EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52010PC0606

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het sluiten van de Overeenkomst inzake de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-parkgebied

/* COM/2010/0606 def. - NLE 2010/0300 */

52010PC0606

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het sluiten van de Overeenkomst inzake de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-parkgebied /* COM/2010/0606 def. - NLE 2010/0300 */


[pic] | EUROPESE COMMISSIE |

Brussel, 25.10.2010

COM(2010) 606 definitief

2010/0300 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende het sluiten van de Overeenkomst inzake de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-parkgebied

TOELICHTING

1. De Europese Unie beschikt al jarenlang over wetgeving voor waterbescherming. Ontstaan in de jaren '70 van de vorige eeuw leidde zij tot de Kaderrichtlijn Water (KRW)[1] uit 2000, met als doelstelling de bescherming van alle wateren (rivieren, meren, grondwater en kustwateren) en coördinatie van de inspanningen voor gedeelde stroomgebieden, over administratieve en politieke grenzen heen. Volgens de KRW dienen lidstaten, indien stroomgebieden zich tot buiten het grondgebied van de Unie uitstrekken, te streven naar passende coördinatie met de betreffende niet-lidstaat, om in het gehele stroomgebied de doelstellingen van de KRW te bereiken.[2] Neemt de coördinatie de vorm aan van een internationale overeenkomst, dan is deelname van de Europese Unie vereist, voor zover aspecten van de overeenkomst onder de bevoegdheid van de Unie vallen.

2. In 2006 kreeg de Commissie toestemming van de Raad om, op grond van de artikelen 175 en 300, lid 1, van het EG-Verdrag en namens de Europese Gemeenschap, betreffende kwesties die binnen de bevoegdheid van de Gemeenschap vallen, deel te nemen aan onderhandelingen voor het sluiten van internationale stroomgebiedovereenkomsten, met betrekking tot stroomgebieden die onder andere gedeeld worden door Griekenland aan de ene kant, en Albanië, FYROM en/of Turkije aan de andere kant.[3]

3. Het Prespa-parkgebied is aangewezen als grensoverschrijdend beschermd gebied, volgens de verklaring van 2 februari 2000 van de Prespa-landen[4]; en is het eerste in zijn soort in Zuidoost-Europa. De Prespa-meren en hun omgeving vormen een uniek natuurgebied van grote ecologische waarde, die uitsluitend behouden kunnen worden met een totaalaanpak van het stroomgebied.

4. Verbeterde samenwerking via internationale overeenkomsten, die vergelijkbaar zijn met bestaande geslaagde overeenkomsten, zoals die voor de bescherming van de Donau[5] en de Rijn[6], spoort lidstaten aan om de EU-waterwetgeving volledig en doeltreffend uit te voeren. Verder draagt zij bij tot een gemeenschappelijk begrip en gedeelde prioriteiten met derde landen voor de toepassing van beschikbare financiële instrumenten.

5. Over de Overeenkomst inzake de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-park is onderhandeld door de Europese Commissie, Griekenland, Albanië en FYROM; het resultaat is een verbetering van de bestaande samenwerking in het gebied, terwijl ze ook mogelijkheden biedt om de KRW succesvol uit te voeren.

Daarom is het wenselijk dat de Unie overgaat tot het sluiten van de Overeenkomst inzake de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-parkgebied.

2010/0300 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

van […]

betreffende het sluiten van de Overeenkomst inzake de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-parkgebied

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 192, lid 1, juncto artikel 218, lid 6, sub a),

Gezien het voorstel van de Commissie[7],

Gezien de instemming van het Europees Parlement[8],

Overwegende hetgeen volgt:

1. Als stroomgebieden zich uitstrekken tot buiten het grondgebied van de Gemeenschap dienen lidstaten volgens de EU Kaderrichtlijn Water[9] te streven naar passende coördinatie met de betrokken niet-lidstaten voor het bereiken van de doelstellingen van de richtlijn in het gehele stroomgebied.

2. Op 27 juni 2006 keurde de Raad een besluit[10] goed betreffende onderhandelingen door de Commissie, namens de Europese Gemeenschap, over het afsluiten van internationale stroomgebiedovereenkomsten die tot doel hebben de samenwerking te verbeteren in Europese stroomgebieden die door bepaalde lidstaten en derde landen worden gedeeld.

3. De Prespa-meren en hun omgeving zijn een uniek natuurgebied van grote ecologische waarde, die uitsluitend behouden kunnen worden met een totaalaanpak van het stroomgebied.

4. Over de Overeenkomst voor de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-park is onderhandeld door de Europese Commissie, Griekenland, Albanië en FYROM; het resultaat is een verbetering van de bestaande samenwerking in het gebied, terwijl ze ook mogelijkheden biedt om de EU-Kaderrichtlijn Water succesvol uit te voeren.

