This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52007PC0761
Proposal for a Council Decision on a Community position within the EC-Faroe Islands Joint Committee on the amendments to Decision No 1/2001 as regards the import of registered equidae directly from Iceland and the movements of registered equidae between the Faroe Islands and the European Community
Voorstel voor een besluit van de Raad over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer inzake de wijziging van Besluit nr. 1/2001 wat betreft de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland en het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de Europese Gemeenschap
Voorstel voor een besluit van de Raad over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer inzake de wijziging van Besluit nr. 1/2001 wat betreft de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland en het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de Europese Gemeenschap
/* COM/2007/0761 def. - ACC 2007/0266 */
Voorstel voor een besluit van de Raad over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer inzake de wijziging van Besluit nr. 1/2001 wat betreft de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland en het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de Europese Gemeenschap /* COM/2007/0761 def. - ACC 2007/0266 */
NL Brussel, 29.11.2007 COM(2007) 761 definitief 2007/0266 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer inzake de wijziging van Besluit nr. 1/2001 wat betreft de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland en het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de Europese Gemeenschap (door de Commissie ingediend) TOELICHTING 1. De overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap, enerzijds, en de Regering van Denemarken en de Landsregering van de Faeröer, anderzijds [1], is op 1 januari 1997 in werking getreden. 2. Op haar vergadering van 26 september 2005 in Brussel heeft de Subgroep veterinaire aangelegenheden een bespreking gewijd aan een verzoek van de autoriteiten van de Faeröer tot uitbreiding van de overeenkomst EG-Faeröer om de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland in de Faeröer mogelijk te maken, om het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de lidstaten overeenkomstig de in hoofdstuk II van Richtlijn 90/426/EEG van de Raad vastgestelde veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer mogelijk te maken, en om het informatiesysteem te actualiseren dat door de Faeröer moet worden gebruikt. De deskundigen van de Commissie en een Potsdamgroep van lidstaten vonden dit verzoek aanvaardbaar. 3. Tijdens de vergadering werd overeenstemming bereikt over een aanbeveling om Besluit nr. 1/2001 van het Gemengd Comité EG-Faeröer opnieuw te wijzigen om deze verandering mogelijk te maken. 4. Bijgaand ontwerpbesluit van het Gemengd Comité EG-Faeröer houdt een wijziging in van Besluit nr. 1/2001 van het Gemengd Comité EG-Faeröer ter uitvoering van het Aanvullend Protocol inzake veterinaire vraagstukken bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de regering van Denemarken en de landsregering van de Faeröer anderzijds, dat op 6 december 1996 in Brussel is ondertekend. 5. De Raad wordt dan ook verzocht het bijgevoegde voorstel voor een besluit vast te stellen betreffende het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG/Denemarken-Faeröer over de goedkeuring van de uitbreiding van de overeenkomst om de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland in de Faeröer mogelijk te maken, om het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de lidstaten overeenkomstig de in hoofdstuk II van Richtlijn 90/426/EEG van de Raad vastgestelde veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer mogelijk te maken, en om het informatiesysteem te actualiseren dat door de Faeröer moet worden gebruikt. 