EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52007PC0089

Voorstel voor een besluit van de Raad inzake de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe

/* COM/2007/0089 def. */

52007PC0089

Voorstel voor een besluit van de Raad inzake de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe /* COM/2007/0089 def. */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 8.3.2007

COM(2007) 89 definitief

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

inzake de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

De Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe hebben onderhandeld over een partnerschapsovereenkomst inzake visserij waarbij aan vissers uit de Gemeenschap vangstmogelijkheden worden toegekend in de visserijzone van São Tomé e Príncipe, en hebben deze overeenkomst op 25 juni 2006 geparafeerd. Die partnerschapsovereenkomst, vergezeld van een protocol en de bijbehorende bijlage, is gesloten voor de duur van vier jaar vanaf de inwerkingtreding ervan en kan worden verlengd. Op de dag van haar inwerkingtreding vervangt de partnerschapsovereenkomst de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe inzake de visserij voor de kust van São Tomé e Príncipe, die in 1984 in werking is getreden; laatstgenoemde overeenkomst wordt op dat moment ingetrokken.

Het protocol en de bijbehorende bijlage tot vaststelling van de technische en financiële voorwaarden waaronder vaartuigen van de EG de visserij mogen uitoefenen, zijn gesloten voor een periode van vier jaar, die is ingegaan op 1 juni 2006. In afwachting van de inwerkingtreding van de nieuwe overeenkomst treden het onderhavige protocol en de bijbehorende bijlage in werking op de datum waarop de partijen elkaar de voltooiing van de in dit verband te volgen procedures melden. Het protocol en de bijbehorende bijlage zijn van toepassing vanaf 1 juni 2006.

Het hoofddoel van de nieuwe partnerschapsovereenkomst is de samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe te versterken met het oog op het instellen, in het belang van beide partijen, van een partnerschapskader voor de ontwikkeling van een duurzaam visserijbeleid en de redelijke exploitatie van de visbestanden in de visserijzone van São Tomé e Príncipe. Bij het bepalen van haar onderhandelingspositie heeft de Commissie zich onder meer gebaseerd op de resultaten van een evaluatie vooraf en een evaluatie achteraf door onafhankelijke deskundigen.

De twee partijen verbinden zich tot het aangaan van een politieke dialoog over visserijaangelegenheden van wederzijds belang. In het kader van de partnerschapsovereenkomst zullen beide partijen, op basis van de huidige prioriteiten van het visserijbeleid van São Tomé e Príncipe, in onderlinge overeenstemming de te realiseren doelstellingen en de daarmee samenhangende jaarlijkse en meerjarige programmering kunnen vaststellen die tot een duurzaam en verantwoord beheer van de sector moeten leiden.

Voorts voorziet de partnerschapsovereenkomst in de bevordering van de economische, wetenschappelijke en technische samenwerking in de visserijsector en verwante sectoren.

De financiële tegenprestatie is vastgesteld op 663 000 euro per jaar. Van deze financiële tegenprestatie moet 50 % worden gebruikt om jaarlijks financiële steun te verlenen voor de ontwikkeling en de uitvoering van het sectorale visserijbeleid op São Tomé e Príncipe, met de bedoeling te komen tot een duurzame en verantwoorde visserij. Deze financiële steun wordt verleend in het kader van een jaarlijkse en een meerjarige programmering (zie boven).

De overeenkomst voorziet in vangstmogelijkheden voor twee categorieën vaartuigen: 1) voor “vriesschepen voor de tonijnvisserij met de zegen”: 25 vaartuigen; 2) voor “vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug”: 18 vaartuigen.

De door de reders te betalen rechten zijn vastgesteld voor elke categorie en zouden in totaal een extra jaarinkomen van ongeveer 165 900 euro voor São Tomé e Príncipe kunnen opleveren.

De Commissie stelt derhalve voor dat de Raad de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de voorlopige toepassing van het nieuwe protocol bij besluit goedkeurt, in afwachting dat het definitief in werking treedt.

Een voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de sluiting van de nieuwe overeenkomst wordt in een aparte procedure behandeld.

Voorstel voor een

BESLUIT VAN DE RAAD

inzake de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 300, lid 2, in samenhang met artikel 37,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

1. De Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe hebben onderhandeld over een partnerschapsovereenkomst inzake visserij waarbij aan vissers uit de Gemeenschap vangstmogelijkheden worden toegekend in de wateren waarover de Republiek São Tomé e Príncipe de soevereiniteit of de jurisdictie bezit, en hebben deze overeenkomst geparafeerd.

2. Er moet voor worden gezorgd dat de visserijactiviteiten na het verstrijken van het voorgaande protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden voor de kust van São Tomé e Príncipe kunnen worden voortgezet tot de datum van inwerkingtreding van het nieuwe protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin de genoemde partnerschapsovereenkomst voorziet.

3. Daartoe hebben de Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe een overeenkomst geparafeerd in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van het nieuwe protocol.

4. Het is in het belang van de Gemeenschap deze overeenkomst in de vorm van een briefwisseling goed te keuren.

5. Bepaald moet worden hoe de vangstmogelijkheden over de lidstaten moeten worden verdeeld,

BESLUIT:

Artikel 1

De Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de partnerschapsovereenkomst inzake visserij tussen de Europese Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe wordt namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De tekst van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling is aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De overeenkomst wordt voorlopig toegepast met ingang van 1 juni 2006.

Artikel 3

De in het protocol bij de partnerschapsovereenkomst vastgestelde vangstmogelijkheden worden als volgt over de lidstaten verdeeld:

Type visserij | Vaartuigtype | Lidstaat | Vergunningen of quota |

Tonijnvisserij | Vriesschepen voor de tonijnvisserij met de zegen | Spanje | 13 |

Frankrijk | 12 |

Tonijnvisserij | Vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug | Spanje | 13 |

Portugal | 5 |

Als met de door deze lidstaten ingediende vergunningaanvragen niet alle in het protocol bij de partnerschapsovereenkomst vastgestelde vangstmogelijkheden worden benut, kan de Commissie vergunningaanvragen van andere lidstaten in aanmerking nemen.

Artikel 4

De lidstaten waarvan de vaartuigen in het kader van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling vissen, melden de in de visserijzone van São Tomé e Príncipe gevangen hoeveelheden van elk bestand aan de Commissie op de wijze zoals bepaald bij Verordening (EG) nr. 500/2001 van de Commissie van 14 maart 2001 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen voor Verordening (EEG) nr. 2847/93 van de Raad[1].

Artikel 5

De voorzitter van de Raad is gemachtigd de personen aan te wijzen die bevoegd zijn de Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling te ondertekenen teneinde daardoor de Gemeenschap te binden.

Gedaan te Brussel,

Voor de Raad

De Voorzitter

Bijlage

Overeenkomst in de vorm van een briefwisseling betreffende de voorlopige toepassing van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Democratische Republiek Sao Tomé en Principe inzake de visserij voor de kust van São Tomé e Príncipe

A. Brief van de regering van de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe

Excellentie,

Onder verwijzing naar het op donderdag 25 mei 2006 geparafeerde protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010, heb ik de eer u mede te delen dat de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe bereid is dit protocol met ingang van 1 juni 2006 voorlopig toe te passen in afwachting van de inwerkingtreding ervan overeenkomstig artikel 12 van dat protocol, op voorwaarde dat de Europese Gemeenschap bereid is hetzelfde te doen.

In dat geval dient de eerste tranche van de in artikel 2 van het protocol vastgestelde financiële bijdrage te worden betaald vóór 15 mei 2007.

Mag ik u vragen te bevestigen dat de Europese Gemeenschap instemt met een dergelijke voorlopige toepassing?

Hoogachtend,

Voor de regering van São Tomé e Príncipe

B. Brief van de Europese Gemeenschap

Excellentie,

Ik heb de eer u de ontvangst te bevestigen van uw brief van heden welke als volgt luidt:

“Onder verwijzing naar het op donderdag 25 mei 2006 geparafeerde protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010, heb ik de eer u mede te delen dat de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe bereid is dit protocol met ingang van 1 juni 2006 voorlopig toe te passen in afwachting van de inwerkingtreding ervan overeenkomstig artikel 12 van dat protocol, op voorwaarde dat de Europese Gemeenschap bereid is hetzelfde te doen.

In dat geval dient de eerste tranche van de in artikel 2 van het protocol vastgestelde financiële bijdrage te worden betaald vóór 15 mei 2007.”

