Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32006B0005

    Definitieve vaststelling van gewijzigde begroting nr. 8 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005

    PB L 9 van 13/01/2006, p. 73–144 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2005

    13.1.2006   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 9/73


    DEFINITIEVE VASTSTELLING

    van gewijzigde begroting nr. 8 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005

    (2006/5/EG, Euratom)

    DE VOORZITTER VAN HET EUROPEES PARLEMENT,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 272, lid 4, derde alinea,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, inzonderheid op artikel 177,

    Gelet op Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (1), inzonderheid op de artikelen 37 en 38,

    Gezien de algemene begroting van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005, die definitief werd vastgesteld op 16 december 2004 (2),

    Gelet op het Interinstitutioneel Akkoord van 6 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad en de Commissie over de begrotingsdiscipline en de verbetering van de begrotingsprocedure (3),

    Gezien het voorontwerp van gewijzigde begroting nr. 8 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005, ingediend door de Commissie op 5 oktober 2005,

    Gezien het ontwerp van gewijzigde begroting nr. 8, opgesteld door de Raad op 1 december 2005,

    Gelet op artikel 69 en bijlage IV van het Reglement van het Europees Parlement,

    Onder verwijzing naar de resolutie van het Europees Parlement van 13 december 2005,

    Overwegende dat de procedure van artikel 272 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en artikel 177 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie aldus is afgerond,

    CONSTATEERT:

    Enig artikel

    Gewijzigde begroting nr. 8 van de Europese Unie voor het begrotingsjaar 2005 wordt definitief vastgesteld.

    Gedaan te Straatsburg, 13 december 2005.

    De voorzitter

    J. BORRELL FONTELLES


    (1)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

    (2)  PB L 60 van 8.3.2005, blz. 1.

    (3)  PB C 172 van 18.6.1999, blz. 1. Akkoord laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2005/708/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 269 van 14.10.2005, blz. 24).


    DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN GEWIJZIGDE BEGROTING NR. 8 VAN DE EUROPESE UNIE VOOR HET BEGROTINGSJAAR 2006

    INHOUD

    ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN

    A. Financiering van de algemene begroting

    B. Algemene staat van ontvangsten per begrotingsonderdeel

    — Titel 1: Eigen middelen

    — Titel 3: Overschotten, saldi en aanpassingen

    — Titel 6: Bijdragen en terugbetalingen in het kader van communautaire overeenkomsten en programma's

    — Titel 7: Achterstandsrente en boeten

    STAAT VAN ONTVANGSTEN EN UITGAVEN PER AFDELING

    Afdeling III: Commissie

    — Staat van uitgaven

    — Titel 04: Werkgelegenheid en sociale zaken

    — Titel 05: Landbouw en plattelandsontwikkeling

    — Titel 11: Visserij

    — Titel 13: Regionaal beleid

    — Titel 17: Gezondheidszorg en consumentenbescherming


    A. FINANCIERING VAN DE ALGEMENE BEGROTING

    Kredieten die gedurende het begrotingsjaar 2005 moeten worden gedekt overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 oktober 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen

    UITGAVEN

    Omschrijving

    Begroting 2005 (1)

    Begroting 2004 (2)

    Verschil (in %)

    1. Landbouw

    48 464 850 000

    43 993 285 000

    +10,16

    2. Structurele maatregelen

    32 396 027 704

    34 522 302 882

    –6,16

    3. Intern beleid

    8 016 662 269

    7 510 377 641

    +6,74

    4. Extern beleid

    5 476 162 603

    4 950 907 978

    +10,61

    5. Administratie

    6 292 367 368

    6 121 983 823

    +2,78

    6. Reserves

    446 000 000

    442 000 000

    +0,90

    7. Pretoetredingsstrategie

    3 286 990 000

    2 856 200 000

    +15,08

    8. Compensaties

    1 304 988 996

    1 409 545 056

    –7,42

    Totaal uitgaven (3)

    105 684 048 940

    101 806 602 380

    +3,81


    ONTVANGSTEN

    Omschrijving

    Begroting 2005 (4)

    Begroting 2004 (5)

    Verschil (in %)

    Diverse ontvangsten (titels 4 tot en met 9)

    1 585 916 305

    1 116 573 265

    +42,03

    Overschot van het vorige begrotingsjaar (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 0)

    2 736 707 563

    5 469 843 706

    –49,97

    Overschot aan eigen middelen als gevolg van een overschrijving uit hoofdstukken van het EOGFL, afdeling Garantie (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 1)

    p.m.

    p.m.

     

    Overschot aan eigen middelen als gevolg van de terugbetaling van het overschot van het Garantiefonds (hoofdstuk 3 0, artikel 3 0 2)

    525 961 402

    223 160 000

    + 135,69

    Saldi aan BTW- en aan BNP/BNI-middelen uit vorige begrotingsjaren (hoofdstukken 3 1 en 3 2)

    2 451 315 772

    p.m.

     

    Totaal van de ontvangsten van de titels 3 t/m 9

    7 299 901 042

    6 809 576 971

    +7,20

    Nettobedrag van de douanerechten, de landbouwrechten en de heffingen en bijdragen „suiker” (hoofdstukken 1 0, 1 1 en 1 2)

    13 944 000 000

    12 406 875 000

    +12,39

    BTW-middelen tegen uniform percentage (tabellen 1 en 2, hoofdstuk 1 3)

    15 556 051 275

    13 579 913 763

    +14,55

    Nog te financieren uit de aanvullendemiddelenbron (BNI-middelen, tabellen 3 en 4, hoofdstuk 1 4)

    68 884 096 623

    69 010 236 646

    –0,18

    Uit de eigen middelen zoals bedoeld in artikel 2 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (6) te dekken kredieten

    98 384 147 898

    94 997 025 409

    +3,57

    Totale ontvangsten (7)

    105 684 048 940

    101 806 602 380

    +3,81


    TABEL 1

    Berekening van de aftopping van de uniforme BTW-grondslagen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom

    Lidstaat

    1 % van de niet-afgetopte BTW-grondslag

    1 % van het bruto nationaal inkomen

    Aftoppings-percentage (in %)

    1 % van het bruto nationaal inkomen (BNI) x aftoppingspercentage

    1 % van de afgetopte BTW-grondslag (8)

    Lidstaten met afgetopte BTW-grondslag

     

    (1)

    (2)

    (4)

    (5)

    (6)

    (7)

    België

    1 254 705 000

    2 999 949 000

    50

    1 499 974 500

    1 254 705 000

     

    Tsjechische Republiek

    560 815 000

    916 397 000

    50

    458 198 500

    458 198 500

    Tsjechië

    Denemarken

    792 702 000

    2 022 089 000

    50

    1 011 044 500

    792 702 000

     

    Duitsland

    9 540 668 000

    22 180 375 000

    50

    11 090 187 500

    9 540 668 000

     

    Estland

    51 716 000

    89 699 000

    50

    44 849 500

    44 849 500

    Estland

    Griekenland

    1 011 895 000

    1 769 605 000

    50

    884 802 500

    884 802 500

    Griekenland

    Spanje

    5 112 185 000

    8 433 060 000

    50

    4 216 530 000

    4 216 530 000

    Spanje

    Frankrijk

    8 088 935 000

    16 934 865 000

    50

    8 467 432 500

    8 088 935 000

     

    Ierland

    732 980 000

    1 320 647 000

    50

    660 323 500

    660 323 500

    Ierland

    Italië

    6 065 590 000

    13 876 282 000

    50

    6 938 141 000

    6 065 590 000

     

    Cyprus

    102 605 000

    128 291 000

    50

    64 145 500

    64 145 500

    Cyprus

    Letland

    52 031 000

    117 078 000

    50

    58 539 000

    52 031 000

     

    Litouwen

    122 072 000

    191 345 000

    50

    95 672 500

    95 672 500

    Litouwen

    Luxemburg

    162 296 000

    241 530 000

    50

    120 765 000

    120 765 000

    Luxemburg

    Hongarije

    373 191 000

    840 930 000

    50

    420 465 000

    373 191 000

     

    Malta

    34 775 000

    44 002 000

    50

    22 001 000

    22 001 000

    Malta

    Nederland

    2 307 490 000

    4 727 070 000

    50

    2 363 535 000

    2 307 490 000

     

    Oostenrijk

    1 046 035 000

    2 390 495 000

    50

    1 195 247 500

    1 046 035 000

     

    Polen

    1 248 087 000

    2 254 154 000

    50

    1 127 077 000

    1 127 077 000

    Polen

    Portugal

    907 620 000

    1 370 760 000

    50

    685 380 000

    685 380 000

    Portugal

    Slovenië

    150 320 000

    273 908 000

    50

    136 954 000

    136 954 000

    Slovenië

    Slowakije

    154 290 000

    365 439 000

    50

    182 719 500

    154 290 000

     

    Finland

    672 680 000

    1 551 535 000

    50

    775 767 500

    672 680 000

     

    Zweden

    1 234 471 000

    2 983 416 000

    50

    1 491 708 000

    1 234 471 000

     

    Verenigd Koninkrijk

    9 055 542 000

    17 664 045 000

    50

    8 832 022 500

    8 832 022 500

    Verenigd Koninkrijk

    Totaal

    50 835 696 000

    105 686 966 000

     

    52 843 483 000

    48 931 509 500

     


    Berekening van het uniforme afroepingspercentage van de BTW-middelen (artikel 2, lid 4, van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

    Uniform percentage (%) = maximaal afroepingspercentage – bevroren percentage

    A.

    Het maximale afroepingspercentage is vastgesteld op 0,50 % voor 2005.

    B.

    Vaststelling van het door de correctie voor het Verenigd Koninkrijk bevroren BTW-percentage (artikel, lid 4, onder b), van Besluit 2000/597/EG, Euratom):

    1.

    Berekening van het theoretische aandeel van de landen waarvan de financiële last beperkt is

    Overeenkomstig artikel 5, lid 1, van Besluit 2000/597/EG, Euratom, is de financiële bijdrage van Duitsland (D), Nederland (NL), Oostenrijk (A) en Zweden (S) beperkt tot een kwart van hun normale bijdrage.

    Formule voor een lidstaat waarvan de financiële last beperkt is, bijvoorbeeld Duitsland

    Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = [afgetopte BTW-grondslag van Duitsland / (afgetopte BTW-grondslag van de Europese Unie – afgetopte BTW-grondslag Verenigd Koninkrijk)] × 1/4 × correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk.

    Voorbeeld in cijfers: Duitsland

    Theoretische BTW-bijdrage van Duitsland = 9 540 668 000 / (48 931 509 500 – 8 832 022 500) × 1/4 × 5 185 683 679 = 308 450 868

    2.

    Berekening van het bevroren percentage

    Bevroren percentage = [correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk – theoretische BTW-bijdragen (DE + NL + AT + SE)] / [afgetopte BTW-grondslag van de Europese Unie – afgetopte BTW-grondslagen (Verenigd Koninkrijk + DE + NL + AT + SE)]

    Bevroren percentage = [5 185 683 679 – (308 450 868 + 74 601 411 + 33 818 429 + 39 910 586)] / [48 931 509 500 – (8 832 022 500 + 9 540 668 000 + 2 307 490 000 + 1 046 035 000 + 1 234 471 000)]

    Bevroren percentage = 0,182085195550907 %

    Uniform percentage:

    0,5 % – 0,182085195550907 % = 0,317914804449093 %


    TABEL 2

    Verdeling van de eigen middelen uit de belasting over de toegevoegde waarde (BTW) overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder c), van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 3)

    Lidstaat

    1 % van de afgetopte BTW-grondslag

    Maximaal BTW-afroepingspercentage (in %)

    Uniform percentage van de eigen middelen „BTW” (in %)

    Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage

     

    (1)

    (2)

    (3)

    (4) = (1) × (3)

    België

    1 254 705 000

    0,50

    0,317914804

    398 889 295

    Tsjechische Republiek

    458 198 500

    0,50

    0,317914804

    145 668 087

    Denemarken

    792 702 000

    0,50

    0,317914804

    252 011 701

    Duitsland

    9 540 668 000

    0,50

    0,317914804

    3 033 119 602

    Estland

    44 849 500

    0,50

    0,317914804

    14 258 320

    Griekenland

    884 802 500

    0,50

    0,317914804

    281 291 814

    Spanje

    4 216 530 000

    0,50

    0,317914804

    1 340 497 310

    Frankrijk

    8 088 935 000

    0,50

    0,317914804

    2 571 592 189

    Ierland

    660 323 500

    0,50

    0,317914804

    209 926 616

    Italië

    6 065 590 000

    0,50

    0,317914804

    1 928 340 859

    Cyprus

    64 145 500

    0,50

    0,317914804

    20 392 804

    Letland

    52 031 000

    0,50

    0,317914804

    16 541 425

    Litouwen

    95 672 500

    0,50

    0,317914804

    30 415 704

    Luxemburg

    120 765 000

    0,50

    0,317914804

    38 392 981

    Hongarije

    373 191 000

    0,50

    0,317914804

    118 642 944

    Malta

    22 001 000

    0,50

    0,317914804

    6 994 444

    Nederland

    2 307 490 000

    0,50

    0,317914804

    733 585 232

    Oostenrijk

    1 046 035 000

    0,50

    0,317914804

    332 550 012

    Polen

    1 127 077 000

    0,50

    0,317914804

    358 314 464

    Portugal

    685 380 000

    0,50

    0,317914804

    217 892 449

    Slovenië

    136 954 000

    0,50

    0,317914804

    43 539 704

    Slowakije

    154 290 000

    0,50

    0,317914804

    49 051 075

    Finland

    672 680 000

    0,50

    0,317914804

    213 854 931

    Zweden

    1 234 471 000

    0,50

    0,317914804

    392 456 607

    Verenigd Koninkrijk

    8 832 022 500

    0,50

    0,317914804

    2 807 830 706

    Totaal

    48 931 509 500

     

     

    15 556 051 275


    TABEL 3

    Vaststelling van het uniforme percentage en verdeling van de eigen middelen op basis van het bruto nationaal product overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 4)

    Lidstaat

    1 % van het bruto nationaal inkomen

    Uniform percentage van de eigen middelen „aanvullende grondslag”

    Eigen middelen „aanvullende grondslag” tegen uniform percentage

     

    (1)

    (2)

    (3) = (1) × (2)

    België

    2 999 949 000

     

    1 955 291 032

    Tsjechische Republiek

    916 397 000

     

    597 284 432

    Denemarken

    2 022 089 000

     

    1 317 946 567

    Duitsland

    22 180 375 000

     

    14 456 608 535

    Estland

    89 699 000

     

    58 463 544

    Griekenland

    1 769 605 000

     

    1 153 383 870

    Spanje

    8 433 060 000

     

    5 496 455 635

    Frankrijk

    16 934 865 000

     

    11 037 717 527

    Ierland

    1 320 647 000

     

    860 764 378

    Italië

    13 876 282 000

     

    9 044 210 334

    Cyprus

    128 291 000

     

    83 616 835

    Letland

    117 078 000

    0,6517748 (9)

    76 308 485

    Litouwen

    191 345 000

     

    124 713 841

    Luxemburg

    241 530 000

     

    157 423 157

    Hongarije

    840 930 000

     

    548 096 947

    Malta

    44 002 000

     

    28 679 393

    Nederland

    4 727 070 000

     

    3 080 984 902

    Oostenrijk

    2 390 495 000

     

    1 558 064 299

    Polen

    2 254 154 000

     

    1 469 200 676

    Portugal

    1 370 760 000

     

    893 426 766

    Slovenië

    273 908 000

     

    178 526 320

    Slowakije

    365 439 000

     

    238 183 916

    Finland

    1 551 535 000

     

    1 011 251 348

    Zweden

    2 983 416 000

     

    1 944 515 240

    Verenigd Koninkrijk

    17 664 045 000

     

    11 512 978 644

    Totaal

    105 686 966 000

     

    68 884 096 623


    TABEL 4

    Eigen middelen op basis van het BNI — Financiering van de reserves (artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom) (hoofdstuk 1 4)

    Lidstaat

    Reserve voor leningen en garantie van leningen

    Reserve voor spoedhulp

    Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves

    Eigen middelen „BNI” tegen uniform percentage

     

    (1)

    (2)

    (3)

    (4) = (1) + (2) + (3)

    België

    6 329 907

    6 329 907

    1 942 631 218

    1 955 291 032

    Tsjechische Republiek

    1 933 602

    1 933 602

    593 417 228

    597 284 432

    Denemarken

    4 266 617

    4 266 617

    1 309 413 333

    1 317 946 567

    Duitsland

    46 800 697

    46 800 697

    14 363 007 141

    14 456 608 535

    Estland

    189 265

    189 265

    58 085 014

    58 463 544

    Griekenland

    3 733 875

    3 733 875

    1 145 916 120

    1 153 383 870

    Spanje

    17 793 797

    17 793 797

    5 460 868 041

    5 496 455 635

    Frankrijk

    35 732 646

    35 732 646

    10 966 252 235

    11 037 717 527

    Ierland

    2 786 571

    2 786 571

    855 191 236

    860 764 378

    Italië

    29 279 021

    29 279 021

    8 985 652 292

    9 044 210 334

    Cyprus

    270 695

    270 695

    83 075 445

    83 616 835

    Letland

    247 035

    247 035

    75 814 415

    76 308 485

    Litouwen

    403 739

    403 739

    123 906 363

    124 713 841

    Luxemburg

    509 629

    509 629

    156 403 899

    157 423 157

    Hongarije

    1 774 366

    1 774 366

    544 548 215

    548 096 947

    Malta

    92 844

    92 844

    28 493 705

    28 679 393

    Nederland

    9 974 140

    9 974 140

    3 061 036 622

    3 080 984 902

    Oostenrijk

    5 043 956

    5 043 956

    1 547 976 387

    1 558 064 299

    Polen

    4 756 276

    4 756 276

    1 459 688 124

    1 469 200 676

    Portugal

    2 892 310

    2 892 310

    887 642 146

    893 426 766

    Slovenië

    577 947

    577 947

    177 370 426

    178 526 320

    Slowakije

    771 078

    771 078

    236 641 760

    238 183 916

    Finland

    3 273 746

    3 273 746

    1 004 703 856

    1 011 251 348

    Zweden

    6 295 022

    6 295 022

    1 931 925 196

    1 944 515 240

    Verenigd Koninkrijk

    37 271 219

    37 271 219

    11 438 436 206

    11 512 978 644

    Totaal

    223 000 000

    223 000 000

    68 438 096 623

    68 884 096 623

    Percentage van de 1 % BNI

    0,0021

    0,0021

    0,6476

    0,6518


    TABEL 5.1

    Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2004 overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 1 5)

