This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 52013PC0219
Proposal for a COUNCIL DECISION on the conclusion of a Framework Agreement between the European Union and Kosovo( on the general principles for the participation of Kosovo in Union programmes
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en Kosovo( inzake de algemene beginselen voor de deelname van Kosovo aan EU-programma’s
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en Kosovo( inzake de algemene beginselen voor de deelname van Kosovo aan EU-programma’s
/* COM/2013/0219 final - 2013/0115 (NLE) */
Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en Kosovo( inzake de algemene beginselen voor de deelname van Kosovo aan EU-programma’s /* COM/2013/0219 final - 2013/0115 (NLE) */
TOELICHTING 1. ACHTERGROND VAN HET VOORSTEL De Europese Commissie deed in haar mededeling
“Kosovo* – Op weg naar de Europese Unie” uit 2009 (COM(2009) 534 definitief) de
aanbeveling om te onderzoeken of het nuttig is een kaderovereenkomst te sluiten
inzake de algemene beginselen voor de deelname aan EU-programma’s, en zo ja,
richtsnoeren op te stellen voor onderhandelingen daarover.
De Commissie legde in maart 2011 een voorstel voor
onderhandelingsrichtsnoeren voor aan de Raad. De Raad Buitenlandse Zaken keurde het voorstel voor
onderhandelingsrichtsnoeren op 22 oktober 2012 goed. De Raad Algemene Zaken toonde zich op 11 december 2012 verheugd over de
wijze waarop de Europese Commissie de onderhandelingen voert over de deelname
van Kosovo aan EU-programma’s en over het voornemen van de Commissie om in de
eerste helft van 2013 aan de Raad verslag uit te brengen. Kosovo heeft zijn instemming met de ontwerpkaderovereenkomst op 16
januari 2013 schriftelijk bevestigd. 2. JURIDISCHE
ELEMENTEN VAN HET VOORSTEL De rechtsgrondslag voor het voorstel is
artikel 212 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, in
samenhang met artikel 218, lid 6, onder a), VWEU. De materiële rechtsgrondslag is artikel 212 VWEU, aangezien het doel en
de inhoud van de maatregel bestaan in economische, financiële en technische
samenwerking met Kosovo in de zin van dat artikel. 2013/0115 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende de sluiting van een
kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en Kosovo* inzake de algemene
beginselen voor de deelname van Kosovo aan EU-programma’s DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE, Gezien het Verdrag betreffende de werking van
de Europese Unie, en met name artikel 212, in samenhang met artikel 218, lid 6,
onder a), Gezien het voorstel van de Europese Commissie, Gezien de goedkeuring van het Europees
Parlement, Overwegende hetgeen volgt: (1) Overeenkomstig Besluit [XXX]
van de Raad van […][1]
is de kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en Kosovo inzake de algemene
beginselen voor de deelname van Kosovo aan EU-programma’s op […] ondertekend,
onder voorbehoud van de sluiting ervan op een later tijdstip. (2) De Raad Algemene Zaken van
december 2010 zag uit naar een Commissievoorstel om Kosovo in staat te stellen
aan programma’s van de Unie deel te nemen. De mogelijkheid van deelname wordt van kracht door de sluiting van
genoemde internationale overeenkomst. (3) Het doel van de overeenkomst
bestaat in de totstandbrenging van economische, financiële en technische
samenwerking met Kosovo in de zin van artikel 212 VWEU. (4) De sluiting van de