5. De Overeenkomst dient gesloten te worden,

BESLUIT:

Artikel 1

De Overeenkomst inzake de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-park wordt gesloten.

De tekst van de te sluiten Overeenkomst is in bijlage bij dit besluit opgenomen.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wijst de persoon aan die namens de Europese Unie gemachtigd wordt om de in artikel 18 van de Overeenkomst bedoelde kennisgeving te doen waarmee de instemming van de Europese Unie om door de overeenkomst gebonden te zijn, tot uiting wordt gebracht.

Artikel 3

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld. Het wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie .

De dag van inwerkingtreding van de Overeenkomst, wordt gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie .

Gedaan te …, op …

Voor de Raad

De voorzitter

[…]

BIJLAGE

Overeenkomst inzake de bescherming en duurzame ontwikkeling

van het Prespa-park

De ministeries van milieu van de drie Staten die het Prespa-merengebied delen, en de Europese Unie, hierna te noemen "de Partijen",

Indachtig de verklaring van 2 februari 2000 van de premiers van de drie Staten betreffende de oprichting van het Prespa-park, en de bescherming van het milieu en duurzame ontwikkeling van de Prespa-meren en hun omgeving;

Herinnerend aan de gezamenlijke verklaring van 27 november 2009 te Pyli, van de premiers van de drie Staten die het stroomgebied van de Prespa-meren delen;

Overwegende dat de Prespa-meren en hun omgeving een uniek natuurgebied vormen met een geomorfologische, ecologische, culturele en biodiversiteitswaarde van internationaal belang, als vitale habitat voor het voortbestaan van talloze zeldzame en/of endemische fauna- en florasoorten, als broedgebied voor wereldwijd bedreigde vogels, en als locatie van belangrijk archeologisch en traditioneel erfgoed;

Beseffend dat zij gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het behoud van het ecosysteem van het stroomgebied van de Prespa-meren, de onderdelen daarvan, alsook voor het natuurschoon, als basis voor het economisch en sociaal welzijn van de bewoners, en voor het scheppen van kansen voor economische ontwikkeling (inclusief landbouw, visserij en toerisme);

Ervan overtuigd dat slechts een totaalaanpak van het stroomgebied van de Prespa-meren soelaas biedt voor het behoud van de biodiversiteit, de belangrijkste functies en de voordelen voor de mens;

In het besef dat de acties van afzonderlijke landen onvoldoende zijn voor het behoud van de ecosystemen van Prespa en het cultureel erfgoed ervan, en voor de verbetering van de levensstandaard van de plaatselijke bewoners;

Strevend naar meer samenwerking tussen de bevoegde overheden en belanghebbenden in de drie landen voor behoud en bescherming van de unieke ecologische waarden van het stroomgebied van de Prespa-meren en ter voorkoming en/of bestrijding van de oorzaken van de achteruitgang van de habitat, zoals uitgesproken in de verklaring van 2 februari 2000 van de premiers;

Vastbesloten om deugdelijke werkmethoden te verkennen voor het duurzaam gebruik en de bescherming van het water in de Prespa-meren en de zoetwaterecosystemen, zoals vastgelegd in de verklaring van de premiers van 2 februari 2000, en overeenkomstig de eisen van de EU-Kaderrichtlijn Water 2000/60/EG en aanverwante richtlijnen;

In het besef van het langdurig gebruik van het gebied door de mens en de verenigbaarheid van traditionele gebruiken en natuurbehoud;

Vastberaden strevend naar een coherente, duurzame ontwikkeling van het stroomgebied van de Prespa-meren op grond van grensoverschrijdende samenwerking, overeenkomstig de principes van het integratieproces van de Europese Unie;

Kennisnemend van de in 2009 opgezette Drin-dialoog tussen bevoegde overheden en betrokkenen over de ontwikkeling van een gedeelde visie op duurzaam beheer van het Drin-stroomgebied en de bevordering van grensoverschrijdende samenwerking;

Indachtig de relevante bepalingen van geldende internationale wetsinstrumenten op het gebied van milieubescherming waarbij de staten partij zijn of die zij ondertekend hebben;

Herinnerend aan de vigerende bilaterale overeenkomsten tussen de Partijen inzake samenwerking op het gebied van milieubescherming en duurzame ontwikkeling;

Indachtig dat één van de Partijen een lidstaat van de Europese Unie is, één een kandidaat voor het EU-lidmaatschap en het derde land een potentiële kandidaat voor het EU-lidmaatschap, en dat de laatste twee ook een stabilisatie- en associatie-overeenkomst met de EU hebben gesloten;

