Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52008DC0556

    Voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 7 bij de algemene begroting 2008 - Staat van uitgaven per afdeling - Afdeling III - Commissie

    /* COM/2008/0556 def. */

    52008DC0556

    Voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 7 bij de algemene begroting 2008 - Staat van uitgaven per afdeling - Afdeling III - Commissie /* COM/2008/0556 def. */


    [pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

    Brussel, 15.9.2008

    COM(2008) 556 definitief

    VOORONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 7 BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2008

    STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING Afdeling III - Commissie

    (door de Commissie ingediend)

    VOORONTWERP VAN GEWIJZIGDE BEGROTING Nr. 7BIJ DE ALGEMENE BEGROTING 2008

    STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELINGAfdeling III - Commissie

    Gelet op:

    - het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 272,

    - het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, en met name op artikel 177,

    - Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen[1], laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1525/2007[2], en met name op artikel 37,

    dient de Europese Commissie bij de begrotingsautoriteit het voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 7 bij de begroting 2008 in.

    INHOUDSOPGAVE

    1. Inleiding 4

    2. Beschikbaarstelling uit het EU-Solidariteitsfonds 4

    2.1. Frankrijk: Orkaan "Dean", augustus 2007 4

    2.2. Financiering 6

    OVERZICHTSTABEL PER RUBRIEK VAN HET FINANCIEEL KADER 8

    WIJZIGINGEN IN DE STAAT VAN UITGAVEN PER AFDELING

    De wijzigingen in de staat van uitgaven per afdeling worden afzonderlijk via het SEI-BUD-systeem toegezonden. Ter informatie is een Engelse versie van de wijzigingen in de staat van uitgaven per afdeling als budgettaire bijlage bijgevoegd.

    1. Inleiding

    Dit voorontwerp van gewijzigde begroting (VOGB) nr. 7 voor 2008 heeft betrekking op het volgende:

    - de beschikbaarstelling van 12,78 miljoen euro aan vastleggings- en betalingskredieten uit het Solidariteitsfonds van de EU voor de gevolgen van de orkaan "Dean" in Guadeloupe en Martinique in augustus 2007;

    - een dienovereenkomstige verlaging van de betalingskredieten met 12,78 miljoen euro van begrotingsonderdeel 13 04 02 - Cohesiefonds.

    2. Beschikbaarstelling uit het EU-Solidariteitsfonds

    2.1. Frankrijk: Orkaan "Dean", augustus 2007

    In augustus 2007 werden de Franse overzeese departementen Martinique en Guadeloupe, twee eilanden in de buurt van de Franse Antillen, getroffen door de orkaan "Dean", die ernstige schade veroorzaakte aan de infrastructuur en verschillende economische sectoren. Vanwege de grote schade en de ernstige gevolgen van de orkaan heeft Frankrijk een aanvraag ingediend voor financiële steun uit het Solidariteitsfonds van de EU.

    De diensten van de Commissie hebben de aanvraag grondig getoetst aan Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad[3], en met name de artikelen 2, 3 en 4. De belangrijkste elementen van de beoordelingen kunnen als volgt worden samengevat:

    1. de aanvraag werd bij de Commissie ingediend op 26 oktober 2007, binnen de termijn van tien weken na de vaststelling van de eerste schade op 17 augustus 2007. Op 8 januari 2008 ontving de Commissie aanvullende informatie van de Franse autoriteiten;

    2. er is sprake van een natuurramp. De Franse autoriteiten hebben de totale directe schade geraamd op 511,2 miljoen euro. Dit is 0,03% van het Franse BNI en 16 % van de normale drempel van 3,267 miljard euro (3 miljard euro in prijzen van 2002) waarboven Frankrijk aanspraak op het Solidariteitsfonds kan maken. De totale directe schade dient als basis voor de berekening van het bedrag van de financiële bijstand. De financiële bijstand mag alleen worden gebruikt voor noodacties inzake eerste levensbehoeften zoals gedefinieerd in artikel 3 van de verordening;