Ik heb de eer u te bevestigen dat de Europese Gemeenschap instemt met een dergelijke voorlopige toepassing.

Hoogachtend,

Namens de Raad van de Europese Unie

Protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe inzake de visserij voor de kust van São Tomé e Príncipe

Artikel 1 Geldigheidsduur en vangstmogelijkheden

1. De op grond van artikel 5 van de overeenkomst toegekende vangstmogelijkheden worden voor een op 1 juni 2006 ingaande periode van vier jaar vastgesteld als volgt:sterk migrerende soorten (soorten opgenomen in bijlage 1 bij het Zeerechtverdrag van de Verenigde Naties van 1982)

▪ vriesschepen voor de tonijnvisserij met de zegen: 25 vaartuigen,

▪ vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug: 18 vaartuigen.

2. Lid 1 is van toepassing onverminderd de artikelen 4 en 5 van dit protocol.

3. Vaartuigen die de vlag van een lidstaat van de Europese Gemeenschap voeren, mogen slechts visserijactiviteiten uitoefenen in de visserijzone van São Tomé e Príncipe indien daarvoor in het kader van dit protocol en overeenkomstig de bepalingen in de bijlage bij dit protocol een vergunning is verleend.

Artikel 2 Financiële tegenprestatie - Betalingswijze

1. De in artikel 7 van de overeenkomst bedoelde financiële tegenprestatie bestaat enerzijds, voor de in artikel 1 bedoelde periode, uit een jaarlijks bedrag van 552 500 euro, dat overeenkomt met een referentiehoeveelheid van 8 500 ton per jaar, en anderzijds uit een specifiek bedrag van 110 500 euro per jaar voor de ondersteuning en tenuitvoerlegging van initiatieven in het kader van het sectorale visserijbeleid van São Tomé e Príncipe. Dit specifieke bedrag maakt integrerend deel uit van de in artikel 7 van de overeenkomst gedefinieerde financiële tegenprestatie.

2. Lid 1 is van toepassing onverminderd de artikelen 4, 5 en 7 van dit protocol.

3. De in lid 1 bedoelde bedragen, samen 663 000 euro, worden elk jaar door de Gemeenschap betaald zolang dit protocol van toepassing is.

4. Indien de vaartuigen van de Gemeenschap in de wateren van São Tomé e Príncipe in totaal meer dan 8 500 ton per jaar vangen, wordt het bedrag van 552 500 euro van de financiële tegenprestatie met 65 euro per extra gevangen ton verhoogd. De Gemeenschap mag jaarlijks evenwel niet meer betalen dan het dubbele van het bedrag dat overeenkomt met de referentiehoeveelheid (1 105 000 euro). Indien de vaartuigen van de Gemeenschap meer vangen dan de met het dubbele van het jaarlijkse totaalbedrag overeenstemmende hoeveelheid (17 000 ton), wordt het voor de extra hoeveelheid verschuldigde bedrag het volgende jaar betaald.

5. De in lid 1 bedoelde financiële tegenprestatie wordt voor het eerste jaar uiterlijk op 15 mei 2007 betaald en voor de volgende jaren uiterlijk op 31 juli 2007, 2008 en 2009.

6. Onverminderd artikel 6 valt de beslissing over de bestemming van de tegenprestatie onder de exclusieve bevoegdheid van de autoriteiten van São Tomé e Príncipe.

7. De financiële tegenprestatie wordt overgemaakt op een rekening van het ministerie van Financiën van São Tomé e Príncipe bij een door de autoriteiten van São Tomé e Príncipe aangewezen financiële instelling.

Artikel 3 Samenwerking met het oog op verantwoorde visserij - Wetenschappelijke samenwerking

1. De twee partijen verbinden zich hierbij tot het bevorderen van een verantwoorde visserij in de wateren van São Tomé e Príncipe zonder onderscheid te maken tussen de verschillende vloten die in die wateren aanwezig zijn.

2. Tijdens de duur van dit protocol doen de Gemeenschap en de autoriteiten van São Tomé e Príncipe het nodige om de ontwikkeling van de toestand van de visbestanden in de visserijzone van São Tomé e Príncipe te volgen.

3. Beide partijen verbinden zich ertoe de samenwerking op subregionaal niveau inzake verantwoorde visserij te bevorderen, met name in het kader van het COREP.

4. Overeenkomstig artikel 4 van de overeenkomst plegen de partijen, op basis van de aanbevelingen en de resoluties van de Internationale Commissie voor de instandhouding van tonijnachtigen in de Atlantische Oceaan (ICCAT) en het beste beschikbare wetenschappelijke advies, overleg in de in artikel 9 van de overeenkomst bedoelde gemengde commissie om, in voorkomend geval na een wetenschappelijke vergadering die eventueel op subregionaal niveau wordt gehouden, in onderlinge overeenstemming maatregelen voor een duurzaam beheer van de visbestanden vast te stellen die van belang zijn voor de vaartuigen van de Gemeenschap.

Artikel 4 Herziening van de vangstmogelijkheden in onderlinge overeenstemming

1. De in artikel 1 bedoelde vangstmogelijkheden kunnen in onderlinge overeenstemming worden verhoogd voor zover uit de conclusies van de in artikel 3, lid 4, bedoelde wetenschappelijke vergadering blijkt dat een dergelijke verhoging het duurzame beheer van de visbestanden van São Tomé e Príncipe niet schaadt. De in artikel 2, lid 1, bedoelde financiële tegenprestatie van 552 500 euro wordt dan evenredig en pro rata temporis verhoogd. Het totaalbedrag van de door de Europese Gemeenschap betaalde financiële tegenprestatie, die betrekking heeft op de referentiehoeveelheid, mag evenwel niet meer bedragen dan het dubbele van 552 500 euro. Indien de vaartuigen van de Gemeenschap jaarlijks meer vangen dan het dubbele van 8 500 ton (d.i. 17 000 ton), wordt het voor de extra hoeveelheid verschuldigde bedrag het volgende jaar betaald.

2. Wanneer de partijen daarentegen overeenstemming bereiken over een verlaging van de in artikel 1 bedoelde vangstmogelijkheden, wordt de financiële tegenprestatie evenredig en pro rata temporis verlaagd.

3. De verdeling van de vangstmogelijkheden over de verschillende categorieën vaartuigen kan eveneens worden aangepast, mits de partijen daarover onderling overleg plegen en daartoe samen besluiten en op voorwaarde dat eventuele aanbevelingen van de in artikel 3 bedoelde wetenschappelijke vergadering inzake het beheer van de bestanden die de gevolgen van die herverdeling zouden ondervinden, in acht worden genomen. De partijen spreken een overeenkomstige aanpassing van de financiële tegenprestatie af, indien de herverdeling van de vangstmogelijkheden dat rechtvaardigt.

Artikel 5 Nieuwe vangstmogelijkheden

1. Indien vissersvaartuigen van de Gemeenschap belangstelling hebben voor visserijactiviteiten die niet in artikel 1 zijn vermeld, raadpleegt de Gemeenschap São Tomé e Príncipe met het oog op een eventuele vergunning voor die nieuwe activiteiten. In voorkomend geval spreken de partijen voorwaarden voor deze nieuwe vangstmogelijkheden af en indien nodig passen zij dit protocol en de bijbehorende bijlage aan.

Artikel 6 Schorsing en herziening van de betaling van de financiële tegenprestatie in abnormale omstandigheden

1. Indien abnormale omstandigheden, met uitzondering van natuurverschijnselen, de visserij in de exclusieve economische zone (EEZ) van São Tomé e Príncipe onmogelijk maken, kan de Europese Gemeenschap de betaling van de in artikel 2, lid 1, vastgestelde financiële tegenprestatie schorsen. Het besluit tot schorsing wordt, na overleg tussen beide partijen, genomen binnen twee maanden volgend op het verzoek van een van beide partijen, en op voorwaarde dat de Europese Gemeenschap op het moment van de schorsing alle verschuldigde bedragen heeft betaald.

2. De betaling van de financiële tegenprestatie wordt hervat zodra de partijen, na overleg, in onderlinge overeenstemming constateren dat de omstandigheden die aan de basis van de stopzetting van de visserij lagen, verdwenen zijn en/of dat de situatie van die aard is dat er opnieuw gevist kan worden.

