EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52010PC0199

Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de ondertekening van de overeenkomst tussen de Europese Unie en Georgië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

/* COM/2010/0199 def. - NLE 2010/0107 */

52010PC0199

Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de ondertekening van de overeenkomst tussen de Europese Unie en Georgië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven /* COM/2010/0199 def. - NLE 2010/0107 */


NL

Brussel, 5.5.2010

COM(2010)199 definitief

2010/0107 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

betreffende de ondertekening van de overeenkomst tussen de Europese Unie

en Georgië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

TOELICHTING

I. Politiek en juridisch kader

Na het conflict in Georgië van augustus 2008 heeft de buitengewone Europese Raad van 1 september 2008 in Brussel besloten "de betrekkingen met Georgië aan te halen, onder meer door een versoepeling van de visumverstrekking". Overeenkomstig de gemeenschappelijke aanpak voor de ontwikkeling van het EU-beleid inzake de versoepeling van de visumplicht, die in december 2005 door de Coreper is vastgesteld, wordt in principe geen visumversoepelingsovereenkomst gesloten als er geen overnameovereenkomst is.

Op 27 november 2008 machtigde de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken de Commissie te onderhandelen over een overnameovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en Georgië. In februari 2009 stuurde de Commissie een ontwerptekst aan de Georgische autoriteiten en op 2 april 2009 vond in Brussel de eerste formele onderhandelingsronde plaats. Daarna vonden nog twee formele onderhandelingsronden plaats, de laatste op 24-25 augustus 2009, in Brussel.

Nadat aan beide kanten een raadplegings- en goedkeuringsprocedure was doorlopen en enkele punten verder waren opgehelderd, werd de tekst op 25 november 2009 in Brussel geparafeerd door de hoofdonderhandelaars van beide partijen.

De lidstaten zijn gedurende alle (informele en formele) fasen van de onderhandelingen regelmatig op de hoogte gehouden en geraadpleegd over de overnameovereenkomst.

Voor de Unie is artikel 79, lid 3, juncto artikel 218 VWEU de rechtsgrondslag voor de overeenkomst.

Het bijgevoegde voorstel is het juridische instrument voor de ondertekening van de overnameovereenkomst. De Raad besluit met gekwalificeerde meerderheid van stemmen. Overeenkomstig artikel 218, lid 6, onder a), VWEU moet het Europees Parlement instemmen met de sluiting van de overeenkomst.

II. Onderhandelingsresultaten

De Commissie is van oordeel dat de door de Raad in zijn onderhandelingsrichtsnoeren vastgestelde doelstellingen zijn bereikt en dat de ontwerp-overnameovereenkomst aanvaardbaar is voor de Unie.

De overeenkomst houdt uiteindelijk het volgende in:

- de overeenkomst omvat 8 afdelingen met in totaal 24 artikelen. Zij telt tevens zes bijlagen, die een integrerend onderdeel ervan uitmaken, alsmede vier gemeenschappelijke verklaringen;

- de in de overeenkomst vervatte overnameverplichtingen (artikelen 2 tot en met 5) zijn op basis van volledige wederkerigheid opgesteld en hebben betrekking op eigen onderdanen (artikelen 2 en 4) alsook op onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikelen 3 en 5);

- de verplichting tot overname van eigen onderdanen geldt ook ten aanzien van gewezen eigen onderdanen die afstand hebben gedaan van hun nationaliteit, die hun nationaliteit hebben verloren of wier nationaliteit hun is ontnomen, zonder dat zij de nationaliteit van een andere staat hebben verworven;

- de verplichting tot overname van eigen onderdanen geldt ook met betrekking tot gezinsleden (d.w.z. de echtgeno(o)t(e) en minderjarige ongehuwde kinderen), ongeacht hun nationaliteit, die geen zelfstandig verblijfsrecht in de verzoekende staat hebben;

- aan de verplichting tot overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen (artikelen 3 en 5) zijn de volgende voorwaarden verbonden: a) de betrokken persoon moet op het moment van de overnameverzoek in het bezit zijn van een geldig visum of een geldige verblijfsvergunning, afgegeven door de aangezochte staat, of b) de betrokken persoon moet het grondgebied van de verzoekende staat rechtstreeks vanuit de aangezochte staat illegaal zijn binnengekomen. Vrijgesteld van deze verplichting zijn personen in luchthaventransit en alle personen aan wie de verzoekende staat een visum of verblijfsvergunning heeft afgegeven vóór of na binnenkomst op zijn grondgebied;

- zowel voor eigen onderdanen als voor onderdanen van derde landen of staatloze personen aanvaardt Georgië, ingeval een vastgestelde termijn is verstreken, het gebruik van het standaardreisdocument van de EU voor verwijderingsdoeleinden (artikel 2, lid 5, en artikel 3, lid 3);

- afdeling III van de overeenkomst (de artikelen 6 tot en met 12, junctis de bijlagen 1 tot en met 5) bevat de nodige technische bepalingen met betrekking tot de overnameprocedure (overnameverzoek, bewijsmiddelen, termijnen, wijze van overdracht en wijze van vervoer) en 'onterechte overname' (artikel 12). De procedure vertoont enige soepelheid omdat er geen overnameverzoek vereist is wanneer de over te nemen persoon in het bezit is van een geldig reisdocument of een geldige identiteitskaart (artikel 6, lid 2);

- artikel 6, lid 3, van de overeenkomst regelt de zogeheten versnelde procedure, die wordt toegepast op personen die worden aangehouden in de grensregio, d.w.z. binnen een gebied van vijf kilometer van het grondgebied van zeehavens (met inbegrip van douanezones) en van internationale luchthavens van de lidstaten of van Georgië. In het kader van de versnelde procedure moet een overnameverzoek binnen twee dagen worden ingediend en binnen twee werkdagen worden beantwoord; bij de normale procedure bedraagt de termijn om een overnameverzoek te beantwoorden twaalf kalenderdagen;

- de overeenkomst bevat een afdeling over doorgeleiding (de artikelen 13 en 14, juncto bijlage 6);

- de artikelen 15, 16 en 17 bevatten de nodige regels inzake kosten, gegevensbescherming en de verhouding tot andere internationale verplichtingen;

- artikel 18 bepaalt op welke wijze het Gemengd Comité overname wordt samengesteld en welke zijn taken en bevoegdheden zijn;

- om de toepassing van deze overeenkomst te vergemakkelijken, biedt artikel 19 Georgië en de afzonderlijke lidstaten de mogelijkheid om bilaterale uitvoeringsprotocollen te sluiten. De verhouding tussen de bilaterale uitvoeringsprotocollen en deze overeenkomst wordt in artikel 20 nader omschreven;

- de slotbepalingen (de artikelen 21 tot en met 24) bevatten regels inzake de inwerkingtreding, de looptijd, eventuele wijzigingen en de beëindiging van de overeenkomst alsook inzake de juridische status van de bijlagen daarbij;

- de specifieke situatie van Denemarken komt tot uiting in de preambule, in artikel 1, onder d), in artikel 21, lid 2, en in een aan deze overeenkomst gehechte gemeenschappelijke verklaring. Ook de nauwe betrokkenheid van Noorwegen, IJsland en Zwitserland bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis komt tot uiting in een aan de overeenkomst gehechte gemeenschappelijke verklaring.

III. Conclusies

Rekening houdend met de hierboven beschreven resultaten, stelt de Commissie voor dat de Raad:

- besluit dat de overeenkomst namens de Unie wordt ondertekend en de voorzitter van de Raad machtigt om de persoon (personen) aan te wijzen die gemachtigd wordt (worden) de overeenkomst namens de Unie te ondertekenen.