Erkennend dat overheidsorganisaties en ngo's in de drie Staten die Partij zijn zich op verschillende maar elkaar aanvullende wijze kunnen inzetten voor het behoud en het beheer van het Prespa-gebied;

Rekening houdend met de ervaringen van driezijdige samenwerking, in het kader van het Prespa-park sinds 2000, toen het tijdelijke Coördinatiecomité en bijhorend secretariaat zijn opgericht;

Rekening houdend met het Strategisch actieplan voor duurzame ontwikkeling van het Prespa-park, uitgewerkt door het tijdelijke Coördinatiecomité en bijhorend secretariaat;

hebben het volgende besloten:

Deel één – Algemene bepalingen

Artikel 1 – Definities

In de zin van deze Overeenkomst wordt verstaan onder:

- Het "Prespa-parkgebied" (het "Gebied"): het geografische gebied op het grondgebied van de drie Staten in het stroomgebied van de Prespa-meren, inclusief oppervlakte- en naar behoren toegekende grondwateren, en toegewezen als grensoverschrijdend beschermd gebied volgens de verklaring van 2 februari 2000.

- "Grensoverschrijdend effect": enig gevolg voor het milieu binnen een gebied onder de jurisdictie van een Partij, inclusief schadelijke gevolgen voor de gezondheid en veiligheid van de mens, flora, fauna, bodem, lucht, water, klimaat, landschap en historische monumenten of de natuurlijke structuur of de wisselwerking tussen deze factoren, alsook de gevolgen voor het cultureel erfgoed of de sociaaleconomische omstandigheden, door een wijziging waarvan de natuurlijke oorsprong geheel of deels plaats vindt binnen een gebied onder de jurisdictie van een andere Partij.

Artikel 2 – Doelstelling van de Overeenkomst

De Partijen werken samen ten behoeve van de geïntegreerde bescherming van het ecosysteem en de duurzame ontwikkeling van het Prespa-parkgebied, inclusief de ontwikkeling van geïntegreerde beheersplannen voor het stroomgebied, op grond van internationale en EU-normen.

Deel twee – Principes van Samenwerking

Artikel 3 – Basisverplichtingen

1. Met het oog op de doelstellingen van artikel 2 nemen de Partijen de nodige maatregelen en passen zij de meest geavanceerde technieken toe, zowel individueel als samen, op basis van souvereine gelijkheid, territoriale integriteit, wederzijds voordeel en te goeder trouw, ten behoeve van:

(a) verstandig beheer van de waterkwaliteit en –kwantiteit van de Prespa-meren, met bijzondere aandacht voor het waterpeil in beide meren;

(b) preventie, controle en terugdringing van de vervuiling van het water in het gebied van de Prespa-meren;

(c) de bescherming en het behoud van de biodiversiteit van het Gebied door met name endemische, zeldzame, bedreigde of in gevaar zijnde soorten flora en fauna te beschermen, en door het herstellen en beheren van fragiele habitats, alsook ecosystemen en ecosysteemdiensten, op basis van internationale en EU-wetgeving, inclusief Richtlijn 92/43/EEG, Richtlijn 2009/147/EG en het EU-biodiversiteitsbeleid;

(d) bescherming van de bodem tegen erosie, uitputting, infecties en vervuiling;

(e) de waarborging, bevordering en controle van verstandig gebruik van de natuurlijke hulpbronnen en de duurzame ontwikkeling van het Prespa-parkgebied;

(g) de preventie van de introductie en verspreiding van exotische dieren en planten;

(h) een doeltreffende regeling van de activiteiten die negatieve gevolgen (kunnen) hebben voor het Prespa-merengebied, om zulke gevolgen te voorkomen of te minimaliseren.

2 Hiertoe zullen de Partijen:

(a) geïntegreerde beheersplannen en –programma's uitwerken en uitvoeren voor de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Gebied, overeenkomstig het Strategische actieplan voor de duurzame ontwikkeling van het Prespa-park;

(b) coherente strategieën ontwikkelen voor ruimtelijke ordenings-, stads- en andere planning voor landgebruik, alsook voor beheersplannen voor beschermde gebieden, ter waarborging van het beheer van het stroomgebied, conform het voor het Gebied vereiste beginsel van duurzame ontwikkeling en ruimere bescherming, op grond van internationale en EU-wetgeving, inclusief Richtlijn 92/43/EEG en Richtlijn 2009/147/EG;

(c) te goeder trouw de milieuvoorschriften en -criteria goedkeuren en toepassen voor het in artikel 4 omschreven stroomgebied;

(d) wettelijke, bestuurlijke, economische, financiële en technische maatregelen goedkeuren en uitvoeren, ten behoeve van:

i de maximale toepassing van duurzame landbouw en veehouderij met geringe milieueffecten, uitgaande van de draagkracht van het Gebied en de visserijvoorschriften op basis van 'verstandig gebruik';

ii het beheer van huishoudelijk en landbouwafval volgens de meest geavanceerde technieken;

iii de verbetering en modernisering van wegen- en communicatienetwerken en andere sociale infrastructuur en diensten op een wijze die strookt met de bescherming van de biodiversiteit, het behoud van de beschermde gebieden en de duurzame ontwikkeling van het Prespa-parkgebied.