3. De samen met de betaling van de financiële tegenprestatie geschorste geldigheid van de aan vaartuigen van de Gemeenschap verleende vergunningen wordt verlengd voor een periode gelijk aan de duur van de schorsing van de visserijactiviteiten.

Artikel 7 Bevordering van een verantwoorde visserij in de wateren van São Tomé e Príncipe

1. Van het in artikel 2 vastgestelde totaalbedrag van de financiële tegenprestatie (663 000 euro) wordt jaarlijks 50 % (d.i. 331 500 euro) aangewend voor de ondersteuning en de uitvoering van initiatieven in het kader van het sectorale visserijbeleid van de regering van São Tomé e Príncipe.

Bij het beheer van het overeenkomstige bedrag gaat São Tomé e Príncipe uit van de doelstellingen en de daarmee samenhangende jaarlijkse en meerjarige programmering die de twee partijen overeenkomstig onderstaand lid 2 vaststellen in onderlinge overeenstemming en overeenkomstig de huidige, op een duurzaam en verantwoord beheer van de sector gerichte prioriteiten van het visserijbeleid van São Tomé e Príncipe.

2. Op voorstel van São Tomé e Príncipe en met het oog op de tenuitvoerlegging van het vorige lid, stellen de Gemeenschap en São Tomé e Príncipe, zodra het protocol in werking treedt en uiterlijk drie maanden na de datum van inwerkingtreding ervan, in de in artikel 9 van de overeenkomst bedoelde gemengde commissie een meerjarig sectoraal programma en de daarbij horende uitvoeringsbepalingen vast, die met name het volgende omvatten:

a) de op meerjarige en jaarbasis vastgestelde richtsnoeren voor het gebruik van het in bovenstaand lid 1 genoemde deel van de financiële tegenprestatie en voor het gebruik van de specifieke bedragen voor de elk jaar uit te voeren initiatieven;

b) de doelstellingen die op meerjarige en jaarbasis moeten worden bereikt om op termijn tot de bevordering van een duurzame en verantwoorde visserij te komen, waarbij rekening wordt gehouden met de prioriteiten in de nationale beleidslijnen van São Tomé e Príncipe op het gebied van de visserij en andere terreinen die met de bevordering van een duurzame en verantwoorde visserij in verband staan of deze kunnen beïnvloeden;

c) de criteria en de procedures voor de jaarlijkse beoordeling van de resultaten;

d) bepalingen betreffende een eventuele herziening van het in lid 1 van dit artikel bedoelde percentage van het totaalbedrag van de financiële tegenprestatie, waarbij het herziene percentage van toepassing wordt in de jaren volgende op het eerste jaar waarin dit protocol wordt toegepast.

3. Voorstellen tot wijziging van het meerjarige sectorale programma of van het gebruik van de specifieke bedragen voor de elk jaar uit te voeren initiatieven moeten door de twee partijen in de gemengde commissie worden goedgekeurd.

4. Elk jaar wijst São Tomé e Príncipe het bedrag dat met het in lid 1 bedoelde percentage overeenstemt, toe aan de tenuitvoerlegging van het meerjarige programma. Voor het eerste jaar van de geldigheidsduur van het protocol moet deze toewijzing aan de Gemeenschap worden meegedeeld wanneer het meerjarige sectorale programma in de gemengde commissie wordt goedgekeurd. Voor elk daaropvolgend jaar meldt São Tomé e Príncipe de toewijzing uiterlijk op 1 mei van het voorafgaande jaar aan de Gemeenschap.

5. Wanneer de jaarlijkse beoordeling van de resultaten van de uitvoering van het meerjarige sectorale programma dat rechtvaardigt, kan de Europese Gemeenschap een herziening van de in artikel 2, lid 1, van dit protocol bedoelde financiële tegenprestatie vragen om het daadwerkelijk voor de uitvoering van het programma toegewezen bedrag aan die resultaten aan te passen.

Artikel 8 Geschillen – Schorsing van de toepassing van het protocol

1. De partijen moeten in de in artikel 9 van de overeenkomst bedoelde gemengde commissie, zo nodig in een bijzondere zitting ervan, overleg plegen over eventuele onderlinge geschillen inzake de interpretatie en de toepassing van de in dit protocol vastgestelde bepalingen.

2. Onverminderd artikel 9 kan de toepassing van het protocol op initiatief van een partij worden geschorst wanneer het geschil tussen de twee partijen als ernstig wordt beschouwd en het overeenkomstig lid 1 in de gemengde commissie gevoerde overleg niet tot een minnelijke schikking heeft geleid.

3. De toepassing van het protocol kan pas worden geschorst indien de betrokken partij haar voornemen hiertoe schriftelijk en ten minste drie maanden vóór de datum van inwerkingtreding van de schorsing meldt.

4. Bij schorsing blijven de partijen in onderling overleg streven naar een minnelijke schikking van het geschil. Zodra een minnelijke schikking is getroffen, wordt de toepassing van het protocol hervat en wordt het bedrag van de financiële tegenprestatie evenredig verlaagd pro rata temporis, naargelang van de duur van de periode waarin de toepassing van het protocol was geschorst.

Artikel 9 Schorsing van de toepassing van het protocol bij niet-betaling

Onverminderd artikel 6 kan, wanneer de Gemeenschap de in artikel 2 bedoelde betalingen niet verricht, de toepassing van dit protocol als volgt worden geschorst:

a) de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe stellen de Europese Commissie in kennis van het feit dat de betaling niet heeft plaatsgevonden. De Commissie verricht de nodige controles en gaat, indien nodig, over tot betaling binnen 60 werkdagen, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van de kennisgeving;

b) indien binnen de in artikel 2, lid 5, van dit protocol gestelde termijn het verschuldigde bedrag niet is betaald of niet is gemotiveerd waarom dat niet is gebeurd, hebben de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe het recht om de toepassing van het protocol te schorsen. Zij stellen de Europese Commissie daarvan onverwijld in kennis;

c) de toepassing van het protocol wordt hervat zodra het betrokken bedrag is betaald.

Artikel 10 Geldend nationaal recht

De activiteiten van de vissersvaartuigen van de Gemeenschap die in de wateren van São Tomé e Príncipe actief zijn, ressorteren onder het recht van São Tomé e Príncipe, be houdens andersluidende bepalingen in de overeenkomst of in dit protocol met de bijbehorende bijlage en aanhangsels.

Artikel 11 Intrekking

De bijlage bij de Overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Republiek São Tomé e Príncipe inzake de visserij voor de kust van São Tomé e Príncipe wordt ingetrokken en vervangen door de bijlage bij dit protocol.

Artikel 12 Inwerkingtreding

1. Het onderhavige protocol en de bijbehorende bijlage treden in werking op de datum waarop de partijen de voltooiing van de in dit verband te volgen procedures melden.

2. Het onderhavige protocol en de bijbehorende bijlage zijn van toepassing met ingang van 1 juni 2006.

BIJLAGE

VOORWAARDEN VOOR DE UITOEFENING VAN DE VISSERIJ DOOR VAARTUIGEN VAN DE GEMEENSCHAP IN DE VISSERIJZONE VAN SÃO TOMÉ E PRÍNCIPE

HOOFDSTUK I - FORMALITEITEN VOOR HET AANVRAGEN EN HET AFGEVEN VAN VERGUNNINGEN

Afdeling 1 Afgifte van vergunningen

1. Alleen daarvoor in aanmerking komende vaartuigen kunnen een visvergunning krijgen voor de visserijzone van São Tomé e Príncipe.

2. Een vaartuig komt slechts voor een vergunning in aanmerking als voor de reder, de kapitein en het vaartuig zelf geen verbod tot uitoefening van de visserij in de wateren van São Tomé e Príncipe geldt. Tevens mogen zij bij São Tomé e Príncipe geen verplichtingen hebben uitstaan uit hoofde van eerdere visserijactiviteiten in het kader van de met de Gemeenschap gesloten visserijovereenkomsten.

3. De bevoegde autoriteiten van de Gemeenschap dienen ten minste 15 werkdagen vóór het begin van de aangevraagde geldigheidsduur bij het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé e Príncipe elektronisch een aanvraag in voor elk vaartuig dat op grond van de overeenkomst wil vissen.

4. Voor het indienen van de aanvragen bij het voor visserij bevoegde ministerie wordt gebruik gemaakt van het formulier volgens het model in aanhangsel 1. De autoriteiten van São Tomé e Príncipe nemen alle nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de in het kader van de vergunningsaanvraag ontvangen gegevens vertrouwelijk worden behandeld. Deze gegevens worden uitsluitend in het kader van de uitvoering van de visserijovereenkomst gebruikt.

