EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52011DC0870
COMMUNICATION FROM THE COMMISSION An action plan to improve access to finance for SMEs
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE Een actieplan ter verbetering van de toegang tot financiering voor kmo's
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE Een actieplan ter verbetering van de toegang tot financiering voor kmo's
/* COM/2011/0870 definitief - 2012/ () */
MEDEDELING VAN DE COMMISSIE Een actieplan ter verbetering van de toegang tot financiering voor kmo's /* COM/2011/0870 definitief - 2012/ () */
1.
Kleine en middelgrote ondernemingen – drijvende krachten van groei
Het economische succes
van Europa hangt in ruime mate af van de groei van kleine en middelgrote
ondernemingen (kmo’s) die hun volledig potentieel bereiken. Kmo’s leveren meer
dan de helft van de totale toegevoegde waarde in de niet-financiële sectoren
van de economie en zorgden de voorbije vijf jaar voor 80% van alle nieuwe banen
in Europa[1]. Het is voor kmo’s dikwijls zeer moeilijk om de
nodige financiering te verkrijgen om te kunnen groeien en innoveren. Kmo’s gemakkelijker toegang verlenen tot
financiering is een van de topprioriteiten in Europa 2020, de groeistrategie
van de EU voor het volgende decennium, en in de Akte voor de interne markt[2] en de Small Business Act[3] van de Commissie. De jaarlijkse
groeianalyse[4]
benadrukte dat een gezond financieel systeem een sleutelrol speelt bij het
ondersteunen van de groei en bepaalde prioriteiten voor acties op korte
termijn. In deze context kan het hervormingsprogramma voor
de financiële diensten, dat wordt uitgevoerd om het hoofd te bieden aan de
financiële crisis, voor kmo’s voordelen meebrengen op het gebied van
regelgeving. Daarbij stelt de Commissie voor om te voorzien in nieuwe gerichte
financiering op EU-niveau om de belangrijkste vormen van marktfalen die de
groei van kmo’s beperken, aan te pakken. De Commissie stelt in
dit actieplan de verschillende beleidslijnen voor die ze volgt om de toegang
tot financiering voor Europa’s 23 miljoen kmo’s te vergemakkelijken en een
belangrijke bijdrage te leveren tot groei[5].
2.
De problemen aanpakken
Voor kmo’s behoort de moeilijke toegang tot
financiering tot de belangrijkste hinderpalen die hun groei in de weg staan.
Dit komt meer in detail aan bod in de bijlage[6]. Die hinderpalen hebben
meerdere oorzaken. Sommige zijn cyclisch[7],
andere structureel. Informatieasymmetrieën tussen aanbieders en vragers van
fondsen spelen hier een belangrijke rol. Kmo’s zijn voor hun externe financiering in zeer
ruime mate afhankelijk van bankleningen. Daarom moeten hen gepaste
alternatieven worden aangeboden. De Commissie zal een beroep doen op regelgeving
om kmo’s zichtbaarder te maken voor beleggers en de markten aantrekkelijker
en toegankelijker voor kmo’s. Bij veranderingen in de regelgeving zullen het
juiste evenwicht bewaren tussen prudentiële regelgeving en financiering van
kmo’s en tussen d bescherming van de beleggers en maatregelen op maat van de
kmo’s. Vervolgens wil de Commissie de EU-begroting
blijven gebruiken voor het vergemakkelijken van de toegang tot financiering
voor kmo’s om de belangrijkste vormen van marktfalen aan te pakken (dit zijn informatieasymmetrie
en de versnippering van de durfkapitaalmarkt) die de groei van kmo’s beperken.
De EU-tussenkomst moet een duidelijke toegevoegde waarde hebben door financiële
middelen die beschikbaar zijn op nationaal niveau, aan te vullen en bijkomende
financiering mobiliseren (aanwezigheid van een “financieel
multiplicatoreffect”)[8]. Daarnaast zal de Commissie haar coördinerende
rol gebruiken, waarbij ze vooral met lidstaten zal samenwerken, om de beste
praktijken uit te wisselen en synergieën te ontwikkelen tussen acties op
nationaal en EU-niveau. Hoewel de meeste maatregelen op de middellange of
lange termijn gericht zijn, is het ook belangrijk te benadrukken dat Europa nu
al een aantal stappen onderneemt om de onmiddellijke problemen op te lossen. Hoofddoel is de economische en financiële situatie
te stabiliseren. Eind oktober bereikten de staats- en regeringsleiders een
akkoord over een uitgebreide reeks maatregelen om de huidige spanningen op de
financiële markten het hoofd te bieden, ervoor te zorgen dat de kredietstromen
naar de echte economie gewaarborgd bleven en buitensporige deleveraging te
vermijden. Europa heeft meer in het bijzonder voor kmo’s
voorzien in een evenwichtige mix van flexibele financiële instrumenten tijdens
de lopende programmatermijn (2007-2013), die essentieel zijn voor de
uiteenlopende financieringsnoden van kmo’s. De financiële instrumenten van het
kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie (CIP), met een budget van
1,1 miljard euro, zouden financiële instellingen in staat moeten stellen
ongeveer 30 miljard euro nieuwe financiering[9]
aan meer dan 315 000 kmo’s te verschaffen. In 2008-2011 verstrekte de
Europese Investeringsbank (EIB) voor ongeveer 40 miljard euro kredieten aan
kmo’s, die ten goede kwamen aan meer dan 210 000 kmo’s. Op het gebied van cohesiebeleid keurde de
Commissie al maatregelen goed om in 15 lidstaten in investeringen voor kmo’s te
voorzien met behulp van door de structuurfondsen ontworpen financiële
engineeringsinstrumenten. Die maatregelen werden verder versterkt door in alle
lidstaten beleggingen in kmo’s in elk stadium van hun normale bedrijfsactiviteiten
toe te laten en vormen dus een belangrijke alternatieve financiële bron van
krediettoegang. De bijstand aan bedrijven door middel van beleggingen in
aandelen, garanties en leningen wordt in het lopende boekjaar op ten minste 3
miljard euro geschat. Om kredietfinanciering toegankelijker te maken, is
ten slotte onder het zevende kaderprogramma voor onderzoek van de EU (KP7) een
specifiek instrument voor risicodeling (RSI), de financieringsfaciliteit met
risicodeling, ontwikkeld, die in 2012 ingaat. Het RSI zal gedeeltelijke
garanties aan financiële tussenpersonen middels een risicodelingsmechanisme
verstrekken om zo hun financiële risico’s te verminderen en hen aan te moedigen
kredieten te verschaffen tussen 25 000 euro en 7,5 miljoen euro aan kmo’s
die activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling of innovatie
uitoefenen.