    Omschrijving

    Coëfficiënt (10) (%)

    Bedrag

    1. Brits aandeel (%) in totale theoretische niet-afgetopte BTW-grondslagen

    17,8653

     

    2. Brits aandeel (%) in totale toegerekende uitgaven zonder PTU

    7,9423

     

    3. (1) – (2)

    9,9229

     

    4. Totale toegerekende uitgaven

     

    92 293 901 043

    5. Pretoetredingsuitgaven (PTU) (11)

     

    1 716 810 015

    6. Totale toegerekende uitgaven zonder pretoetredingsuitgaven = (4) – (5)

     

    90 577 091 028

    7. Oorspronkelijk bedrag van de correctie voor het Verenigd Koninkrijk (3) × (6) × 0,66

     

    5 932 026 743

    8. Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk (12)

     

    725 367 786

    9. Basiscompensatie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)

     

    5 206 658 957

    10. Uitzonderlijke „meevallers” aan traditionele eigen middelen (13)

     

    20 975 278

    11. Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (10) – (11)

     

    5 185 683 679


    TABEL 5.2

    Correctie van de begrotingsonevenwichtigheden ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor het begrotingsjaar 2001 overeenkomstig het bepaalde in artikel 4 van Besluit 2000/597/EG, Euratom (hoofdstuk 3 5)

    Omschrijving

    Coëfficiënt (14) (%)

    Bedrag

    1. Brits aandeel (%) in totale theoretische niet-afgetopte BTW-grondslagen

    19,1829

     

    2. Brits aandeel (%) in totale toegerekende uitgaven zonder PTU

    8,5584

     

    3. (1) – (2)

    10,6245

     

    4. Totale toegerekende uitgaven

     

    73 627 809 571

    5. Pretoetredingsuitgaven (PTU) (15)

     

    0

    6. Totale toegerekende uitgaven zonder pretoetredingsuitgaven = (4) – (5)

     

    73 627 809 571

    7. Oorspronkelijk bedrag van de correctie voor het Verenigd Koninkrijk (3) × (6) × 0,66

     

    5 162 886 020

    8. Voordeel voor het Verenigd Koninkrijk (16)

     

    212 371 624

    9. Basiscompensatie voor het Verenigd Koninkrijk = (7) – (8)

     

    4 950 514 396

    10. Uitzonderlijke „meevallers” aan traditionele eigen middelen (17)

     

    54 179 356

    11. Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk = (10) – (11)

     

    4 896 335 040

    Noot: het verschil van 130 672 532 EUR tussen het definitieve bedrag van de Britse correctie voor 2001 (4 896 335 040 EUR, zoals hierboven berekend) en het eerder in de begroting opgenomen bedrag van die correctie (5 027 007 572, zie GAB 3/2002) wordt gefinancierd in het kader van hoofdstuk 3 5 van het VOGB 5/2005. Dit is het zogeheten „directe effect” van de Britse correctie. Een aanvullende correctie in verband met het „indirecte effect” van de Britse correctie op het uniforme afroepingspercentage van de eigen middelen uit de BTW wordt eveneens gefinancierd in het kader van hoofdstuk 3 5 van het VOGB 5/2005. Dit indirecte effect bedraagt 2 620 769 EUR voor het Verenigd Koninkrijk, waardoor het totale bedrag voor het Verenigd Koninkrijk in hoofdstuk 3 5 van het VOGB 5/2005 uitkomt op 133 293 301 EUR.

    TABEL 6

    Berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, vastgesteld op –5 185 683 679 euro (hoofdstuk 1 5)

    Lidstaat

    Aandelen in de BNI-grondslagen

    Aandelen zonder het Verenigd Koninkrijk

    Aandelen zonder Duitsland, Nederland, Oostenrijk, Zweden en het Verenigd Koninkrijk

    3/4 van het aandeel van Duitsland, Nederland, Oostenrijk en Zweden in kolom (2)

    Kolom (4) verdeeld volgens de sleutel van kolom (3)

    Financieringssleutel

    Op de correctie toegepaste financieringssleutel

     

    (1)

    (2)

    (3)

    (4)

    (5)

    (6) = (2) + (4) + (5)

    (7)

    België

    2,84

    3,41

    5,38

     

    1,48

    4,89

    253 499 702

    Tsjechische Republiek

    0,87

    1,04

    1,64

     

    0,45

    1,49

    77 436 772

    Denemarken

    1,91

    2,30

    3,63

     

    1,00

    3,30

    170 869 224

    Duitsland

    20,99

    25,20

    0,00

    –18,90

    0,00

    6,30

    326 677 437

    Estland

    0,08

    0,10

    0,16

     

    0,04

    0,15

    7 579 685

    Griekenland

    1,67

    2,01

    3,17

     

    0,87

    2,88

    149 533 989

    Spanje

    7,98

    9,58

    15,13

     

    4,16

    13,74

    712 604 846

    Frankrijk

    16,02

    19,24

    30,38

     

    8,36

    27,60

    1 431 018 736

    Ierland

    1,25

    1,50

    2,37

     

    0,65

    2,15

    111 596 437

    Italië

    13,13

    15,76

    24,89

     

    6,85

    22,61

    1 172 564 383

    Cyprus

    0,12

    0,15

    0,23

     

    0,06

    0,21

    10 840 761

    Letland

    0,11

    0,13

    0,21

     

    0,06

    0,19

    9 893 248

    Litouwen

    0,18

    0,22

    0,34

     

    0,09

    0,31

    16 168 908

    Luxemburg

    0,23

    0,27

    0,43

     

    0,12

    0,39

    20 409 608

    Hongarije

    0,80

    0,96

    1,51

     

    0,41

    1,37

    71 059 709

    Malta

    0,04

    0,05

    0,08

     

    0,02

    0,07

    3 718 228

    Nederland

    4,47

    5,37

    0,00

    –4,03

    0,00

    1,34

    69 621 326

    Oostenrijk

    2,26

    2,72

    0,00

    –2,04

    0,00

    0,68

    35 207 736

    Polen

    2,13

    2,56

    4,04

     

    1,11

    3,67

    190 479 027

    Portugal

    1,30

    1,56

    2,46

     

    0,68

    2,23

    115 831 053

    Slovenië

    0,26

    0,31

    0,49

     

    0,14

    0,45

    23 145 592

    Slowakije

    0,35

    0,42

    0,66

     

    0,18

    0,60

    30 880 084

    Finland

    1,47

    1,76

    2,78

     

    0,77

    2,53

    131 106 782

    Zweden

    2,82

    3,39

    0,00

    –2,54

    0,00

    0,85

    43 940 406

    Verenigd Koninkrijk

    16,71

    0,00

    0,00

     

    0,00

    0,00

    0

    Totaal

    100,00

    100,00

    100,00

    –27,51

    27,51

    100,00

    5 185 683 679

    De berekening is tot op 15 decimalen nauwkeurig.

    TABEL 7

    Overzicht van de financiering van de algemene begroting per soort eigen middelen en per lidstaat

    Lidstaat

    Nettolandbouwrechten (75 %)

    Nettoheffingen en -bijdragen „suiker” en „isoglucose” (75 %)

    Nettodouanerechten (75 %)

    Totaal netto traditionele eigen middelen (75 %)

    Eigen middelen „BTW” tegen uniform percentage

    Eigen middelen „BNI”, exclusief reserves

    Eigen middelen „BNI”, reserves

    Correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk, BTW

    Resultaat van de definitieve berekening van de financiering van de correctie ten behoeve van het Verenigd Koninkrijk voor 2001

    Totaal van de eigen middelen (18)

    Aandeel in het financieringstotaal (%)

     

    (1)

    (2)

    (3)

    (4) = (1) + (2) + (3)

    (5)

    (6)

    (7)

    (8)

    (9)

    (10) = (4) + (5) + (6) + (7) + (8) + (9)

    (11)

    België

    15 847 010

    44 700 000

    1 342 900 000

    1 403 447 010

    398 889 295

    1 942 631 218

    12 659 814

    253 499 702

    –25 912 108

    3 985 214 931

    4,05

    Tsjechische Republiek

    3 825 140

    8 600 000

    134 000 000

    146 425 140

    145 668 087

    593 417 228

    3 867 204

    77 436 772

    0

    966 814 431

    0,98

    Denemarken

    23 087 454

    25 700 000

    230 400 000

    279 187 454

    252 011 701

    1 309 413 333

    8 533 234

    170 869 224

    –22 231 358

    1 997 783 588

    2,03

    Duitsland

    169 399 073

    215 000 000

    2 302 600 000

    2 686 999 073

    3 033 119 602

    14 363 007 141

    93 601 394

    326 677 437

    43 247 740

    20 546 652 387

    20,88

    Estland

    683 061

    0

    15 200 000

    15 883 061

    14 258 320

    58 085 014

    378 530

    7 579 685

    0

    96 184 610

    0,1

    Griekenland

    10 792 360

    10 400 000

    188 100 000

    209 292 360

    281 291 814

    1 145 916 120

    7 467 750

    149 533 989

    –7 296 005

    1 786 206 028

    1,82

    Spanje

    55 737 759

    21 500 000

    1 008 000 000

    1 085 237 759

    1 340 497 310

    5 460 868 041

    35 587 594

    712 604 846

    –27 475 803

    8 607 319 747

    8,75

    Frankrijk

    86 338 882

    205 300 000

    960 600 000

    1 252 238 882

    2 571 592 189

    10 966 252 235

    71 465 292

    1 431 018 736

    –1 102 158

    16 291 465 176

    16,56

    Ierland

    546 449

    6 400 000

    133 700 000

    140 646 449

    209 926 616

    855 191 236

    5 573 142

    111 596 437

    –4 635 083

    1 318 298 797

    1,34

    Italië

    86 338 882

    72 400 000

    1 271 500 000

    1 430 238 882

    1 928 340 859

    8 985 652 292

    58 558 042

    1 172 564 383

    –64 555 999

    13 510 798 459

    13,73

    Cyprus

    2 732 243

    0

    35 800 000

    38 532 243

    20 392 804

    83 075 445

    541 390

    10 840 761

    0

    153 382 643

    0,16

    Letland

    546 449

    800 000

    17 600 000

    18 946 449

    16 541 425

    75 814 415

    494 070

    9 893 248

    0

    121 689 607

    0,12

    Litouwen

    1 775 958

    1 300 000

    29 800 000

    32 875 958

    30 415 704

    123 906 363

    807 478

    16 168 908

    0

    204 174 411

    0,21

    Luxemburg

    136 612

    0

    13 100 000

    13 236 612

    38 392 981

    156 403 899

    1 019 258

    20 409 608

    – 530 540

    228 931 818

    0,23

    Hongarije

    4 644 813

    7 000 000

    116 900 000

    128 544 813

    118 642 944

    544 548 215

    3 548 732

    71 059 709

    0

    866 344 413

    0,88

    Malta

    1 775 958

    0

    8 600 000

    10 375 958

    6 994 444

    28 493 705

    185 688

    3 718 228

    0

    49 768 023

    0,05

    Nederland

    249 180 571

    50 100 000

    1 136 800 000

    1 436 080 571

    733 585 232

    3 061 036 622

    19 948 280

    69 621 326

    –14 562 204

    5 305 709 827

    5,39

    Oostenrijk

    5 874 323

    20 400 000

    165 600 000

    191 874 323

    332 550 012

    1 547 976 387

    10 087 912

    35 207 736

    5 119 497

    2 122 815 867

    2,16

    Polen

    30 601 123

    40 900 000

    202 700 000

    274 201 123

    358 314 464

    1 459 688 124

    9 512 552

    190 479 027

    0

    2 292 195 290

    2,33

    Portugal

    29 235 001

    2 800 000

    89 500 000

    121 535 001

    217 892 449

    887 642 146

    5 784 620

    115 831 053

    –5 879 918

    1 342 805 351

    1,36

    Slovenië

    136 612

    600 000

    28 600 000

    29 336 612

    43 539 704

    177 370 426

    1 155 894

    23 145 592

    0

    274 548 228

    0,28

    Slowakije

    956 285

    6 900 000

    42 900 000

    50 756 285

    49 051 075

    236 641 760

    1 542 156

    30 880 084

    0

    368 871 360

    0,37

    Finland

    4 371 589

    4 700 000

    95 900 000

    104 971 589

    213 854 931

    1 004 703 856

    6 547 492

    131 106 782

    –4 450 593

    1 456 734 057

    1,48

    Zweden

    12 841 543

    11 600 000

    308 900 000

    333 341 543

    392 456 607

    1 931 925 196

    12 590 044

    43 940 406

    –3 028 769

    2 711 225 027

    2,76

    Verenigd Koninkrijk

    321 994 850

    36 700 000

    2 151 100 000

    2 509 794 850

    2 807 830 706

    11 438 436 206

    74 542 438

    –5 185 683 679

    133 293 301

    11 778 213 822

    11,97

    Totaal

    1 119 400 000

    793 800 000

    12 030 800 000

    13 944 000 000

    15 556 051 275

    68 438 096 623

    446 000 000

    0

    0

    98 384 147 898

    100,00

    B. ALGEMENE STAAT VAN ONTVANGSTEN PER BEGROTINGSONDERDEEL

    ONTVANGSTEN

    TITEL 1

    EIGEN MIDDELEN

    Titel

    Hoofdstuk

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    1 0

    DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

    819 400 000

    300 000 000

    1 119 400 000

    1 1

    BIJDRAGEN EN ANDERE HEFFINGEN VASTGESTELD IN HET KADER VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ORDENING DER MARKTEN IN DE SECTOR SUIKER (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

    793 800 000

     

    793 800 000

    1 2

    DOUANERECHTEN EN OVERIGE RECHTEN ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER B), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

    12 030 800 000

     

    12 030 800 000

    1 3

    EIGEN MIDDELEN UIT DE BELASTING OVER DE TOEGEVOEGDE WAARDE OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER C), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

    15 556 051 275

     

    15 556 051 275

    1 4

    EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

    72 752 531 565

    –3 868 434 942

    68 884 096 623

    1 5

    CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN

    0

     

    0

     

    Titel 1 — Totaal

    101 952 582 840

    –3 568 434 942

    98 384 147 898

    HOOFDSTUK 1 0 —
    DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER A), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    1 0

    DOOR DE INSTELLINGEN VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN IN HET KADER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK LANDBOUWBELEID INGEVOERDE LANDBOUWRECHTEN OP HET HANDELSVERKEER MET NIET-LIDSTATEN (ARTIKEL 2, LID 1, ONDER a), VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM)

    1 0 0

    Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

    1 0 0 0

    Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

    819 400 000

    300 000 000

    1 119 400 000

     

    Artikel 1 0 0 — Subtotaal

    819 400 000

    300 000 000

    1 119 400 000

     

    Hoofdstuk 1 0 — Totaal

    819 400 000

    300 000 000

    1 119 400 000

    1 0 0
    Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

    1 0 0 0
    Door de instellingen van de Europese Gemeenschappen in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid ingevoerde landbouwrechten op het handelsverkeer met niet-lidstaten (artikel 2, lid 1, onder a), van Besluit 2000/597/EG, Euratom)

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    819 400 000

    300 000 000

    1 119 400 000

    Toelichting

    Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder a).

    Het betreft hier rechten die worden geïnd bij invoer uit derde landen van onder een gemeenschappelijke marktordening vallende landbouwproducten. Deze landbouwrechten dienen ter compensatie van het verschil tussen de wereldmarktprijzen en de prijzen die binnen de Gemeenschap gelden.

    Vanaf 2003 worden de ramingen netto gegeven (zonder inningskosten).

    Lidstaat

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    België

    11 600 000

    4 247 010

    15 847 010

    Tsjechische Republiek

    2 800 000

    1 025 140

    3 825 140

    Denemarken

    16 900 000

    6 187 454

    23 087 454

    Duitsland

    124 000 000

    45 399 073

    169 399 073

    Estland

    500 000

    183 061

    683 061

    Griekenland

    7 900 000

    2 892 360

    10 792 360

    Spanje

    40 800 000

    14 937 759

    55 737 759

    Frankrijk

    63 200 000

    23 138 882

    86 338 882

    Ierland

    400 000

    146 449

    546 449

    Italië

    63 200 000

    23 138 882

    86 338 882

    Cyprus

    2 000 000

    732 243

    2 732 243

    Letland

    400 000

    146 449

    546 449

    Litouwen

    1 300 000

    475 958

    1 775 958

    Luxemburg

    100 000

    36 612

    136 612

    Hongarije

    3 400 000

    1 244 813

    4 644 813

    Malta

    1 300 000

    475 958

    1 775 958

    Nederland

    182 400 000

    66 780 571

    249 180 571

    Oostenrijk

    4 300 000

    1 574 323

    5 874 323

    Polen

    22 400 000

    8 201 123

    30 601 123

    Portugal

    21 400 000

    7 835 001

    29 235 001

    Slovenië

    100 000

    36 612

    136 612

    Slowakije

    700 000

    256 285

    956 285

    Finland

    3 200 000

    1 171 589

    4 371 589

    Zweden

    9 400 000

    3 441 543

    12 841 543

    Verenigd Koninkrijk

    235 700 000

    86 294 850

    321 994 850

    Totaal van post 1 0 0 0

    819 400 000

    300 000 000

    1 119 400 000

    HOOFDSTUK 1 4 —
    EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER D), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    1 4

    EIGEN MIDDELEN OP BASIS VAN HET BRUTO NATIONAAL INKOMEN OVEREENKOMSTIG HET BEPAALDE IN ARTIKEL 2, LID 1, ONDER d), EN ARTIKEL 6 VAN BESLUIT 2000/597/EG, EURATOM

    1 4 0

    Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

    1 4 0 0

    Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

    72 306 531 565

    –3 868 434 942

    68 438 096 623

    1 4 0 2

    Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor verstrekte leningen en de garantie voor verstrekte leningen

    223 000 000

     

    223 000 000

    1 4 0 3

    Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6, van Besluit 2000/597/EG, Euratom, die overeenkomen met de reserve voor noodhulp

    223 000 000

     

    223 000 000

     

    Artikel 1 4 0 — Subtotaal

    72 752 531 565

    –3 868 434 942

    68 884 096 623

     

    Hoofdstuk 1 4 — Totaal

    72 752 531 565

    –3 868 434 942

    68 884 096 623

    1 4 0
    Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

    1 4 0 0
    Eigen middelen op basis van het bruto nationaal inkomen overeenkomstig het bepaalde in artikel 2, lid 1, onder d), en artikel 6 van Besluit 2000/597/EG, Euratom

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    72 306 531 565

    –3 868 434 942

    68 438 096 623

    Toelichting

    Besluit 2000/597/EG, Euratom van de Raad van 29 september 2000 betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 253 van 7.10.2000, blz. 42), met name artikel 2, lid 1, onder a).

