EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document C:2012:193:FULL

Publicatieblad van de Europese Unie, C 193, 30 juni 2012


Display all documents published in this Official Journal
 

ISSN 1977-0995

doi:10.3000/19770995.C_2012.193.nld

Publicatieblad

van de Europese Unie

C 193

European flag  

Uitgave in de Nederlandse taal

Mededelingen en bekendmakingen

55e jaargang
30 juni 2012


Nummer

Inhoud

Bladzijde

 

IV   Informatie

 

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

 

Raad

2012/C 193/01

Conclusies van de Raad van 18 juni 2012 over het Europees Innovatiepartnerschap Productiviteit en duurzaamheid in de landbouw

1

NL

 


IV Informatie

INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE

Raad

30.6.2012   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 193/1


Conclusies van de Raad van 18 juni 2012 over het Europees Innovatiepartnerschap „Productiviteit en duurzaamheid in de landbouw”

2012/C 193/01

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE

HERINNEREND AAN

de conclusies van de Europese Raad van 17 juni 2010 over „Europa 2020 — Een strategie voor slimme, duurzame en inclusieve groei”;

de conclusies van de Raad van 26 november 2010 over „het Europa 2020-kerninitiatief „Innovatie-Unie”: in een snel veranderende wereld Europa door innoveren slagvaardiger transformeren”;

de conclusies van de Europese Raad van 4 februari 2011 waarin erop wordt aangedrongen dat er tussen de EU en de lidstaten een synergetisch klimaat wordt gecultiveerd waarin innovaties met een maatschappelijke meerwaarde sneller hun weg vinden naar de markt;

de conclusies van de Raad van 6 december 2011 over „Partnerschappen op het gebied van onderzoek en innovatie”;

de conclusies van de Raad van 19 december 2011 over „een stappenplan voor efficiënt hulpbronnengebruik in Europa”;

de conclusies van de Raad over Europese innovatiepartnerschappen van de Raad (Concurrentievermogen) van 30-31 mei 2012;

de mededeling van de Commissie over „Innovatie voor duurzame groei: een bio-economie voor Europa” en de verklaring van Kopenhagen over een bio-economie in actie van maart 2012;

de mededeling van de Commissie over „Horizon 2020 — het kaderprogramma voor onderzoek en innovatie”;

1.

VERWELKOMT de mededeling van de Commissie over het Europees Innovatiepartnerschap „Productiviteit en duurzaamheid in de landbouw” dat gericht is op de bevordering van concurrerende en duurzame land- en bosbouw;

2.

GEEFT ZICH REKENSCHAP VAN de uitdagingen en de mogelijkheden die verband houden met de toenemende wereldwijde vraag naar landbouwproducten en derhalve de stijging van de landbouwproductie; EN VAN de uitdaging om de duurzaamheid en het efficiënt gebruik van middelen te verbeteren en tegelijkertijd milieukwesties in verband met de landbouwproductie in het algemeen aan te pakken;

3.

BENADRUKT de potentiële bijdrage van de Europese agrifood- en bosbouwsector aan het oplossen van deze uitdagingen, en het potentieel inzake nieuwe inkomsten voor Europese landbouwers in de groeiende bio-economie;

4.

ONDERSTREEPT dat het noodzakelijk is het potentieel van de Europese agrifoodsector en de sectoren eerder en verderop in de keten te ontsluiten door innovatie in producten, processen en diensten in de hele voedselvoorzieningsketen te stimuleren en zodoende een klimaat te creëren waarin ideeën gemakkelijker kunnen worden omgezet in commerciële successen; daardoor kan de concurrentiekracht van de landbouwsector worden vergroot en kunnen de landbouwers nieuwe inkomsten aanboren;

5.

BENADRUKT dat de bestaande kloof tussen onderzoek en innovatie en praktische toepassing in de landbouw moet worden gedicht, en dat dit moet leiden tot een duurzaam hogere productie met een duurzamer gebruik van middelen;

6.

IS HET EENS met de doelstelling van het Europees innovatiepartnerschap (EIP) om de kennisuitwisseling en technologieoverdracht van de wetenschap naar de landbouwpraktijk sneller te laten verlopen, en wetenschappers meer systematische feedback te geven over de praktische behoeften van de landbouwsector, en zodoende een samenwerkingsverband te creëren tussen landbouw, bio-economie, wetenschap en andere sectoren op EU-, nationaal, regionaal en lokaal niveau.

7.

ONDERKENT dat een belangrijke manier om het doel van het EIP te bereiken is alle belanghebbenden op EU-, nationaal, regionaal en lokaal niveau samen te brengen, en de lidstaten nieuwe ideeën aan te reiken over de wijze waarop bestaande instrumenten en initiatieven gestroomlijnd, vereenvoudigd en beter gecoördineerd kunnen worden;

8.

BENADRUKT dat innovatie in verschillende lidstaten verschillende betekenissen heeft, en een technologisch, niet-technologisch of maatschappelijk karakter kan hebben, en gebaseerd kan zijn op nieuwe of traditionele praktijken, en dat bij innovatieve acties dan ook met deze verschillen rekening moet worden gehouden;

9.

ONDERKENT de meerwaarde van de aanpak van onderop die de Commissie voor ogen staat, en die gebaseerd is op operationele groepen en berust op effectieve stroomlijning van bestaand Uniebeleid en betrokkenheid van de lidstaten en de belanghebbenden;

10.

BENADRUKT dat het EIP vooral reeds beschikbare mechanismen zal benutten en daardoor zal voorkomen dat nieuwe structuren worden gecreëerd, maar dat het de bestaande mechanismen op het gebied van het plattelandsontwikkelingsbeleid en het EU-kader voor onderzoek en innovatie efficiënter zal maken en zodoende onnodige administratieve lasten zal vermijden, en HERHAALT dat het EIP moet worden uitgevoerd via de geëigende administratieve kanalen, onder meer de Programma-comités;

11.

NEEMT ER NOTA VAN dat de hoge stuurgroep, die bestaat uit op transparante wijze gekozen vertegenwoordigers van de lidstaten en de belanghebbenden, het EIP strategisch advies en sturing zal geven door het opstellen van een strategisch uitvoeringsplan, EN NEEMT NOTA VAN de in de mededeling vermelde ervaring met het EIP-proefproject inzake „actief en gezond ouder worden”, nl. dat er voor het EIP sprake moet blijven van een lichte governance;

12.

VERZOEKT de Commissie om concrete stappen te ondernemen met het oog op het opstellen van een strategisch uitvoeringsplan voor het EIP, waarbij het de bedoeling moet zijn alle belanghebbenden te betrekken bij het bereiken van specifieke resultaten en innovatie in de agrifoodsector, en ZIET UIT NAAR de goedkeuring van het strategisch uitvoeringsplan „Productiviteit en duurzaamheid in de landbouw”, waarin strategisch advies aan het EIP zal worden verstrekt.


Top