EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52005PC0591

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de wijziging van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij

/* COM/2005/0591 def. - CNS 2005/0229 */

52005PC0591

Voorstel voor een verordening van de Raad betreffende de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de wijziging van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij /* COM/2005/0591 def. - CNS 2005/0229 */


[pic] | COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN |

Brussel, 23.11.2005

COM(2005) 591 definitief

2005/0229 (CNS)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de wijziging van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij

(door de Commissie ingediend)

TOELICHTING

Dit voorstel heeft tot doel het protocol bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij te wijzigen.

De technische werkgroep van vertegenwoordigers van de overheid van Mauritanië en de Europese Commissie heeft tijdens de technische vergaderingen in Nouakchott (30 juni t/m 2 juli en 14 en 15 juli) en in Brussel (7 t/m 10 september 2004) een aantal conclusies bereikt. Op basis van die conclusies en de beschikbare wetenschappelijke adviezen hebben beide partijen tijdens de op 10 september 2004 in Brussel gehouden vergadering van de gemengde commissie besloten dat maatregelen moeten worden getroffen inzake het beheer van de visserij-inspanningen in de exclusieve economische zone (EEZ) van Mauritanië.

De overeenkomst inzake de wijziging van het protocol heeft officieel haar beslag gekregen in een briefwisseling.

De hierboven bedoelde maatregelen hebben enerzijds tot doel het exploitatieniveau van de visserij op koppotigen te verlagen door de visserij-inspanning te beperken en anderzijds het aantal vergunningen voor de pelagische visserij en de tonijnvisserij te verhogen. Om de integratie van de vaartuigen die de vlag van de nieuwe lidstaten voeren, te vergemakkelijken en de continue toegang van communautaire vissersvaartuigen die traditioneel in het kader van de genoemde overeenkomst vissen, te waarborgen, zullen de vergunningen voor de pelagische visserij worden toegewezen op basis van de vergunningsaanvragen van alle lidstaten samen, waarbij rekening wordt gehouden met de visserijactiviteiten die traditioneel in het kader van deze overeenkomst hebben plaatsgevonden. De Commissie zal zo nodig voorstellen hoe de vergunningen voor de pelagische visserij tussen de lidstaten moeten worden verdeeld.

De bevriezing van vijf vergunningen voor de vangst van koppotigen, waarover reeds sinds maart 2004 met de lidstaten is overlegd, wordt gecompenseerd door de afgifte van nieuwe vergunningen voor de pelagische visserij. Door deze maatregelen wordt het mogelijk een goed en gezond financieel beheer te garanderen door de vangstmogelijkheden af te stemmen op de hulpbronnen en op de vraag van de sector. Het nieuwe evenwicht dat zo wordt bereikt, is gestoeld op de resultaten van de onderhandelingen die in 2001 over het huidige protocol hebben plaatsgevonden, en is qua verhouding tussen kosten en baten uitermate gunstig voor de EG.

De Commissie stelt bijgevolg voor dat de Raad deze overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de wijziging van het protocol goedkeurt.

Een voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de voorlopige toepassing van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de wijziging van het protocol wordt in een afzonderlijke procedure behandeld.

2005/0229 (CNS)

Voorstel voor een

VERORDENING VAN DE RAAD

betreffende de sluiting van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de wijziging van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 37 juncto artikel 300, lid 2 en lid 3, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie[1],

Gezien het advies van het Europees Parlement[2],

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Het protocol tot vaststelling van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie waarin is voorzien bij de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de visserij[3] is op 1 augustus 2001 in werking getreden en geldt tot en met 31 juli 2006.

(2) Gezien de wetenschappelijke adviezen over de situatie van de hulpbronnen in de EEZ van Mauritanië, met name de resultaten van de vierde en de vijfde werkgroep van het Instituut voor oceanografisch onderzoek en visserij van Mauritanië (Institut Mauritanien de Recherches Océanographiques et des Pêches - IMROP) en van de gemeenschappelijke wetenschappelijke werkgroep, en gezien de conclusies van de op 10 september 2004 en op 15 en 16 december 2004 gehouden vergaderingen van de gemengde commissie, hebben beide partijen besloten de bestaande vangstmogelijkheden te wijzigen.