3.
regelgevingsmaatregelen
3.1.
Verbetering van het regelgevingskader voor
durfkapitaal
3.1.1.
Een nieuwe wetgeving voor durfkapitaal
Durfkapitaalfondsen zijn ondernemingen die vooral
aandelenfinanciering verschaffen aan meestal zeer kleine bedrijven die zich in
de beginfases van hun ondernemingsactiviteiten bevinden. Durfkapitaalfinanciering
heeft in de EU een hoog, maar weinig gebruikt potentieel voor de ontwikkeling
van kmo’s. Ondanks het feit dat de sector van het vermogensbeheer in de EU zeer
groot is, bevat de huidige EU-wetgeving geen specifieke bepalingen om
aandelenfondsen naar kmo’s te leiden. Beheerders van durfkapitaalfondsen kunnen
zelden profiteren van het paspoort dat in de richtlijn inzake beheerders van
alternatieve beleggingsfondsen (AIFM)werd ingevoerd, omdat de meeste
portefeuilles van durfkapitaalfondsen in de EU de drempel van het paspoort van 500
miljoen euro niet bereiken. De Commissie[10]
stelt daarom een nieuwe regeling voor Europees durfkapitaal voor die
EU-durfkapitaalfondsen de mogelijkheid zal bieden in de hele interne markt hun
fondsen te verkopen en kapitaal op een pan-Europese basis op te halen. De
nieuwe regeling zal de versnippering van de durfkapitaalmarkten over de
verschillende lidstaten verminderen, die grensoverschrijdende operaties
verhindert en het aanbod van durfkapitaal beperkt. Het nieuwe kader zal eenvoudig en efficiënt zijn
met één enkele registratie in de lidstaat van herkomst, vereenvoudigde
rapportageverplichtingen en aangepaste organisatie- en bedrijfsvoeringsregels. Eenmaal ingevoerd, zou dit kader de schaal van de
durfkapitaalmarkt moeten vergroten en leiden tot: (i) grotere, efficiëntere
durfkapitaalfondsen, met meer mogelijkheden om te specialiseren per soort
beleggingen; (ii) grotere concurrentie tussen fondsen en betere diversificatie
van hun beleggingen; en (iii) meer grensoverschrijdende financieringsmogelijkheden
voor kmo’s. Samen met dit actieplan stelt de Commissie een
nieuw EU-durfkapitaalkader voor dat een echte interne markt voor
durfkapitaalfondsen creëert. De Commissie nodigt het Parlement en de Raad uit
om dit wetgevende voorstel aan te nemen tegen juni 2012.
3.1.2.
Regelgevingskader voor belegging in durfkapitaal
Institutionele beleggers, vooral
verzekeringsmaatschappijen, maar ook in zekere mate banken, zijn potentiële
beleggers in durfkapitaalfondsen. In sommige lidstaten zijn het nu al
belangrijke beleggers. Men vreest dat de nieuwe prudentiële kaders voor
verzekeringen (Solvabiliteit II[11])
en banken (kapitaalvereistenrichtlijn en -verordening[12]) de beleggingen in
durfkapitaalfondsen zullen ontmoedigen, die bij de berekeningen voor
prudentiële vereisten (samen met grondstoffen en hedgefondsen) als
niet-beursgenoteerde beleggingen of activa met hoog risico worden behandeld[13]. Deze behandeling komt tegemoet aan prudentiële
bezorgdheden. Een goed aangepast wettelijk kader voor durfkapitaal, waarbij
vooral de voordelen van diversifiëring worden erkend, zou echter beleggingen in
durfkapitaal voor een bepaald bedrag mogelijk maken op een wijze die geen
prudentiële bezorgdheden doet ontstaan. In 2012 zal de Commissie als onderdeel van een
bredere reflectie over beleggen op lange termijn, op basis van technisch werk
dat gezamenlijk moet worden geleverd door de Europese Bankautoriteit en de
Europese Autoriteit voor Verzekeringen en Bedrijfspensioenen, een studie
uitvoeren over de verhouding tussen prudentiële regelgeving en
durfkapitaalbeleggingen door banken en verzekeringsmaatschappijen.
3.1.3.
Belastinghervormingen ten voordele van kmo’s
De Commissie werkte met nationale en sectorale
deskundigen samen aan manieren om de wettelijke en fiscale hinderpalen voor
grensoverschrijdende durfkapitaalbeleggingen weg te werken. Een groep
belastingdeskundigen[14]
heeft de belangrijkste fiscale problemen voor grensoverschrijdende durfkapitaalbeleggingen
blootgelegd, die wegens het gebrek aan samenhang tussen de 27 belastingsystemen
in de EU tot dubbele belasting, onzekerheden betreffende fiscale behandeling en
administratieve hinderpalen kunnen leiden[15].
Hoewel bilaterale dubbelebelastingverdragen tussen lidstaten deze problemen
normaal zouden moeten voorkomen, zullen ze niet altijd een oplossing bieden
voor de ingewikkelde commerciële structuren die bij durfkapitaalbeleggingen
worden gebruikt. De Europese regeling voor durfkapitaal zal hinderpalen
voor grensoverschrijdende fondsenwerving wegnemen, maar zal op zich geen
oplossing bieden voor de fiscale problemen van fondsen die grensoverschrijdend
beleggen. Eén gemeenschappelijke definitie van het begrip ‘durfkapitaalfonds’
zou een goed uitgangspunt zijn om de oplossingen van de lidstaten voor fiscale
problemen die de grensoverschrijdende beleggingen van dergelijke fondsen zouden
kunnen belemmeren, verder te onderzoeken. In 2012 zal de Commissie zijn onderzoek van de
fiscale hinderpalen voor grensoverschrijdende durfkapitaalbelegging beëindigen.
