This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52006PC0237
Proposal for a Council Regulation amending Regulation (EC) No 1698/2005 on support for rural development by the European Agricultural Fund for Rural Development (EAFRD)
Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1698/2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO)
Voorstel voor een verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1698/2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO)
/* COM/2006/0237 def. - CNS 2006/0082 */
[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN | Brussel, 24.5.2006 COM(2006) 237 definitief 2006/0082 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1698/2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) (door de Commissie ingediend) TOELICHTING 1. Bij artikel 69, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 (de zogenoemde “aftoppingsbepaling”) zijn de jaarlijkse kredieten voor de structuuruitgaven van de Gemeenschap in de onder de convergentiedoelstelling vallende regio’s gemaximeerd en bij artikel 70, leden 3 en 4, van die verordening zijn de percentages voor de bijdrage uit het ELFPO vastgesteld. 2. Volgens het akkoord van de Europese Raad over de financiële vooruitzichten voor de periode 2007–2013 worden de jaarlijkse kredieten voor de structuuruitgaven van de Gemeenschap in de onder de convergentiedoelstelling vallende regio’s gemaximeerd op niveaus die verschillen van het bij artikel 69, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 vastgestelde maximum en waarbij per afzonderlijke betrokken lidstaat moet worden bepaald welk van die niveaus van toepassing is. 3. Eveneens volgens dat akkoord wordt aan de Republiek Portugal een bedrag van € 320 miljoen toegewezen dat niet afhankelijk mag worden gesteld van nationale medefinanciering overeenkomstig artikel 70, leden 3 en 4, van Verordening (EG) nr. 1698/2005. 4. Verordening (EG) nr. 1698/2005 moet worden gewijzigd enerzijds om de "aftoppingsbepaling" in overeenstemming te brengen met het akkoord van de Europese Raad en ook met de desbetreffende bepaling in de communautaire regelgeving inzake de Structuurfondsen en het Cohesiefonds voor de periode 2007–2013, en anderzijds om Portugal voor het bedrag van € 320 miljoen vrij te stellen van toepassing van de medefinancieringsvoorwaarde. 2006/0082 (CNS) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1698/2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 37 en artikel 299, lid 2, Gezien het voorstel van de Commissie, Gezien het advies van het Europees Parlement[1], Gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité[2], Gezien het advies van het Comité van de Regio's[3], Overwegende hetgeen volgt: 5. Bij artikel 69, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad van 20 september 2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO)[4] zijn de jaarlijkse kredieten voor de structuuruitgaven van de Gemeenschap in de onder de convergentiedoelstelling vallende regio’s gemaximeerd en bij artikel 70, leden 3 en 4, van die verordening zijn de percentages voor de bijdrage uit het ELFPO vastgesteld. 6. Volgens de in december 2005 door de Europese Raad overeengekomen financiële vooruitzichten voor de periode 2007–2013 worden de jaarlijkse kredieten voor de structuuruitgaven van de Gemeenschap in de onder de convergentiedoelstelling vallende regio’s gemaximeerd op niveaus die verschillen van het bij artikel 69, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1698/2005 vastgestelde maximum en waarbij per afzonderlijke betrokken lidstaat moet worden bepaald welk van die niveaus van toepassing is. 7. Eveneens volgens de genoemde financiële vooruitzichten voor de periode 2007–2013 wordt aan Portugal een bedrag van € 320 miljoen toegewezen dat niet afhankelijk mag worden gesteld van nationale medefinanciering overeenkomstig artikel 70, leden 3 en 4, van Verordening (EG) nr. 1668/2005. 8. Verordening (EG) nr. 1698/2005 moet dienovereenkomstig worden gewijzigd, HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD: Artikel 1 Verordening (EG) nr. 1698/2005 wordt als volgt gewijzigd: (1) In artikel 69 wordt lid 6 vervangen door: “6. De Commissie ziet erop toe dat voor een lidstaat de jaarlijkse toewijzing uit de van de afdeling Oriëntatie van het EOGFL afkomstige ELFPO-middelen overeenkomstig de onderhavige verordening, de jaarlijkse toewijzingen uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO), het Europees Sociaal Fonds (ESF) en het Cohesiefonds overeenkomstig de communautaire regelgeving houdende algemene bepalingen inzake die Fondsen voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2013, met inbegrip van de bijdrage uit het EFRO overeenkomstig de communautaire regelgeving inzake het Europees nabuurschapsinstrument, de jaarlijkse toewijzing uit het pretoetredingsinstrument overeenkomstig de communautaire regelgeving inzake dat instrument en de jaarlijkse toewijzing uit het deel van het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) dat tot de verwezenlijking van de convergentiedoelstelling bijdraagt, in totaal niet meer bedragen dan de