(3) De resultaten van deze wijzigingen zijn opgenomen in een briefwisseling en hebben betrekking op een tijdelijke verlaging van de inspanningen in de visserij op koppotigen (type visserij 5), de vaststelling van een tweede biologische rustperiode van één maand voor de demersale visserij, de verhoging van het aantal vaartuigen voor de tonijnvisserij met de hengel en met de drijvende beug (type visserij 8) en van het aantal vriestrawlers voor de pelagische visserij (type visserij 9).

(4) Het is in het belang van de Gemeenschap dat deze wijzigingen worden goedgekeurd.

(5) De sleutel voor de verdeling van de nieuwe vangstmogelijkheden tussen de lidstaten dient te worden bevestigd,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De overeenkomst in de vorm van een briefwisseling inzake de wijziging van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij, wordt namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De tekst van de overeenkomst in de vorm van een briefwisseling is opgenomen in de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

Als gevolg van de in de briefwisseling opgenomen wijzigingen worden de nieuwe vangstmogelijkheden voor de tonijnvisserij met de hengel en met de drijvende beug (technische notitie voor de visserij nr. 8 van het protocol) en voor vriestrawlers voor de pelagische visserij (technische notitie voor de visserij nr. 9) overeenkomstig de volgende sleutel onder de lidstaten verdeeld:

Type visserij | Lidstaat | Tonnage/Bruikbaar aantal vaartuigen |

Tonijnvisserij met de hengel (vaartuigen) Tonijnvisserij met de drijvende beug (vaartuigen) | Spanje Portugal Frankrijk | 20 + 3= 23 3 + 0= 3 8 + 1= 9 |

Pelagische visserij (vaartuigen) | 15+10= 25 |

De datum van inwerkingtreding van de tijdelijke bevriezing van vijf (5) vergunningen voor de visserij op koppotigen is 1 januari 2005. Het besluit over de reactivering van deze vijf (5) vergunningen wordt in het kader van de gemengde commissie in gemeenschappelijk overleg tussen de Commissie en de autoriteiten van Mauritanië getroffen op basis van de toestand van het bestand.

Indien de in het protocol vastgestelde vangstmogelijkheden na inwilliging van de vergunningsaanvragen van de lidstaten niet volledig zijn benut, mag de Commissie vergunningsaanvragen van om het even welke andere lidstaat in overweging nemen.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, […]

Voor de Raad

De voorzitter

OVEREENKOMST IN DE VORM VAN EEN BRIEFWISSELING

inzake de wijziging van het protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij

A. Brief van de regering van de Islamitische Republiek Mauritanië

Geachte heer,

Met betrekking tot het op 31 juli 2001 geparafeerde protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij en gezien het resultaat van de op 10 september 2004 en op 15 en 16 december 2004 gehouden vergaderingen van de gemengde commissie, heb ik de eer u mee te delen dat de regering van de Islamitische Republiek Mauritanië bereid is om, overeenkomstig de wetenschappelijke adviezen, de visserij op koppotigen (technische notitie voor de visserij nr. 5 van het protocol) tijdelijk te beperken door de vangstmogelijkheden die uit hoofde van dit protocol zijn vastgesteld, middels de bevriezing van vijf vergunningen, te verminderen. Over de reactivering van deze vijf vergunningen zal in gemeenschappelijk overleg worden beslist op basis van de toestand van het bestand. De regering van de Islamitische Republiek Mauritanië besluit tevens dat voor de demersale visserij, op niet-discriminerende basis, een tweede, één maand durende biologische rustperiode wordt ingesteld. De Islamitische Republiek Mauritanië verbindt zich bovendien ertoe om, in afwachting van de inwerkingtreding van de overeenkomst tot wijziging van het protocol, de wijzigingen die in het protocol worden aangebracht aan de vangstmogelijkheden – inzake de technische notitie voor de visserij nr. 8 betreft het een verhoging van het aantal vaartuigen voor de tonijnvisserij met de hengel en de drijvende beug van 31 tot 35 en inzake de technische notitie voor de visserij nr. 9 een verhoging van het aantal vriestrawlers voor de pelagische visserij van 15 tot 25 – op voorlopige basis met ingang van 1 januari 2005 toe te passen, op voorwaarde dat de Europese Gemeenschap bereid is hetzelfde te doen.

