Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document JOL_2011_313_R_0017_01

    2011/756/EU: Besluit van het Europees Parlement van 25 oktober 2011 over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van de Europese Politieacademie voor het begrotingsjaar 2009
    Resolutie van het Europees Parlement van 25 oktober 2011 met de opmerkingen die een integrerend deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van de Europese Politieacademie voor het begrotingsjaar 2009

    PB L 313 van 26.11.2011, p. 17–24 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    26.11.2011   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 313/17


    BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT

    van 25 oktober 2011

    over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van de Europese Politieacademie voor het begrotingsjaar 2009

    (2011/756/EU)

    HET EUROPEES PARLEMENT,

    gezien de definitieve jaarrekening van de Europese Politieacademie voor het begrotingsjaar 2009,

    gezien het verslag van de Rekenkamer over de jaarrekening van de Europese Politieacademie betreffende het begrotingsjaar 2009, vergezeld van de antwoorden van de Politieacademie (1),

    gezien de aanbeveling van de Raad van 15 februari 2011 (05892/2011 — C7-0052/2011),

    gezien zijn besluit van 10 mei 2011 (2) om het besluit tot verlening van kwijting voor het begrotingsjaar 2009 uit te stellen, en de antwoorden van de directeur van de Europese Politieacademie,

    gezien artikel 276 van het EG-Verdrag en artikel 319 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (3), en met name artikel 185,

    gezien Besluit 2005/681/JBZ van de Raad van 20 september 2005 tot oprichting van de Europese Politieacademie (EPA) (4), en met name artikel 16,

    gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen zoals bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad (5) houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen, en met name artikel 94,

    gezien beschikking C(2011)4680 van de Commissie van 30 juni 2011 houdende inwilliging van een verzoek van de Europese Politieacademie om een derogatie van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002,

    gezien het verslag van de Europese Politieacademie van 12 juli 2010 over de terugbetaling van privé-uitgaven (10/0257/KA),

    gezien de externe audit over de terugbetaling van privé-uitgaven waartoe de Europese Politieacademie opdracht heeft gegeven (Contract Ref. nr. CEPOL/2010/001),

    gezien het eindverslag over de vijfjaarlijkse externe evaluatie van de Europese Politieacademie (Contract Ref. No CEPOL/CT/2010/002),

    gezien het jaarverslag 2009 van het directoraat-generaal Justitie, vrijheid en veiligheid,

    gezien het vierde voortgangsverslag van de Europese Politieacademie over de uitvoering van haar meerjarenactieplan 2010-2014,

    gezien het verslag van de Rekenkamer over de uitvoering van het meerjarenactieplan 2010-2014 van de Europese Politieacademie,

    gezien de nota van de dienst Interne audit (IAS) van 4 juli 2011 (Ref. Ares (2011) 722479) over het derde voortgangsverslag van de Europese Politieacademie over de uitvoering van haar meerjarenactieplan 2010-2014,

    gezien het verslag en de bijlagen van de Europese Politieacademie over de uitvoering van de resolutie van het Europees Parlement over „Kwijting 2009: Europese Politieacademie”,

    gezien het verslag en de bijlage van de Europese Politieacademie over de toepassing van haar handleiding voor aanbestedingen in de periode 1 juli 2010 - 1 juli 2011,

    gezien artikel 77 en bijlage VI van zijn Reglement,

    gezien het tweede verslag van de Commissie begrotingscontrole (A7-0330/2011),

    1.

    verleent de directeur van de Europese Politieacademie kwijting voor de uitvoering van de begroting van de academie voor het begrotingsjaar 2009;

    2.

    formuleert zijn opmerkingen in onderstaande resolutie;

    3.

    verzoekt zijn voorzitter dit besluit en de resolutie die daarvan een integrerend deel uitmaakt, te doen toekomen aan de directeur van de Europese Politieacademie, de Raad, de Commissie en de Rekenkamer, en te zorgen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie (serie L).

    De voorzitter

    Jerzy BUZEK

    De secretaris-generaal

    Klaus WELLE


    (1)  PB C 338 van 14.12.2010, blz. 137.

    (2)  PB L 250 van 27.9.2011, blz. 260.

    (3)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

    (4)  PB L 256 van 1.10.2005, blz. 63.

    (5)  PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.