2007/0266 (ACC) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD over het standpunt van de Gemeenschap in het Gemengd Comité EG-Faeröer inzake de wijziging van Besluit nr. 1/2001 wat betreft de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland en het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de Europese Gemeenschap DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 133 juncto artikel 300, lid 2, tweede alinea, Gezien het voorstel van de Commissie, Overwegende hetgeen volgt: (1) Volgens artikel 2 van het Aanvullend Protocol inzake veterinaire vraagstukken bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de regering van Denemarken en de landsregering van de Faeröer anderzijds [2] stelt het bij artikel 31 van die overeenkomst ingestelde gemengd comité de voorschriften voor de toepassing door de Faeröer van de communautaire bepalingen op veterinair gebied vast. (2) Het gemengd comité heeft op 31 januari 2001 Besluit nr. 1/2001 tot vaststelling van de bepalingen ter uitvoering van het Aanvullend Protocol inzake veterinaire vraagstukken bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de regering van Denemarken en de landsregering van de Faeröer anderzijds [3] vastgesteld. (3) De Subgroep veterinaire aangelegenheden van het gemengd comité beveelt aan Besluit nr. 1/2001 van het Gemengd Comité EG-Faeröer te wijzigen om de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland in de Faeröer mogelijk te maken en om het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de lidstaten op basis van de voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer mogelijk te maken, BESLUIT: Enig artikel Het standpunt dat door de Gemeenschap in het gemengd comité dat krachtens de op 6 december 1996 ondertekende overeenkomst [4] is opgericht, moet worden vastgesteld om de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland in de Faeröer mogelijk te maken en om het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de lidstaten overeenkomstig de voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer mogelijk te maken, is het standpunt dat in het bijgevoegde ontwerpbesluit van het gemengd comité is bepaald. Gedaan te Brussel, Voor de Raad De Voorzitter BIJLAGE Voorstel voor een BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ EG-FAERÖER tot wijziging van Besluit nr. 1/2001 tot vaststelling van de bepalingen ter uitvoering van het Aanvullend Protocol inzake veterinaire vraagstukken bij de Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de regering van Denemarken en de landsregering van de Faeröer anderzijds HET GEMENGD COMITÉ EG-FAERÖER, Gelet op de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling tussen de Europese Gemeenschap enerzijds en de regering van Denemarken en de landsregering van de Faeröer anderzijds [5], Gelet op het aanvullend protocol inzake veterinaire vraagstukken bij die overeenkomst [6], en met name op artikel 2, eerste zin, Overwegende hetgeen volgt: (1) Op de vergadering van de Subgroep veterinaire aangelegenheden van het Gemengd Comité EG-Faeröer op 26 september 2005 in Brussel werden twee verzoeken van de Faeröer besproken. Met het eerste werd verzocht om toelating van de invoer van geregistreerde paardachtigen rechtstreeks uit IJsland in plaats van via een grensinspectiepost die daartoe in een lidstaat is erkend overeenkomstig artikel 6 van Richtlijn 91/496/EEG van de Raad van 15 juli 1991 tot vaststelling van de beginselen voor de organisatie van de veterinaire controles voor dieren uit derde landen die in de Gemeenschap worden binnengebracht en tot wijziging van de Richtlijnen 89/662/EEG, 90/425/EEG en 90/675/EEG [7]. Met het tweede werd verzocht om toelating van het verkeer van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de lidstaten overeenkomstig de voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer. (2) Overeenkomstig