Mag ik u vragen te bevestigen dat de Europese Gemeenschap instemt met een dergelijke toepassing op voorlopige basis?

Met de meeste hoogachting,

Voor de regering van de Islamitische Republiek Mauritanië

B. Brief van de Europese Gemeenschap

Geachte heer,

Ik heb de eer de ontvangst van uw hieronder opgenomen brief te bevestigen:

“Geachte heer,

Met betrekking tot het op 31 juli 2001 geparafeerde protocol tot vaststelling, voor de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 juli 2006, van de vangstmogelijkheden en de financiële tegenprestatie als bedoeld in de overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Islamitische Republiek Mauritanië tot samenwerking op het gebied van de zeevisserij en gezien het resultaat van de op 10 september 2004 en op 15 en 16 december 2004 gehouden vergaderingen van de gemengde commissie, heb ik de eer u mee te delen dat de regering van de Islamitische Republiek Mauritanië bereid is om, overeenkomstig de wetenschappelijke adviezen, de visserij op koppotigen (technische notitie voor de visserij nr. 5 van het protocol) tijdelijk te beperken door de vangstmogelijkheden die uit hoofde van dit protocol zijn vastgesteld, middels de bevriezing van vijf vergunningen, te verminderen. Over de reactivering van deze vijf vergunningen zal in gemeenschappelijk overleg worden beslist op basis van de toestand van het bestand. De regering van de Islamitische Republiek Mauritanië besluit tevens dat voor de demersale visserij, op niet discriminerende basis, een tweede, één maand durende biologische rustperiode wordt ingesteld. De Islamitische Republiek Mauritanië verbindt zich bovendien ertoe om, in afwachting van de inwerkingtreding van de overeenkomst tot wijziging van het protocol, de wijzigingen die in het protocol worden aangebracht aan de vangstmogelijkheden – inzake de technische notitie voor de visserij nr. 8 betreft het een verhoging van het aantal vaartuigen voor de tonijnvisserij met de hengel en de drijvende beug van 31 tot 35 en inzake de technische notitie voor de visserij nr. 9 een verhoging van het aantal vriestrawlers voor de pelagische visserij van 15 tot 25 – op voorlopige basis met ingang van 1 januari 2005 toe te passen, op voorwaarde dat de Europese Gemeenschap bereid is hetzelfde te doen.

Mag ik u vragen te bevestigen dat de Europese Gemeenschap instemt met een dergelijke toepassing op voorlopige basis?”

Ik heb de eer te bevestigen dat de Europese Gemeenschap instemt met een dergelijke toepassing op voorlopige basis.

Met de meeste hoogachting,

Namens de Europese Gemeenschap

FICHE FINANCIERE SIMPLIFIEE

Domaine(s) politique(s): 11 Pêches Activité(s): 1103 Accords internationaux en matière de pêche |

DÉNOMINATION DE L’ACTION: ACCORD SOUS FORME D’ECHANGE DE LETTRES RELATIF AUX AMENDEMENTS MODIFIANT LE PROTOCOLE FIXANT LES POSSIBILITÉS DE PÊCHE ET LA CONTREPARTIE FINANCIÈRE PRÉVUES DANS L’ACCORD DE PÊCHE CE/ MAURITANIE POUR LA PÉRIODE 01.08.2001- 31.07.2006. |

1. LIGNE(S) BUDGÉTAIRE(S) + INTITULÉ(S)

110301 : « Accords internationaux en matière de pêche »

2. DONNÉES CHIFFRÉES GLOBALES

2.1 Enveloppe totale de l’action (partie B): 86.000.000 € en Crédits d'engagement pour l’accord CE/Mauritanie en vigueur. Cette modification du protocole n’a pas d’incidence budgétaire supplémentaire.