Ze heeft de bedoeling in 2013 oplossingen voor te stellen waarbij de
hinderpalen worden opgeheven, maar tegelijkertijd belastingontwijking en
–ontduiking worden voorkomen.
3.2.
Regels voor staatssteun die betrekking hebben op de
toegang van kmo’s tot financiering
Het staatssteunbeleid kan de toegang van kmo’s tot
financiering op verschillende wijzen ondersteunen door steun aan banken voor
financiële stabiliteit toe te laten en lidstaten te leren hoe ze steunregelingen
kunnen uitwerken die de Europa 2020-doelstelling (O&O en innovatie,
regionale en sociale cohesie enz.) bevorderen en rekening houden met de
specifieke noden van kmo’s. De richtsnoeren inzake durfkapitaalinvesteringen[16] maken het mogelijk ondersteuning
te verlenen voor financiering van kmo’s in de aanloopfase, particulier kapitaal
te mobiliseren en marktfalen terug te dringen. De Commissie heeft erkend dat
het aandelenkapitaaltekort is vergroot en heeft de drempel voor beleggingen in
aandelen in een startende onderneming van 1,5 miljoen euro tot 2,5 miljoen euro
verhoogd. De regels voor staatssteun laten in specifieke omstandigheden zelfs
tussenkomst toe boven die drempel. Tegen 2013 zal de Commissie de algemene groepsvrijstellingsverordening
en een aantal staatssteunrichtsnoeren, met inbegrip van die inzake
durfkapitaalinvesteringen, herzien om de Europa 2020-doelstellingen te halen en
te voldoen aan de kmo-noden.
3.3.
De toegang van kmo’s tot kapitaalmarkten verbeteren
Om de toegang van kmo’s[17] tot de kapitaalmarkten te
verbeteren, stelt de Commissie een aantal wijzigingen in de regelgeving voor om
de zichtbaarheid van de kmo-markten te verbeteren en waar mogelijk ten behoeve
van kmo’s de kosten te verminderen en de regelgeving te vereenvoudigen en toch in
voldoende beleggersbescherming te voorzien.
3.3.1.
Zichtbaardere kmo-markten
De Commissie wil de ontwikkeling van homogene
kmo-markten die aantrekkelijk zijn voor investeerders, vergemakkelijken. In het
voorstel voor de richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten
(MIFID)[18]
heeft ze voorgesteld om het keurmerk kmo-groeimarkt toe te kennen aan
multilaterale handelsfaciliteiten (MTF’s) met een gemeenschappelijke reeks
kenmerken. Het doel is een juist evenwicht te vinden tussen evenredige
vereisten voor kmo’s en een hoge mate van beleggersbescherming[19]. Dankzij dat keurmerk zouden die markten
zichtbaarder moeten worden, zodat ze beleggers aantrekken en een liquider
worden. Het keurmerk zou vrijwillig zijn en gebaseerd op vereisten die door de
Commissie moeten worden aangenomen op basis van een voorstel door de Europese
Autoriteit voor effecten en markten (ESMA). Het keurmerk zou door de nationale
bevoegde autoriteiten worden toegekend. Op zijn beurt zal het keurmerk de
markten in de gelegenheid stellen om meer gestandaardiseerde hulpmiddelen te
ontwikkelen (indexen, gespecialiseerde fondsen die in die markten beleggen),
netwerken tot stand te brengen tussen MTF’s en beste praktijken te volgen. In oktober 2011 is in de EU-wetgeving inzake
kapitaalmarkten (MIFID) een kmo-groeimarktkeurmerk voorgesteld. De Commissie
nodigt het Parlement en de Raad uit om dit wetgevende voorstel zo snel mogelijk
aan te nemen.
3.3.2.
Zichtbaardere beursgenoteerde kmo’s
Het voorstel voor een wijziging van de transparantierichtlijn[20] wil de toegang tot
gereguleerde informatie in Europa verbeteren. Op dit ogenblik is de
toegang tot financiële informatie over beursgenoteerde bedrijven nodeloos
ingewikkeld: geïnteresseerde partijen moeten 27 verschillende nationale
databanken raadplegen om die informatie te vinden. Vergelijkbare informatie van topkwaliteit die ruim
beschikbaar is vanuit één centraal toegangspunt op EU-niveau, zou een ruimer
gebruik van informatie over beursgenoteerde bedrijven door beleggers
vergemakkelijken. Eén centraal toegangspunt zou voor nieuwe leveranciers van
commerciële informatie die op de markt zouden willen komen de drempels en
toegangskosten kunnen verlagen om in de leemte met betrekking tot het aanbieden
van informatie over kleinere bedrijven te voorzien. Eveneens kunnen kleinere
uitgevende instellingen zelf ook worden aangemoedigd om te investeren in het
verstrekken van betere informatie en documentformaten die gericht zijn op
grensoverschrijdende beleggers. De Commissie zal met hulp van de ESMA het
bestaande opslagsysteem versterken en één toegangspunt voor gereguleerde
informatie op EU-niveau ontwikkelen. De Commissie
zal de toegang tot informatie van topkwaliteit over beursgenoteerde kmo’s
vergemakkelijken. De Commissie nodigt het Parlement en de Raad uit om dit wetgevende
voorstel aan te nemen tegen eind 2012.
3.3.3.
Vermindering van de verslagleggingsverplichtingen
voor beursgenoteerde kmo’s
Om de regels voor verslaglegging voor kmo’s
te vereenvoudigen en hun administratieve lasten verder te verminderen, heeft de
Commissie een voorstel voor een richtlijn betreffende de jaarlijkse financiële
overzichten, geconsolideerde financiële overzichten en relevante verslagen van
bepaalde ondernemingsvormen aangenomen[21].