    Het voor het begrotingsjaar op het bruto nationaal inkomen van de lidstaten toe te passen uniforme percentage, exclusief de reserve voor leninggaranties en de reserve voor spoedhulp, bedraagt 0,6476 %.

    Lidstaat

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    België

    2 052 437 639

    – 109 806 421

    1 942 631 218

    Tsjechische Republiek

    626 959 890

    –33 542 662

    593 417 228

    Denemarken

    1 383 427 377

    –74 014 044

    1 309 413 333

    Duitsland

    15 174 870 143

    – 811 863 002

    14 363 007 141

    Estland

    61 368 245

    –3 283 231

    58 085 014

    Griekenland

    1 210 688 552

    –64 772 432

    1 145 916 120

    Spanje

    5 769 541 336

    – 308 673 295

    5 460 868 041

    Frankrijk

    11 586 115 080

    – 619 862 845

    10 966 252 235

    Ierland

    903 530 565

    –48 339 329

    855 191 236

    Italië

    9 493 562 550

    – 507 910 258

    8 985 652 292

    Cyprus

    87 771 250

    –4 695 805

    83 075 445

    Letland

    80 099 793

    –4 285 378

    75 814 415

    Litouwen

    130 910 119

    –7 003 756

    123 906 363

    Luxemburg

    165 244 564

    –8 840 665

    156 403 899

    Hongarije

    575 328 576

    –30 780 361

    544 548 215

    Malta

    30 104 300

    –1 610 595

    28 493 705

    Nederland

    3 234 060 444

    – 173 023 822

    3 061 036 622

    Oostenrijk

    1 635 475 108

    –87 498 721

    1 547 976 387

    Polen

    1 542 196 389

    –82 508 265

    1 459 688 124

    Portugal

    937 815 749

    –50 173 603

    887 642 146

    Slovenië

    187 396 216

    –10 025 790

    177 370 426

    Slowakije

    250 017 837

    –13 376 077

    236 641 760

    Finland

    1 061 494 324

    –56 790 468

    1 004 703 856

    Zweden

    2 041 126 464

    – 109 201 268

    1 931 925 196

    Verenigd Koninkrijk

    12 084 989 055

    – 646 552 849

    11 438 436 206

    Totaal van post 1 4 0 0

    72 306 531 565

    –3 868 434 942

    68 438 096 623

    TITEL 3

    OVERSCHOTTEN, SALDI EN AANPASSINGEN

    Titel

    Hoofdstuk

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    3 0

    OVERSCHOT VAN HET VORIGE BEGROTINGSJAAR

    3 262 668 965

     

    3 262 668 965

    3 1

    SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN EN VAN FINANCIËLE BIJDRAGEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5, 6 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

    p.m.

    400 012 558

    400 012 558

    3 2

    SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNP/BNI-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 7, 8 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

    p.m.

    2 051 303 214

    2 051 303 214

    3 3

    RESTITUTIES AAN DE LIDSTATEN

    p.m.

     

    p.m.

    3 4

    AANPASSING IN VERBAND MET DE NIET-DEELNEMING VAN BEPAALDE LIDSTATEN AAN HET COMMUNAUTAIRE BELEID INZAKE JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN

    p.m.

     

    p.m.

    3 5

    RESULTAAT VAN DE DEFINITIEVE BEREKENING VAN DE FINANCIERING VAN DE CORRECTIE VAN DE BEGROTINGSONEVENWICHTIGHEDEN TEN GUNSTE VAN HET VERENIGD KONINKRIJK

    p.m.

     

    p.m.

     

    Titel 3 — Totaal

    3 262 668 965

    2 451 315 772

    5 713 984 737

    HOOFDSTUK 3 1 —
    SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN EN VAN FINANCIËLE BIJDRAGEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5, 6 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    3 1

    SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN DE BTW-MIDDELEN EN VAN FINANCIËLE BIJDRAGEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 4, 5, 6 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) Nr. 1150/2000

    3 1 0

    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1989

    3 1 0 3

    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1989

    p.m.

    400 012 558

    400 012 558

     

    Artikel 3 1 0 — Subtotaal

    p.m.

    400 012 558

    400 012 558

     

    Hoofdstuk 3 1 — Totaal

    p.m.

    400 012 558

    400 012 558

    3 1 0
    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1989

    3 1 0 3
    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1989

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    p.m.

    400 012 558

    400 012 558

    Toelichting

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2028/2004 (PB L 352 van 27.11.2004, blz. 1), met name artikel 10, leden 4, 5, 6 en 9.

    Lidstaat

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    België

    p.m.

    23 921 370

    23 921 370

    Tsjechische Republiek

    p.m.

    2 388 058

    2 388 058

    Denemarken

    p.m.

    1 422 690

    1 422 690

    Duitsland

    p.m.

    – 144 808 762

    – 144 808 762

    Estland

    p.m.

    648 906

    648 906

    Griekenland

    p.m.

    4 782 270

    4 782 270

    Spanje

    p.m.

    276 149 526

    276 149 526

    Frankrijk

    p.m.

    83 894 151

    83 894 151

    Ierland

    p.m.

    19 793 222

    19 793 222

    Italië

    p.m.

    75 452 340

    75 452 340

    Cyprus

    p.m.

    –30 155

    –30 155

    Letland

    p.m.

    469 857

    469 857

    Litouwen

    p.m.

    – 591 918

    – 591 918

    Luxemburg

    p.m.

    – 668 442

    – 668 442

    Hongarije

    p.m.

    –9 399 469

    –9 399 469

    Malta

    p.m.

    – 233 867

    – 233 867

    Nederland

    p.m.

    24 369 115

    24 369 115

    Oostenrijk

    p.m.

    –6 270 054

    –6 270 054

    Polen

    p.m.

    2 002 510

    2 002 510

    Portugal

    p.m.

    65 792 863

    65 792 863

    Slovenië

    p.m.

    358 390

    358 390

    Slowakije

    p.m.

    –3 509 596

    –3 509 596

    Finland

    p.m.

    274 339

    274 339

    Zweden

    p.m.

    –44 540 078

    –44 540 078

    Verenigd Koninkrijk

    p.m.

    28 345 292

    28 345 292

    Totaal van post 3 1 0 3

    p.m.

    400 012 558

    400 012 558

    HOOFDSTUK 3 2 —
    SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNP/BNI-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 7, 8 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) NR. 1150/2000

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    3 2

    SALDI EN AANPASSING VAN DE SALDI VAN BNP/BNI-MIDDELEN BETREFFENDE VOORAFGAANDE BEGROTINGSJAREN ALS GEVOLG VAN DE TOEPASSING VAN ARTIKEL 10, LEDEN 7, 8 EN 9, VAN VERORDENING (EG, EURATOM) Nr. 1150/2000

    3 2 0

    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 7, 8 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    3 2 0 3

    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 7, 8 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    p.m.

    2 051 303 214

    2 051 303 214

     

    Artikel 3 2 0 — Subtotaal

    p.m.

    2 051 303 214

    2 051 303 214

     

    Hoofdstuk 3 2 — Totaal

    p.m.

    2 051 303 214

    2 051 303 214

    3 2 0
    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 7, 8 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    3 2 0 3
    Resultaat van de toepassing van artikel 10, leden 7, 8 en 9, van Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 betreffende de begrotingsjaren vanaf 1995

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    p.m.

    2 051 303 214

    2 051 303 214

    Toelichting

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2028/2004 (PB L 352 van 27.11.2004, blz. 1), met name artikel 10, leden 7, 8 en 9.

    Lidstaat

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    België

    p.m.

    53 532 433

    53 532 433

    Tsjechische Republiek

    p.m.

    11 116 828

    11 116 828

    Denemarken

    p.m.

    –20 499 980

    –20 499 980

    Duitsland

    p.m.

    – 238 851 901

    – 238 851 901

    Estland

    p.m.

    3 020 772

    3 020 772

    Griekenland

    p.m.

    25 320 481

    25 320 481

    Spanje

    p.m.

    603 226 828

    603 226 828

    Frankrijk

    p.m.

    442 609 402

    442 609 402

    Ierland

    p.m.

    66 587 800

    66 587 800

    Italië

    p.m.

    88 842 148

    88 842 148

    Cyprus

    p.m.

    – 140 377

    – 140 377

    Letland

    p.m.

    5 841 756

    5 841 756

    Litouwen

    p.m.

    2 710 666

    2 710 666

    Luxemburg

    p.m.

    –3 111 715

    –3 111 715

    Hongarije

    p.m.

    –1 852 157

    –1 852 157

    Malta

    p.m.

    –1 088 693

    –1 088 693

    Nederland

    p.m.

    582 399 268

    582 399 268

    Oostenrijk

    p.m.

    37 746 577

    37 746 577

    Polen

    p.m.

    16 268 096

    16 268 096

    Portugal

    p.m.

    135 846 811

    135 846 811

    Slovenië

    p.m.

    1 668 371

    1 668 371

    Slowakije

    p.m.

    2 595 407

    2 595 407

    Finland

    p.m.

    4 635 321

    4 635 321

    Zweden

    p.m.

    31 934 284

    31 934 284

    Verenigd Koninkrijk

    p.m.

    200 944 788

    200 944 788

    Totaal van post 3 2 0 3

    p.m.

    2 051 303 214

    2 051 303 214

    TITEL 6

    BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN IN HET KADER VAN COMMUNAUTAIRE OVEREENKOMSTEN EN PROGRAMMA'S

    Titel

    Hoofdstuk

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    6 0

    BIJDRAGEN VOOR COMMUNAUTAIRE PROGRAMMA'S

    p.m.

     

    p.m.

    6 1

    TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

    p.m.

    360 000 000

    360 000 000

    6 2

    ONTVANGSTEN UIT ONDER BEZWARENDE TITEL VERRICHTE DIENSTEN

    p.m.

     

    p.m.

    6 3

    BIJDRAGEN IN HET KADER VAN SPECIFIEKE OVEREENKOMSTEN

    p.m.

     

    p.m.

    6 5

    FINANCIËLE CORRECTIES

    p.m.

     

    p.m.

    6 6

    ANDERE BIJDRAGEN EN TERUGBETALINGEN

    p.m.

     

    p.m.

     

    Titel 6 — Totaal

    p.m.

    360 000 000

    360 000 000

    HOOFDSTUK 6 1 —
    TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    6 1

    TERUGBETALING VAN DIVERSE UITGAVEN

    6 1 1

    Terugbetaling van voor rekening van één of meer staten gedane uitgaven

    6 1 1 2

    Bijdragen voor de administratieve uitgaven uit hoofde van het besluit van de vertegenwoordigers van de regeringen der lidstaten, in het kader van de Raad bijeen, van 27 februari 2002 betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag — Bestemmingsontvangsten

     

    6 1 1 3

    Opbrengsten van de beleggingen van de activa zoals bedoeld in artikel 4 van Beschikking 2003/76/EG van de Raad van 1 februari 2003 tot vaststelling van de bepalingen die nodig zijn voor de uitvoering van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte protocol betreffende de financiële gevolgen van de beëindiging van het EGKS-Verdrag en betreffende het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 1 4

    Ontvangsten uit de invorderingen in het kader van het onderzoeksprogramma van het Fonds voor onderzoek inzake kolen en staal

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 6 1 1 — Subtotaal

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 2

    Terugbetaling van specifieke uitgaven in verband met de uitvoering van werkzaamheden op verzoek en tegen vergoeding — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 6 1 2 — Subtotaal

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 3

    Overeenkomstig de bepalingen van artikel 8 van Verordening (EG) nr. 1258/1999 teruggevorderde bedragen

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 6 1 3 — Subtotaal

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 4

    Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden toegekende communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie

    6 1 4 0

    Terugbetaling van voor projecten en werkzaamheden op het gebied van de nieuwe energietechnologie toegekende communautaire steun bij geslaagde commerciële exploitatie — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 4 1

    Terugbetaling van communautaire steun op het gebied van de informatica bij geslaagde commerciële exploitatie

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 4 2

    Terugbetaling van communautaire steun toegekend voor demonstratieprojecten op agro-industrieel gebied bij geslaagde commerciële exploitatie — Bestemmingsontvangsten

     

    6 1 4 3

    Terugbetaling van de subsidies toegekend in het kader van een Europese activiteit met risicodragend kapitaal ten behoeve van het midden- en kleinbedrijf — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 6 1 4 — Subtotaal

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 5

    Terugbetaling van niet-gebruikte communautaire bijstand

    6 1 5 0

    Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw

    p.m.

    334 000 000

    334 000 000

    6 1 5 1

    Terugbetaling van niet-gebruikte subsidies voor het begrotingsevenwicht — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 5 2

    Terugbetaling van niet-gebruikte rentesubsidies — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 5 3

    Terugbetaling van niet-gebruikte bedragen in het kader van contracten van de instelling — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 5 7

    Terugbetaling van voorschotten in het kader van de structuurfondsen en het Cohesiefonds

    p.m.

    26 000 000

    26 000 000

    6 1 5 8

    Terugbetaling van diverse niet-gebruikte bedragen aan communautaire bijstand — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 5 9

    Terugbetaling van vooruitbetalingen door de begunstigden van niet opnieuw gebruikte communautaire steun

     

     

    Artikel 6 1 5 — Subtotaal

    p.m.

    360 000 000

    360 000 000

    6 1 6

    Terugbetaling van de uitgaven voor rekening van de Internationale Organisatie voor Atoomenergie — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 6 1 6 — Subtotaal

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 7

    Terugbetaling van in het kader van de communautaire hulp voor derde landen gestorte bedragen

    6 1 7 0

    Terugbetaling in het kader van de ontwikkelingssamenwerking met Zuid-Afrika — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 6 1 7 — Subtotaal

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 8

    Terugbetaling van in het kader van de voedselhulp gestorte bedragen

    6 1 8 0

    Terugbetaling door leveranciers of begunstigden van uit hoofde van de voedselhulp te veel ontvangen bedragen — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 8 1

    Terugbetaling van door begunstigden van voedselhulp veroorzaakte aanvullende kosten — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 6 1 8 — Subtotaal

    p.m.

     

    p.m.

    6 1 9

    Overige terugbetalingen van voor rekening van derden gedane uitgaven

    6 1 9 1

    Overige terugbetalingen van in het kader van Besluit 94/179/Euratom van de Raad voor rekening van derden gedane uitgaven — Bestemmingsontvangsten

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 6 1 9 — Subtotaal

    p.m.

     

    p.m.

     

    Hoofdstuk 6 1 — Totaal

    p.m.

    360 000 000

    360 000 000

    6 1 5
    Terugbetaling van niet-gebruikte communautaire bijstand

    6 1 5 0
    Terugbetaling van niet-gebruikte bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    p.m.

    334 000 000

    334 000 000

    Toelichting

    Terugbetaling van bijstand van het Europees Sociaal Fonds, het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw.

    Deze ontvangsten worden overeenkomstig artikel 18 van het Financieel Reglement vanaf 2003 beschouwd als bestemmingsontvangsten en geven aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten op het begrotingsonderdeel van de oorspronkelijke uitgave die tot de ontvangsten heeft geleid.

    6 1 5 7
    Terugbetaling van voorschotten in het kader van de structuurfondsen en het Cohesiefonds

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    p.m.

    26 000 000

    26 000 000

    Toelichting

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), met name artikel 39, lid 3.

    Verordening (EG) nr. 1265/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1164/94 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 62), met name artikel 1, lid 4.

    Verordening (EG) nr. 448/2001 van de Commissie van 2 maart 2001 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad met betrekking tot de procedure inzake financiële correcties betreffende uit de structuurfondsen toegekende bijstand (PB L 64 van 6.3.2001, blz. 13).

    Op deze post worden de terugbetalingen geboekt van de vooruitbetalingen in het kader van de structuurfondsen (Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie, Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij, Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling en Europees Sociaal Fonds) en het Cohesiefonds.

    De op deze post opgenomen bedragen geven overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van het Financieel Reglement aanleiding tot de opvoering van aanvullende kredieten onder de desbetreffende begrotingsonderdelen van de titels 04, 05, 11 en 13 van de staat van uitgaven van afdeling III „Commissie”, indien zij nodig zijn om de deelneming van de structuurfondsen en het Cohesiefonds aan de betrokken bijstandsverlening niet te laten dalen.

    TITEL 7

    ACHTERSTANDSRENTE EN BOETEN

    Titel

    Hoofdstuk

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    7 0

    ACHTERSTANDSRENTE

    18 000 000

    44 000 000

    62 000 000

    7 1

    GELDBOETEN

    192 880 830

    63 119 170

    256 000 000

    7 2

    RENTE OP DEPOSITO'S EN BOETEN

    p.m.

