Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31993Y1216(01)

    Resolutie van de Raad van 7 december 1993 inzake de invoering van persoonlijke satellietcommunicatiediensten in de Gemeenschap

    PB C 339 van 16/12/1993, p. 1–2 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Legal status of the document In force

    31993Y1216(01)

    Resolutie van de Raad van 7 december 1993 inzake de invoering van persoonlijke satellietcommunicatiediensten in de Gemeenschap

    Publicatieblad Nr. C 339 van 16/12/1993 blz. 0001 - 0002


    RESOLUTIE VAN DE RAAD van 7 december 1993 inzake de invoering van persoonlijke satellietcommunicatiediensten in de Gemeenschap (93/C 339/01)

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gezien het Groenboek over de ontwikkeling van de gemeenschappelijke markt voor telecommunicatiediensten en -apparatuur van 30 juni 1987,

    Gezien het Groenboek over een gezamenlijke aanpak op het gebied van satellietcommunicatie in de Europese Gemeenschap van 29 november 1990,

    Overwegende dat in het Groenboek over een gezamenlijke aanpak een kader voor communautaire wettelijke maatregelen en acties wordt geschetst, aan de hand waarvan een op de toekomst gerichte structuur voor de ontwikkeling van satellietcommunicatie in de Gemeenschap wordt voorgesteld; dat in de resolutie van de Raad van 19 december 1991 inzake de ontwikkeling van de gemeenschappelijke markt voor satellietcommunicatiediensten en -apparatuur tot 1992 (1) steun wordt betuigd aan de in het Groenboek beschreven algemene doelstellingen;

    Overwegende dat de Raad op grond van nieuwe voorstellen van de Commissie Richtlijn 93/97/EEG van 29 oktober 1993 houdende aanvulling van Richtlijn 91/263/EEG wat de apparatuur voor satellietgrondstations betreft (2) heeft aangenomen;

    Overwegende dat in de mededeling van de Commissie van 23 september 1992 over de Europese Gemeenschap en de ruimtevaart het belang onderstreept wordt van de bijdrage die de Gemeenschap aan de Europese ruimtevaartinspanningen kan leveren door te helpen bij het scheppen van geschikte omstandigheden voor de ontwikkeling van de markten voor ruimtevaarttoepassingen en van een concurrerende Europese ruimtevaartindustrie; dat in die mededeling beklemtoond wordt dat er een regelgeving moet komen die de ontwikkeling van nieuwe markten voor satellietcommunicatiediensten begunstigt, alsmede een sterkere concurrerende luchtvaartindustrie waarvan de belangen internationaal worden behartigd;

    Overwegende dat de geplande introductie van persoonlijke satellietcommunicatienetwerken en -diensten op mondiale schaal van belang zal zijn voor de ontwikkeling van telecommunicatiediensten in de Gemeenschap in het algemeen en satelliet- en mobiele diensten in het bijzonder en voor de ontwikkeling van de communautaire ruimtevaart- en telecommunicatieapparatuur en -dienstensector;

    Overwegende dat het steeds duidelijker wordt dat de beoogde dienstentypes aanleiding geven tot een reeks kwesties die betrekking hebben op het communautaire beleid inzake telecommunicatie, handel, regionale ontwikkeling en ruimtevaart; dat derhalve reeds in een vroeg stadium aandacht aan de introductie van deze diensten moet worden geschonken;

    Overwegende dat het communautaire telecommunicatiebeleid in het algemeen en het satellietcommunicatiebeleid in het bijzonder de nadruk leggen op de noodzaak van concurrerende dienstverlening overeenkomstig de mededingingsregels van het Verdrag; dat de afweging van de noodzaak van concurrerende dienstverlening tegen de beperkte beschikbaarheid van frequenties een moeilijke opgave zal zijn in alle voorgestelde introductiescenario's;

    Overwegende dat de mondiale dimensie van deze systemen en hun belang voor het aanbieden van mobiele persoonlijke communicatiediensten, alsmede de betrokken mondiale regelgevingsstructuur waaronder deze diensten worden aangeboden, een belangrijke plaats dienen in te nemen in de politieke overwegingen in verband met het uitstippelen van een communautair beleid; dat het mondiale regelgevingskader waaronder deze systemen zullen moeten functioneren in strategisch en politiek opzicht een van de meest cruciale te onderzoeken aspecten is,