2010/0107 (NLE)

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

van [ ... ]

betreffende de ondertekening van de overeenkomst tussen de Europese Unie

en Georgië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie,

Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 79, lid 3, juncto artikel 218, lid 5,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Op 27 november 2008 heeft de Raad de Commissie gemachtigd onderhandelingen met Georgië te beginnen over de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven. De onderhandelingen werden op 25 november 2009 succesvol afgerond met de parafering van de overeenkomst.

(2) De overeenkomst dient te worden ondertekend door de onderhandelaar namens de Europese Unie, onder voorbehoud van de sluiting ervan op een later tijdstip.

(3) Overeenkomstig artikel 3 van het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, heeft het Verenigd Koninkrijk meegedeeld dat het wenst deel te nemen aan de aanneming en de toepassing van dit besluit.

(4) Overeenkomstig artikel 3 van het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en onverminderd artikel 4 van genoemd protocol, neemt Ierland niet deel aan de aanneming van dit besluit; dit besluit is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing in Ierland.

(5) Overeenkomstig de artikelen 1 en 2 van het Protocol betreffende de positie van Denemarken, dat is gehecht aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, neemt Denemarken niet deel aan de aanneming van dit besluit; dit besluit is bijgevolg niet bindend voor, noch van toepassing in Denemarken,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

De Commissie wordt gemachtigd om namens de Europese Unie de overeenkomst tussen de Europese Unie en Georgië inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven, te ondertekenen en om de personen aan te wijzen die worden gemachtigd om hun handtekening te zetten.

De tekst van de te ondertekenen overeenkomst is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel,

Voor de Raad

De voorzitter

[…]

BIJLAGE

OVEREENKOMST

tussen de Europese Unie en Georgië

inzake de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

DE HOGE VERDRAGSLUITENDE PARTIJEN,

DE EUROPESE UNIE, hierna "de Unie" genoemd,

en

GEORGIË,

VASTBESLOTEN hun samenwerking te versterken teneinde illegale immigratie doeltreffender te bestrijden,

VERLANGEND door middel van deze overeenkomst en op basis van wederkerigheid snelle en doeltreffende procedures vast te stellen voor de identificatie en de veilige en ordelijke overdracht van personen die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van Georgië of een van de lidstaten van de Europese Unie, en de doorgeleiding van dergelijke personen in een geest van samenwerking te vergemakkelijken,

EROP WIJZEND dat deze overeenkomst geen afbreuk doet aan de rechten, verplichtingen en verantwoordelijkheden van de Unie, haar lidstaten en Georgië die voortvloeien uit het internationaal recht en met name uit het Europees Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en het Verdrag van 28 juli 1951 betreffende de status van vluchtelingen, als gewijzigd bij het protocol van 31 januari 1967,

OVERWEGENDE dat de bepalingen van deze overeenkomst, die onder de werkingssfeer van titel V van het derde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie valt, niet van toepassing zijn op het Verenigd Koninkrijk en Ierland, tenzij deze landen overeenkomstig het Protocol betreffende de positie van het Verenigd Koninkrijk en Ierland ten aanzien van de ruimte van vrijheid, veiligheid en recht, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht, te kennen geven dat zij wensen deel te nemen aan de overeenkomst,

OVERWEGENDE dat de bepalingen van deze overeenkomst, die onder de werkingssfeer van titel V van het derde deel van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie valt, niet van toepassing zijn op het Koninkrijk Denemarken overeenkomstig het Protocol betreffende de positie van Denemarken, dat aan het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is gehecht,

ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN:

Artikel 1

Definities

In deze overeenkomst wordt verstaan onder:

a) "overeenkomstsluitende partijen": Georgië en de Unie;

b) "onderdaan van Georgië": elke persoon die het staatsburgerschap van Georgië bezit;

c) "onderdaan van een lidstaat": elke persoon die de nationaliteit van een lidstaat bezit, in de zin van de definitie van de Unie;

d) "lidstaat": elke lidstaat van de Europese Unie, met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk, Ierland en het Koninkrijk Denemarken;

e) "onderdaan van een derde land": iedere persoon die een andere nationaliteit bezit dan die van Georgië of een van de lidstaten;

f) "staatloze persoon": een persoon die van geen enkel land de nationaliteit bezit;

g) "verblijfsvergunning": een door Georgië of een van de lidstaten afgegeven vergunning, ongeacht van welke aard, die een persoon het recht geeft om op het grondgebied van Georgië respectievelijk een van de lidstaten te verblijven. Hieronder vallen niet de tijdelijke vergunningen om op het grondgebied van een van die staten te verblijven in verband met de behandeling van een asielverzoek of een aanvraag van een verblijfsvergunning;

h) "visum": een door Georgië of een van de lidstaten afgegeven vergunning of genomen beslissing die vereist is om het grondgebied van Georgië respectievelijk een van de lidstaten binnen te komen of door te reizen. Luchthaventransitvisa vallen hier niet onder;

i) "verzoekende staat": de staat (Georgië of een van de lidstaten) die een overnameverzoek in de zin van artikel 7 of een doorgeleidingsverzoek in de zin van artikel 14 van deze overeenkomst indient;

j) "aangezochte staat": de staat (Georgië of een van de lidstaten) waaraan een overnameverzoek in de zin van artikel 7 of een doorgeleidingsverzoek in de zin van artikel 14 van deze overeenkomst is gericht;

k) "bevoegde autoriteit": elke nationale autoriteit van Georgië of van een van de lidstaten die is belast met de uitvoering van deze overeenkomst op basis van artikel 19, lid 1, onder a);

l) "doorgeleiding": de doorreis van een onderdaan van een derde land of een staatloze persoon over het grondgebied van de aangezochte staat op weg van de verzoekende staat naar het land van bestemming;

m) "grensregio": een maximaal 5 kilometer breed gebied vanaf het grondgebied van zeehavens, met inbegrip van douanezones, en internationale luchthavens van de lidstaten en Georgië.

Afdeling I

Overnameverplichtingen voor Georgië

Artikel 2

Overname van eigen onderdanen

1. Georgië neemt, op verzoek van een lidstaat en zonder andere formaliteiten dan die welke in deze overeenkomst zijn genoemd, alle personen over die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van de verzoekende lidstaat, mits wordt aangetoond of op basis van prima facie bewijs aannemelijk kan worden gemaakt dat zij onderdaan zijn van Georgië.

2. Georgië neemt ook de volgende personen over:

– minderjarige ongehuwde kinderen van de in lid 1 vermelde personen, ongeacht hun geboorteplaats of nationaliteit, tenzij zij een zelfstandig verblijfsrecht in de verzoekende lidstaat hebben of over een door een andere lidstaat afgegeven geldige verblijfsvergunning beschikken;

– echtgenoten van de in lid 1 vermelde personen die een andere nationaliteit bezitten, mits zij het recht hebben of krijgen om op het grondgebied van Georgië binnen te komen en te verblijven, tenzij zij een zelfstandig verblijfsrecht in de verzoekende lidstaat hebben of over een door een andere lidstaat afgegeven geldige verblijfsvergunning beschikken.

3. Georgië neemt ook personen over aan wie de nationaliteit van Georgië is ontnomen, die hun nationaliteit hebben verloren of die daarvan afstand hebben gedaan sinds zij het grondgebied van een lidstaat zijn binnengekomen, tenzij die personen ten minste een naturalisatietoezegging van die lidstaat hebben gekregen.

