This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52011PC0617
Proposal for a DECISION OF THE EUROPEAN PARLIAMENT AND OF THE COUNCIL on the mobilisation of the European Globalisation Adjustment Fund in accordance with point 28 of the Interinstitutional Agreement of 17 May 2006 between the European Parliament, the Council and the Commission on budgetary discipline and sound financial management (application EGF/2010/019 IE/Construction 41 from Ireland)
Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2010/019 IE/Bouwnijverheid 41, Ierland)
Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2010/019 IE/Bouwnijverheid 41, Ierland)
/* COM/2011/0617 definitief */
Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD betreffende de beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2010/019 IE/Bouwnijverheid 41, Ierland) /* COM/2011/0617 definitief */
TOELICHTING Krachtens punt 28 van het Interinstitutioneel
Akkoord van 17 mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie
betreffende de begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer[1] mag uit het Europees Fonds voor
aanpassing aan de globalisering (EFG) door middel van een
flexibiliteitsmechanisme een jaarlijks maximumbedrag van 500 miljoen euro boven
het maximum van de betrokken rubrieken van het financieel kader beschikbaar
worden gesteld. De regels die van toepassing zijn op de bijdragen
uit het EFG zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het Europees
Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een Europees Fonds
voor aanpassing aan de globalisering[2]. Op 9 juni 2010 heeft Ierland aanvraag
EGF/2010/019 IE/Bouwnijverheid 41 ingediend voor een financiële bijdrage van
het EFG naar aanleiding van gedwongen ontslagen in 1 482 bedrijven
die vallen onder afdeling 41 van de NACE Rev. 2 ("Bouw van gebouwen")[3] in de NUTS II-regio's Border,
Midlands and Western (IE01) en Southern and Eastern (IE02) in Ierland. Deze
twee aan elkaar grenzende regio's omvatten heel Ierland. Deze aanvraag maakt deel uit van een reeks van
drie, die allemaal de bouwsector in Ierland betreffen. De andere twee aanvragen
betreffen steun voor werknemers die zijn ontslagen in NACE Rev. 2-afdelingen 43
("Gespecialiseerde bouwwerkzaamheden") en 71 ("Architecten en
ingenieurs; technische testen en toetsen"). Na de aanvraag grondig te hebben onderzocht,
heeft de Commissie overeenkomstig artikel 10 van Verordening (EG) nr. 1927/2006
geconcludeerd dat aan de voorwaarden voor een financiële bijdrage op grond van
deze verordening wordt voldaan. SAMENVATTING VAN DE AANVRAAG EN ANALYSE Belangrijkste gegevens: || EGF-referentienummer || EGF/2010/019 Lidstaat || Ierland Artikel 2 || onder b) Betrokken ondernemingen || 1 482 NUTS II-regio's || Border, Midlands and Western (IE01) Southern and Eastern (IE02) NACE Rev. 2-afdeling || 41 ("Bouw van gebouwen") Referentieperiode || 1.7.2009 – 31.3.2010 Startdatum voor de individuele dienstverlening || 1.7.2009 Datum van de aanvraag || 9.6.2010 Ontslagen tijdens de referentieperiode || 4 866 Ontslagen werknemers voor wie steun wordt aangevraagd || 3 205 Uitgaven voor individuele dienstverlening in euro's || 18 245 633,73 Uitgaven voor de implementatie van het EFG[4] in euro's || 1 277 195,15 % van de uitgaven voor de implementatie van het EFG || 6,5 Totaal budget in euro's || 19 522 828,88 EFG-bijdrage in euro's (65%) || 12 689 838 1.
De aanvraag werd op 9 juni 2010 bij de Commissie
ingediend; aan de aanvraag werd aanvullende informatie tot en met 17 juni 2011
toegevoegd. 2.
De aanvraag voldoet aan de voorwaarden voor
steunverlening uit het EFG van artikel 2, onder b), van Verordening
(EG) nr. 1927/2006, en werd ingediend binnen de in artikel 5 van die
verordening genoemde termijn van tien weken. Verband tussen de ontslagen en de grote
structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen ingevolge de
globalisering of de financiële en economische wereldcrisis 3.
Als bewijs van het verband tussen de ontslagen en de
financiële en economische wereldcrisis voerde Ierland aan dat deze crisis is
begonnen met de crisis van de risicovolle hypotheekleningen in de Verenigde
Staten midden 2007, die zich snel tot de financiële markten uitbreidde. Ierland
is een kleine exportgerichte economie en had te lijden onder de gevolgen van de
kredietschaarste voor zijn belangrijkste handelspartners, op een ogenblik dat
de wereldeconomie de zwaarste recessie van de naoorlogse periode doormaakte. De
kredietschaarste trof de banken in Ierland zwaar, wat verdere gevolgen had voor
hypotheekleningen en de bouwactiviteit in het land. 4.