Zo zouden kmo’s tot 1,7 miljard euro per jaar kunnen besparen. Een grotere
vergelijkbaarheid van financiële overzichten en een betere focus op essentiële
informatie zouden moeten leiden tot betere beleggingsbeslissingen en een betere
kapitaalallocatie. De Commissie stelt ook voor om de vereisten en
kosten voor kleine uitgevende instellingen te verminderen, in het bijzonder
door het afschaffen van de driemaandelijkse verslaglegging en een ruimer
gebruik van modelformulieren van de ESMA, zodat beleggers de informatie
gemakkelijker kunnen vergelijken. De lichtere regeling van de nieuwe transparantierichtlijn
zal van toepassing zijn op alle uitgevende instellingen en zal voor kleine
uitgevende instellingen een groter effect hebben wat de kostenvermindering
betreft. Beleggersbescherming zou worden gewaarborgd door de verplichte
openbaarmaking van halfjaarlijkse en jaarlijkse resultaten en door de
openbaarmakingen die door de richtlijnen over machtsmisbruik en het beursprospectus
worden vereist. Bedrijven zouden uiteraard de vrijheid hebben om meer
informatie aan beleggers te blijven verstrekken. Bij de recente wijziging van de prospectusrichtlijn[22] is een evenredige
openbaarmakingsregeling voor kmo’s en bedrijven met beperkte beurswaarde
ingevoerd. Deze regeling zou het aantal openbaarmakingen moeten beperken en de
administratieve lasten voor kmo’s en kleine uitgevende instellingen moeten
verminderen, behoudens beleggersbescherming. In oktober 2011 is een wetgevend voorstel tot
wijziging van de jaarrekeningenrichtlijnen ingediend om de
verslagleggingsregels voor kmo’s te vereenvoudigen en te verbeteren. Tegelijkertijd heeft de Commissie een voorstel ingediend
tot wijziging van de transparantierichtlijn om de wettelijke verplichtingen
voor kleine uitgevende instellingen te verminderen. De Commissie nodigt het Parlement en de Raad uit
om deze wetgevende voorstellen aan te nemen tegen eind 2012. Tegen juli 2012 zullen gedelegeerde handelingen
in de context van de prospectusrichtlijn worden voorgesteld, die de inhoud van
een evenredige openbaarmakingsregeling voor kmo’s en kleine uitgevende
instellingen zullen specificeren.
3.4.
Beoordeling van het effect van kapitaalvereisten
voor banken op kmo’s
Het door het Bazels Comité voor bankentoezicht ontwikkelde,
bestaande kapitaalkader voor banken, omgezet in EU-recht middels twee
aanpassingen van de Richtlijn kapitaalvereisten (de RKV III[23] en de voorgestelde RKV IV en
VKV), is erop gericht de prudentiële bankregelgeving te versterken. Het vereist
kapitaal van betere en hogere kwaliteit en legt daarnaast hogere kapitaallasten
voor marktactiviteiten op en versterkt de regels voor het beheer van het liquiditeitsrisico.
Dat zal zorgen voor meer financiële stabiliteit, gezondere businessmodellen
voor banken en sterkere balansen. Onder de RKV IV zal de huidige prudentiële
behandeling van kmo-leningen blijven vallen onder de bepalingen van Bazel II
(een preferentiële risicoweging voor kmo-uitzettingen van 75% volgens de
gestandaardiseerde benadering). Voor een nog gunstiger regime voor kmo-uitzettingen
zou het internationale Bazelkader moeten worden herzien. Hiertoe zou met name
moeten worden aangetoond dat de huidige aanpak te streng is. Daarom is de
risicoweging voor kmo-uitzettingen in het voorstel van Commissie het voorwerp
van een herzieningsclausule. De Commissie zal na raadpleging van de Europese Bankautoriteit
(EBA) binnen 24 maanden na de inwerkingtreding van de nieuwe verordening
verslag uitbrengen over de kredietverstrekking aan kmo’s en natuurlijke
personen. Zij zal haar verslag samen met alle toepasselijke voorstellen met
betrekking tot de herziening van de kmo-risicoweging voorleggen aan het
Europees Parlement en de Raad. In dit kader wordt de EBA verzocht om de huidige
risicowegingen te analyseren en er verslag over uit te brengen tegen 1
september 2012, waarbij ze, rekening houdend met een scenario van een
vermindering met een derde ten opzichte van de huidige situatie, de
mogelijkheden voor een vermindering moet testen. Op basis van het verslag van de EBA en haar
aanbevelingen zal de Commissie de gepaste maatregelen in overweging nemen om de
kwestie van de kmo-risicoweging in de context van het RKV IV- en VKV-kader aan
te pakken.
3.5.
Versnelde tenuitvoerlegging van de Richtlijn
betalingsachterstanden
Bij handelstransacties tussen ondernemingen of
tussen ondernemingen en overheden gebeuren veel betalingen veel later dan
overeengekomen. Dat kost Europese ondernemingen veel geld, namelijk ongeveer 1,1
biljoen euro uitgestelde omzet[24]. Verwacht wordt dat de herziene Richtlijn
betalingsachterstanden de cashflow van kmo’s zal verbeteren doordat de betalingstermijnen
korter worden[25]. Een en ander zou ertoe kunnen leiden dat
er minder nood is aan externe kortetermijnfinanciering. De Commissie moedigt de lidstaten sterk aan,
gelet op de einddatum voor omzetting, namelijk maart 2013, de vervroegde
toepassing van de Richtlijn betalingsachterstanden te versnellen
3.6.
Een innovatieve regeling voor Europese sociaalondernemerschapsfondsen
Sociale ondernemingen zijn een groeiende sector in
de EU. Het zijn ondernemingen met als voornaamste doel niet om winstgevend te
zijn voor aandeelhouders of andere belanghebbenden, maar om sociale impact te
hebben. Omdat deze sociaal innovatief zijn en het dikwijls
om nieuwe ondernemingen gaat, bestaat deze sector vooral uit kmo’s, die
dezelfde problemen van toegang tot financiering hebben als alle kleine
ondernemingen. De Commissie stelt een nieuwe regeling voor Europese
sociaalondernemerschapsfondsen voor waardoor EU-fondsen zich in het betrokken
gebied zullen kunnen specialiseren en in de EU onder een specifiek en
onderscheidend keurmerk zullen worden verkocht. De Commissie nodigt het EP en
de Raad uit om deze nieuwe regeling aan te nemen tegen eind 2012.
4.