     

    p.m.

     

    Titel 7 — Totaal

    210 880 830

    107 119 170

    318 000 000

    HOOFDSTUK 7 0 —
    ACHTERSTANDSRENTE

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    7 0

    ACHTERSTANDSRENTE

    7 0 0

    Achterstandsrente

    7 0 0 0

    Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten

    3 000 000

    20 000 000

    23 000 000

    7 0 0 1

    Overige achterstandsrente

    10 000 000

    –7 000 000

    3 000 000

     

    Artikel 7 0 0 — Subtotaal

    13 000 000

    13 000 000

    26 000 000

    7 0 1

    Achterstandsrente en andere rente op boeten

    5 000 000

    31 000 000

    36 000 000

     

    Artikel 7 0 1 — Subtotaal

    5 000 000

    31 000 000

    36 000 000

     

    Hoofdstuk 7 0 — Totaal

    18 000 000

    44 000 000

    62 000 000

    7 0 0
    Achterstandsrente

    7 0 0 0
    Invorderbare rente wegens te late overmakingen op de rekeningen bij de Schatkisten van de lidstaten

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    3 000 000

    20 000 000

    23 000 000

    Toelichting

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1150/2000 van de Raad van 22 mei 2000 houdende toepassing van Besluit 94/728/EG, Euratom betreffende het stelsel van eigen middelen van de Europese Gemeenschappen (PB L 130 van 31.5.2000, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG, Euratom) nr. 2028/2004 (PB L 352 van 27.11.2004, blz. 1).

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

    Raad

     

    p.m.

    Commissie

     

    23 000 000

     

    Totaal

    23 000 000

    7 0 0 1
    Overige achterstandsrente

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    10 000 000

    –7 000 000

    3 000 000

    Toelichting

    Verordening nr. 17 van de Raad van 6 februari 1962, eerste verordening over de toepassing van de artikelen 81 (ex artikel 85) en 82 (ex artikel 86) van het Verdrag (PB 13 van 21.2.1962, blz. 204/62), gewijzigd bij en aangevuld door de verordeningen:

    59 (PB 58 van 10.7.1962, blz. 1655/62),

    118/63/EEG (PB 162 van 7.11.1963, blz. 2696/63),

    (EEG) nr. 2822/71 (PB L 285 van 29.12.1971, blz. 49).

    Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11), met name artikel 24.

    Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1. Verordening gerectificeerd in PB L 257 van 21.9.1990, blz. 13), met name de artikelen 14 en 15.

    Verordening (EEG) nr. 1865/90 van de Commissie van 2 juli 1990 inzake de bij te late terugbetaling van bijstand uit de structuurfondsen te betalen rente (PB L 170 van 3.7.1990, blz. 35).

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

    7 0 1
    Achterstandsrente en andere rente op boeten

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    5 000 000

    31 000 000

    36 000 000

    Toelichting

    Nieuw artikel

    Op dit artikel wordt de achterstandsrente en de andere rente op boeten geboekt.

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), met name artikel 71, lid 4.

    Verordening (EG, Euratom) nr. 2342/2002 van de Commissie van 23 december 2002 tot vaststelling van uitvoeringsvoorschriften van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen, met name artikel 86.

    HOOFDSTUK 7 1 —
    GELDBOETEN

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    7 1

    GELDBOETEN

    7 1 0

    Geldboeten, dwangsommen en andere sancties

    192 880 830

    43 119 170

    236 000 000

     

    Artikel 7 1 0 — Subtotaal

    192 880 830

    43 119 170

    236 000 000

    7 1 1

    Ontvangsten uit boeten wegens fraude en onregelmatigheden ten koste van de financiële belangen van de Europese Gemeenschap

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 7 1 1 — Subtotaal

    p.m.

     

    p.m.

    7 1 2

    Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat de krachtens het Verdrag op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen

    p.m.

    20 000 000

    20 000 000

     

    Artikel 7 1 2 — Subtotaal

    p.m.

    20 000 000

    20 000 000

     

    Hoofdstuk 7 1 — Totaal

    192 880 830

    63 119 170

    256 000 000

    7 1 0
    Geldboeten, dwangsommen en andere sancties

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    192 880 830

    43 119 170

    236 000 000

    Toelichting

    Verordening nr. 11 van de Raad van 27 juni 1960 ter uitvoering van artikel 79, lid 3, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap betreffende de opheffing van discriminaties inzake vrachtprijzen en vervoervoorwaarden (PB 52 van 16.8.1960, blz. 1121/60), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 3626/84 (PB L 335 van 22.12.1984, blz. 4), met name de artikelen 17 en 18.

    Verordening nr. 17 van de Raad van 6 februari 1962, eerste verordening over de toepassing van de artikelen 81 (ex artikel 85) en 82 (ex artikel 86) van het Verdrag (PB 13 van 21.2.1962, blz. 204/62), gewijzigd bij en aangevuld door de verordeningen:

    59 (PB 58 van 10.7.1962, blz. 1655/62),

    118/63/EEG (PB 162 van 7.11.1963, blz. 2696/63),

    (EEG) nr. 2822/71 (PB L 285 van 29.12.1971, blz. 49),

    met name de artikelen 15 en 16; Verordening nr. 17 is laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1216/1999 (PB L 148 van 15.6.1999, blz. 5).

    Verordening (EEG) nr. 1017/68 van de Raad van 19 juli 1968 houdende de toepassing van mededingingsregels op het gebied van het vervoer per spoor, over de weg en over de binnenwateren (PB L 175 van 23.7.1968, blz. 1), met name de artikelen 22 en 23.

    Verordening (EEG) nr. 4064/89 van de Raad van 21 december 1989 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 395 van 30.12.1989, blz. 1. Verordening gerectificeerd in PB L 257 van 21.9.1990, blz. 13), met name de artikelen 14 en 15.

    7 1 2
    Aan de lidstaten opgelegde dwangsommen en forfaitaire bedragen wegens niet-nakoming van een arrest van het Hof van Justitie waarin wordt vastgesteld dat een lidstaat de krachtens het Verdrag op hem rustende verplichtingen niet is nagekomen

    Begroting 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    p.m.

    20 000 000

    20 000 000

    Toelichting

    Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name artikel 228 (voorheen artikel 171), lid 2, ingevoerd bij het Verdrag van Maastricht betreffende de Europese Unie (artikel G, punt 51).

    AFDELING III

    COMMISSIE

    UITGAVEN

    Titel

    Omschrijving

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    01

    ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

    452 732 509

    462 854 009

     

     

    452 732 509

    462 854 009

    02

    ONDERNEMINGEN

    393 303 419

    399 288 419

     

     

    393 303 419

    399 288 419

    03

    CONCURRENTIE

    88 839 252

    88 839 252

     

     

    88 839 252

    88 839 252

    04

    WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

    11 577 354 556

    9 058 458 825

    –2 000 000

    525 789 520

    11 575 354 556

    9 584 248 345

    05

    LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

    53 722 123 633

    52 484 803 811

    – 616 200 000

    –17 387 923

    53 105 923 633

    52 467 415 888

    06

    ENERGIE EN VERVOER

    1 413 397 334

    1 346 158 134

     

     

    1 413 397 334

    1 346 158 134

    07

    MILIEU

    322 320 776

    319 290 776

     

     

    322 320 776

    319 290 776

    08

    ONDERZOEK

    3 299 731 056

    2 525 607 306

     

     

    3 299 731 056

    2 525 607 306

    09

    INFORMATIEMAATSCHAPPIJ

    1 335 651 319

    1 181 111 319

     

     

    1 335 651 319

    1 181 111 319

    10

    EIGEN ONDERZOEK

    366 422 464

    348 310 914

     

     

    366 422 464

    348 310 914

    11

    VISSERIJ

    1 029 744 589

    927 155 514

     

    – 842 500

    1 029 744 589

    926 313 014

    12

    INTERNE MARKT

    73 349 263

    72 749 263

     

     

    73 349 263

    72 749 263

    13

    REGIONAAL BELEID

    27 202 255 655

    21 009 746 365

     

    –1 122 559 097

    27 202 255 655

    19 887 187 268

    14

    BELASTINGEN EN DOUANE-UNIE

    119 785 688

    114 301 688

     

     

    119 785 688

    114 301 688

    15

    ONDERWIJS EN CULTUUR

    941 251 284

    869 019 404

     

     

    941 251 284

    869 019 404

    16

    PERS EN COMMUNICATIE

    185 012 786

    176 001 686

     

     

    185 012 786

    176 001 686

    17

    GEZONDHEIDSZORG EN CONSUMENTENBESCHERMING

    513 511 715

    516 164 510

    –35 000 000

    –35 000 000

    478 511 715

    481 164 510

    18

    RUIMTE VAN VRIJHEID, VEILIGHEID EN RECHTVAARDIGHEID

    578 452 580

    566 255 804

     

     

    578 452 580

    566 255 804

    19

    EXTERNE BETREKKINGEN

    3 076 836 673

    3 281 150 276

     

     

    3 076 836 673

    3 281 150 276

    20

    HANDEL

    76 234 391

    77 254 391

     

     

    76 234 391

    77 254 391

    21

    ONTWIKKELING EN BETREKKINGEN MET DE ACS-STATEN

    1 235 215 936

    1 315 772 436

     

     

    1 235 215 936

    1 315 772 436

    22

    UITBREIDING

    1 853 819 158

    2 681 549 158

     

     

    1 853 819 158

    2 681 549 158

    23

    HUMANITAIRE HULP

    513 098 157

    515 460 657

     

     

    513 098 157

    515 460 657

    24

    FRAUDEBESTRIJDING

    61 395 038

    58 235 038

     

     

    61 395 038

    58 235 038

    25

    BELEIDSCOÖRDINATIE EN JURIDISCH ADVIES VAN DE COMMISSIE

    209 126 692

    207 311 692

     

     

    209 126 692

    207 311 692

    26

    ADMINISTRATIE

    647 663 022

    647 663 022

     

     

    647 663 022

    647 663 022

    27

    BEGROTING

    1 385 620 356

    1 385 620 356

     

     

    1 385 620 356

    1 385 620 356

    28

    AUDIT

    10 602 470

    10 602 470

     

     

    10 602 470

    10 602 470

    29

    STATISTIEK

    131 296 575

    126 078 575

     

     

    131 296 575

    126 078 575

    30

    PENSIOENEN

    899 771 000

    899 771 000

     

     

    899 771 000

    899 771 000

    31

    RESERVES

    557 192 789

    325 722 789

     

     

    557 192 789

    325 722 789

     

    Uitgaven D — Totaal

    114 273 112 135

    103 998 308 859

    – 653 200 000

    – 650 000 000

    113 619 912 135

    103 348 308 859

    TITEL 04

    WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

    Algemene doelstellingen

    Het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken” omvat activiteiten die bijdragen tot de ontwikkeling van een modern, vernieuwend en duurzaam Europees sociaal model dat meer en betere banen helpt scheppen in een integrerende samenleving met gelijke kansen voor mannen en vrouwen.

    Titel

    Hoofdstuk

    Omschrijving

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    04 01

    ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

    107 853 180

    107 853 180

    –2 000 000

    –2 000 000

    105 853 180

    105 853 180

    04 02

    WERKGELEGENHEID EN EUROPEES SOCIAAL FONDS

    11 334 743 376

    8 815 117 645

     

    527 789 520

    11 334 743 376

    9 342 907 165

    04 03

    ARBEIDSORGANISATIES EN ARBEIDSVOORWAARDEN

    74 920 000

    72 900 000

     

     

    74 920 000

    72 900 000

    04 04

    BEVORDERING VAN EEN OP INTEGRATIE GERICHTE SAMENLEVING

    47 738 000

    50 488 000

     

     

    47 738 000

    50 488 000

    04 05

    GELIJKE KANSEN VOOR VROUWEN EN MANNEN

    12 100 000

    12 100 000

     

     

    12 100 000

    12 100 000

    04 49

    UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

    p.m.

     

     

    p.m.

    04 50

    PRESTATIEFACILITEIT VOOR HET BELEIDSTERREIN WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Titel 04 — Totaal

    11 577 354 556

    9 058 458 825

    –2 000 000

    525 789 520

    11 575 354 556

    9 584 248 345

    HOOFDSTUK 04 01 —
    ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN”

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    04 01

    ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN WERKGELEGENHEID EN SOCIALE ZAKEN

    04 01 01

    Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Werkgelegenheid en sociale zaken

    5

    55 905 172 (19)

     

    55 905 172 (19)

     

    Artikel 04 01 01 — Subtotaal

     

    55 905 172

     

    55 905 172

    04 01 02

    Extern personeel en ander beheersuitgaven voor het beleidsterrein Werkgelegenheid en sociale zaken

    04 01 02 01

    Extern personeel

    5

    9 035 033

     

    9 035 033

    04 01 02 11

    Andere beheersuitgaven

    5

    7 778 033 (20)

     

    7 778 033 (20)

     

    Artikel 04 01 02 — Subtotaal

     

    16 813 066

     

    16 813 066

    04 01 03

    Gebouwen en daarmee samenhangende uitgaven van het beleidsterrein Werkgelegenheid en sociale zaken

    5

    15 319 942

     

    15 319 942

     

    Artikel 04 01 03 — Subtotaal

     

    15 319 942

     

    15 319 942

    04 01 04

    Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein Werkgelegenheid en sociale zaken

    04 01 04 01

    Europees Sociaal Fonds (ESF) en niet-operationele technische bijstand — Uitgaven voor administratief beheer

    2.1

    13 225 000

    –2 000 000

    11 225 000

    04 01 04 02

    Arbeidsverhoudingen en sociale dialoog — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    750 000

     

    750 000

    04 01 04 04

    Eures (European Employment Services) — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    500 000

     

    500 000

    04 01 04 05

    Communautaire strategie inzake de gelijkheid tussen mannen en vrouwen — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    400 000

     

    400 000

    04 01 04 06

    Analyse en studies betreffende sociale situatie, demografie en gezin — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    400 000

     

    400 000

    04 01 04 07

    Maatregelen ter bestrijding en voorkoming van uitsluiting — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    600 000

     

    600 000

    04 01 04 08

    Vrij verkeer van werknemers, coördinatie van de socialezekerheidsstelsels en acties ten behoeve van migranten, met inbegrip van migranten uit derde landen — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    640 000

     

    640 000

    04 01 04 09

    Bescherming van de gezondheid, hygiëne en veiligheid op de arbeidsplaats, met inbegrip van subsidie voor het Europees Technisch Vakbondsbureau — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    100 000

     

    100 000

    04 01 04 10

    Arbeidsmarkt — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    2 000 000

     

    2 000 000

    04 01 04 12

    Maatregelen ter bestrijding en voorkoming van discriminatie — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    1 200 000

     

    1 200 000

    04 01 04 13

    Europees Jaar van personen met een handicap — Uitgaven voor administratief beheer

    3

     

     

    Artikel 04 01 04 — Subtotaal

     

    19 815 000

    –2 000 000

    17 815 000

     

    Hoofdstuk 04 01 — Totaal

     

    107 853 180

    –2 000 000

    105 853 180

    04 01 04
    Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Werkgelegenheid en sociale zaken”

    04 01 04 01
    Europees Sociaal Fonds (ESF) en niet-operationele technische bijstand — Uitgaven voor administratief beheer

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    13 225 000

    –2 000 000

    11 225 000

    Toelichting

    Dit krediet is bestemd ter dekking van door het ESF gefinancierde technische steunmaatregelen in het kader van artikel 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999. Deze technische steun omvat voorbereidende, begeleidende, evaluatie-, supervisie- en bestuursmaatregelen die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het ESF door de Commissie. In het bijzonder kan dit krediet dienen ter dekking van:

    ondersteunende kosten (representatiekosten, opleiding, vergaderingen, reizen, vertalingen);

    kosten voor informatie en publicatie;

    kosten voor informatietechnologie en telecommunicatie;

    dienstencontracten;

    uitgaven voor tijdelijk hulppersoneel (contractuelen, nationale en individuele deskundigen, hulppersoneel, personeel van het agentschap), tot maximaal 4 700 000 euro.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

    Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

    HOOFDSTUK 04 02 —
    WERKGELEGENHEID EN EUROPEES SOCIAAL FONDS

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    04 02

    WERKGELEGENHEID EN EUROPEES SOCIAAL FONDS

    04 02 01

    Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1

    2.1

    6 330 986 284

    4 274 382 477

     

    400 228 264

    6 330 986 284

    4 674 610 741

     

    Artikel 04 02 01 — Subtotaal

     

    6 330 986 284

    4 274 382 477

     

    400 228 264

    6 330 986 284

    4 674 610 741

    04 02 02

    Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

    2.1

    19 500 000

    38 798 654

     

     

    19 500 000

    38 798 654

     

    Artikel 04 02 02 — Subtotaal

     

    19 500 000

    38 798 654

     

     

    19 500 000

    38 798 654

    04 02 03

    Voltooiing van vroegere programma's

    2.1

    p.m.

    77 894 000

     

     

    p.m.

    77 894 000

     

    Artikel 04 02 03 — Subtotaal

     

    p.m.

    77 894 000

     

     

    p.m.

    77 894 000

    04 02 04

    Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 2

    2.1

    398 600 121

    446 315 020

     

    –20 000 000

    398 600 121

    426 315 020

     

    Artikel 04 02 04 — Subtotaal

     

    398 600 121

    446 315 020

     

    –20 000 000

    398 600 121

    426 315 020

    04 02 05

    Voltooiing van vroegere programma's

    2.1

    p.m.

    40 497 000

     

     

    p.m.

    40 497 000

     

    Artikel 04 02 05 — Subtotaal

     

    p.m.

    40 497 000

     

     

    p.m.

    40 497 000

    04 02 06

    Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 3

    2.1

    3 911 064 342

    3 452 614 538

     

    127 385 462

    3 911 064 342

    3 580 000 000

     

    Artikel 04 02 06 — Subtotaal

     

    3 911 064 342

    3 452 614 538

     

    127 385 462

    3 911 064 342

    3 580 000 000

    04 02 07

    Voltooiing van vroegere programma's

    2.1

    p.m.