2.2 Période d’application: 1er août 2001 au 31 juillet 2006

2.3 Estimation globale pluriannuelle des dépenses:

a) Echéancier crédits d'engagement/crédits de paiement (intervention financière)

(cf. point 6.1.1)

Mio€ ( à la 3 ème décimale)

Année 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | 2005 | Total |

Crédits d'engagement | 86 | 86 | 86 | 86 | 86 | 430 |

Crédits de paiement | 86 | 86 | 86 | 86 | 86 | 430 |

b) Assistance technique et administrative (ATA) et dépenses d’appui (DDA)

(cf. point 6.1.2)

CE | - | - | - | - | - | - |

CP | - | - | - | - | - | - |

Sous total a+b |

CE | 86 | 86 | 86 | 86 | 86 | 430 |

CP | 86 | 86 | 86 | 86 | 86 | 430 |

2.4 Compatibilité avec la programmation financière et les perspectives financières

( Proposition compatible avec la programmation financière existante

( Cette proposition nécessite une reprogrammation de la rubrique concernée des perspectives financières,

( Y compris, le cas échéant, un recours aux dispositions de l’accord interinstitutionnel.

( Type de dépense : il s'agit de définir la classification économique des dépenses en distinguant les dépenses courantes des dépenses en capital. Cette classification permet une meilleure articulation entre la comptabilité budgétaire et la comptabilité générale

( Dépenses courantes : elles sont liées aux charges de l'exercice.

( Dépenses en capital: elles sont liés aux postes du bilan. Quel type d'activité, ces dépenses sont-elles destinées à financer?

3. CARACTÉRISTIQUES BUDGÉTAIRES

Nature de la dépense | Nouvelle | Participation AELE | Participation pays candidats | Rubrique PF |

DO | CD | NON | NON | NON | N° 04 |

4. BASE LÉGALE

- Article 37 du Traité, en liaison avec l’art. 300, par.2 et par.3, premier alinéa ;

- Accord de pêche CE/Mauritanie (Règlement (CE) n° 2528/2001 du Conseil du 17.12.2001)

5. DESCRIPTION ET JUSTIFICATION

5.1 Nécessité d'une intervention communautaire [4]

5.1.1 Objectifs poursuivis

Sur la base des conclusions du groupe de travail, dont les réunions techniques se sont déroulées du 30 juin au 2 juillet 2004 et du 14 au 15 juillet à Nouakchott, ainsi que du 7 au 10 septembre 2004 à Bruxelles, et à la lumière des avis scientifiques disponibles, les deux parties sont arrivées à la conclusion lors de la Commission mixte du 10 septembre 2004 à Bruxelles, qu’il convenait de fixer de nouvelles possibilités de pêche. Ces modifications portent plus particulièrement sur :

- Une réduction temporaire de l’effort de pêche pour la catégorie de pêche céphalopodes (fiche technique n°5 du protocole), en réduisant temporairement de 5 licences les possibilités de pêche par rapport aux possibilités offertes par le protocole. La mobilisation future de ces 5 licences sera décidée de commun accord en fonction de l’état de la ressource.

- La fixation par les autorités mauritaniennes d’une seconde période d’arrêt biologique d’un mois pour la pêche démersale.

- Pour la catégorie de pêche thoniers canneurs et palangriers de surface (fiche technique n°8), le nombre de navires de cette catégorie passe de 31 à 35.

- Pour la catégorie de pêche chalutiers congélateurs de pêche pélagique (fiche technique n°9) le nombre de navires de cette catégorie passe de 15 à 25.

Les deux parties ont donc procédé à un échange de lettres pour amender dans ce sens le protocole en cours.