De werkgelegenheid daalde sterk in de voorheen
snelgroeiende bouwsector. In Ierland had de bouwsector een boom gekend: de
verhouding van de investeringen in huisvesting tot het bbp piekte op 11% in
2006, terwijl de verhouding van de investeringen in huisvesting tot het bbp op
lange termijn in de EU gemiddeld ongeveer 6% bedroeg. Toen de crisis toesloeg,
daalde het aandeel van de werknemers in de bouwsector in Ierland van 12,25% in
Q4/2007 tot 9,2% in Q1/2009 en 6,25% in Q3/2010. Veel ontslagen in de sector
werden veroorzaakt door de effectieve sluiting van de onderneming, waarvoor
redenen werden opgegeven zoals faillissement, curatele, sluiting, insolventie,
einde contract en bankroet. 5.
Na een decennium van lage werkloosheid (4%-6%) is
de werkloosheid in de bouwsector tussen Q2/2007 en Q2/2009 verzesvoudigd.
Midden 2009 was één op de drie werknemers in de bouwsector werkloos, terwijl de
totale nationale werkloosheid op dat ogenblik 12,4% bedroeg. Wat de subsectoren
van de bouw betreft, werd in Q4/2009 de hoogste absolute werkloosheid
geconstateerd in de subsectoren "bouw van gebouwen" (NACE Rev.
2-afdeling 41) en "gespecialiseerde bouwwerkzaamheden" (NACE Rev.
2-afdeling 43). In Q2/2009 bedroeg de werkloosheid in die subsectoren bijna
40%. Bewijsstukken
voor het aantal ontslagen en voldoening aan de criteria van
artikel 2, onder b) 6.
De aanvraag werd door Ierland ingediend in het
kader van het criterium voor steunverlening van artikel 2, onder b), van
Verordening (EG) nr. 1927/2006, op grond waarvan in een lidstaat ten minste
vijfhonderd gedwongen ontslagen moeten vallen binnen een periode van negen
maanden in ondernemingen van dezelfde afdeling van de NACE Rev. 2 in een regio
of in twee aan elkaar grenzende regio's volgens de NUTS II-indeling in een
lidstaat. 7.
In de aanvraag wordt melding gemaakt van 4 866
gedwongen ontslagen in 1 482 ondernemingen die zijn ingedeeld in NACE
Rev. 2-afdeling 41 ("Bouw van gebouwen")[5] in de NUTS II-regio's Border,
Midlands and Western (IE01) en Southern and Eastern (IE02) tijdens de
referentieperiode van negen maanden van 1 juli 2009 tot en met 31 maart
2010. Al deze ontslagen zijn in overeenstemming met artikel 2, tweede alinea,
eerste streepje, van Verordening (EG) nr. 1927/2006 berekend. Het onvoorziene karakter van deze
ontslagen 8.
De Ierse autoriteiten voeren aan dat de regeringen,
financiële instellingen en commentatoren nergens ter wereld de financiële en
economische wereldcrisis hadden voorspeld en dat de talrijke ondernemingen van
het midden- en kleinbedrijf (mkb) in de bouwsector in Ierland bijgevolg niet
konden voorzien in welke mate de crisis hun activiteiten zou treffen. De bedrijven waar de ontslagen vallen,
en de werknemers voor wie steun wordt aangevraagd 9.
De aanvraag heeft betrekking op 4 866
ontslagen in 1 482 ondernemingen in twee aan elkaar grenzende regio's, die
samen heel Ierland omvatten. Bijna 80% van de ondernemingen zijn gevestigd in
de regio Southern and Eastern (IE02); de overige 20% van de ondernemingen zijn
gevestigd in de regio Border, Midlands and Western (IE01). Voor 3 205 van
de 4 866 ontslagen werknemers worden de onderstaande maatregelen
voorgesteld. Regio || Aantal ondernemingen || Aantal ontslagen Border, Midlands and Western (IE01) || 409 || 1 008 Southern and Eastern (IE02) || 1 072 || 3 857 n.v.t. || 1 || 1 Totaal || 1 482 || 4 866 De volledige lijst van ondernemingen waarop
aanvraag EGF/2010/019 IE/Bouwnijverheid 41, Ierland, betrekking heeft, is
opgenomen in het bij dit voorstel gevoegde werkdocument van de Commissie. 10.
Uitsplitsing van de werknemers voor wie steun wordt
aangevraagd: Categorie || Aantal || Percentage Mannen || 2 945 || 91,89 Vrouwen || 260 || 8,11 EU-burgers || 3 205 || 100,00 Niet-EU-burgers || 0 || 0,00 15-24 jaar || 389 || 12,14 25-54 jaar || 2 345 || 73,17 55-64 jaar || 391 || 12,20 Ouder dan 64 jaar || 80 || 2,50 11.
Tot deze groep behoren geen werknemers met
langdurige gezondheidsproblemen of een handicap. 12.
Uitsplitsing per beroepscategorie: Categorie || Aantal || Percentage Beleidvoerende en hogere leidinggevende functies || 225 || 7,02 Specialisten || 253 || 7,89 Technici en lagere functies || 301 || 9,39 Administratieve functies || 76 || 2,37 Dienstverlenende en commerciële functies || 8 || 0,25 Geschoolde landbouwers en vissers || 1 || 0,03 Ambachtsberoepen en verwante beroepen || 889 || 27,74 Bedieningspersoneel van machines en installaties, assembleurs || 255 || 7,96 Lagere beroepen || 1 052 || 32,82 n.v.t. || 145 || 4,52 13.
