EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31983Y0804(01)

Resolutie van de Raad van 25 juli 1983 inzake kaderprogramma' s voor communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en demonstratie, alsmede inzake een eerste kaderprogramma 1984-1987

PB C 208 van 04/08/1983, p. 1–4 (DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (ES, PT)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/1987

31983Y0804(01)

Resolutie van de Raad van 25 juli 1983 inzake kaderprogramma' s voor communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek, ontwikkeling en demonstratie, alsmede inzake een eerste kaderprogramma 1984-1987

Publicatieblad Nr. C 208 van 04/08/1983 blz. 0001
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 12 Deel 4 blz. 0100
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 12 Deel 4 blz. 0100


++++

RESOLUTIE VAN DE RAAD

van 25 juli 1983

inzake kaderprogramma's voor communautaire activiteiten op het gebied van onderzoek , ontwikkeling en demonstratie , alsmede inzake een eerste kaderprogramma 1984-1987

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , inzonderheid op artikel 235 ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie , inzonderheid op artikel 7 ,

Gezien de resolutie van de Raad van 14 januari 1974 betreffende de coordinatie van de nationale beleidsregels en de omschrijving van de acties van communautair belang op het gebied van wetenschap en technologie ( 1 ) ,

Gezien de voorstellen van de Commissie in haar mededelingen aan de Raad van 22 december 1982 en 20 mei 1983 betreffende het kaderprogramma 1984-1987 ( 2 ) ,

Gezien het advies van het Europese Parlement ( 3 ) ,

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité ( 4 ) ,

Gezien het advies van het Comité voor wetenschappelijk en technisch Onderzoek ( CREST ) ,

Overwegende dat de Gemeenschap op grond van artikel 2 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap onder meer tot taak heeft de harmonische ontwikkeling van de economische activiteit binnen de gehele Gemeenschap , een gestadige en evenwichtige expansie en een toenemende verbetering van de levensstandaard te bevorderen ;

Overwegende dat het van belang is binnen de Gemeenschap een evenwichtige wetenschappelijke en technische ontwikkeling te bevorderen ;

Overwegende dat de uitvoering van de activiteiten op het gebied van onderzoek , ontwikkeling en demonstratie ( O , O en D ) gepaard moet gaan met een adequate verspreiding van de kennis die met die activiteiten is opgedaan en met een efficiënt gebruik van de verkregen resultaten ;

Overwegende dat de Raad , tijdens zijn zittingen van 9 november 1981 , 8 maart en 30 juni 1982 , heeft verklaard dat de actie van de Gemeenschap op het gebied van onderzoek , ontwikkeling en demonstratie gesystematiseerd en geoptimaliseerd moet worden ; dat hij heeft erkend dat een strategische samenhang van de activiteiten van de Gemeenschap wordt verbeterd en het uitwerken en aannemen van besluiten op genoemde gebieden grotelijks wordt vergemakkelijkt door de aanneming en regelmatige herziening door de Instellingen van de Gemeenschap van een kaderprogramma dat de grote lijnen bevat voor de ontwikkeling op middellang op middellange termijn van de wetenschappelijke en technische doelstellingen ;

Overwegende dat de Raad tijdens zijn zitting van 8 februari 1983 een grote mate van overeenstemming heeft uitgedrukt ten aanzien van de noodzaak de communautaire uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling te verhogen en over de relatief aanzienlijker plaats die deze uitgaven moeten innemen in het geheel van de begroting van de Gemeenschap , onder voorbehoud van aanvullende verduidelijkingen voor wat betreft de gevolgen voor de begroting ;

Overwegende dat de Europese Raad op 18 juni 1983 een verklaring heeft aangenomen betreffende de ontwikkeling van het beleid en nieuwe acties , de budgettaire discipline alsmede de eigen middelen en de bijzondere problemen van sommige Lid-Staten ;

Overwegende dat het voorstel van de Commissie voor een eerste kaderprogramma voor het tijdvak 1984-1987 een dergelijke ontwikkeling van het communautaire beleid inzake onderzoek , ontwikkeling en demonstratie lijkt te kunnen bevorderen ;

Overwegende dat het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap met voorziet in de specifieke bevoegdheden voor het aannemen van deze resolutie ,

HEEFT DE VOLGENDE RESOLUTIE AANGENOMEN :

Artikel 1

Er wordt een gemeenschappelijke strategie op het gebied van wetenschap en technologie uitgewerkt op de wijze als bepaald in deze resolutie en in overeenstemming met de overige strategieën en het overige beleid van de Gemeenschappen .