    RESOLUTIE VAN HET EUROPEES PARLEMENT

    van 25 oktober 2011

    met de opmerkingen die een integrerend deel uitmaken van het besluit over het verlenen van kwijting voor de uitvoering van de begroting van de Europese Politieacademie voor het begrotingsjaar 2009

    HET EUROPEES PARLEMENT,

    gezien de definitieve jaarrekening van de Europese Politieacademie voor het begrotingsjaar 2009,

    gezien het verslag van de Rekenkamer over de jaarrekening van de Europese Politieacademie betreffende het begrotingsjaar 2009, vergezeld van de antwoorden van de Politieacademie (1),

    gezien de aanbeveling van de Raad van 15 februari 2011 (05892/2011 - C7-0052/2011),

    gezien zijn besluit van 10 mei 2011 (2) om het besluit tot verlening van kwijting voor het begrotingsjaar 2009 uit te stellen, en de antwoorden van de directeur van de Europese Politieacademie,

    gezien artikel 276 van het EG-Verdrag en artikel 319 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (3), en met name artikel 185,

    gezien Besluit 2005/681/JBZ van de Raad van 20 september 2005 tot oprichting van de Europese Politieacademie (EPA) (4), en met name artikel 16,

    gezien Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 van de Commissie van 19 november 2002 houdende de financiële kaderregeling van de organen zoals bedoeld in artikel 185 van Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad (5) houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen, en met name artikel 94,

    gezien beschikking C(2011)4680 van de Commissie van 30 juni 2011 houdende inwilliging van een verzoek van de Europese Politieacademie om een derogatie van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002,

    gezien het verslag van de Europese Politieacademie van 12 juli 2010 over de terugbetaling van privé-uitgaven (10/0257/KA),

    gezien de externe audit met betrekking tot de terugbetaling van privé-uitgaven waartoe de Europese Politieacademie opdracht heeft gegeven (Contract Ref. nr. CEPOL/2010/001),

    gezien het eindverslag over de vijfjaarlijkse externe evaluatie van de Europese Politieacademie (Contract Ref. No CEPOL/CT/2010/002),

    gezien het jaarverslag 2009 van het directoraat-generaal Justitie, vrijheid en veiligheid,

    gezien het vierde voortgangsverslag van de Europese Politieacademie over de uitvoering van haar meerjarenactieplan 2010-2014,

    gezien het verslag van de Rekenkamer over de uitvoering van het meerjarenactieplan 2010-2014 van de Europese Politieacademie,

    gezien de nota van de dienst Interne audit (IAS) van 4 juli 2011 (Ref. Ares (2011) 722479) over het derde voortgangsverslag van de Europese Politieacademie over de uitvoering van haar meerjarenactieplan 2010-2014,

    gezien het verslag en de bijlagen van de Europese Politieacademie over de uitvoering van de resolutie van het Europees Parlement over „Kwijting 2009: Europese Politieacademie”,

    gezien het verslag en de bijlage van de Europese Politieacademie over de toepassing van haar handleiding voor aanbestedingen in de periode 1 juli 2010 - 1 juli 2011,

    gezien artikel 77 en bijlage VI van zijn Reglement,

    gezien het tweede verslag van de Commissie begrotingscontrole (A7-0330/2011),

    A.

    overwegende dat de Academie in 2001 is opgericht en per 1 januari 2006 is omgevormd tot een communautair orgaan in de zin van artikel 185 van het algemeen Financieel Reglement, waarop de financiële kaderregeling voor agentschappen van toepassing is,

    B.

    overwegende dat de Rekenkamer in zijn verslagen over de jaarrekeningen van de Academie voor de begrotingsjaren 2006 en 2007 een voorbehoud heeft gemaakt ten aanzien van zijn beoordeling van de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen op grond van het feit dat de aanbestedingsprocedures niet in overeenstemming met de voorschriften van het Financieel Reglement waren,

    C.

    overwegende dat de Rekenkamer in zijn verslag over de jaarrekeningen van de Academie voor het begrotingsjaar 2008 een toelichting heeft gevoegd bij zijn oordeel over de betrouwbaarheid van de rekeningen, zonder een uitdrukkelijk voorbehoud daarbij te maken, en dat hij een voorbehoud heeft gemaakt ten aanzien van zijn oordeel over de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen,

    D.

    overwegende dat het Parlement in zijn besluit van 7 oktober 2010 (6) heeft besloten de directeur van de Academie geen kwijting te verlenen voor de uitvoering van de begroting van de Academie voor het begrotingsjaar 2008,

    E.

    overwegende dat de Rekenkamer in zijn verslag over de jaarrekening van de Academie voor het begrotingsjaar 2009 opnieuw een voorbehoud heeft gemaakt ten aanzien van zijn beoordeling van de wettigheid en regelmatigheid van de onderliggende verrichtingen,