4. Nadat Georgië het overnameverzoek heeft ingewilligd, verstrekt de ter zake bevoegde diplomatieke of consulaire post van Georgië de over te nemen persoon, ongeacht diens wil, onverwijld en uiterlijk binnen drie werkdagen het voor zijn terugkeer vereiste reisdocument met een geldigheidsduur van negentig dagen. Indien Georgië niet binnen drie werkdagen het reisdocument heeft afgegeven, wordt het geacht in te stemmen met het gebruik van het standaardreisdocument van de EU voor verwijderingsdoeleinden [1].

5. Indien de betrokken persoon om juridische of feitelijke redenen niet binnen de geldigheidstermijn van het oorspronkelijk afgegeven reisdocument kan worden overgedragen, verlengt de bevoegde diplomatieke of consulaire post van Georgië binnen drie werkdagen de geldigheidstermijn van het reisdocument of verstrekt hij zo nodig een nieuw reisdocument met dezelfde geldigheidstermijn. Indien Georgië niet binnen drie werkdagen het nieuwe reisdocument heeft afgegeven of de geldigheidsduur heeft verlengd, wordt het geacht in te stemmen met het gebruik van het standaardreisdocument van de EU voor verwijderingsdoeleinden [2].

Artikel 3

Overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen

1. Georgië neemt, op verzoek van een lidstaat en zonder andere formaliteiten dan die welke in deze overeenkomst zijn genoemd, alle onderdanen van derde landen en staatloze personen over die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van de verzoekende lidstaat, mits wordt aangetoond of op basis van prima facie bewijs aannemelijk kan worden gemaakt dat de betrokkene:

a) op het ogenblik van de indiening van het overnameverzoek in het bezit is van een door Georgië afgegeven geldig visum of geldige verblijfsvergunning; of

b) het grondgebied van de lidstaten illegaal en rechtstreeks is binnengekomen na verblijf op of doorreis via het grondgebied van Georgië.

2. De in lid 1 bedoelde overnameplicht is niet van toepassing wanneer:

a) de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon slechts in luchthaventransit is geweest via een internationale luchthaven in Georgië; of

b) de verzoekende lidstaat aan de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon vóór of na de binnenkomst op zijn grondgebied een visum of verblijfsvergunning heeft afgegeven, tenzij

– die persoon in het bezit is van een door Georgië afgegeven visum of verblijfsvergunning met een langere geldigheidstermijn, of

– het visum dat of de verblijfsvergunning die door de verzoekende lidstaat is afgegeven, verkregen is door gebruikmaking van nagemaakte of vervalste documenten of door middel van valse verklaringen, of

– die persoon niet aan de aan het visum verbonden voorwaarden voldoet;

c) de onderdaan van een derde land of staatloze persoon door de aangezochte staat is uitgewezen naar zijn land van herkomst of naar een derde staat.

3. Nadat Georgië het overnameverzoek heeft ingewilligd, verstrekt het de over te nemen persoon onverwijld en uiterlijk binnen drie werkdagen een reisdocument voor verwijderingsdoeleinden. Indien Georgië niet binnen drie werkdagen het reisdocument heeft afgegeven, wordt het geacht in te stemmen met het gebruik van het standaardreisdocument van de EU voor verwijderingsdoeleinden.

Afdeling II

Overnameverplichtingen voor de Unie

Artikel 4

Overname van eigen onderdanen

1. Een lidstaat neemt, op verzoek van Georgië en zonder andere formaliteiten dan die welke in deze overeenkomst zijn genoemd, alle personen over die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van Georgië, mits wordt aangetoond of op basis van prima facie bewijs aannemelijk kan worden gemaakt dat zij onderdaan zijn van die lidstaat.

2. Een lidstaat neemt ook de volgende personen over:

– minderjarige ongehuwde kinderen van de in lid 1 vermelde personen, ongeacht hun geboorteplaats of nationaliteit, tenzij zij een zelfstandig verblijfsrecht in Georgië hebben;

– echtgenoten van de in lid 1 vermelde personen die een andere nationaliteit bezitten, mits zij het recht hebben of krijgen om op het grondgebied van de aangezochte lidstaat binnen te komen en te verblijven, tenzij zij een zelfstandig verblijfsrecht in Georgië hebben.

3. Een lidstaat neemt ook personen over aan wie de nationaliteit van een lidstaat is ontnomen of die daarvan afstand hebben gedaan sinds zij het grondgebied van Georgië zijn binnengekomen, tenzij die personen ten minste een naturalisatietoezegging van Georgië hebben gekregen.

4. Nadat de aangezochte lidstaat het overnameverzoek heeft ingewilligd, verstrekt de ter zake bevoegde diplomatieke of consulaire post van die lidstaat de over te nemen persoon, ongeacht diens wil, onverwijld en uiterlijk binnen drie werkdagen het voor zijn terugkeer vereiste reisdocument met een geldigheidsduur van negentig dagen. Indien de aangezochte lidstaat niet binnen drie werkdagen het reisdocument heeft afgegeven, wordt hij geacht in te stemmen met het gebruik van het Georgische standaardreisdocument voor verwijderingsdoeleinden.

5. Indien de betrokken persoon om juridische of feitelijke redenen niet binnen de geldigheidstermijn van het oorspronkelijk afgegeven reisdocument kan worden overgedragen, verlengt de bevoegde diplomatieke of consulaire post van de aangezochte lidstaat binnen drie werkdagen de geldigheidstermijn van het reisdocument of verstrekt hij zo nodig een nieuw reisdocument met dezelfde geldigheidstermijn. Indien de aangezochte lidstaat niet binnen drie werkdagen het nieuwe reisdocument heeft afgegeven of de geldigheidsduur heeft verlengd, wordt hij geacht in te stemmen met het gebruik van het Georgische standaardreisdocument voor verwijderingsdoeleinden.

Artikel 5

Overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen

1. Een lidstaat neemt, op verzoek van Georgië en zonder andere formaliteiten dan die welke in deze overeenkomst zijn genoemd, alle onderdanen van derde landen en staatloze personen over die niet of niet meer voldoen aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf op het grondgebied van Georgië, mits wordt aangetoond of op basis van prima facie bewijs aannemelijk kan worden gemaakt dat de betrokkene:

a) op het ogenblik van de indiening van het overnameverzoek in het bezit is van een door de aangezochte lidstaat afgegeven geldig visum of geldige verblijfsvergunning; of

b) het grondgebied van Georgië illegaal is binnengekomen na verblijf op of doorreis over het grondgebied van de aangezochte lidstaat.

2. De in lid 1 bedoelde overnameplicht is niet van toepassing wanneer:

a) de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon slechts in luchthaventransit is geweest via een internationale luchthaven in de aangezochte lidstaat; of

b) Georgië aan de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon vóór of na de binnenkomst op zijn grondgebied een visum of verblijfsvergunning heeft afgegeven, tenzij

– die persoon in het bezit is van een door de aangezochte lidstaat afgegeven visum of verblijfsvergunning met een langere geldigheidstermijn, of

– het visum dat of de verblijfsvergunning die door Georgië is afgegeven, is verkregen door gebruikmaking van nagemaakte of vervalste documenten of door middel van valse verklaringen, of

– die persoon niet aan de aan het visum verbonden voorwaarden voldoet;

c) de onderdaan van een derde land of staatloze persoon door de aangezochte lidstaat is uitgewezen naar zijn land van herkomst of naar een derde staat.