kaderovereenkomst laat de standpunten van de lidstaten van de Unie over de
status van Kosovo onverlet; zij beslissen daarover overeenkomstig de nationale
gebruiken en het internationale recht. (5) De overeenkomst dient namens
de Europese Unie te worden goedgekeurd, HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT
VASTGESTELD: Artikel 1 De kaderovereenkomst tussen de Europese Unie
en Kosovo inzake de algemene beginselen voor de deelname van Kosovo aan
EU-programma’s, hierna “de overeenkomst” genoemd, wordt namens de Unie
goedgekeurd. De tekst van de overeenkomst is aan dit
besluit gehecht. Artikel 2 De voorzitter van de Raad wijst de persoon aan
die bevoegd is om namens de Europese Unie de in artikel 10 van de overeenkomst
bedoelde kennisgeving te verrichten teneinde kenbaar te maken dat de Europese
Unie ermee instemt door de overeenkomst gebonden te zijn. Artikel 3 Dit besluit treedt in werking op de dag na die
van de vaststelling ervan[2]. Gedaan te Brussel, Voor
de Raad De
voorzitter BIJLAGE Ontwerp-kaderovereenkomst tussen de Europese Unie en Kosovo inzake de
algemene beginselen voor de deelname van Kosovo aan EU-programma’s DE EUROPESE UNIE, hierna “de Unie” genoemd, enerzijds, en KOSOVO, hierna “Kosovo” genoemd, anderzijds, hierna tezamen “de partijen”
genoemd, Overwegende hetgeen volgt: (1)
De Europese Raad van december 2007 onderstreepte
dat de Unie bereid is een leidinggevende rol te spelen bij de versterking van
de stabiliteit in de regio en Kosovo bij te staan op de weg naar duurzame
stabiliteit, en bevestigde dat de EU bereid is de economische en politieke
ontwikkeling te ondersteunen door een duidelijk Europees perspectief te bieden,
overeenkomstig het Europees perspectief van de regio. (2)
De Raad Algemene Zaken van december 2009 toonde
zich ingenomen met de mededeling van de Europese Commissie “Kosovo – Op weg
naar de Europese Unie”[3]
en verzocht de Commissie het nodige te doen om de door Kosovo gemaakte
vooruitgang op weg naar de EU overeenkomstig het Europese perspectief van de
regio te ondersteunen. De Raad
hechtte belang aan de maatregelen met betrekking tot handel en visa en moedigde
de Commissie aan om Kosovo toe te laten tot programma’s van de Unie, Kosovo te
integreren in het kader voor economisch en begrotingstoezicht, de tweede
component van het instrument voor pretoetredingssteun te activeren en de
dialoog in het kader van het stabilisatie- en associatieproces te versterken. (3)
De Raad Algemene Zaken van december 2010 zag uit
naar een Commissievoorstel om Kosovo in staat te stellen aan programma’s van de
Unie deel te nemen. De Europese
Commissie heeft dit voorstel in maart 2011 ingediend. (4)
De Raad Algemene Zaken van december 2011 bevestigde
dat hij zich zou inzetten om tot overeenstemming te komen over de deelname van
Kosovo aan EU-programma’s, zonder vooruit te lopen op de standpunten van de
lidstaten inzake de status. (5)
De Raad Buitenlandse Zaken machtigde de Commissie
om namens de Unie onderhandelingen te openen over een kaderovereenkomst met
Kosovo inzake de deelname aan Unieprogramma’s. (6)
Kosovo heeft de wens geuit aan een aantal
Unieprogramma’s deel te nemen. (7)
In artikel 212 VWEU wordt verwezen naar
activiteiten voor economische, financiële en technische samenwerking met derde
landen die geen ontwikkelingsland zijn. (8)
De specifieke voorwaarden voor de deelname van
Kosovo aan elk afzonderlijk programma, waaronder de financiële bijdrage, dienen