    F.

    overwegende dat het Parlement bij bovengenoemd besluit van 10 mei 2011 heeft besloten om het besluit tot verlening van kwijting voor het begrotingsjaar 2009 uit te stellen,

    G.

    overwegende dat de Rekenkamer in zijn verslag over de uitvoering van het meerjarenactieplan 2010-2014 van de Academie heeft verklaard dat de Academie vooruitgang boekt bij het bereiken van de in het actieplan vastgestelde mijlpalen,

    H.

    overwegende dat de IAS in zijn nota van 4 juli 2011 aan de directeur van de Academie heeft verklaard dat de beschrijving van de uitvoering van het actieplan van de Academie in het voortgangsverslag weliswaar vrij algemeen blijft, maar een duidelijk overzicht biedt van de stand van zaken bij het bereiken van de mijlpalen en derhalve een toereikende basis vormt om de verschillende belanghebbende partijen te informeren,

    I.

    overwegende dat de Commissie bij beschikking C(2011)4680 van 30 juni 2011 heeft besloten de Academie een derogatie van de bepalingen van artikel 74 ter van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 te verlenen,

    Algemene beoordeling

    1.

    neemt kennis van de door het nieuwe management en het nieuwe bestuur van de Academie genomen maatregelen om, in reactie op het verzoek van het Parlement om actie te ondernemen, de tekortkomingen aan te pakken, na de ernstige onregelmatigheden bij de uitvoering van de begroting voor 2009; verwelkomt in het bijzonder de volgende, op verzoek van het Parlement tijdig ondernomen acties:

    a)

    de herziening van het Financieel Reglement van de Academie door de invoering van een derogatie houdende vrijstelling van het uitvoeren van aanbestedingen voor de selectie van onderwijsdeskundigen om deskundigen van nationale politieopleidingsinstituten te kunnen gebruiken en op die manier zorg te dragen voor de kosteneffectiviteit en de vertegenwoordiging van deze instituten in het netwerk van de Academie;

    b)

    de verzekering van de Rekenkamer en de IAS dat het meerjarenactieplan van de Academie voor 2010-2014 een overzicht biedt van de stand van zaken bij het bereiken van de verschillende mijlpalen en dat de Academie vooruitgang boekt bij het verwezenlijken van de doelstellingen ervan;

    c)

    een verslag over de toepassing van de handleiding voor aanbestedingen door de Academie in de periode 1 juli 2010 - 1 juli 2011;

    d)

    het besluit van de raad van bestuur van de Academie om stemrechten aan de Commissie toe te kennen;

    2.

    ziet het nieuwe rechtskader voor de Academie dat in 2012 door de Commissie zal worden voorgesteld, en waarin die stemrechten van de Commissie in de werkprocedures van de raad van bestuur zullen zijn geïntegreerd, belangstellend tegemoet;

    3.

    onderstreept dat de kwijtingsautoriteit bij de komende kwijtingsprocedures nauwgezet zal blijven toezien op de mate waarin de toegezegde maatregelen worden uitgevoerd;

    4.

    merkt op dat het eindverslag over de vijfjaarlijkse externe evaluatie van de Academie aantoont dat er goede gronden zijn voor een andere standplaats van de Academie; vraagt daarom de Rekenkamer om in de loop van 2012 een speciaal verslag uit te brengen met daarin een overzicht van de kosten en baten in financieel en operatief opzicht van een eventuele bundeling van de taken van de Academie met die van Europol;

    Specifieke acties die de academie heeft ondernomen om tekortkomingen aan te pakken

    Aanbestedingsprocedures

    5.

    stelt vast dat de Academie eindelijk haar handboek voor aanbestedingen voor intern gebruik heeft ontwikkeld en ten uitvoer heeft gelegd, zoals het Parlement in zijn kwijtingen van de Academie voor 2008 en 2009 had verzocht; stelt vast dat deze handleiding op 8 juni 2010 door de Academie is goedgekeurd en op 1 juli 2010 in werking is getreden, en dat er een aanbestedingscoördinator is benoemd;

    6.

    verwelkomt het eerste verslag van de Academie over de toepassing van haar handleiding in de periode 1 juli 2010 - 1 juli 2011; wacht niettemin de evaluatie door de Rekenkamer af van de toepassing die de Academie aan de handleiding geeft;

    7.