3. De in lid 1 vervatte overnameverplichting rust op de lidstaat die een visum of verblijfsvergunning heeft afgegeven. Indien twee of meer lidstaten een visum of verblijfsvergunning hebben afgegeven, rust de in lid 1 bedoelde overnameverplichting op de lidstaat die het document met de langste geldigheidsduur heeft afgegeven of, indien een of meer daarvan reeds zijn vervallen, het document dat nog steeds geldig is. Indien alle documenten reeds zijn vervallen, rust de in lid 1 bedoelde overnameverplichting op de lidstaat die het document met de meest recente vervaldatum heeft afgegeven. Indien dergelijke documenten niet kunnen worden overgelegd, rust de in lid 1 bedoelde overnameverplichting op de lidstaat waarvan het grondgebied op de meest recente datum is verlaten.

4. Nadat de aangezochte lidstaat het overnameverzoek heeft ingewilligd, verstrekt hij de over te nemen persoon onverwijld en uiterlijk binnen drie werkdagen een reisdocument voor verwijderingsdoeleinden. Indien de lidstaat niet binnen drie werkdagen het reisdocument heeft afgegeven, wordt hij geacht in te stemmen met het gebruik van het Georgische standaardreisdocument voor verwijderingsdoeleinden.

Afdeling III

Overnameprocedure

Artikel 6

Beginselen

1. Onder voorbehoud van het bepaalde in lid 2, wordt voor elke overdracht van een op grond van een verplichting als bedoeld in de artikelen 2 tot en met 5 over te nemen persoon een overnameverzoek ingediend bij de bevoegde autoriteit van de aangezochte staat.

2. Indien de over te nemen persoon in het bezit is van een geldig reisdocument of een geldige identiteitskaart kan de overdracht plaatsvinden zonder dat de verzoekende staat bij de bevoegde autoriteit van de aangezochte staat een overnameverzoek of schriftelijke mededeling als bedoeld in artikel 11, lid 1, hoeft in te dienen.

3. Onverminderd lid 2 kan de verzoekende staat, indien een persoon in de grensregio (met inbegrip van luchthavens) van de verzoekende staat is aangehouden nadat hij op illegale wijze de grens heeft overschreden rechtstreeks komend van het grondgebied van de aangezochte staat, binnen twee dagen na de aanhouding van deze persoon een overnameverzoek indienen (versnelde procedure).

Artikel 7

Overnameverzoek

1. Het overnameverzoek bevat, voor zover mogelijk, de volgende gegevens:

(a) de persoonsgegevens van de over te nemen persoon (bv. naam, voornamen, geboortedatum en zo mogelijk geboorteplaats en laatste verblijfplaats) en, in voorkomend geval, de persoonsgegevens van minderjarige ongehuwde kinderen en/of echtgeno(o)t(e);

(b) voor eigen onderdanen: vermelding van de middelen waarmee het bewijs van of het prima facie bewijs inzake de nationaliteit zal worden geleverd;

(c) voor onderdanen van derde landen en staatloze personen: vermelding van de middelen waarmee het bewijs van of het prima facie bewijs inzake het voldoen aan de voorwaarden voor de overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen, de illegale binnenkomst en het illegale verblijf zal worden geleverd;

(d) een foto van de over te nemen persoon;

(e) vingerafdrukken.

2. Het overnameverzoek bevat, voor zover mogelijk, ook de volgende gegevens:

(f) een verklaring waaruit blijkt dat de over te dragen persoon hulp of verzorging nodig kan hebben, mits de betrokken persoon uitdrukkelijk met die verklaring heeft ingestemd;

(g) andere beschermings- of veiligheidsmaatregelen dan wel gegevens over de gezondheid van de persoon die voor de overdracht van die persoon nodig kunnen zijn.

3. Een gemeenschappelijk formulier voor overnameverzoeken is in bijlage 5 bij deze overeenkomst opgenomen.

4. Een overnameverzoek kan met behulp van elk communicatiemiddel worden ingediend, ook elektronisch.

Artikel 8

Bewijsmiddelen met betrekking tot de nationaliteit

1. Het bewijs van de nationaliteit in de zin van artikel 2, lid 1, en artikel 4, lid 1, kan met name worden geleverd door middel van de in bijlage 1 vermelde documenten, ook indien de geldigheidsduur ervan is verstreken, mits dit niet langer dan zes maanden is. Wanneer dergelijke documenten worden overgelegd, erkennen de lidstaten en Georgië de nationaliteit zonder dat daarvoor verder onderzoek wordt verlangd. Het bewijs van de nationaliteit kan niet door middel van valse documenten worden geleverd.

2. Prima facie bewijs van de nationaliteit in de zin van artikel 2, lid 1, en artikel 4, lid 1, kan met name worden geleverd door middel van de in bijlage 2 vermelde documenten, ook indien de geldigheidsduur ervan is verstreken. Wanneer dergelijke documenten worden overgelegd, nemen de lidstaten en Georgië aan dat de nationaliteit is vastgesteld, tenzij zij het tegendeel kunnen bewijzen. Valse documenten kunnen niet als prima facie bewijs inzake de nationaliteit dienen.

3. Indien geen van de in bijlage 1 of 2 vermelde documenten kan worden overgelegd, of als deze ontoereikend zijn, neemt de bevoegde diplomatieke en consulaire vertegenwoordiging van de betrokken aangezochte staat op basis van een in het overnameverzoek opgenomen verzoek daartoe, de nodige maatregelen om de over te nemen persoon onverwijld en uiterlijk binnen vier werkdagen na ontvangst van het overnameverzoek te ondervragen teneinde diens nationaliteit vast te stellen. De procedure voor dergelijke ondervragingen kan worden vastgesteld in de op basis van artikel 19 vastgestelde uitvoeringsprotocollen.

Artikel 9

Bewijsmiddelen met betrekking tot onderdanen van derde landen en staatloze personen

1. Het bewijs dat is voldaan aan de in artikel 3, lid 1, en artikel 5, lid 1, vermelde voorwaarden voor overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen kan met name worden geleverd door middel van de in bijlage 3 vermelde bewijsmiddelen; dit bewijs kan niet door middel van valse documenten worden geleverd. Het bewijs wordt door de lidstaten en Georgië zonder verder onderzoek erkend.

2. Prima facie bewijs dat is voldaan aan de in artikel 3, lid 1, en artikel 5, lid 1, vermelde voorwaarden voor overname van onderdanen van derde landen en staatloze personen kan met name worden geleverd door middel van de in bijlage 4 vermelde bewijsmiddelen; dit bewijs kan niet door middel van valse documenten worden geleverd. Wanneer prima facie bewijsmateriaal wordt overgelegd, nemen de lidstaten en Georgië aan dat aan de voorwaarden is voldaan, tenzij zij het tegendeel kunnen bewijzen.

3. Het illegale karakter van de binnenkomst, de aanwezigheid of het verblijf wordt vastgesteld aan de hand van de reisdocumenten van de betrokken persoon waarin het vereiste visum of de vereiste verblijfsvergunning voor het grondgebied van de verzoekende staat ontbreekt. Een verklaring van de verzoekende staat dat de betrokken persoon niet in het bezit was van de vereiste reisdocumenten, het vereiste visum of de vereiste verblijfsvergunning kan evenzo als prima facie bewijs dienen voor het illegale karakter van de binnenkomst, de aanwezigheid of het verblijf.

Artikel 10

Termijnen

1. Het overnameverzoek moet bij de bevoegde autoriteit van de aangezochte staat worden ingediend uiterlijk zes maanden nadat de bevoegde autoriteit van de verzoekende staat kennis heeft gekregen van het feit dat een onderdaan van een derde land of een staatloze persoon niet of niet meer aan de voorwaarden voor binnenkomst, aanwezigheid of verblijf voldoet. Indien er juridische of praktische belemmeringen zijn waardoor het verzoek niet tijdig kan worden ingediend, wordt de termijn op verzoek van de verzoekende staat verlengd, doch uiterlijk totdat de belemmeringen zijn opgeheven.