    52 515 000

     

     

    p.m.

    52 515 000

     

    Artikel 04 02 07 — Subtotaal

     

    p.m.

    52 515 000

     

     

    p.m.

    52 515 000

    04 02 08

    Equal

    2.1

    615 029 882

    330 110 956

     

    20 000 000

    615 029 882

    350 110 956

     

    Artikel 04 02 08 — Subtotaal

     

    615 029 882

    330 110 956

     

    20 000 000

    615 029 882

    350 110 956

    04 02 09

    Voltooiing van vroegere programma's

    2.1

    p.m.

    36 690 000

     

     

    p.m.

    36 690 000

     

    Artikel 04 02 09 — Subtotaal

     

    p.m.

    36 690 000

     

     

    p.m.

    36 690 000

    04 02 10

    Europees Sociaal Fonds (ESF) — Operationele technische bijstand en innoverende acties

    2.1

    28 562 747

    36 000 000

     

     

    28 562 747

    36 000 000

     

    Artikel 04 02 10 — Subtotaal

     

    28 562 747

    36 000 000

     

     

    28 562 747

    36 000 000

    04 02 11

    Voltooiing van vroegere programma's

    2.1

    p.m.

    900 000

     

    175 794

    p.m.

    1 075 794

     

    Artikel 04 02 11 — Subtotaal

     

    p.m.

    900 000

     

    175 794

    p.m.

    1 075 794

    04 02 12

    Eures (European Employment Services)

    3

    17 000 000

    14 400 000

     

     

    17 000 000

    14 400 000

     

    Artikel 04 02 12 — Subtotaal

     

    17 000 000

    14 400 000

     

     

    17 000 000

    14 400 000

    04 02 13

    Projecten voor een innoverend beleid ten aanzien van de arbeidsmarkten van de lidstaten

    3

    p.m.

     

     

    p.m.

     

    Artikel 04 02 13 — Subtotaal

     

    p.m.

     

     

    p.m.

    04 02 15

    Arbeidsmarkt

    3

    14 000 000

    14 000 000

     

     

    14 000 000

    14 000 000

     

    Artikel 04 02 15 — Subtotaal

     

    14 000 000

    14 000 000

     

     

    14 000 000

    14 000 000

    04 02 16

    Voorbereidende acties ten behoeve van plaatselijke werkgelegenheidsinitiatieven

    3

    p.m.

     

     

    p.m.

     

    Artikel 04 02 16 — Subtotaal

     

    p.m.

     

     

    p.m.

     

    Hoofdstuk 04 02 — Totaal

     

    11 334 743 376

    8 815 117 645

     

    527 789 520

    11 334 743 376

    9 342 907 165

    Toelichting

    In artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad is voorzien in financiële correcties waarvan de ontvangsten worden opgenomen in post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1) in die specifieke gevallen waar het noodzakelijk is annulatierisico's of reductierisico's van eerder besloten correcties te dekken.

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder het voorschot wordt terugbetaald dat niet tot gevolg heeft het aandeel van de structuurfondsen aan de betrokken financiële tussenkomst te verminderen. Eventuele ontvangsten uit deze terugbetalingen van het voorschot, die in post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten worden opgenomen, geven aanleiding tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig het bepaalde in de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.

    Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn om 500 miljoen euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.

    De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

    Rechtsgronden

    Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

    Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999.

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

    04 02 01
    Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 1

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    6 330 986 284

    4 274 382 477

     

    400 228 264

    6 330 986 284

    4 674 610 741

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de ESF-maatregelen voor doelstelling 1 voor de vastleggingen van de programmeringsperiode 2000-2006.

    Overeenkomstig artikel 3 van het EG-Verdrag streeft de Gemeenschap bij de bepaling en uitvoering van andere communautaire beleidsmaatregelen ernaar de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.

    Kredieten voor de structuurfondsen kunnen daarom alleen worden gebruikt als de ermee gefinancierde maatregelen stroken met de bepalingen van de Verdragen en de op basis van de Verdragen vastgestelde wettelijke bepalingen, met name die over milieubescherming en de gelijkheid van mannen en vrouwen.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

    04 02 04
    Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 2

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    398 600 121

    446 315 020

     

    –20 000 000

    398 600 121

    426 315 020

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de ESF-maatregelen voor doelstelling 2 voor de vastleggingen van de nieuwe programmeringsperiode 2000-2006.

    Overeenkomstig artikel 3 van het EG-Verdrag streeft de Gemeenschap bij de bepaling en uitvoering van andere communautaire beleidsmaatregelen ernaar de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.

    Kredieten voor de structuurfondsen kunnen daarom alleen worden gebruikt als de ermee gefinancierde maatregelen stroken met de bepalingen van de Verdragen en de op basis van de Verdragen vastgestelde wettelijke bepalingen, met name die over milieubescherming en de gelijkheid van mannen en vrouwen.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

    04 02 06
    Europees Sociaal Fonds (ESF) — Doelstelling 3

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    3 911 064 342

    3 452 614 538

     

    127 385 462

    3 911 064 342

    3 580 000 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de ESF-maatregelen voor doelstelling 3 voor de vastleggingen van de nieuwe programmeringsperiode 2000-2006.

    Overeenkomstig artikel 3 van het EG-Verdrag streeft de Gemeenschap bij de bepaling en uitvoering van andere communautaire beleidsmaatregelen ernaar de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.

    Kredieten voor de structuurfondsen kunnen daarom alleen worden gebruikt als de ermee gefinancierde maatregelen stroken met de bepalingen van de Verdragen en de op basis van de Verdragen vastgestelde wettelijke bepalingen, met name die over milieubescherming en de gelijkheid van mannen en vrouwen.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

    04 02 08
    Equal

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    615 029 882

    330 110 956

     

    20 000 000

    615 029 882

    350 110 956

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de bijstand die in het kader van het communautair initiatief Equal wordt verleend voor transnationale samenwerking op het gebied van nieuwe benaderingen van de bestrijding van alle vormen van discriminatie en ongelijkheid met betrekking tot de arbeidsmarkt.

    Een indicatief bedrag van ten hoogste 2 % van de aan het initiatief toegewezen begrotingsmiddelen moet dienen voor de financiering van de technische bijstand. Als dergelijke maatregelen voor technische bijstand op initiatief van de Commissie worden uitgevoerd, kunnen de kosten daarvoor volledig worden gefinancierd.

    Overeenkomstig artikel 3 van het EG-Verdrag streeft de Gemeenschap bij de bepaling en uitvoering van andere communautaire beleidsmaatregelen ernaar de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen op te heffen en de gelijkheid van mannen en vrouwen te bevorderen.

    Kredieten voor de structuurfondsen kunnen daarom alleen worden gebruikt als de ermee gefinancierde maatregelen stroken met de bepalingen van de Verdragen en de op basis van de Verdragen vastgestelde wettelijke bepalingen, met name die over milieubescherming en de gelijkheid van mannen en vrouwen.

    Een aanzienlijk deel van dit krediet zal worden gebruikt voor de bestrijding van de discriminatie van vrouwen bij de toegang tot de arbeidsmarkt.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

    Referentiebesluiten

    Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 14 april 2000 tot vaststelling van de richtsnoeren voor het communautaire initiatief Equal betreffende transnationale samenwerking voor de bevordering van nieuwe praktijken voor de bestrijding van discriminaties en ongelijkheden van welke aard ook wat de arbeidsmarkt betreft (PB C 127 van 5.5.2000, blz. 2).

    04 02 11
    Voltooiing van vroegere programma's

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    p.m.

    900 000

     

    175 794

    p.m.

    1 075 794

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de afwikkeling van betalingsverplichtingen die de Europese structuurfondsen in vorige programmeringsperioden hebben aangegaan voor innoverende acties, maatregelen op het gebied van voorbereiding, follow-up of evaluatie, of andere soortgelijke vormen van technische bijstand waarin de verordeningen voorzien.

    Het dient ook voor de financiering van de oude meerjarenacties, met name voor die welke zijn goedgekeurd en uitgevoerd in het kader van andere genoemde verordeningen, maar die niet onder de prioritaire doelstellingen van de fondsen vallen.

    Indien nodig zal dit krediet ook worden gebruikt ter dekking van ESF-subsidies waarvoor de overeenstemmende vastleggingskredieten niet beschikbaar zijn of gepland zijn in de programmering voor de periode 2000-2006.

    Rechtsgronden

    Besluit 83/516/EEG van de Raad van 17 oktober 1983 betreffende de taken van het Europees Sociaal Fonds (PB L 289 van 22.10.1983, blz. 38), laatstelijk gewijzigd bij Besluit 85/568/EEG (PB L 370 van 31.12.1985, blz. 40).

    Verordening (EEG) nr. 2950/83 van de Raad van 17 oktober 1983 houdende toepassing van Besluit 83/516/EEG betreffende de taken van het Europees Sociaal Fonds (PB L 289 van 22.10.1983, blz. 1), gewijzigd bij de Verordeningen (EEG) nr. 3823/85 (PB L 370 van 31.12.1985, blz. 23) en (EEG) nr. 3824/85 (PB L 370 van 31.12.1985, blz. 25).

    Verordening (EEG) nr. 2088/85 van de Raad van 23 juli 1985 inzake de geïntegreerde mediterrane programma's (PB L 197 van 27.7.1985, blz. 1).

    Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4255/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Sociaal Fonds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 21), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2084/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 39).

    Verordening (EG) nr. 1262/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Europees Sociaal Fonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 48).

    TITEL 05

    LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING

    Algemene doelstellingen

    De doelstellingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) vloeien rechtstreeks voort uit het Verdrag en zijn in het bijzonder gericht op de stabilisering van de markten, een redelijke levensstandaard voor de agrarische gemeenschap en het waarborgen van de voedselvoorziening.

    Sinds de invoering van het GLB heeft een aantal hervormingen plaatsgevonden, waarvan de meest recente deel uitmaakte van de in juni 2003 te Luxemburg gesloten overeenkomst. Het hoofddoel van die hervorming was, zoals in het kader van Agenda 2000, de agrarische economie meer marktgericht te maken om het concurrentievermogen van de landbouwsector te vergroten. Vanwege het multifunctionaliteitsbeginsel van landbouwactiviteiten moet het GLB ook volledig stroken met duurzame ontwikkeling, met name door milieuvriendelijke productiemethoden en een doelmatig gebruik van middelen te bevorderen. De plattelandsontwikkeling, de tweede pijler van het GLB, is erop gericht het concurrentievermogen van landelijke gebieden te vergroten en het milieu en het landelijke erfgoed in stand te houden, teneinde de toekomst van de plattelandsgebieden zeker te stellen en het behoud en de schepping van werkgelegenheid te bevorderen.

    Voor 2005 gelden ongeveer dezelfde prioriteiten als voor 2004, met name ten aanzien van de tenuitvoerlegging van de hervormingen waartoe is besloten in 2003 en 2004, de toepassing van het acquis in de nieuwe lidstaten en de onderhandelingen in het kader van de Wereldhandelsorganisatie (WTO). Deze prioriteiten komen bovenop de gewone activiteiten in het kader van het GLB-beheer.

    Titel

    Hoofdstuk

    Omschrijving

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    05 01

    ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW

    149 945 773

    149 945 773

    –1 200 000

    –1 200 000

    148 745 773

    148 745 773

    05 02

    PLANTAARDIGE PRODUCTEN

    29 134 620 000

    29 134 620 000

     

     

    29 134 620 000

    29 134 620 000

    05 03

    DIERLIJKE PRODUCTEN

    13 683 780 000

    13 683 780 000

    – 446 000 000

    – 446 000 000

    13 237 780 000

    13 237 780 000

    05 04

    PLATTELANDSONTWIKKELING

    10 771 477 860

    9 194 072 038

     

    598 812 077

    10 771 477 860

    9 792 884 115

    05 05

    SPECIAAL TOETREDINGSPROGRAMMA OP HET GEBIED VAN LANDBOUW EN PLATTELANDSTONWIKKELING (SAPARD)

    248 800 000

    577 500 000

     

     

    248 800 000

    577 500 000

    05 06

    EXTERNE BETREKKINGEN

    5 270 000

    5 270 000

     

     

    5 270 000

    5 270 000

    05 07

    AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN

    – 374 085 000

    – 362 785 000

    – 169 000 000

    – 169 000 000

    – 543 085 000

    – 531 785 000

    05 08

    BELEIDSSTRATEGIE EN -COÖRDINATIE VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW

    102 315 000

    102 401 000

     

     

    102 315 000

    102 401 000

    05 49

    UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

    p.m.

     

     

    p.m.

     

    Titel 05 — Totaal

    53 722 123 633

    52 484 803 811

    – 616 200 000

    –17 387 923

    53 105 923 633

    52 467 415 888

    HOOFDSTUK 05 01 —
    ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN „LANDBOUW”

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    05 01

    ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN LANDBOUW

    05 01 01

    Uitgaven voor personeel in actieve dienst voor het beleidsterrein Landbouw

    5

    91 684 482 (21)

     

    91 684 482 (21)

     

    Artikel 05 01 01 — Subtotaal

     

    91 684 482

     

    91 684 482

    05 01 02

    Extern personeel en andere beheersuitgaven ter ondersteuning van het beleidsterrein Landbouw

    05 01 02 01

    Extern personeel

    5

    9 610 245

     

    9 610 245

    05 01 02 11

    Andere beheersuitgaven

    5

    12 938 220 (22)

     

    12 938 220 (22)

     

    Artikel 05 01 02 — Subtotaal

     

    22 548 465

     

    22 548 465

    05 01 03

    Gebouwen en diverse uitgaven voor het beleidsterrein Landbouw

    5

    25 117 826

     

    25 117 826

     

    Artikel 05 01 03 — Subtotaal

     

    25 117 826

     

    25 117 826

    05 01 04

    Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein Landbouw

    05 01 04 01

    Controle- en preventiemaatregelen — Rechtstreekse betalingen door de Europese Gemeenschap — Uitgaven voor administratief beheer

    1.1

    4 275 000

     

    4 275 000

    05 01 04 02

    Informatienetwerk inzake landbouwbedrijfsboekhoudingen (ILB) — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    p.m.

     

    p.m.

    05 01 04 03

    Pretoetredingsinstrument Sapard — Uitgaven voor administratief beheer

    7.1

    1 500 000

     

    1 500 000

    05 01 04 04

    Het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie (EOGFL) — Niet-operationele technische bijstand

    2.1

    3 600 000

    –1 200 000

    2 400 000

    05 01 04 05

    Plantaardige en dierlijke genetische hulpbronnen — Uitgaven voor administratief beheer

    3

    220 000

     

    220 000

    05 01 04 06

    Proefproject betreffende kwaliteitsverbetering — Uitgaven voor administratief beheer

    1.1

    500 000

     

    500 000

     

    Artikel 05 01 04 — Subtotaal

     

    10 095 000

    –1 200 000

    8 895 000

    05 01 06

    Uitgaven in verband met landbouwanalyses en -controles en met het bemiddelingsorgaan in het kader van de goedkeuring van de rekeningen van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Garantie

    5

    500 000

     

    500 000

     

    Artikel 05 01 06 — Subtotaal

     

    500 000

     

    500 000

     

    Hoofdstuk 05 01 — Totaal

     

    149 945 773

    –1 200 000

    148 745 773

    05 01 04
    Ondersteunende uitgaven voor maatregelen op het beleidsterrein „Landbouw”

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

    Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

    Verordening (EG) nr. 1268/1999 van de Raad van 21 juni 1999 inzake steunverlening door de Gemeenschap voor pretoetredingsmaatregelen op het gebied van landbouw en plattelandsontwikkeling in de kandidaat-lidstaten in Midden- en Oost-Europa gedurende de pretoetredingsperiode (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 87), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 696/2003 (PB L 99 van 17.4.2003, blz. 24).

    05 01 04 04
    Het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie (EOGFL) — Niet-operationele technische bijstand

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    3 600 000

    –1 200 000

    2 400 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de uit het EOGFL gefinancierde technische bijstand zoals bedoeld in artikel 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad. De technische bijstand betreft maatregelen voor de voorbereiding, de follow-up, de evaluatie, de controle en het beheer in het kader van de tenuitvoerlegging van het EOGFL, afdeling Oriëntatie, door de Commissie. Het krediet kan met name worden gebruikt voor de financiering van:

    uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen, vertalingen),

    uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties,

    uitgaven voort informatie- en telecommunicatietechnologie,

    contracten met dienstverleners,

    uitgaven voor tijdelijk personeel (personeel op contractbasis, nationale deskundigen, onafhankelijke deskundigen, hulpfunctionarissen, uitzendkrachten) tot een bedrag van 1 200 000 euro.

    HOOFDSTUK 05 03 —
    DIERLIJKE PRODUCTEN

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    05 03

    DIERLIJKE PRODUCTEN

    05 03 01

    Melk en zuivelproducten

    05 03 01 01

    Restituties voor melk en zuivelproducten

    1.1

    1 247 460 000

    –51 000 000

    1 196 460 000

    05 03 01 02

    Interventie in de vorm van opslag van mageremelkpoeder

    1.1

    50 000 000

     

    50 000 000

    05 03 01 03

    Steun voor de afzet van ondermelk

    1.1

    556 000 000

     

    556 000 000

    05 03 01 04

    Interventie in de vorm van opslag van boter en room

    1.1

    79 000 000

     

    79 000 000

    05 03 01 05

    Andere maatregelen voor botervet

    1.1

    346 000 000

    –60 000 000

    286 000 000

    05 03 01 06

    Interventie in de vorm van opslag van kaas

    1.1

    36 000 000

     

    36 000 000

    05 03 01 07

    Extra heffing van de melkproducenten

    1.1

    – 166 000 000

    – 280 000 000

    – 446 000 000

    05 03 01 08

    Schoolmelk

    1.1

    85 000 000

     

    85 000 000

    05 03 01 09

    Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (melk en boter)

    1.1

    186 000 000

    –30 000 000

    156 000 000

    05 03 01 10

    Melkpremie

    1.1

    959 000 000

     

    959 000 000

    05 03 01 11

    Extra betalingen voor melkproducenten

    1.1

    431 000 000

     

    431 000 000

    05 03 01 99

    Overige maatregelen voor melk en zuivelproducten

    1.1

    –5 000 000

     

    –5 000 000

     

    Artikel 05 03 01 — Subtotaal

     

    3 804 460 000

    – 421 000 000

    3 383 460 000

    05 03 02

    Rundvlees

    05 03 02 01

    Restituties voor rundvlees

    1.1

    233 000 000

     

    233 000 000

    05 03 02 02

    Interventie in de vorm van opslag van rundvlees

    1.1

    p.m.