(e) regelmatig ideeën uitwisselen, traditionele architectuur en monumenten behouden, een gezamenlijke strategie voor de toeristische ontwikkeling van het Gebied ontwikkelen en uitvoeren, en publiek bewustzijn en milieueducatie ontwikkelen als middel om lokale oplossingen te bereiken;

(f) de rechten van de bewoners van het stroomgebied op toegang tot milieu-informatie, deelname aan de besluitvorming over milieukwesties, en de toegang tot de rechtsgang in zulke kwesties volledig en doeltreffend verwezenlijken;

(g) een doeltreffend, gemeenschappelijk standaardsysteem opzetten en onderhouden voor het observeren, beheren en controleren van de status van het milieu van de meren en het bijhorende stroomgebied;

(h) in geval van rampen gemeenschappelijke maatregelen nemen om de situatie snel te beoordelen en te beteugelen.

Artikel 4 – Milieuvoorschriften en -criteria

1. De Partijen bij deze Overeenkomst zullen, met behulp van het in artikel 10 genoemde Comité, de exacte criteria, voorschriften, grenzen en doelstellingen vaststellen voor de bescherming, het behoud en de ontwikkeling van het Gebied overeenkomstig de doelstellingen van artikel 2.

2. Te dien einde nemen de Partijen adequate maatregelen om:

(a) de wettelijke verplichtingen uit te voeren die voortvloeien uit internationale en EU-normen en -voorschriften voor de bescherming en het behoud van de meren en het bijhorende stroomgebied;

(b) relevante nationale milieuvoorschriften en –criteria aan te passen aan de plaatselijke omstandigheden en vereisten van het stroomgebied;

(c) de toepassing te eisen van de meest geavanceerde technologie en moderne milieupraktijken.

Artikel 5 – Duurzaam waterbeheer

De Partijen komen overeen samen te werken voor duurzaam waterbeheer in het Prespa-parkgebied. Dit omvat geïntegreerd beheer van het oppervlakte- en grondwater in het stroomgebied, op basis van Richtlijn 2000/60/EG en verwante richtlijnen. Het beheer behelst:

(a) water in voldoende hoeveelheden en kwaliteit om te drinken;

(b) water in voldoende hoeveelheid en kwaliteit voor het behoud, de bescherming en, indien nodig, het herstel van natuurlijke aquatische ecosystemen, inclusief wetlands en hun functies;

(c) water in voldoende hoeveelheid en kwaliteit voor andere legitieme toepassingen die bijdragen aan een duurzame economische en sociale ontwikkeling van de plaatselijke gemeenschap, gelet op eventueel vereiste aanpassingen ten gevolge van de klimaatverandering;

(d) herstel of tempering van de negatieve gevolgen van eerdere hydrologische ingrepen, met bijzondere aandacht voor het systeem van de rivier Devolli en het Kleine Prespameer;

(e) bescherming tegen schadelijke gevolgen van water (overstromingen, erosie, enz.), door gebruik te maken van de meest geavanceerde technieken;

(f) oplossing van belangenconflicten ten gevolge van verschillende gebruiken, en

(g) doeltreffende controle op de uit te werken regeling voor het waterbeheer.

Hiertoe zullen de Partijen de Werkgroep voor Waterbeheer oprichten, zoals vermeld in artikel 14.

Artikel 6 – Uitwisseling van gegevens en informatie

De Partijen voeren een officieel systeem in voor de regelmatige uitwisseling van informatie tussen de bevoegde overheden met het oog op de doeltreffende bescherming van het Prespa-park, met inbegrip van de uitwisseling van:

(a) kwalitatieve en kwantitatieve gegevens over water, aquatische ecosystemen en belangrijke habitats en soorten;

(b) ervaring met de toepassing van de meest geavanceerde technieken en resultaten van onderzoek en ontwikkeling op het gebied van wetlandbescherming, waterbeheer, en maatregelen ter preventie, terugdringing en controle van verontreiniging.