Afhankelijk van de resultaten van de contacten met
de individuele ontslagen werknemers kan binnen het totale aantal werknemers het
aantal werknemers waarvoor steun wordt aangevraagd nog veranderen. Onder de
werknemers voor wie steun wordt aangevraagd bevinden zich 669 ontslagen
leerlingen. Het zijn hoofdzakelijk jonge mannen tot 25 jaar, die een hoog
risico lopen op middellange of zelfs langdurige werkloosheid. 14.
Overeenkomstig artikel 7 van Verordening (EG) nr.
1927/2006 heeft Ierland bevestigd dat een beleid van gelijkheid van mannen en
vrouwen en non-discriminatie is toegepast en ook verder zal worden toegepast in
de verschillende stadia van de uitvoering van het EFG, en in het bijzonder bij
de toegang ertoe. Beschrijving van het betrokken gebied,
de autoriteiten ervan en andere belanghebbenden 15.
De aanvraag betreft heel Ierland, dat op NUTS
II-niveau in twee aan elkaar grenzende regio's is opgedeeld. Ongeveer 80% van
de voormalige werkgevers van de ontslagen werknemers waren gevestigd in de
regio Southern and Eastern, waar de twee grootste steden, namelijk Dublin en
Cork, zich bevinden. Dit doet vermoeden dat de andere NUTS II-regio (Border,
Midlands and Western) minder onder de crisis te lijden heeft, maar door de
korte pendeltijden en ‑afstanden, de bereidheid van de werknemers om zich
te verplaatsen, en het grotere aantal bouwprojecten in de steden, is het
waarschijnlijk dat veel werknemers die in de regio Border, Midlands and Western
wonen naar de regio Southern and Eastern verhuizen of pendelen om er te werken. 16.
Tot omstreeks 2008 beschikte Ierland over een van
de meest geglobaliseerde en dynamische economieën ter wereld, met een bijzonder
sterke buitenlandse handel en bijzonder veel buitenlandse investeringen. Sinds
het laatste kwartaal van 2008 en het eerste kwartaal van 2009 is de economische
groei echter sterk vertraagd, en hij vertraagt nog steeds. Met een daling van
het bbp met 3% in 2008 was Ierland zwaar getroffen door de financiële en
economische crisis. Vooral door de instorting van de bouw- en de banksector
ondergaat de hele Ierse arbeidsmarkt structurele veranderingen. 17.
De werkgelegenheid nam in 2009 niettemin toe in de
ICT-sector, en in beperkte mate ook in de transport-, levensmiddelen- en
gezondheidssector. Ook in de energiesector (gas en elektriciteit) nam de
werkgelegenheid toe dankzij de deregulering en de groei van de sector
hernieuwbare energie. 18.
Hoewel het aanbod op de arbeidsmarkt de vraag
algemeen genomen overtreft, is er op bepaalde gebieden een tekort aan
vaardigheden voor een klein aantal banen, waarvoor gewoonlijk uitsluitend
specialisten (bijvoorbeeld elektrotechnisch ingenieurs die ervaring hebben met
hoogspanningsnetten, leidinggevend personeel zoals ICT-projectmanagers),
nichespelers (bijvoorbeeld televerkopers die vloeiend vreemde talen spreken) en
werknemers met een specifieke combinatie van vaardigheden (bijvoorbeeld
ICT-professionals met vaardigheden op het gebied van bedrijfsontwikkeling) in
aanmerking komen. 19.
Het ministerie van Onderwijs en Vaardigheden is
verantwoordelijk voor het vaststellen van het nationaal werkgelegenheids- en
opleidingsbeleid en voor de nationale financiering. De nationale dienst voor
opleiding en werkgelegenheid, Foras Áiseanna Saothair (FÁS), is
verantwoordelijk voor de uitvoering. Via een netwerk van 66 kantoren en 20
opleidingscentra biedt FÁS opleidings- en werkgelegenheidsprogramma's, met
inbegrip van werkstages, alsook arbeidsbemiddeling voor werkzoekenden en
werkgevers, een adviesdienst voor de industrie, en ondersteuning voor
plaatselijke ondernemingen. Daarnaast is het ministerie van Onderwijs en
Vaardigheden ook bevoegd voor het vaststellen van het beleid en de financiering
van het voortgezet en hoger onderwijs in Ierland. Voor de lagere
onderwijskwalificaties berust de operationele verantwoordelijkheid voor het
voortgezet onderwijs, met name voor het verstrekken van volwassenenonderwijs,
bij de Comités voor beroepsonderwijs (Vocational Education Committees – VECs).
Het door de overheid gefinancierde hogeronderwijsstelsel omvat 7 universiteiten
en 13 technologie-instituten. De autoriteit voor het hoger onderwijs (Higher
Education Authority - HEA), die onder het ministerie ressorteert, staat in voor
de financiering van deze instellingen. De technologie-instituten werken nauw
samen met FÁS om werkstages aan te bieden. 20.