artikel 9 van Richtlijn 90/426/EEG van de Raad van 26 juni 1990 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het verkeer van paardachtigen en de invoer van paardachtigen uit derde landen [8] zijn de voorschriften van Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt [9] van toepassing. (3) De Faeröer hebben zich ertoe verbonden vóór de datum van vaststelling van dit besluit de in de bijlage bij dit besluit vermelde communautaire bepalingen om te zetten en toe te passen en in de erkende grensinspectiepost in Tórshavn een voor de afhandeling van rechtstreeks uit IJsland ingevoerde geregistreerde paardachtigen geschikt inspectiecentrum op te richten overeenkomstig de in bijlage A bij Richtlijn 91/496/EEG vastgestelde voorschriften inzake bouw en dierenwelzijn. (4) De vertegenwoordigers van de Commissie en de deskundigen van de lidstaten zijn het erover eens geworden dat de veterinairrechtelijke situatie in de Faeröer de voorgestelde wijziging van Besluit nr. 1/2001 van het Gemengd Comité EG-Faeröer mogelijk maakte. (5) Bij artikel 27 van Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 inzake officiële controles op de naleving van de wetgeving inzake diervoeders en levensmiddelen en de voorschriften inzake diergezondheid en dierenwelzijn [10] zijn nieuwe beginselen voor de inning van vergoedingen of heffingen ter dekking van de kosten van officiële controles vastgesteld. Het lijkt dan ook dienstig de verwijzingen naar die vergoedingen binnen de Gemeenschap in Besluit nr. 1/2001 van het Gemengd Comité EG-Faeröer bij te werken. (6) Met betrekking tot de invoer van levende dieren en producten van dierlijke oorsprong in de Europese Unie en het intracommunautaire verkeer van levende dieren is ter vervanging van ANIMO een nieuw kennisgevingssysteem met de naam Traces ingevoerd. Met Traces kunnen de bevoegde autoriteiten die belast zijn met de controle op de diergezondheid en de volksgezondheid, langs elektronische weg gegevens uitwisselen over de invoer en het intracommunautaire verkeer van levende dieren en producten van dierlijke oorsprong. Het lijkt dan ook dienstig de verwijzingen naar de informatiesystemen in Besluit nr. 1/2001 van het Gemengd Comité EG-Faeröer bij te werken. (7) De Subgroep veterinaire aangelegenheden beveelt derhalve aan Besluit nr. 1/2001 van het Gemengd Comité EG-Faeröer [11] dienovereenkomstig te wijzigen, BESLUIT: Artikel 1 Besluit nr. 1/2001 van het Gemengd Comité EG-Faeröer wordt als volgt gewijzigd: (1) Artikel 3 komt als volgt te luiden: “Artikel 3 Controles op levende dieren van herkomst uit derde landen 1. Controles op levende dieren die afkomstig zijn uit derde landen en bestemd zijn voor de Faeröer worden in grensinspectieposten in de lidstaten door hun veterinaire diensten uitgevoerd namens en ten behoeve van de autoriteiten van de Faeröer. 2. In de voorgeschreven gevallen wordt het geïntegreerde veterinaire computersysteem (Traces) gebruikt voor alle kennisgevingen ter zake. 3. Elke invoer van levende dieren in de Faeröer wordt onderworpen aan veterinaire controles overeenkomstig Richtlijn 91/496/EEG van de Raad en de bijbehorende uitvoeringsbepalingen die in de desbetreffende besluiten van de Commissie zijn vastgesteld. Indien de resultaten van de in lid 1 bedoelde controles bevredigend zijn, geven de veterinaire diensten voor elke zending een Gemeenschappelijk veterinair document van binnenkomst af. De douanediensten zorgen ervoor dat de vereiste vergoedingen zoals bepaald in Verordening (EG) nr. 882/2004 van het Europees Parlement en de Raad worden betaald voordat met het douanevervoer wordt begonnen.”