52006PC0233

[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 7.6.2006

COM(2006) 233 definitief

2006/0081 (CNS)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector visserijproducten en producten van de aquacultuur

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

1. De uitgaven in het kader van de tenuitvoerlegging van Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector visserijproducten en producten van de aquacultuur werden tot nu toe gefinancierd uit de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EG) nr. 1258/1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid. De begroting betreffende deze uitgaven is door de Commissie ten uitvoer gelegd in gedeeld beheer met de lidstaten.

2. Het nieuwe Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) dat is ingesteld bij Verordening (EG) nr. 1290/2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid, komt krachtens artikel 3, lid 2, van die verordening met ingang van 16 oktober 2006 in de plaats van het EOGFL, afdeling Garantie. Het ELGF zal vanaf dan de maatregelen betreffende de visserijmarkten financieren aan de hand van gecentraliseerd beheer.

3. Verordening (EG) nr. 104/2000 moet derhalve worden gewijzigd met het oog op de financiering uit het ELGF van de uitgaven in verband met de visserijmarkten.

De Raad wordt verzocht dit voorstel zo spoedig mogelijk goed te keuren ten einde de continuïteit van de financiering van de gemeenschappelijk ordening der markten in de sector visserijproducten en producten van de aquacultuur te garanderen.

2006/0081 (CNS)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN DE RAAD

tot wijziging van Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector visserijproducten en producten van de aquacultuur

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 37,

Gezien het voorstel van de Commissie[1],

Gezien het advies van het Europees Parlement[2],

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Voor uitgaven die door de lidstaten worden gedaan overeenkomstig sommige bepalingen van Verordening (EG) nr. 104/2000 van de Raad[3] gelden momenteel de voorschriften van Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid[4]. Deze laatste verordening is vervangen door Verordening (EG) nr. 1290/2005 van de Raad van 21 juni 2005 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid[5], die met ingang van 16 oktober 2006 van toepassing is op de door de lidstaten gedane uitgaven.

(2) Bij artikel 2, lid 1, onder a), van Verordening (EG) nr. 1290/2005 is het Europees Landbouwgarantiefonds (hierna het “ELGF” genoemd) ingesteld.

(3) In artikel 3, lid 2, onder f), is bepaald dat het ELGF op gecentraliseerde wijze de uitgaven betreffende de visserijmarkten financiert.

(4) De financiering van de uitgaven met betrekking tot de visserijmarkten op grond van artikel 3, lid 2, onder f), van Verordening (EG) nr. 1290/2005 is een uitvoering van de begroting op gecentraliseerde wijze en moet derhalve in overeenstemming zijn met Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen[6] en de bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002[7] van de Commissie vastgestelde bepalingen ter uitvoering daarvan.

(5) Verordening (EG) nr. 104/2000 moet derhalve dienovereenkomstig worden gewijzigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 35 van Verordening (EG) nr. 104/2000 wordt vervangen door:

"Artikel 35

1. De uitgaven die door de lidstaten worden gedaan overeenkomstig de artikelen 10, 21, 23, 24, 25 en 27 van deze verordening, worden beschouwd als uitgaven in de zin van artikel 3, lid 2, onder f), van Verordening (EG) nr. 1290/2005.

2. De in lid 1 bedoelde uitgaven voor producten uit een bestand of een groep bestanden mogen slechts worden gefinancierd binnen de grens van de hoeveelheden die in voorkomend geval aan de betrokken lidstaat zijn toegewezen op basis van het totale vangstvolume dat voor dat bestand of die groep bestanden is toegestaan.

3. De bepalingen ter uitvoering van dit artikel worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 38, lid 2."

Artikel 2

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is van toepassing met ingang van 16 oktober 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel,

Voor de Raad,

De voorzitter

[1] PB C , , p. .

[2] PB C , , p. .

[3] PB L 17 van 21.1.2000, blz. 22. Verordening gewijzigd bij de Akte van Toetreding van 2003.

[4] PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103.

[5] PB L 209 van 11.8.2005, blz. 1.

[6] PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

[7] PB L 347 van 31.12.2002, blz. 1.