te worden vastgesteld bij een overeenkomst tussen de Europese Commissie, die
optreedt namens de Europese Unie, en de autoriteiten van Kosovo. (9)
De ondertekening en sluiting van de
kaderovereenkomst laat de standpunten van de lidstaten van de Unie over de
status van Kosovo onverlet; zij beslissen daarover overeenkomstig de nationale
gebruiken en het internationale recht, ZIJN HET VOLGENDE OVEREENGEKOMEN: Artikel 1 Kosovo mag deelnemen aan de volgende
programma’s van de Unie: a) in de bijlage vermelde lopende Unieprogramma’s en de opvolgers daarvan,
die openstaan voor kandidaat-lidstaten en potentiële kandidaat-lidstaten
waarvoor de pretoetredingsstrategie voor de Westelijke Balkan geldt,
overeenkomstig de bepalingen van die programma’s, vanaf de inwerkingtreding van
de kaderovereenkomst (hierna “de overeenkomst” genoemd); b) Unieprogramma’s die na de inwerkingtreding van de overeenkomst worden ingesteld
of verlengd en die een openstellingsclausule bevatten die in de deelname van
Kosovo voorziet. Kosovo mag aan de programma’s deelnemen in
zoverre het zich ertoe verbindt de normen op de voor het betrokken programma
relevante gebieden over te nemen en toe te passen, en in de mate dat het op dat
vlak vooruitgang boekt. Artikel 2 Kosovo verstrekt een financiële bijdrage aan
de algemene begroting van de Europese Unie in overeenstemming met de specifieke
programma’s waaraan het deelneemt. Artikel 3 Vertegenwoordigers van Kosovo mogen als
waarnemers de vergaderingen bijwonen van de comités van beheer die belast zijn
met het toezicht op de programma’s waaraan Kosovo een financiële bijdrage
levert, voor zover deze betrekking hebben op de onderwerpen die Kosovo aangaan. Artikel 4 Ten aanzien van projecten en initiatieven die
door deelnemers uit Kosovo worden ingediend, gelden in het kader van de
betrokken programma’s voor zover mogelijk dezelfde voorwaarden, regels en
procedures als voor de lidstaten. Artikel 5 De specifieke voorwaarden voor de deelname van
Kosovo aan elk afzonderlijk programma, waaronder de verschuldigde financiële
bijdrage, worden vastgesteld bij een overeenkomst tussen de Europese Commissie,
die optreedt namens de Europese Unie, en de autoriteiten van Kosovo. Indien Kosovo pretoetredingssteun van de
Europese Unie aanvraagt op grond van het instrument voor pretoetredingssteun[4] of een
mogelijk in de toekomst vast te stellen soortgelijke verordening die in externe
bijstand van de Europese Unie aan Kosovo voorziet, worden de voorwaarden voor
het gebruik van de steun van de Europese Unie door Kosovo vastgesteld in een
financieringsovereenkomst. Artikel 6 In de in artikel 5, eerste alinea, bedoelde
overeenkomst wordt overeenkomstig het Financieel Reglement van de Europese Unie
bepaald dat door of namens de Europese Commissie, het Europees Bureau voor
fraudebestrijding (OLAF) en de Rekenkamer van de Europese Unie financiële
controles of audits worden verricht. Er worden gedetailleerde bepalingen in
opgenomen inzake financiële controle en audits, administratieve maatregelen,
sancties en invordering, waarbij aan de Europese Commissie, OLAF en de
Rekenkamer bevoegdheden worden toegekend die gelijkwaardig zijn met hun
bevoegdheden ten aanzien van begunstigden of contractanten die in de Europese
Unie zijn gevestigd. Artikel 7 De overeenkomst is voor onbepaalde tijd van
toepassing. Elke partij kan de overeenkomst schriftelijk
opzeggen met inachtneming van een opzegtermijn van zes maanden. Artikel 8 Uiterlijk drie jaar na de inwerkingtreding van