5. Elke vergunningsaanvraag gaat vergezeld van de volgende documenten:

- het bewijs van betaling van het forfaitaire voorschot voor de geldigheidsduur van de vergunning;

- (elk ander document of attest dat op grond van dit protocol voor de verschillende soorten vaartuigen vereist is

6. Het bedrag van de visrechten wordt overgemaakt op de door de autoriteiten van São Tomé e Príncipe opgegeven rekening als vermeld in artikel 2, lid 7, van het protocol.

7. De rechten omvatten alle nationale en lokale belastingen, met uitzondering van havenbelastingen en kosten voor dienstverlening.

8. De vergunningen voor alle vaartuigen worden, uiterlijk 15 werkdagen na de datum van ontvangst van alle in punt 5 bedoelde documenten, door het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé e Príncipe aan de reders of hun vertegenwoordigers afgegeven via de delegatie van de Europese Commissie in Gabon.

9. De vergunning wordt afgegeven op naam van een bepaald vaartuig en is niet overdraagbaar.

10. Wanneer evenwel wordt geconstateerd dat er sprake is van overmacht, kan de vergunning van een bepaald vaartuig op verzoek van de Europese Gemeenschap worden vervangen door een nieuwe vergunning op naam van een ander vaartuig van dezelfde in artikel 1 van het protocol bedoelde categorie als het te vervangen vaartuig, zonder dat hiervoor nieuwe visrechten hoeven te worden betaald. In dit geval worden de totale vangsten van beide vaartuigen in aanmerking genomen voor het berekenen van eventuele door de Gemeenschap te verrichten aanvullende betalingen.

11. De reder van het te vervangen vaartuig of diens vertegenwoordiger zendt de geannuleerde vergunning via de delegatie van de Europese Commissie terug aan het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé e Príncipe.

12. De nieuwe vergunning gaat in op de datum waarop de geannuleerde vergunning is teruggezonden aan het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé e Príncipe. De delegatie van de Europese Commissie in Gabon wordt van de vergunningsoverdracht in kennis gesteld.

13. De vergunning moet permanent aan boord worden bewaard. De Europese Gemeenschap houdt een ontwerplijst bij van vaartuigen waarvoor een visvergunning is aangevraagd overeenkomstig de in dit protocol vastgestelde bepalingen. Deze ontwerplijst wordt meteen na de vaststelling ervan en vervolgens na elke bijwerking ervan aan de autoriteiten van São Tomé e Príncipe meegedeeld. Meteen na de ontvangst van deze ontwerplijst en van de door de Europese Commissie aan de autoriteiten van São Tomé e Príncipe toegestuurde kennisgeving van de betaling van het voorschot wordt het vaartuig door de bevoegde autoriteit van São Tomé e Príncipe ingeschreven op een lijst van visgerechtigde vaartuigen, die aan de met de visserijcontrole belaste autoriteiten wordt meegedeeld. In dit geval kan de reder een gewaarmerkte kopie van die lijst krijgen, die hij in afwachting van de afgifte van de visvergunning aan boord kan bewaren in plaats van de visvergunning.

Afdeling 2 Vergunningsvoorwaarden - visrechten en voorschotten

1. De vergunningen zijn een jaar geldig. De geldigheidsduur kan worden verlengd.

2. Voor vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug bedragen de visrechten 35 euro per ton vis die in de visserijzone van São Tomé e Príncipe wordt gevangen.

3. De vergunningen worden afgegeven na betaling van de volgende forfaitaire bedragen aan de bevoegde nationale autoriteiten :

- 5 250 euro per vaartuig voor de tonijnvisserij met de zegen, wat overeenkomt met de visrechten voor een vangst van 150 ton per jaar;

- 1 925 euro per vaartuig voor de visserij met de drijvende beug, wat overeenkomt met de visrechten voor een vangst van 55 ton per jaar.

4. De lidstaten delen de Europese Commissie elk jaar uiterlijk op 15 juni de vangstgegevens, uitgedrukt in ton, over het voorgaande jaar mee, welke gegevens door de in onderstaand punt 5 bedoelde wetenschappelijke instellingen zijn bevestigd.

5. De definitieve afrekening van de rechten die voor een jaar n verschuldigd zijn, wordt uiterlijk op 31 juli van het jaar n+1 door de Europese Commissie, via haar delegatie, opgemaakt aan de hand van de door de reders opgestelde vangstaangiften, die zijn bevestigd door de voor de verificatie van de vangstgegevens bevoegde wetenschappelijke instellingen van de lidstaten, zoals het Institut de Recherche pour le Développement (IRD), het Instituto Español de Oceanografia (IEO) en het Instituto Português de Investigaçao Maritima (IPIMAR).

6. Deze definitieve afrekening wordt tezelfdertijd aan het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé e Príncipe en aan de reders toegezonden.

7. Uiterlijk op 31 augustus van het jaar n+1 maken de reders eventuele extra bedragen (de betaling, berekend op 35 euro per ton, voor vangsten boven 150 ton voor vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en boven 55 ton voor vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug) ten gunste van de bevoegde nationale autoriteiten van São Tomé e Príncipe over op de in dit hoofdstuk, afdeling 1, lid 6, bedoelde rekening.

8. Als het bedrag van de definitieve afrekening evenwel kleiner is dan het in punt 3 van deze afdeling bedoelde voorschot, wordt het verschil niet aan de reder terugbetaald.

HOOFDSTUK II - VISSERIJZONES

1. De vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen en de vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug van de Gemeenschap mogen hun visserijactiviteiten uitoefenen in de wateren buiten 12 zeemijl, gemeten vanaf de basislijnen.

2. Zonder onderscheid worden alle visserijactiviteiten in de voor gezamenlijke exploitatie door São Tomé e Príncipe en Nigeria bestemde zone, die wordt begrensd door de in aanhangsel 3 vermelde coördinaten, verboden.

HOOFDSTUK III - REGELING INZAKE VANGSTAANGIFTEN

1. Met het oog op de toepassing van deze bijlage wordt onder de duur van een visreis van een vaartuig van de Gemeenschap in de visserijzone van São Tomé e Príncipe verstaan:

- hetzij de tijd tussen het binnenvaren en het uitvaren van de visserijzone van São Tomé e Príncipe;

- hetzij de tijd tussen het binnenvaren van de visserijzone van São Tomé e Príncipe en het overladen en/of het aanlanden van de vangst op São Tomé e Príncipe.

2. Alle vaartuigen die op grond van de overeenkomst in de wateren van São Tomé e Príncipe mogen vissen, moeten hun vangsten aangeven bij het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé e Príncipe zodat deze autoriteiten controles kunnen verrichten op de gevangen hoeveelheden, die door de bevoegde wetenschappelijke instellingen volgens de in hoofdstuk I, afdeling 2, punt 4, van deze bijlage bedoelde procedure zijn gevalideerd. De vangsten worden als volgt aangegeven:

2.1 Gedurende een jaarlijkse geldigheidsperiode van de vergunning in de zin van hoofdstuk I, afdeling 2, van deze bijlage hebben de aangiften betrekking op de tijdens elke visreis door het vaartuig gedane vangsten. De op een fysieke drager aangebrachte originele exemplaren van de aangiften worden uiterlijk 45 dagen na de laatste in die periode gemaakte visreis aan het voor visserij bevoegde ministerie van São Tomé e Príncipe toegezonden.

2.2 De vaartuigen geven hun vangsten aan met behulp van het formulier volgens het model in aanhangsel 2 (komt overeen met de desbetreffende bladzijde uit het logboek). Met betrekking tot de perioden waarin het vaartuig zich niet in de visserijzone van São Tomé e Príncipe bevond, wordt de vermelding “Buiten de visserijzone van São Tomé e Príncipe” in het logboek aangebracht.

2.3 De formulieren worden leesbaar ingevuld en door de kapitein van het vaartuig of zijn wettelijke vertegenwoordiger ondertekend.

3. Op verzoek van een van beide partijen kan de gemengde commissie bijeenkomen om de gegevens over de visserijactiviteiten met elkaar te vergelijken.

