Kies de experimentele functies die u wilt uitproberen

Dit document is overgenomen van EUR-Lex

Document 91997E004213

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 4213/97 van Bryan CASSIDY aan de Commissie. Arrest van het Europese Hof van Justitie (EHvJ) van 26 oktober 1996 in de zaak Elida Gibbs Limited (zaak C317/94)

    JO C 323, 21.10.1998, blz. 17 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    website van het Europees Parlement

    91997E4213

    SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 4213/97 van Bryan CASSIDY aan de Commissie. Arrest van het Europese Hof van Justitie (EHvJ) van 26 oktober 1996 in de zaak Elida Gibbs Limited (zaak C317/94)

    Publicatieblad Nr. C 323 van 21/10/1998 blz. 0017


    SCHRIFTELIJKE VRAAG E-4213/97 van Bryan Cassidy (PPE) aan de Commissie (21 januari 1998)

    Betreft: Arrest van het Europese Hof van Justitie (EHvJ) van 26 oktober 1996 in de zaak Elida Gibbs Limited (zaak C317/94)

    Bovengenoemd arrest van het EHvJ wordt kennelijk gefrustreerd doordat het in Duitsland niet en in Frankrijk en Griekenland ten dele wordt uitgevoerd.

    De Europese Commissie overweegt vérstrekkende wijzigingen van de BTW-regelingen, waardoor de mededinging tussen bedrijven mogelijk zou kunnen worden verstoord. Is het dan niet ongewoon de economische actoren volledig van het raadplegingsproces uit te sluiten?

    Gecombineerd Antwoord van de heer M. Monti namens de Commissie op de schritftelijke vragen E-4213/97 en E-4214/97 (6 april 1998)

    Zoals aangegeven in het antwoord op de schriftelijke vragen E-4208/97 tot en met 4211/97 van het geachte Parlementslid ((PB C 223 van 17.7.1998, blz. 72. )) heeft de Commissie uit het arrest van 26 oktober 1996 (zaak C-317/94, Elida Gibbs) consequenties getrokken: zij heeft de lidstaten aangeschreven en besloten een reeks procedures ex artikel 169 van het EG-Verdrag in te leiden of voort te zetten, inzonderheid ten aanzien van de door het geachte Parlementslid genoemde lidstaten.

    De Commissie brengt in herinnering dat volgens het Verdrag het Hof van Justitie bevoegd is voor de uitlegging van het vigerende Gemeenschapsrecht en dat zij, en nog minder haar ambtenaren, aan de arresten van het Hof kunnen voorbijgaan. Maar wanneer sommige lidstaten, zoals hier, gewagen van moeilijkheden om het arrest uit te voeren, kan de Commissie niet weigeren dat die moeilijkheden in de ad hoc comités aan de orde worden gesteld. Dit is voor de onderhavige zaak het geval geweest in de BTW-Commissie.

    In dit stadium ligt bij de Commissie geen enkel voorstel op het door het geachte Parlementslid aangehaalde gebied ter voorbereiding. Het spreekt voor zich dat in geval van voorstel de economische kringen, zoals altijd, zullen worden geraadpleegd, namelijk via adviezen van het Parlement en het Economisch en Sociaal Comité en in het kader van de regelmatige contacten met die kringen.

    Naar boven