De 35 ondernemingsraden in de steden en
graafschappen (City and County Enterprise Boards - CEBs), die onder het
ministerie van Ondernemingen, Handel en Innovatie ressorteren, bieden steun
voor plaatselijke micro-ondernemingen die 10 werknemers of minder tellen. 21.
Het ministerie van Sociale Bescherming stelt
passende beleidsmaatregelen op het gebied van sociale bescherming vast en leidt
en beheert de verstrekking van al dan niet wettelijk verplichte regelingen en
diensten. Het ondersteunt ook werknemers bij het zoeken van een baan en
werkgevers bij het aanwerven van werknemers, onder meer door ondersteuning van
ondernemingen en start-ups. 22.
Tot slot kunnen een aantal verstrekkers van privaat
hoger onderwijs onderwijskansen bieden voor voormalige werknemers uit de
bouwsector; FÁS zou die via passende subsidiesystemen kunnen financieren. 23.
Vakbonden, sectorale organen, plaatselijke politieke
vertegenwoordigers, plaatselijke en regionale ontwikkelingsorganen,
plaatselijke zonepartnerschappen en plaatselijke ondernemingsraden behoren tot
de talrijke andere belanghebbenden. Verwachte gevolgen van de ontslagen voor
de plaatselijke, regionale of nationale werkgelegenheid 24.
Na een sterke inkrimping van de bouwactiviteit in
Ierland in 2008 bleef de werkgelegenheid in de bouwsector in 2009 en 2010
afnemen. Uit de arbeidskrachtenstatistieken van de OESO (belangrijkste
economische indicatoren - main economic indicators – MEI) blijkt dat de
werkgelegenheid in de bouwsector in Ierland met 19% is gedaald tijdens de
periode van Q3/2009 tot en met Q1/2010. Dat is de sterkste daling in deze
sector in alle OESO-landen[6]. 25.
Het aandeel van de totale werkgelegenheid in de
bouwsector (alle NACE Rev. 2-afdelingen) in de totale nationale werkgelegenheid
is gedaald van 12,8% eind Q2/2007 tot 6,9% eind Q1/2010. Het aantal werknemers
in NACE Rev. 2 afdeling 41 is tussen eind Q2/2009 en eind Q1/2010 met
11 900 (16,6 %) gedaald. Eind Q1/2010 bedroeg de werkloosheid voor alle
werknemers in NACE Rev. 2‑afdeling 41 39,9 %. Dat is meer dan
drie keer de nationale werkloosheid, die 12,9% bedroeg. 26.
De laatste jaren was de bouwsector goed voor meer
dan 8% van het bbp, wat aanzienlijk meer is dan het OESO-gemiddelde van 4 tot
6%. De daling van de vraag naar bouwdiensten en de daaruitvolgende ontslagen
hebben duidelijke negatieve gevolgen: minder rechtstreeks inkomen uit lonen,
minder inkomsten uit inkomsten- en vennootschapsbelastingen voor de schatkist,
meer socialezekerheidsuitgaven voor de nieuwe werklozen, minder vraag naar
goederen en diensten bij de leveranciers van de sector, met inbegrip van de
belangrijke groep zelfstandigen, minder investeringen in en/of huur van nieuwe
machines en apparatuur. Bovendien zal de daling van de secundaire
verbruiksgerelateerde bestedingen van voormalige werknemers uit de bouwsector
gevolgen hebben voor alle sectoren van de economie. Gecoördineerd pakket van individuele
dienstverlening waarvoor financiering wordt aangevraagd, gespecificeerde
kostenraming en complementariteit met door de structuurfondsen gefinancierde
acties 27.