4. Wanneer de bepalingen van dit hoofdstuk niet worden nageleefd, behoudt de regering van São Tomé e Príncipe zich het recht voor om de vergunning van het betrokken vaartuig te schorsen totdat de formaliteit is vervuld en om ten aanzien van de reder van het vaartuig de sanctie toe te passen waarin door de regelgeving van São Tomé e Príncipe is voorzien. De Europese Commissie en de vlaglidstaat worden hiervan in kennis gesteld.

HOOFDSTUK IV – OVERLADING

De twee partijen werken samen om de mogelijkheden tot overlading op de reden of in de havens van São Tomé e Príncipe te verbeteren.

1. Overlading

De vaartuigen van de Gemeenschap voor de tonijnvisserij die vrijwillig hun vangsten op een rede of in een haven van São Tomé e Príncipe overladen, hebben op het in hoofdstuk I, afdeling 2, punt 2, van de bijlage vermelde visrecht een korting van 5 euro per ton in de visserijzone van São Tomé e Príncipe gevangen vis.

Dit mechanisme geldt vanaf het eerste jaar waarin dit protocol wordt toegepast, voor elk vaartuig van de Gemeenschap tot een bedrag van 50 % van de definitieve afrekening van de vangsten (zoals omschreven in hoofdstuk III van de bijlage).

2. De wijze waarop de controle van de overgeladen tonnen vis moet worden uitgevoerd, wordt tijdens de eerste bijeenkomst van de gemengde commissie vastgesteld.

3. Evaluatie

Het niveau van de financiële prikkels en het maximumpercentage van de definitieve afrekening van de vangsten worden in de gemengde commissie aangepast op grond van het sociaaleconomische effect van de in het betrokken jaar overgeladen hoeveelheden.

HOOFDSTUK V - AANMONSTERING VAN ZEELIEDEN

1. De reders van vaartuigen voor de tonijnvisserij en vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug verbinden zich ertoe onderdanen van ACS-landen in dienst te nemen onder de hierna vastgestelde voorwaarden en binnen de volgende grenzen:

- op de vloot van vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen moet tenminste 20 % van de zeelieden die tijdens het seizoen waarin in de visserijzone van het derde land op tonijn wordt gevist, worden aangemonsterd, afkomstig zijn uit ACS-landen;

- op de vloot van vaartuigen voor de visserij met de drijvende beug moet tenminste 20 % van de zeelieden die tijdens het seizoen waarin in de visserijzone van het derde land wordt gevist, worden aangemonsterd, afkomstig zijn uit ACS-landen.

2. De reders spannen zich in om bovenop dit aantal nog meer zeelieden uit São Tomé e Príncipe in dienst te nemen.

3. De verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO) over de fundamentele beginselen en rechten op het werk is van rechtswege van toepassing op zeelieden die zijn aangemonsterd op vaartuigen van de Gemeenschap. Het gaat daarbij met name om de vrijheid van vereniging, de effectieve erkenning van het recht op collectieve onderhandeling van werknemers en de bestrijding van discriminatie op het gebied van werk en beroep.

4. De arbeidsovereenkomsten van de ACS-zeelieden, waarvan de ondertekenende partijen een kopie ontvangen, worden gesloten tussen de vertegenwoordiger(s) van de reders en de zeelieden en/of hun vakverenigingen of vertegenwoordigers. Die overeenkomsten garanderen de zeelieden de aansluiting bij de socialezekerheidsregeling die op hen van toepassing is, met inbegrip van een overlijdens-, ziekte- en ongevallenverzekering.

5. Het loon van de ACS-zeelieden komt ten laste van de reder. Het wordt vastgesteld in onderling overleg tussen de reders of hun vertegenwoordigers en de zeelieden en/of hun vakverenigingen of vertegenwoordigers. De bezoldigingsvoorwaarden van de ACS-zeelieden mogen evenwel niet ongunstiger zijn dan die welke worden toegepast voor de bemanningen uit de respectieve landen, en mogen in geen geval ongunstiger zijn dan de IAO-normen.

6. De op de vaartuigen van de Gemeenschap aangemonsterde zeelieden moeten zich daags vóór de afgesproken datum van aanmonstering melden bij de kapitein van het aangewezen vaartuig. Indien de zeeman zich niet op de voor de aanmonstering vastgestelde datum en tijd meldt, wordt de reder automatisch ontheven van zijn plicht die zeeman aan te monsteren.

7. Als evenwel om andere dan de in het vorige punt genoemde redenen geen ACS-zeelieden worden aangemonsterd, moeten de reders van de betrokken vaartuigen van de Gemeenschap voor elke dag van de visreis in de wateren van São Tomé e Príncipe een forfaitair bedrag van 20 dollar betalen. Dit bedrag wordt uiterlijk op de in hoofdstuk I, afdeling 2, punt 7, van deze bijlage vastgestelde datum betaald.

HOOFDSTUK VI - TECHNISCHE MAATREGELEN

1. De vaartuigen nemen de maatregelen en aanbevelingen die de ICCAT voor de regio heeft vastgesteld met betrekking tot het vistuig en de technische specificaties daarvan in acht, alsmede alle andere, voor hun visserijactiviteiten geldende technische maatregelen.

2. De vaartuigen voor de tonijnvisserij met de zegen stellen eventuele bijvangsten ter beschikking van het directoraat Visserij van São Tomé e Príncipe, dat zich belast met de ophaling en de aanlanding daarvan.

3. De twee partijen gaan ermee akkoord om in onderling overleg een regeling vast te stellen die de effectieve uitvoering van het vorige punt moet garanderen, of om tijdens de eerste gemengde commissie als bedoeld in artikel 9 van de overeenkomst een alternatieve oplossing vast te stellen. Met het oog hierop analyseert de gemengde commissie alle mogelijke opties, met inbegrip van de verplichting voor de betrokken zegenvisserijvaartuigen om een jaarlijkse bijdrage ten belope van een deel van de waarde van de bijvangsten te betalen aan een fonds van het directoraat Visserij van São Tomé e Príncipe dat de ambachtelijke visserij ondersteunt.

HOOFDSTUK VII - WAARNEMERS

1. De vaartuigen die in het kader van de overeenkomst een vergunning hebben om te vissen in de wateren van São Tomé e Príncipe, nemen overeenkomstig de onderstaande voorwaarden waarnemers aan boord die zijn aangewezen door de bevoegde regionale visserijorganisatie (RVO).

1.1 Op verzoek van de bevoegde autoriteit nemen de vaartuigen van de Gemeenschap een door deze autoriteit aangewezen waarnemer aan boord, die de in de wateren van São Tomé e Príncipe gedane vangsten moet controleren.

1.2 De bevoegde autoriteit stelt de lijsten vast van de vaartuigen die zijn aangewezen om een waarnemer aan boord te nemen en van de waarnemers die zijn aangewezen om aan boord te gaan. Deze lijsten worden bijgewerkt. Zij worden meteen na de opstelling ervan en vervolgens om de drie maanden na eventuele wijziging ervan, aan de Europese Commissie meegedeeld.

1.3 Bij de afgifte van de vergunning of uiterlijk 15 dagen vóór de datum waarop de waarnemer aan boord moet gaan, deelt de bevoegde autoriteit aan de betrokken reder of diens vertegenwoordiger de naam van de waarnemer mee die is aangewezen om aan boord te gaan van het betrokken vaartuig.

2. De waarnemer blijft gedurende één visreis aan boord. Op expliciet verzoek van de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe kan de periode aan boord, naargelang van de verwachte gemiddelde duur van de visreizen voor een bepaald vaartuig, evenwel tot meerdere visreizen worden uitgebreid. Een dergelijk verzoek wordt door de bevoegde autoriteit gedaan bij de opgave van de naam van de waarnemer die is aangewezen om aan boord van het betrokken vaartuig te gaan.

3. De voorwaarden voor het aan boord nemen van de waarnemer worden door de reder of diens vertegenwoordiger en de bevoegde autoriteit in onderling overleg vastgesteld.

4. De waarnemer gaat aan boord in een door de reder gekozen haven aan het begin van de eerste visreis die na de mededeling van de lijst van aangewezen vaartuigen plaatsvindt in de viswateren van São Tomé e Príncipe.

5. De betrokken reders krijgen twee weken de tijd om de data en de havens in de subregio te melden die voor het aan boord nemen van de waarnemers zijn vastgesteld, met dien verstande dat deze melding ten minste tien dagen vóór de waarnemers aan boord gaan, plaatsvindt.