     

    p.m.

    05 03 02 03

    Premies voor zoogkoeien

    1.1

    1 993 925 000

     

    1 993 925 000

    05 03 02 04

    Aanvullende premies voor zoogkoeien

    1.1

    98 000 000

     

    98 000 000

    05 03 02 05

    Speciale premies

    1.1

    1 972 925 000

     

    1 972 925 000

    05 03 02 06

    Seizoencorrectiepremies

    1.1

    p.m.

     

    p.m.

    05 03 02 07

    Slachtpremies

    1.1

    1 764 000 000

     

    1 764 000 000

    05 03 02 08

    Premies voor extensivering

    1.1

    1 001 000 000

     

    1 001 000 000

    05 03 02 09

    Buitengewone marktondersteuningsmaatregelen

    1.1

    252 000 000

     

    252 000 000

    05 03 02 10

    Programma voor de verplichte slachting van runderen

    1.1

    10 000 000

     

    10 000 000

    05 03 02 11

    Extra betalingen

    1.1

    484 000 000

     

    484 000 000

    05 03 02 12

    Overige interventiemaatregelen

    1.1

    10 000 000

     

    10 000 000

    05 03 02 13

    Restituties voor levende runderen

    1.1

    77 000 000

     

    77 000 000

    05 03 02 99

    Overige maatregelen voor rundvlees

    1.1

    –8 000 000

     

    –8 000 000

     

    Artikel 05 03 02 — Subtotaal

     

    7 887 850 000

     

    7 887 850 000

    05 03 03

    Schapen- en geitenvlees

    05 03 03 01

    Interventie in de vorm van opslag van schapen- en geitenvlees

    1.1

    p.m.

     

    p.m.

    05 03 03 02

    Premies voor ooien en geiten

    1.1

    1 325 470 000

     

    1 325 470 000

    05 03 03 03

    Forfaitaire premies voor ooien en geiten in probleemgebieden en bergstreken

    1.1

    398 000 000

     

    398 000 000

    05 03 03 04

    Aanvullende betalingen in de sector schapen- en geitenvlees

    1.1

    72 000 000

     

    72 000 000

    05 03 03 99

    Overige maatregelen voor schapen- en geitenvlees

    1.1

    –1 000 000

     

    –1 000 000

     

    Artikel 05 03 03 — Subtotaal

     

    1 794 470 000

     

    1 794 470 000

    05 03 04

    Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten

    05 03 04 01

    Restituties voor varkensvlees

    1.1

    66 000 000

    –25 000 000

    41 000 000

    05 03 04 02

    Interventiemaatregelen voor varkensvlees

    1.1

    5 000 000

     

    5 000 000

    05 03 04 03

    Buitengewone maatregelen ter ondersteuning van de markt voor varkensvlees

    1.1

    p.m.

     

    p.m.

    05 03 04 04

    Restituties voor eieren

    1.1

    8 000 000

     

    8 000 000

    05 03 04 05

    Restituties voor slachtpluimvee

    1.1

    91 000 000

     

    91 000 000

    05 03 04 06

    Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (eieren)

    1.1

    5 000 000

     

    5 000 000

    05 03 04 07

    Bijzondere steun voor de bijenteelt

    1.1

    23 000 000

     

    23 000 000

    05 03 04 08

    Buitengewone ondersteuningsmaatregelen voor eieren

    1.1

    p.m.

     

    p.m.

    05 03 04 99

    Overige maatregelen voor dierlijke producten

    1.1

    –1 000 000

     

    –1 000 000

     

    Artikel 05 03 04 — Subtotaal

     

    197 000 000

    –25 000 000

    172 000 000

    05 03 99

    Terugvorderingen

    1.1

    p.m.

     

    p.m.

     

    Artikel 05 03 99 — Subtotaal

     

    p.m.

     

    p.m.

     

    Hoofdstuk 05 03 — Totaal

     

    13 683 780 000

    – 446 000 000

    13 237 780 000

    05 03 01
    Melk en zuivelproducten

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1787/2003 (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 121).

    05 03 01 01
    Restituties voor melk en zuivelproducten

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    1 247 460 000

    –51 000 000

    1 196 460 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de uitvoerrestituties op grond van artikel 31 van Verordening (EG) nr. 1255/1999.

    05 03 01 05
    Andere maatregelen voor botervet

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    346 000 000

    –60 000 000

    286 000 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de steun voor gebruik voor specifieke doeleinden overeenkomstig artikel 13 van Verordening (EG) nr. 1255/1999.

    05 03 01 07
    Extra heffing van de melkproducenten

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    – 166 000 000

    – 280 000 000

    – 446 000 000

    Toelichting

    De heffing, ten laste van producenten of kopers van koemelk, is vastgesteld in artikel 2 van Verordening (EG) nr. 1788/2003.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1788/2003 van de Raad van 29 september 2003 tot vaststelling van een heffing in de sector melk en zuivelproducten (PB L 270 van 21.10.2003, blz. 123).

    05 03 01 09
    Restituties voor niet in bijlage 1 genoemde producten (melk en boter)

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    186 000 000

    –30 000 000

    156 000 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van resituties:

    voor door verwerking van ondermelk verkregen goederen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 3448/93;

    voor door verwerking van boter verkregen goederen, overeenkomstig Verordening (EG) nr. 3448/93.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 3448/93 van de Raad van 6 december 1993 tot vaststelling van de handelsregeling voor bepaalde, door verwerking van landbouwproducten verkregen goederen (PB L 318 van 20.12.1993, blz. 18), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2580/2000 (PB L 298 van 25.11.2000, blz. 5).

    05 03 04
    Varkensvlees, eieren, pluimvee, producten van de bijenteelt en andere dierlijke producten

    Rechtsgronden

    Verordening (EEG) nr. 2759/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector varkensvlees (PB L 282 van 1.11.1975, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1365/2000 (PB L 156 van 29.6.2000, blz. 5).

    05 03 04 01
    Restituties voor varkensvlees

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    66 000 000

    –25 000 000

    41 000 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de uitvoerrestituties overeenkomstig artikel 15 van Verordening (EEG) nr. 2759/75.

    HOOFDSTUK 05 04 —
    PLATTELANDSONTWIKKELING

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    05 04

    PLATTELANDSONTWIKKELING

    05 04 01

    Plattelandsontwikkeling in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie

    05 04 01 01

    Investeringen op landbouwbedrijven

    1.2

    247 000 000

    247 000 000

     

     

    247 000 000

    247 000 000

    05 04 01 02

    Vestiging van jonge landbouwers

    1.2

    134 000 000

    134 000 000

     

     

    134 000 000

    134 000 000

    05 04 01 03

    Opleiding

    1.2

    36 000 000

    36 000 000

     

     

    36 000 000

    36 000 000

    05 04 01 04

    Vervroegde uittreding — Oude regeling

    1.2

    113 000 000

    113 000 000

     

     

    113 000 000

    113 000 000

    05 04 01 05

    Vervroegde uittreding — Nieuwe regeling

    1.2

    120 000 000

    120 000 000

     

     

    120 000 000

    120 000 000

    05 04 01 06

    Probleemgebieden

    1.2

    843 000 000

    843 000 000

     

     

    843 000 000

    843 000 000

    05 04 01 07

    Milieumaatregelen in de landbouw — Oude regeling

    1.2

    87 000 000

    87 000 000

     

     

    87 000 000

    87 000 000

    05 04 01 08

    Milieumaatregelen in de landbouw — Nieuwe regeling

    1.2

    1 981 000 000

    1 981 000 000

     

     

    1 981 000 000

    1 981 000 000

    05 04 01 09

    Verbetering van de verwerking en de afzet van landbouwproducten

    1.2

    195 000 000

    195 000 000

     

     

    195 000 000

    195 000 000

    05 04 01 10

    Bosbouw — Oude regeling

    1.2

    104 000 000

    104 000 000

     

     

    104 000 000

    104 000 000

    05 04 01 11

    Bosbouw — Nieuwe regeling

    1.2

    372 000 000

    372 000 000

     

     

    372 000 000

    372 000 000

    05 04 01 12

    Bevordering van de aanpassing en de ontwikkeling van plattelandsgebieden

    1.2

    631 000 000

    631 000 000

     

     

    631 000 000

    631 000 000

    05 04 01 13

    Overige plattelandsontwikkelingsmaatregelen in het kader van het EOGFL, afdeling Garantie

    1.2

    47 000 000

    47 000 000

     

     

    47 000 000

    47 000 000

    05 04 01 99

    Overige

    1.2

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Artikel 05 04 01 — Subtotaal

     

    4 910 000 000

    4 910 000 000

     

     

    4 910 000 000

    4 910 000 000

    05 04 02

    Plattelandsontwikkeling in het kader van het EOGFL, afdeling Oriëntatie

    05 04 02 01

    Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Regio's van doelstelling 1

    2.1

    3 524 726 690

    2 571 398 641

     

    388 750 731

    3 524 726 690

    2 960 149 372

    05 04 02 02

    Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

    2.1

    p.m.

    9 671 332

     

    – 332

    p.m.

    9 671 000

    05 04 02 03

    Voltooiing van vroegere programma's in de regio's van de doelstellingen 1 en 6

    2.1

    p.m.

    60 000 000

     

    86 314 253

    p.m.

    146 314 253

    05 04 02 04

    Voltooiing van vroegere programma's in de regio's van doelstelling 5 b)

    2.1

    p.m.

    10 830 000

     

     

    p.m.

    10 830 000

    05 04 02 05

    Voltooiing van vroegere programma's in de regio's buiten doelstelling 1

    2.1

    p.m.

    30 000 000

     

    30 230 600

    p.m.

    60 230 600

    05 04 02 06

    Leader

    2.1

    401 691 170

    196 452 665

     

    73 216 825

    401 691 170

    269 669 490

    05 04 02 07

    Voltooiing van vroegere programma's (communautaire initiatieven)

    2.1

    p.m.

    18 000 000

     

    20 300 000

    p.m.

    38 300 000

    05 04 02 08

    Voltooiing van vroegere programma's (innovatieve acties)

    2.1

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

    05 04 02 09

    Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Operationele technische bijstand

    2.1

    300 000

    100 000

     

     

    300 000

    100 000

     

    Artikel 05 04 02 — Subtotaal

     

    3 926 717 860

    2 896 452 638

     

    598 812 077

    3 926 717 860

    3 495 264 715

    05 04 03

    Overige

    05 04 03 01

    Bosbouw (niet in het kader van het EOGFL)

    3

    500 000

    16 969 400

     

     

    500 000

    16 969 400

    05 04 03 02

    Plantaardige en dierlijke genetische hulpbronnen

    3

    3 260 000

    1 250 000

     

     

    3 260 000

    1 250 000

     

    Artikel 05 04 03 — Subtotaal

     

    3 760 000

    18 219 400

     

     

    3 760 000

    18 219 400

    05 04 04

    Overgangsinstrument voor de financiering van plattelandsontwikkeling uit het EOGFL, Garantie, voor de nieuwe lidstaten

    1.2

    1 931 000 000

    1 369 400 000

     

     

    1 931 000 000

    1 369 400 000

     

    Artikel 05 04 04 — Subtotaal

     

    1 931 000 000

    1 369 400 000

     

     

    1 931 000 000

    1 369 400 000

     

    Hoofdstuk 05 04 — Totaal

     

    10 771 477 860

    9 194 072 038

     

    598 812 077

    10 771 477 860

    9 792 884 115

    05 04 02
    Plattelandsontwikkeling in het kader van het EOGFL, afdeling Oriëntatie

    Toelichting

    In artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 is bepaald dat de nodige financiële correcties moeten worden verricht. De eventueel hieruit voortvloeiende ontvangsten worden geboekt op post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Met deze ontvangsten kunnen, overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1), aanvullende kredieten worden geopend in specifieke gevallen waarin die nodig zijn om het risico dat vooraf vastgestelde correcties worden geannuleerd of verlaagd, te dekken.

    In Verordening (EG) nr. 1260/1999 zijn de voorwaarden vastgesteld waaronder het voorschot wordt terugbetaald. Deze terugbetaling heeft niet tot gevolg dat de bijdrage uit de structuurfondsen in de betrokken bijstandsverlening wordt verlaagd. Eventuele ontvangsten uit de terugbetaling van het voorschot worden geboekt op post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten en worden gebruikt om aanvullende kredieten te openen overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.

    Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn, in het kader waarvan 500 000 000 euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar is gesteld. Bij de voortzetting van dit programma moet het additionaliteitsbeginsel volledig in acht worden genomen. De Commissie brengt jaarlijks verslag over deze maatregel uit bij het Europees Parlement.

    De maatregelen voor fraudebestrijding worden gefinancierd uit artikel 24 02 01.

    Rechtsgronden

    Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

    Conclusies van de Europese Raad van Berlijn van 24 en 25 maart 1999.

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de Structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

    05 04 02 01
    Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie — Regio's van doelstelling 1

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    3 524 726 690

    2 571 398 641

     

    388 750 731

    3 524 726 690

    2 960 149 372

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de bijstand die in het kader van doelstelling 1 uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw, afdeling Oriëntatie, wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

    Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

    05 04 02 02
    Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    p.m.

    9 671 332

     

    – 332

    p.m.

    9 671 000

    Toelichting

    Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn, in het kader waarvan 500 000 000 euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar is gesteld. Bij de voortzetting van dit programma moet het additionaliteitsbeginsel volledig in acht worden genomen. De Commissie brengt jaarlijks verslag over deze maatregel uit bij het Europees Parlement.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

    Beschikking 1999/501/EG van de Commissie van 1 juli 1999 tot vaststelling van een indicatieve verdeling over de lidstaten van de vastleggingskredieten voor doelstelling 1 van de structuurfondsen voor de periode 2000 tot en met 2006 (PB L 194 van 27.7.1999, blz. 49), met name overweging 5.

    Referentiebesluiten

    Conclusies van de Europese Raad van 24 en 25 maart 1999 in Berlijn, met name paragraaf 44, onder b).

    05 04 02 03
    Voltooiing van vroegere programma's in de regio's van de doelstellingen 1 en 6

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    p.m.

    60 000 000

     

    86 314 253

    p.m.

    146 314 253

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 1 en 6.

    Rechtsgronden

    Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4256/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het EOGFL, afdeling Oriëntatie (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 25), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2085/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 44).

    Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

    Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

    05 04 02 05
    Voltooiing van vroegere programma's in de regio's buiten doelstelling 1

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    p.m.

    30 000 000

     

    30 230 600

    p.m.

    60 230 600

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog uit het EOGFL, afdeling Oriëntatie, betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstelling 5 a).

    Rechtsgronden

    Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4256/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het EOGFL, afdeling Oriëntatie (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 25), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2085/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 44).

    Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

    Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

    05 04 02 06
    Leader

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    401 691 170

    196 452 665

     

    73 216 825

    401 691 170

    269 669 490

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de bijstand die in het kader van het communautaire initiatief Leader+ wordt verleend voor plattelandsontwikkeling.

    Een indicatief bedrag van ten hoogste 2 % van de aan het initiatief toegewezen begrotingsmiddelen moet dienen voor de financiering van de technische bijstand. Als dergelijke maatregelen voor technische bijstand op initiatief van de Commissie worden uitgevoerd, kunnen de kosten daarvan tot 100 % worden gefinancierd.

    Dit krediet is voorts bestemd ter financiering van een nieuw project voor de bespoediging van de versterking van het maatschappelijke middenveld en ondernemerschap in Europese plattelandsgebieden door middel van het verstrekken van subsidies, leningen en garanties. Een fonds voor meer investeringen in sociale en particuliere initiatieven in de Europese plattelandsgebieden (Spire) zal hiertoe bijdragen van de Europese Unie, de lidstaten en particuliere stichtingen en ondernemingen ontvangen. Dit fonds werkt op transnationale grondslag en wordt beheerd door ervaren stichtingen onder toezicht van een raad van bestuur, waarin alle contribuanten zijn vertegenwoordigd, die de belangrijkste parameters voor de werkzaamheden van het fonds vaststelt. Het fonds zal worden gebruikt ter ondersteuning van de oprichting en de werkzaamheden van organisaties in het maatschappelijke middenveld op regionaal of lokaal niveau in alle Europese plattelandsgebieden, nationale of multinationale netwerken die zich richten op versterking van het maatschappelijk middenveld in plattelandsgebieden, programma's voor capaciteitsopbouw en ondersteuning van individuele ondernemers, organisaties van onderlinge waarborg, kredietunies en andere institutionele vormen van ondersteuning van individueel en collectief ondernemerschap, en de oprichting van regionale investeringsfondsen voor het verstrekken van risicokapitaal aan plattelandsondernemingen in plattelandsgebieden.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

    Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

    Referentiebesluiten

    Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 14 april 2000 tot vaststelling van de richtsnoeren voor het communautaire initiatief voor plattelandsontwikkeling (Leader+) (PB C 139 van 18.5.2000, blz. 5).

    05 04 02 07
    Voltooiing van vroegere programma's (communautaire initiatieven)

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    p.m.

    18 000 000

     

    20 300 000

    p.m.

    38 300 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van de nog betaalbaar te stellen verplichtingen die zijn aangegaan in het kader van communautaire initiatieven van vóór de programmeringsperiode 2000-2006.

    Rechtsgronden

    Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4256/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van bepalingen voor de uitvoering van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het EOGFL, afdeling Oriëntatie (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 25), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2085/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 44).