Ierland stelt een pakket steunmaatregelen voor de
ontslagen werknemers voor dat op zes pijlers steunt: loopbaanbegeleiding,
opleidingsprogramma's en daaraan verbonden opleidingstoelagen, opleiding op en
buiten de werkplek en steun voor ontslagen leerlingen, onderwijs- en
opleidingsprogramma's voor beroepsopleiding/secundair onderwijs en
inkomenssteun, steun voor ondernemingen/zelfstandigen, en tertiair onderwijs en
inkomenssteun: –
Loopbaanbegeleiding:
individueel loopbaanadvies voor de meerderheid van de ontslagen werknemers, dat
resulteert in een stappenplan voor de terugkeer op de arbeidsmarkt. Deze
stappen betreffen niet alleen opleiding, maar ook ondersteuning in de vorm van
groepsbegeleiding, banenclubs en onderwijsmogelijkheden. –
Opleidingsprogramma's en daaraan verbonden
opleidingstoelagen: FÁS-cursussen betreffen zeer
uiteenlopende relevante onderwerpen, waaronder energiebehoud, groene en
duurzame energietechnologieën en -structuren, alsook milieubeheer. Er wordt een
strategie gevolgd die tot doel heeft de vaardigheden en kwalificaties van de
werkloze bouwarbeiders te verbeteren, zodat zij werk kunnen vinden in deze
groeiende sectoren. Personen die voltijds FÁS-cursussen volgen, komen in
aanmerking voor een opleidingstoelage in de plaats van een
socialezekerheidsuitkering. In voorkomend geval worden ook subsidies toegekend
ter ondersteuning van werklozen die een opleiding volgen die door de
privésector wordt aangeboden, dan wel onderwijs dat niet door of via de
nationale dienst voor opleiding wordt aangeboden. Indien nodig zullen
specifieke practica, stages, en op de plaatselijke gemeenschap gerichte
opleidingsprogramma's worden opgezet. –
Opleiding op en buiten de werkplek en steun voor
ontslagen leerlingen: deze maatregel moet de 669
leerlingen de mogelijkheid bieden om hun werkstage in het kader van een
leerovereenkomst te voltooien. Het "Standards Based Apprenticeship
System" is gebaseerd op zeven alternerende fasen van opleiding op de
werkplek (de oneven fasen) en opleiding buiten de werkplek (de even fasen). Via
deze maatregel worden de werkstages van de ontslagen leerlingen tijdens de
vereiste fasen 3, 5 en 7 van de leerovereenkomst gesubsidieerd, wordt voor de
leerlingen in de fasen 2, 4 en 6 voorzien in opleiding en inkomenssteun, en
wordt bij wijze van gedeeltelijke vervanging van de laatste werkstage (fase 7
van de leerovereenkomst) in opleiding in het centrum, in evaluatie en in
inkomenssteun voorzien. –
Onderwijs- en opleidingsprogramma's voor
beroepsopleiding/secundair onderwijs en inkomenssteun:
het idee dat het verbeteren van de vaardigheden de sleutel is voor duurzaam
werk in de komende jaren, vindt steeds meer ingang. Werkloze bouwarbeiders die
er een paar jaar geleden niet over zouden hebben gedacht om opnieuw onderwijs
of opleiding te gaan volgen, zien dan ook steeds vaker in dat zij zich moeten
bijscholen om hun kansen op werk te verbeteren. Er is gebleken dat ontslagen bouwarbeiders,
die vaak technisch hooggeschoold zijn, realistisch zijn wat hun situatie
betreft en openstaan voor een alternatieve loopbaan buiten de bouwsector. Zij
zijn zich bewust van lacunes in hun onderwijs en opleiding en verwelkomen
begeleiding die erop wijst hoe die lacunes kunnen worden aangevuld. In dit
verband worden diverse mogelijkheden aangeboden: opleidingen van de Comités
voor beroepsonderwijs, cursussen voor werknemers die een einddiploma op zak
hebben, regelingen voor beroepsopleidingsmogelijkheden, intensieve
studiebegeleiding in volwassenenbasisonderwijs, en het initiatief "terug
naar school". Veel van deze programma's komen in aanmerking voor nationaal
en internationaal erkende certificatie. –
Steun voor ondernemingen/zelfstandigen: organen die ondernemingen ondersteunen, zoals de ondernemingsraden in
de steden en graafschappen (CEBs), zullen, bijvoorbeeld door
informatieworkshops, beurzen, roadshows en andere soortgelijke activiteiten te
organiseren, bekendheid geven aan het grote aanbod aan beschikbare steun voor
ontslagen werknemers die overwegen hun eigen bedrijf op te richten. Wanneer de
bedrijfsplannen aan de subsidiabiliteitscriteria voldoen, zal een subsidie
worden aangeboden. Dergelijke steun omvat startpremies en werkgelegenheidssubsidies
van de CEBs die bedoeld zijn om werknemers die zich pas als zelfstandige hebben
gevestigd of kleine starters te helpen de start-upkosten te dragen en
werknemers in dienst te nemen. De begunstigden zijn meestal eenmanszaken of
micro-ondernemingen die zich concentreren op productie of op internationaal
verhandelde diensten. Het ministerie van Sociale Bescherming biedt een aantal
regelingen aan om inkomenssteun te verstrekken aan ontvangers van een
socialezekerheidsuitkering die zich als zelfstandige vestigen, zoals de
"Back to Work Enterprise Allowance" en de "Short Term Enterprise
Allowance", waarbij een werkloze als zelfstandige een bedrijf kan
oprichten dat door een jobfacilitator van het ministerie of een plaatselijk
geïntegreerd ontwikkelingsbedrijf is goedgekeurd. Er gelden geen beperkingen
voor de aard van het eenmansbedrijf, maar de jobfacilitator moet het
levensvatbaar en duurzaam bevinden. –
Tertiair onderwijs en inkomenssteun: het hoger onderwijs biedt duizenden modules en programma's die nuttig
zijn voor de ontslagen bouwarbeiders, afhankelijk van hun onderwijsachtergrond
en vaardigheidsniveau. Een aantal van die programma's betreft groene
technologie, die voor mensen uit de bouwsector bijzonder interessant kan zijn.