6. Indien de waarnemer in een land buiten de subregio aan boord gaat, zijn de reiskosten van de waarnemer voor rekening van de reder. Als een vaartuig dat een regionale waarnemer aan boord heeft, de regionale visserijzone verlaat, wordt alles in het werk gesteld om ervoor te zorgen dat de waarnemer zo spoedig mogelijk kan terugkeren; de kosten hiervan zijn voor rekening van de reder.

7. Als de waarnemer zich binnen twaalf uur na het afgesproken tijdstip nog niet op de afgesproken plaats heeft gemeld, is de reder automatisch ontheven van de verplichting hem aan boord te nemen.

8. De waarnemer wordt aan boord als een officier behandeld. Wanneer het vaartuig zich in de wateren van São Tomé e Príncipe bevindt, verricht hij de volgende taken:

8.1 hij observeert de visserijactiviteiten van de vaartuigen;

8.2 hij controleert de positie van de vaartuigen die bij visserijactiviteiten betrokken zijn;

8.3 hij verricht bemonsteringsactiviteiten voor biologische doeleinden in het kader van wetenschappelijke programma's;

8.4 hij noteert welk vistuig wordt gebruikt;

8.5 hij controleert de in het logboek opgenomen gegevens over de vangsten die in de wateren van São Tomé e Príncipe zijn gedaan;

8.6 hij verifieert de percentages van de bijvangsten en maakt een raming, voor de verhandelbare soorten, van de hoeveelheid teruggooi;

8.7 hij deelt aan zijn bevoegde autoriteit met alle geschikte middelen de visserijgegevens mee, waaronder de aan boord aanwezige hoeveelheden hoofd- en bijvangst.

9. De kapitein neemt binnen de grenzen van zijn bevoegdheid de nodige maatregelen om de fysieke en morele veiligheid van de waarnemer bij de uitoefening van zijn taken te garanderen.

10. De waarnemer krijgt alle faciliteiten die nodig zijn voor de uitoefening van zijn taken. De kapitein laat de waarnemer de communicatiemiddelen gebruiken die deze voor zijn werk nodig heeft, stelt hem de documenten ter beschikking die rechtstreeks met de visserijactiviteit van het vaartuig verband houden, met inbegrip van met name het logboek en het navigatieboek, en verleent hem toegang tot de delen van het vaartuig waar hij dient te zijn voor de uitoefening van zijn taak.

11. Tijdens zijn verblijf aan boord gedraagt de waarnemer zich als volgt:

11.1 hij zorgt ervoor dat zijn inscheping en zijn verblijf aan boord de visserijactiviteiten niet onderbreken of hinderen;

11.2 hij gaat zorgvuldig om met de goederen en de installaties aan boord van het vaartuig, en bewaart geheimhouding over alle documenten van het betrokken vaartuig.

12. Aan het einde van de waarnemingsperiode stelt hij, vóór hij van boord gaat, een verslag van zijn activiteiten op, dat wordt overgelegd aan de bevoegde autoriteiten en waarvan een kopie wordt bezorgd aan de Europese Commissie. Hij ondertekent dat verslag in aanwezigheid van de kapitein, die er opmerkingen aan kan toevoegen of laten toevoegen en daarbij zijn handtekening plaatst. De waarnemer geeft bij het verlaten van het vaartuig een kopie van het verslag aan de kapitein.

13. De reder zorgt, op zijn kosten en volgens de praktische mogelijkheden van het vaartuig, voor kost en logies van de waarnemers, die op dit punt als officier worden behandeld.

14. Het loon en de sociale premies voor de waarnemer zijn voor rekening van de bevoegde autoriteit.

15. De twee partijen gaan zo snel mogelijk met de belanghebbende derde landen aan tafel zitten om een systeem van regionale waarnemers vast te stellen en de bevoegde regionale visserijorganisatie te kiezen. Zolang er nog geen systeem van regionale waarnemers operationeel is, nemen de vaartuigen die op grond van de overeenkomst een vergunning hebben om in de visserijzone van São Tomé e Príncipe te vissen, overeenkomstig de hierboven uiteengezette regels, in plaats van regionale waarnemers, waarnemers aan boord die door de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe zijn aangewezen.

HOOFDSTUK VIII - CONTROLE

1. Overeenkomstig hoofdstuk I, afdeling 1, punt 13, van deze bijlage houdt de Europese Gemeenschap een ontwerplijst bij van vaartuigen waarvoor een visvergunning is afgegeven overeenkomstig de bepalingen van dit protocol. Deze lijst wordt meteen na de vaststelling ervan en vervolgens na elke bijwerking ervan meegedeeld aan de voor de visserijcontrole bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe.

2. Meteen na de ontvangst van deze ontwerplijst en de kennisgeving van de betaling van het voorschot (als bedoeld in hoofdstuk I, afdeling 2, punt 3, van deze bijlage) die door de Europese Commissie aan de autoriteiten van de kuststaat is gezonden, wordt het vaartuig door de bevoegde autoriteit van São Tomé e Príncipe ingeschreven op een lijst van visgerechtigde vaartuigen, die aan de met de visserijcontrole belaste autoriteiten wordt meegedeeld. In dit geval kan de reder een gewaarmerkte kopie van die lijst krijgen, die hij in afwachting van de afgifte van de visvergunning aan boord kan bewaren in plaats van de visvergunning.

3. Binnenvaren en verlaten van de zone

3.1 De vaartuigen van de Gemeenschap die voornemens zijn de visserijzone van São Tomé e Príncipe binnen te varen of te verlaten, delen dit ten minste drie uur van tevoren mee aan de voor de visserijcontrole bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe. Zij delen eveneens de gevangen hoeveelheden en soorten aan boord mee.

3.2 Wanneer het vaartuig zijn voornemen om de wateren te verlaten meedeelt, geeft het ook zijn positie door. Die berichten worden bij voorkeur per fax (++ 239 222 828) verstuurd of via e-mail (dpescas1@cstome.net ) of, als dat niet kan, over de radio (oproepcode; 's morgens van 8 tot 10 uur: 12.00 Hz, 's middags van 14 tot 17 uur: 8.634 Hz).

3.3 Vaartuigen die hun aanwezigheid niet bij de bevoegde autoriteit van São Tomé e Príncipe hebben gemeld en toch op de uitoefening van visserijactiviteiten worden betrapt, worden beschouwd als vaartuigen in overtreding.

3.4 De fax- en telefoonnummers en het e-mailadres worden eveneens meegedeeld bij het afgeven van de visvergunning.

4. Controleprocedures

4.1 De kapiteins van de vaartuigen van de Gemeenschap die in de visserijwateren van São Tomé e Príncipe vissen, moeten iedere met de inspectie en controle van de visserijactiviteiten belaste ambtenaar van São Tomé e Príncipe het aan boord gaan toestaan en vergemakkelijken en hem bijstaan bij het vervullen van zijn taken.

4.2. Deze ambtenaren blijven niet langer aan boord dan voor het uitvoeren van hun taken nodig is.

4.3. Na elke inspectie en controle wordt aan de kapitein van het vaartuig een attest afgegeven.

5. Satellietcontrole

5.1 Alle vaartuigen van de Gemeenschap die op grond van deze overeenkomst mogen vissen, worden overeenkomstig de bepalingen in aanhangsel 4 gevolgd via satelliet. Die bepalingen treden in werking op de tiende dag nadat de regering van São Tomé e Príncipe aan de delegatie van de Europese Commissie in Gabon heeft gemeld dat het Centrum voor visserijtoezicht (CVT) van São Tomé e Príncipe met zijn activiteiten van start is gegaan.

6. Aanhouding

6.1 Wanneer een vaartuig van de Gemeenschap in de visserijwateren van São Tomé e Príncipe wordt aangehouden of een sanctie op een dergelijk vaartuig wordt toegepast, stellen de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe de vlagstaat en de Europese Commissie daarvan binnen 24 uur in kennis.

6.2 De vlagstaat en de Europese Commissie ontvangen tegelijkertijd een beknopt verslag over de omstandigheden van en de redenen voor de aanhouding.

7. Proces-verbaal van de aanhouding

7.1 De kapitein van het vaartuig ondertekent het proces-verbaal waarin de geconstateerde feiten door de bevoegde autoriteit van São Tomé e Príncipe zijn opgetekend.