Artikel 7 – Grensoverschrijdende effecten

De Partijen werken samen om maatregelen overeen te komen voor de waarborging van de integriteit van het milieu, met name het water, in het Gebied en voor de uitbanning of beperking van grensoverschrijdende gevolgen voor het milieu ten gevolge van menselijke activiteiten. Met name zullen de Partijen samenwerken voor de ontwikkeling en toepassing van procedures voor milieueffectbeoordelingen in het Gebied, overeenkomstig het Verdrag van Espoo inzake milieueffectrapportage in grensoverschrijdend verband, waarbij zij partij zijn.

Artikel 8 – Samenwerking met internationale organisaties en donoren

Voor de uitvoering van deze Overeenkomst zoeken de Partijen op lokaal, nationaal en internationaal niveau partners en werken zij met name samen met:

- de Overeenkomst van Ramsar en het MedWet Initiative;

- het UNDP;

- het Wereldmilieufonds (GEF);

- in de regio actieve bilaterale donoren, zoals KfW, GTZ en SDC;

- de UNESCO;

- de IUCN;

- de instellingen van de Europese Unie;

- en overige partners.

Deel drie – Samenwerkingsmechanismen

Artikel 9 – Bijeenkomsten op hoog niveau

De ministers van milieu van de drie Staten die Partij zijn en de vertegenwoordiger van de EU komen regelmatig bijeen om de vooruitgang te bespreken in de uitvoering van deze Overeenkomst en in het licht van de doelstellingen van artikel 2, om het werk van het Beheerscomité van het Prespa-park en ondersteunende organen te beoordelen, om de agenda van gezamenlijke activiteiten in het Prespa-parkgebied voor de komende tijd te bepalen, en om het beleid uit te stippelen. Deze bijeenkomsten vinden ten minste om de twee jaar plaats, tenzij de Partijen anderszins besluiten, of op schriftelijk verzoek van één van de Partijen, op een steeds wisselende locatie in één van de drie Staten die Partij zijn.

Artikel 10 – Het Beheerscomité van het Prespa-park

1. Met het oog op de doeltreffende verwezenlijking van de in deze Overeenkomst genoemde doelstellingen en verplichtingen richten de Partijen hierbij het Beheerscomité van het Prespa-park op.

2. Het Beheerscomité van het Prespa-park krijgt de internationale wettelijke capaciteit van een plurilaterale instelling die vereist is voor de uitoefening van zijn taken, inclusief het onderhouden van betrekkingen met donoren voor het veiligstellen van projecten en donaties die gebruikt worden voor de uitvoering van deze Overeenkomst.

3. Het Beheerscomité van het Prespa-park is als volgt samengesteld:

(a) één vertegenwoordiger van het ministerie van milieu van elke Staat die Partij is en één vertegenwoordiger van de Europese Unie;

(b) één vertegenwoordiger van de lokale gemeenschappen in de regio Prespa uit elke Staat die Partij is;

(c) één vertegenwoordiger van de ngo's voor milieu uit elke Staat die Partij is, met relevante lokale activiteiten in de regio Prespa;

(d) één vertegenwoordiger van de lokale overheden voor het beheer van beschermde gebieden, uit elke Staat die Partij is;

(e) één permanente waarnemer van het MedWet Initiative van de Overeenkomst inzake watergebieden (Ramsar);

(f) één permanente waarnemer van het Beheerscomité van Ohrid.

De vertegenwoordigers van de Partijen in het Comité worden officieel benoemd binnen drie maanden na de inwerkingtreding van deze Overeenkomst.

4. Het Comité komt regelmatig bijeen (tweemaal per jaar). Op verzoek van één van de Partijen vindt een buitengewone bijeenkomst van het Comité plaats.

5. De locatie van de regelmatige bijeenkomsten roteert per kalenderjaar onder de drie Staten die Partij zijn. Om de drie jaar vinden er dus in elke Staat twee opeenvolgende gewone bijeenkomsten plaats. De regelmatige bijeenkomsten dienen bij voorkeur in de regio Prespa plaats te vinden.

6. De bijeenkomsten worden voorgezeten door de vertegenwoordiger van de Staat die Partij is en waar de bijeenkomst plaatsvindt. De termijn van het voorzitterschap volgt de in lid 5 vermelde jaarlijkse toerbeurt.

7. De voertaal van het Comité is Engels.

8. Tijdens de eerste bijeenkomst zal het Comité zijn interne reglement van organisatie en procedures goedkeuren.

9. Het Comité kan deskundigen uitnodigen voor deelname aan de bijeenkomsten, al naar gelang het onderwerp van de bijeenkomst, en kan werkgroepen instellen voor specifieke kwesties, bestaande uit deskundigen en ambtenaren. De eerste werkgroep die uit hoofde van deze Overeenkomst (artikel 14) wordt ingesteld, is de werkgroep voor waterbeheer.