    3. omdat de totale schade onder de normale drempel blijft, is de aanvraag gebaseerd op het criterium van de zogenaamde buitengewone regionale ramp dat is neergelegd in artikel 2, lid 2, laatste alinea, van Verordening (EG) nr. 2012/2002, waarin de voorwaarden worden beschreven waaronder "in uitzonderlijke gevallen" een beroep op het Solidariteitsfonds kan worden gedaan. Volgens dit criterium kan ook een regio die is getroffen door een buitengewone ramp, vooral een natuurramp, die het grootste deel van de bevolking treft en ernstige en langdurige gevolgen voor de levensomstandigheden en de macro-economische stabiliteit van de regio heeft, uitzonderlijk steun uit het fonds krijgen. Volgens de verordening moet bijzondere aandacht uitgaan naar afgelegen of geïsoleerde regio's, zoals de in artikel 299, lid 2, van het Verdrag bedoelde insulaire en ultraperifere gebieden. Martinique en Guadeloupe vallen in die laatste categorie;

    4. zoals beschreven in het jaarverslag over het Solidariteitsfonds 2002-2003[4] is de Commissie van mening dat, om betekenis te geven aan de specifieke criteria voor regionale rampen in de nationale context, een onderscheid moet worden gemaakt tussen ernstige regionale gebeurtenissen en die van louter lokale aard. Overeenkomstig het subsidiariteitsbeginsel vallen de laatstgenoemde gebeurtenissen onder de bevoegdheid van de nationale autoriteiten, terwijl de eerstgenoemde in aanmerking kunnen komen voor steun uit het Solidariteitsfonds;

    5. de Franse autoriteiten voeren de bijzondere situatie van Martinique en Guadeloupe als ultraperifere gebieden aan als grond voor hun verzoek. Er wordt met cijfers gestaafd dat de impact en de blijvende gevolgen van de orkaanschade nog worden versterkt door de geïsoleerde ligging van de eilanden en de sociaaleconomische situatie, die vóór de orkaan reeds precair was;

    6. de aanvraag heeft betrekking op geheel Martinique (34 gemeenten met in totaal 381 000 inwoners) en op het zwaarst getroffen deel van Guadeloupe (23 gemeenten met in totaal 298 000 inwoners, twee derde van de totale bevolking van Guadeloupe). Voor deze 57 gemeenten moest de noodtoestand worden uitgeroepen en de orkaan heeft – in verschillende mate – de totale bevolking van die zone getroffen, dus bijna 680 000 mensen;

    7. de Franse autoriteiten verklaarden dat de schade in de landbouw- en visserijsector oploopt tot ongeveer 186 miljoen euro en dat de bananensector, de belangrijkste economische sector van de eilanden, bijna geheel is verwoest. Daarnaast is er voor 178 miljoen euro schade aan de infrastructuur en openbare gebouwen en voor 110 miljoen euro aan huizen en ondernemingen;

    8. de bewijzen die Frankrijk aanvoert om aan te tonen dat er sprake is van ernstige en langdurige gevolgen voor de levensomstandigheden en de macro-economische stabiliteit van de regio, zijn voornamelijk gebaseerd op de verwachte langetermijngevolgen voor de twee hoofdsectoren, waarvan een groot deel van de beroepsbevolking afhankelijk is: de bijna volledige verwoesting van de bananenindustrie (teelt, vervoer, verwerking) en de gevolgen voor het toerisme. Deze gevolgen maken de toch al precaire economische en werkgelegenheidssituatie nog erger. Ook het grote aantal verwoeste of beschadigde huizen (bijna 17 000), de beschadigde infrastructuur (water, elektriciteit, telefoon), de financiële problemen van de gemeenten als gevolg van de orkaan, waardoor de openbaredienstverlening wordt beperkt, en de inflatoire effecten van de orkaan worden aangevoerd als bijkomende factoren die de levensomstandigheden in de regio verslechteren;

    9. de kosten voor noodacties inzake eerste levensbehoeften, die krachtens artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2012/2002 in aanmerking worden genomen, zijn, opgesplitst volgens het soort actie, door de Franse autoriteiten geraamd op 119,9 miljoen euro;

    10. Frankrijk heeft te kennen gegeven dat het POSEI- en EFRO-geld wil gebruiken voor doeleinden die verband houden met de ramp;

    11. de Franse autoriteiten hebben bevestigd dat de in punt 9 genoemde in aanmerking komende acties niet door verzekeringen worden gedekt.