de overeenkomst, en vervolgens iedere drie jaar, kunnen beide partijen de
overeenkomst evalueren aan de hand van de ervaring die door de deelname van
Kosovo aan een of meer Unieprogramma’s is opgedaan. Artikel 9 De overeenkomst is van toepassing op het
grondgebied waar het Verdrag betreffende de Europese Unie en het Verdrag
betreffende de werking van de Europese Unie van toepassing zijn, alsook op het
grondgebied van Kosovo. Artikel 10 De overeenkomst treedt in werking op de datum
waarop de partijen elkaar kennis geven van de voltooiing van de voor de
inwerkingtreding benodigde procedures. Artikel 11 De overeenkomst is opgesteld in tweevoud in de
Bulgaarse, de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de
Griekse, de Hongaarse, de Ierse, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de
Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Sloveense,
de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische, de Zweedse taal, de Albanese en de
Servische taal. Alle taalversies zijn
gelijkelijk authentiek. Gedaan te Brussel, op [XXX]. Voor de Europese Unie De voorzitter BIJLAGE LIJST
VAN LOPENDE UNIEPROGRAMMA’S BEDOELD IN ARTIKEL 1 –
Europees programma voor monitoring van de aarde
(GMES)[5] –
Kaderprogramma voor solidariteit en beheer van de
migratiestromen voor de periode 2007-2013[6] –
Fiscalis 2013[7] –
Douane 2013[8] –
Programma voor ondernemerschap en innovatie[9] –
Communautair programma voor werkgelegenheid en
maatschappelijke solidariteit – Progress[10] –
Communautair actieprogramma op het gebied van
consumentenbeleid[11] –
GALILEO-programma[12] –
SESAR-programma en gemeenschappelijke onderneming[13] –
Programma Intelligente Energie – Europa[14] –
Programma ter ondersteuning van het ICT-beleid[15] –
Interoperabiliteitsoplossingen voor Europese
overheidsdiensten (ISA)[16] –
LIFE+[17] –
Volksgezondheid[18] –
Een leven lang leren[19] –
Cultuur[20] –
Europa voor de burger[21] –
Europese audiovisuele sector (MEDIA 2007)[22] –
Pericles (2002-2013)[23] –
Jeugd in actie[24] –
Onderzoek en innovatie[25] –
Kennis voor groei[26] * Deze aanduiding laat de standpunten over de status
onverlet, en is in overeenstemming met Resolutie 1244 (1999) van de
VN-Veiligheidsraad en het advies van het Internationaal Gerechtshof over de
onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo. [1] PB L […]
van […], blz. […]. [2] De datum
van inwerkingtreding van de overeenkomst wordt door het secretariaat-generaal
van de Raad bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie. [3] COM(2009)
534 van 14.10.2009. [4] PB L 210
van 31.7.2006. [5] Verordening
(EU) nr. 911/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 22 september 2010
inzake het Europees programma voor monitoring van de aarde (GMES) en zijn
initiële operationele diensten (2011-2013). [6] Mededeling
van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement tot vaststelling van een
kaderprogramma voor solidariteit en beheer van de migratiestromen voor de
periode 2007-2013 (COM(2005) 123 van 6.4.2005) en voorstellen voor
beschikkingen van het Europees Parlement en de Raad tot instelling van het
Europees Fonds voor de integratie van onderdanen van derde landen voor de
periode 2007-2013, het Europees Vluchtelingenfonds voor de periode 2008-2013,
het Buitengrenzenfonds voor de periode 2007-2013 en het Europees Terugkeerfonds
voor de periode 2008-2013. [7] Beschikking nr.