10. Vier jaar nadat het zijn taken heeft aangevat, wordt het functioneren en de doeltreffendheid van het Beheerscomité van het Prespa-park beoordeeld door de in artikel 9 vermelde bijeenkomsten op hoog niveau en worden, indien nodig, de samenstelling en het mandaat van het Comité aangepast, overeenkomstig artikel 17 van deze Overeenkomst.

Artikel 11 – Taken van Beheerscomité

Het Beheerscomité van het Prespa-park zal:

1. de activiteiten voor de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-park volgen en coördineren bij de uitvoering van deze Overeenkomst en van het Strategisch actieplan voor de duurzame ontwikkeling van het Prespa-park;

2. de volgende stappen en nodige acties, maatregelen en activiteiten in kaart brengen en aanbevelen aan de Partijen en andere geïnteresseerden, en hen tot samenwerking, coördinatie en uitvoering van gezamenlijke projecten uitnodigen; met name zal het Comité de Partijen bijstaan bij de uitvoering en verbetering van de doeltreffendheid van deze Overeenkomst met aanbevelingen en adviezen inzake:

(a) het ontwerpen en toepassen van normen, milieucriteria en vereisten die als uitgangspunt zullen dienen voor de concrete geïntegreerde bescherming en duurzame ontwikkeling van de meren en het stroomgebied;

(b) de voltooiing van het regelgevingskader voor het stroomgebied, inclusief de ruimtelijke planning, en regelgeving en beheersplannen voor het beschermd gebied;

(c) de uitwerking en toepassing van strategieën, geïntegreerde beheersplannen en -programma's die in het Prespa-parkgebied moeten worden uitgevoerd en die van invloed kunnen zijn op de verwezenlijking van de doelstellingen van deze Overeenkomst;

(d) de toepassing van een doeltreffend monitoringprogramma voor het observeren, beheren en controleren van de status van het milieu en van de oppervlakte- en grondwatermassa's;

(e) de omschrijving van prioritaire beleidslijnen en programma's van wetenschappelijke studie en onderzoek voor de bescherming en duurzame ontwikkeling van het Prespa-parkgebied en de bevordering van de publicatie van informatie van deskundigen;

(f) de verzameling, uitwerking en publicatie van milieu-informatie over het Prespa-merengebied;

(g) de bevordering van deelname van het publiek, ngo's en andere betrokkenen aan de bescherming van de meren en het bijhorende stroomgebied;

3. de coördinatie van de planning en activiteiten van grensoverschrijdend belang verbeteren, samen met lokale organen voor het beheer van beschermde gebieden in de drie betrokken Staten;

4. de resultaten van lopende acties beoordelen overeenkomstig de doelstellingen van artikel 2, en de bevindingen daarvan op ruime schaal verspreiden;

5. als bestuursorgaan voor het GEF fungeren en andere, vergelijkbare programma's en projecten voor het Gebied;

6. mogelijke financieringsbronnen zoeken en voorstellen op nationaal, Europees en internationaal niveau voor de nodige acties, maatregelen en projecten;

7. alle mogelijke informatie verzamelen over de meren en het bijhorende stroomgebied, verzoeken om voorstellen van overheidsinstanties, organen en ngo's om zijn eigen werk te verbeteren en om de Partijen meer te verplichten tot uitvoering van de Overeenkomst;

8. een jaarverslag voorbereiden en publiceren over de status van het milieu in het Prespa-parkgebied, inclusief een deel waarin het werk van het Comité wordt beschreven;

9. contact onderhouden met het Ohrid Beheerscomité, als waarnemer deelnemen aan de bijeenkomsten daarvan en acties coördineren ter wille van optimale resultaten voor de bescherming en duurzame ontwikkeling in de wijde regio;

10. naar vermogen bijdragen aan het proces voor duurzaam beheer van de uitgebreide dialoog over het Drin-stroomgebied;

11. bijdragen aan de passende besteding van middelen van de Partijen en de internationale gemeenschap, voor risicobeheer en beperking van negatieve gevolgen, in geval van onverwachte gebeurtenissen, zoals overstromingen, bosbranden en andere natuurlijke of door de mens veroorzaakte rampen, alsook voor de bescherming van kwetsbare ecosystemen van het Gebied, de taken en de diensten daarvan tegen de gevolgen van klimaatverandering.

Artikel 12 – Besluiten van het Beheerscomité

1. Het Comité besluit bij consensus. Is er geen overeenstemming bereikt, dan wordt de kwestie voor besluit naar de bijeenkomsten van hoog niveau doorverwezen.