volgende grenzen: - 3,7893% van het BBP van de lidstaten waarvan het BNI per inwoner in de periode 2001–2003 gemiddeld minder dan 40% van het gemiddelde voor de EU-25 bedroeg, - 3,7135% van het BBP van de lidstaten waarvan het BNI per inwoner in de periode 2001–2003 gemiddeld ten minste 40% en minder dan 50% van het gemiddelde voor de EU-25 bedroeg, - 3,6188% van het BBP van de lidstaten waarvan het BNI per inwoner in de periode 2001–2003 gemiddeld ten minste 50% en minder dan 55% van het gemiddelde voor de EU-25 bedroeg, - 3,5240% van het BBP van de lidstaten waarvan het BNI per inwoner in de periode 2001–2003 gemiddeld ten minste 55% en minder dan 60% van het gemiddelde voor de EU-25 bedroeg, - 3,4293% van het BBP van de lidstaten waarvan het BNI per inwoner in de periode 2001–2003 gemiddeld ten minste 60% en minder dan 65% van het gemiddelde voor de EU-25 bedroeg, - 3,3346% van het BBP van de lidstaten waarvan het BNI per inwoner in de periode 2001–2003 gemiddeld ten minste 65% en minder dan 70% van het gemiddelde voor de EU-25 bedroeg, - 3,2398% van het BBP van de lidstaten waarvan het BNI per inwoner in de periode 2001–2003 gemiddeld ten minste 70% en minder dan 75% van het gemiddelde voor de EU-25 bedroeg, - daarboven is het maximumniveau voor de overdrachten 0,09 procentpunt van het BBP lager per 5 procentpunten dat het BNI per inwoner gemiddeld over de periode 2001–2003, uitgedrukt als percentage van het gemiddelde voor de EU-25, hoger was. De Commissie baseert haar berekeningen van het BBP op de in april 2005 bekendgemaakte statistieken. De individuele nationale percentages van de groei van het BBP zoals deze voor de periode 2007–2013 zijn aangegeven in de prognoses die de Commissie in april 2005 heeft opgesteld, worden voor elke lidstaat afzonderlijk toegepast. Indien in 2010 blijkt dat het voor de jaren 2007–2009 gecumuleerde BBP van een lidstaat meer dan 5% naar boven of naar beneden verschilt van het overeenkomstig de tweede alinea geschatte gecumuleerde BBP, ook als dat het gevolg is van wisselkoersschommelingen, worden de overeenkomstig de eerste alinea voor die periode aan die lidstaat toegewezen bedragen dienovereenkomstig aangepast. Het totale netto-effect van deze aanpassingen, ongeacht of het positief dan wel negatief is, mag niet meer bedragen dan € 3 000 miljoen. Indien het netto-effect positief is, worden de totale extra middelen hoe dan ook beperkt tot het niveau van de onderbesteding ten opzichte van de maximumbedragen die beschikbaar zijn voor vastleggingen uit de Structuurfondsen en het Cohesiefonds voor de jaren 2007–2010. De uiteindelijke aanpassingen worden in gelijke delen over de jaren 2011–2013 gespreid. Om de waarde van de Poolse zloty in de referentieperiode te weerspiegelen wordt het resultaat van de toepassing van de in de eerste alinea vermelde percentages voor Polen voor de periode tot en met het in de derde alinea bedoelde onderzoek vermenigvuldigd met de coëfficiënt 1,04.”. (2) In artikel 70 wordt het volgende lid ingevoegd: “4 bis Voor Portugal mag voor een bedrag van € 320 miljoen het bepaalde in de leden 3 en 4 niet worden toegepast.”. Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie . Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat. Gedaan te Brussel, Voor de Raad De voorzitter FINANCIEEL MEMORANDUM | 1. BEGROTINGSPOST: 05 04 05 01 | KREDIETEN (VOB 2007): 12 343 028 111 euro | 2. TITEL VAN DE MAATREGEL: Verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1698/2005 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) | 3. RECHTSGRONDSLAG: Artikel 37 en artikel 299, lid 2, van het Verdrag | 4. DOEL VAN DE MAATREGEL: Verordening (EG) nr. 1698/2005 moet worden gewijzigd om: 1) de “aftoppingsbepaling” in overeenstemming te brengen met het akkoord van de Europese Raad en ook met de desbetreffende bepaling in de communautaire regelgeving inzake de Structuurfondsen en het Cohesiefonds voor de periode 2007–2013, 2) Portugal voor een bedrag van 320 miljoen euro vrij te stellen van toepassing van de medefinancieringsvoorwaarde. | 5. FINANCIËLE CONSEQUENTIES | PERIODE 12 MAANDEN (miljoen euro) | LOPEND BEGROTINGSJAAR 2006 (miljoen euro) | VOLGEND BEGROTINGSJAAR 2007 (miljoen euro) | 5.0. UITGAVEN TEN LASTE VAN – DE BEGROTING EG (RESTITUTIES / INTERVENTIES) – NAT. BEGROTINGEN – ANDERE | – | – | – | 5.1. ONTVANGSTEN – EIGEN MIDDELEN EG (HEFFINGEN / DOUANERECHTEN) – OP NATIONAAL VLAK | – | – | – | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 6.0. FINANCIERING MOGELIJK UIT KREDIETEN DIE IN HET BETROKKEN HOOFDSTUK VAN DE LOPENDE BEGROTING ZIJN OPGEVOERD ? | JA/NEEN | 6.1. FINANCIERING MOGELIJK DOOR OVERSCHRIJVING VAN EEN HOOFDSTUK NAAR EEN ANDER HOOFDSTUK VAN DE LOPENDE BEGROTING ? | JA/NEEN | 6.2. AANVULLENDE BEGROTING NODIG ? | JA/NEEN | 6.3. MOETEN OP DE VOLGENDE BEGROTING KREDIETEN WORDEN OPGEVOERD ? | JA/NEEN | OPMERKINGEN: (1) De voorgestelde wijzigingen zullen niet leiden tot een overbesteding ten opzichte van het totale budget voor de Structuurfondsen. | [1] PB C … van …, blz. …. [2] PB C … van …, blz. …. [3] PB C … van …, blz. …. [4] PB L 277 van 21.10.2005, blz. 1.