    Verordening (EG) nr. 1257/1999 van de Raad van 17 mei 1999 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw (EOGFL) en tot wijziging en intrekking van een aantal verordeningen (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 80), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 583/2004 (PB L 91 van 30.3.2004, blz. 1).

    Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

    Referentiebesluiten

    Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de operationele programma's van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap voor de ultraperifere gebieden (Regis II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 44).

    Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van richtsnoeren voor geïntegreerde globale subsidies en geïntegreerde operationele programma's in het kader van een communautair initiatief voor plattelandsontwikkeling, waarvoor de lidstaten bijstandsaanvragen kunnen indienen (Leader II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 48).

    Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 15 juni 1994 tot vaststelling van de richtsnoeren voor operationele programma's van de lidstaten in het kader van een initiatief van de Gemeenschap betreffende de ontwikkeling van grensgebieden, grensoverschrijdende samenwerking en geselecteerde energienetten (Interreg II) (PB C 180 van 1.7.1994, blz. 60).

    Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 16 mei 1995 tot vaststelling van de richtsnoeren voor een initiatief in het kader van het speciaal steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (Peace I-programma) (PB C 186 van 20.7.1995, blz. 3).

    Mededeling van de Commissie aan de lidstaten van 8 mei 1996 tot vaststelling van de richtsnoeren voor de door de lidstaten op te stellen operationele programma's in het kader van het communautair initiatief Interreg betreffende transnationale samenwerking op het gebied van ruimtelijke ordening (Interreg II C) (PB C 200 van 10.7.1996, blz. 23).

    Mededeling van de Commissie aan de Raad, het Europees Parlement, het Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's van 26 november 1997 over het speciale steunprogramma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en de aangrenzende graafschappen van Ierland (1995-1999) (Peace I-programma) (COM(97) 642 def.).

    HOOFDSTUK 05 07 —
    AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    05 07

    AUDIT VAN DE LANDBOUWUITGAVEN

    05 07 01

    Controle van de landbouwuitgaven

    05 07 01 01

    Controle- en preventiemaatregelen — Betalingen door de lidstaten

    1.1

    16 000 000

    16 000 000

     

     

    16 000 000

    16 000 000

    05 07 01 02

    Controle- en preventiemaatregelen — Rechtstreekse betalingen door de Europese Gemeenschap

    1.1

    9 100 000

    9 100 000

     

     

    9 100 000

    9 100 000

    05 07 01 05

    Controles op de toepassing van de landbouwregelingen

    3

    815 000

    12 115 000

     

     

    815 000

    12 115 000

    05 07 01 06

    Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren en verlaging/opschorting van voorschotten van gedeelde beheersuitgaven onder rubriek 1a

    1.1

    –70 000 000

    –70 000 000

     

     

    –70 000 000

    –70 000 000

    05 07 01 07

    Rechtmatigheidsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren van gedeelde beheersuitgaven onder rubriek 1a

    1.1

    – 330 000 000

    – 330 000 000

    – 169 000 000

    – 169 000 000

    – 499 000 000

    – 499 000 000

    05 07 01 08

    Boekhoudkundige goedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren en verlaging/opschorting van de voorschotten voor plattelandsontwikkeling onder rubriek 1b

    1.2

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

    05 07 01 09

    Rechtmatigheidsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren voor plattelandsontwikkeling onder rubriek 1b

    1.2

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Artikel 05 07 01 — Subtotaal

     

    – 374 085 000

    – 362 785 000

    – 169 000 000

    – 169 000 000

    – 543 085 000

    – 531 785 000

    05 07 02

    Regeling van geschillen

    1.1

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Artikel 05 07 02 — Subtotaal

     

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Hoofdstuk 05 07 — Totaal

     

    – 374 085 000

    – 362 785 000

    – 169 000 000

    – 169 000 000

    – 543 085 000

    – 531 785 000

    05 07 01
    Controle van de landbouwuitgaven

    05 07 01 07
    Rechtmatigheidsgoedkeuring van de rekeningen over de voorgaande begrotingsjaren van gedeelde beheersuitgaven onder rubriek 1a

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    – 330 000 000

    – 169 000 000

    – 499 000 000

    Toelichting

    Deze post is gecreëerd met het oog op de toepassing van artikel 154 van het Financieel Reglement en de resultaten van het in artikel 7, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1258/1999 bedoelde besluit. Het beginsel van de goedkeuring van de rekeningen is vastgesteld bij artikel 53, lid 5, van het Financieel Reglement.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad van 17 mei 1999 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103).

    Verordening (EG) nr. 2040/2000 van de Raad van 26 september 2000 betreffende de begrotingsdiscipline (PB L 244 van 29.9.2000, blz. 27), met name artikel 14, op grond waarvan, bij het duidelijk niet-naleven van de voorschriften, de Commissie tijdelijk de maandelijkse voorschotten aan de lidstaten kan verlagen of opschorten, zonder dat afbreuk wordt gedaan aan de besluiten die zullen worden genomen in het kader van de goedkeuring van de rekeningen.

    Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

    TITEL 11

    VISSERIJ

    Algemene doelstellingen

    Dit beleidsterrein omvat alle activiteiten die onder het gemeenschappelijk visserijbeleid vallen, dat onder de exclusieve bevoegdheid van de Gemeenschap valt. Het betreft alle visserijactiviteiten, alsmede het verwerken en op de markt brengen van deze producten.

    Voorts zorgt het directoraat-generaal ervoor dat de desbetreffende bepalingen van het Gemeenschapsrecht in de visserijsector juist worden toegepast.

    Het beleidsterrein omvat vijf beleidsactiviteiten: specifieke maatregelen ter ondersteuning van het gemeenschappelijk visserijbeleid (inclusief instandhouding van visbestanden, controle en dialoog met de visserijsector), betrekkingen en overeenkomsten met derde landen en internationale organisaties, gemeenschappelijke ordening van de visserijmarkt, visserijonderzoek en structurele visserijmaatregelen via het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV).

    60 % van de kredieten is bestemd voor het FIOV. De FIOV-maatregelen worden echter hoofdzakelijk door de lidstaten ten uitvoer gelegd in het kader van het gedecentraliseerde beheer.

    Titel

    Hoofdstuk

    Omschrijving

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    11 01

    ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN VISSERIJ

    40 939 816

    40 939 816

     

     

    40 939 816

    40 939 816

    11 02

    VISSERIJMARKTEN

    33 200 000

    33 200 000

     

     

    33 200 000

    33 200 000

    11 03

    INTERNATIONALE VISSERIJ EN ZEERECHT

    171 816 000

    176 631 000

     

     

    171 816 000

    176 631 000

    11 04

    BEHEER VAN HET GEMEENSCHAPPELIJK VISSERIJBELEID

    3 264 000

    3 264 000

     

     

    3 264 000

    3 264 000

    11 05

    VISSERIJONDERZOEK

    16 300 000

    28 550 000

     

     

    16 300 000

    28 550 000

    11 06

    STRUCTURELE MAATREGELEN VOOR DE VISSERIJ

    680 489 373

    556 036 583

     

    – 842 500

    680 489 373

    555 194 083

    11 07

    INSTANDHOUDINGSMAATREGELEN, CONTROLE EN RECHTSHANDHAVING IN DE VISSERIJ

    83 735 400

    88 335 400

     

     

    83 735 400

    88 335 400

    11 49

    UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

    198 715

     

     

    198 715

    11 50

    PRESTATIEFACILITEIT VOOR HET BELEIDSTERREIN VISSERIJ

    p.m.

     

     

    p.m.

     

    Titel 11 — Totaal

    1 029 744 589

    927 155 514

     

    – 842 500

    1 029 744 589

    926 313 014

    HOOFDSTUK 11 06 —
    STRUCTURELE MAATREGELEN VOOR DE VISSERIJ

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    11 06

    STRUCTURELE MAATREGELEN VOOR DE VISSERIJ

    11 06 01

    Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Regio's van doelstelling 1

    2.1

    498 625 711

    328 283 779

     

     

    498 625 711

    328 283 779

     

    Artikel 11 06 01 — Subtotaal

     

    498 625 711

    328 283 779

     

     

    498 625 711

    328 283 779

    11 06 02

    Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

    2.1

    p.m.

    747 918

     

     

    p.m.

    747 918

     

    Artikel 11 06 02 — Subtotaal

     

    p.m.

    747 918

     

     

    p.m.

    747 918

    11 06 03

    Voltooiing van vroegere programma's

    2.1

    p.m.

    3 000 000

     

     

    p.m.

    3 000 000

     

    Artikel 11 06 03 — Subtotaal

     

    p.m.

    3 000 000

     

     

    p.m.

    3 000 000

    11 06 04

    Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) (regio's buiten doelstelling 1)

    2.1

    180 026 162

    217 957 386

     

     

    180 026 162

    217 957 386

     

    Artikel 11 06 04 — Subtotaal

     

    180 026 162

    217 957 386

     

     

    180 026 162

    217 957 386

    11 06 05

    Voltooiing van vroegere FIOV-programma's (regio's buiten doelstelling 1)

    2.1

    p.m.

    2 170 000

     

     

    p.m.

    2 170 000

     

    Artikel 11 06 05 — Subtotaal

     

    p.m.

    2 170 000

     

     

    p.m.

    2 170 000

    11 06 06

    Voltooiing van vroegere programma's

    2.1

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Artikel 11 06 06 — Subtotaal

     

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

    11 06 07

    Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Operationele technische bijstand en innovatieve acties

    2.1

    1 837 500

    3 877 500

     

    – 842 500

    1 837 500

    3 035 000

     

    Artikel 11 06 07 — Subtotaal

     

    1 837 500

    3 877 500

     

    – 842 500

    1 837 500

    3 035 000

    11 06 08

    Voltooiing van vroegere programma's

    2.1

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Artikel 11 06 08 — Subtotaal

     

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

    11 06 09

    Specifieke maatregelen ter bevordering van de omschakeling van vaartuigen en vissers die tot in 1999 afhankelijk waren van de visserijovereenkomst met Marokko

    2.1

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Artikel 11 06 09 — Subtotaal

     

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

    11 06 10

    Noodmaatregel van de Gemeenschap voor de sloop van vissersvaartuigen

    2.1

     

     

     

    Artikel 11 06 10 — Subtotaal

     

     

     

     

    Hoofdstuk 11 06 — Totaal

     

    680 489 373

    556 036 583

     

    – 842 500

    680 489 373

    555 194 083

    Toelichting

    Artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 voorziet in financiële correcties, waarvan de eventuele ontvangsten worden opgevoerd onder post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot de opening van extra kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1) en wel in specifieke gevallen wanneer deze kredieten nodig blijken om het risico af te dekken dat eerder besloten correcties komen te vervallen of worden verlaagd.

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder wordt overgegaan tot terugbetaling van het voorschot, die niet leidt tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opening van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.

    Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn om 500 000 000 euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.

    De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

    Rechtsgronden

    Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

    Conclusies van de vergadering van de Europese Raad van Berlijn op 24 en 25 maart 1999.

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

    11 06 07
    Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (FIOV) — Operationele technische bijstand en innovatieve acties

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    1 837 500

    3 877 500

     

    – 842 500

    1 837 500

    3 035 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van uit het FIOV gefinancierde innovatieve acties en technische hulp zoals bedoeld in de artikelen 22 en 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999. Bij de innovatieve acties gaat het om studies, modelprojecten en uitwisseling van ervaringen. Deze acties zijn met name bedoeld om de kwaliteit van de bijstandsverlening uit de structuurfondsen te verbeteren. Bij de technische bijstand gaat het om maatregelen voor de voorbereiding, de follow-up, de evaluatie, de controle en het beheer die nodig zijn voor de tenuitvoerlegging van het FIOV. Het krediet kan met name worden gebruikt ter dekking van:

    uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen, vertalingen);

    uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

    uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

    contracten voor dienstverleners;

    subsidies.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1447/2001 (PB L 198 van 21.7.2001, blz. 1).

    Verordening (EG) nr. 1263/1999 van de Raad van 21 juni 1999 betreffende het Financieringsinstrument voor de Oriëntatie van de Visserij (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 54).

    Verordening (EG) nr. 2792/1999 van de Raad van 17 december 1999 tot vaststelling van de uitvoeringsbepalingen en voorwaarden voor de structurele acties van de Gemeenschap in de visserijsector (PB L 337 van 30.12.1999, blz. 10), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2369/2002 (PB L 358 van 31.12.2002, blz. 49).

    TITEL 13

    REGIONAAL BELEID

    Algemene doelstellingen

    Het doel van dit beleid is de economische en sociale samenhang te versterken door de verschillen in de regionale ontwikkelingsniveaus binnen de Europese Unie te verkleinen.

    Titel

    Hoofdstuk

    Omschrijving

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    13 01

    ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN REGIONAAL BELEID

    90 055 412

    90 055 412

     

     

    90 055 412

    90 055 412

    13 03

    EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN

    21 365 268 846

    17 126 810 123

     

    – 222 559 097

    21 365 268 846

    16 904 251 026

    13 04

    COHESIEFONDS

    5 126 432 989

    3 000 000 000

     

    – 900 000 000

    5 126 432 989

    2 100 000 000

    13 05

    PRETOETREDINGSSTEUN MET BETREKKING TOT HET STRUCTUURBELEID

    521 950 000

    700 000 000

     

     

    521 950 000

    700 000 000

    13 06

    BEHEER VAN HET SOLIDARITEITSFONDS

    98 548 408

    92 880 830

     

     

    98 548 408

    92 880 830

    13 49

    UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

    p.m.

     

     

    p.m.

     

    Titel 13 — Totaal

    27 202 255 655

    21 009 746 365

     

    –1 122 559 097

    27 202 255 655

    19 887 187 268

    HOOFDSTUK 13 03 —
    EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    13 03

    EUROPEES FONDS VOOR REGIONALE ONTWIKKELING EN ANDERE REGIONALE STEUNMAATREGELEN

    13 03 01

    Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 1

    2.1

    16 878 716 322

    12 726 961 549

     

    – 150 000 000

    16 878 716 322

    12 576 961 549

     

    Artikel 13 03 01 — Subtotaal

     

    16 878 716 322

    12 726 961 549

     

    – 150 000 000

    16 878 716 322

    12 576 961 549

    13 03 02

    Speciaal programma voor vrede en verzoening in Noord-Ierland en het grensgebied in Ierland

    2.1

    30 500 000

    51 672 096

     

     

    30 500 000

    51 672 096

     

    Artikel 13 03 02 — Subtotaal

     

    30 500 000

    51 672 096

     

     

    30 500 000

    51 672 096

    13 03 03

    Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 1

    2.1

    p.m.

    72 000 000

     

    –20 798 474

    p.m.

    51 201 526

     

    Artikel 13 03 03 — Subtotaal

     

    p.m.

    72 000 000

     

    –20 798 474

    p.m.

    51 201 526

    13 03 04

    Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 2

    2.1

    3 145 689 964

    3 435 789 185

     

     

    3 145 689 964

    3 435 789 185

     

    Artikel 13 03 04 — Subtotaal

     

    3 145 689 964

    3 435 789 185

     

     

    3 145 689 964

    3 435 789 185

    13 03 05

    Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 2

    2.1

    p.m.

    18 000 000

     

    –8 000 000

    p.m.

    10 000 000

     

    Artikel 13 03 05 — Subtotaal

     

    p.m.

    18 000 000

     

    –8 000 000

    p.m.

    10 000 000

    13 03 06

    Urban

    2.1

    131 887 810

    63 328 096

     

     

    131 887 810

    63 328 096

     

    Artikel 13 03 06 — Subtotaal

     

    131 887 810

    63 328 096

     

     

    131 887 810

    63 328 096

    13 03 07

    Voltooiing van vroegere programma's — Communautaire initiatieven

    2.1

    p.m.

    30 000 000

     

     

    p.m.

    30 000 000

     

    Artikel 13 03 07 — Subtotaal

     

    p.m.

    30 000 000

     

     

    p.m.

    30 000 000

    13 03 08

    Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Technische bijstand en innovatieve acties

    2.1

    53 511 147

    124 000 000

     

    –43 760 623

    53 511 147

    80 239 377

     

    Artikel 13 03 08 — Subtotaal

     

    53 511 147

    124 000 000

     

    –43 760 623

    53 511 147

    80 239 377

    13 03 09

    Voltooiing van vroegere programma's — Technische bijstand en innovatieve acties

    2.1

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Artikel 13 03 09 — Subtotaal

     

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

    13 03 10

    Voltooiing van de overige regionale acties

    3

     

     

     

    Artikel 13 03 10 — Subtotaal

     

     

     

    13 03 11

    Moderniseringsprogramma voor de textiel- en kledingindustrie in Portugal

    3

     

     

     

    Artikel 13 03 11 — Subtotaal

     

     

     

    13 03 12

    Bijdrage van de Gemeenschap aan het Internationaal Fonds voor Ierland

    3

    15 000 000

    6 000 000 (23)

     

     

    15 000 000

    6 000 000 (23)

     

    Artikel 13 03 12 — Subtotaal

     

    15 000 000

    6 000 000

     

     

    15 000 000

    6 000 000

    13 03 13

    Communautair initiatief Interreg III

    2.1

    1 109 963 603

    581 274 945

     

     

    1 109 963 603

    581 274 945

     

    Artikel 13 03 13 — Subtotaal

     

    1 109 963 603

    581 274 945

     

     

    1 109 963 603

    581 274 945

    13 03 14

    Bijstand voor aan de kandidaat-lidstaten grenzende regio's

    2.1

    p.m.

    17 784 252

     

     

    p.m.

    17 784 252

     

    Artikel 13 03 14 — Subtotaal

     

    p.m.

    17 784 252

     

     

    p.m.