Financiële maatregelen van de EU voor kmo’s
De Commissie heeft een
aantal nieuwe financiële instrumenten voorgesteld om kmo’s ook in de toekomst (2014-2020)
gemakkelijker toegang te geven tot financiering. Het is belangrijk te zorgen
voor meer samenhang tussen de verschillende financieringsregelingen van de EU
en deze eenvoudiger te maken. De Commissie heeft de
principes van schuld- en aandelenplatformen ingevoerd, die de
gemeenschappelijke technieken van de instrumenten zullen standaardiseren, de relaties
met financieringspartners zullen stroomlijnen en administratieve doelmatigheid
zullen aanmoedigen[26]. Onder het cohesiebeleid 2014-2020 zal
het toepassingsgebied van de financiële instrumenten worden verruimd door de
uitvoeringskaders flexibeler en doeltreffender te maken.
4.1.
Maatregelen om de kredietverstrekking aan kmo’s te
verbeteren
De Commissie heeft een
EU-schuldfinancieringsinstrument voor groei en onderzoek en innovatie van
ondernemingen voorgesteld waarbij in garanties en andere vormen van
risicodeling is voorzien ter bevordering van kredietverstrekking aan kmo’s,
waaronder onderzoeks- en innovatiegerichte kmo’s. Het financiële instrument zal, in overeenstemming
met de Mededeling van de Commissie over een “kader voor de volgende
generatie innovatieve financiële instrumenten - de EU-platforms voor eigen en
vreemd vermogen”, bestaan in een geïntegreerde structuur, die verschillende
faciliteiten bevat met specifieke beleidsdoelstellingen[27]. Het zal worden gefinancierd
door het programma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en voor
kleine en middelgrote ondernemingen (2014 - 2020)[28] (COSME), het Horizon 2020-programma[29] en het programma creatief
Europa. Met behulp van COSME[30] zal de Commissie ondernemingen
en in het bijzonder kmo’s een leninggarantiefaciliteit aanbieden met garanties
voor: (i) schuldfinanciering middels leningen,
achtergestelde en participatieleningen of leasing, teneinde specifieke
moeilijkheden te verminderen waarmee kmo’s worden geconfronteerd om voor hun
groei toegang te krijgen tot financiering; (ii) securitisatie van
kmo-schuldfinancieringsportefeuilles om bijkomende schuldfinanciering voor
kmo’s te mobiliseren. De leninggarantiefaciliteit zal, behalve voor
leningen in de gesecuritiseerde portefeuille, leningen dekken tot maximaal 150 000
euro, met een minimumlooptijd van 12 maanden. Verder zal de Commissie door middel van het
Horizon 2020-programma[31]
voorzien in een schuldfaciliteit met een kmo-loket om onderzoek- en innovatie
(O&I)-gerichte kmo’s te ondersteunen. Het kmo-loket zal bestemd zijn voor
O&I-gerichte kmo’s met leningen die de financiering van kmo’s door middel
van de leninggarantiefaciliteit onder het COSME-programma aanvullen. Daarnaast stelt de Commissie eveneens voor om een
garantiefaciliteit te ontwikkelen die in het bijzonder op kmo’s uit de
culturele en creatieve sectoren gericht is. De faciliteit zal eveneens onder
het EU-schuldfinancieringsinstrument worden verwezenlijkt. Ten slotte stelt de Commissie onder het
EU-programma voor sociale verandering en innovatie financiële ondersteuning van
microfinanciering voor micro-ondernemingen en financiering voor sociale
ondernemingen voor. De Commissie en belanghebbenden zullen workshops
organiseren met de lidstaten die op dat ogenblik nog steeds een achterstand
hebben inzake het gebruik van EU-financieringsinstrumenten, om institutionele
opbouw te vergemakkelijken en het gebruik van EU-garanties en durfkapitaal te
bevorderen. De Commissie zal het aanbod van leningen aan
micro-ondernemingen blijven vergroten en de goedkeuring van de European Code of
Good Conduct for Microcredit Provision steunen. De Commissie heeft het volgende voorgesteld: 1. Een sterker en
uitgebreider EU-schuldfinancieringsinstrument om kredietverstrekking aan kmo’s,
waaronder O&I-gerichte kmo’s, te verbeteren. Het instrument omvat een
leninggarantiefaciliteit onder het COSME-programma (2014-2020) en een kmo-loket
onder de schuldfaciliteit van Horizon 2020. Het
EU-schuldfinancieringsinstrument zal, om voor de kmo’s in de Europese culturele
en creatieve sectoren de toegang tot financiering te verbeteren, ook een
faciliteit voor de culturele en creatieve sectoren omvatten die wordt gefinancierd
onder het programma Creatief Europa (2014-2020). 2. Onder het EU-programma voor sociale
verandering en innovatie (2014-2020), een specifieke lijn microfinanciering en
sociaal ondernemerschap, die in het bijzonder microfinanciering voor
micro-ondernemingen, het opbouwen van institutionele capaciteit voor aanbieders
van microkredieten en financiering voor de ontwikkeling van sociale
ondernemingen zal ondersteunen. De Europese Investeringsbank zal, afhankelijk van
marktvoorwaarden en overeenkomstig haar financieringscapaciteit, haar
kmo-kredietverstrekkingsactiviteiten ongeveer op het niveau van 2011 aanhouden.
De EIB zal steun blijven geven om de leenvoorwaarden te verbeteren, de flexibiliteit
te verhogen en te zorgen voor een snelle allocatie. EIB en EIF zullen, deels in
samenwerking met de Commissie, synergieën blijven ontwikkelen middels risicodelingsoperaties,
onder meer voor de securitisatie van kmo-schuldportefeuilles.
4.2.
