EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31984R2814

Verordening (EEG) nr. 2814/84 van de Commissie van 4 oktober 1984 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 2042/75 ten aanzien van het bedrag van de waarborgen met betrekking tot de invoercertificaten voor basisgranen waarvoor de heffing vooraf wordt vastgesteld

PB L 264 van 05/10/1984, p. 14–15 (DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (ES, PT)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 08/04/1989

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1984/2814/oj

31984R2814

Verordening (EEG) nr. 2814/84 van de Commissie van 4 oktober 1984 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 2042/75 ten aanzien van het bedrag van de waarborgen met betrekking tot de invoercertificaten voor basisgranen waarvoor de heffing vooraf wordt vastgesteld

Publicatieblad Nr. L 264 van 05/10/1984 blz. 0014 - 0015
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 32 blz. 0118
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 32 blz. 0118


*****

VERORDENING (EEG) Nr. 2814/84 VAN DE COMMISSIE

van 4 oktober 1984

houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 2042/75 ten aanzien van het bedrag van de waarborgen met betrekking tot de invoercertificaten voor basisgranen waarvoor de heffing vooraf wordt vastgesteld

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE

GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2727/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen (1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1018/84 (2), en met name op artikel 12, lid 2,

Overwegende dat in artikel 12, lid 1, sub b), van Verordening (EEG) nr. 2042/75 van de Commissie (3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2783/84 (4), het bedrag van de waarborg met betrekking tot de certificaten voor de in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 2727/75 en in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 1418/76 van de Raad (5) bedoelde produkten is vastgesteld; dat in lid 1, sub b), van genoemd artikel 12 het bedrag van de waarborg op 3,63 Ecu per ton is vastgesteld, indien het invoercertificaten betreft voor de produkten waarvoor de heffing bij invoer vooraf wordt vastgesteld, met uitzondering van de invoercertificaten voor gerst, haver, maïs en sorgho, waarvoor de waarborg op 7,25 Ecu per ton is vastgesteld; dat deze bedragen voor de invoer van basisgranen momenteel, gezien de prijsschommelingen op de wereldmarkt, de monetaire bewegingen en de geldigheidsduur van de invoercertificaten, te gering zijn;

Overwegende dat het derhalve dienstig is op de waarborgen met betrekking tot de invoercertificaten voor basisgranen waarbij de heffing vooraf wordt vastgesteld, een tijdelijke, tot en met 31 juli 1985 geldende verhoging toe te passen;

Overwegende dat de tekst moet worden verduidelijkt door de in artikel 12 van Verordening (EEG) nr. 2042/75 vermelde, in rekeneenheden uitgedrukte bedragen van de waarborg aan te passen met toepassing van de in artikel 2, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 706/79 van de Commissie (6) bedoelde omrekeningscoëfficiënt;

Overwegende dat het Comité van beheer voor granen geen advies heeft uitgebracht binnen de door zijn voorzitter bepaalde termijn,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING

VASTGESTELD:

Artikel 1

Artikel 12, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2042/75 wordt gelezen:

»1. De waarborg met betrekking tot de certificaten voor de in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 2727/75 en artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 1418/76 bedoelde produkten bedraagt:

a) 0,60 Ecu/ton, indien het invoer- of uitvoercertificaten betreft waarbij de heffing bij invoer, de restitutie of de heffing bij uitvoer niet vooraf wordt vastgesteld;

b) 3,63 Ecu/ton, indien het invoercertificaten betreft voor de produkten waarvoor de heffing bij invoer vooraf wordt vastgesteld, met uitzondering van de invoercertificaten voor de produkten van de posten 10.03, 10.04, 10.05 B en 10.07 van het gemeenschappelijk douanetarief waarvoor de waarborg 7,25 Ecu per ton bedraagt;

c) 12,09 Ecu/ton, voor de in artikel 1, sub a), b) en c), van Verordening (EEG) nr. 2727/75 bedoelde produkten, indien het uitvoercertificaten betreft waarbij de restitutie of de heffing bij uitvoer vooraf wordt vastgesteld;

d) 9,67 Ecu/ton voor de in artikel 1, sub d), van Verordening (EEG) nr. 2727/75 en in artikel 1 van Verordening (EEG) nr. 1418/76 bedoelde produkten, met uitzondering van de produkten van post 11.07 van het gemeenschappelijk douanetarief, indien het uitvoercertificaten betreft waarvoor de restitutie of de heffing bij uitvoer vooraf wordt vastgesteld;

e) 12,09 Ecu/ton voor de produkten van post 11.07 van het gemeenschappelijk douanetarief indien het uitvoercertificaten betreft waarvoor de restitutie of de heffing bij uitvoer vooraf wordt vastgesteld.

Voor de certificaten die overeenkomstig artikel 9 bis worden afgegeven, bedraagt deze waarborg echter:

- 24 Ecu/ton voor de van 1 januari tot en met 30 april afgegeven certificaten,

- 30 Ecu/ton voor de van 1 juli tot en met 31 december afgegeven certificaten.

In dat geval:

- wordt de waarborg verbeurd, indien niet binnen de vastgestelde termijn een van de in artikel 9 bis, lid 1, bedoelde bestemmingen is aangegeven, overeenkomstig het bepaalde in dat artikel;

- wordt de waarborg, in afwijking van artikel 30, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 3183/80, slechts vrijgegeven, indien het bewijs wordt geleverd dat het produkt op zijn bestemming is aangekomen; dit bewijs wordt geleverd overeenkomstig het bepaalde in artikel 20 van Verordening (EEG) nr. 2730/79.".

Artikel 2

In afwijking van artikel 12, lid 1, sub b), van Verordening (EEG) nr. 2042/75 bedraagt de waarborg voor de met ingang van 5 oktober 1984 tot en met 31 juli 1985 in de zin van artikel 21, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 3183/80 van de Commissie (1) afgegeven invoercertificaten waarbij de heffing vooraf wordt vastgesteld:

- 8 Ecu/ton voor de produkten van de posten 10.01 B I, 10.01 B II en 10.02 van het gemeenschappelijk douanetarief;

- 12 Ecu/ton voor de produkten van de posten 10.03, 10.04, 10.05 B en 10.07 van het gemeenschappelijk douanetarief;

- 3,63 Ecu/ton voor de overige produkten.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Brussel, 4 oktober 1984.

Voor de Commissie

Poul DALSAGER

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 281 van 1. 11. 1975, blz. 1.

(2) PB nr. L 107 van 19. 4. 1984, blz. 1.

(3) PB nr. L 213 van 11. 8. 1975, blz. 5.

(4) PB nr. L 262 van 3. 10. 1984, blz. 5.

(5) PB nr. L 166 van 25. 6. 1976, blz. 1.

(6) PB nr. L 89 van 9. 4. 1979, blz. 3.

(1) PB nr. L 338 van 13. 12. 1980, blz. 1.

Top