Materialen en voorwerpen van kunststof in contact met levensmiddelen
SAMENVATTING VAN:
Verordening (EU) nr. 10/2011 betreffende materialen en voorwerpen van kunststof, bestemd om met levensmiddelen in contact te komen
SAMENVATTING
WAT DOET DEZE VERORDENING?
-
Materialen en voorwerpen van kunststof die in contact komen met levensmiddelen kunnen giftige stoffen overdragen en een risico vormen voor de gezondheid van de mens.
-
In deze verordening worden er migratielimieten* geïntroduceerd voor stoffen in dergelijke verpakking en voorwaarden voor het gebruik ervan om de voedselveiligheid te waarborgen.
-
In de verordening staan de voorschriften voor het vervaardigen en in de handel brengen van materialen en voorwerpen van kunststof bestemd om met levensmiddelen in contact te komen. Deze voorschriften vormen een aanvulling op de algemene regels in Verordening (EG) nr. 1935/2004 inzake materialen en voorwerpen die gebruikt worden als verpakking voor levensmiddelen.
-
Materialen en voorwerpen van kunststof en delen ervan bestaan:
-
uitsluitend uit kunststoffen;
-
uit meerdere lagen kunststof; of
-
uit kunststoffen met andere materialen.
-
De verordening is niet van toepassing op ionenwisselaarharsen, rubber of siliconen.
KERNPUNTEN
Toegelaten stoffen
-
In de verordening worden de stoffen genoemd die opzettelijk kunnen worden gebruikt voor de vervaardiging van materialen en voorwerpen van kunststof. De lijst omvat:
-
monomeren;
-
additieven (met uitzondering van kleurstoffen);
-
polymerisatiehulpmiddelen (met uitzondering van oplosmiddelen); en
-
door microbiële fermentatie verkregen macromoleculen.
-
Er worden nieuwe stoffen aan de lijst toegevoegd als de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid na een aanvraag- en goedkeuringsprocedure een gunstig advies uitbrengt.
In de handel brengen
-
Materialen en voorwerpen van kunststof mogen in de EU alleen in de handel worden gebracht als zij:
-
aan de gebruiks-, etiketterings- en traceerbaarheidsvoorschriften van Verordening (EG) nr. 1935/2004 voldoen;
-
worden vervaardigd volgens goede fabricagemethoden zoals aangegeven in Verordening (EG) nr. 2023/2006;
-
voldoen aan de voorschriften met betrekking tot de samenstelling en de verklaring van overeenstemming (zie hieronder).
-
In de bijlagen bij de verordening staan de gebruiksomstandigheden voor toegelaten stoffen en migratielimieten. Alle materialen en voorwerpen van kunststof moeten voldoen aan specifieke migratielimieten en totale migratielimieten.
-
De samenstelling van elke laag kunststof van een materiaal of voorwerp moet aan de verordening voldoen. Lagen kunststof die niet rechtstreeks met levensmiddelen in contact komen:
-
hoeven niet te voldoen aan de beperkingen en specificaties van deze verordening (met uitzondering van vinylchloride-monomeer, zoals bepaald in bijlage I)
-
mogen worden vervaardigd met stoffen die niet in de lijst van toegelaten stoffen zijn opgenomen (deze stoffen mogen echter niet mutageen*, kankerverwekkend*, giftig voor de voortplanting of in nanovorm* zijn).
-
De fabrikant moet een schriftelijke verklaring opstellen (Bijlage IV). Hierin moeten de materialen, voorwerpen, tussenproducten en halffabricaten voor de vervaardiging ervan, net als de stoffen zelf worden geïdentificeerd. Er moet een nieuwe verklaring worden opgesteld indien er ingrijpende wijzigingen in de samenstelling of productie plaatsvinden.
VANAF WANNEER IS DE RICHTLIJN VAN TOEPASSING?
De richtlijn is vanaf 4 februari 2011 van toepassing.
ACHTERGROND
KERNBEGRIPPEN
* Migratielimieten: de maximale hoeveelheid stoffen die materialen en voorwerpen aan levensmiddelen mogen afgeven. Deze worden uitgedrukt in milligram stof per kilogram levensmiddel (mg/kg).
* Mutageen: fysisch of chemisch agens dat het genetisch materiaal van een organisme verandert en dus de mutatiefrequentie tot boven de natuurlijke achtergrondwaarde verhoogt.
* Kankerverwekkend: een agens dat rechtstreeks is betrokken bij het ontstaan van kanker.
* Nanovorm: een natuurlijk, incidenteel of geproduceerd materiaal dat uit deeltjes bestaat, hetzij in ongebonden toestand of als een aggregaat of agglomeraat en waarvan minstens 50 % van de deeltjes in de gekwantificeerde grootteverdeling een of meer externe dimensies bezit binnen het bereik van 1 nm tot 100 nm (d.w.z. één miljardste van een meter).
BESLUIT
Verordening (EU) nr. 10/2011 van de Commissie van 14 januari 2011 betreffende materialen en voorwerpen van kunststof, bestemd om met levensmiddelen in contact te komen (PB L 12 van 15.1.2011, blz. 1-89)
De achtereenvolgende wijzigingen in en correcties van Verordening (EU) nr. 10/2011 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is uitsluitend bedoeld als referentie.
GERELATEERDE BESLUITEN
Verordening (EG) nr. 1935/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 27 oktober 2004 inzake materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen en houdende intrekking van de Richtlijnen 80/590/EEG en 89/109/EEG (PB L 338 van 13.11.2004, blz. 4-17) Zie de geconsolideerde versie.
Verordening (EG) nr. 2023/2006 van de Commissie van 22 december 2006 betreffende goede fabricagemethoden voor materialen en voorwerpen bestemd om met levensmiddelen in contact te komen (PB L 384 van 29.12.2006, blz. 75-78) Zie de geconsolideerde versie.
Laatste bijwerking 24.11.2015
Top