2. Het overnameverzoek moet schriftelijk worden beantwoord

– binnen twee werkdagen wanneer het overnameverzoek in het kader van de versnelde procedure is ingediend (artikel 6, lid 3);

– binnen twaalf kalenderdagen in alle overige gevallen.

Deze termijn begint te lopen vanaf de datum van ontvangst van het overnameverzoek. Wordt binnen deze termijn niet geantwoord, dan wordt aangenomen dat met de overdracht wordt ingestemd.

3. De afwijzing van een overnameverzoek wordt schriftelijk gemotiveerd.

4. Nadat de instemming is gegeven of, in voorkomend geval, na het verstrijken van de in lid 2 bedoelde termijnen wordt de betrokken persoon binnen drie maanden overgedragen. Deze termijn kan op verzoek van de verzoekende staat worden verlengd met de periode die nodig is om juridische of praktische belemmeringen op te heffen.

Artikel 11

Wijze van overdracht en van vervoer

1. Onverminderd artikel 6, lid 2, stellen de bevoegde autoriteiten van de verzoekende staat de bevoegde autoriteiten van de aangezochte staat ten minste drie werkdagen voordat een persoon wordt overgedragen schriftelijk in kennis van de datum van overdracht, de plaats van binnenkomst, eventuele begeleiders en andere voor de overdracht relevante informatie.

2. Vervoer kan plaatsvinden door de lucht of over land. Bij overdracht door de lucht hoeft niet uitsluitend gebruik te worden gemaakt van de nationale luchtvaartmaatschappijen van Georgië of de lidstaten; er kan ook gebruik worden gemaakt van lijnvluchten of, in het geval van onderdanen van de aangezochte staat, chartervluchten. In het geval van begeleide overdracht mogen naast de gemachtigde personen van de verzoekende staat ook gemachtigde personen uit Georgië of een van de lidstaten de over te dragen persoon begeleiden.

Artikel 12

Onterechte overname

De verzoekende staat neemt een persoon die door de aangezochte staat is overgenomen terug, indien binnen zes maanden, en in geval van onderdanen van derde landen of staatloze personen binnen twaalf maanden na de overdracht van de betrokken persoon wordt vastgesteld dat niet is voldaan aan de voorwaarden van de artikelen 2 tot en met 5.

In dergelijke gevallen zijn mutatis mutandis de procedurevoorschriften van deze overeenkomst van toepassing en worden tevens alle beschikbare gegevens met betrekking tot de werkelijke identiteit en nationaliteit van de terug te nemen persoon meegedeeld.

Afdeling IV

Doorgeleiding

Artikel 13

Beginselen

1. De lidstaten en Georgië moeten doorgeleiding van onderdanen van derde landen en staatloze personen beperken tot gevallen waarin die personen niet rechtstreeks aan de staat van bestemming kunnen worden overgedragen.

2. Georgië staat de doorgeleiding van onderdanen van derde landen en staatloze personen over zijn grondgebied toe indien een lidstaat daarom verzoekt, en een lidstaat staat de doorgeleiding van onderdanen van derde landen en staatloze personen over zijn grondgebied toe indien Georgië daarom verzoekt, wanneer de verdere reis in eventuele andere staten van doorgeleiding en de overname door de staat van bestemming verzekerd zijn.

3. Doorgeleiding kan door Georgië of een lidstaat worden geweigerd:

(h) indien de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon een reëel gevaar loopt in de staat van bestemming of een andere staat van doorgeleiding te worden onderworpen aan marteling, aan onmenselijke of vernederende behandeling of bestraffing, aan de doodstraf of aan vervolging op grond van ras, godsdienst, nationaliteit, lidmaatschap van een bepaalde sociale groep, of politieke overtuiging; of

(i) indien de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon in de aangezochte staat of een andere staat van doorgeleiding blootstaat aan strafrechtelijke sancties; of

(j) om redenen van volksgezondheid, binnenlandse veiligheid, openbare orde of andere nationale belangen van de aangezochte staat.

4. Georgië of een lidstaat kan elke afgegeven vergunning intrekken indien zich later omstandigheden zoals bedoeld in lid 3 voordoen die de doorgeleiding belemmeren of indien de verdere reis in eventuele staten van doorreis of de overname door de staat van bestemming niet meer gewaarborgd is. In dat geval neemt de verzoekende staat de onderdaan van een derde land of de staatloze persoon zo nodig onverwijld terug.

Artikel 14

Doorgeleidingsprocedure

1. Een doorgeleidingsverzoek moet schriftelijk worden ingediend bij de bevoegde autoriteit van de aangezochte staat en moet de volgende gegevens bevatten:

a) type van doorgeleiding (door de lucht of over land); eventuele andere staten van doorgeleiding en beoogde eindbestemming;

b) de persoonsgegevens van de betrokken persoon (bv. naam, voornaam, meisjesnaam, andere namen die de betrokken persoon gebruikt of waaronder hij bekend staat, geboortedatum, geslacht en zo mogelijk geboorteplaats, nationaliteit, taal, aard en nummer van het reisdocument);

c) voorgenomen plaats van binnenkomst, tijdstip van overdracht en eventueel gebruik van begeleiders;

d) een verklaring waarin wordt gesteld dat volgens de verzoekende staat is voldaan aan de voorwaarden van artikel 13, lid 2, en dat er geen redenen bekend zijn voor een afwijzing op grond van artikel 13, lid 3.

Een gemeenschappelijk formulier voor doorgeleidingsverzoeken is opgenomen in bijlage 6.

2. Binnen vijf kalenderdagen na ontvangst van het verzoek brengt de aangezochte staat de verzoekende staat schriftelijk op de hoogte van de toelating, met bevestiging van de plaats van binnenkomst en het geplande tijdstip van toelating, of van de afwijzing van de toelating en de redenen daarvoor.

3. Indien de doorgeleiding door de lucht gebeurt, worden de over te nemen persoon en eventuele begeleiders vrijgesteld van de verplichting een luchthaventransitvisum aan te vragen.

4. De bevoegde autoriteiten van de aangezochte staat verlenen na wederzijds overleg steun bij de doorgeleiding, met name door toezicht te houden op de betrokken personen en door geschikte faciliteiten ter beschikking te stellen.

5. De doorgeleiding vindt plaats binnen dertig dagen na ontvangst van de instemming met het verzoek.

AFDELING V

KOSTEN

Artikel 15

Kosten van vervoer en van doorgeleiding

Onverminderd het recht van de bevoegde autoriteiten om de aan de overname verbonden kosten van de over te nemen persoon of derde partijen terug te vorderen, komen alle vervoerskosten in verband met overname en doorgeleiding uit hoofde van deze overeenkomst tot aan de grens van de staat van eindbestemming ten laste van de verzoekende staat.