7.2 Deze ondertekening heeft geen consequenties ten aanzien van de rechten en de middelen die de kapitein te zijner verdediging kan doen gelden met betrekking tot de vermoedelijke overtreding die hem ten laste wordt gelegd. Als hij het document weigert te ondertekenen, motiveert hij dit schriftelijk en in dat geval brengt de inspecteur de vermelding “weigert te ondertekenen” aan.

7.3 De kapitein brengt zijn vaartuig naar de door de autoriteiten van São Tomé e Príncipe opgegeven haven. Bij een lichte overtreding kan de bevoegde autoriteit van São Tomé e Príncipe het aangehouden vaartuig toestaan zijn visserijactiviteiten voort te zetten.

8. Overlegvergadering bij aanhouding

8.1 Voordat ten aanzien van de kapitein, de bemanning van het vaartuig, de lading of de uitrusting van het vaartuig maatregelen in overweging worden genomen - tenzij het maatregelen betreft om bewijsmateriaal over de vermoedelijke overtreding veilig te stellen - wordt één werkdag na ontvangst van de hierboven bedoelde gegevens een overlegvergadering gehouden tussen de Europese Commissie en de bevoegde autoriteiten van de São Tomé e Príncipe, eventueel in aanwezigheid van een vertegenwoordiger van de betrokken lidstaat.

8.2 Tijdens dit overleg verstrekken de partijen elkaar alle documenten of inlichtingen die de omstandigheden van de geconstateerde feiten kunnen helpen ophelderen. De reder of zijn vertegenwoordiger wordt in kennis gesteld van de resultaten van dit overleg en van alle maatregelen die naar aanleiding van de aanhouding van het vaartuig kunnen worden getroffen.

9. Afwikkeling van de aanhouding

9.1. Voordat een gerechtelijke procedure wordt ingeleid, wordt ernaar gestreefd de vermoedelijke overtreding via een schikkingsprocedure af te handelen. Deze procedure moet uiterlijk drie werkdagen na de aanhouding zijn afgewikkeld.

9.2. Bij de schikkingsprocedure wordt het bedrag van de boete vastgesteld overeenkomstig de regelgeving van São Tomé e Príncipe.

9.3. Als de zaak niet volgens een schikkingsprocedure kan worden afgehandeld en door een bevoegde rechterlijke instantie in behandeling moet worden genomen, stelt de reder bij een door de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe opgegeven bank een bankgarantie die wordt vastgesteld met inachtneming van de met de aanhouding gepaard gaande kosten, de boetesom en de vergoedingen die moeten worden betaald door degenen die verantwoordelijk zijn voor de overtreding.

9.4. De bankgarantie wordt niet vrijgegeven voordat de gerechtelijke procedure is afgerond. Zij wordt vrijgegeven indien de procedure niet tot een veroordeling heeft geleid. Als bij veroordeling de boete kleiner is dan de gestelde bankgarantie, geven de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe het saldo na de uitspraak vrij.

9.5. Het vaartuig wordt vrijgegeven en de bemanning wordt gemachtigd de haven te verlaten:

- zodra aan de bij de schikkingsprocedure vastgestelde verplichtingen is voldaan, of

- zodra, in afwachting van de afronding van de gerechtelijke procedure, een bankgarantie als bedoeld in punt 9.3 is gesteld en deze door de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe is aanvaard.

10. Overlading

10.1 Vaartuigen van de Gemeenschap die hun vangsten in de wateren van São Tomé e Príncipe willen overladen, doen dat in de havens of/en op de rede van de havens van São Tomé e Príncipe.

10.2. De reders van die vaartuigen stellen de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe ten minste 24 uur van tevoren in kennis van:

- de naam van de vissersvaartuigen waaruit wordt overgeladen;

- de naam, het IMO-nummer en de vlag van het vrachtschip;

- de overgeladen hoeveelheid (in tonnen) van elke soort;

- dag en plaats van de overlading.

10.3. Overladen wordt beschouwd als het uitvaren van de visserijzone van São Tomé e Príncipe. De kapiteins van de vaartuigen moeten de vangstaangiften derhalve bij de bevoegde autoriteiten van São Tomé e Príncipe indienen en meedelen of zij voornemens zijn door te gaan met vissen dan wel de visserijzone van São Tomé e Príncipe te verlaten.

10.4. Overladen op andere wijze dan hierboven beschreven is niet toegestaan in de visserijzone van São Tomé e Príncipe. Overtredingen worden bestraft met de sancties waarin de regelgeving van São Tomé e Príncipe voorziet.

11. De kapiteins van de vaartuigen van de Gemeenschap die hun vangst in een haven van São Tomé e Príncipe aanlanden of overladen, moeten de controle op deze verrichtingen door inspecteurs van São Tomé e Príncipe toestaan en vergemakkelijken. Na elke inspectie en controle in de haven wordt aan de kapitein van het vaartuig een kopie van het inspectie- en controleverslag of een attest afgegeven.

AANHANGSELS

1 – Formulier voor het aanvragen van een vergunning

2 – ICCAT-logboek

3 – Coördinaten van het gebied waar niet mag worden gevist

4 – Bepalingen voor het satellietvolgsysteem voor vaartuigen (VMS) en coördinaten van de visserijzone van São Tomé e Príncipe

Aanhangsel 1 MINISTERIE VOOR VISSERIJ VAN SÃO TOMÉ E PRÍNCIPE

AANVRAAG VOOR EEN VERGUNNING VOOR BUITENLANDSE VAARTUIGEN DIE DE INDUSTRIËLE VISSERIJ BEOEFENEN

1. Naam van de reder:

2. Adres van de reder:

3. Naam van de vertegenwoordiger of de plaatselijke zaakgelastigde van de reder:

4. Adres van de vertegenwoordiger of de plaatselijke zaakgelastigde van de reder:

………………………………………………………………………………………..

5. Naam van de kapitein:

6. Naam van het vaartuig:

7. Registratienummer:

8. Faxnummer:

9. E-mailadres:

10. Radiocode:

11. Datum en plaats van constructie:

12. Vlagstaat:

13. Haven van registratie:

14. Uitrustingshaven:

15. Lengte (over alles):

16. Breedte:

17. Brutotonnage:

18. Inhoud van het scheepsruim:

19. Koel- en vriescapaciteit:

20. Motortype en -vermogen:

21. Vistuig:

22. Aantal zeelieden:

23. Communicatiesysteem:

24. Roepnaam:

25. Herkenningstekens:

26. Uit te voeren visserijactiviteiten:

27. Plaats van aanlanding:

28. Visserijzones:

29. Soorten waarop zal worden gevist:

30. Geldigheidsduur:

31. Bijzondere voorwaarden:

Advies van het directoraat-generaal Visserij en maritieme zaken:

Opmerkingen van het voor visserij bevoegde ministerie:

Aanhangsel 2

ICCAT-LOGBOEK VOOR DE VISSERIJ OP TONIJN |

Beug Levend aas Ringzegen Sleepnet of trawl Andere |

Vlagstaat:. ……………………………………………………………………........................... | Capaciteit (MT): ……………………………………………........ |

Registratienummer: ………………………………………………………………................................... | Kapitein: ……………………………………………………….... |

Reder: ………………………………………………………….......................... | Aantal bemanningsleden: ….…………………………………………………........................ |

Adres: ………………………………………………………………………….... | Datum van het verslag: ………………………………………………...... |

(Auteur van het verslag): ………………………………………………................................. | Aantal dagen op zee: | Aantal visdagen: Aantal uitzetten: | Nummer visreis: |

Datum | Sector | Temp. opper-vlakte-water (ºC) | Visserij-inspanning Aantal gebruikte haken | Vangsten | Gebruikt aas |

1 - Gebruik één blad per maand en 1 regel per dag. | 3- Met “dag” wordt bedoeld de dag van het uitzetten van de lijn. | 5 - Onderste regel -aangeland gewicht- pas invullen aan het einde van de reis. Het daadwerkelijke gewicht bij het aanlanden moet worden vermeld. |

2 - Na afloop van elke reis een kopie van het formulier bezorgen aan uw correspondent of aan ICCAT, Calle Corazon de Maria 8, 28002 Madrid, Spanje. | 4 – “Visserijzone” betekent de positie van het vaartuig. Minuten afronden en de breedte- en lengtegraad noteren, met vermelding van N/Z en O/W. | 6 - Alle gegevens van dit formulier worden strikt vertrouwelijk behandeld. |

Aanhangsel 3

[pic]

Aanhangsel 4

Protocol (VMS)

tot vaststelling van de bepalingen voor het volgen per satelliet van de vissersvaartuigen van de Gemeenschap die in de EEZ van São Tomé e Príncipe vissen

1. De bepalingen van dit protocol vullen het Protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de partnerschapsovereenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en de Democratische Republiek São Tomé e Príncipe inzake de visserij voor de kust van São Tomé e Príncipe aan voor de periode van 1 juni 2006 tot en met 31 mei 2010 en zijn van toepassing overeenkomstig punt 5 van “hoofdstuk VIII – Controle” van de bijlage erbij.