    17 784 252

     

    Hoofdstuk 13 03 — Totaal

     

    21 365 268 846

    17 126 810 123

     

    – 222 559 097

    21 365 268 846

    16 904 251 026

    Toelichting

    Artikel 39 van Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad voorziet in financiële correcties, waarvan de eventuele ontvangsten worden opgevoerd onder post 6 5 0 0 van de staat van ontvangsten. Deze ontvangsten kunnen aanleiding geven tot het openen van aanvullende kredieten overeenkomstig artikel 18 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1) in die specifieke gevallen waarin het noodzakelijk is annulatierisico's of reductierisico's van eerder besloten correcties te dekken.

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 stelt de voorwaarden vast waaronder wordt overgegaan tot terugbetaling van het voorschot die niet leidt tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten, geven aanleiding tot de opening van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002.

    Het speciale programma voor vrede en verzoening wordt voortgezet, in overeenstemming met de besluiten van de Europese Raad van Berlijn, om 500 miljoen euro voor de nieuwe looptijd van het programma beschikbaar te stellen. Het additionaliteitsbeginsel moet ten volle worden geëerbiedigd. De Commissie brengt jaarlijks verslag uit aan het Europees Parlement over deze maatregel.

    De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

    Rechtsgronden

    Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158, 159 en 161.

    Conclusies van de vergadering van de Europese Raad te Berlijn op 24 en 25 maart 1999.

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

    13 03 01
    Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Regio's van doelstelling 1

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    16 878 716 322

    12 726 961 549

     

    – 150 000 000

    16 878 716 322

    12 576 961 549

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de bijstand die in het kader van doelstelling 1 uit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) wordt verleend en waarvoor de betalingsverplichtingen in de programmeringsperiode 2000-2006 worden aangegaan.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).

    13 03 03
    Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 1

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    p.m.

    72 000 000

     

    –20 798 474

    p.m.

    51 201 526

    Toelichting

    Dit krediet dient voor de financiering van de nog uit het EFRO betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 1 en 6.

    Rechtsgronden

    Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2083/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 34).

    Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).

    13 03 05
    Voltooiing van vroegere programma's — Regio's van doelstelling 2

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    p.m.

    18 000 000

     

    –8 000 000

    p.m.

    10 000 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de nog uit de drie fondsen (EFRO, ESF, EOGFL, afdeling Oriëntatie) betaalbaar te stellen verplichtingen die in de vorige programmeringsperioden zijn aangegaan in het kader van de oude doelstellingen 2 en 5 b).

    Rechtsgronden

    Verordening (EEG) nr. 2052/88 van de Raad van 24 juni 1988 betreffende de taken van de fondsen met structurele strekking, hun doeltreffendheid alsmede de coördinatie van hun bijstandsverlening onderling en met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten (PB L 185 van 15.7.1988, blz. 9), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4253/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot de coördinatie van de bijstandsverlening uit de onderscheiden structuurfondsen enerzijds en van die bijstandsverlening met die van de Europese Investeringsbank en de andere bestaande financieringsinstrumenten anderzijds (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 3193/94 (PB L 337 van 24.12.1994, blz. 11).

    Verordening (EEG) nr. 4254/88 van de Raad van 19 december 1988 tot vaststelling van toepassingsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 2052/88 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 374 van 31.12.1988, blz. 15), gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2083/93 (PB L 193 van 31.7.1993, blz. 34).

    Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).

    13 03 08
    Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) — Technische bijstand en innovatieve acties

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    53 511 147

    124 000 000

     

    –43 760 623

    53 511 147

    80 239 377

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van uit het EFRO gefinancierde innoverende acties en technische bijstand zoals bedoeld in de artikelen 22 en 23 van Verordening (EG) nr. 1260/1999. Bij de innoverende acties gaat het om studies, modelprojecten en uitwisseling van ervaringen. Deze acties zijn met name bedoeld om de kwaliteit van de bijstandsverlening uit de structuurfondsen te verbeteren. Onder technische bijstand vallen de maatregelen ter voorbereiding, follow-up, evaluatie en controle en beheer van de tenuitvoerlegging van het EFRO. Dit krediet kan met name worden gebruikt voor de financiering van:

    uitgaven voor ondersteuning (representatievergoedingen, opleiding, vergaderingen, dienstreizen);

    uitgaven voor informatieverstrekking en publicaties;

    uitgaven voor informatie- en communicatietechnologie;

    contracten voor dienstverleners en studies;

    beurzen.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 1260/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende algemene bepalingen inzake de structuurfondsen (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1105/2003 (PB L 158 van 27.6.2003, blz. 3).

    Verordening (EG) nr. 1261/1999 van het Europees Parlement en de Raad van 21 juni 1999 met betrekking tot het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 43).

    HOOFDSTUK 13 04 —
    COHESIEFONDS

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    13 04

    COHESIEFONDS

    13 04 01

    Cohesiefonds

    2.2

    5 126 432 989

    3 000 000 000

     

    – 900 000 000

    5 126 432 989

    2 100 000 000

     

    Artikel 13 04 01 — Subtotaal

     

    5 126 432 989

    3 000 000 000

     

    – 900 000 000

    5 126 432 989

    2 100 000 000

     

    Hoofdstuk 13 04 — Totaal

     

    5 126 432 989

    3 000 000 000

     

    – 900 000 000

    5 126 432 989

    2 100 000 000

    Toelichting

    Verordening (EG) nr. 1265/1999 van de Raad van 21 juni 1999 houdende wijziging van bijlage II bij Verordening (EG) nr. 1164/94 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 62) stelt de voorwaarden vast waaronder wordt overgegaan tot een terugbetaling van het voorschot die niet leidt tot vermindering van de bijdrage van de structuurfondsen aan de betrokken maatregel. Eventuele ontvangsten als gevolg van deze terugbetaling van voorschotten, die worden opgevoerd onder post 6 1 5 7 van de staat van ontvangsten geven aanleiding tot de opening van extra kredieten overeenkomstig de artikelen 18 en 157 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1).

    13 04 01
    Cohesiefonds

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    5 126 432 989

    3 000 000 000

     

    – 900 000 000

    5 126 432 989

    2 100 000 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de financiering van het Cohesiefonds, ongeacht of de transacties vóór het begrotingsjaar 2000 hebben plaatsgevonden of in de nieuwe periode plaatsvinden.

    De maatregelen inzake fraudebestrijding worden gefinancierd met middelen uit artikel 24 02 01.

    Rechtsgronden

    Verordening (EG) nr. 566/94 van de Raad van 10 maart 1994 houdende verlenging van de geldigheidsduur van Verordening (EEG) nr. 792/93 tot instelling van een cohesiefinancieringsinstrument (PB L 72 van 16.3.1994, blz. 1).

    Verordening (EG) nr. 1164/94 van de Raad van 16 mei 1994 tot oprichting van een Cohesiefonds (PB L 130 van 25.5.1994, blz. 1), gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1264/1999 (PB L 161 van 26.6.1999, blz. 57).

    Referentiebesluiten

    Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, met name de artikelen 158 en 161.

    TITEL 17

    GEZONDHEIDSZORG EN CONSUMENTENBESCHERMING

    Algemene doelstellingen

    Het doel van dit beleidsterrein is te zorgen voor een hoog niveau van bescherming van de gezondheid, de veiligheid en de economische belangen van de consument en van de volksgezondheid in de Europese Unie.

    Titel

    Hoofdstuk

    Omschrijving

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    17 01

    ADMINISTRATIEVE UITGAVEN VOOR HET BELEIDSTERREIN GEZONDHEID EN CONSUMENTENBESCHERMING

    118 905 937

    118 905 937

     

     

    118 905 937

    118 905 937

    17 02

    CONSUMENTENBELEID

    19 077 778

    20 000 000

     

     

    19 077 778

    20 000 000

    17 03

    VOLKSGEZONDHEID

    70 453 000

    71 048 000

     

     

    70 453 000

    71 048 000

    17 04

    VOEDSELVEILIGHEID, VETERINAIRE MAATREGELEN, DIERENWELZIJN, FYTOSANITAIRE MAATREGELEN

    305 075 000

    306 000 000

    –35 000 000

    –35 000 000

    270 075 000

    271 000 000

    17 49

    UITGAVEN VOOR HET ADMINISTRATIEVE BEHEER VAN PROGRAMMA'S WAARVOOR KREDIETEN ZIJN VASTGELEGD OVEREENKOMSTIG HET OUDE FINANCIEEL REGLEMENT

    210 573

     

     

    210 573

     

    Titel 17 — Totaal

    513 511 715

    516 164 510

    –35 000 000

    –35 000 000

    478 511 715

    481 164 510

    HOOFDSTUK 17 04 —
    VOEDSELVEILIGHEID, VETERINAIRE MAATREGELEN, DIERENWELZIJN, FYTOSANITAIRE MAATREGELEN

    Titel

    Hoofdstuk

    Artikel

    Post

    Omschrijving

    FV

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    Vastleggingen

    Betalingen

    17 04

    VOEDSELVEILIGHEID, VETERINAIRE MAATREGELEN, DIERENWELZIJN, FYTOSANITAIRE MAATREGELEN

    17 04 01

    Programma's voor de uitroeiing en de bewaking van dierziekten en voor de bewaking van de lichamelijke toestand van dieren met een volksgezondheidsrisico, die veroorzaakt is door een externe factor

    1.1

    203 500 000

    203 500 000

     

     

    203 500 000

    203 500 000

     

    Artikel 17 04 01 — Subtotaal

     

    203 500 000

    203 500 000

     

     

    203 500 000

    203 500 000

    17 04 02

    Andere maatregelen op veterinair gebied, op het gebied van dierenwelzijn en van de volksgezondheid

    1.1

    10 000 000

    10 000 000

     

     

    10 000 000

    10 000 000

     

    Artikel 17 04 02 — Subtotaal

     

    10 000 000

    10 000 000

     

     

    10 000 000

    10 000 000

    17 04 03

    Noodfonds voor veterinaire aandoeningen en voor andere voor de volksgezondheid risicovolle aandoeningen bij dieren

    1.1

    48 000 000

    48 000 000

    –35 000 000

    –35 000 000

    13 000 000

    13 000 000

     

    Artikel 17 04 03 — Subtotaal

     

    48 000 000

    48 000 000

    –35 000 000

    –35 000 000

    13 000 000

    13 000 000

    17 04 04

    Fytosanitaire maatregelen

    1.1

    3 000 000

    3 000 000

     

     

    3 000 000

    3 000 000

     

    Artikel 17 04 04 — Subtotaal

     

    3 000 000

    3 000 000

     

     

    3 000 000

    3 000 000

    17 04 05

    Andere maatregelen

    1.1

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Artikel 17 04 05 — Subtotaal

     

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

    17 04 06

    Voltooiing van vroegere maatregelen op veterinair en fytosanitair gebied

    3

    1 725 000

     

     

    1 725 000

     

    Artikel 17 04 06 — Subtotaal

     

    1 725 000

     

     

    1 725 000

    17 04 07

    Voeder- en voedselveiligheid en hiermee verband houdende werkzaamheden

    1.1

    3 875 000

    3 875 000

     

     

    3 875 000

    3 875 000

     

    Artikel 17 04 07 — Subtotaal

     

    3 875 000

    3 875 000

     

     

    3 875 000

    3 875 000

    17 04 08

    Uitgaven voor de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid

    17 04 08 01

    Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Subsidiëring titels 1 en 2

    3

    22 800 000

    22 800 000

     

     

    22 800 000

    22 800 000

    17 04 08 02

    Europese Autoriteit voor voedselveiligheid — Subsidiëring titel 3

    3

    13 900 000

    13 100 000

     

     

    13 900 000

    13 100 000

     

    Artikel 17 04 08 — Subtotaal

     

    36 700 000

    35 900 000

     

     

    36 700 000

    35 900 000

    17 04 09

    Internationale zaken op het gebied van voedselveiligheid, veterinaire maatregelen, dierenwelzijn en fytosanitaire maatregelen

    4

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Artikel 17 04 09 — Subtotaal

     

    p.m.

    p.m.

     

     

    p.m.

    p.m.

     

    Hoofdstuk 17 04 — Totaal

     

    305 075 000

    306 000 000

    –35 000 000

    –35 000 000

    270 075 000

    271 000 000

    17 04 02
    Andere maatregelen op veterinair gebied, op het gebied van dierenwelzijn en van de volksgezondheid

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    10 000 000

     

    10 000 000

    Toelichting

    Dit krediet dient ter dekking van de communautaire bijdrage voor maatregelen die de belemmeringen van het vrije goederenverkeer op dit gebied moeten wegwerken, alsmede steunregelingen en flankerende maatregelen voor de veterinaire sector.

    Een belangrijke maatregel is financiële steunverlening voor de activiteiten van de bij de communautaire wetgeving aangewezen communautaire referentielaboratoria. Deze activiteiten dragen bij aan een betere controle op dierziekten, risicopreventie en -vermindering en de bescherming van de volksgezondheid, door betere voorwaarden te scheppen voor het toezicht op biologische en chemische gevaren.

    Dit krediet dekt eveneens de uitgaven voor de controle op de naleving van de bepalingen inzake de bescherming van dieren tijdens het vervoer van voor de slacht bestemde dieren.

    Kredieten van dit onderdeel kunnen ook worden gebruikt voor het opzetten en in stand houden van een snelle-waarschuwingssysteem voor de kennisgeving van een direct of indirect risico voor de menselijke gezondheid als gevolg van levensmiddelen of diervoeders.

    Het dient ook ter financiering van de ontwikkeling van markervaccins of tests die het onderscheid kunnen maken tussen zieke en gevaccineerde dieren.

    Het dekt ook technische en wetenschappelijke maatregelen die nodig zijn voor de ontwikkeling van de communautaire wetgeving op veterinair gebied, zoals het toezicht op Campylobacter bij vleeskippen in Zweden.

    Rechtsgronden

    Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2003/99/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 325 van 12.12.2003, blz. 31).

    Artikel 50 van Verordening (EG) nr. 178/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 28 januari 2002 tot vaststelling van de algemene beginselen en voorschriften van de levensmiddelenwetgeving, tot oprichting van een Europese Autoriteit voor voedselveiligheid en tot vaststelling van procedures voor voedselveiligheidsaangelegenheden (PB L 31 van 1.2.2002, blz. 1).

    17 04 03
    Noodfonds voor veterinaire aandoeningen en voor andere voor de volksgezondheid risicovolle aandoeningen bij dieren

    Kredieten 2005

    Gewijzigde begroting nr. 8

    Nieuw bedrag

    48 000 000

    –35 000 000

    13 000 000

    Toelichting

    Het uitbreken van bepaalde dierziekten in de Gemeenschap kan een grote invloed hebben op de werking van de interne markt en de handelsbetrekkingen tussen de Gemeenschap en derde landen. In dit verband is het belangrijk dat de Gemeenschap financieel bijdraagt aan een zo snel mogelijke uitroeiing van elke haard van ernstige besmettelijke ziekten wanneer lidstaten epizoötieën met communautaire middelen bestrijden.

    Rechtsgronden

    Beschikking 90/424/EEG van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde uitgaven op veterinair gebied (PB L 224 van 18.8.1990, blz. 19), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2003/99/EG van het Europees Parlement en de Raad (PB L 325 van 12.12.2003, blz. 31).


    (1)  Inclusief gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 8/2005.

    (2)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2004 (PB L 53 van 23.2.2004, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 10 voor 2004.

    (3)  Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

    (4)  Inclusief gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 8/2005.

    (5)  De cijfers in deze kolom komen overeen met die van de begroting 2004 (PB L 53 van 23.2.2004, blz. 1) plus met die van de gewijzigde begrotingen nrs. 1 tot en met 10 voor 2004.

    (6)  De eigen middelen voor de begroting 2005 zijn vastgesteld op basis van de begrotingsramingen die tijdens de 133e vergadering van het Raadgevend Comité voor de eigen middelen van 8 april 2005 werden goedgekeurd.

    (7)  Artikel 268, derde alinea, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap bepaalt dat de ontvangsten en uitgaven van de begroting in evenwicht moeten zijn.

    (8)  De betrokken grondslag is niet hoger dan 50 % van het BNI.

    (9)  Berekening van het percentage: (68 884 096 623) / (105 686 966 000) = 0,651774757381151 %.

    (10)  Afgeronde percentages.

    (11)  De pretoetredingsuitgaven (PTU) omvatten de betalingen aan de 10 nieuwe (op 01.05.2004 tot de EU toegetreden) lidstaten uit kredieten van 2003. Dit bedrag wordt afgetrokken van de totale toegerekende uitgaven, zodat de uitgaven die vóór de uitbreiding niet werden gecompenseerd, dat ook na de uitbreiding niet worden.

    (12)  Het „Britse voordeel” is de resultante van de aftopping van de BTW-grondslagen en de invoering van de BNP/BNI-eigenmiddelenbronnen.

    (13)  Deze uitzonderlijke „meevallers” zijn de nettobaten voor het Verenigd Koninkrijk van de verhoging — van 10 % naar 25 % sinds 01.01.2001 — van het percentage van de traditonele eigen middelen (TEM) dat de lidstaten inhouden om de kosten van inning van de TEM te dekken.

    (14)  Afgeronde percentages.

    (15)  Wat betreft de Britse correctie voor 2001 zijn de pretoetredingsuitgaven nihil.

    (16)  Het „Britse voordeel” is de resultante van de aftopping van de BTW-grondslagen en de invoering van de BNP/BNI-eigenmiddelenbronnen.

    (17)  Deze uitzonderlijke „meevallers” zijn de nettobaten voor het Verenigd Koninkrijk van de verhoging — van 10 % naar 25 % sinds 1.1.2001 — van het percentage van de traditonele eigen middelen (TEM) dat de lidstaten inhouden om de kosten van inning van de TEM te dekken.

    (18)  Totaal van de eigen middelen in procent van het BNI: (98 384 147 898) / (10 568 696 600 000) = 0,93 %; maximum van de eigen middelen in procent van het BNI: 1,24 %.

    (19)  In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 103 674 euro.

    (20)  In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 2 015 324 euro.

    (21)  In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 170 026 euro.

    (22)  In artikel 31 01 40 is een krediet opgenomen van 1 025 037 euro.

    (23)  In post 31 02 41 01 is een krediet opgenomen van 9 000 000 euro.


    Top