Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52009PC0345

    Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de procedure om afwijkingen toe te staan van de oorsprongsregels die zijn opgenomen in de protocollen inzake de oorsprong bij de economische partnerschapsovereenkomsten met ACS-staten

    /* COM/2009/0345 def. - ACC 2009/0092 */

    52009PC0345

    Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de procedure om afwijkingen toe te staan van de oorsprongsregels die zijn opgenomen in de protocollen inzake de oorsprong bij de economische partnerschapsovereenkomsten met ACS-staten /* COM/2009/0345 def. - ACC 2009/0092 */


    [pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

    Brussel, 13.7.2009

    COM(2009) 345 definitief

    2009/0092 (ACC)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    betreffende de procedure om afwijkingen toe te staan van de oorsprongsregels die zijn opgenomen in de protocollen inzake de oorsprong bij de economische-partnerschapsovereenkomsten met ACS-staten

    TOELICHTING

    Bijlage V bij de Overeenkomst van Cotonou[1], met inbegrip van Protocol 1 betreffende de definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking, is op 31 december 2007 verstreken. Op grond van artikel 37 van deze overeenkomst hebben de diensten van de Commissie met de ACS-landen onderhandeld over de herziene economische-partnerschapsovereenkomsten. De onderhandelingen over alomvattende economische-partnerschapsovereenkomsten met de Afrikaanse ACS-staten zijn nog niet afgerond, maar sinds begin 2008 zijn verschillende tussentijdse economische-partnerschapsovereenkomsten ondertekend.

    Het voorgestelde besluit verleent de Commissie de bevoegdheid om namens de Gemeenschap besluiten te nemen over verzoeken om een afwijking van de oorsprongsregels die zijn opgenomen in de protocollen inzake de oorsprong bij de economische-partnerschapsovereenkomsten. Ook wordt voorgesteld Besluit 2000/399/EG van de Raad in te trekken dat voorheen van toepassing was in het kader van de Overeenkomst van Cotonou.

    Artikel 39 van Protocol 1 betreffende de definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking van de economische-partnerschapsovereenkomst CARIFORUM-EG en soortgelijke bepalingen in protocollen inzake de oorsprong bij andere economische-partnerschapsovereenkomsten die nog met andere ACS-landen moeten worden ondertekend, beschrijven een procedure volgens welke een afwijking van de oorsprongsregels kan worden toegestaan op verzoek van een ACS-staat die een economische-partnerschapsovereenkomst heeft ondertekend. Besluiten over afwijkingen moeten door een bevoegd comité worden genomen, in te stellen in het kader van de betrokken economische-partnerschapsovereenkomst, en wel binnen 75 werkdagen na ontvangst van het verzoek door de Gemeenschap. Daarom moet ervoor worden gezorgd dat de Gemeenschap binnen genoemde termijn haar standpunt vaststelt en aan de ACS-staten mededeelt die economische-partnerschapsovereenkomsten hebben ondertekend.

    2009/0092 (ACC)

    Voorstel voor een

    BESLUIT VAN DE RAAD

    betreffende de procedure om afwijkingen toe te staan van de oorsprongsregels die zijn opgenomen in de protocollen inzake de oorsprong bij de economische-partnerschapsovereenkomsten met ACS-staten

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 133,

    Gezien het voorstel van de Commissie,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) Bijlage V van de partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (de ACS-landen), enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000[2] (Partnerschapsovereenkomst ACS-EG) en de daarbij behorende protocollen, waaronder Protocol 1 betreffende de definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking, is op 31 december 2007 verstreken overeenkomstig artikel 37, lid 1, van die overeenkomst.

    (2) Overeenkomstig artikel 37, lid 1, van de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst werd onderhandeld over economische-partnerschapsovereenkomsten met regionale groepen ACS-staten. Sinds 1 januari 2008 zijn verschillende van deze economische-partnerschapsovereenkomsten ondertekend.

    (3) Artikel 39 van Protocol 1 betreffende de definitie van het begrip "producten van oorsprong" en methoden van administratieve samenwerking (hierna "protocol inzake de oorsprong" genoemd) van de economische-partnerschapsovereenkomst tussen de CARIFORUM-staten, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten anderzijds[3] (economische-partnerschapsovereenkomsten CARIFORM-EG) – de eerste economische-partnerschapsovereenkomst die met ACS-staten werd ondertekend - beschrijft een procedure volgens welke afwijkingen van de oorsprongsregels kunnen worden toegestaan op verzoek van een ACS-staat die een economische-partnerschapsovereenkomst heeft ondertekend. Het standpunt van de Gemeenschap inzake afwijkingen moet door een bevoegd comité worden vastgesteld. Het is dienstig voor dat comité op zodanige wijze een procedure vast te stellen dat deze ook van toepassing is op soortgelijke bepalingen in protocollen inzake de oorsprong bij andere economische-partnerschapsovereenkomsten die in de toekomst met ACS-staten worden ondertekend.