    heeft het statistisch verslag van de Academie voor de periode 1 juli 2010 - 1 juli 2011 gecontroleerd; verwelkomt het feit dat dit document het Parlement volledig informeert over de aanbestedingsprocedures; constateert uit dit verslag en uit het verslag over de toepassing van de handleiding voor aanbestedingen dat de door de Academie gebruikte procedures voortdurend door de Academie zijn bewaakt en gecontroleerd;

    Regelgeving inzake uitgaven aan cursussen

    8.

    stelt vast dat de Academie de Commissie op 28 april 2011 heeft verzocht om het Financieel Reglement te wijzigen door invoering van een artikel (artikel 74 quater) dat een derogatie van Verordening (EG, Euratom) nr. 2343/2002 omvat houdende vrijstelling van het uitvoeren van aanbestedingen voor de selectie van onderwijsdeskundigen om deskundigen van nationale politieopleidingsinstituten te kunnen gebruiken;

    9.

    verwelkomt het daaropvolgende besluit C(2011)4680 van 30 juni 2011 van de Commissie waarbij zij met bovenstaande derogatie instemde;

    10.

    is van mening dat de Academie rechtstreekse toegang moet geven tot haar gedetailleerde begroting, waarbij een lijst van alle door haar gesloten contracten en haar aanbestedingsbesluiten, en dat zij die lijst overeenkomstig het bepaalde in het Financieel Reglement op haar website moet publiceren, met weglating van nadere bijzonderheden van eventuele contracten waarvan de bekendmaking een veiligheidsrisico zou kunnen opleveren;

    Overdracht van kredieten

    11.

    neemt kennis van het feit dat de Academie, als onderdeel van haar lopende begrotingsbeheer, een register van organisatorische risico’s heeft opgezet teneinde het risico van onderbesteding te verminderen; herinnert de Academie er niettemin aan dat het zaak is de uitvoering van de begroting te programmeren en te bewaken, om de overdracht van kredieten te minimaliseren; verzoekt voorts de Rekenkamer en de IAS om het Parlement te verzekeren dat er daadwerkelijke verbeteringen op dit gebied zijn doorgevoerd en dat alle instrumenten voor deze programmering en bewaking aanwezig zijn;

    Fouten in de rekeningen

    12.

    neemt kennis van het feit dat ondanks de aanzienlijke vertragingen en fouten in de voorlopige rekeningen over 2009, de Academie het Parlement heeft verzekerd dat ze haar financiële discipline en interne controles sinds 2010 heeft verbeterd; ziet het verslag van de Rekenkamer over de jaarrekeningen van de Academie voor 2010 met belangstelling tegemoet, om te kunnen vaststellen of die verzekering van de Academie terecht is;

    13.

    verwelkomt het besluit van maart 2011 van de raad van bestuur van de Academie om de internecontrolenormen van de Academie te vervangen door de recentelijk vastgestelde zestien internecontrolenormen van de Commissie;

    14.

    meent dat deze zestien nieuwe internecontrolenormen de directeur van de Academie beter in staat zullen stellen om controles in te stellen, maar ook om de beoogde werking van deze controles te bewaken;

    15.

    verzoekt de Academie daarom om het Parlement voortdurend op de hoogte te houden van de mate waarin deze zestien internecontrolenormen ten uitvoer zijn gelegd;

    Personeelsbeheer

    16.

    neemt kennis van het feit dat de Academie een contract dat de Rekenkamer als „illegaal” had aangemerkt heeft beëindigd; merkt op dat de beëindiging van dit contract per 15 september 2011 van kracht is en dat de kennisgeving van vacature reeds is gepubliceerd; verzoekt de Academie om de kwijtingsautoriteit op de hoogte te houden van de ontwikkelingen in dit specifieke geval;

    17.

    stelt vast dat de mate waarin de wervingshandleiding van de Academie, waarmee de procedures op één lijn zijn gebracht met het Ambtenarenstatuut van de Europese Unie (7), ten uitvoer is gelegd door de Academie als voldoende wordt beoordeeld; verzoekt de Rekenkamer om het Parlement zekerheid te verschaffen omtrent de mate waarin de handleiding ten uitvoer is gelegd;

    Kredieten die zijn aangewend voor particuliere doelen

    18.