2. Het Comité richt zijn aanbevelingen aan de Partijen.

3. Elke Partij voert de aanbevelingen van het Comité uit overeenkomstig de nationale wetgeving en brengt regelmatig verslag uit aan het Comité over de voor de uitvoering getroffen maatregelen.

4. Mocht een Partij niet of slechts deels in staat zijn een aanbeveling van het Comité uit te voeren, dan brengt zij het Comité hiervan op de hoogte, licht toe waarom zij een en ander niet kan uitvoeren en stelt een wijze en een termijn voor om de aanbeveling alsnog uit te voeren.

5. Het Comité houdt een register bij van de genomen besluiten.

Artikel 13 – Secretariaat

1. Het Comité wordt voor de uitvoering van zijn taken bijgestaan door een ondersteunend technisch orgaan, het Secretariaat.

2. Het Secretariaat omvat drie personen, één uit elke Staat die Partij is, die benoemd zijn door het ministerie van milieu. De leiding is in handen van een deskundige in grensoverschrijdende samenwerking voor beschermde gebieden en het beheer van stroomgebieden. Het Comité kiest de deskundige na een internationale oproep tot sollicitaties.

3. Als richtsnoer voor het werk van het Secretariaat dienen de besluiten van het Beheerscomité. De voorzitter hiervan geeft leiding aan het Secretariaat.

4. Het Secretariaat heeft de volgende specifieke taken die moeten worden uitgevoerd binnen de grenzen van het beschikbare budget:

(a) voorbereiding van het jaarlijkse werkplan voor het Beheerscomité van het Prespa-park, met gedetailleerde begroting en themagerelateerde werkplannen (bijv. een communicatieplan) met gedetailleerde begrotingen en follow-up van de uitvoering daarvan;

(b) (assistentie bij de) voorbereiding van vergaderingen die uit hoofde van deze Overeenkomst plaatsvinden;

(c) verzorging van raadplegingen over beleid en andere relevante zaken in verband met de Overeenkomst tussen betrokkenen, en raadplegingen op beleidsmatig en technisch niveau door werkgroepen en/of groepen van deskundigen;

(d) verzameling, beoordeling en verspreiding van gegevens en informatie over wetgeving, maatregelen en activiteiten die belangrijke gevolgen (kunnen) hebben voor de verwezenlijking van de in artikel 2 vermelde doelstellingen;

(e) follow-up van gezamenlijke projecten;

(f) bundeling, beoordeling, publicatie en bevordering van wetenschappelijk onderzoek en samenwerking in het Prespa-parkgebied;

(g) contacten en vergaderingen met donoren; voorbereiding van of assistentie verlenen bij de voorbereiding van projectdocumenten;

(h) vertaling van belangrijke documenten; technische en secretariaatsondersteuning voor de vertegenwoordigers van de lokale gemeenschap;

(i) vertegenwoordiging van het Comité in internationale fora;

(j) overige door het Comité toegewezen taken.

5. Het secretariaat wordt gevestigd in Aghios Germanos (Griekenland), voor de duur van vier jaar, bij toerbeurt, of totdat het Comité anderszins heeft besloten.

6. Het Comité is gemachtigd om voor de uitoefening van zijn taken een vestigingsovereenkomst met het gastland te sluiten.

Artikel 14 – Werkgroep voor Waterbeheer

1. Het Beheerscomité van het Prespa-park richt een Werkgroep voor Waterbeheer op overeenkomstig het bepaalde in artikel 10.

2. De Staten die Partij zijn wijzen na overleg overheden en organen die bevoegd zijn voor het waterbeheer in het deel van het Prespa-park dat op hun grondgebied ligt, aan als leden van deze Werkgroep, en stellen de voorzitter van het Beheerscomité van het Prespa-park hiervan op de hoogte.

3. De Werkgroep voor Waterbeheer doet aanbevelingen, uitgaande van de beginselen van geïntegreerd beheer van stroomgebieden, zoals omschreven in de EU Kaderrichtlijn Water (2000/60/EG), en legt deze ter goedkeuring aan het Beheerscomité voor.

4. De specifieke taken en het mandaat van de Werkgroep worden na overleg vastgesteld door de Staten die Partij zijn.

5. De bedrijfskosten van de Werkgroep voor Waterbeheer (deelname aan en organisatie van vergaderingen) zijn voor een periode van vier jaar na inwerkingtreding van deze Overeenkomst voor rekening van het Griekse ministerie van milieu, energie en klimaatverandering.