Les nouvelles possibilités de pêche sont réparties parmi les Etats membres proportionnellement à la clé de répartition définie dans le protocole initial.

5.1.2 Dispositions prises relevant de l’évaluation ex-ante

La modification du protocole n’ayant aucun impact sur le plan financier ni sur les objectifs poursuivis, une évaluation ex-ante des modifications apportées n’est pas pertinente.

Dans le cadre de la renégociation du protocole en 2005 et 2006, une évaluation ex-ante et une analyse d’impact seront effectuées.

5.1.3 Dispositions prises à la suite de l’évaluation ex-post

Une évaluation ex-post portant sur l’ensemble de la période du protocole sera effectuée avant le début des négociations mentionnées au point 5.1.2.

5.2 Actions envisagées et modalités de l'intervention budgétaire

La proposition a comme objectif :

- Une réduction temporaire de l’effort de pêche pour la catégorie de pêche céphalopodes (fiche technique n°5 du protocole), en réduisant temporairement de 5 licences les possibilités de pêche par rapport aux possibilités offertes par le protocole. La mobilisation future de ces 5 licences sera décidée de commun accord en fonction de l’état de la ressource et sur base des avis scientifiques qui seront rendus dans le cadre du comité scientifique conjoint créé par le protocole. La partie mauritanienne et communautaire décideront, de commun accord, des modalités pratiques de mise en œuvre de cette réduction temporaire.

- La fixation par les autorités mauritaniennes d’une seconde période d’arrêt biologique d’un mois pour la pêche démersale.

- Pour la catégorie de pêche thoniers canneurs et palangriers de surface (fiche technique n°8), le nombre de navires de cette catégorie passe de 31 à 35.

- Pour la catégorie de pêche chalutiers congélateurs de pêche pélagique (fiche technique n°9) le nombre de navires de cette catégorie passe de 15 à 25.

Les modifications ainsi apportées au protocole permettront :

- de mettre davantage en adéquation l’effort de pêche et la situation des stocks, pour la catégorie céphalopodière

- de permettre l’augmentation du nombre de licences en raison de l’augmentation de la demande et des changements de zone opérés par les bateaux canneurs dans la région

- d’assurer une uniformité de traitement et d’encadrement à l’ensemble de la flotte pélagique européenne opérant dans la ZEE mauritanienne (NL, D, LT, LV) et qui répond aux critères d’éligibilité fixé par le protocole.

5.3 Modalités de mise en œuvre

La mise en œuvre du protocole concerné relève de la responsabilité exclusive de la Commission, qui s’en chargera par le moyen de ses effectifs statutaires tant dans son siège de Bruxelles que dans sa Délégation en Mauritanie.

La Direction de la pêche industrielle au sein du Ministère des Pêches et de l’Economie Maritime est responsable de l’octroi des licences de pêche.

Pendant l’année 2004, à la demande de la Commission, il y a eu trois Commissions Mixtes CE/RIM (14-15 février, 06-11 septembre et 15-16 décembre 2004). Egalement et dans le même contexte, deux réunions d’un groupe de travail technique CE/RIM, se sont déroulées du 30 juin au 02 juillet et du 14 au 15 juillet à Nouakchott.

Au cours de la Commission Mixte de février, il avait été décidé de créer un groupe de travail technique mixte pour examiner les éléments suivants :

- L’état de l’ensemble des stocks concernés par l’Accord pêche

- La réglementation en matière de pêche juvénile et la commercialisation des poulpes juvéniles.

- Les zonages et les interactions entre les différentes pêcheries

- Les repos biologiques

- Les normes techniques concernant les engins de pêche

La réunion de la Commission Mixte du 15 et 16 décembre 2004 a abouti à la signature d’un PV ayant permis d’arriver à un accord sur l’ensemble des points ci-dessus et formalisé par l’échange de lettre amendant le protocole.

[1] PB C […] van […], blz. […].

[2] PB C […] van […], blz. […].

[3] PB L 341 van 22.12.2001.

[4] Pour plus d'informations, voir le document d'orientation séparé.

Top