In een eerste fase zal vrij veel nadruk worden gelegd op de screening van de
werknemers die een hogeronderwijstraject overwegen, van hun vaardigheden en hun
geschiktheid om specifieke opleidingen aan te vatten, en er zal worden
geëvalueerd of voorbereidende cursussen of andere mogelijkheden op andere
gebieden waar ondersteuning wordt geboden eventueel geschikter zijn. Het hoger
onderwijs kan overgangsprogramma's aanbieden, alsook korte en middellange
voltijdse en deeltijdse programma's. Afhankelijk van de vaardigheden en de
werkervaring waarover de werknemer reeds beschikt, bieden alle
hogeronderwijsinstellingen ("colleges") mogelijkheden voor directe en
gevorderde toegang tot de programma's. In het kader van de grotere
flexibiliteit van de aanbiedingsvormen, kunnen studenten kiezen voor kortere
modules of minder hoge kwalificaties, met de mogelijkheid om in de loop der
tijd een hogere kwalificatie op te bouwen. Houders van een ambachtscertificaat
kunnen in de instituten voor technologie ook gevorderde toegang krijgen tot een
aantal specifieke programma's voor tertiair onderwijs. De beperkte duur van de
implementatie van het EFG is over het algemeen niet bevorderend voor de
ondersteuning van een hele tertiaire opleiding. Er bestaan verschillende vormen
van inkomenssteun om de toegang van ontslagen bouwarbeiders tot en hun
participatie in tertiaire programma's te bevorderen. 28.
De in de aanvraag vermelde uitgaven voor de
implementatie van het EFG overeenkomstig artikel 3 van Verordening (EG) nr.
1927/2006 dekken activiteiten op het vlak van voorbereiding, beheer en
controle, alsook voorlichting en publiciteit. Aangezien deze aanvraag heel
Ierland betreft, hebben de Ierse autoriteiten het grootste deel van de uitgaven
gereserveerd voor beheer en toezicht, alsook controle, waaronder audits. Wat de
informatie en de publiciteit betreft, zullen alle maatregelen die met steun van
het EFG worden genomen op nationaal, regionaal en plaatselijk niveau onder de
aandacht worden gebracht om ervoor te zorgen dat deze steun met het EFG in
verband wordt gebracht. Het gaat daarbij om publiciteitsmateriaal, logo's,
briefhoofden, posters, brochures, advertenties in de media, enz. De regering,
in de eerste plaats het ministerie van Onderwijs en Vaardigheden, en alle
betrokken overheidsagentschappen en onderwijsinstellingen zullen de steun van
de Europese Unie bij alle passende gelegenheden, zoals persconferenties,
parlementaire vragen, debatten, mediaevenementen en dergelijke, onder de
aandacht blijven brengen. 29.
De door de Ierse autoriteiten voorgestelde
individuele dienstverlening omvat actieve arbeidsmarktmaatregelen die op grond
van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1927/2006 voor financiering in
aanmerking komen. De Ierse autoriteiten ramen de totale kosten van deze
dienstverlening op 18 245 633,73 euro en de uitgaven voor de
implementatie van het EFG op 1 277 195,15 euro (= 6,5 % van het
totale bedrag). Van het EFG wordt in totaal een bijdrage van 12 689 838
euro (65% van de totale kosten) gevraagd. Acties || Geschat aantal werknemers voor wie steun wordt aangevraagd || Geschatte kosten per betrokken werknemer (in euro's) || Totale kosten (EFG en nationale medefinanciering) (in euro's) Individuele dienstverlening (artikel 3, eerste alinea, van Verordening (EG) nr. 1927/2006 ) Loopbaanbegeleiding || 2 142 || 104,67 || 224 203,14 Opleidingsprogramma's || 927 || 1 024,52 || 949 730,04 Opleidingstoelagen || 305 || 5 192,98 || 1 583 858,90 Opleidingsprogramma's en steun voor ontslagen leerlingen || 1 324 || 7 719,86 || 10 221 094,64 Onderwijs- en opleidingsprogramma's voor beroepsopleiding/secundair onderwijs || 757 || 2 922,69 || 2 212 476,33 Onderwijs- en opleidingssteun voor beroepsopleiding/secundair onderwijs || 89 || 10 941,26 || 973 772,14 Oprichting van ondernemingen/ vestiging als zelfstandige || 779 || 1 542,63 || 1 201 708,77 Programma's tertiair onderwijs || 45 || 12 172,04 || 547 741,80 Steun tertiair onderwijs || 23 || 14 393,39 || 331 047,97 Subtotaal individuele dienstverlening || || 18 245 633,73 Uitgaven voor de implementatie van het EFG (artikel 3, derde alinea, van Verordening (EG) nr. 1927/2006) Voorbereiding || || 116 097,04 Beheer || || 667 589,90 Informatie en publiciteit || || 232 194,08 Controle || || 261 314,13 Subtotaal van de uitgaven voor de implementatie van het EFG || || 1 277 195,15 Totale geraamde kosten || || 19 522 828,88 EFG-bijdrage (65% van de totale kosten) || || 12 689 838 30.