AFDELING VI

GEGEVENSBESCHERMING EN ONVERMINDERDE TOEPASSELIJKHEID

Artikel 16

Gegevensbescherming

Persoonsgegevens worden alleen verstrekt wanneer dit nodig is voor de uitvoering van deze overeenkomst door, naar gelang van het geval, de bevoegde autoriteiten van Georgië of een lidstaat. De verwerking en de behandeling van persoonsgegevens in een bepaald geval zijn onderworpen aan de wetgeving van Georgië en, wanneer de voor de verwerking van de gegevens verantwoordelijke instantie een bevoegde autoriteit van een lidstaat is, aan de bepalingen van Richtlijn 95/46/EG en de nationale wetgeving van die lidstaat die uit hoofde van deze richtlijn is vastgesteld. Daarnaast zijn de volgende beginselen van toepassing:

a) de persoonsgegevens moeten eerlijk en rechtmatig worden verwerkt;

b) de persoonsgegevens moeten voor het welbepaalde, uitdrukkelijk omschreven en gerechtvaardigde doel van de uitvoering van deze overeenkomst worden verkregen en mogen door de meedelende of ontvangende autoriteit niet verder worden verwerkt op een wijze die onverenigbaar is met dat doel;

c) de persoonsgegevens moeten toereikend, ter zake dienend en niet bovenmatig zijn in verhouding tot het doel waarvoor zij worden verkregen en/of verder verwerkt; de verstrekte persoonsgegevens mogen met name uitsluitend betrekking hebben op:

– de identiteit van de betrokken persoon (bijvoorbeeld voornamen, familienaam, vroegere namen, andere namen die de betrokken persoon gebruikt of onder welke hij bekend staat, geslacht, burgerlijke staat, plaats en datum van geboorte, huidige en eventuele vroegere nationaliteit);

– paspoort, identiteitskaart of rijbewijs (nummer, geldigheidstermijn, datum van afgifte, afgevende autoriteit, plaats van afgifte);

– stopplaatsen en reisroutes;

– andere voor identificatie van de over te dragen persoon of voor het onderzoek van de overnamevereisten uit hoofde van deze overeenkomst dienstige gegevens;

d) de persoonsgegevens moeten nauwkeurig zijn en moeten in voorkomend geval worden bijgewerkt;

e) de persoonsgegevens mogen in een vorm die het mogelijk maakt de betrokkenen te identificeren, niet langer worden bewaard dan noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de doeleinden waarvoor zij werden verkregen of vervolgens werden verwerkt;

f) de meedelende en de ontvangende autoriteit treffen alle redelijke maatregelen die nodig zijn om te zorgen voor een passende correctie, uitwissing of afscherming van persoonsgegevens wanneer de verwerking ervan niet in overeenstemming is met de bepalingen van dit artikel, met name omdat deze persoonsgegevens niet toereikend, ter zake dienend of nauwkeurig zijn, of omdat zij bovenmatig zijn in verhouding tot het doel van de verwerking. Dit behelst tevens de kennisgeving van elke correctie, uitwissing of afscherming aan de andere partij;

g) op verzoek stelt de ontvangende autoriteit de meedelende autoriteit in kennis van het gebruik dat van de verstrekte gegevens is gemaakt en van de daardoor verkregen resultaten;

h) de persoonsgegevens mogen uitsluitend aan de bevoegde autoriteiten worden verstrekt. Voor de mededeling aan andere instanties is de voorafgaande toestemming van de meedelende autoriteit vereist;

i) de meedelende en de ontvangende autoriteit zijn verplicht de mededeling en ontvangst van persoonsgegevens schriftelijk te registreren.

Artikel 17

Onverminderde toepasselijkheid

1. Deze overeenkomst doet geen afbreuk aan de rechten, verplichtingen en verantwoordelijkheden van de Unie, de lidstaten en Georgië die voortvloeien uit het internationaal recht en met name uit:

– het Verdrag van 28 juli 1951 betreffende de status van vluchtelingen, als gewijzigd bij het Protocol van 31 januari 1967;

– internationale overeenkomsten waarbij wordt bepaald welk land bevoegd is voor de behandeling van ingediende asielaanvragen;

– het Europees Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en de bijbehorende protocollen;

– het VN-Verdrag van 10 december 1984 tegen foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing;

– internationale verdragen inzake uitwijzing en doorgeleiding;

– multilaterale internationale verdragen en overeenkomsten over de overname van vreemde onderdanen, zoals het Verdrag inzake de internationale burgerluchtvaart van 7 december 1944.

2. Niets in deze overeenkomst belet de terugkeer van een persoon op basis van andere formele of informele regelingen.

AFDELING VII

UITVOERING EN TOEPASSING

Artikel 18

Gemengd Comité overname

1. De overeenkomstsluitende partijen verlenen elkaar wederzijds bijstand bij de toepassing en interpretatie van deze overeenkomst. Daartoe stellen zij een Gemengd Comité overname (hierna "het comité" genoemd) in, dat met name:

a) toezicht houdt op de toepassing van deze overeenkomst;

b) uitvoeringsregelingen vaststelt die nodig zijn voor de eenvormige toepassing van deze overeenkomst;

c) geregeld gegevens uitwisselt over de uitvoeringsprotocollen die door de afzonderlijke lidstaten en Georgië op grond van artikel 19 zijn opgesteld;

d) aanbevelingen doet voor wijziging van deze overeenkomst en de bijlagen daarbij.

2. De beslissingen van het comité zijn bindend voor de overeenkomstsluitende partijen.

3. Het comité bestaat uit vertegenwoordigers van de Unie en Georgië;

4. Het comité komt zo vaak als nodig bijeen op verzoek van een van de overeenkomstsluitende partijen.

5. Het comité stelt zijn reglement van orde vast.

Artikel 19

Uitvoeringsprotocollen

1. Op verzoek van een lidstaat of van Georgië, stellen Georgië en een lidstaat een uitvoeringsprotocol op dat onder andere betrekking heeft op de regels inzake:

a) de aanwijzing van de bevoegde autoriteiten, de plaatsen voor het overschrijden van de grenzen en de uitwisseling van contactpunten;

b) de voorwaarden voor begeleide terugkeer, met inbegrip van de doorgeleiding van onderdanen van derde landen en staatloze personen onder begeleiding;

c) andere middelen en documenten dan die vermeld in de bijlagen 1 tot en met 4;

d) de wijze van overname in het kader van de versnelde procedure;

e) de procedure voor ondervragingen.

2. De in lid 1 bedoelde uitvoeringsprotocollen treden niet eerder in werking dan nadat het Gemengd Comité overname, bedoeld in artikel 18, daarvan in kennis is gesteld.

3. Georgië stemt ermee in om alle bepalingen van een met een lidstaat gesloten uitvoeringsprotocol ook toe te passen in zijn betrekkingen met een andere lidstaat, op verzoek van die laatstbedoelde lidstaat.

Artikel 20

Verhouding tot bilaterale overnameovereenkomsten

of overnameregelingen van de lidstaten

De bepalingen van deze overeenkomst hebben voorrang boven de bepalingen van andere bilaterale overeenkomsten of regelingen inzake de overname van zonder vergunning op het grondgebied verblijvende personen die op basis van artikel 19 tussen afzonderlijke lidstaten en Georgië zijn of kunnen worden gesloten, voor zover de bepalingen van deze bilaterale overnameovereenkomsten of overnameregelingen onverenigbaar zijn met die van deze overeenkomst.

AFDELING VIII

SLOTBEPALINGEN

Artikel 21

Territoriaal toepassingsgebied

1. Onverminderd het bepaalde in lid 2, is deze overeenkomst van toepassing op het grondgebied waarop het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing zijn, alsook op het grondgebied van Georgië.

2. Deze overeenkomst is niet van toepassing op het grondgebied van het Verenigd Koninkrijk, Ierland en het Koninkrijk Denemarken.