    (4) Volgens artikel 39, lid 8, van het protocol inzake de oorsprong moet zo spoedig mogelijk een besluit worden genomen en in ieder geval niet later dan vijfenzeventig werkdagen na ontvangst van het verzoek door de Gemeenschap. Indien de Gemeenschap de ACS-staat die het verzoek om afwijking heeft ingediend binnen deze termijn niet van haar standpunt in kennis stelt, wordt het verzoek geacht te zijn ingewilligd.

    (5) Daarom moet een procedure worden vastgesteld volgens welke het standpunt van de Gemeenschap tijdig genoeg kan worden vastgesteld en medegedeeld aan de ACS-staten die de economische-partnerschapsovereenkomsten hebben ondertekend om ervoor te zorgen dat het betrokken besluit voor het verstrijken van die termijn kan worden genomen.

    (6) Besluit 2000/399/EG van de Raad van 16 juni 2000 tot vaststelling van de procedure betreffende afwijkingen van de regels van oorsprong vastgesteld in Protocol 1 bij de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst[4] voorziet in een delegatie van bevoegdheden aan de Commissie voor het vaststellen van een gemeenschappelijk standpunt van de Gemeenschap over verzoeken van ACS-staten om een afwijking van de oorsprongsregels die zijn opgenomen in Protocol 1 bij bijlage V bij de ACS-EG-partnerschapsovereenkomst.

    (7) Er moeten nu bepalingen worden vastgesteld voor een soortgelijke delegatie van bevoegdheden aan de Commissie om besluiten te nemen over verzoeken om een afwijking van de oorsprongsregels in de protocollen inzake de oorsprong bij de economische-partnerschapsovereenkomsten. Het standpunt van de Gemeenschap ten aanzien van dergelijke verzoeken moet worden vastgesteld overeenkomstig Besluit 1999/468/EG van de Raad van 28 juni 1999 tot vaststelling van de voorwaarden voor de uitoefening van de aan de Commissie verleende uitvoeringsbevoegdheden[5].

    (8) Omwille van de duidelijkheid dient Besluit 2000/399/EG te worden ingetrokken,

    BESLUIT:

    Artikel 1

    Wanneer een ACS-staat die ondertekenaar is van een economische-partnerschapsovereenkomst een verzoek indient om een afwijking van de oorsprongsregels die zijn opgenomen in de protocollen inzake de oorsprong bij de economische-partnerschapsovereenkomsten, wordt het standpunt van de Gemeenschap vastgesteld door de Commissie overeenkomstig de in artikel 2 beschreven procedure.

    Artikel 2

    1. De Commissie wordt bijgestaan door het Comité Douanewetboek dat is ingesteld bij artikel 248 bis, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2913/92[6].

    2. De vertegenwoordiger van de Commissie legt het Comité Douanewetboek binnen 25 werkdagen na ontvangst door de Gemeenschap van een verzoek om een afwijking een ontwerpstandpunt van de Gemeenschap voor. Het Comité Douanewetboek brengt over het ontwerp advies uit binnen een termijn die de voorzitter vaststelt met inachtneming van de urgentie van de betrokken kwestie. Het comité spreekt zich uit met de meerderheid van stemmen die in artikel 205, lid 2, van het Verdrag is voorgeschreven voor besluiten die de Raad op voorstel van de Commissie moet aannemen. Bij de stemming in het comité worden de stemmen van de vertegenwoordigers van de lidstaten gewogen overeenkomstig genoemd artikel. De voorzitter neemt niet aan de stemming deel.

    3. De Commissie stelt het standpunt van de Gemeenschap vast en deelt dit onmiddellijk mede aan het bevoegde comité dat bij de betrokken economische-partnerschapsovereenkomst is ingesteld. Indien het standpunt van de Gemeenschap echter niet in overeenstemming is met het advies van het Comité Douanewetboek, wordt het door de Commissie onmiddellijk ter kennis van de Raad gebracht. In dat geval wordt de mededeling van het standpunt aan het in het kader van de betrokken economische-partnerschapsovereenkomst ingestelde bevoegde comité door de Commissie 25 werkdagen uitgesteld vanaf de datum van stemming in het comité.

    4. De Raad kan binnen de in lid 3 genoemde termijn met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen een ander standpunt van de Gemeenschap innemen.

    Artikel 3

    1. Besluit 2000/399/EG wordt ingetrokken.

    2. Verwijzingen naar het ingetrokken besluit worden gelezen als verwijzingen naar dit besluit.

    Gedaan te Brussel,

    Voor de Raad

    De Voorzitter [pic][pic][pic]

    [1] Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van Staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds, ondertekend te Cotonou op 23 juni 2000 (PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3),

    [2] PB L 317 van 15.12.2000, blz. 3.

    [3] PB L 289 van 30.10.2008, blz. 1.

    [4] PB L 151 van 24.6.2000, blz. 16.

    [5] PB L 184 van 17.7.1999, blz. 23.

    [6] PB L 302 van 19.10.1992, blz. 1.

    Top