Ierland bevestigt dat de hierboven beschreven
maatregelen complementair zijn met door de structuurfondsen gefinancierde
acties. De Ierse autoriteiten hebben in het raam van het nationaal strategisch
referentiekader een monitoringcomité voor de coördinatie van EU-fondsen
ingesteld. Het ministerie van Financiën zit het comité voor, dat alle relevante
onderwerpen bespreekt, waaronder de demarcatie van financiële middelen in
operationele programma's, alle implementatieaangelegenheden die aan de orde
komen en mogelijke plannen voor nieuwe programma's om ervoor te zorgen dat
fondsen elkaar niet overlappen. Als onderdeel van het implementatieproces voor
het ESF en het EFRO is voorts een groep ingesteld, die door het ministerie van
Financiën wordt voorgezeten en gecoördineerd en tot doel heeft aangelegenheden
te regelen die verband houden met de implementatie van de structuurfondsen voor
de periode 2007-2013. Sinds 2010 is het EFG in dit proces opgenomen. Datum/data waarop met individuele
dienstverlening aan de getroffen werknemers is begonnen of waarop gepland is
daarmee te beginnen 31.
Op 1 juli 2009 maakte Ierland ten behoeve van de
getroffen werknemers een begin met de individuele dienstverlening van het
gecoördineerde pakket, waarvoor een financiële bijdrage van het EFG wordt aangevraagd.
Deze datum geldt daarom als het begin van de periode waarin uitgaven voor een
eventuele ondersteuning uit het EFG in aanmerking komen. Wijze waarop de sociale partners zijn
geraadpleegd 32.
Na door het ministerie van Ondernemingen, Handel en
Innovatie in kennis te zijn gesteld van de nakende collectieve ontslagen, heeft
FÁS contact opgenomen met het management van de betrokken ondernemingen om de
beschikbare diensten en de mogelijke behoeften van de werknemers te bespreken.
Ook de vakbonden zijn zoals voorgeschreven geraadpleegd. 33.
De Ierse autoriteiten hebben bevestigd dat aan de
voorschriften van de nationale en EU-wetgeving betreffende collectieve
ontslagen is voldaan. Informatie over acties die volgens de
nationale wetgeving of collectieve overeenkomsten verplicht zijn 34.
In verband met de criteria van artikel 6 van
Verordening (EG) nr. 1927/2006 hebben de Ierse autoriteiten in de aanvraag: · bevestigd dat de financiële bijdrage van het EFG niet in de plaats komt
van maatregelen die krachtens de nationale wetgeving of collectieve
arbeidsovereenkomsten onder de verantwoordelijkheid van ondernemingen vallen; · aangetoond dat de maatregelen ten doel hebben steun te verlenen aan
individuele werknemers en niet worden gebruikt om ondernemingen of sectoren te
herstructureren; · bevestigd dat voor de hierboven vermelde subsidiabele maatregelen geen
steun uit andere EU-financieringsinstrumenten wordt ontvangen. Beheers-
en controlesystemen 35.
Ierland heeft de Commissie meegedeeld dat de
financiële bijdrage door dezelfde instanties wordt beheerd en gecontroleerd die
de financiering van het Europees Sociaal Fonds (ESF) in Ierland beheren en
controleren. Financiering 36.
Op grond van de aanvraag van Ierland bedraagt de
voorgestelde bijdrage uit het EFG aan het gecoördineerd pakket van individuele
dienstverlening (met inbegrip van de uitgaven voor de implementatie van het
EFG) 12 689 838 euro (65% van de totale kosten). De Commissie
heeft haar voorstel voor een bijdrage uit het fonds gebaseerd op de informatie
van Ierland. 37.
Gezien het beschikbare maximumbedrag aan bijdragen
uit het EFG ingevolge artikel 10, lid 1, van Verordening (EG) nr.
1927/2006, alsook de mogelijkheden tot herschikking van de kredieten, stelt de
Commissie voor om uit het EFG het hierboven vermelde totale bedrag beschikbaar
te stellen, dat zal worden toegewezen onder rubriek 1a van het financiële
kader. 38.
Het voorgestelde bedrag van de financiële bijdrage
laat meer dan 25% van het jaarlijkse maximumbedrag van het EFG beschikbaar voor
toewijzingen tijdens de laatste vier maanden van het jaar, zoals voorgeschreven
bij artikel 12, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1927/2006. 39.
Met haar voorstel om middelen uit het EFG
beschikbaar te stellen, leidt de Commissie de vereenvoudigde trialoogprocedure
in, zoals voorgeschreven in punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17
mei 2006, om van de twee takken van de begrotingsautoriteit de instemming te
verkrijgen betreffende de noodzaak van het fonds gebruik te maken en
betreffende het vereiste bedrag. De Commissie verzoekt de eerste tak van de
begrotingsautoriteit die op het passende politieke niveau overeenstemming
bereikt over het ontwerpvoorstel voor een beschikbaarstelling uit het fonds, de
andere tak en de Commissie van zijn voornemens op de hoogte te brengen. Indien
één van de twee takken van de begrotingsautoriteit het niet met het voorstel
eens is, wordt een formele trialoogvergadering bijeengeroepen. 40.
De Commissie presenteert afzonderlijk een voorstel
tot overschrijving om in de begroting voor 2011 specifieke vastleggings- en
betalingskredieten op te nemen, zoals voorgeschreven in punt 28 van het
Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006. Bron van betalingskredieten 41.