. (2) Artikel 5 komt als volgt te luiden: “Artikel 5 Financiering van de controles De Faeröer verbinden zich ertoe de bepalingen van artikel 27 van Verordening (EG) nr. 882/2004 toe te passen, wat vergoedingen betreft, voor de volgende gebieden: – in bijlage IV, hoofdstuk V, voor visserijproducten die onder Verordening (EG) nr. 853/2004 [12] vallen; – in bijlage IV, hoofdstuk V, om ervoor te zorgen dat de bij Richtlijn 96/23/EG van de Raad [13] voorgeschreven controles op aquacultuurdieren worden uitgevoerd; – in bijlage V, hoofdstukken I (vlees) en III (andere producten van dierlijke oorsprong), voor uit derde landen ingevoerde producten van dierlijke oorsprong; – in bijlage V, hoofdstuk V, voor uit derde landen ingevoerde levende dieren; – in bijlage VI, voor de controles op de onder Richtlijn 90/425/EEG [14] vallende aquacultuurdieren, producten van dierlijke oorsprong en levende geregistreerde paardachtigen.”. (3) Artikel 7 komt als volgt te luiden: “Artikel 7 Informatiesystemen 1. De Faeröer gebruiken het geïntegreerde veterinaire computersysteem (Traces) om de lidstaten in kennis te stellen van verplaatsingen en handelsverkeer van levende dieren of producten van dierlijke oorsprong, indien dit bij communautaire wetgeving is voorgeschreven. De praktische aspecten van de deelname van de Faeröer aan dit systeem worden geregeld door ambtenaren van de Commissie en van de Faeröer. 2. De Faeröer passen Richtlijn 82/894/EEG van de Raad [15] toe en nemen deel aan het systeem voor dierziektemelding (ADNS). De praktische aspecten van de deelname van de Faeröer worden geregeld door ambtenaren van de Commissie en van de Faeröer.”. (4) Het volgende artikel 12 bis wordt ingevoegd: “Artikel 12 bis Invoer en verplaatsingen van geregistreerde paardachtigen 1. De Faeröer verbinden zich ertoe in de erkende grensinspectiepost in Tórshavn een inspectiecentrum op te richten dat geschikt is voor de afhandeling van rechtstreeks uit IJsland ingevoerde geregistreerde paardachtigen. De voorzieningen in het inspectiecentrum voldoen aan de in bijlage A bij Richtlijn 91/496/EEG van de Raad vastgestelde erkenningsvoorschriften inzake bouw en dierenwelzijn. Alvorens de gebouwen op te trekken, leggen de bevoegde autoriteiten van de Faeröer het ontwerpplan voor dit centrum ter bestudering en becommentariëring voor aan de Europese Commissie. Zodra de bouw van het overeengekomen centrum voltooid is, stellen de Faeröer de Commissie daarvan op de hoogte. 2. In afwijking van artikel 3, lid 1, worden de controles van rechtstreeks uit IJsland ingevoerde geregistreerde paardachtigen overeenkomstig Richtlijn 91/496/EEG van de Raad en de bijbehorende bij Beschikking 97/794/EG van de Commissie [16] vastgestelde uitvoeringsbepalingen door de veterinaire diensten van de Faeröer uitgevoerd in het in het eerste lid bedoelde inspectiecentrum. 3. De verplaatsingen van geregistreerde paardachtigen tussen de Faeröer en de lidstaten worden uitgevoerd op basis van de voorschriften van hoofdstuk II van Richtlijn 90/426/EEG van de Raad en na de overeenkomstig Richtlijn 90/425/EEG uitgevoerde controles.”. (5) In artikel 15 wordt het volgende lid 4 toegevoegd: “4. De Faeröer passen de in de bijlage bij dit besluit vermelde communautaire bepalingen toe vóór de datum waarop het besluit wordt vastgesteld. De Faeröer delen de Commissie uiterlijk twee weken na de bekendmaking van dit besluit mee dat zij de nodige maatregelen hebben genomen om aan die bepalingen te voldoen.”. (6) De tekst in de bijlage bij dit besluit wordt toegevoegd. Artikel 2 Inwerkingtreding Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld. Gedaan te Brussel, Voor het gemengd comité De Voorzitter BIJLAGE De volgende bijlage wordt bij Besluit nr. 1/2001 gevoegd: “BIJLAGE Wetgeving als bedoeld in artikel 15: (1) Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zoötechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en producten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29). (2) Richtlijn 90/426/EEG van de Raad van 26 juni 1990 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het verkeer