Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52011PC0170

    ADVIES VAN DE COMMISSIE overeenkomstig artikel 294, lid 7, onder c), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie over de amendementen van het Europees Parlement op het standpunt van de Raad inzake het voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1889/2006 tot instelling van een financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld

    /* COM/2011/0170 definitief - COD 2009/0060/B */

    52011PC0170

    /* COM(2011) 170 definitief - COD 2009/0060/B */ ADVIES VAN DE COMMISSIE overeenkomstig artikel 294, lid 7, onder c), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie over de amendementen van het Europees Parlement op het standpunt van de Raad inzake het voorstel voor een VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1889/2006 tot instelling van een financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld


    [pic] | EUROPESE COMMISSIE |

    Brussel, 1.4.2011

    COM(2011) 170 definitief

    2009/0060/B (COD)

    ADVIES VAN DE COMMISSIE overeenkomstig artikel 294, lid 7, onder c), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie over de amendementen van het Europees Parlement op het standpunt van de Raad inzake het voorstel voor een

    VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1889/2006 tot instelling van een financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld

    2009/0060/B (COD)

    ADVIES VAN DE COMMISSIEovereenkomstig artikel 294, lid 7, onder c), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unieover de amendementen van het Europees Parlementop het standpunt van de Raad inzake hetvoorstel voor een

    VERORDENING VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1889/2006 tot instelling van een financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld

    1. INLEIDING

    In artikel 294, lid 7, onder c), van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is bepaald dat de Commissie een advies moet uitbrengen over de door het Europees Parlement in tweede lezing voorgestelde amendementen. Hieronder volgt het advies van de Commissie over de door het Parlement voorgestelde amendementen.

    2. Achtergrond

    Indiening van het voorstel bij het Europees Parlement en de Raad: 21 april 2009

    Doc COM (2009) 194 definitief 2-2009/0060B (COD) rectificatie 30 november 2009, gewijzigd 1 december 2009 (inwerkingtreding van het Verdrag van Lissabon)

    Advies van het Europees Parlement in eerste lezing: 21 oktober 2010

    Indiening van het gewijzigde voorstel bij het Europees Parlement en de Raad: nihil

    Politiek akkoord over het standpunt van de Raad: nihil

    Formele vaststelling van het standpunt van de Raad: 10 december 2010

    Advies van het Europees Parlement in tweede lezing: 3 februari 2011

    3. Doel van het voorstel

    De diverse financiële instrumenten van de Unie voor externe acties bevatten een kleine incoherentie wat betreft de uitzonderingen op het beginsel dat de kosten die voortvloeien uit belastingen, rechten en andere fiscale lasten niet in aanmerking komen voor financiering van de Unie.

    Verordening (EG) nr. 1905/2006 tot invoering van een financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking en Verordening (EG) nr. 1889/2006 tot instelling van een financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld bieden geen flexibiliteit wat betreft het niet in aanmerking komen van dergelijke kosten voor financiering. Bij de andere instrumenten mag de steun van de EU "in beginsel" niet worden aangewend om deze kosten te financieren. Zij laten derhalve ruimte voor flexibiliteit in individuele gevallen en de bevoegde ordonnateur kan, in voorkomend geval en in het belang van goed financieel beheer en de goede uitvoering van de programma’s en projecten, beslissen dat deze kosten in aanmerking komen. Het is inderdaad van groot belang flexibiliteit te bewaren wanneer een impasse dreigt, aangezien uitzonderingsmechanismen ofwel onbestaande zijn ofwel moeilijk te realiseren (bijvoorbeeld ten gevolge van de zeer grote complexiteit van de procedures in het begunstigde land, of in het geval van regionale projecten).

    De Commissie heeft daarom, in het kader van de tussentijdse evaluatie van de financieringsinstrumenten voor externe acties, voorgesteld de bestaande bepalingen van het financieringsinstrument voor ontwikkelingssamenwerking en het financieringsinstrument voor de bevordering van democratie en mensenrechten in de wereld af te stemmen op de andere instrumenten door toevoeging van de woorden " in beginsel " in de bepaling betreffende de niet-subsidiabiliteit van kosten die betrekking hebben op belastingen, heffingen en andere lasten. Hiermede wordt de mogelijkheid van uitzonderingen opengelaten, die dan intern door de instructies van de ordonnateurs worden geregeld.

    4. Advies van de Commissie met betrekking tot de amendementen van het Europees Parlement

    4.1 Door de Commissie aanvaarde amendementen

    De Commissie kan de formulering met betrekking tot de doelstellingen van de tussentijdse evaluatie aanvaarden (de overwegingen 1; 2; 3; 4; de artikelen 1, lid 5, en 2). Ter informatie: deze overwegingen en artikelen werden door de Raad reeds in eerste lezing goedgekeurd.

    4.2 Door de Commissie verworpen amendementen

    De Commissie kan de artikelen met betrekking tot de gedelegeerde handelingen en comité-kwesties niet aanvaarden (overweging 3 bis; de artikelen 1, lid 1; 1, lid 7 (gedelegeerde handelingen); de artikelen 1, lid 2; 1, lid 3; 1, lid 4; 1, lid 6 (comitologie)).

    5. Conclusie

    De discussies met de medewetgevers moeten na de tweede lezing worden voortgezet teneinde te komen tot een consensus, waarbij bij voorkeur het EP aanzienlijke toetsingsrechten worden verleend voor het overblijvende gedeelte van de lopende meerjarige programmeringsperiode en waarbij voor de volgende programmeringsperiode de mogelijkheden worden opengelaten, met inbegrip van een mogelijk beroep op gedelegeerde handelingen met volledig respect voor de criteria van artikel 290 VWEU.

    Top