Artikel 15 – Kosten van gezamenlijke organen

1. De uitvoering van het werkplan van het Beheerscomité van het Prespa-park wordt gefinancierd uit regelmatige jaarlijkse bijdragen van de Partijen en andere bronnen.

2. Elke Partij draagt in beginsel de kosten van de deelname van de nationale leden aan de vergaderingen van het Comité, het Secretariaat en de werkgroepen, met uitzondering van de in artikel 14, lid 5, genoemde kosten.

3. De Partij van de Staat waar het Comité vergadert, draagt de kosten voor de organisatie ervan.

4. Het secretariaat stelt jaarlijks een begroting met zijn kosten op en legt deze ter goedkeuring aan het Comité voor; de begroting wordt gefinancierd uit regelmatige jaarlijkse bijdragen van de Partijen en andere bronnen. Kantoorvoorzieningen worden verstrekt door de Partij van de Staat waar het secretariaat is gevestigd; normaliter vallen deze kosten buiten de begroting.

Deel vier – Geschillenregeling

Artikel 16

In geval van geschillen tussen de Partijen over de uitlegging of toepassing van deze Overeenkomst de Partijen een oplossing zoeken via onderhandelingen of via een andere, voor hen aanvaardbare internationale geschillenregeling.

Deel vijf – Slotbepalingen

Artikel 17 – Wijziging van de Overeenkomst

1. Elke Partij kan wijzigingen op deze Overeenkomst voorstellen.

2. Elke wijziging op deze Overeenkomst wordt bij consensus aangenomen. Wijzigingen treden in werking overeenkomstig de in artikel 18, lid 2, uiteengezette procedure.

Artikel 18 – Inwerkingtreding

1. Deze Overeenkomst dient geratificeerd te worden overeenkomstig de nationale procedures van elke Partij.

2. Deze Overeenkomst treedt in werking op de dag na ontvangst van de laatste schriftelijke mededeling waarmee de Partijen elkaar op de hoogte stellen van de ratificatie van de Overeenkomst.

Artikel 19 – Verhouding tot andere overeenkomsten

1. Deze Overeenkomst tast in genen dele de rechten of verplichtingen aan van een Partij die voortvloeien uit enige overeenkomst die geldt op de dag waarop deze Overeenkomst in werking treedt. Deze Overeenkomst tast in genen dele de uit EU-wetgeving voortvloeiende rechten of verplichtingen van een Partij aan.

2. Voor de uitvoering van deze Overeenkomst mogen Partijen bi- of trilaterale overeenkomsten of regelingen aangaan, mits zij niet in strijd zijn met deze Overeenkomst.

Artikel 20 – Duur en opzegging

Deze Overeenkomst blijft voor onbepaalde tijd van kracht, tenzij één van de Partijen via diplomatieke kanalen haar wens tot opzegging te kennen geeft, in welk geval de Overeenkomst zes maanden na de datum van die opzegging komt te vervallen. Tenzij anderszins overeengekomen is de beëindiging niet van invloed op de geldigheid van lopende regelingen of projecten uit hoofde van deze Overeenkomst.

Gedaan te Pyli, op 2 februari 2010, in vier originele in het Engels gestelde exemplaren, die ieder gelijkelijk authentiek zijn.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, daartoe naar behoren gemachtigd, deze Overeenkomst hebben ondertekend.

[1] Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid, PB L 327 van 22.12.2000.

[2] Artikel 3, lid 5, van Richtlijn 2000/60/EG.

[3] Besluit van de Raad van 27 juni 2006 inzake de deelname van de Europese Gemeenschap aan onderhandelingen voor het sluiten van internationale stroomgebiedovereenkomsten die tot doel hebben de samenwerking te verbeteren in Europese stroomgebieden die door bepaalde lidstaten en derde landen worden gedeeld.

[4] Albanië, de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië en Griekenland.

[5] Besluit van de Raad van 24 november 1997 betreffende de sluiting van het Verdrag inzake samenwerking voor de bescherming en het duurzaam gebruik van de Donau, PB L 342 van 12.12.1997.

[6] Besluit van de Raad van 7 november 2000 betreffende de sluiting namens de Gemeenschap van het Verdrag inzake de bescherming van de Rijn, PB L 289 van 16.11.2000.

[7] PB C […] van […], blz. […].

[8] PB C […] van […], blz. […].

[9] Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid, PB L 327 van 22.12.2000.

[10] Besluit van de Raad van 27 juni 2006 inzake de deelname van de Europese Gemeenschap aan onderhandelingen voor het sluiten van internationale stroomgebiedovereenkomsten die tot doel hebben de samenwerking te verbeteren in Europese stroomgebieden die door bepaalde lidstaten en derde landen worden gedeeld.

Top