    ERKENT

    1. het belang van het geplande gebruik van satellieten voor persoonlijke communicatie en van de mogelijkheden die hierdoor aan de Europese industrie, dienstverrichters en gebruikers worden geboden;

    2. de mondiale kenmerken van persoonlijke satellietcommunicatiediensten, met name indien deze via niet-geostationaire satellietsystemen worden geleverd, en de noodzaak om meer duidelijkheid te krijgen over de bijzondere kenmerken ervan waar zij ingrijpen in de Europese en internationale regelgevingsstructuren;

    3. de uitdaging voor de Gemeenschap om een op de toekomst gericht kader voor regelgeving op te zetten om de invoering van persoonlijke satellietcommunicatiediensten mogelijk te maken, waarbij rekening wordt gehouden met het mondiale karakter van deze systemen en de wenselijkheid van gecooerdineerde actie;

    NEEMT ER NOTA VAN

    - dat de voordelen van persoonlijke satellietcommunicatie zich kunnen uitstrekken tot een breed spectrum van potentiële gebruikers, meer bepaald tot diegenen die geen toegang hebben tot gevestigde diensten, met inbegrip van de gebruikers in gebieden die over een minder ontwikkelde telecommunicatie-infrastructuur beschikken;

    - dat voorts ieder beleid op dit gebied van belang kan zijn voor de administraties van de Europese Conferentie van PTT-administraties (CEPT), met inbegrip van die van Midden- en Oost-Europa;

    BENADRUKT DERHALVE

    het belang van het ontwikkelen van een communautair beleid inzake persoonlijke satellietcommunicatie dat aansluit op het bestaande communautaire beleid inzake telecommunicatie, en meer bepaald satellietcommunicatie, alsmede op het toekomstige beleid inzake mobiele communicatie op basis van het desbetreffende Groenboek en zo nodig op het beleid inzake regionale ontwikkeling en handel in het algemeen;

    VERZOEKT DE LID-STATEN

    het nodige te doen om zo spoedig mogelijk toe te werken naar een communautair beleid inzake persoonlijke satellietcommunicatie en een gecooerdineerd standpunt te bepalen, met name in het kader van internationale organisaties zoals de Internationale Telecommunicatie-Unie, inzonderheid ten aanzien van derde landen;

    EN VERZOEKT DE COMMISSIE

    1. de betekenis van persoonlijke satellietcommunicatie voor het uitstippelen van communautair beleid inzake telecommunicatie, ruimtevaart, handel, industrie en regionale ontwikkeling te onderzoeken;

    2. samen met de Lid-Staten en eventueel met medewerking van het Europees Ruimte-Agentschap een doeltreffend gezamenlijk beleid inzake deze systemen te bepalen dat tot doel heeft de concurrentiepositie van de Europese ruimtevaartindustrie en de daarmee samenhangende telecommunicatie-industrie te verbeteren, zodat het bedrijfsleven, de dienstensector, de industrie en de gebruikers kunnen deelnemen aan een mondiale open markt voor persoonlijke satellietcommunicatie, overeenkomstig het Gemeenschapsrecht en de algemene beleidslijnen van voornoemde resolutie van de Raad;

    3. de internationale ontwikkelingen en in dit verband met name de ontwikkeling van de regelgeving buiten de Gemeenschap nauwlettend te blijven volgen en in voorkomend geval derde landen te raadplegen over de gecooerdineerde invoering van deze systemen op mondiaal vlak;

    4. de samenwerking met respectievelijk het ETSI, het ERC en het ECTRA bij de behandeling van de problemen aangaande normalisatie, radiofrequenties en machtigingen te intensiveren;

    5. als onderdeel van de raadplegingsprocedure een platform voor strategisch overleg tussen alle betrokken partijen op te richten;

    6. om de twee jaar aan het Europees Parlement voor advies en aan de Raad verslag van de ontwikkelingen op dit gebied uit te brengen, inzonderheid wat de toekenning van machtigingen en andere aspecten van het dienstenverkeer betreft, en zo nodig passende maatregelen en/of acties voor te stellen.

    (1) PB nr. C 8 van 14. 1. 1992, blz. 1.

    (2) PB nr. L 290 van 24. 11. 1993, blz. 1.

    Top