van paardachtigen en de invoer van paardachtigen uit derde landen (PB L 224 van 18.8.1990, blz. 42). (3) Richtlijn 90/427/EEG van de Raad van 26 juni 1990 tot vaststelling van zoötechnische en genealogische voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer in paardachtigen (PB L 224 van 18.8.1990, blz. 55). (4) Beschikking 92/260/EEG van de Commissie van 10 april 1992 inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor tijdelijke toelating van geregistreerde paarden (PB L 130 van 15.5.1992, blz. 67) (5) Beschikking 93/195/EEG van de Commissie van 2 februari 1993 inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor het opnieuw binnenbrengen, na tijdelijke uitvoer, van geregistreerde paarden voor wedrennen, wedstrijden en culturele manifestaties (PB L 86 van 6.4.1993, blz. 1) (6) Beschikking 93/196/EEG van de Commissie van 5 februari 1993 inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor de invoer van voor de slacht bestemde paardachtigen (PB L 86 van 6.4.1993, blz. 7) (7) Beschikking 93/197/EEG van de Commissie van 5 februari 1993 inzake veterinairrechtelijke voorschriften en veterinaire certificering voor de invoer van geregistreerde paardachtigen en van als fok- en gebruiksdier gehouden paardachtigen (PB L 72 van 21.3.1996, blz. 40) (8) Beschikking 93/623/EEG van de Commissie van 20 oktober 1993 tot vaststelling van het identificatiedocument (paspoort) dat geregistreerde paardachtigen moet vergezellen (PB L 298 van 3.12.1993, blz. 45) (9) Beschikking 2000/68/EG van de Commissie van 22 december 1999 houdende wijziging van Beschikking 93/623/EEG en tot vaststelling van de identificatievoorschriften voor als fok- en gebruiksdier gehouden paardachtigen (PB L 23 van 28.1.2000, blz. 72) (10) Beschikking 2004/211/EG van de Commissie van 6 januari 2004 tot vaststelling van de lijst van derde landen en delen van hun grondgebied waaruit de lidstaten de invoer toestaan van levende paardachtigen en sperma, eicellen en embryo's van paarden en tot wijziging van de Beschikkingen 93/195/EEG en 94/63/EG (PB L 73 van 11.3.2004, blz. 1) (11) Verordening (EG) nr. 1/2005 van de Raad van 22 december 2004 inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer en daarmee samenhangende activiteiten en tot wijziging van de Richtlijnen 64/432/EEG en 93/119/EG en van Verordening (EG) nr. 1255/97 (PB L 3 van 5.1.2005, blz. 1)”. [1] PB L 53 van 22.2.1997, blz. 2. Overeenkomst gewijzigd bij Besluit nr. 1/2006 (2006/561/EG) (PB L 221 van 12.8.2006, blz. 15). [2] PB L 53 van 22.2.1997, blz. 2. Overeenkomst gewijzigd bij Besluit nr. 1/2006 (2006/561/EG) (PB L 221 van 12.8.2006, blz. 15). [3] PB L 46 van 16.2.2001, blz. 24. Besluit gewijzigd bij Besluit nr. 2/2005 (2006/13/EG) (PB L 8 van 13.1.2006, blz. 46). [4] PB L 53 van 22.2.1997, blz. 2. Overeenkomst gewijzigd bij Besluit nr. 1/2006 (2006/561/EG) (PB L 221 van 12.8.2006, blz. 15). [5] PB L 305 van 30.11.1999, blz. 25. [6] PB L 305 van 30.11.1999, blz. 26. [7] PB L 268 van 24.9.1991, blz. 56. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/104/EG (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 352). [8] PB L 224 van 18.8.1990, blz. 42. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2006/104/EG (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 352). [9] PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/33/EG (PB L 315 van 19.11.2002, blz. 14). [10] PB L 191 van 28.5.2004, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1). [11] PB L 46 van 16.2.2001, blz. 24. Besluit gewijzigd bij Besluit nr. 2/2005 (2006/13/EG) van het Gemengd Comité EG-Faeröer (PB L 8 van 13.1.2006, blz. 45). [12] PB L 139 van 30.4.2004, blz. 55. [13] PB L 125 van 23.5.1996, blz. 10. [14] PB L 224 van 18.8.1990, blz. 29. [15] PB L 378 van 31.12.1982, blz. 58. [16] PB L 323 van 26.11.1997, blz. 31. --------------------------------------------------