Maatregelen om de toegang tot durfkapitaal en
andere risicofinanciering te verbeteren
De Commissie heeft een
EU-aandelenfinancieringsinstrument voor groei en onderzoek en innovatie van
EU-ondernemingen voorgesteld dat durfkapitaalfinanciering en mezzaninefinanciering
zal verstrekken aan ondernemingen vanaf de aanloopfase (met inbegrip van de zaaifase)
tot de groeifase. Het financiële
instrument zal, in overeenstemming met het kader voor de volgende generatie
innovatieve financiële instrumenten, bestaan in een geïntegreerde structuur die
verschillende faciliteiten omvat met specifieke beleidsdoelstellingen. Het zal
worden gefinancierd door het programma voor het concurrentievermogen van
ondernemingen en kmo’s (COSME) en door Horizon 2020. COSME zal een aandelenfaciliteit omvatten waar ondernemingen in hun
expansie- en groeifases een beroep op kunnen doen. De faciliteit zal, in
combinatie met het Horizon 2020-programma, ook investeringen in de aanloopfase
kunnen doen. Het Horizon 2020-programma
zal een aandelenfaciliteit omvatten die gericht is op ondernemingen in hun
aanloopfase. De faciliteit zal, in combinatie met het COSME-programma, ook
investeringen in een expansie- en groeifase kunnen doen. De EIB-groep zal de groei van kmo’s door middel
van zijn grote reeks aandelenproducten en in het bijzonder het verruimde
EIB-durfkapitaalmandaat blijven ondersteunen. Tussen de EIB-groep en de
Europese Commissie zal, onder meer bij risicodelingsovereenkomsten, verdere
samenwerking worden uitgebouwd om bijkomende publieke en private middelen
gemakkelijker te mobiliseren. De Commissie heeft het volgende voorgesteld: 1. Een sterker en uitgebreider aandelenfinancieringsinstrument
om de toegang van kmo’s tot durfkapitaal en andere risicofinanciering te
verbeteren vanaf de aanloopfase (met inbegrip van de zaaifase) tot de
groeifase. Het aandelenfinancieringsinstrument zal worden gefinancierd door het
programma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en kmo’s (COSME) en
door Horizon 2020. 2. De invoering van paraplufondsen binnen het EU-aandelenfinancieringsinstrument
om durfkapitaalfondsen die met name gericht zijn op investeringen in meer dan
één lidstaat te voorzien van kapitaal. Nationale publieke financiële
instellingen en private beleggers zullen worden uitgenodigd om deel te nemen
aan het fonds. De EIB-groep zal de groei van kmo’s blijven ondersteunen
met behulp van zijn grote reeks aandelenproducten en in het bijzonder het
verruimde EIB-durfkapitaalmandaat. Tussen de EIB-groep en de Europese Commissie
zal, onder meer middels risicodelingsovereenkomsten, verdere samenwerking
worden uitgebouwd om gemakkelijker bijkomende publieke en private middelen te
mobiliseren.
5.
Andere maatregelen om het kmo-klimaat te verbeteren
5.1.1.
Betere informatieverstrekking aan kmo’s
Kmo’s zouden veel voordeel halen uit een vlottere
toegang tot informatie op lokaal en regionaal niveau.
De overheden van de lidstaten worden aangemoedigd om kmo’s vlotter
toegang te geven tot verschillende nationale en regionale financieringsbronnen
en in die context de mogelijkheid te onderzoeken om één nationale
onlinedatabank van financieringsbronnen te ontwikkelen op basis van goede
praktijken. De Europese Commissie en de EIB-groep zullen in
samenwerking met financiële tussenpersonen de toegang van kmo’s tot informatie
over de verschillende EU-financieringsinstrumenten en de kmo-leenfaciliteit
uitbreiden. De informatie aan tussenpersonen met inbegrip van kleine banken zal
eveneens worden verbeterd. Er zullen inspanningen worden geleverd om de
administratieve verplichtingen te vereenvoudigen en het aantal talen te
vergroten. Banken en andere financiële instellingen worden
aangemoedigd om klanten informatie over alternatieve financiële instrumenten te
verstrekken en actief netwerken van mentors, raadgevers en business angels te
ondersteunen. De Commissie zal: 1. De financieeladviescapaciteit van het
Enterprise Europe Network versterken om kmo’s betere informatie over de
verschillende financieringsbronnen te verstrekken door de bestaande nationale
informatiestructuren aan te vullen. 2. Ervoor zorgen dat alle informatie over
EU-financiering samengebracht en beschikbaar gemaakt wordt via één meertalig
onlineportaal dat de verschillende EU-financieringsbronnen voor kmo’s omvat. Banken en andere financiële tussenpersonen hebben
verklaard dat ze bij hun leden acties om de informatieverstrekking over EU-financieringsinstrumenten
en overheidssubsidies aan kmo’s te verbeteren, zullen ondersteunen.
5.1.2.
De monitoring van de kmo-kredietverstrekkingsmarkt
verbeteren
Op dit ogenblik worden geen nauwkeurige
statistieken bijgehouden over leningen aan kmo’s. Volgens beschikbare benaderingen
zoals het aantal leningen onder de 1 miljoen euro of onder de 250 000 euro
bedraagt het kmo-aandeel in volledig nieuwe leningen in het eurogebied
gemiddeld 20%[32]. Het verbeteren van de monitoring van de
kmo-kredietverstrekkingsmarkt zou een betere en meer bewijsgebaseerde
beleidsvorming mogelijk maken. Dit zou ook nuttig zijn voor een beoordeling van
het effect van maatregelen ter ondersteuning van kmo-financiering en van de
nieuwe kapitaalvereisten voor kredietinstellingen. De Commissie zal samenwerken met bankfederaties
en zal het advies van andere betrokken instellingen (ECB, EBA) inwinnen om het
analytische kader voor kredietverstrekking aan kmo’s te versterken en zo te
streven naar een betere vergelijking en een meer samenhangende methodologie.
5.1.3.
Bevorderen van kwalitatieve ratings
Kwalitatieve prestatie-indicatoren - het
trackrecord van de ondernemer, de concurrentiepositie van het bedrijf op de
markt of andere immateriële activa - zijn essentieel om de standaardwaardering
van kmo’s aan te vullen. Het indienen van kwalitatieve vragenlijsten is al
een gangbare praktijk bij Europese banken. Het proces om die informatie in
statistische modellen te gieten is echter niet direct en bij de meeste modellen
doet zich het probleem voor dat informatie verloren gaat wanneer kwalitatieve
data in kwantitatieve modellen worden omgezet. Verder zijn er al bepalingen van kracht die kmo’s
toelaten van de banken te vereisen om op de hoogte gebracht te worden van hun
rating en scores[33].