    Om de hierboven vermelde redenen wordt voorgesteld de aanvraag van Frankrijk tot erkenning van de orkaan "Dean" als "buitengewone regionale ramp" goed te keuren en middelen uit het Solidariteitsfonds vrij te geven.

    2.2. Financiering

    Het totale jaarlijkse budget van het Solidariteitsfonds bedraagt 1 miljard euro. In 2008 is al 260 411 197 euro uitgetrokken voor eerdere steunaanvragen, zodat er nog 739 588 803 euro beschikbaar is.

    Aangezien solidariteit de belangrijkste reden voor de oprichting van het fonds was, is de Commissie van mening dat de steun van het fonds progressief moet zijn. Dit betekent, gelet op de praktijk tot dusverre, dat het deel van de schade dat de drempel overstijgt (0,6% van het BNI of 3 miljard euro in prijzen van 2002, indien dit bedrag lager is) recht geeft op een hogere steunintensiteit dan schade onder de drempel. In het verleden werden de toewijzingen voor grote rampen vastgesteld op 2,5% van de totale directe schade onder de drempel en 6% van de schade boven de drempel. Voor buitengewone regionale rampen geldt 2,5% van de totale directe schade als norm. De methode voor het berekenen van de steun uit het Solidariteitsfonds wordt beschreven in het jaarverslag over het Solidariteitsfonds 2002-2003 en is goedgekeurd door de Raad en het Europees Parlement.

    Voor dit geval wordt voorgesteld dezelfde percentages toe te passen en de volgende steunbedragen toe te wijzen:

    (EUR) |

    Directe schade | Drempel | Bedrag op basis van 2,5% | Bedrag op basis van 6 % | Voorgesteld totaal steunbedrag |

    Frankrijk/ Guadeloupe en Martinique, orkaan "Dean". | 511 200 000 | 3 266 629 000 | 12 780 000 | 0 | 12 780 000 |

    Totaal | 12 780 000 |

    Na deze bijstandsverlening blijft ten minste 25% van het EU-Solidariteitsfonds beschikbaar om de behoeften tot het einde van het begrotingsjaar te dekken, zoals voorgeschreven door artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 2012/2002.

    Omdat bij artikel 13 04 02 – Cohesiefonds meer kredieten dan nodig beschikbaar zijn, zijn er geen nieuwe betalingskredieten nodig voor de financiering van de betalingen uit het EU-Solidariteitsfonds aan Frankrijk (Martinique/Guadeloupe). Er kan dus een bedrag van 12,78 miljoen EUR worden overgeboekt van begrotingsonderdeel 13 04 02 naar begrotingsonderdeel 13 06 01 om de behoeften voor de beschikbaarstelling van middelen uit het Solidariteitsfonds van de EU te dekken. Deze herschikking is mogelijk omdat de betalingen in het kader van het Cohesiefonds voor de periode 2007-2013 grotendeels verband houden met grote projecten. Maar grote projecten moeten worden goedgekeurd bij afzonderlijke besluiten van de Commissie voordat er tussentijdse betalingen kunnen worden verricht. Omdat dit jaar waarschijnlijk niet veel projecten worden ingediend en goedgekeurd, worden voor 2008 geen grote tussentijdse betalingen verwacht.

    OVERZICHTSTABEL PER RUBRIEK VAN HET FINANCIEEL KADER

    Financieel kader Rubriek/subrubriek | Financieel kader 2008 | Begroting 2008 (incl. GB 1-4/2008 en VOGB 5 en 6/2008) | VOGB 7/2008 | Begroting 2008+ GB 1-4/2008 + VOGB 5 - 7/2008 |