Artikel 2

De gemeenschappelijke strategie op het gebied van wetenschap en technologie wordt vastgelegd in kaderprogramma's waarin de wetenschappelijke en technische doelstellingen die op communautair niveau moeten worden verwezenlijkt , alsmede de criteria voor de selectie van de communautaire acties , de prioriteiten en de financiële indicaties zijn aangegeven .

Deze kaderprogramma's worden opgesteld door de Commissie , die hierover overleg pleegt met de Lid-Staten .

Op de grondslag van de kaderprogramma's werkt de Commissie voorstellen uit betreffende specifieke activiteiten inzake onderzoek , ontwikkeling en demonstratie die beantwoorden aan de in de eerste alinea genoemde doelstellingen .

Artikel 3

Bij deze resolutie keurt de Raad het beginsel goed van kaderprogramma's die zich uitstrekken over een tijdvak van vier jaar en die ten minste om de twee jaar opnieuw worden bezien en , in voorkomend geval , worden herzien .

Op basis van de desbetreffende voorstellen van de Commissie en na advies van het Europese Parlement

- keurt de Raad de kaderprogramma's goed ;

- stelt de Raad overeenkomstig de goedgekeurde kaderprogramma's volgens de in de Verdragen neergelegde procedures de specifieke besluiten inzake O , O en D-activiteiten van de Gemeenschappen vast .

Artikel 4

De Raad hecht zijn goedkeuring aan de wetenschappelijke en technische doelstellingen voor het tijdvak 1984-1987 en aan de selectiecriteria , zoals die respectievelijk in de bijlagen I en II zijn weergegeven .

De Raad bevestigt dat hij het ermee eens is dat de uitgaven van de Gemeenschap voor O , O en D moeten worden verhoogd . Zich bewust van de noodzaak het communautaire beleid verder uit te bouwen , neemt hij echter , in afwachting van het resultaat van de algemene discussie over de middelen en het beleid van de Gemeenschappen , in dit stadium akte van de financiële indicaties betreffende de in het tijdvak 1984-1987 te verwezenlijken doelstellingen ( bijlage III ) . Deze indicaties moeten tot leidraad dienen voor de programmering door de Commissie en de aanneming door de Raad van specifieke activiteiten inzake O , O en D tijdens deze periode .

Deze doelstellingen en criteria enerzijds en deze nader te bepalen financiële indicaties anderzijds vormen de gegevens waarop de uitvoering van het kaderprogramma 1984-1987 wordt gebaseerd .

Bij de programmering en de aanneming van de programma's wordt vanzelfsprekend rekening gehouden met de beperkingen van de financiële mogelijkheden .

Artikel 5

Uiterlijk in 1985 wordt het kaderprogramma 1984-1987 op basis van het voorstel van de Commissie en op grond van de conclusies die uit de met dit eerste kaderprogramma opgedane ervaring zullen worden getrokken , opnieuw behandeld om zijn doeltreffendheid te evalueren en zijn grote lijnen bij te stellen .

Die nieuwe behandeling kan leiden tot een herziening van dit eerste kaderprogramma .

( 1 ) PB nr . C 7 van 29 . 1 . 1974 , blz . 2 .

( 2 ) PB nr . C 169 van 29 . 6 . 1983 , blz . 11 .

( 3 ) Advies uitgebracht op 10 juni 1983 ( nog niet verschenen in het Publikatieblad ) .

( 4 ) Advies uitgebracht op 1 juni 1983 ( nog niet verschenen in het Publikatieblad ) .

BIJLAGE I

Wetenschappelijke en technische doelstellingen voor het tijdvak 1984-1987

1 . Bevordering van het concurrentievermogen van de landbouw :

- ontwikkeling van de produktiviteit in de landbouw en verbetering van de produkten

- landbouw ,

- visserij

2 . Bevordering van het concurrentievermogen van de industrie :

- opheffing en beperking van handelsbelemmeringen ,

- nieuwe technieken en produkten voor conventionele bedrijven ,

- nieuwe technologieën .