Artikel 22

Wijziging van de overeenkomst

Deze overeenkomst kan in onderlinge overeenstemming tussen de overeenkomstsluitende partijen worden gewijzigd en aangevuld. Wijzigingen en aanvullingen worden opgesteld in de vorm van afzonderlijke protocollen, die een integrerend onderdeel van deze overeenkomst vormen, en treden in werking volgens de in artikel 23 van deze overeenkomst bedoelde procedure.

Artikel 23

Inwerkingtreding, looptijd en beëindiging

1. Deze overeenkomst wordt door de overeenkomstsluitende partijen bekrachtigd of goedgekeurd volgens hun eigen procedures.

2. Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand volgende op de datum waarop de laatste overeenkomstsluitende partij de andere partij ervan in kennis heeft gesteld dat de in lid 1 bedoelde procedures zijn voltooid.

3. Deze overeenkomst wordt voor onbepaalde tijd gesloten.

4. Elke overeenkomstsluitende partij kan deze overeenkomst opzeggen door middel van een officiële kennisgeving aan de andere overeenkomstsluitende partij. Deze overeenkomst verstrijkt zes maanden na de datum van een dergelijke kennisgeving.

Artikel 24

Bijlagen

De bijlagen 1 tot en met 6 maken een integrerend deel uit van deze overeenkomst.

Opgesteld te [………….] op [……………..], in twee exemplaren in de Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische, de Zweedse en de Georgische taal, waarbij al deze teksten gelijkelijk authentiek zijn.

Voor de Europese Unie(…) | Voor Georgië(…) |

BIJLAGE 1

GEMEENSCHAPPELIJKE LIJST VAN DOCUMENTEN WAARVAN DE OVERLEGGING WORDT BESCHOUWD ALS BEWIJS VAN HET STAATSBURGERSCHAP

(artikel 2, lid 1, artikel 4, lid 1, en artikel 8, lid 1)

– alle soorten paspoorten (nationale paspoorten, diplomatieke paspoorten, dienstpaspoorten, collectieve paspoorten en paspoortvervangende documenten, met inbegrip van paspoorten voor kinderen),

– identiteitskaarten (ook tijdelijke en voorlopige identiteitskaarten),

– burgerschapscertificaten en andere officiële documenten waaruit duidelijk het staatsburgerschap blijkt.

BIJLAGE 2

GEMEENSCHAPPELIJKE LIJST VAN DOCUMENTEN WAARVAN DE OVERLEGGING WORDT BESCHOUWD ALS PRIMA FACIE BEWIJS VAN HET STAATSBURGERSCHAP

(artikel 2, lid 1, artikel 4, lid 1, en artikel 8, lid 2)

Wanneer de aangezochte staat een lidstaat of Georgië is:

– de in bijlage 1 vermelde documenten waarvan de geldigheid niet langer dan zes maanden is verstreken,

– fotokopieën van de in bijlage 1 genoemde documenten,

– rijbewijzen of fotokopieën daarvan,

– geboorteakten of fotokopieën daarvan,

– bedrijfspassen of fotokopieën daarvan,

– getuigenverklaringen,

– verklaringen van de betrokken persoon en verklaring betreffende de taal die hij spreekt, onder meer door middel van een officieel onderzoeksresultaat,

– andere documenten die kunnen bijdragen tot het vaststellen van de nationaliteit van de betrokken persoon,

– militaire zakboekjes en militaire identiteitskaarten,

– monsterboekjes en schippersbewijzen,

– door de aangezochte staat afgegeven laissez-passer.

Wanneer de aangezochte staat Georgië is:

– bevestiging van de identiteit na raadpleging van het visuminformatiesysteem [3],

– in het geval van lidstaten die het visuminformatiesysteem niet gebruiken: positieve identificatie op basis van visumaanvraagdossiers van die lidstaten.

BIJLAGE 3

GEMEENSCHAPPELIJKE LIJST VAN DOCUMENTEN DIE WORDEN BESCHOUWD ALS BEWIJS DAT IS VOLDAAN AAN DE VOORWAARDEN VOOR OVERNAME VAN ONDERDANEN VAN DERDE LANDEN EN STAATLOZE PERSONEN

(artikel 3, lid 1, artikel 5, lid 1, en artikel 9, lid 1)

– visum en/of verblijfsvergunning afgegeven door de aangezochte staat,

– inreis-/uitreisstempels of soortgelijke aantekeningen in het reisdocument van de betrokkene of andere bewijzen van inreis/uitreis (bv. fotografische).

BIJLAGE 4

GEMEENSCHAPPELIJKE LIJST VAN DOCUMENTEN DIE WORDEN BESCHOUWD ALS PRIMA FACIE BEWIJS DAT IS VOLDAAN AAN DE VOORWAARDEN VOOR OVERNAME VAN ONDERDANEN VAN DERDE LANDEN EN STAATLOZE PERSONEN

(artikel 3, lid 1, artikel 5, lid 1, en artikel 9, lid 2)

– door de bevoegde autoriteiten van de verzoekende staat verstrekte omschrijving van de plaats waar en de omstandigheden waaronder de betrokken persoon na binnenkomst op het grondgebied van die staat is aangetroffen,

– gegevens met betrekking tot de identiteit en/of het verblijf van een persoon die door een internationale organisatie zijn verstrekt (bv. UNHCR),

– rapportage/bevestiging van de inlichtingen door familieleden, reisgenoten, enz.,

– verklaring van de betrokken persoon,

– gegevens waaruit blijkt dat de betrokkene gebruik heeft gemaakt van de diensten van een tussenpersoon of reisbureau,

– officiële verklaringen van met name grensbeambten en andere personen die kunnen getuigen dat de betrokken persoon de grens heeft overschreden,

– officiële verklaring van de betrokken persoon in gerechtelijke of administratieve procedures,

– alle soorten documenten, certificaten en rekeningen (bv. hotelrekeningen, afspraakkaarten voor bezoek aan arts/tandarts, toegangsbewijzen voor openbare/particuliere instellingen, autoverhuurcontracten, kredietkaartreçu's, enz.) waaruit duidelijk blijkt dat de betrokken persoon op het grondgebied van de aangezochte staat heeft verbleven,

– reisbiljetten op naam en/of passagierslijsten voor vlieg-, trein-, bus- of bootreizen waaruit de aanwezigheid van de betrokken persoon en zijn reisroute op het grondgebied van de aangezochte staat kunnen worden afgeleid.

BIJLAGE 5

(...PICT...)

| [Embleem van de Republiek Georgië] |

..............................................................…………................................................................……….… | ..........................................................……..(Plaats en datum) |

(Benaming van de verzoekende autoriteit) | |

Referentie: .............................................……………

Aan

................................................................……….… | |

................................................................……….…................................................................…………(Benaming van de aangezochte autoriteit) | |

 VERSNELDE PROCEDURE (Artikel 6, lid 3)

 VERZOEK OM ONDERVRAGING (artikel 8, lid 3)

1. OVERNAMEVERZOEK

overeenkomstig artikel 7 van de overeenkomst van […] tussen

de Europese Unie en Georgië

betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

A. PersoonsgegevensVolledige naam (onderstreep familienaam):...........................................................………………………………2. Meisjesnaam:...........................................................………………………………3. Geboorteplaats en –datum:...........................................................……………………………… | Foto |

4. Geslacht en persoonsbeschrijving (lengte, kleur van de ogen, bijzondere kenmerken, enz.):

…………………………………………………………………………………………...................………………….

5. Ook bekend als (vroegere namen, andere namen die de persoon gebruikt of waaronder hij bekend staat):

...........................................................................................................................………..................……………….

6. Nationaliteit en taal:

...........................................................................................................................………...................………………

7. Burgerlijke staat: gehuwd vrijgezel gescheiden weduwe/weduwnaar

Indien gehuwd: naam van echtgenoot/echtgenote: ................................................................................