    |VK |BK |VK |BK |VK |BK |VK |BK | | 1. DUURZAME GROEI | | | | | | | | | | 1a. Concurrentievermogen voor groei en werkgelegenheid |10 386 000 000 | |11 086 000 000 |9 768 739 600 | | |11 086 000 000 |9 768 739 600 | |1b. Cohesie ter bevordering van groei en werkgelegenheid |47 267 000 000 | |47 255 948 720 |40 551 565 026 | |- 12 780 000 |47 255 948 720 |40 538 785 026 | | Totaal | 57 653 000 000 | |58 341 948 720 | 50 320 304 626 | |- 12 780 000 | 58 341 948 720 | 50 307 524 626 | | Marge[5]

    | | |-188 948 720 | | | |-188 948 720 | | | 2. BESCHERMING EN BEHEER VAN NATUURLIJKE HULPBRONNEN waarvan : | | | | | | | | | | marktgerelateerde uitgaven en rechtstreekse betalingen |46 217 000 000 | |41 400 082 042 |40 889 550 500 | | |41 400 082 042 |40 889 550 500 | | Totaal | 59 193 000 000 | |55 564 715 538 | 53 241 270 053 | | |55 564 715 538 | 53 241 270 053 | | Marge | | |3 628 284 462 | | | |3 628 284 462 | | | 3. BURGERSCHAP, VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHTVAARDIGHEID | | | | | | | | | | 3a. Vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid |747 000 000 | |7 30 274 000 |533 196 000 | | |730 274 000 |533 196 000 | |3b. Burgerschap |615 000 000 | |875 254 197 |968 664 203 |12 780 000 |12 780 000 |888 034 197 |981 444 203 | | Totaal | 1 362 000 000 | |1 605 528 197 | 1 501 860 203 | 12 780 000 | 12 780 000 | 1 618 308 197 | 1 514 640 203 | | Marge[6]

    | | |16 883 000 | | | |16 883 000 | | | 4. DE EU ALS MONDIALE PARTNER[7] |7 002 000 000 | | 7 311 218 000 | 8 112 728 400 | | | 7 311 218 000 | 8 112 728 400 | | Marge | | | -70 000 000 | | | | -70 000 000 | | | 5. ADMINISTRATIE[8] |7 380 000 000 | |7 279 525 455 | 7 280 085 455 | | |7 279 525 455 | 7 280 085 455 | | Marge | | | 177 474 545 | | | | 177 474 545 | | | 6. COMPENSATIE | 207 000 000 | |206 636 292 | 206 636 292 | | |206 636 292 | 206 636 292 | | Marge | | | 363 708 | | | | 363 708 | | | TOTAAL | 132 797 000 000 | 129 681 000 000 | 130 309 572 202 | 120 662 885 029 | 12 780 000 | 0 |130 322 352 202 | 120 662 885 029 | | Marge | | | 3 564 056 995 | 9 560 670 956 | | | 3 564 056 995 | 9 573 450 956 | |

    [1] PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

    [2] PB L 343 van 27.12.2007, blz. 9.

    [3] Verordening (EG) nr. 2012/2002 van de Raad van 11 november 2002 tot oprichting van het Solidariteitsfonds van de Europese Unie, PB L 311 van 14.11.2002, blz. 3.

    [4] Jaarverslag 2002-2003 en Rapport over de ervaring die is opgedaan gedurende het eerste jaar waarin het nieuwe instrument is toegepast (COM(2004) 397 definitief van 26.5.2004).

    [5] Het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EGF) wordt niet begrepen in de berekening van de marge onder rubriek 1a. Het flexibiliteitsinstrument is aangesproken voor een bedrag van 200 miljoen euro.

    [6] Het bedrag voor het EUSF wordt in de begroting opgenomen boven het maximum van de betrokken rubrieken van het financiële kader, overeenkomstig het Interinstitutioneel Akkoord van 17 mei 2006 (PB C 139 van 14.6.2006).

    [7] De marge voor 2008 in rubriek 4 houdt geen rekening met de kredieten betreffende de reserve voor noodhulp. Het flexibiliteitsinstrument is aangesproken voor een bedrag van 70 miljoen euro.

    [8] Om de marge ten opzichte van het maximum van rubriek 5 te berekenen, wordt rekening gehouden met voetnoot 1 van het financieel kader 2007-2013 voor een bedrag van 77 miljoen euro aan bijdragen van de personeelsleden in het pensioenstelsel.

    Top