    erkent dat als gevolg van een externe audit van een controle achteraf de huidige directeur een terugvorderingsopdracht heeft uitgevaardigd waarin van de vorige directeur wordt geëist dat hij een bedrag van 2 014,94 EUR terugbetaalt, waarvan tot op heden slechts 43,45 EUR is ontvangen; betreurt dat het teruggevorderde bedrag zo gering is in vergelijking met de financiële schade die de Academie onder het bewind van de vorige directeur heeft geleden; neemt kennis van het feit dat in 2011 een definitieve aanmaning is verzonden en dat de volgende stap bestaat in het voor een Engelse rechtbank aanhangig maken van een procedure om de rechtmatigheid van de uit 2007 daterende schuld vast te stellen, waarna, mocht daaruit de gewenste uitspraak resulteren, de handhavingsdienst zal trachten het resterende gedeelte van de niet-voldane schuld te innen; vraagt de huidige directeur dringend de kwijtingsautoriteit op de hoogte te houden van de ontwikkelingen in deze aangelegenheid;

    Het meerjarenactieplan 2010-2014 van de Academie

    19.

    merkt op dat de grotere transparantie die de huidige directeur en het managementteam tot stand hebben gebracht, heeft geleid tot een beter begrip van de uitdagingen waarvoor de Academie staat en de nodige veranderingen teweeg heeft gebracht; verwelkomt in dit verband het beleid van de Academie om:

    maandelijks een nieuwsbrief en regelmatig voortgangsverslagen te publiceren over haar activiteiten om de raad van bestuur van een duidelijkere analyse van de voortgang van de activiteiten van de Academie te voorzien;

    het voortgangsverslag over de uitvoering van haar meerjarenactieplan regelmatig te actualiseren;

    het Parlement de jaarverslagen van de IAS te doen toekomen krachtens de relevante bepalingen van het Financieel Reglement;

    20.

    verwelkomt de publicatie door de Rekenkamer, op verzoek van het Parlement, van een verslag over de uitvoering van het meerjarenactieplan (MAP) 2010-2014 van de Academie; merkt op dat de Rekenkamer in dit verslag verklaart dat bij de uitvoering van het MAP door de Academie vooruitgang wordt geboekt bij de tenuitvoerlegging van de mijlpalen; verwelkomt in dit verband dat de Academie heeft aangetoond dat ze MAP 1 (bestuur), MAP 4 (validatie van het financieel systeem), MAP 5 (financiële omgeving), MAP 6 (transparantie van de raad van bestuur), MAP 8 (strategieplan), MAP 9 (meerjarenwervingsplan) en MAP 12 (controleomgeving voor aanbestedingen) volledig ten uitvoer heeft gelegd en dat de verwezenlijking van de resterende doelstellingen van het meerjarenactieplan momenteel plaatsvindt of staat gepland;

    21.

    verzoekt de Academie om regelmatig met het Parlement te overleggen en het met haar voortgangsverslagen op de hoogte te blijven houden van de uitvoering van het meerjarenactieplan;

    22.

    verwelkomt voorts de nota van de IAS over het derde voortgangsverslag over de uitvoering van het meerjarenactieplan van de Academie; merkt met name op dat de IAS van mening is dat de Academie adequaat reageert op de opmerkingen en aanbevelingen van de IAS en dat de beschrijving in het voortgangsverslag weliswaar vrij algemeen blijft, maar een duidelijk overzicht biedt van de stand van zaken bij het bereiken van de mijlpalen en derhalve een toereikende basis zou moeten vormen om de verschillende belanghebbende partijen te informeren, waaronder de Commissie begrotingscontrole van het Parlement;

    Structurele tekortkomingen

    23.

    onderstreept dat de beheerskosten van de Academie hoog zijn in verhouding tot haar activiteiten; verwelkomt daarom de inspanningen van de Academie om de beheerskosten te verminderen, waartoe is besloten tijdens de vijfentwintigste vergadering van de raad van bestuur van juni 2011, waarin is overeengekomen dat alle comités van de raad van bestuur in 2012 moeten zijn opgeheven en dat alle werkgroepen van de raad van bestuur kritisch tegen het licht moeten worden gehouden;

    24.

    verwijst voor andere, horizontale opmerkingen bij zijn kwijtingbesluit naar zijn resolutie van 10 mei 2011 (8) over de prestaties en het financiële beheer van en het toezicht op de agentschappen.


    (1)  PB C 338 van 14.12.2010, blz. 137.

    (2)  PB L 250 van 27.9.2011, blz. 260.

    (3)  PB L 248 van 16.9.2002, blz. 1.

    (4)  PB L 256 van 1.10.2005, blz. 63.

    (5)  PB L 357 van 31.12.2002, blz. 72.

    (6)  PB L 320 van 7.12.2010, blz. 11.

    (7)  PB L 56 van 4.3.1968, blz. 1.

    (8)  PB L 250 van 27.9.2011, blz. 269.


    Top