Het zou belangrijk zijn om deze bepalingen volledig in de praktijk te brengen. De Commissie zal de uitwisseling van goede
praktijken bevorderen en moedigt de banksector en kmo-federaties aan om het
gebruik van kwalitatieve ratings te bevorderen als hulpmiddel om de kwantitatieve
standaardbeoordeling van de kredietwaardigheid van kmo’s aan te vullen.
5.1.4.
De activiteiten van “business angels” en
grensoverschrijdende investeringen stimuleren
Business angels brengen ervaring op het gebied van
financiering en management mee. Daardoor hebben startende ondernemingen meer
overlevingskansen. Ze vormen in pas opgerichte ondernemingen vaak de grootste
bron van externe financiering, na familie en vrienden. Omdat hun activiteiten
informeel zijn, zijn ze moeilijk meetbaar. De Commissie zal de Europese business-angelmarkt
en andere geïnformeerde markten bestuderen en ideeën onderzoeken om deze te
stimuleren door investerings- en investeringsbereidheidsprogramma’s te
ondersteunen, potentiële investeerdersgroepen aan te moedigen om business angel
te worden en de capaciteit van de business-angelnetwerkmanagers op te bouwen. In 2011 verhoogde de EIB-groep haar
durfkapitaalmandaat tot 5 miljard euro en verruimde ze haar werkingsgebied tot
co-investering met business angels. De Commissie zal: 1. Binnen de mogelijkheden in het kader van de
structuurfondsen, in samenwerking met het EIF en de lidstaten, co-investeringen
met business angels in verschillende vormen verder aanmoedigen. 2. In 2012 maatregelen in overweging nemen om het
grensoverschrijdend uitzoeken van de juiste investeerders, in het bijzonder
business angels, voor de juiste ondernemingen verder te ontwikkelen op basis
van voorstellen van een deskundigengroep. 3. binnen het Enterprise Europe Network aanbod
van en vraag naar durfkapitaal beter op elkaar afstemmen.
5.1.5.
De informatieverstrekking over de toegang van kmo’s
tot de kapitaalmarkten bevorderen
Er zijn substantiële maatregelen vereist om een
gunstig klimaat te scheppen voor kmo’s die op zoek zijn naar groeikapitaal, te
focussen op manieren om een grotere groep investeerders aan te trekken en de
kapitaalkosten van kmo’s te helpen verminderen. Men
zou aan middelgrote ondernemingen meer informatie moeten verstrekken over de
voordelen en kosten die verbonden zijn aan een beursnotering. De Commissie zal ook nadenken over hoe ze de
toegang tot kmo-obligatiemarkten en effectisering kan bevorderen. De Commissie
zal samen met de belanghebbenden in het SME Finance Forum aan
informatiecampagnes blijven[34]
meewerken en een Europese informatiegids voorbereiden voor bedrijven die naar
de beurs willen. De Commissie zal ook bevorderingsactiviteiten opzetten zoals
een prijs voor de kmo-beursnotering van het jaar. Belanghebbenden en effectenbeurzen in het
bijzonder worden aangemoedigd meer informatie te verstrekken aan kmo’s over de
voordelen van een marktnotering en over de wijze waarop ze naar de beurs kunnen
gaan. De Commissie zal de oprichting van een
onafhankelijk instituut steunen om analyses en onderzoek met betrekking tot
beursgenoteerde middelgrote ondernemingen te stimuleren en zo de belangstelling
van investeerders in dat segment te verhogen.
5.1.6.
Beleidscoördinatie en -uitvoering
De Commissie zal binnen het SME Finance Forum
blijven meewerken aan het verkennen van nieuwe strategieën voor een
gemakkelijkere toegang tot financiering voor kmo’s. Van elkaars beleid leren is
essentieel om de prestaties van het Europese financiële systeem te verbeteren.
Verschillende lidstaten hebben reeds met bedrijfsorganisaties, banken en andere
financiële instellingen nationale financiële fora voor kmo’s opgericht om
praktische oplossingen aan te reiken voor een betere toegang tot financiering. Nationale ervaringen zijn in het bijzonder
relevant voor kredietverstrekkingspraktijken en –processen. In verscheidene
lidstaten is een aantal acties ondernomen voor meer transparantie met
betrekking tot het kredietverstrekkingsproces, waaronder feedback aan kmo’s
wanneer leningsaanvragen worden geweigerd. In sommige lidstaten werden nationale
kredietverstrekkingsgedragscodes ingevoerd of kredietbemiddelaars aangesteld om
het probleem van informatieassymetrie in het risicobeoordelingsproces van kmo’s
aan te pakken en het kredietverstrekkingsproces te verbeteren In sommige
lidstaten is de Richtlijn consumentenkrediet tot kleine ondernemingen uitgebreid.
Hoewel deze verschillende modellen de weerspiegeling kunnen zijn van
uiteenlopende nationale omstandigheden, kan hun werking in het algemeen
verbeterd worden. De Commissie stimuleert: Lidstaten en belanghebbende verenigingen om
nationale financiële fora voor kmo’s op te richten teneinde oplossingen aan te
reiken voor een betere toegang tot financiering. Banken, andere financiële instellingen en
kmo-federaties om nationale gedragscodes en richtlijnen uit te werken voor meer
transparantie in het kredietverstrekkingsproces en indien nodig
kredietbemiddelingstaken te ondersteunen. In 2012 wil de Commissie de huidige
kredietverstrekkingspraktijken, met inbegrip van de transparantiemechanismen,
evalueren. Op basis van het resultaat van die evaluatie is het
mogelijk dat de Commissie regelgevend zal optreden om verantwoordelijke en
transparante kredietverstrekking aan kmo’s aan te moedigen.
6.