3 . Verbetering van het grondstoffenbeheer .

4 . Verbetering van het beheer van de energiebronnen :

- ontwikkeling van de kernsplijtingsenergie ,

- beheerste thermonucleaire kernversmelting ,

- ontwikkeling van vernieuwbare energiebronnen ,

- rationeel energieverbruik .

5 . Uitbreiding van de steun aan ontwikkelingslanden .

6 . Verbetering van de levens - en arbeidsomstandigheden :

- verbetering van de veiligheid en bescherming van de gezondheid .

- milieubescherming .

7 . Verbetering van de doeltreffendheid van het wetenschappelijk en technisch potentieel van de Gemeenschap :

horizontale maatregelen .

BIJLAGE II

Selectiecriteria

Bij de keuze van de communautaire activiteiten aan de hand van de overeengekomen wetenschappelijke en technische doelstellingen , dient in het algemeen , na evaluatie van hun wetenschappelijk en technisch belang , speciale aandacht te gaan naar activiteiten die bijdragen tot bepaling of tenuitvoerlegging van communautair beleid .

Op die gebieden kan communautaire actie gerechtvaardigd zijn in gevallen waarin de actie op korte , middellange of lange termijn voordelen oplevert ( toegevoegde waarde ) op het stuk van doeltreffendheid en financiering of op wetenschappelijk en technisch vlak , ten opzichte van de nationale ( overheids - of particuliere ) activiteiten

Het gaat meer bepaald om de volgende gevallen :

- grootschalig onderzoek waaraan de Lid-Staten niet of althans moeilijk de nodige kredieten en het nodige personeel kunnen toewijzen ;

- onderzoek waarvan de gemeenschappelijke verwezenlijking duidelijke financiële voordelen biedt , zelfs afgezien van de meerkosten die iedere internationale samenwerking veroorzaakt ;

- onderzoek dat , gezien de complementariteit van de afzonderlijke nationale activiteiten , tot significante resultaten kan leiden voor de Gemeenschap in haar geheel , wanneer voor de oplossing van de problemen onderzoek op grote schaal - met name vanuit geografisch oogpunt - noodzakelijk is ;

- onderzoek dat bijdraagt tot een hechtere samenhang van de gemeenschappelijke markt en de eenmaking van Europa op wetenschappelijk en technisch gebied en , voor zover daaraan behoefte blijkt te bestaan , onderzoek dat leidt tot het opstellen van uniforme normen en modellen

BIJLAGE III

Financiële indicaties per doelstelling voor het tijdvak 1984-1987

* ( in miljoen Ecu ( 1 ) ) * ( % ) *

1 . Bevordering van het concurrentievermogen van de landbouw : * 130 * 3,5 *

- Ontwikkeling van de produktiviteit in de landbouw en verbetering van de produkten : * * *

- landbouw * 115 * *

- visserij * 15 * *

2 . Bevordering van het concurrentievermogen van de industrie : * 1 060 * 28,2 *

- Opheffing en beperking van handelsbelemmeringen * 30 * *

- Nieuwe technieken en produkten voor conventionele bedrijven * 350 * *

- Nieuwe technologieën * 680 * *

3 . Verbetering van het grondstoffenbeheer * 80 * 2,1 *

4 . Verbetering van het beheer van de energiebronnen : * 1 770 * 47,2 *

- Ontwikkeling van de kernsplijtingsenergie * 460 * *

- Beheerste thermonucleaire kernversmelting * 480 * *

- Ontwikkeling van vernieuwbare energiebronnen * 310 * *

- Rationeel energieverbruik * 520 * *

5 . Uitbreiding van de steun aan ontwikkelingslanden * 150 * 4,0 *

6 . Verbetering van de levens - en arbeidsomstandigheden : * 385 * 10,3 *

- Verbetering van de veiligheid en bescherming van de gezondheid * 190 * *

- Milieubescherming * 195 * *

7 . Verbetering van de doeltreffendheid van het wetenschappelijk en technisch potentieel van de Gemeenschap : * 85 * 2,3 ( 2 ) *

Horizontale maatregelen * 90 * 2,4 *

* 3 750 * 100,0 *

( 1 ) Constante waarde 1982 .

( 2 ) Overeenkomend met 5 % aan het eind van de periode .

Top