteiten Polen streeft een vermindering van de
capaciteit van de kabeljauwvloot met ongeveer 50 % na. Dit moet worden bereikt
via de definitieve buitenbedrijfstelling van vaartuigen voor de
kabeljauwvisserij, de overheveling van een deel van het multifunctionele
vlootsegment naar uitsluitend de gerichte pelagische visserij, en de invoering
van het systeem van individuele overdraagbare quota (ITQ's). Met de definitieve
buitenbedrijfstelling werd een vermindering met 6 000 GT en 20 000 kW tegen
eind 2011 beoogd. Volgens de informatie waarover de Commissie
beschikt, zijn als gevolg van de definitieve buitenbedrijfstelling in totaal 69
vaartuigen (goed voor 4 961,29 GT en 14 524,58 kW) uit het
vlootregister geschrapt. Dit totale aantal omvat ook vaartuigen die niet
afhankelijk zijn van de kabeljauwvisserij, maar potentieel kabeljauw kunnen
vangen. De regeling voor definitieve buitenbedrijfstelling wordt in 2012
voortgezet op basis van eind 2011 ondertekende contracten. 3.4. Moderniseringsmaatregelen
(overheveling naar de pelagische sector) Voor de periode 2009-2011 plande Polen de
modernisering van 51 van de grootste vissersvaartuigen, met een totale
capaciteit van 7 832 GT en 21 714 kW en de definitieve overheveling
van deze vaartuigen van de gerichte visserij op kabeljauw naar uitsluitend de
gerichte visserij op sprot en haring. Onder meer door de geringe overheidssteun
en de ongunstige financiële voorwaarden in de sector waren eigenaren niet
geïnteresseerd in modernisering of een definitieve overheveling van de gerichte
visserij op kabeljauw naar uitsluitend de pelagische visserij. Niettemin zijn
tal van vaartuigen voor de pelagische visserij in de periode 2009-2011 buiten
bedrijf gesteld. De in het plan voor de aanpassing van de visserijinspanning
vastgestelde indicatoren en streefcijfers voor modernisering en
capaciteitsvermindering in de gerichte visserij op kabeljauw zijn niet bereikt. 3.5. Invoering
van individuele overdraagbare quota (ITQ's) In 2012 zou Polen het ITQ-stelsel voor het
beheer van de kabeljauwvloot invoeren. Dit werd beschouwd als een belangrijke
stap naar meer efficiëntie en een verdere aanpassing van de capaciteit van de
visserijvloot aan de vangstmogelijkheden. Hoewel de Poolse autoriteiten een
breed politiek debat hebben gevoerd en overleg hebben gepleegd met de sector,
bleek de tenuitvoerlegging van het ITQ-stelsel onmogelijk vanwege de sterke
weerstand van de belanghebbenden. 4. Conclusie en
aanbevelingen In de afgelopen jaren is de toestand van de
kabeljauwbestanden in de Oostzee aanzienlijk verbeterd, zodat aan de betrokken
lidstaten hogere quota werden toegewezen. Voorts heeft Polen de kabeljauwquota
die eerder waren overschreden, volledig terugbetaald via een vierjarige
regeling voor quotaverlaging. De meeste in het nationale actieplan inzake
controle vastgestelde eisen waren eind 2011 nagekomen.
Het nationale systeem voor monitoring en controle en de betrouwbaarheid
van de regeling voor het melden van vangsten en visserijinspanningen zijn in de
periode 2008-2011 verbeterd, zodat voortaan een doeltreffende controle en
inspectie kunnen worden gegarandeerd, zoals bepaald in de goedgekeurde notulen
over het Poolse visserijcontrolesysteem. Enkele kleine punten moeten nog worden
behandeld en de nationale autoriteiten moeten wellicht een aantal aanpassingen
aanbrengen om het potentieel van het nieuwe systeem voor monitoring, controle
en bewaking ten volle te kunnen benutten. Het is dan ook bijzonder belangrijk
om het systeem te blijven verbeteren. Het is van essentieel belang dat Polen alle
noodzakelijke maatregelen vaststelt, met name wat betreft de nieuwe nationale
visserijwet. Net zoals voor alle andere lidstaten zullen de diensten van de
Commissie de stand van zaken van nabij blijven volgen en in voorkomend geval
tekortkomingen in de tenuitvoerlegging van de vereiste maatregelen opvolgen. De Commissie stelt vast dat Polen ondanks de
definitieve buitenbedrijfstellingsregeling en de regeling voor de tijdelijke
stillegging van de kabeljauwvisserij voor een aantal vaartuigen het streefdoel
van een capaciteitsvermindering met 50 % niet heeft kunnen verwezenlijken. en
dit ondanks de aanzienlijke kosten van dergelijke regelingen die overigens in
de hele EU grotendeels ondoeltreffend en inefficiënt zijn gebleken. Tegen deze achtergrond moet Polen, gezien de
dynamische veranderingen in de visbestanden en vloten in de Oostzee, de
prestatie van de vloot regelmatig blijven evalueren om na te gaan of een
evenwicht is bereikt tussen de visserijcapaciteit en de beschikbare middelen. Zo nodig moeten maatregelen worden ingevoerd
om een eventueel duidelijk onevenwicht in een bepaald vlootsegment of een
bepaalde visserijtak aan te pakken. Er moet gebruik worden gemaakt van
overheidsmiddelen om de overgang naar een duurzamere, selectievere
lage-impactvisserij te vergemakkelijken.