Conclusie
Kmo’s zullen enkel een bron van groei en
banen in Europa vormen als ze betere toegang krijgen tot financiering. Op korte
termijn betekent dit dat de financiële markten moeten worden gestabiliseerd en
de banken moeten worden versterkt. Tegelijkertijd moet ervoor worden gezorgd
dat kmo’s op kredieten kunnen blijven rekenen. Op middellange termijn wil de Commissie het
regelgevend kader voor kmo’s verbeteren, door een interne markt voor
durfkapitaal te bevorderen, de kapitaalmarkten te verbeteren en de kosten en
lasten voor kmo’s te verminderen. De Commissie wil de garanties en
durfkapitaalfaciliteiten versterken door de inspanningen van de EIB en de
lidstaten aan te vullen. Ten slotte wil de Commissie de informatieverstrekking
voor kmo’s, aan kmo’s en over kmo’s stimuleren om de toegang tot financiële
instrumenten te verbeteren, het gebrek aan informatie waarmee kmo’s te maken
krijgen wanneer ze op zoek zijn naar financiering, te verminderen en de toegang
van kmo’s tot kapitaalmarkten te vergemakkelijken. De EU en de lidstaten moeten samenwerken om
de toegang van de kmo’s tot financiering te verbeteren. De Commissie neemt deel
middels acties die in dit actieplan zijn opgenomen en zal samenwerken met de
lidstaten, de financiële sector en kmo-federaties om ervoor te zorgen dat de
acties vruchten afwerpen en bijdragen tot economisch herstel. [1] Structurele bedrijfsstatistieken (Eurostat) http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page/portal/european_business/data/database [2] COM(2011) 206. [3] COM(2011) 78. [4] COM(2011) 815 definitief. [5] Toekomstige initiatieven die voortvloeien uit dit
actieplan, zullen zorgvuldig worden voorbereid en indien nodig gepaard gaan met
de gepaste effectbeoordelingen. [6] ECB, Survey on the Access to Finances of SMEs,
februari 2010. [7] EIM, Cyclicality of SME Finance, maart 2009. [8] De acties stemmen overeen met het huidige en toekomstige
financiële kader. Elke actie van dit actieplan stemt overeen met zowel het
voorstel voor het programma voor het concurrentievermogen van ondernemingen en
voor kmo’s als voor het Horizon 2020-programma. De kosten voor de agentschappen
en het European Enterprise Network zullen worden gedekt door financiering waarin
reeds voorzien is in de officiële programmering van de Commissie. [9] d.w.z. voor elke euro die middels het CIP wordt
geïnvesteerd, krijgt de begunstigde uiteindelijk 30 euro. [10] Het voorstel van de Commissie van 2007 met betrekking tot
de wederzijdse erkenning van durfkapitaalfondsen heeft, hoewel het de steun
kreeg van de lidstaten in 2008, de versnippering van de reglementering tussen
de verschillende landen niet verminderd. [11] Richtlijn 2009/138/EG van het Europees Parlement en de
Raad van 25 november 2009 betreffende de toegang tot en uitoefening van het
verzekerings- en het herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II). [12] Op 20 juli 2011 nam de Commissie een pakket wetgevende
maatregelen aan om de regulering van de banksector te versterken. Het voorstel
vervangt de huidige kapitaalvereistenrichtlijnen (2006/48 en 2006/49) door een
richtlijn en een verordening en vormt nog een grote stap in de richting van een
gezonder en veiliger financieel systeem. De richtlijn regelt de toegang tot
depositoactiviteiten terwijl de verordening de prudentiële vereisten bepaalt
die instellingen moeten naleven. Zie COM(2011) 453 definitief, COM(2011) 452
definitief, voorgesteld door de Commissie op 20 juli 2011 en nu in
onderhandeling in de Raad en het Parlement. [13] Zie bijvoorbeeld artikel 123 in de voorgestelde
Verordening betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en
beleggingsondernemingen, COM(2011) 452 definitief van 20.7.2011. [14] http://ec.europa.eu/taxation_customs/resources/documents/taxation/company_tax/initiatives_small_business/venture_capital/tax_obstacles_venture_capital_en.pdf [15] De uiteenlopende definities met betrekking tot een vaste
inrichting verplichten het durfkapitaalfonds er vaak toe dochtermaatschappijen op
te richten en hogere administratieve en fiscale lasten te dragen. [16] Communautaire richtsnoeren inzake staatssteun ter
bevordering van durfkapitaalinvesteringen in kleine en middelgrote
ondernemingen, PB C 194 van 18.8.2006,blz. 2–21. [17] In de context van financiële markten omvatten kmo’s ook
bedrijven met een beperkte beurswaarde (lager dan 100 miljoen euro). [18] Richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten
en houdende intrekking van Richtlijn 2004/39/EC van het Europees Parlement en
de Raad, COM(2011) 656 definitief, aangenomen op 20.10.2011. [19] Het niveau van beleggersbescherming zal verder worden
versterkt door de voorgestelde uitbreiding van het toepassingsgebied van de
richtlijn marktmisbruik tot MTF’s. [20] Richtlijn tot wijziging van Richtlijn 2004/109/EG
betreffende de transparantievereisten die gelden voor informatie over
uitgevende instellingen waarvan effecten tot de handel op een gereglementeerde
markt zijn toegelaten en Richtlijn 2007/14/EG van de Commissie, COM(2011) 683
definitief, aangenomen op 25.10.2011. [21] COM(2011) 684 definitief. [22] Richtlijn 2010/73/EG, PB L 327 van 11.12.2010. [23] Richtlijn 2010/76/EU, reeds in werking. [24] SEC(2009) 315. [25] Richtlijn 2011/7/EU van het Europees Parlement en de Raad
van 16 februari 2011 betreffende bestrijding van betalingsachterstand bij
handelstransacties Ze moet ten laatste tegen 16 maart 2013 omgezet zijn in
nationale wetgeving. [26] COM(2011) 662. [27] COM(2011) 662. [28] COM(2011) 834/2. [29] COM(2011) 808 definitief. [30] Het indicatieve budget voor schuld- en aandelenfaciliteiten
onder COSME is 1,4 miljard euro. [31] Het indicatieve budget voor schuld- en aandelenfaciliteiten
onder Horizon 2020 is 3,8 miljard euro. [32] MFI-rentestatistieken van de ECB, volumes nieuwe leningen
aan NFV’s binnen het eurogebied, gemiddelde voor augustus 2010 – juli 2011. [33] Artikel 145, lid 4, van de Richtlijn kapitaalvereisten en
artikel 418, lid 4, van de voorgestelde verordening kapitaalvereisten. [34] In 2008/10 werden in alle EU-hoofdsteden “EU Finance Days
for SMEs” georganiseerd over financiering voor kmo’s.