Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 51998PC0312

    Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad tot wijziging van Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 tot vaststelling van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen

    /* COM/98/0312 def. - CNS 98/0176 */

    PB C 179 van 11/06/1998, p. 16 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    51998PC0312

    Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad tot wijziging van Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 tot vaststelling van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen /* COM/98/0312 def. - CNS 98/0176 */

    Publicatieblad Nr. C 179 van 11/06/1998 blz. 0016


    Voorstel voor een verordening (EG) van de Raad tot wijziging van Verordening (EEG, Euratom, EGKS) nr. 259/68 tot vaststelling van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen en van de regeling welke van toepassing is op de andere personeelsleden van deze Gemeenschappen (98/C 179/07) COM(1998) 312 def. - 98/0176(CNS)

    (Door de Commissie ingediend op 18 mei 1998)

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot instelling van één Raad en één Commissie welke de Europese Gemeenschappen gemeen hebben, inzonderheid op artikel 24,

    Gezien het voorstel van de Commissie, na advies van het Comité voor het Statuut,

    Gezien het advies van het Europees Parlement,

    Gezien het advies van het Hof van Justitie,

    Gezien het advies van de Rekenkamer,

    Overwegende dat in de interne regeling van het Europees Parlement is bepaald dat de leden van het Parlement een of meer personen in dienst mogen nemen om hen bij te staan in de uitoefening van de functies die hen op grond van het Verdrag zijn toegekend;

    Overwegende dat deze medewerkers hun werkzaamheden in identieke omstandigheden moeten uitoefenen; dat het, op grond daarvan, gerechtvaardigd is deze medewerkers aan te stellen als hulpfunctionarissen in de zin van artikel 3 van de Regeling van toepassing op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen,

    Overwegende dat de functie van medewerker van een Parlementslid een specifiek karakter heeft en dat de Parlementsleden autonoom het aantal en de bezoldiging vaststellen van medewerkers die zij aanwerven, binnen den grenzen van de secretariaatsvergoeding die zij uit hoofde van hun mandaat ontvangen; dat het derhalve noodzakelijk is dat het Europees Parlement in een interne regeling specifieke voorschriften vaststelt met betrekking tot de indeling, de bezoldiging en de duur van de overeenkomst van deze medewerkers;

    Overwegende dat het derhalve aangewezen is in titel III van de Regeling van toepassing op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen een nieuw artikel in te voegen,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Aan artikel 3 van de regeling van toepassing op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen wordt een punt c) toegevoegd dat als volgt luidt:

    "c) om de functie van medewerker van een of meer leden van het Europees Parlement te vervullen voor de duur van het mandaat van deze leden".

    Artikel 2

    Na artikel 78 van de regeling van toepassing op de andere personeelsleden van de Europese Gemeenschappen wordt het volgende artikel ingevoegd:

    "Artikel 78 bis

    In afwijking van de bepalingen van deze titel zijn de medewerkers van de leden van het Europees Parlement die als hulpfunctionaris zijn aangeworven om bijstand te verlenen aan een of meer leden van het Europees Parlement, onderworpen aan de algemene uitvoeringsbepalingen inzake aanstelling, bezoldiging en duur van de overeenkomst welke door het Europees Parlement worden vastgesteld.

    De bepalingen met betrekking tot de bezoldiging en iedere wijziging van deze bepalingen moeten een maand vóór de inwerkingtreding ervan ter kennis van de begrotingsautoriteit worden gebracht.".

    Artikel 3

    Deze verordening treedt in werking op de dag die volgt op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Top