1482/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 11 december 2007 tot
vaststelling van een communautair programma ter verbetering van het
functioneren van de belastingstelsels in de interne markt (Fiscalis 2013)
(COM(2006) 202 definitief van 17.5.2006). [8] Beschikking
nr. 624/2007/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007 tot
vaststelling van een actieprogramma voor de douane in de Gemeenschap (Douane
2013) (PB L 154 van 14.6.2007, blz. 25). [9] Onderdeel
van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie, ingesteld bij
Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24
oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen
en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15). [10] Besluit
nr. 1672/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24 oktober 2006
tot vaststelling van een communautair programma voor werkgelegenheid en
maatschappelijke solidariteit — Progress (PB L 315 van 15.11.2006,
blz. 1). [11] Besluit
nr. 1926/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2006 tot
vaststelling van een communautair actieprogramma op het gebied van
consumentenbeleid (2007-2013) (PB L 404 van 30.12.2006, blz. 39). [12] Verordening (EU) nr. 912/2010 van het Europees
Parlement en de Raad van 22 september 2010 tot oprichting van het Europese
GNSS-Agentschap, tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1321/2004 van de
Raad inzake de beheersstructuren van de Europese programma’s voor radionavigatie
per satelliet en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 683/2008 van het
Europees Parlement en de Raad (PB L 276 van 20.10.2010). [13] Verordening
(EG) nr. 219/2007 van de Raad van 27 februari 2007 betreffende de
oprichting van een gemeenschappelijke onderneming voor de realisering van het
Europese nieuwe generatie luchtverkeersbeveiligingssysteem (SESAR)
(PB L 64 van 2.3.2007, blz. 1). [14] Onderdeel
van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie, ingesteld bij
Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24
oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen
en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15). [15] Onderdeel
van het kaderprogramma voor concurrentievermogen en innovatie, ingesteld bij
Besluit nr. 1639/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 24
oktober 2006 tot vaststelling van een kaderprogramma voor concurrentievermogen
en innovatie (2007-2013) (PB L 310 van 9.11.2006, blz. 15). [16] Besluit nr. 922/2009/EG van het Europees Parlement en de Raad van
16 september 2009 inzake interoperabiliteitsoplossingen voor Europese
overheidsdiensten (ISA) (PB L 260 van 3.10.2009, blz. 20). [17] Verordening
(EG) nr. 614/2007 van het Europees Parlement en de Raad van 23 mei 2007
betreffende het Financieringsinstrument voor het milieu (LIFE+)
(PB L 149 van 9.6.2007, blz. 1). [18] Besluit nr. 1350/2007/EG van het
Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2007 tot vaststelling van een
tweede communautair actieprogramma op het gebied van gezondheid (2008-2013 (PB
L 301 van 20.11.2007, blz. 3). [19] Besluit
nr. 1720/2006/EG van het Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot
vaststelling van een actieprogramma op het gebied van een leven lang leren (PB
L 327 van 24.11.2006, blz. 45). [20] Besluit nr. 1903/2006/EG van
het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling van het
programma Cultuur (2007-2013) (PB L 378 van 27.12.2006, blz. 22). [21] Besluit nr. 1904/2006/EG van het
Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 tot vaststelling voor de
periode 2007-2013 van het programma “Europa voor de burger” ter bevordering van
een actief Europees burgerschap ( PB L 378 van 27.12.2006, blz. 32). [22] Besluit nr. 1718/2006/EG van het
Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 betreffende de uitvoering
van een programma ter ondersteuning van de Europese audiovisuele sector (MEDIA
2007) (PB L 327 van 24.11.2006, blz. 12). [23] Besluit
2006/75/EG van de Raad van 30 januari 2006 tot wijziging en uitbreiding
van de werking van Besluit 2001/923/EG tot vaststelling van een actieprogramma
inzake uitwisselingen, bijstand en opleiding voor de bescherming van de euro
tegen valsemunterij (programma Pericles) (PB L 36 van 8.2.2006,
blz. 40). [24] Besluit nr. 1719/2006/EG van het
Europees Parlement en de Raad van 15 november 2006 tot vaststelling van het
programma “Jeugd in actie” voor de periode 2007-2013 (PB L 327 van 24.11.2006,
blz. 30). [25] Zevende
kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten op het gebied van
onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie (2007-2013) (PB L 400
van 30.12.2006). [26] Zevende
kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor onderzoeks-
en opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2007-2011), verlengd bij Besluit
2012/93/Euratom van de Raad van 19 december 2011 betreffende het kaderprogramma
van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie voor onderzoeks- en
opleidingsactiviteiten inzake kernenergie (2012-2013) (PB L 47 van 18.2.2012,
blz. 2).