2. Alle vissersvaartuigen met een lengte over alles van meer dan 15 m die visserijactiviteiten uitvoeren in het kader van de visserijovereenkomst tussen de EG en São Tomé e Príncipe, worden per satelliet gevolgd wanneer ze zich in de EEZ van São Tomé e Príncipe bevinden.

Hiertoe delen de autoriteiten van São Tomé e Príncipe de coördinaten (lengte- en breedtegraad) van de EEZ van São Tomé e Príncipe mee aan de Gemeenschap.

De autoriteiten van São Tomé e Príncipe verstrekken deze informatie in elektronische vorm, uitgedrukt in decimale graden, in het systeem WGS-84.

3. De partijen wisselen volgens de voorwaarden die in de punten 5 en 7 worden vastgesteld, gegevens uit inzake de X.25-adressen en de parameters voor de elektronische communicatie tussen hun controlecentra. Deze gegevens omvatten, voor zover mogelijk, de namen, telefoon-, telex- en faxnummers en de elektronische adressen (internet of X.400) die kunnen worden gebruikt voor de algemene communicatie tussen de controlecentra.

4. De positie van vaartuigen wordt bepaald met een foutenmarge van minder dan 500 m en een betrouwbaarheidsinterval van 99 %.

5. Wanneer een op grond van de overeenkomst vissend vaartuig dat overeenkomstig de geldende Gemeenschapswetgeving via satelliet wordt gevolgd, de EEZ van São Tomé e Príncipe binnenvaart, stuurt het controlecentrum van de vlagstaat de opeenvolgende positierapporten onmiddellijk met een interval van maximaal 3 uur aan het Centrum voor visserijtoezicht (CVT) van São Tomé e Príncipe (identificatie van het vaartuig, breedtegraad, lengtegraad, vaarrichting en -snelheid). De berichten worden geïdentificeerd met de vermelding “Positierapport”.

6. De in punt 5 bedoelde berichten worden elektronisch in X.25-formaat of volgens een ander beveiligd protocol verstuurd. De transmissie gebeurt in real time en volgens het in tabel II aangegeven formaat.

7. Indien de aan boord van een vissersvaartuig aanwezige satellietapparatuur voor permanente positiebepaling onklaar is, meldt de kapitein van het vaartuig te gelegener tijd de in punt 5 bedoelde gegevens per fax aan het controlecentrum van de vlagstaat en aan het CVT van São Tomé e Príncipe. In dat geval moet om de 9 uur een algemeen positierapport worden verzonden. Dit algemene positierapport omvat de positierapporten die volgens de in punt 5 gestelde voorwaarden om de 3 uur door de kapitein van het vaartuig zijn geregistreerd.

Het controlecentrum van de vlagstaat verzendt deze berichten naar het CVT van São Tomé e Príncipe. Onklare apparatuur wordt gerepareerd of vervangen binnen maximaal 1 maand. Wanneer die termijn verstreken is, moet het betrokken vaartuig de EEZ van São Tomé e Príncipe verlaten.

8. De controlecentra van de vlagstaten controleren de bewegingen van hun vaartuigen in de wateren van São Tomé e Príncipe. Indien de vaartuigen niet volgens de vastgestelde voorwaarden kunnen worden gevolgd, wordt het CVT van São Tomé e Príncipe daarvan onmiddellijk na de constatering ervan in kennis gesteld en is de procedure van punt 7 van toepassing.

9. Indien het CVT van São Tomé e Príncipe constateert dat de vlagstaat de in punt 5 bedoelde informatie niet verstrekt, worden de bevoegde diensten van de Europese Commissie daarvan onmiddellijk in kennis gesteld.

10. De overeenkomstig deze bepalingen aan de andere partij meegedeelde gegevens dienen uitsluitend om de autoriteiten van São Tomé e Príncipe in staat te stellen de communautaire vloot die in het kader van de visserijovereenkomst tussen de EG en São Tomé e Príncipe vist, te controleren en te bewaken. Deze gegevens mogen onder geen beding aan derden worden meegedeeld.

11. De componenten van de software en van de apparatuur van het satellietvolgsysteem moeten betrouwbaar zijn; het moet onmogelijk zijn de posities te vervalsen of manueel te bewerken.

Het systeem moet volledig automatisch en permanent operationeel zijn en mag niet worden beïnvloed door milieu- en klimaatfactoren. Het is verboden het satellietvolgsysteem te vernielen, te beschadigen, buiten werking te stellen of te beïnvloeden.

De kapiteins van de vaartuigen zien erop toe dat:

- de gegevens niet worden gewijzigd;

- de antenne(s) van de satellietvolgapparatuur niet worden gestoord;

- de elektrische voeding van de satellietvolgapparatuur niet wordt onderbroken;

- de satellietvolgapparatuur niet wordt gedemonteerd.

12. De partijen komen overeen elkaar op verzoek de gegevens betreffende de gebruikte satellietvolgapparatuur mee te delen om na te gaan of alle apparatuur volledig compatibel is met de in het kader van deze bepalingen aan de partijen gestelde eisen.

13. Geschillen over de interpretatie of de toepassing van deze bepalingen worden door de partijen in onderling overleg behandeld in de gemengde commissie die is ingesteld bij artikel 9 van de overeenkomst.

14. De partijen komen overeen deze bepalingen indien nodig te herzien.

MELDING VAN DE VMS-GEGEVENS AAN SÃO TOMÉ E PRÍNCIPE

POSITIERAPPORT

Gegeven | Code | Verplicht/ facultatief | Opmerkingen |

Header | SR | V | Systeeminformatie - geeft het begin van de record aan |

Geadresseerde | AD | V | Berichtinformatie - geadresseerde. ISO-alfa-3-landcode |

Verzender | FR | V | Berichtinformatie - verzender. ISO-alfa-3-landcode |

Vlagstaat | FS | F |

Berichttype | TM | V | Berichtinformatie - berichttype “POS” |

Radioroepnaam | RC | V | Vaartuiginformatie - internationale radioroepnaam van het vaartuig |

Intern referentienummer van de overeenkomst-sluitende partij | IR | F | Vaartuiginformatie - uniek volgnummer van de overeenkomstsluitende partij (ISO3-code van de vlagstaat, gevolgd door een nummer) |

Extern registratienummer | XR | V | Vaartuiginformatie - kenteken aangebracht op de romp van het vaartuig |

Breedtegraad | LA | V | Positie-informatie - positie in graden en minuten N/Z GGMM (WGS84) |

Lengtegraad | LO | V | Positie-informatie - positie in graden en minuten O/W GGGMM (WGS84) |

Vaarrichting | CO | V | Vaarrichting van het vaartuig, op een schaal van 360° |

Vaarsnelheid | SP | V | Vaarsnelheid van het vaartuig, in tientallen knopen |

Datum | DA | V | Positie-informatie - datum van registratie van de positie in UTC (JJJJMMDD) |

Tijd | TI | V | Positie-informatie - tijdstip van registratie van de positie in UTC (UUMM) |

Tailer | ER | V | Systeeminformatie - geeft het einde van de record aan |

Tekenset: ISO 8859.1

De structuur van de gegevenstransmissie is als volgt:

- een dubbele schuine streep (//) en een code geven het begin van de transmissie aan,

- een enkele schuine streep (/) fungeert als separator tussen code en gegeven.

De facultatieve gegevens moeten worden opgenomen tussen de header en de tailer.

GRENZEN VAN DE EEZ VAN SÃO TOMÉ E PRÍNCIPE

COÖRDINATEN VAN DE EEZ

GEGEVENS VAN HET CVT VAN SÃO TOMÉ E PRÍNCIPE

Naam van het CVT:

Tel. VMS:

Fax VMS:

E-mail VMS:

Tel. DSPG:

Fax DSPG:

Adres X25 =

Meldingen van het binnenvaren/uitvaren:

[1] PB L 73 van 15.3.2001, blz. 8.

Top