Namen en leeftijd van eventuele kinderen .................................................................................

...........................................................................................

………………………....…………………..........................

..........................................................................................

8. Laatste adres in de aangezochte staat:

............................................................................................................................………....................…………

B. Persoonsgegevens van de echtgenoot/echtgenote (in voorkomend geval)

1. Volledige naam (onderstreep familienaam): …...........................................................……………………………

2. Meisjesnaam: ……………………………………...........................................................………………………………

3. Geboorteplaats en –datum: …………………………............................................................………………………………

4. Geslacht en persoonsbeschrijving (lengte, kleur van de ogen, bijzondere kenmerken, enz.):

…………………………………………………………………………………………...................………………….

5. Ook bekend als (vroegere namen, andere namen die de persoon gebruikt of waaronder hij bekend staat):

...........................................................................................................................………..................……………….

6. Nationaliteit en taal:

...........................................................................................................................………...................………………

C. Persoonsgegevens van de kinderen (in voorkomend geval)

1. Volledige naam (onderstreep familienaam): …............................................................………………………………

2. Geboorteplaats en –datum: …………………………............................................................………………………………

3. Geslacht en persoonsbeschrijving (lengte, kleur van de ogen, bijzondere kenmerken, enz.):

…………………………………………………………………………………………...................………………….

4. Nationaliteit en taal:

...........................................................................................................................………...................………………

D. Bijzondere omstandigheden met betrekking tot de over te dragen persoon

1. Gezondheidstoestand

(bv. eventueel vermelding van bijzondere medische verzorging; Latijnse naam van besmettelijke ziekte):

............................................................................................................................................………………………

2. Reden waarom de persoon bijzonder gevaarlijk is

(bv. hij wordt verdacht van een ernstig misdrijf; agressief gedrag):

............................................................................................................................................………………………

E. Bijgevoegd bewijsmateraal

1. .................................................................…………(Paspoortnummer) | ......................................................................…………(Datum en plaats van afgifte) |

..................................................................…………(Afgevende autoriteit) | ......................................................................………..(Vervaldatum) |

2. .................................................................…………(Nummer identiteitskaart) | ......................................................................…………(Datum en plaats van afgifte) |

..................................................................…………(Afgevende autoriteit) | ......................................................................…………(Vervaldatum) |

3. .................................................................…………(Nummer rijbewijs) | ......................................................................………...(Datum en plaats van afgifte) |

..................................................................…………(Afgevende autoriteit) | ......................................................................…………(Vervaldatum) |

4. .................................................................…………(Nummer ander officieel document) | ......................................................................…………(Datum en plaats van afgifte) |

..................................................................…………(Afgevende autoriteit) | ......................................................................…………(Vervaldatum) |

F. Opmerkingen

....................................................................................................................................................................……………

....................................................................................................................................................................……………

……………………………………………………………………………………………………………………………...

...................................................

(Handtekening) (Zegel/stempel)

BIJLAGE 6

(...PICT...)

| [Embleem van de Republiek Georgië] |

..............................................................…………................................................................……….. | .................................................................………(Plaats en datum) |

(Benaming van de verzoekende autoriteit) | |

Referentie

................................................................…………

Aan

................................................................…………. | |

................................................................…………................................................................…………(Benaming van de aangezochte autoriteit) | |

DOORGELEIDINGSVERZOEK

overeenkomstig artikel 14 van de overeenkomst van … tussen

de Europese Unie en Georgië

betreffende de overname van personen die zonder vergunning op het grondgebied verblijven

A. Persoonsgegevens1. Volledige naam (onderstreep familienaam):.............................................................2. Meisjesnaam:.............................................................3. Geboorteplaats en –datum:............................................................. | Foto |

4. Geslacht en persoonsbeschrijving (lengte, kleur van de ogen, bijzondere kenmerken, enz.):

…………………………………………………………………………………………….

5. Ook bekend als (vroegere namen, andere namen die de persoon gebruikt of waaronder hij bekend staat):

.......................................................................................................……………….……

6. Nationaliteit en taal:

...........................................................................................................…………………..

7. Aard en nummer van het reisdocument:

.............................................................................................................................…………

B. Doorgeleiding

1. Aard van de doorgeleiding

door de lucht | over land |

2. Staat van eindbestemming

………………………………………………………………………………….

3. Eventuele andere staten van doorgeleiding

………………………………………………………………………………………

4. Voorgestelde plaats van grensoverschrijding, datum, tijdstip van overdracht en eventuele begeleiders

……………………………………………………………………………………………

……………………………………………………………………………………………

……………………………………………………………………………………………

5. Toelating gewaarborgd in alle andere doorreisstaten en in de staat van eindbestemming

(artikel 13, lid 2)

ja | neen |

6. Kennis van enige reden voor weigering van de doorgeleiding (artikel 13, lid 3)

ja | neen |

C. Opmerkingen

...........................................................................................................................…………….

..........................................................................................................................…………….

..........................................................................................................................……………..

.................................................................................………………………….……………..

...................................................

(Handtekening) (Zegel/stempel)

Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 3, lid 1, en artikel 5, lid 1

De partijen komen overeen dat "rechtstreeks binnengekomen" van het grondgebied van Georgië in de zin van deze bepalingen betekent, dat de betrokken persoon op het grondgebied van de lidstaten aankomt zonder dat hij vooraf in een derde land is binnengekomen of, wanneer de aangezochte staat een van de lidstaten is, op het grondgebied van Georgië aankomt zonder dat hij vooraf in een derde land is binnengekomen. Luchthaventransit in een derde land wordt niet beschouwd als een binnenkomst.

Gemeenschappelijke verklaring betreffende Denemarken

De overeenkomstsluitende partijen nemen er nota van dat deze overeenkomst niet van toepassing is op het grondgebied van het Koninkrijk Denemarken, noch op onderdanen van het Koninkrijk Denemarken. Het is daarom wenselijk dat Georgië en Denemarken een overnameovereenkomst sluiten die vergelijkbaar is met deze overeenkomst.

Gemeenschappelijke verklaring betreffende IJsland en Noorwegen

De overeenkomstsluitende partijen nemen nota van de nauwe band tussen de Europese Unie en IJsland en Noorwegen, met name uit hoofde van de Overeenkomst van 18 mei 1999 inzake de wijze waarop die landen worden betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis. Het is daarom wenselijk dat Georgië met IJsland en Noorwegen een overnameovereenkomst sluit die vergelijkbaar is met deze overeenkomst.

Gemeenschappelijke verklaring betreffende Zwitserland

De overeenkomstsluitende partijen nemen nota van de nauwe band tussen de Europese Unie en Zwitserland, met name uit hoofde van de op 1 maart 2008 in werking getreden Overeenkomst inzake de wijze waarop Zwitserland wordt betrokken bij de uitvoering, de toepassing en de ontwikkeling van het Schengenacquis. Het is daarom wenselijk dat Georgië met Zwitserland een overnameovereenkomst sluit die vergelijkbaar is met deze overeenkomst.

[1] Overeenkomstig het formulier dat is aangenomen bij de EU-aanbeveling van de Raad van 30 november 1994.

[2] Ibidem.

[3] Verordening (EG) nr. 767/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 9 juli 2008 betreffende het Visuminformatiesysteem (VIS) en de uitwisseling tussen de lidstaten van gegevens op het gebied van visa voor kort verblijf (VIS-verordening), PB L 218 van 13.8.2008, blz. 60.

--------------------------------------------------

Top