Het bedrag aan betalingskredieten dat
oorspronkelijk was opgenomen in begrotingsonderdeel 04.0501 zal volledig zijn
opgebruikt na de goedkeuring door beide takken van de begrotingsautoriteit van
de voorstellen die tot nu toe voor beschikbaarstelling van middelen uit het EFG
zijn ingediend. 42.
In de Gewijzigde Begroting nr. 3/2011 is voorzien
in een verhoging van het EFG-begrotingsonderdeel 04.0501 met
50 000 000 euro aan betalingskredieten. Kredieten uit dit
begrotingsonderdeel zullen worden gebruikt ter dekking van 6 091 460
euro van het voor deze aanvraag benodigde bedrag. Aangezien in 2011
betalingskredieten beschikbaar zijn in begrotingsonderdeel 04.0201
"Voltooiing van het Europees Sociaal Fonds (ESF) – Doelstelling 1 (2000 -
2006)", kan het voor deze aanvraag benodigde aanvullende bedrag van 6 598 378
euro bijgevolg voor overschrijving beschikbaar worden gesteld. Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE
RAAD betreffende de beschikbaarstelling van
middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering
overeenkomstig punt 28 van het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006
tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de
begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer (aanvraag EGF/2010/019
IE/Bouwnijverheid 41, Ierland) HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, Gezien het Interinstitutioneel Akkoord van 17
mei 2006 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie betreffende de
begrotingsdiscipline en een goed financieel beheer[7], en met name punt 28, Gezien Verordening (EG) nr. 1927/2006 van het
Europees Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot oprichting van een
Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering[8], en met name artikel 12, lid 3, Gezien het voorstel van de Europese Commissie[9], Overwegende hetgeen volgt: (1) Het Europees Fonds voor
aanpassing aan de globalisering (EFG) is opgericht om extra steun te verlenen
aan werknemers die worden ontslagen als gevolg van door de globalisering
veroorzaakte grote structurele veranderingen in de wereldhandelspatronen en om
hen te helpen bij hun terugkeer op de arbeidsmarkt. (2) Het EFG staat sinds 1 mei
2009 ook open voor aanvragen om steun voor werknemers die worden ontslagen als
gevolg van de wereldwijde financiële en economische crisis. (3) Krachtens het Interinstitutioneel
Akkoord van 17 mei 2006 mag uit het EFG een jaarlijks maximumbedrag van 500
miljoen euro beschikbaar worden gesteld. (4) Op 9 juni 2010 heeft Ierland
een aanvraag ingediend om middelen ter beschikking te stellen uit het EFG voor
gedwongen ontslagen in 1 482 ondernemingen die zijn ingedeeld in NACE Rev.
2-afdeling 41 ("Bouw van gebouwen") in de NUTS II-regio's Border,
Midlands and Western (IE01) en Southern and Eastern (IE02); aan de aanvraag
werd aanvullende informatie tot en met 17 juni 2011 toegevoegd. Deze aanvraag
voldoet aan de voorwaarden voor een financiële bijdrage overeenkomstig artikel
10 van Verordening (EG) nr. 1927/2006. Bijgevolg stelt de Commissie voor om een
bedrag van 12 689 838 euro beschikbaar te stellen. (5) Er moeten dan ook middelen
uit het EFG beschikbaar worden gesteld om een financiële bijdrage te leveren
voor de door Ierland ingediende aanvraag, HEBBEN HET VOLGENDE BESLUIT
VASTGESTELD: Artikel 1 Ten laste van de algemene begroting van de
Europese Unie voor het begrotingsjaar 2011 wordt een bedrag van 12 689 838
euro aan vastleggings- en betalingskredieten beschikbaar gesteld uit het
Europees fonds voor aanpassing aan de globalisering (EFG). Artikel 2 Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad
van de Europese Unie. Gedaan te [Brussel/Straatsburg], Voor het Europees Parlement Voor
de Raad De voorzitter De
voorzitter [1] PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1. [2] PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1. [3] Verordening (EG) nr. 1893/2006 van het Europees
Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot vaststelling van de statistische
classificatie van economische activiteiten NACE Rev. 2 en tot wijziging van
Verordening (EEG) nr. 3037/90 en enkele EG-verordeningen op specifieke
statistische gebieden (PB L 393 van
30.12.2006, blz. 1). [4] Overeenkomstig artikel 3, derde alinea, van Verordening
(EG) nr. 1927/2006. [5] Verordening (EG) nr. 1893/2006 van het Europees
Parlement en de Raad van 20 december 2006 tot vaststelling van de statistische
classificatie van economische activiteiten NACE Rev. 2 en tot wijziging van
Verordening (EEG) nr. 3037/90 en enkele EG-verordeningen op specifieke
statistische gebieden (PB L 393 van
30.12.2006, blz. 1). [6] Arbeidskrachtenstatistieken van de OESO (MEI), Q1/2010. [7] PB C 139 van 14.6.2006, blz. 1. [8] PB L 406 van 30.12.2006, blz. 1. [9] PB C […] van […], blz. […].